Buiteniündschövarzicht HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 26 JUNI 1922 TWEEDE BLAD DE UITSCHE MINISTER VAN BUITENLANDSCHE ZAKEN RATHENAU GEVALLEN ALS SLACHTOFFER VAN EEN POLITIEKE MISDAAD. HEFTICE VERONTWAARDIGING TEGEN DE MILITAIR-MONARCHIS TISCHE PARTIJEN, DIE VOOR DEN MOORD AANSPRAKELIJK GE STELD WORDEN. RATHENAU WAS EEN VAN DE CROOTSTE ZONEN VAN DUITSCHLAND. OVER ZIJN VERZOENINGSPOLITIEK TECENOVER DE VROEGERE VIJANDEN. Zaterdagmiddag' schreven we reeds op ons nieuwsbord bet uit Berlijn ont vangen telegram, dat de minister van buitenlandsche zaken Rathenau te Ber lijn was doodgeschoten. Met groote be langstelling las bet publiek dit bericht, alsook de vele aanvullende bijzonderhe den die wij in den namiddag en Zondag op ons bord voor onze bureaux in de Groote Houtstraat publiceerden. De Kaiserallee maakt bij de Erdemer Wallochstrasse een scherpe bocht naar links, alvorens in de richting van het station Hallensee naar de Kurfürsten- dam te leiden. Daar is thans een huis in aanbouw. De arbeiders waren juist be zig, voor de deur eenige werkzaamhe den te verrichten, toen om tien uur vijftig minuten de auto van Rathenau de Kai serallee kwam inrijden. Achter de auto van Rathenau naderde zeer snel rijdend een grijze, eveneens open auto, waarin zich naast den chauffeur en binnen in de auto drie jonge mannen van onge veer 28-jangen leeftijd bevonden. Alle vier inzittenden droegen opvallend nieu we iederen mantels en autokappen, wel ke zij zoover over het gezicht hadden getrokken, dat zij onherkenbaar waren. De auto viel ook den arbeiders op in verband met de luxueuze kleeding der inzittenden. Een oogenbiik later stond een der mannen in de grijze auto op. Hij haal de een Parabellumpistool te voorschijn en lesti daaruit b nuen tnkele se.onden zes of zeven schoten in de richting van Ralhenau. Deze werd onmiddellijk ge troffen hij stond op, doch zonk ter stond dood in de kussens van zijn auto neer. De chauffeur, die niet gewond weid, reed nog een emdweegs door. De auto der moordenaars snelde hem voor bij en raatrie door in de richting van Berlijn. Ue auto ran den minister reed na den aanslag langzaam naar zijn villa terug. Een toevallig in de nabijheid staande dienstbode vond den minister nog le vend in zijn auto. Hij was in elkaar ge zakt, zij hielp hem oogenblikkelijk en ondersteunde 2ijn hoofd, daarna reed zij met hem naar een politiepost, waar Ra thenau voor de deur den geest gaf. Een dokter, die ontboden werd, kon slechts den dood constateeren. Daarop brachten beambten van de Schutzpolizei den minister naar zijn woning. Hier was slechts zijn secretaris aanwezig. Op de plaats van den aanslag verza melde zich al gauw een groote men- schenmenigle. De Schutzpolizei en de recherche, alsmede de burgemeester van Grunewald, namen dadelijk de eerste verhooren af. liet bericht van den moord bracht in de lonie Grunewald groote verslagen- hei,-. jen één uur versabenen vertegen woordigers van het Berlijnsche polilie- presidium op het tooneel van den aan slag. Zij namen de twee ooggetuigen p'er auto mee naar Berlijn. ..enige scherven van de handgranaat, alsmede stukken van dc auto werden op straat gevonden. Alle auto-v.-egen werden door auto's van de Schutzpolizei afgezet. Het wapen, waarmede Rathenau doodgeschoten werd, was een Mauser voorlaad-pistool. Uit een later onderzoek bleek, dat de „feldgrau" gelakte auto na den aanslag niet, zooals aanvankelijk werd gemeld, naar Berlijn was gereden, maar door ver- «chi lende personen in de Warmbrunnei Strasse, in Schiuargencr en later iu Zehlendorf is gezien, rijdend in de rich ting Potsdam. De wagen droeg, volgens de eenlui- dende verklaring van alle getuigen, geen nummer. Volgens het „Acht Uhr Abendblatt" verklaarde de chauffeur bij zijn verhoor door de politie, dat de aanslag zoo snel plaats vond, dat het nauwelijks tot hem is doorgedrongen, wat er was gebeurd. De auto der moordenaars reed dicht langs de linkerzijde \an den automobiel van den minister. De chauffeur week onmiddellijk uit. Op dit oogenbiik knal den reeds schoten