dbS Tg>g S lie zjjn met <1« handwork juffrouw ook pretty uitgeweest. T» je keus nog op de uoiooltaeeh gevallen T Komt de Indische f&milio morgen ookT Dc broertjes kra gen Woensdag oen beurt. ASTER eu .MEVR. K. krygon Woens dag antwoord. W. BLOMBERG—ZEEMAN. v. d. Vinnestr. 21r. Haarlem, 24 Juni 1922, DAMRUBRIEK. DamredaefcourJ. W. van Dartelen, floosveldstraafc 70, Haarlem. Alle correspondentie, deze rubriek betreffende, gelieve men te zenden paar bovengenoemd adres. Oplossingen der problemen uit doze rubriek worden gaarne ingewacht tot literlyk Maandag 3 Juli a.s. „Wit spoelt ©n wint" geldt voor alle problemen. Probleem No. 463. AuteurW. van Daalen, Haarlem. Opgedragen aan don Hoer W. J. A. MATLA, Haarlem. (Eerste Publicatie). 3 WART 1 1 ■ir i II mr i i 1 iq 1 i 1 1 1 1 in in 1 1 1 3 i 3 III. 1 O 1 1 MUI 1 1 1 1 46 47 48 49 50 WIT Zwart10 schijven op7, 8, 9, 10. 12, 14, 17, 18, 20, 29. Wit: 9 schijven op: 21, 23, 27, 34, 35, 38, 40, 44, 48. Probleem No. 484. AuteurW. van Daalen, Haarlem. Opgedragen aan dc» Heer Ph. F. Amelung, Haarlem. (Eers'e Publicatie). ZWART i i ii i i in i in i ii i i i i i n O n m 1 1 1 1 1 1 1 m ai a i i i m i 1 1 c n i i i i □m in □l IC 1 i ip I O o 1 UI 1 WIT Zwart 11 schijvou op 4, 7, 12, 13, 14, 11, 22, 23, 27, 31, 38. Wit; 12 schijven op: 15, 30, 33, 35, 36, 39, 40, 42, 44, 46, 47, 49. Probleem Nr. 465. Auteur J. B. SLUITER, Aerdenhout. (Eerste Publicatie). ill. I. 3 ii ii_T □L' I I CDLl «I a I Pi i i 47 4875SO ojon _Q WIT Stand iu cijfers: Zwart 11 schijven op: 3, 7, 12, 17, 18, 19, 22, 23, 24, 25 en 40. Wit 11 schijven op30, 32, 33, 35, 37, 38, 39, 41, 44, 47 en 49. OPLOSSINGEN. De oplossingen van de problemen Nos. 457 tot en met 459 zijn Opl. Probl. No. 457 (Ronard): Wil: 40 - 34, 30—33, 32—27, 31 26, 26 17, 30 9, 35 2. Zw. steeds gedwongen. Opl. Probl. No. 458 (Belinfante). Wit; 39—33, 26—21, 36—31, 49—43, 45 34, 35 2. Zw. 28 30, 1, 26, gedw. godw. gedwongen. Opl. Probl. No. 459 (Mantel). Wit; 39—34, 27-22, 22 4, 4 31, 48 37. Zwart steeds gedwongen. Deze vraagstukken werden correct opgelost door de volgende heeren W. van Daalen, W. J. A. Matla, A. Hoogendoorn, P. Molloina, P. A. Nooy, H. G. en W. J. Teuuisse, M. Bonke, Ph. F. Amelung, F. A. Ber kemeier, J Siegerist, W. (J. Groe- niugs, S. M. Mons, H. vau den Eyn- de, H. Boks, en O. J. vau Wijk, allen te ijLaarlemP. J. Eype en A. Slin ger te Schoten. Van de problemen Nos. -154 tot on met 456 ontvingen wij ook nog cor recte oplossingen van den boor F. A. Nooy, te Haarlem. 1907. 1922. 1 Juli a.s. zal bot 15 jaar geleden zijn dat de „Haarlemsche Damclub" werd opgericht. In verband hiermede worden door deze vereeniging verschillende wed strijden georgamseered, vaarvan wij het voorloopig programma hieronder laten volgen: Zaterdagavond 1 Juli a.s. Simultaanséanco te geven door den Kampioen van Nederland, den heer A. EL W. Dam me uit Amsterdam, in do turnzaal van café restaurant Brink mann, Groote Markt, te Hoanem. Aanvang te 8 uur. Aan deze séance kunnen allo leden et donateurs der „iia.iriernsche Dam club" deelnemen en voorzoover or nog gelegenheid is ook niot leden de zer vereeniging. Voor de winnaars eu romige spelers zijn vele prijzen beschikbar- gesteld. Den deelnemers worden echter ter- zocht bord en schijven te willen me debrengen. Voorts worden nog onderlinge wed strijden georganiseerd voor de leden e'i donateurs (tombola-wodstrijdeu) waar voor c.a. 200 prijzen zijn beschikbaar gesteld. Deze wedstrijden zullen rijt achter eenvolgende clubavonden duren. De Nieuwe Haarlemsche Courant schonk voor deze wedstrijden eenige fraaie prijzen. Verder een massakamp tusschen de Kampioensclub van Nederland „Ge- damenzijn" uit Amsterdam (wel ke Vereeniging met alle tientallen he1 kampioenschap iu de competities van den Nederlandscheu Damboud behaal de) en de „Haarlemsche Damclub" (hieraan zullen ongeveer een zestigtal aamspelers deelnemen). De eerste prijs bes'aat uit eon