A
i i
1
SI
^111
m j§§
n
5Tö
Parijsche Brieven
Hedendaagsche grootmeesters
der Schaakkunst
igj
k
1
m
HPIP
Cl
BH
-
s
Orton de Nieuwsbode
Bemengd nieuws.
.{Van onzeir Correspondent.)
1883-1923
PARIJS, 7 Juli.
Veertig jaren! Oh, als men Haar
lem's Dagblad eens kon openslaan om
van den eersten dag van de verschij
ning af de rubrieken „buitenland"
nu te lezen en te zien, wat er in dien
tijd veranderd is in het land dat voor
ieder een tweede vaderland is. Hoe
vele emotievolle berichten zon men
'legsukomen, hoe zou men, feit voor
feit nagaand, de moeilijkheden begrij
pen, waarvoor Frankrijk is komen te
staan door de verschillende gebeurte
nissen. "Kon men dat eens zienen
men zou veel begrijpen. Want l'his-
toire se rêpète, veel van wat thans ge
schiedt gebeurde juist zoo veertig ja-
reu geleden. Ook toen bloedde liet
land nog uit talloozo wonden, ook
toen lagen dorpen en steden nog in
puin, tengevolge van een misdadigen
inval. Toen was het 't valsche tele
gram van Ems, thans de leugen van
het z-g. bombardement van Neuren
berg, wat een einde maakte aan den
a rede. waarvoor dit land steeds ge
ijverd heelt.
Er is die veertig jaren ontzettend
vee! gebeurd. De meest marquante
feiten waren de twee processen, waar
over heel de wereld heeft gesproken,
de zaak-Dieyfns en de affaire Cail-
laux-Calmette. In beide zaken was de
Figaro betrokken en alle buitenland-
sche bladen hebben ellenlange kolom
men nis de destijds meest gelezen
Fransche courant overgenomen. Niet
alleen het Fransche publiek, maar
heel de wereld was onder den indruk
van de evenementen in Frankrijk,
's Avonds greep men naar de courant
om te lezen wat Esterhazy gezegd had
of wat men voor nieuws over Von
Schwarzkoppen kon mededeelen. De
geheimzinnige dood van Emile Zola
was de epiloog op dit ontzettende dra
ma. Maar niet minder was de belang
stelling voor de zaak-Caillaus, toen
mevrouw Caillaux gearresteerd werd
wegens moord op Calmette en het pu
bliek even een kijkje kreeg in de groo-
te politiek. Deze feiten, hoe schos
keud ze ook waren, verbleeken, wan
neer men nog eens nagaat wat er
sinds dien van 391-i tot 1918 en van de
onderteekening van het verdrag van
Versailles af gebeurd is. Want was al
het vorige van meer locaal belang,
dat wat. volgde scheurde de wereld
mand onverschillig blijven, omdat
uit elkander. Daar tegenover kon nie-
ieder menscli aan den lijve heeft moe
ten ondervinden, wat dit beteekende.
In Nederland is men z.g. „onge
deerd" gebleven. Neen, ook in Neder
land niet. Ook daar heeft men
neen, blader liever niet door dat
boekdeel van veertig jaren de mi
sère gekend, al was men dan ook niet
verplicht in de kelders schuil 1e gaau
om niet te worden gedood door het
vijandelijk geschnt of in een hommen-
aanval.
Het is merkwaardig, dat de Parij
zen aar betrekkelijk zoo weinig veran
derd is. Hij is er niet degelijker
volgens grootmoederlijke begrippen
cp geworden; hij houdt nog altijd
even veel van „une bonue blaque",
hij ziet liet leven graag van een hch-
ten kant; is de zeli'dê vreedzame bur
ger gebleven van altijd, ook al wil
men hem nu in het buitenland als
ecu Mars voorstellen. Ja, zoo moge
lijk meer dan ooit snakt hij naar vre
de en hij is zóó overtuigd van de eer
lijkheid van zijn gevoelens, dat hij
met een glimlach het comédie-spel
aanziet van hen die gekozen zijn in
den tijd toen militarisme neg te ver
ontschuldigen was. Men was immers
aangevallen! De jonge generatie die
zóó heeft geleden, die zoo'n ondervin
ding heeft opgedaan, wijst met ver
ontwaardiging het voorstel van enkele
drijvers en „embusqués" af om het
iguobel bedrijf voort te zetten.