uit de auto. De chauffeur had moeite, om het stuur in dc hand te houden, daar hij door den schok, dien zijn auto kreeg, bijna van zijn plaats werd geslingerd. De sectie op het lijk van minister Ra thenau heeft*het volgende uitgewezen: De minister is in zijn auto zittend ge raakt door drie schoten, die rechts in den hals gedrongen zijn. Een vierde schot is links onder den linkerarm het lichaam binnengedrongen. Een vijfde schot schijnt den minister links aan den hals getroffen te hebben. Alle tanden van de onderkaak waren uitgerukt. Aan de Imkerhand zijn verscheidene vingers geheel ontvleeschd. De reohtervoet is door een granaatsplinter getroffen. De schoten in den hals moesten absoluut den dood ten gevolge hebben. Ooggetuigen verklaarden, dat de auto der moordenaars en nog een andere auto een tijd lang voor dat de daad werd gepleegd in de nabijheid van het huis van Rathenau stil gehouden hebben. EEN ROUW-ZITTING VAN DEN RIJKSDAG. Zaterdagmiddag om drie uur is do Rijksdag in rouwzitting bijeengekomen. In deze zitting zou door de regeering te vens worden medegedeeld, welke m regelen zij in verband met den. in scherpten binnenlandschen polilieken toestand zou nemen. Reeds eenigen tijd voor het openingsuur was de zaal reeds gevuld met afgevaardigden, terwijl de publieke tribunes zwart van de belang stellenden waren, waarop minister Ra thenau tot dusverre placht te zitten, bouquet witte rozen, omhuld met z\ rouwfloers, neergelegd. Toen de rijksdagvoorzitter Löbe de zaal binnentrad, maakte zich van alle aanwezigen een groote ontroering mees ter. Tal van afgevaardigden van links stortten zich op de rechtsche afgevaar digden onder het uiten van wilde uit roepen. Vele socialistische afgevaardig den deden hun partijgenooten en leden andere linksche partijen verwijten, dat het aan hun laksheid was te wijten, dat een dusdanige moord heeft kunnen plaats vinden- Vooral de afgevaardigde Helffericü werd door tal van linksche afgevaardig den bedreigd en kon slechts met moeite en bleek van opwinding zijn plaats be reiken. Hier vereenigde hij zich met de afgevaardigden Hergt, Schul, Brom berg, Semmler cn den afgevaardigde Kardoff, een boom van een man, tol eeo groep, die aan de aanvallen van de link sche afgevaardigden krachtig weerstand bood. Van links werden kreten ge hoord als 1 Moordenaars J Schurken I Weg met henonz. De voorzitter deed eenigen tijd lang vergeefschc pogingen, de afgevaardig den tot kalfnte brengen. Eindelijk geluk te het aan dr. Wirth, zich in het kluwen vechtende afgevaardigden te dringen en slaagde hij er in, de kalmte wat te dolm terugkeeren. De communistische afg> vaardigde Hólein riep „Maar wij kun nen dit toch maar niet zoo zonder n dulden!" De Rijksdagvoorzitter Löbe wist zich ten slotte verstaanbaar te ma- keu en riep uit, dat de rouwzitting zou woi den opgeheven, indien de afgevaar digden het tumult zouden voortzetten. Door een democratisch afgevaardigde weid geroepen: „Maak deze rouwzitting nu niét tot een comedie!" Ten slotte legde de rijksdagvoorzit'er Löbe, onder groote emotie van de wezigen, de volgende verklaring af mens de regeermg. Duitsche rijksdagafgevaardigden aldus ving hij aau datgene, wat de oorzaak is van onze opwinding op het oogenbiik is een daad, zoo ontzettend, zoo gruwelijk en zoo ruw, dat ons het bloed in de aderen stilstond, toen wij van de daad vernamen. Zooals gij allen weet, is Rathenau vermoord door eea aantal laaghartige sluipmoordenaars. Hij, de mail, die zijn geheele parti culiere leven, zijn persoondjke neigin gen en zijn rust heeft opgegeven om naar zijn bgsto Runnen de Duitsche republiek to dienen, ie niet meer. Zoo vaak ik hom van deze plaats hoorde spreken, kwamen steeae zakelijke woorden over zijn lippen. Ik behoet geen uitdrukking te geven aan den rouw, die wij allen in ouze harten ge voelen, noch aan de verachting, wei- vrij voor de moordenaars hebben. Wat voor ons thans op het spel staat zijn de Duitsche repunliek, het Duit sche volk en de Duitóche toekomst. Hier interrumpeerde de communis tische afgevaardigde Hóliein en