zilve ren beker, bescbikbaa* gesteld door het Haarlem's Dagblad. Ook zullen nog serie wedstrijden worden georganiseerd tusschen do eer ste tientallen der Damverceuigingen „Gezellig Samenzijn" ui' Amtordam, „De Zaantreek", Zaandam, „Mutua Delectatio" uit Den Haag en de „Haarlemche Damclub" (allen uitko mende in de Hoofdklasse van den Ne- derlandschen Dambond. Voor deze seriowedstrijdon werd door de Stads-Edhie een fraaie zilve ren medaille geschonken,, door do Voetbalvereeniging „R. O. H." een medaille en do Atliletic-k- en Worstel- vereeniging „D. O. K." eveneens een verguld zilveren medaille. Op al deze wedstrijden lcomon wij t.z.t. uitvoerig terug. De verdwenen Minnaar rioor 3IMON MOS. Zii hadden er altijd voor bekend ge staan in de buurt, dat ze er warmpjes inaaien. Zij moesten een bom duit-en hebben, dat stond vast. D»t kon ook wel niet anders, meende men, want ze hadden geregeld knap verdiend. Want al beweerde een enkele buurt- -bewoner, dat Gerrit Rustig vroeger slechts huurkoetsier was geweest, Ledereen wist, dat hij tal van jaren eon eigen stalhouderij had gehad, in een der buitenwijken, een stal met wel tien paardenwaarmede hii grof gold had verdiend, in elk geval zó/veel, dat hij Ln den loop der jaren, ccnigc flin ke perceelen in dit stadsgodeeltc, ais zijn eigendom kon beschouwen, zon der eenige beczwaring van hypQtheok als anderszins. En toen hij o» een ze keren leeftijd gekomen, zijn sta.hou den i goed had overgedaan, deed het geval zich voor, dat de gemeente twee zijner panden noodig had, om die l<; kunnen sloopentot betere vêrkeerv regeiiug in die buurt, en hii die voor een redelijk-knappen prijs van de hand kon doen. In zooverre waren de geruchten duo vrij juist, Gerrit Rustig zou met Rika, zijn vrouw, het verdere gedeelte vau hun leven hoogst onbekommerd, ja zoifs als bij 't hadden gewikt, zeer royaal, kunnen doorbrengen. De kin deren, drie jongens, waren reeds gC trouwd en in goede belrckkm-'n ge plaatst, ook voor hen hadden zo dus geen zorgen meer te kewben. Alleen één dochter. Alida, een ineLje van on geveer twintig jaar, was nog thuis, doch die zou mettertijd ook haar weg wel vinden, daar zij behalve met het. vOörrC'-kt van zeer bemiddelde ouders, door do natuur begiftigd was, mei heel wat bekoorlijkheden, mitsgaders een vrij aardig gezichtje. Het was al leen jammer, dat zij slechts een gewo ne lagere school had bezocht, en riali nooit anders dan met heel alledaag- sche inenschen uit de buurt had opge houden. Had ze in hoogere kringen verkeerd, dan was wellicht ook daar, een zeer 'begeerige partij geweestnu zou ae vermoedelijk heel prozaïsch in ligt huwelijk treden, met een ambachts man of zoo, want de vooruitzichten voor Alida, om nog eenmaal in een andoren stand te zullen loven, waren ui-temt gering, daar vader Rustig niet van veranderingen wilde weten. Hij was en bloef de oude kleine zaken man .gul en royaal, dook eenvoudig, on vrii van geur of opschepperij. Zijn .'geld had ie in hoofdzaak te danken aan lui van zijn eigen stiek, die aJa er grof verdiend werd, ook grof wisten uit te geven, en dan Zondags vooral als zii recht goed uit waren, moesten rij den in een open bakkie, liefst, zoodot iedereen kon zien, dat zij het er eens van namen. Zulke lui waran scheutig, die keken niet op een njksdaa ww, be knibbelden niet op een paar uur rij- <len. Zijn heele leven was-le koetsier geweest en kad-ie met paarden omge gaan. door die beesten, alsmede door zijn kennis van het vak, aangeboren erklust. was het hem voorspoeuig ge gaan, en daarom kon to die bodoening en de lieden, waaraan hij in hoofdzaak z'n fortuin te danken had niet vergeten en wensohte hij eeeu afstand te doen van de omgeving, waarin -eieefd en gewerkt had. Hij woonde dan ook altijd nog in 't hartje van de oude stao, op een tweede bovenhuis, niet het uitzicht vóór op een kwalijk riekende gracht en ach ter op 'n binnenplaatsje van de tegen over hem wonende buren; hij