journalistiek en Philantropis.
MIRIAM
HAARLEM'S DAGBLAD
DONDBRDAS 4 MEI 1922 TWEEDE BLAD
hoe het met de kleeren
ging, die holland naar
weenen stuurde.
(Austrian Student Relief.).
Ais de waggons in Wcenen aangeko
men en uitgeladen waren, werden de ba
len in grooto ladingen van het station
naar de „Vielimarkt" gebracht, naar de
store rooms" van de „Society of
Friends". Deze Society heeft uitgebrei
de ,Hilfsmissioncn" in alle noodlijden
de landen, en iu Wcenon werd de Stu
dent Relief op alle manieren door hen
geholpen. Met de vrachtauto's van deze
Society Jan ook, werden de kleeren en
levensmiddeleni ia kleinere ladingen naar
de Universiteit overgebracht. Hier had
de Student Relief, behalve een klein
bureau op de Rektoratskavalei,
collegezaal aan den anderen kant
bet gebouw, ter beschikking gekregen
en deze was met schotten in drie deelen
verdeeld," i voor Office, i store room
voor de Men's Clothing en i vooi
Women's Clothing.
De kleeren werden aan de achterdeur
van de Universiteit afgeladen en door
helpende studenten naar boven gebracht
in de Men's Store room, waar de mees
te ruimte was voor uitpakken.
Dat uitpakken ging op verschillende
manieren. Heel eensgezind! als de beide
Departments kleeren noodig en tijd tei
beschikking hadden. Een paar studen
ten hielpen, die aan het ooofd van de
Men's Clothing, en op het geroep „Da-
men-sachen!" kwamen wij dan uit onze
afdeeling aanhollen om te helpen.
„Gute saóhcn?" vroegen wij dan in
spanning, want de zendingen waren heel
verschilleno, en er was nog zooveel
noodig! „Aber wunderschöne 1" zong
het koor en dan vonden wij één met een
kapotliocdjo op en een ander die zege
vierend een paar onverstelbaar-kapotte
zijden kousen vertoonde. Met een zucht
greep ik dan potlood en bloc-note en be
gon vast met den datum en het nummer
van de baal. „From America?" zag ik
aan de letters. „Aber aus Holland,
selbstverstaudlicnl" plaagden zij mij,
„solche Sachen 1" en toonden nogmaals
de kousen. Natuurlijk verdedigde ik Hol
land dan met vuur en was heel gelukkig
als een volgende, Hollandsche, baal, wer
kelijk nog goed bruikbare kleedingstu'K-
ken opleverde.
Soms, als. er groote rondingen kwa
men, werd er mei vuur, van 's morgens
8 uur tot 's avonds half acht, uitge
pakt. We gingen dan een uur weg om te
eten en waren om 4 uur met moeite
naar de andere Office ie krijgen voor de
gezamenlijke thee. Elke baal werd apart
uitgepakt en meteeu gesorteerd; dan
telde een student de stapels „zeha
Kleider, Fxaulein, vierzehn Sohöszel",
ik maakte mijn eigen lijst, controleerde
het tellen, en dicteerde dan meteen weer
aan, die te midden der chaos aan een
klein rafeltje de Inventories typte ten
dresses, fourteen, skirts.
Daarna ontsloot ik het Women's De
partment en brachten we de stapels
overliefst ruimden we ze dadelijk ge
sorteerd in de vakken. Soms had Z.
haast en legden we alles in hoopen op
de groote tafel en hadden den volgenden
dag werk om het op te ruimgn. Soms
kwamen er ineens achter elkaar een
aantal balen met alleen mannenkleeren
en hadden wij den tijd.
Ik herinner me nog, hoe de eerste n-
druk, dien ik van deze kleerenuitdeelin-
gen kreeg, geen aangename was. Ik
was toen pas een paar dagen in Weenen
en hielp bij een Jarable Sale. Een Hör-
saal vol oude kleeren, in mijn oog te
vies en te stulc om aan te raken; de gang
vol dringende Studentinnen, die oen.
heeien morgen slaan te wachten op hun
beurt, om één van deze dingen mees
ter te worden. Dit feit was het eenige,
dat me kon overtuigen, dat ze toch wel
arm moesten zijn, want ze zagen er bijna
zonder uitzondering goed en zelfs ele
gant gekleed uit. Ketst later merkte ik,
dat de moesten deze moderne kleeren
zelf samenstellen uit do oude, die ze
krijgen, en ook, dat ze altijd hetzelfde
aan hebben', zijnde één zoo'n kleed'ing-
stnk hun hcelo garderobe.
Sindsdien bezag ik ook hij het uit
pakken al, de kleeren met andere 00gen.