riep: „Helfferich heeft Vrijdag de moord- rede gehouden". De rijksdagvoorzitter verweet dezen afgepaardigde zijn interruptie «n vroeg hem ol hij meende dat door die interrupties de indruk zijner wooruen zou worden verhoogd. Löbe vervolgde zijn rede: De moor enaars hebben een organisatie van andere moordenaars achter zich, waarvan de leden elkander wederkee rig beschermen. De schuld van den moord komt dus niet alleen neer op de hoofden van de moordenaars zelf, doch ook op de hoofden van diegenen, die hen tot deze daad hebben aangezet. Sedert de twee jaren waarin ik met het vertrouwen van den rijksdag deze functie van voorzitter vervul heb ik mijn best gedaan dezen post steeds met een zoo groot mogelijke onpartij digheid te bekleed en. Deze onpartij digheid stelt mij thans in staat te verklaren, dat deze vreeselijke bloed- daad niet zou zijn gebeurd, indien ze kere kringen zouden hebben afgezteu van de hetze tegen de mannen, die aan het bewind zijn. Er schijnt geen bescherming moge lijk tegen deze moordenaars, vervolg de spreker. Zij ontvangen hulp, die er voor zorgt, dat rij na hun. daad verdwijnen en hen verder in bescher ming neemt. Met tranen in de oogen riep Löbe daarop uit: De een na den ander wor den wij allen het slachtoffer van die hetze-campagne. Heden hebben zij ©en man getroffen, die een begaafd per soon was en in staat, de banden n.et de andere naties welke door den oor log waren verscheurd weder aau te knoop en. Wij hebben door hei op slaan van onze zetels dam; getracht aan den man, die zajn le en i - n bet welzijn van zijn vaderland bad gewijd en wij hebben aan ons medelijden met de grijze moeder ui.ing gegeven. Löbe besloot zijn reoe met cl© opwek king om het werk, dat door Ha;heLau is begonnen voort te znten. De sociaal-democratische afgevaar digde Wels riep daarop: Leve de re publiek. De geheels linkerzijde deed met die woorden haar instemming blijken, terwijl naar de lectintzho® ultroejien werden' geslingerd als: Weg met de moordenaars! De rodo van don Rijkskanselier Toen alie» weer rustig mus gewor den iicun ue rijKskansciier jir Wirïh bei wooru. in ue oercte o- genb.;kken was iuj zoozeer door ue e.m.vie viu. bet oogenbiik getroilen, uat zijn w uur uu waren.1 11 herinne ring, waarop te Oenua ae slotzitting van de conlerentie werd grin. uaeu. Hij bracht 111 berixmei mg, 110© tlien dug door vele staatslieden redevoerin gen werden gehouden, waarrim de meeste echter voorbijgingen zonuer al te zeer de aandacht te trekken. Toen kwam Rathenau evenwel aan het woord en de woorden, di-> h;j toen sprak, getuigden van 2ijn edele en humane gevoelens en van zijn stieten voor de verbroedering van de ma sch heid. Mannen, die ut dusverre een afzijdige houding hadden ir genomen tegenover de woorden, welke to Ge nua door Duitsche staatslieden weren gesproken, toonden plotseling belang stelling en gaven uiting aan cn geest va toenadering. Het was Puthenau's streven om over de grenzen dei na ties heen verbroedering onder de vol ken te bewerkstelligen. hans hgt hij daar en zijn zetel is met rouwfloers overdekt. Rathenau is niet alleen als offer voor zijn eigen volk gevallen, doch ook voor de verbroedering van de ge- heele wereld, van de gehee'e mensch- heid. Wee hun, die dit grootsche werk dor verbroedering te niet willen doen. Het is onze taak, dit we Toert te zet ten. Wij hebben Rathenau van zeer nabij gekend en rnochter. hem onzen vriend noemen. Hij heeft vele tegen standers gehad en ik weet nu. waar door die haat tegen hem is ontstaan. Vroeger heeft hij zijn gedachten neer gelegd in litterairen vorm Van het oogenbiik, waarop hij in dienst van de republiek trad, had hii niet alleen tegenstanders, doch kreeg er doods vijanden bij. Van links werd geroepen: Hulfftricli! Het werk, dat Rathenau zich had voorgesteld tot een goed eind* brengen, vervolgde spr., dent door ens te worden voortgezet. Het t roven voor het welzijn van het Duitsche volk en voor de beschot m:ng var» de republiek, mag door zijn dood niet worden onderbroken. Het geheel© Huts, uitgezonderd ae rechtsche partijen, bracht mat dtze laatste woorden zijn instemming op luide wijze tot uiting. Alien, die het met het vaderland cn met het DuiLsche volk goed moeiten, zuilen uit Katnenau's doud de kraciit putten, sterk te staan tegen degenen, die den ondergang van do republiek wenschen. By deze woorden barstte de geheel e zaai, van het centrum tot aan de com munisten uit in een stormachtig ap plaus. üok van de republieke tribunes weerklonken levendige uitroepen van bijval. ündor nog steeds groeiende opwin ding verklaarde de rijksk.un.