Heeft hij 'aldus gewonnen, toch
verloor liij veel van z'n goede eigen
schappen, die door heel de wereld
spreekwoordelijk waren. Daar is
Fransche hoffelijkheid. Tijdens
oeor den oorlog heeft de Vrouw
geheel andere plaats ingenomen,
is niet meer wat zij vooral bij de
I'ranschen was: de huisvrouw, die
nooit buitenshuis komt. De Fransche
vrouw kwam naar buiten omdat man
nelijke werkkrachten ontbraken
't werk toch moest geschieden,
wierp zich in den strijd. En wi
he: strijdgewoel komt, Jieeft altijd
kans om slompen te krijgen. En daar
bij kwam dan ook we! dat de poïlus,
die voor enkele dagen met verlof
kwamen, in alles ontzien werden en
over 't paard getild. Sindsdien is de
oude Fransche hoffelijkheid verdwe
nen en ik geloof niet, dat ze ooit zal
terugkeeren. 't Is jammer,
we daar tegenover stellen dot de raen-
schen over '"t algemeen veel behulp
zamer eu minder egoïstisch zijn ge
worden. dan treuren we maar niet
te hard. De oorlog is een heel harde
les geweest, te hard in menig op
zicht en vooral door de afschuwelijke
na-geschiedenis, maar over 't alge
meen heeft het volk, ideëel, er bij ge
wonnen. Wflnfc er is tevens een einde
gekomen aan den geest, geboren in
1870, toen Elzas-Lotharingenr van het
vaderland werd afgescheurd.
't Zou ons veel te ver voeren om alle
belangrijke feiten uit deze laatste
veertig jaren op te sommen, he wil
len alleen den eenigen werkelijk
groot-man herdenken uit dit tijdperk,
Pasteur, wiens geboortedag men op
'i oogenblik in heel Frankrijk her-
deukt. Grouie politici, kunstenaars en
schrijvers zijn gekomen en gegaan,
maar geen hunner heeft zoo'n machti
gen invloed gehad als Pasteur, de
Sier, die verschijnt na eiken oorlog.
Misschien zullen we over veertig ja
ren de ster kunnen aanduiden, die in
den donkeren nacht, waarin we thaus
verkeeren, verscheen. Misschien!
M ant op 't oogenblik nog kunnen we
oiix ons ceen kijken zonder een glimp
je te «en.
Aassons
U gaat 's morgens een beetje
zitten voor het café Riche; déjeunee-
ren bij Marguery, tegen drie uur
gaat u naar de Avenue des Acacias
het Bois waar u „tout Paris" ziet
defileeren; U gaat tea-en bij Ritz, op
de Place Vendome; dineeren bij Bis
on in den Faubourg Montmartre;
i avonds naar Théètre Réjane, Mou
rn Rouge, Moulin de la Chanson,
waar de oer-komischq conferencier
Henri Enthoven optreedt en een aar
dig bal la Henry Murger" bij
Bullier.
Zoo luidt de goede hint van ben die
hier in 1914 voor 't, laatst waren.
Maar café Riche bestaat niet
liet is verbouwd tot een bank.