Ieder zal zich kunnen voorstellen, dat
oude, afgedragen kleeren, die bovendien
samengeperst in een baal een lange,
stoffige reis hebben gemaakt er niet'zoo
heel „aantrekkelijk" uitzien, als men
ze uitpakt. Bovendien waren veel model
len hopeloos ouderwetsch. Maar nu wist
ik dat deze meisjes zoo handig waren,
om alles uit elkaar te halen, te was-
schen en als nieuw te maken eu dat
model cu vuilheid er niet veel toe doen,
als do stof nog maar goed en vol
doende is.-
Voor de mannelijke collega's was dit
moeilijker. Meestal was er geen geld om
alles te laten keeren, repareeren of op
persen, en er kwamen wel eens pak
ken, niet meer geschikt om zoo te dra
gen. Aan den anderen kant was een jon
gen met één middelmatig goed pak lan
ger cn boter geholpen, dan een meisje
met één japon of één mantelpak.
Eén dag in dc week had ik „Spxech-
stunden", waar de meisjes zioh kwa
men aanmelden, en drie dagen „Aus-
gabc". Als de menschen die deze klee
ren afgedankt hadden, eens hadden kun
nen zien, met hoeveel zorg en ems
hier gekeurd, gepast en overwogen wer
den I Gewichtige besprekingen kwamen
er aan te pas, en groote strijd werd ge
streden als deze Wienerinnen moesten
kiezen tusscken iets moois of iets
lieds.
Op 't oogenblik gaan meer cn meer de
verschillende comité's uit Wcenen weg,
en doen de Studenten ook de administra
tie van het werk zooveel mogelijk zelf.
Maar de kleeren en andere giften heb
ben zij, helaas, nog even erg noodigl
E, v. d. BAN,
Op verzoek van de schrijfster zenden
wij de tien gulden voor dit artikel, als
hooge uitzondering, naar een Weensch
studente om deze de voortzetting harej
studiën mogelijk te maken,
REDACTIE,
Stadsnieuws
Schetsen van de Boter
markt.
„J oiigosl Xurkel furrekel ïurre-
kèee!"
Dut was de kt ©et-vol-climax, waar-
meue liet mannelijk, gecteoite van ue
ïiaarlenische schoo-jeugu, cUi be*
woon is, dagelijks de Na»sauiaun te
passoeivn, .Maandag om 1# uur, bij
net uitgaan, vtun de scnolen, de 'lui
ken begroetten, die bezat hadden ge
nomen van een deel, o, een zeer be-
scbeiuen deel, van de Nassaulaan.
Er kon op dit straatgedeelte juist
een klein, stallejt© staan en dit stalle
tje was versierd met twee groote, roo-
uo vluggen met geheimzmuige, laten
wij zeggen: Turksche, letterreckens.
Er buigen een paar groote b.aden
tabak aan de tent, die verder „ge
tooid" was met een groot plakkaat,
waarop te lezen stond, dat de s;ga-
retteai die de koopman verkocht, „uit
muntten door den hoogst,en geur en
buitengewone zachtheid
Do koopman.
Dat was geen Turk.
Dat was een heel gewone markt
koopman niet een colbertje aan en
een slappe hoed op. Een man met een
philosopbische kalmte in zijn optre
den, die aangenaam aandeed.
Do Turken, dat warem de eigenlijke
„fabrikanten": een man on een jon
gen, die heidon evenveel op lurken
geleken als u, mevrouw, of mejuf
frouw, die wel een oogenblik uw ge
waardeerde aandacht aan deze schet-^
sen wilt wijdeiu Zij waren niet in'
Turksch costuuni naar de markt ge
komen, maar hadden zich 's morgens,
ten nanschouwe van het bewonderend
publiek, in bewoners van Turkije go-
nietamorplioseerd door bet aantrek
ken van roode, met goud geborduurde
jasseai en het opzetten van roode fez
zen met zwarte kwasten. Do jongen
droeg bovendien nog een groen vest,
ook met goud geborduurd.
Achter de tafel zaten zij, de man
op een stoel, de jongen op een ruwe
kist. En zij maakten sigaretten. De
man „rolde" al maar door met, voor
iemand, die zeer waarschijnlijk het
beroep van „sigajettenf abri kant" nog
niet zoo heel lang uitoefende, vrij
grooto vaardigheid. En dan schoof
hij telkens een bosje sigaretten naai
den jongen to e, die er roet een tang
de „harige" uiteinden afknipte.
Even werd de jongen ook aan 't siga
retten-rollen gezet Het ging erg on
handig. De koopman keek er eenigen
tijd naar, met critischeai blik en zei
toen tegen den oudsten Turk: „Hij be
gint met de wetenschap, dat het niet
goed zal gaan en dé&rom gaat het
niot göedl" Er zat meer psychologi
sche kennis in die woorden, dan de
koopman misschien zolf vermoedde.
Deze bleef nog even toekijken eai heet
toen plotseling den jongen toe:
„Scheid ex- maar uitl"
Het slachtoffer wierp zijn baas een
blik toe, waarin teleurstelling, be-
leedigd eergevoel en woede 0111 den
voorrang streden, haalde daarna zijn
öchoudei-s op (zich waarschijnlijk
nog juist bijtijds herinnerende, dat
een rechtgeaarde Turk zijn innerlijke
gevoelens inliet laat blijken) en ging
maar weer gelaten met zijn tang aan
't werk.