-oller: De Duitsche arbeiders hebben ln Je da gen van de revolutie niamaud, die aanhanger bleef van het oude régime, ook maar een haar gekr311.it e'i ock thans wenschen zij niet iemand een haar te krenken, die de oude 11 rger- lijke politieke opvattingen blijft hul digen. Van de aanhangers van het oude régime daarentegen tan niet worden gezegd, da! zij eenzelfde loya le houding aannemen. Van bet Noorden tot het Zuiden, van het Westen tot he' Dosten voeren zij een betzecampagne, gericht tegen de regeering en in volksvergaderingen zweepen zij de massa op to' misda den. Voortgaande zeide de rijkskanse lier: Mijn vermoorde vriend heeft nooit geen enkel slecht woord over zijn poli'ieke tegenstanders gespro ken. Ik kan a) mijn collega's in he' kabinet ah getuige aanroepen, dat hij over de schandelijke aanvallen in de pers, die hem wegens zijn werk voor de Duitsche republiek en de verzoe ning der volken heeft belasterd, geen enkel kwaad woord heeft gezegd, i koesterde geen wrok. Hij had de reine ziel van een kind. Nog Vrijdag middag heef' bij de onlang3 aangebo den politie-bescherming van de nand gewezen. (Levendig geroephoort, hoor'). Na de rede van den rijkskanselier werd een voorstel van de meerder- heidssocialistischen afgevaardigde Meuller Franken en den onafhanke- lijken afgevaardigde Hoffmann de redevoeringen van den rijkskan selier en den rijkspresident, eveneens Rathenau had herdacht een oproep aan het Duitsche volk had gericht om aan de republiek vas' houden, op kosten van de republiek door openbare aanplakking te doen verspreiden, onder algemeen© goed keuring aangenomen. Tegen stemden slech.de beide rechtsche par'ijen, de Duitschna'iona- len en do Duitsche Volkspartij. Dit feit werd door do meerderheid van den rijksdag met levendige roepen van afkeuring opgenomen. Daarop werd de rijksdag verdaagd tot acht uur des avonds. Over het tumult in den Rijksdag. Omtrent de handtastelijkheden welke zich Zaterdag na het bekend worden van den moord op minister Rathenau in den rijksdig hebben voorgedaan, kan nog worden gemeld, da' het tu mul' begon, toen de afgevaardigde an do Duitsche volkspartij Schoch werd aangevallen en uit de zaal a. Klaarblijkelijk dreven. Klaarblijkelijk had te doen met het vervolg van een 'wiet, die zich <e voren in de wandel gangen had afgespeeld. Toen generaal von Schouch do nog vrij leege zaal binnentrad, werd hij door tal van 'afgevaardigden der so cialistische partij uitgejouwd. Ver volgens kwam het 'ot een wooidenwis seling, waarbij eenige afgevaardigden op den generaal toeliepen. De aange vallene 'rachtte aanvankelijk zich te verdedigen. Daarop vluchtte hij even wel door een deur. La'er. toen de zi'ting echter nog steeds niet was ge opend. trad een onafhaukehjke afge- vaardige met een groot bouque' rozen en eiken bladeren, versierd met een zwart wit-rood lint, de zaal binnen. Hij 1 "ep 'oen uit,,Di' is hier zoo even voor Holfferich afgegeven als een eere-geschenk. Van links werd daarop geroepen,,Pfui die Mórderbande". De bouquet was door een 18-jarigen jongen in do wandelgang gebracht. Hier werd hem door 'al van personen de bouquet ontnomen. Zij sloegen den jongen, gooiden hem de 'rappen af en gaven hein daarna over aan een in het gebouw aanwezig 2ijnde politde-be- amb'e7 die den jongen arresteerde. Het lint, dat aan den bouquet was bevestigd, droeg het opschrift „Aan Helfferich, den verdediger van Duitschlands eer." D0 bouquet zou door leden van den Duitsch Zuid-Afrikaanschen Soldaten- bond gebracht zijn. Ook tumult in 't Pruisische