leefde daar gewoon burgerlijk, hii die beter en royaler dan menigeen, een villa in het Gooi, of een groot heerenhuïa in de residentie kon bewonen. Staar dat zou nooit gebeuren. jGerrit Rustig en z'n vrouw waren lasechte Amsterdammers, en als zoodanig stonden zij tegenover de bui tenwereld eenigszins vreemd. Zij had den hun geboortestad maar hoogst zel den veriaten en konden daartoe, nu zo weldra aan de eindpaal van hun le ven stonden, ook moeilijk besluiten. Maar ze hadden het zich toch heel wat plezieriger en gezelliger kunnen ma ken, door in den zomer althans, eenige maanden naar boc-ch of zee te gaan, vooral daar zij zich deze luxe, zonder daar eenig verlet van. te heb ben. geruetelijk konden permitteeren. Moeder en ter. de dochter vooral, die zich over het algemeen veel meer gevoelde dan de oude lui. ja, h;.t soins heel erg hoog in haar hoofdje kon hebben, had daar meer dan eens op gezinspeeld. Op 'n avond, dat dit oii derwerp weer ter sprake was gekomen en Alicia voorgesteld had, eenige we ken aan het strand door te brengen, daar het ;;oo „fameus" warm was m ue stad, had moeder haar uocuter flink bijgevadenzij vond, dat vader enkele dingen, te veel on z'n stuk bleef staan, wel wat eigenzinnig was, soms tot koppigheid toe. Wat dekselwas zo ietwat kwaad uitgevallen, toen vader nog van geen toegeven wL-.e weten, waarom zu.len me ok niet eireis&ies uit de stad naar buiten 2aa.11'!... 'n uitna is toch.geen lantarepaal... te wil der'ök wel- es uit... co geniete... late me ©rxeissies naar Boheveling of Zandvoort gaan... 't zei daar nou imines weze ah 't strand... je sweet je dood op 'n bouvéhuis - Hè ja, pa! riep de dochter enthousiast uit, daar mot 't zoo ver bazend aardig zijn. Tor verduidelijking dient oven, dal Alida (in den huise!ijken kring Doa genoemd. moeder zei wei eens Doa tie, terwijl ze zich zelf met A 1 i betitelde) om haar p'atte uit spraak en loelijk Amsterdamscli, min der ln het gehoor te doen loopen, zich eonige beschaafde uitdrukkingen had eigen gemaakt, die ze zorgvuldig strooiden in eiken regel van haar ge spi'ek. Verbazend aardig", ,,Hè ja!" en „O. ja!" waren er eenige van. Ja. Doa vindt dat a-tomaal fijn, sprak de heer Rustig, Schev&linge ai zoo. hoe voornamer, hos mooier.... maar lk zeg jeiuidas niks voor ons... dat benne de contrije voor de rijk dom, zal 'k maar zesrge... daar lioo i-on w ij niet! Nou, zooveel zal 'i toch niet kos ten. bracht moeder in het midden. Hoor es RiekWat 't kost, kóst 't, maar t blijft begroot ei ijk geld. dat ik. - Maak jo daar geen kopzorg over. zei moeder luchtig, 'n mens mag wel es svüt hebben.... je hebt niks erres geen afleiding hier... je verteert in- tersiek van sjagrijnigheid... en dan met die fiamsnte warmte... op 'n bouvéhuis... je raakt compleet van je trainetauc... t Was waar. Met drae li it to «p 'n Amsterdam-soli bovenhuis, te moeten er blijven. zou zelfs voor den meest hokvasten bewoner, een verlangen naar zee en Lucht niet kunnen onder drukken, al was het dan maar voor <nkei-c uren ate diagjesuiensoh. Het slot van de besprekingen in den liuize Rustig was dan ook, dat Gerrit liad moeten toegeven, waarloc de warmte niet weinig had meegewerkt. Ze zou den. probeeren in de eerstvolgende da gen een paar kamers te huren in een plaatsje aan zee, want logee ren in voorname hotels, met alles wat daar aan vast is, daar paste Go«rit voor. Dit Was, ofschoon het seizoen reeds was geopend, toch nog goiukt. Voor pen schappelijk prijsje hadden ze kamera gekregen boven een kruidenier in het dorp en die toen binnen enkele dagen betrokken. Het weer bleef gestadig mooi maar warm. Dc zon blakerde el- keu dag de aarde, mon&ok en dier. Gras en gebladerde verschroeiden on verschrompelde. Het strand was op sommig© plekken brandend heet en het zeewater voelde aan als lauwe thee. Ma-ar de familie Rustig zat den gehee- len dag aan het strand, in we gehuur de stoelen te pendelen vau luoht eu water; de