„Dat kan u wèl, hè?" vroeg
koopman, wat vriendelijker.
De jonge Turk (niiet te verwarren
met de jong-Turk, want dat is heel
wat anders, zetter!) knikte en knipte.
Deze sigaret", zoo ging de
koopman uai op kalme, doceerende
wijze aan 't publiek uitleggen,
sigaret is gemaakt van de fijnste,
echte Smyma-tabak. Hij wordt ge
maakt op de dikte van de Abdullah
no, 14. Ik heb een voorraad tabak
voor vijftien millioen sigaretten. En
de laatste sigaret van die vijftien mil
lioen zal precies gelijk zijn aan de
©erete. Ik behoor niet tot die kooplui,
die eerst wat goeie sigaretten ver-
koopen, als lokvink en dan den men
schen verder bocht in de handen
stoppen. Mijn sigaretten blijven goed
van de eerste tot de laatste en zij
kosten maai- 25 cent per doosje van
20 stuks
Heel veel moeite behoefde de koop
man niet te doen, om zijn waar aan
den man (en vooral „aan den jon
gen"!) te brengen: sigaretten zijn te
genwoordig een zeer geliefd artikel.
De wn'tte doosjes met de gouden let
ters vonden grif koopers.
Om even over 12 uur, juist toen een
belangstellende schaar schooljongens
het tijdelijke sigaretenfabriekje
•n komen staan, gaf de koop
man aan de Turken een wenk, 't was
pauze.
De koopman en de oudste Turk
staken elk een sigaret op (laten wij
niet wantrouwend zijn en denken dat
zij hun eigen fabrikaat rookten).
De jongen kreeg er geen.
Laat ons weer het beste denken en
veronderstellen, dat deze jonge Turk
niet rookte!
raadsstukken.
Voor dc benoeming van een lid der
Gezondheidscommissie is de volgende
aanbeveling opgemaakt1. G. Adrian,
2. J. A. F. van den Houte Willems.
Mej. G. A. E. Ezcrman vraagt eer
vol ontslag als onderwijzeres aan school
nr. 23.
en W. stellen voorde rekening
van inkomsten en uitgaven in de goe
deren van de voormalige corporatien
van neringen, ambachten en bedrijven
alhier over 1921 goed te keuren en te
besluiten het voordeelig saldo ad f 759.91
in de ^gemeentekas te doen storten.
en W. stelen voor de rekening
en verantwoording van bet over 1921
gehouden beheear der bewaarschool, ge
vestigd in het vroegere Barbara-Gast-
huis, sluitende in ontvangst en uitgaaf
met een bedrag van 11.276.44 goed te
keuren en bet subsidie uit de gemeente
kas vast te stellen op 4.850.58.
B. en W. stellen voor goed te keu-
in de rekening en vorautwoordiug der
Kamer van Koophandel en Fabrieken
over 1921, aanwijzende in ontvangst en
uitgaaf een bedrag van f 1.262.69.
en W. bieden ter goedkeuring
aan balansen met winst- en verliesreke
ningen van de woningbouwvereniging
„Spaamoog".
B. en W. vragen een cre<Ket van
f9S/-92J5 voor den aankoop van de
modellen-serie „Elementaire Verstands
oefeningen" van do heeren F. A. van
Riet en E. P. Schuyt ten behoeve van de
Buitengewone school voor lager onder
wijs, alhier,
Do Buitensocieteit
van „Trou".
Door Hoofden der Sociëteit „Trou
moet Blij eken" 13 aan B. en W. be
richt, dat zij de huur van den grond
waarop de Buitensocieteit is gesticht,
hij raadsbesluit van 3 November 1920
verhuurd van jaar tot jaar, wetnschen
to beëindigen met ingang van 15
Augustus a.s. De grond zal alzoo op
dlian dag ter beschikking von do ge
meente moetne worden gasteld, ont
daan van de daarop aanwezige op
stallen.
Daar- het B. en W. echter wenscdie-
lijk voorkomt die opstallen voorloo-
pig tot een nader te bepalen bestem
ming ta behouden, zijn door hen on
derhandelingen gevoerd om het so-
aieteiisgebouw en de muziektent voor
do som van f 1500 over te nemen,
onder bepaling dat do Sociteit wordt
ontslagen van de verplichting tot het
geven van muziekuitvoeringen gedu
rende het nog ovorig gedeelte van
den huurtijd- Hiermede wordt door
Hoofden voornoemd genoegen geno
men. B. en W. vrago nu den raad
een crediet van f 1500.
"Uitbreiding van het
Gymnasium.