huis van afgevaardigden. In den Pruisischen Landdag kwauj he' tot rumoerige tooneelen, toen de moord op Ka'henau bekend werd. De president verdaagde onmiddellijk zitting voor een half uur. Toch bleven de afgevaardigden in Degrijpelijke op winding in de zaal. Toen de onafhankelijke afgevaardig de Meier zei..Hedenmorgen is Ra thenau vermoord." Gisteren zijn Esche- risch, vön der Tanne professor Schlös Ber, von Reicher' en von Reiclienber ger hier aangekomen en in Kaiserhof afgestapt. Daar hebben we de tegen- reevolutie", klonken van links toornige uitroepen tegen rechts „Er uit met de de Mordbuben, er ui» met de moor denaars." Ook na de hervatting der zitting kwam het tot stormachtige looneeleu toen de Duitsch nationale afgevaardig de Oclze zijn plaats als griffier wilde iuifCmen. Op verzofk v»n den voorzit ter verliet hij ten slotte zijn plaats. De geheele Duitsclie pers. veroor deelt ©ejisgeaLnd den moord op rijks- imii uister Rathenau. üok die Duit&ch- uaUoiiale bladen wiilien van deze misdaad niets weten. Zoo zegt de „Deutsche Tageszeoting", dat dit oen der laagste misdaden ie, die de ge schiedenis der mensckheid 1 loeft ge kend. En deze verschrikkelijke daad zal de nationale zaak kwaad doem, zoolang de verdenking blijft bestaan, dat de moordenaars in hét rechtsche kamp te zoeken zijn. Het blad ver langt derhalve een streng onderzoek en alle mogelijke opheldering en durft er dan op te zinspelen, dat men hi or even goed te doen kan hebben met een provocatori&chon moord van üttnkscturadlLcale zijde gepleegd, als met een daad van rechts. De „Lokal Anzeager" schrijft: „Op het veld van eer is hij gevallen. De misdadige hand heeft weder een man, wiens gezindheid boven alle verden king verheven was, en die door zui vere vaderlandsliefde waa bezield, getroffen". Geheel Duitechland gevoelt, dat deze misdaad van onafzienbare draagwijdte ie. Men moet echter be twijfelen, of aan dezen moordenaars oorlog met normale middelen een einde kan worden gemaakt. Zekere richtingen, die belang had den bij onzen cn machtigen toestand zijm zeer zeker in moreel opzicht de medeschuldigen aan zijn dood. De „Deutsche Zoitung" schrijft: Deze moerd is meer dan een mis daad, alleen uit kortzichtigheid be gaan. De „Keuszzeitung" wijst iedere verantwoordelijkheid voor dezen aan slag af. De „Deutsche Allgemeine Zeitung" schrijft: Deze moord brengt een nieuwen gevaarlijken schok toe aan't toch ai zoo wankdLa volkslichaam, ge vaarlijker dan eenige vorige schok is geweest. Deze steeds weer terug- keeronde moorden maken iedere in nige samenhang van het volk onmo gelijk en drukken de natie terneder. Een burgeroorlog moet er tenslotte het gevolg van zijn. EEN KARAKTERSCHETS VA^T RATHENAU. Ia Rathenau verliest de Duitsche geeriag en het Duitsche volk een der beste, verstandigste en bozadigete verte genwoordigers. Rathenau heeft tweemaal deel uitge maakt van het kabinet Wirth. AJs minis ter van wederopbouw trad hy in Juni van vorige jaar in de regeering. Later, bij re constructie van het kabinet in October van hetzelfde jaar (nu de voor Duitsch- iaud ongunstige beslissing over Opper-Si- le/.ic) is hg een tijdlang ambteloos ge- woest, tot hy zich enkele maanden nadien bereid verklaarde als leider van de bui ten!» ndseSie politiek des rijks op te tre den. ln beide functies hoeft hij getracht don haat, die als gevolg van den oorlog zoowel tusscheu de volken als de klassen is ontstaan-te verzoenen. By zijn optreden als lid van de regee ring heeft hij dit verzoeningsgezinde stre ven in zijn maidagspeech in den Rjjksdag voorojtgesteld. Hij had toen den moed verhalen over opzettelijke verwaarlooziog •door Frankrijk van het verwoeste gebied tegen te spreken en met cijfers aai toon en, hoeveel Frankrijk reeds voor stel ba,i gedaan. Later heeft hij door de overeenkomst van Wiesbaden en do ovoreenkomst-Be- meimans getoond, dat Duitschland onder zijn leiding alles in het werk wilde stellen om het herstel van de oorlogsschade veol mogelijk te bevorderen. Door een en ander had hij zich den onverzoenlijke» haat van de nationalisten