atmosfeer was in die scha duw van de stoelen toch altijd nog iet wat friasclier dan op een Anister- damsoli bovenhuis. Zij trokken zich de overige badgasten niets aan en genoten van het strand lieven elk op zijne of hare manier. Gerrit lag meest al achterover geleund in z'n stoel te turen naar de zee, ddc met lichte golf- deiniiigen het grijze strand bespoeide, of naar don-horizon, waar nu en dan silhouetten van visecliersschoopjes, of de rookpluimen van groote mails too- mers zichtbaar werden. Hij rookte de cene pijp na de anderesoms, op deal middag, begonnen z'n oogen te knippe ren z'n pijp raakte dan uit, wegena te weinig aandacht aan haar en weldra -liep hii in. dikwijls met zoo'n onver kwikkelijk nasaal geluid, dat z'n vrouw hem moest aanstooton en in z'n dommel storen. Riek vond het aan het strand wel „immes", ofschoon niet vrii van verveling, en daarom nam zie voortaan haar breikous mee, om in den vervolge den heelen dag le blijven breien, kous na kous, of liaar leven in afhing. Alida deed aanvankelijk mets aan .ez-.iiin haar stoel gezeten vers.oud zij bergen st-randleciuur, ge kocht in de kiosk, en vermaakte zich verder wei. blaar ze had zich het strandleven toch anaers voorgesteld Kurzsal en cabaret trokken haar meer aan .tiock de oude lui Rustig gaven «oor zulke genietingen geen geld uit, niet uit krenterigheid, mai.r omdat zij er vo'gcns hun mecnung met hoorden. Hel toeval was ALida evenwel gun stig. Dagoiijks wandelde zii nu veel langs de badkoetsen, over het verdere geueelto van liet strand en langs de oouievards, en ze mocht gezien wor den, in haar allerhekoorbikst zomoi" toiletje zag zo er lang met onaardig uit. Op die wandelingen had zii de aandacht getrokken van een knappen, longen man. een voornaam heer, ckiq en elegant gekleed, die zich had voorgesteld als Baron van „Haver tot Uroot-brcekerveen. En het was hem „zeer engonaom" geweest, toen hij voor de eerste maal afscheid van haar nam. Aii had met veel meer dan liaar naam en die van haar o-uders ge noemd, benevens eenigo ,,0, ja's" en „hoel aard'ig's". Maar het scheen toeli wel, dat het meisje een voortreffelaj- ken indruk op den baron had gemaakt, want hij rustte niet alvorens Ali hem aan haar oudere had voorgesteld, die in de verste vorte niet konden vermoe den, waaraan huri dochter het had te danken niet zoo'n voornaam personage in kennis te mogen komen. Vader nam het overigens niet zóó op, dat hij daaraan bijzondere aandacht, zou moe ten wijden de baron was 'n gezellig prater en had blijkbaar verstand van paard-en, zoodat hij üraag daarover eens met hem discussieerde. Maar moeder had zich zeer gestreeld 'ge voeld, dat haar dochter omgang bad, met zoo'n hoogen meneer. Je kon nooit erres weten, en als het erressies tot een huwelijk kwaiu, dan had Doa dat toch maar aan het verblijf aan het strand te danken, daar had je op 'n bouvéhuis reieel geen kijk op gehad-. Ali was steeds poeslief en zag lioog- op tegen «lien knappen meneer, laoh- ;e veel on sprak weinig, w ant aan het tpreken van den baron hoorde zij, dat haar taaltje nog heel wat te wenschen over liet, oin feitelijk in zulk voor naam gezelschap te kunnen verkeeren. De baron bleef evenwel de familie Rustig steeds frequenteoren, zij hot dan ook. wet vooralsnog door niets bewezen werd, dat lie, achtera! zou blijken te zijn, alleenlijk om do ge goedheid der financieel e positie dezer luidjes. Het was op een der avonden, dat de armte van den verdwenen dag schier niot wijken wilde. Niemand der bad gasten dacht er aan de kamers in de pensions op te zoeker. Men kon niet 6oheiden van de zee .die ze-fs zoo laat, nog geen verkoeling bracht, niet heen gaan van het strand, ofschoon er een klam wanne lucht bleef hangen. Tongen achten kwam de baron nog \cai aa-n-loopen en zette zich in den kring der familie in een stool, met groote moeite nog beschikbaar gehou den. 