Sinds lang bestaat do behoefte aan
eene uitbreiding en verbouwing van
ihet Gymnasium alhier, aangezien o.e.
in het bostaan'de gebouw geen goecle
gelegenheid ia voor de lessen in de
natuur- en scheikunde. Voorts is niet
aanwezig een teekenlokaal, terwijl
er ook gebrek is aan gewone klasse-
lokalen. Door den Directeur
openbare werken is dientengevolge
op verzoek van B. en W. een plan
tot verbouw ontworpen, waarmede B.
en W. zich kunnen vereenigen.
Om een behoorlijke uitbreiding van
het schoolgebouw te verkrijgen is het
echter noodig, dat het gebouw van
openbare werken geheel wordt afge
broken en het vrijkomendje terrein
voor dien verbouw wordt bestemd.
B. en W. stellen voor daartoe te be
sluiten en vragen verder voor de uit
breiding en den verbouw van het
Gymnasium alhier, beschikbaar
stellen f 98,290.
Do groote zaal van „He4 Blauwe
Kruis" was Woensdagavond te
klein, om bat aantal menscnen te be
vatten, die tegenwoordig wilden we
zen bij de huldiging van den heer
Joh. Oostveen ter gelegenheid van het
feit, da1 hij voor den duizendsten
keer een Volkazangavond geleid heeft.
Voor deze huldiging had zich een
counnissio uit do bezoekers van
wokeiijksche zangavonden gevormd,
nestaande uit mejuffrouw Essenius,
mejuffrouw H. van Buggeuum, me-
jufirouw M. van Beem en mejuffrouw
R. Hos.
De zaal was door den heer Van
Beem, bloemist to Overveen, geheel
belangeloos bijzonder smaakvol
sierd.
Het bestuur dor afdeeling Haarlem
van Volkszang was aanwezig.
Even acht uur he1 Haarlemsche
„prinsen-kwartiertje" bleef achter
wege opende de heer KI. Sixrna
ait Amsterdam, de trouwe helper
den heer Oostveen, den feestavond
sn verzocht als de heer Oos4veen
3D zijn echtgonooto de zaal zouden
binnentreden gezeanoiilijk „Het
lied van Volkszang" te zingen. Nau
welijks was de heer Oostveen. dan ook
zichtbaar, of daar klonk het spontaan
en uit volle borst
Komfc nu, vrienden en vriendinnen,
Dat het klinke door de zaal.
Hoe verruimt het borst en longen,
'fc Eigen lied in d e i g e q taal.
Zingen and'ren fraaie wijzen.
Zoo benauwd of men 't met dors4:
Daar waar onze lied'reu rijzen,
Gaat het frisch ui4 volle borst.
Toon ook do twee volgende coixple4-
n gezongen waren, nam de voor
writer. dokter W. J. van Beugen
Bik, het woord. In een geestige toe
spraak herinnerde hij aan de geschie
denis yan het op touw zetten der
huldiging, waarvoor het bestuur na
tuurlijk dadelijk te vinden was. Het
deed hem .een groot genoegen, dat cle
belangstelling op dezen avond zoo
groot was, want dit was voor hem
net bewijs, welk een achting en ge
negenheid de heer Oos'veen zich
nier in Haarlem had verworven. De
heer Van Beugen Bik richtte d».n ook
woorden van lof cn hulde tot den heer
Oost veen cn dankte hem voor zijn be
reidwilligheid, om steeds weer op
nieuw in Haarlem den Volkszang-
avond te komen leiden. Ook 'dankte
hij mejuffrouw O. J. Meijer, ciio
zoo kranig de pianobegeleiding op
zich nam.
Namens de feestcommissie 4rad me
juffrouw Essenius naar vorenook zij
dankte den heer Oostveen, voor allés
wat hij vcor do afdeeling Haarlem
van Volkszang deed. Namens de be
zoeksters en bezoekers bood zij den
leider een fraaie e4s van Dirk Harting
in gouden lijst aan, 3 oorstellende do
muurhuizen van Amersfoort.
Eon daverend applaus bezegelde
deze kt Idiging.
Aan mevrouw Oos'veen werd een
ruiker rozen aangeboden.
Namens bet bestuur wenschte de
heer Van Beugen Bik den jubilaris af
zonderlijk geluk en sprak den wensch
uitb dat hij nog vele jaren voor
„Volkszang' gespaard moge blijven.
Onder deze woorden werd den heer
Oostveen een zeer mooie lauwer-
[■ans om den hals gehangen.
Het applaus duurde zeer lang.
De heer Oostveen, zichtbaar ver
ras', nam be4 woord, om voor deze
hartelijke hulde 4e danken. „Het op
treden voor Volkszang", zei hij, „is
toch zulk een ontzettend pret'ig werk.
Ik treed nu al 18 1/2 jaar voor net pu
bliek op ik begon er mee op J9
November in 190-1 in „Ons Huis" to
Amsterdam on ik kan u eerlijk zeg
gen, dat ik er nog geen half' uur spij'
heb gehad I Het resultaat van
dit werk is wel merkbaar geweest,
maar het ging 'och niet zoo gauw als
ik gedacht had. Dit beteekent na
tuurlijk geon verwijt aan u, die ko
men zingen, maar aan hen, die weg
blijven. Gaarne zou ik ook willen, dat
er wat meer leiders kwamen. Me' z'n
zessen moeten we heel Nederland be
werken dit is op den duur te ver
moeiend en niet vol 4e houden. Daar
om breng ik hier een warm woord
I van dank tot den heer Sixmo, 'die
wanneer ik het Kern vroeg, altijd be
reid is om mijn plan's in te nemen,
als ik eens verhinderd ben, zoodat
hier altijd een leider is."