op den hals liaal cl. Rathenau was in vele opzichten een merkwaardig man. Een karakterschets in een Duitsch blad zenic na zyu aanvaarding van den m terpost in Juni 1921 van hem: „Hjj rasj altijd door zyn onafhankelijk deel. dat vaak heel nnders uitvalt dan mede- en tegenstanders hadden gedacht. Als lid der burgerlijke democratische par ty ziet hjj er geen boen ia socialistische denkbeelden aan te hangen, als Duitscher is hij nochtans niet anti-Franech gezind, als pacifist dringt hjj niettemin in Octo ber 1018 op nationale verdediging aan, twee Jaar later voorkomt hjj ter confe rentie to Spa de brouk met de Entente, waarop Stinnes aanstuurt cn ia den jong ste» tyd waarschuwt iiy (inhet Berl. Ta- geblatt) tegen aanneuuiig van het ultima tum van Londen, om kort daarop dea mi nisterpost aan te nemen, waarop hg in hoofdzaak de uitvoering van dat ultima tum mogelijk zal maken. Feuilleton Dunsiow, E. R. PUNSllON. (Geautoriseerde vertaling). 19) Zij gingen even zitten uitrusten m liet Heerlijke gevoel, dat er weer hoop was, dat ze hun leven nog zouden kunnen redden. We zijn daarom nog niet liceie- maal veilig, zei Harold. Ze kunnen ons nog best inhalen. Welken kant zullen we opgaan? ivroog Phyllis. l-Iarold dacht even na. Het was ver standiger, niet naar Mnirton te gaan, al lag dat ook het dichtst bij, daar zij diui Jeans hadden Macsarlane tegen te komen. Zouden ze naar de herberg gaan, die op de Muirton-Dunslow weg lag? Maar hij wist niet precies, hoe zii die het best bereiken konden. Zij besloten dus eindelijk liever in noordelijke richting voort te loopen, die wee waa nog al bewoond, en ze zouden allicht op een boerderij nacht-1 verblijf kunnen krijgen. Er moet ergens, niet ver hier i vandaan een hutje zijn. zei Phyllis,! terwijl ze in noordwestelijke richting wees. Juffrouw Hall heeft mij wel eens gesproken over de menschen, die daar woonden. Laten we trachten, het te vin den, ze Harolcl. Hoe voel jo je? O, heel goed, verklaarde zij, hoe wel haar blteke wangen, ingezonken oogen en onvaste gang deze woorden maar al te zeer weerspraken. Denk je, dat je vijf of zes niiji zou kunnen afleggen? vrotg hij, zoover zal het hier toch wel vandaan zijn. Ja zeker, antwoordde zij, dat zal wel gaan, laten we inaar gauw voortmaken. Zij begaven zich weer op weg en nu in de door haai- opgegeven richting. Hoewel zij in liet begin flink voortstap ten, werden ze weldra moe. Dc zon was brandend heet en er was nergens schaduw. De dorst, die zij leden, werd hoe langier hoe erger, hun koel waa ge zwollen, hun lippeai waren gebersten. En toch moeien zij voort, wildon zij niet door hun vijanden gevangen ge nomen worden. Als ze liet eerst in deze richting gaan, zullen ze ons spoedig Inhalen, zei Harold. We zullen wel gauw bij het huis je zijn, zei Phyllis. Als je dc wandeling maar kan volhouden, zei hij zuchtend. Zoolang het moet, kan ik wel voortioopen, antwoordde zij. Hij greep haar hand en drukte die zachtjes. Ik zou wel eens willen weten, zei hij, wat die Macsarlane uit Muirton is gaan halen. Misschien wel een teüecope ol zoo iets, om ons mee op to spcien, antwoordde zij. Dat zou kunnen zijn, zei hij, maar ik wou, dat ik het wist. Meer dan een uur lang strompelde» zij voort en toen 23 bijna uitgeput van vermoeienis waren, za^cn ;e en-lelijk l^t bedoelde huisje liggen met een stukje bouwland er achter. 'Kt zien er van gaf hun reeds nieuwe kucht, maai' toen zij naderbij kwamen, zei Harold op teleurgestelden toon: Ik geloof, dat er niemand thuis is. Zij duwden het hekje open en gin gen hot tuintje in. Er verscheen nie mand, geen hond blafte, >-n geen rook kwam uit den schoorsteen. Het schijnt werkelijk, alsof er niemand thuis ie, herhaalde Harold en zuchtte opnieuw. Wo zijn er hier dus niet veel beter aan toe dan op de heide. Het was de vreeselijke stilte en een zaamheid van de hei geweest, die liem het meest gedrukt had, en toen hij het huisje in het oog kreeg, had hij gedacht, nu eindelijk ••<-- r tren- schen te zullen ontmoeten, die hun te Onze LacMoek Beleefdheid. Meneer Meyer ging per tram