't Blijft mèr vc-rbaezend wèrm begon dc heer Van Haver tot enz., met een afgezaagde aüedoagsohe oixm/ar- king. Nou, zeil u datwas het bescheid an moeuer Rustig, terwijl ze bezig was kruisbessen uit een papieren zak te eten, ik doch aadattouio nog '11 bootje l soelaas zouë kriige, maar 't blijft ge woon om to stikke. Hè ja? prevelde Ali. Ken ik uwe alstemet ok dien©? vroeg moeder, den baron den zak met vruchten voorhoudend. Perdion, mevrouw, 'k gebruik hoogst zelden vruchten, en deze heb 'k. naar 'k vermeen, nog nooit gege ten. Eu terwijl hij met het, met een mo nocle voorziene, oog tuurde in de sohe- merholte van dién zak, vroeg h'i Zijn dat niet Dat benn-e klapbesseonderrioht- tc m&vrou-w, diie benme fijn!... aeeuse rijp bonne.... O, ja, heerlijkviel Alida bij. klag 'k de geachte familie 'n verfrisschlng' offoeeren? vroeg dn ba- i, toen een kellner van een restau- raiiit pa.sseerde, die juist eenige oon- sumpti© aan een ander gezelschap had "bracht, mevrouw, 'n sorbet?.... '11 plombière Nee '.nee!... o gunst nee! strib belde mevrouw Rustig tegen. Zij was op haar dood voor eet- of drinkwaren, diic ze niet kende, au van die snorre- pijperij met die malle namen, moeot heel niks hebben. Geef me dan maar 'n kougelfles- aic .beaiisto ze, dan wist ze tonmin- wat ze kreeg, veronderstelde ze. En de freule informeerde de baron verder. Ali aanmoedigend. O. ja! Heel aanlig! lispelde dc dochter. Hoewel de baron uit dit antwoord nic-t dadelijk kan opmaken, wat het meisje eigenlijk wilde, vroeg hij maar verder, aan haar vader En u?... Wat zult u gebruiken? Do heer Gerrit Rustig verlangde een flinken pot bier, waarop de baron ver volgde En mij 'n whiskey-soda, hè De keliner even meinoreerend, her haalde toen de bestelling een en andor zelf corrigeerend- Dus Munchener... whyskey-soda... twee limonade gazeuse... Wat blieft mevrou?... Citroen? Frambozen? Si- na as: pp; 1? Grenadine?... Hè, nou d i e weer, met z'n ge- I vraag, nou zou d i e er warempel weer in de war brengen. Geef uwe maar van dat rouje, hoor. da's wel eoed, antwoordde zij. Dus Frambozenmaakte de keli ner uit, twee Frambozen Hè ia! knikte AJid'a, ten bewijze dat ook zii daarmede genoegen nam. Wat draagt u daar 'n bijzondere horloge-ketting, zei de baron tegen Rustig. Tja! antwoordde de ex-koeloier, dat zal 'k uwe vertellen, da's er een van paardiehaar... van uitgevallen staartkaren... mooi ding. hè?... 'k Heb em zoo laten maken met twee gouwe schuiverlies en 'n moeketonhaak —Heel interessant!.. Fameus!... U is toch eeu liefhebber van alles wat op liet paard betrekking heeft. Nou. as je zoo'n slordig© dertig jaar niet ze verkeerd heb, dan mot je we wat voor 'n paard voeten. Hiermede waa de oudie stalhouder weer op z'n geliefkoosd onderwerp ge komen, en genoeglijk keuvelde bn ver der, z'n ervaringen met het paaa-d, nu en dan met 'n teug bier onderbre kend. - A-je 'n paard goed behandelt, hij-je der olesier van... en dan is-ie beet voor z'n werk.... en 't eten mot in orde zijn... nooit te weinig en van bes te kwaliteit,... goed hooi. zwaai- haver-., dan 'n flink stroobed en 'n ruime ca 'n warme stal... Dan heb-ie weinig last van ziekte... ie paarden gaan jaren mee en doen derlui werk goed... z© weten zoo gauw of je goed v-oar ze bent... Met 'n'goed woord kr" je al les van ze gedaan... De zweep be hoefde ik nooit te gebruiken... ze de den wat 'k wilde. Maar er ziin toch ook van die kwaadaardige beesten, meende de ba ron. Gekheid, meneer, dat ligt an je self... Ik heb der ok es een gehad, dde was me verkocht as "n kwajemaar och lieve hemel, was tie gouw gewend bij mijn, is 't niet. Riek? Mevrouw Rustig knikte bevestigerd. Nou, o-ing Görrït verder, hii waa zoo mak as 'n schaap, en gewiekst dat-ie was... je kon cm alies leeren... as 'k ni'n zakdoek iiet vallen, bukte-ie en raapte 'm sebiet op eu reikte em me weer....as 'k in de stal kwam en 'k riep em... al stond-ie in de vea-st-s hoek hij hinnikte terug, as ie me hoor de, is 't niet. Riek? Effetief waar, meneer, de