Nogmaals bracht hij hartelijk dank
aan het buldigiDgscomité en aan het
bestuur, dat zijn medewerking ver
leend had. (Luid applaus).
Mejuffrouw Van Büggonum
handigde aan den heer Sixmo een
bloemenhulde in een möoion Itozcn-
burg-pot, ovveneens onder luid ap
plaus.
De heer Oostveen vroeg hierop den
aanwezigen, nog eens gezamenlijk een
lied 4e zingen.
„Zal ik kiezen, of wilt d bi'
doen!" vroeg hij lachend.
Kiest maar 1" luidde het veel
mondig antwoord.
„Laten we dan maar beginnen met:
„Ik ben de zanger die trekt door het
land" 1"
Tegelijk hief hij zelf'den eois'en
regel aan en weldra zongen allen uit
volle borst mee. Daarop verzocht
hij ze zingen. „De zingende Bard".
Teen verliet de heer Oostveen hot
podium cn werd me' de afwerking van
het programma begonnen. Dit bevat
te voordrachten voor viool en piano
en zang. Een verrassing waren de
liedjes, die door enige gecostumeer-
de dames en heeren ten gehooro wer
den gebracht, waarbij zij van den
«nhoud van het bed een aanschouwe
lijk beeid gaven, om te beginnen
„Moecters liedje", da' door een dame,
staand© bij een wieg en een groote
pop in de armen, zeer natuurlijk en
wél-luidend werd weergegeven. Ook
ho4 ,,Lied van den rmid" waarbij
de zanger het werk van Ben smid na
bootst© had veel succes, evenals
het lied van den schoenmaker.
Mejuffrouw Gerarda Merens, so
praan, cong met een lief en glas
helder geluid een drietal liederen, na
melijk„He4 liedje van een meisje
•n een schipper", „Madonna-kindje"
u ,,D« smid van Pijzel". De zange
res had een luide en welverdiende
ovatie in ontvangst te nemen.
Ook na de pauzo werden gecostu-
meerd eouige liederen
kous" (gecomponeerd door den heer
Oostveen) waarlijk schitterend door
twee dames weergegeven werd.
„He1 liuzarauhc 01 waarbij 4wee
ildaten op hobbelpaarden zat
wekte ten zeerste den lachlust op.
Mejuffrouw Merens zong ook nog
oen paar liederen, die met groote
aandacht werden aangehoord. Met
he' lied van den nachtegaal eu het
lied van 't mooie, grijze vinkje had zij
veel succes.
Onder luid applaus ontving zij van
hst bestuur een bloemenhulde.
De heer Sixma droeg zelf ook nog
inig© liederen voor, o.a. het met
veel gevoel en me4 veel gloed gezon
gen „Mensch, durf to leven
Na afloop nam de heer Van Beu
gen Bik nog even het woord, om de
medewerkenden aan dezen avond te
danken en 4en slotte betrad d0 heer
Oostveen het podium, om nog eens
zijn dank te ui'en voor al het schoo
ne, dat hij dezen avond had mogen
genieten. Toch wilde hij nog één
vraag doen en dat was. dat velen zich
als lid of als donateur van „Volks
zang" zouden opgever.. „Mijn ideaal
ie," zei do heer Oosrireen, „dat heel
Nederland loert zingen en ik hoop
nog minstens vijf'ig jarr voor u in
Haarlem do Volkszangavonden te mo
gen leidon en a's deze. vijftig jaar óm
zijn, zullen wij wel weer verder zien.'"
grapte hii onaer luid applaus.
XSor vereeniging „Volkszang"
:s Woensdagavond inderdaad een
mooie propaganda gemaakt
HAARLEMSCHE JEUGDKERK.
Men deelt ons mede, dat a.s. Zondag
104 uur in de Waalsche kerk (Begij
nenhof) de heer J. Eykman, directeur
der Arosterdnmsche Maatschappij v.
Jongemannen, zal spreken. Deze sa
menkomst is bedoeld voor oudere jon
gens en meisjes van 1418 jaar.
becrafenis jacqueline l. van
der waals.
Een kleine kring va a vxienceu heeft
Woensdag het stoffelijk overschot van
Jacqueline E. van der Waals begeleid
naar de groeve op de Nieuwe Oosterbc-
graafplaats onder Watergraafsmeer.
Op verzoek van de familie 2ou maar
een enkel woord worden gesproken ca
dat moest zijn een woord van wijding,
daar het niet in den geest van do thans
overledeno zou zijn geweest haar leven
te verheerlijken.