huis waarts, na etsi good diner. Toen een daanc instapte, bood hij haar onmid dellijk zijn plaats aan. Den volgenden dag ontmoette hij den conducteur, die hem keilde. Bent u weer lieelemaai heter meneer? vroeg de conducteur belang stellend. Beter? Maai- ik ben niet ziek ge weest! antwoordde Meyer verbaiuxL Gisteravond was u toch niet liee lemaai in orde 1 Maar. man, wat bedoel je toch!? Wel, u bood uw plaats aan oen dan 10 aan! Dat is toch pure beleefdheid! Jawel, zei de conducteur droog jes, maar u en die dame waren de eenige passagiers! „Een veelzijdig man, die oude plunje weet af te öanJcen en nooit by de pakken gaat neerzitten. Hy is natunrvorscher, ooral chemicus, filosoof, econoom, teth- licus.. hij etel in het kort belang iu alle ormen van het monsehelyk denkeD. AJ« zoon van den stichter der Allg. Elektrixi- tütsgeselleehaft, stodeert hy in natuur kunde en lectroohe-mie, maar volgt tovona de colleges van Hemkoltz en Dilthey. Na zyn jiromotie vindt hy oen procédé om uit halogeenzouben door electrolyse chloor en alkaliën te winnen, hjj stioht maatschap pijen om deze vinding te exploiteercn in zjju vaderland. Poleu en Frankrijk, en publiceert terzelfder tyd rijn eerste afo ristische geschiften op allerlei gebied. .Dan bouwt hji, tegen de dertig jaar, fabriekasta-l Bitterfeld, clectrif-dae centrales te Manchester, Amsterdam, Ba koe, Buenos Avres, bestudeert de kolo nisatie in de Afrikaansche bozittingen van Duitsebland en Engeland en volg', op 43 jarigen leeftjjd zjjn vader op als lei der van de A. E. G., die hjj opvoert tot een wereld-onderneming. Tooh vindt hjj in deselfdo jaren tjjd zjjn twee hoofdwerken tc schrjjveu: .,Krr- lik der Zeit" en „Mochanik des Geistcs" waarin hjj zich doet kennen als anti-mili tarist, anti-kapitalist, internationalist, waarin hy' opkomt voor vereenvoudiging, Plauwirtsebaft, internationale economie en waarschuwt tegen de overmatige ma terialistische verbizoadering vas de» geest." Tjjdens den wereld-oorlog heeft hjj in het begin een groote rol gespeeld. Hjj was het, die de voorziening der centrale mogendheden met grondstoffen zoo voor treffelijk organiseerde, dat zjj de blok kade langer hebben kunnen uithouden, da» wie ter wereld ook zou hebben go- dacht. En dat alles binnen den tjjd van een half jaar, want reeds in Mei 1915 wn. ren zjju tegenatnnders er in geslaagd, hem weg te werken. Thans, zes jaar later, is hij voorgoed - verdwenen van het politieke terrriu, waar hy nog zooveel goeds voor zjjn laud had kunnen doen. EEN POLITIEK TESTAMENT VAN RATHENAU. Rathenau ha,: Vrjidag nog een onder houd met den Berljjnschen vertegenwoor diger van de New Yorksehe Hears;-bla den dat eenigszins als een politiek testa ment kan worden beschouwd. Rathenau legde ia dit onderhond den nadruk op het volkomen vredelievend ka rakter van het verdrag van Rapallo. Iljj wees voorts op de beteekemis van de j>u- blicatie der acte» van het ministerie van Buitenland scire Zaken over do voorge schiedenis van den oorlog. Hjj deed in het bijzonder een beroop op Amerika. Rathenau verklaardo het te kunnen begryja-n, dat Amerika togen- woordig anti-Europeesck gezind is, nïaar de Ver. Staten zullen sjioedig moeten er kennen, dat zjj zich niet van deelneming aan de Europeesche gebeurtenissen kun nen onthoudcu. Evenale Amerika den oorlog beslist heeft, zou het ook den vrede moeten beslisseD. Rathenau noemde de besprekingen der financiers te Parjjs een groote schredo voorwaarts. Financiers verstaan de rnoei- ljjke vragen, die zich op het oogenbiik voordoen, beter dan iemand anders. Op het oogenbiik bezit de wereld mensclieu, die de hand op eikaars keel houden. Do vooroordeelcn uit den oorlogst jij moeten eerst verdwjjne», opdat het gezond ver stand weer terugkeert. Rathenau vergeleek den tegenwoordi ge n Buropeescbon toestand met dién nn den oorlog van 1871. Toen was er slechts één zwak punt, n.l. Elzas-Lotanringen; op het cogenbhk zjjn er echter ve-ri vaa dergeljjke zwakke jmnten. DE INVLOED VAN DEN AANSLAG OP D UITSCHLAND'S POLITIEK. Daarover wordt aan „De Telegraaf" geschreven