baron, bevestigde mevrouw Rustig. Het werd'laat, ze hadden allen een hoogst genoe- "Ven avond gehad, en die moeder v£n Ali ging met «'e vaste overtuiging tor ruste, dat het oo^gen- blik niet ver meer was. dat haar doch ter een minnaar en wel een zeer voornamen, de hare zou kumien noe men. En reeds den volgenden dog, veel spoediger dan zii had kunnen hoiien, vroeg de baron mevrouw Rustig eens te mogeu spreken. Hij moest even noodzakelijk naar de stad, en wilde - bij zijn terugkomst Ali verrassen met een mooi geschenk, om haai- dadelijk te kuiuien verblijden, als zijn plan nen de goedkeuring der f-amiild© .kon den wegdragen. Maar het was zoo verbazend lastig ENGEZONDEN MEDEDEELINGEN h 60 Cts. per regel. EXAMËNVmï5~ overspanning, oiuvsJ,$/dpe'oosbad\ Léehui* MIJHHARDT'S Zenuw-ia bief ten. \krkoker75cL by/tpolh en drogisten. Jj hii bezat momenteel geen klein geld1, en in liet hotel kon niemand een biljet duizend wisselen. Daar zag me vrouw Rustig oolc «een kans toe, en hel geval werd nog lastiger, wa«t. de baron weigerde absoluut eenige biljet ten van honderd of twee honderd te leencii van haar, die ze gereed el ijk had aangeboden. Eu om dc duizend te wisselen kon zo nietze kwam hoogstens, met be hulp van het beursje van Ali, tot acht honderd en zestig gulden. Doch do baron nam hiermede genoe gen. als mevrouw dit kon raiesen tot vanavond, dan had ze immers alies weer Ic-rugmaar hii eischte beslist, dat zo het biljet van duiz Tid zou aan nemen. Zaken -zijn zaken. In geidelij-ke aangelegenheden moet men c.-rrsct zijn, meende de baron. Wel wat gegeneerd en ietwat onwil lig, liad mevrouw Rustig het biljet van duizend tenslotte aS-ngenomen, na dat ze den baron liaar gebeden voor raad klein papier had overhandigd- Ocli. ze liad het lx drag maag wiL- len schonken, nu Ali weldra zoo schit terend geëngageerd zou zijn. zoo'n fijne partij zou doen. Door omstandig heden vermoedelijk verhinderd koerde de biron dien avond niet terug. Maar wat eigenaardig was, ook den dag daarna on den daaropvolgenden, zag men den aanstaande van Ali niet vor- schiineu. Dat was wei wat vreemd, moor toch niet zoo heel bijzonder, vond mevr. Rustig, die haar man om trent de geldelijke transactie met den baron, nog niet had ingelioht. Toen echter eenige dagen verlocpert aren, toog de familie tooh op infor matie uil. welke cv»-we' zonder re sultaat bleef. De baron was en biovi v ro .ïenan, keerde niet meer terugzeer tot teleur stelling van AJi. die haar koop op ©en engagement weder in rook zag veroF.e- -Rn- En bovendien vpu-j uicmcuw r,usi.io het ook erg onaangenaam, dat ze nu met honderd en veertig gulden in haar taschje zat, die hsar ten eeiierimai.e niet toekwamen. Tenslotte moest zo e: evenwel toe „verbaan het bankbiljet te wisselen zij hod "zelf klein geld noodig. Die hon derd vcertic pop zou ze in elk geval bewaron tot... nu ja, je kon toch nog niet weten... de baron T"v~ eens terugkeeren Maar toen de kruiden'.eioae nel wel kon wiselen haar het biljet van dui zend weer te- gaf, met een vertrou welijk lachje en de leuke opmerking: Wel aardig, die reclame-bankbil jetten, op 'n sigarenzakje... gevaarlijk ziin ze ook'. Toen eerst bogreep mevrouw tensag, dat ze den wel nooit meer zou terug zien. Leger en Vloot DB LANDWEER. In vorbund met do opheffing mot in gang van 1 Juli van do landweordistrie- ton, hooft do minister van oorlog aan do burgemeesters oen circulaire geïieht, waarin wonlt meegedeeld, dat het ver vallen van de benaming landweer voor de onderdooien, die thans dit deel der weer macht vormen. Deze onderdeeleu koineu tot verschil lende korpsen van het leger te behooren. In verband hiermede verkrijgen sommigo doze onderdeelen wel een nieuwe be- ing, maar niettemin kunnen zjj daar naast de oude benaming blijven voeren. Dit laatste is van belang om te vermij den, dat do zakboekjes van de landweer- verlofgangers on de aanteekeningen ia de verlofgangersrogistors all ebinnen een kort