Dit woord van wijding sprak dr. 'A.
K- Kuiper, die zeide, dat daar is een
eeuwige, heilige liefde, welke werkt in
onze harten en welke ook heeft door-
tinteld en verwarmd het leven van haar,
die thans is heengegaan. Dr. Kuiper las
voor Ps, 103 „Looft den Heexe, mjjo
ziele."
Prof. dr. J.- D. van der Waals Jr.,
dankte namens zijn vader en verdere
verwanten voor de vele liefde aan zijn
zuster, vooral in haar laatste dagen, be
wezen.
dahlia-tentoonstel linc.
Zij dlie aiangcittmio ilicuninneringem
hebben aan de schittereaide bioemen-
lé 11 toonstelling ©enige *aren geleueu
gehouden in Uc gemeentelijk-.- con-
ccrwiuit, die toen nog „groot© z^ud
van dc sociëteit Voreen-ging heette,
zuilen niet vreugde vernemen dal ons
in September &.S. (venüoeaohjk van
21 tot 24 September- weer oen biu©-
menfeötijn wacht in dezelfde zaai.
D alüeetiino; l-laarlem «n Umstroken
van de Neder!andseho Maatschappij
voor Tuinbouw en Plantkunde heeft
zich ml. in verbinding gesteld met de
DaliJJia-comnussi© uit, uo Nedonand-
sche Dainia-vereenigiig en deze bei
de lichamen stellen zich nu voor tu&-
schen de genoemd© dotu een dahlia^
tentoonsteuing te orgoniceeren in da
gemeentelijke concertzaal.
De daihUa-keuriiigen ui Leiden 1.11
Den liaag zijn-, naar men ons mede
deelde, uitermate goed geslaagd, oolc
financieel en verwacht wordt, dat de
deelneming aan de te Haarlem te
houden tentoonstelling ook zeer be
vredigend zal zijn, daar de proef
tuin van do Dahlia-vereeniging
hier is.
Onze kweekers moeien nu maar
eens aan de vreemdelingen laten zien
waartoe zij in staat zijn!
Er is voor deze tentoonstelling een
rogalingscomnussic gevormd, be
staande uit de heeren: J. L. Bouwer,
directeur van Den Hout en de Plant
soenen alluer, voorzitter; J. F. Bek-
ker Jr., alhier, secretary J. G. Bal
lego, bloemist te Leiden, penning
meester en M. J. F. Bolderlijk en
van Blankensteyn, alhier, H. Kauf
man en J. Bakker, te Amsterdam, J.
Mensing, secretaris van de Ned. Mij.
voor Tuimb. en Pdantk., te Aalsmeer,
Koper, te Benncbrock; II. Carlé, te
Heemstede en E. H. Witte, hortular
nus te Ledden, allen leden.
Da Propaganda-commissie is sa
mengesteld uit de heeren Carlé, Bol-
derdijk en Witte; die voor den aan
leg van de zaal bestaat uit de heeren
Bolderdijk en Baüego.
Enkele toezeggingen voor medail
les zijn reeds gedaan n.i. door: de
Vereeniging voor Bloembollencul
tuur (gouden medaille), de Nationale
Bankvereeniging (kleine gouden me
daille) en Ridder Huizer Van Katten-
dijke (verguld zilveren medaille) en
meer toezeggingen zullen ongetwij
feld volgen.
Binnenkort kunnen waarschijnlijk
nog meer mededeelingen betreffende
deze, zoo geheel in liet kader van
Haarlem, als bloemenstad, passende
tentoonstelling gedaan worden.
Alle plannen hebben niet genoeg
zaam vasten vorm aangenomen, zoo
dat op het oogenblik nog niets daar»
van kan worden gepubliceerd.
Muziek
Albert Spalding.
Schouwburg Jansweg.
Een I"1 'tterend violist is deze Ame
rikaan zijn technische begaafdheid is
stellis 'buitengewoon en zijn speciaal
muzikale hoedanigheden zijn van hét
zuiverete gehalte.
Hoor zijn voordracht van Mozart's
Concert in D. gr. t.kan men 'n violist
beteren maatstaf aanleggen dan door
betm een Concert van Mozart te laten
vertolken est bewees Spalding hier niet
zijn volkomen gerijpt kunstenaar
schap made Wie zoo eenvoudig en
natuurlijk het Andante kan zingen
en zoo gracieus en parelend het Rondo
voordraagt, staat beslist on het eerste
plan.
Mozart was voor mii dezan avond
trouwens hei hoogtepunt: al het
daaraan volgende bereikte niet die bui
tengewone hoogte.
In Bach's Chaconne leek Spalding
mij niet geheel geconcentreerd er
waren iazanÜngen, en hoe voortref
felijk ook in vioUstdsbk opzicht, de
geestelijke hoogspanning, voor dit reu
zenwerk zoo dringend yeredscht,
ontbrak.