Sedert eenige weken kijken de demo craten van alle landen met een gevoel van angstige spanning naar Duiisch- laud, waar de democratische republiek m een gevaarlijken toestand schijnt tc ver- keeren. De linksche bladen publiceerden alarmeerende waarschuwingen, betref fende de steeds dreigender wordende ac tiviteit der chauvmisisch-reactionnniro groepen en der duistere organisatie, door welke deze gesteund werden. Men heeft zich met angstige spanning afge- liulp zouden komen. De hut was ech ter schijnbaar veriaten. liet was Ha rold, alsof hjj alles zou hebben wil len geven, orn een mensciielijk wezen te zien, dat hun vriendelijk tegemoet trad. Do teleurstelling v\as bijna te groot, om te dragen. Ook Phyllis was voor een oogenblfk geheel terneer ge slagen, maar zij herstelde zich het eerst. We zullen tenminste onzen dorel kunnen lesschen, zei ze. Gelukkig was de deur van hot huisje slechts op de klink. De bewoners wa ren hier in de eenzaamheid zeker niet bang voor dieven. Het eerste, wat Harold deed, was een nap water uit de regenton te scheppen en Phyllis te laten drinken. Toen dronk hq zelf, totdat zyn dorst gelescht was en daar na frischten zij zich wat op. Fr smeul de no« ten vuurtje in den haard en toen hPyllis een kastdeur r pende, za gen zij een brood op een Jer planken liggen en ook een stuk spek. B.j na der onderzoek vonden ze o-.-k img een schaal met eieren en een uusje thee. Vind je, dat we er iet9 van dur ven nemen? vroeg Phyllis. Natuurlijk, zei hij. We kunnen immers er voor beta'en. We zullen bet geld ergens neerleggen. Phyllis blies nu wet een b'aasbalg het vuurtje aan, zooals -ui het juf frouw Hall zoo menigmaal had zien doen er. onderwijl zette Harold alles klaar. Toen ze liet spek met een paar eie- ron gebakken, de thee gezet en zich daarna aan een en ander te goed ge daan hadden, gevoelden beiden zich «eer verkwikt. Ilarold legde daarop wat geld op een schoteltje en vroeg: Zou het niet heter zijn, als we nu Misschien is het dus wel het verstan digst, voorjoopig hier te blijven. O ja, riep Phyllis verlicht uit. Do gedachte weer in den brandenden zonneschijn van de helde te moeten verder trekken, scheen haar vrcese- lijk toe, en ze snakte er naar, een lan ge rust te nemen. Ga maar in de slaapkamer, zet eer verder gingen' hij en slaap eens goed uit. O, laten we hier oog even blij-Maar wat zullen de bewonen, ven. zei Phyllis op smeekenden toon. wel zeggen, als zij terugkomen en mij Het is me, alsof ik voorioopig geen 0p hun bed vinden? stap meer zou kunnen doen. Niet datik wou, dat ze er al waren! riep ik me ziek voel, voegde rij er haastig hij uit, we zouden dan lenrjiiiii-M» aan toe, toen Harold haar bezorgu 1 veilig zijn. aanzag. maar ik ben nog zoo heel Kun je ook^niet wat'gaan rusten? erg moe. vroeg zij. Je ziet er zoo vermoeid Ik ook, zei hij. Als ik geen uit. voedsel liad gekregen, zou ik, geloof j Neen, ik geloof, dat ik er ver- ik, geen mijl meer hebben kunnen standjg aan doe, als ik de wacht 1-c.ud. gaan. Ik wou maar, dat de bewoners E11 even later voegde hij er aan toe. gauw thuiis kwamen, want voor dien tijd zijn we niet veilig. Dat is wel wat overdreven, bracht Phyllis hier tegen in. ZeUs al zoeken zo nog naar ons, zullen ze ons hiei toch zeker niet vinden. Zo begrijpen natuurlijk, dat wé zoo mogelijk in een huisje een schuil plaats hebben gezocht, zei Harold op somberen toon, en ze zullen, als zc hier komen, het dus zeker dadelijk doorzoeken. M n eenige hoop is. dat zo hier reeds geweest zijn en met I dig thuis kwamen, voor oen tweede maal hierheen gaan. i Om Harold plezier te Ik wou, dat ik wist, wat die tchurk in Muirton is gaan uitvoeren. Als hij werkelijk een teüscoop is gaan haleu, zullen ze ons hier er toch niet mee ontdekken, zei ze glimla chend. Dat is zoo. antwoordde Harold. Hij vreesde echter, dut het 'e<s eigtrs was dan een teüscoop. In ieder geval waren zij niet minder veilig dan op de heide, en bovendien bestond nog de kans, dat de bewoners veer spoe- doen, ging

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1922 | | pagina 5