tijdsverloop verandeing zouden moe ten onderganu. Een dorgelyko verandering kan oven- wel als regel niet worden vermeden ten ion van hen, die bestemd zjjn voor delnohonienteu voor de grens- en kust wacht, voor bewakings-, dekkings- en nooddotaohemenfcen, of die tot dusver be stemd waren om in geval van mobilisatie bij een landweerdepot op te komen. De zakboekjes van de hierbedoelde personen znllcn eerlang ter wjjziging worden opge vraagd. De gewone kennisgevingen van verhui zing. die aan do landweer-autoriteiten geschieden, komen met ingang van 26 de- ivr geheel te vervallen. De aanvragen van bewyzen van wor- kelijkeu dienst voor vrijstelling^ wegens broaderdionst behooren, van 26 dezer af, het algemeen te worden gericht aan don eoiuuiaudant van het korps, waartoe dc personen, op wie do aanvragen betrek king hebben, behooren of waarbjj zij het laatste hebben gediond. De onderscheidene landweerantOTiteitea zullen, ook na 30 .jozor, voorloopig blijven dienst doen tot het afwikkelen van zaken. Een nieuwe lijst van do standplaatsen in do korpsen is in bewerking, Ze heelt ons tocli verraden, mom pelde Harold. Phyllis untwoordde :iiet, hoewel zij' ook hetzelfde ua« ;i egde haar hand op Harolds arm, alsof zij bij hem kracht zocht, en bleef toen adem loos wachten. Macsarlune en Soames w&icn xeeds vlak bij. Harold fluisterde rog een en kel woord en bleef toen ock n.erlcos liggen. Soaines en Macs.c lan moesten hen wel het volgende oogenblik ontdek ken. Zij kwamen zoo rechtstreeks op hen aan, maar toen zij op ongeveer honderd meter afstands waren, gin gen zij op den grond zitten met hun gezicht naar het huisje en hun rug nuar de schuilplaats gekeerd, vvuar Harold en Phyllis zich bevonden. Zoodra hij durfde, wendde Harold het hoofd een weinig om en zag Phyl lis aan. Haar lippen bewogen zich. Zij bidt weer, dacht Iia»o!d, en eigenlijk gezegd, kon ik dat wel verwachten. Zou ze toch b'ijvcn geloo- ven, dat er nog redding mogelijk; was? Strak3 scheen z© anders ïceds' alle hoop opgegeven t© hebben. Slechts; van de Vooizien.glleid ii nog hulp te verwachten. 'Jat is se»;<r ouder een enkel wapen kan ik ntets hgen hen beginnen, vooral daar -ij Pelden een revolver hebben, cn >k rog heel zwak ben. Soames had een unD opgestoken en Maosarlane rookte een .sigurette. Nu en dan wisse.doii oen paar woorden, die Harold echter net ver staan kon. Eindelijk stond Mocsarl.ine op en wierp zijn sigarette weg, We moeten blijven zot kon, zei] hij met luider stem, /.e lvdn niet j ver weg zijn. Wie zegt je, dat ze I ij tic oude j vrouw geweest is? Daar ben ik vast van o.ertuigd, In het dorp zeiden de inoivrihen im mers, dat de oude vrouw iitoi.fnd bij zich had. Waaroizou ze andors o>»k zoo'n heelen schotel sandwiches heb ben klaargemaakt? Toch /der niet voor zich alleen. Ze zei immers, dut ze voor ons waren, merkte Soames op. Ja, dat wais nog al waarschijn lijk, zei Macsarlaue op spottende» toon. Neen, zc waren natuurlijk voor het meisje bestemd, en dat kan dus niet heel ver af zijn. inden moe ten we haar. Heel goed, zei Soanios, -- gn dan je gang maar. liet Ccing?, wat mij niet lijkt, is dat je «ter naar Muirton terug moet.Hoe minder ze on-_- daar zien, hoe beter. Daar is e-nniaal ru-% aan te veranderen, zei Macsar'ane, <n Mu r- ton is do eenige plaats, v i u- ik e: ©cn krijgen kan. Kijk jij f!'.'.crwijl nos maar eens goed vond. Het mc;e- jkomt misschien wel uit haar schuil plaats to voorscjiijn, zoodra ze do auto ziei wegrijden. Ilm, zei Soames, dat is niet zoo' waarschijnlijk. Ik vermoed, dat zo! al lang weg is. Die Clyffe. (Jlyffe, horhaa.de Maosarlane op minachtenden toon, die kan hier immers toch niet voor ons zijn gekomen. Je praat nu toch onzin, Louis. IU ga dus maar hec-n en kom zoo gauw mogelijk terug en dan zullen wc liaar wei dadelijk te pakken hebben. HOOFDSTUK XIX, Op devlucht. Macsarlatic liep met vluggen trea naar de plaats, waar de auto stond j en reed daarop snel