Ook de Kieutzer-Sonatc. in samen
werking met Anaré Bcnolst, door
Sp.-Uding ten gehoore gebracht, kon
mii niet aïgeheele voldoening schen
ken.
Spalding is in de eerste pkiais solist
het kamermiuziekgenrc ligt hem niét
zoo goed. vandaar dat Beetlioven's
Sonate zich in een ©611085x1,1)0 zonder
linge gedaante aan ons voordeed.
Spalding behandelde haar met een
merkwaardige neiging voor snelle
tempi (2de gedeelte) en gedroeg zich
buitendien in zijn opvattingen bij
voortduring als een waar despoothet
onvermijdelijk gevolg was dat Benoist
van .gelijkwaardig medespeler tot be
geleider gedegradeerd werdeen cn
ander niet bevorderlijk voor eon stijl
volle uitvoering.
Er viel natuurlijk ook veel te roe
men. menig soltoon detail trof ons oor
als geheel beschouwd leek mij d"o
Finale het beste geslaagd.
Een oaar zeer gchefdc stukjes van
Schumann vormden het slot van het
programma en met een toegift, het
Albtxtdlied van laatstgenoemden com
ponist toonde Spalding noj? weder eens
wolk een nobel gezond kunstenaar hij
is; geen zweem van sentimentaliteit,
•an effectbejag was in deze eenvon-
Feuilleton
Ellen aarzelde geruimen tijd voor
*ij de enveloppe openscheurde, maar
eindelijk las zij toch den inhoud.
„Het was heel niet uarélig van u,
Tornbury te verlaten, zonder mij
daai- iets van te laten weten. Ik heb
vandaag van Dick gehoord, waar u
logeert, en stuuu- u deze paar regels,
om u te zeggen, dat u vooral niet toh>
ben moet over wat er gebeurd Is. Ik
meende van Dick te begrijpen, dat u
denkt, schuld te hebben aan het on
geval, maar dat is onzin. Miriam had
mij al zoo dikwijls mee gedreigd.
Reeds maanden geleden sprak zij er
van lang voordat u op Wynclie kwam.
Moeder vindt het ook zeer jammer,
öal 14 weg is. Ik inaak mij wel wat
ongerust over u, want natuurlijk bent
u erg ongesteld. Schrijf mij een paar
woorden, hoe het op het oogenblik
Met vriendelijke groeten,
Uw toegenegen Norchester.
Ellen begreep, dat zij aan zijn ver
zoek zooi moeten voldoen. Zij nam een
velletje uit haar map en schreef:
„Waarde Lord Norchester,
Dank u zeer voor uw schrijven. U
moet zich niet ongerust over mij ma
ken. Natuurlijk ben ik erg geschrikt,
maar Mevrouw Mairillier doet al haar
beat, om mij toet gebeurde to d'oen ver
geten. Ze is meer dan goed voor mij
en dc kinderen zijn sohatjes. Ik hoop,
dat Lady Norchester weer 6poedig ge
heel hersteld zal zijn. Het viel mij niet
geanakkelijk, Wynctoe te verlaten,
daar u allen zoo goed voor mij ge
weest zijt, maar het was voor alles
beter, dat ik ging. Ik kijk naar een
nieuwen werkkring uit en tooop spoe
dig ieits te vinden. Wilt u, al6 t u
blieft, uw moeder en Lady 'Evelyn
van mij groeten.
Uw toggenegm
Ellén Mdlner",-
Aan tafel vertelde Ellen aan Me
vrouw Maiiliier, dat zo een briefje
van Lord Norchester had gehad, en
dat hij schreef, wat Miriam veel beter
was.
„Die anmie ziel 1" zei Margaret op
medelijdenden toon. „Hoe vreeeelijk
moet zij geleden hebben, voor zij tot
zulk een wanhoopsdaad overging," en
in zichzelf voegde zij or aan toe: „Het
is, zooals ik al dacht, maar jammer
is het zeker".
HOOFDSTUK XXXII
Ellen deelde dadelijk aan Mevrouw
Marillier haar plan mee, om naar een
andere betrekking uit te zien.
„Blijf toch eerst een poosje hier",
zei Margaret. „Ik vind het zoo ge-j
zellig je bij mij te hebben, en dc kin-
deren zouden erg teleurgesteld zijn, j
als je ai weer zou gauw wegging. I
Dick heeft me ook geschreven, dut
jo vooral eerst goed moet uitrusten en
je vindt het toch prettig bij ons, niet
waar?''
„Ja, heerlijk" zei Ellen, „maar
waarlijk, het is beter, dat ik weer een
werkkring zoek.''
Margaret wist niet goed, wat ze
hierop antwoorden zou. In haar hart
«lacht zo, dat 'het meisje misschien wel
gelijk had. Zou het bovendien niet toet
beste zijn, als Dick haar niet te veel
ontmoette? Dat hij Ellen lief had ge
kregen, kon zijn zuster uit allerlei
kleinigheden afleiden, en ook kon zij
wel bijna met zekerheid zeggen, dai
zijn liefde nic-t door het meisje be
antwoord werd.
Over Lord No rel tester en Miriam
spraken zij slechts zelden, hoewel El
len van Evelyn geregeld bericht
kreeg. Miriam was weer geheel her
steld, maar ze scheen erg gedrukt.
Driftbuien had zo niet meer gehad,
dodh praten deed ze ook bijna niet.
Evelyn zat dikwijls bij haar cn ver
telde haar dan yan allerlei. Niets
scheen haar evenwel meer te interes
seeren. Soms was het, alsof ze niet
eens hoorde, wat er gesproken werd.
De oude Lady Norchester was, toe-n
zij de tijding van wat ei- gebeurd was,
ontving, dadelijk naar Wynctoe terug
gekeerd.
In een volgenden brief schreef Eve
lyn;
Harry is van plan, met Miriam op
reis te gaan, vermoedelijk naar Tirol.
Miriam beeft gisteren voor het eerst
naar je gevraagd. Toen ik haar ver
telde, dat je bij Margaret Marillier
gelogeerd was, keek ze mii aan, alsof
ze nauwelijks kon geiooven, dat het
westelijk zoo was".
Richard Framley was weer in Lon
den. Hij had edhter pas een enkel be
zoek 'bij Margaret gebracht, en toen
was Ellen uit geweest. Zij had hem
daarop geschreven en hem verteld,
wat liaar plan was. Den volgenden
dag kwam hij dadelijk aan. om
met haar over te spreken. De kinde
ren waren bij kennissen op visite, en
zijn zuster was ook niet thuis. Hij
vond Ellen in den tuin.
„Wat ben ik blij u te zien", -zeicTc
zij, „het speet nrij zoo, dat Ikurit v
toen u den vorigen keor kwam."
„Ik had al eerder willen komen",
zei hij, „maar ik h'b het op
oogenblik erg druk".
„Hoe heerlijk! Ik wou dat ik het
druk had".
„Hoe komt u toch zoo rusteloos
Hebt u liet hier niet naar uw zin
Peg houdt van u, en de kinderen zon
den u erg missen als u wegging".
„O, hoe kunt u mij zoo iets vra
gen? Ik vind het hier heerlijk en ik
zou nergens gelukkiger kunnen zijn
dan bij uw zuster cn de kinderen,
maar ik kan hier todli niet voor on-
bopaalden tijd blijven? Er )s niets
voor mij in de huishouding te doen.
.•Vis ik uw zuster in het een of ander
behulpzaam kon wezen, zou liet wat
anders zijn, maar nu bezwaart het
mij, misbruik van haar gastvrijheid te
maken".
,,U zoudt over een tijdje naar de
Granatones kunnen gaan. U weet,
hoe graag die u bij zich willen, heb
ben".
„Ja, maar ik ben daar op het oogen
blik te rusteloos voor. Ik zou liever met
een familie op reis willen gaan, wat
van de wereld zien en mij tevens nuttig
maken."
Richard voelde zijn hart ineenkrimpen;
Hij begreep maar al te goed, wat do
oorzaak van haar rusteloosheid was.
Waarom had hij haar toch ooit naar
Wynchc laten gaan? Toen Ellen lich-
7,elf schuldig had verklaard aan dc wan
hoopsdaad van Miriam, had Framley die
gedachte onzin genoemd, maar later
had hij begrepen, wat er achter Miriam's
wanhoop stak; Miriam was jaloeisch van
aard, en hoewel Framley er geen oogen
blik aan twijfelde, of Norchester nodh
Ellen hadden aanleiding gegeven, was
het toch mogelijk, dat Miriam bij intuï
tie iets geradcu had, waarvan Harry cn
Ellen zich nog niet eens bewust waren.
Zou het wonder zijn, als Norchester
warmere gevoelens voor Ellen was gaan
koesteren? Zo was wel is waar niet half
zoo moei als Miriam, maar zij bezat
verder veel, wat Miriam miste. Ilct
was zeker beter, dat Ellen niet meer op
Wycche terugkwam, maar het was jam
mer, dat zij niet wat langer bij Margaret
wilde blijven. Ze was nog roo jong, om
dc wijde wereld al in tc gaan. Het was
echter misschien het beste, haar op het
oogenblik niet tegen tc werken. Hij zou
er rae: Peg over spreken. Wie weet, of
die Ellen niet zou kunnen ©verhalen*
om van haar plannen af te zien.
„Welke van de kinderen trekt u het
meeste aan?" vroeg hij, om op een an
der onderwerp te komen.
„Ik vind ze alle drie even lief," zei
Ellen glimlachend. „Ik heb nog nooit zul
ke schatten van kinderen ontmoet. De
manier, waarop Mary cn Bianca kib
belen is allervermakelijkstZe kunnca
het niet laten, hoewel z© dol op elkaar
zijn. Ik denk. dat Bianca op haar t.ider
lijkt ik heb he mnog nooit ont
moet en Mary is precies haar moc-
dcr."
(Wordt vervolgd.)