weg. Slechts en- Uelo minuten en hij was uit het oog! verdwenen. Harold keek Phyllis aan. Er was nu nog maar een man, om rekening mee to houden, doch het was degesn. di n zij 't meeste duchten. Hij was boven- dien gewapend met revolver en mes.1 Als H.irold in goed© conditie was i geweest, zou hij k.t echter toch nog' met hem aangedurfd hebben, maar nu. verzwakt aH hij was, zou hij ze-' kor iu.'l tezen hem opgewi escn De honger, die hij leed en ci"o hij ook begreep, dat Phyllis motst lijden, deed hem ten slotte toch besluiten, liet er op to wagen en Soames onver hoeds aan te vallen. I-let volgende oogenblik legde Phyl lis haar liand op zijn arm cn fluister de op Soamös wijzende: Iiij begint slaperig te worden. En dat was werkelijk het géval. l)e kerel had waarschijnlijk den vorigon nacht niet veel geslapen en nu lnj daar zoo rustig in de zon zat, begon nen zijn oogen dicht te vallen, llij knikkebolde een paar maal en viel eindelijk op zijn zijdo. Ik geloof, dat hij slaapt, zei I'a- rokl zachtjes, misschien hebben wb nog een kans, om te ontsnappen. Me dunkt ik moest het er nu maar op wagen, om te trachten hem onscnado-1 lijk te maker.. Phyllis schudde het hoofd en legde den vinger op do lippen. Soames was weer half overeiud gekomen en Leek achterdochtig om zich heen. Toen hij echter niets verdachts zag of hoorde, I legde hij zich weer neer en sliep op-1 nieuw in. Laten we vluchten, terwijl hij j slaapt, fluisterde Phyllis. Ik zou hem liever erst o vetmee» teran. antwoordde Harold. Neen, neen, zei Phyllis, daar- i voor slaapt hii niot vast genoeg. Hij nou jo stel'ig hooien aankomen. Harold ging ovoreind zitten en kroV naar den slaper den schurk. Wat zou hij doen? Hij wilde niets liever dan den ellendeling aanvallen, nu deze eindelijk in zijn macht was. Maar wue hij wel Itj zijn macht? Sliep hij wel vast genoeg? Zou het minste geluid hem niet doen ontwaken? Als hij bp sprong, zou i n, gewapend als hij was Harold weldra de baas zijn. liet speet Harold zeer, dat hij den stok met den looden knop nic-t moer had. llij had hein weggegooid, toen hij den vorigon nacht rijn langen tocht begon. Had hij den stok nog gehad, dan zou hij geen oogenblik geaarzeld hebben." Als hij slechts aan zichzelf had behoeven te denken, zou hij liet ook nog gewaagd hebben, maar als Soamas eens wakker werd en hem overhoop staiï, wat zou er dan van Phyllis wordenv Weer bewoog Soames zich even, opende de oogen en keek om zich heen. Even later sloot hij ze weer, maai- zelfs in zijn slaap sclneri hij nog de wacht te houden. Phyllis legde weer haar hand op Harolds arm en fluisterde: Ga nu mee, voor hij weer heele- maal wakker is, wij kunnen een heel eind weg zijn, voor zijn vriend terug komt. Rarold stemde er e indek k in toe. daar hij inzag, dat zij gelijk had. In ieder geval was het nog beter dan langer te blijven, waar zij waren. Phvlliq kroon nu on hnnrlen en voe ten weg. door Harold gevolgd. Toen zo oen oind ver waren, keken ze eens om. Soumos lug ijog in den warmen zon neschijn to slapen, hoewel zijn slaap niet vast was, want terwijl zij naar hom keken, zagen ze hem weer op z'n elleboog gesteund slapende naar het huisje en naar weerszijden, kijken. Gelukkigerwijs draaide hij niet hee'.e- mnal liet hoofd om en vleide zich daar na weer neer. Wat ben ik bllij, dat je niet naar. hem toe bent gegaan, zei PhylÜ6. Hij zou je zeker hebben hoören aan komen. /ij liepen haastig voort, zoo snel als hun gering© krachten het hun toe lieten. Harold zegende het toeval, dat hun vijand juist op het rechte oogen blik slaperig had gemaakt. Weldira waren de vluchtelingen, doordat de wog, dien zij namen, voort durencl daalde, uit den gezichts kring van Soames verdwenen. Harold en Phyllis zagen elkaar aan en slaakten een zucht van verlichting. Nu pas gevoelden zii, hoe groot de spanning geweest was, waarin zij verkeerd hadden. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1922 | | pagina 10