Marguery is een vierde-rangs restau
rant geworden, de Avenue des Aca
cias is geheel verlaten, op de tea bij
Ritz vindt ge enkel nog maar een
paar oude dames van het zeer ancien
•égime, Bisson is verhuurd en in alle
.pzichten weinig recommandabel,
théater Réjane van naam en geest
veranderd, Moulin Rouge afgebrand
de nieuwe „molen" is ongeniet
baar, de Moulin de la Chanson is een
dauslokaal geworden, en Henri Ent
hoven is al jaren geleden in de gevan
genis gestorven en Bullier is geslo-
teu
Zoo'n verandering in nog géén tien
jaren! hoe anders zag Parijs er dan
in 1S83 uit! Maar ook hier weer is
het de oorlog altijd weer de Gran
de Guerre die de meeste wijzigin
gen met zich heeft gebracht. Het
oude Parijs met z'n fiacres, terwijl nu
er alles klopt, hamert, rammelt, en
bonst. Het oude schilderachtige
Montmartre en het typische Quartier
Latin, dat alles is verdwenen of ver
worden. Behoudens ecu achteraf
straatje heeft Montmartre ook z'n
kleur verloren; het is er bonter ge
worden, meer internationaal, 'veel
minder intiem. Eu Pat ijs dat vroeger
dö „Ville lumi'ère" werd genoemd,
schittert thans niet meer zoo, nu de
bezuinigingskoorts dagelijks haar
sla-chtoffers maakt. Optimisten voor
spellen wel dat binnenkort Parijs
zich weer zal baden in bet licht,
maar, hoe zou dit mogelijk zijn nu
met den 8-ui'igon werkdag onverbid
delijk de luiken vóór de rr»men gaan,
vóór de. zon onderging? Parijs is m
die jaren wat tc groot gewórden en
te". Amerikaansch. Alles moet vlug
gaau en z.g- practisch, maar 'de
menschen hebben geen gelijken tred
metde gebeurtenissen, met de evo
luties gehouden. Eu zoodoende voel'
niemand er zich meer „thuis", staan
de geboren groot-stedelingen zelfs
met 'n eeüigszins verdwaasd gezicht
die herrie en drukte aan te staren.
Kortom, veel van de poëzie is verlo
ren gegaan.
Over veertig jaren stelt u vóór
in 1963! hoop ik u te kunnen ver
tellen, dat het tijdperk van de rust
is teruggekeerd. Maar veel vertrou
wen daarin heb ik thaus nog niet. De
motor knarst te vervaarlijk
HENRY A. TH. LESTÜRGEON.
het r
„Want di
het sohaakspcl, dat ieder er
zich volkomen in kan uit
leven on het dan ook als
regel doet."
(Louis Gans: „Het Schaak
spol").
In het navol
geilde willen we
in liet kort enkele
schaakgebied be
spreken, echter
meer hun spel dan
i-.un sohaakloop-
ertellen,
21 April
speeld, iedereen,
versch
al ligt
Maart
RIDDER. riUl'T'1. de match om het
wereldmeesterschap,
te Havana ge-
zelfs iniet-schalcers, nog
geheugen Terecht merkt da
in zijn zooeven verschenen
boekje op, dat zich in het spel het gelieele
van den schaakspeler kan afspiege
len: „ieder kan er zich volkomen in, uit-
Daar wij natuurlijk over geen on
beperkte ïu'ijme konden .beschikken,
moesten we een keuze doen uit een groot
aantal grootmeester?. Ten einde geen
meester te kort tc. doen, hebben, wij-de-
uihlagem der groote internationale mees-
tertournooien, m 1922 en.1923 gespeeld, a.s
uitgangspunt genomen. Al géven wëd-
iislagen nooit volkomen zuiver de
onderlinge verhouding der speelsterkte
omdat ook andere factoren daarop'
hun invloed uitoefenen, toch mag men
iel aannemen, dat de uitslagen van
•ijt-.ai zeer belangrijke internationale
wedstrijden. ::i de laatste 14 maanden ge
meeld, vrij nauwkeurig aangeven, wie
de premiers zijn onder do prijswinners en
in elk geval gerekend mogen worden
de hedendaagsche grootmees
ters. Wij beperken ons dus hier tot et-n
corypeet-'n. Vooraf de bovenbedoelde
tourccoiêri eu de samen der eerste prijs
winners ia herinnering gebracht.
Pvstian, April 1922; Bogoljubow.
Londen, Aug. 1522: Capablar.ca.
Teoli-.z, Oe:. 1922; Réti cn Spieimsnn.
Weenen. Nov.,'Deo. 1922; Rubinstein.
Karlsbad, Apr.,'Mei 1923; Aljechin Bo-
goljubow en Maroczy.
José Raoul Capablanca,
Wereldkampioen, thans 34 jaar oud, wó-
LASKER
nende New Vork.
Reeds .op zijn 12e jaar de sterkste spe
ler van Cuba; toen hij 20 jaar was, ver
sloeg hij den beroemden Marshall, die
toen kampioen van Amerika was. in een
match van 25 partijen. Twee jaar later
eerste prijswinner te San Sebastian, aan
welk tournooi zelfs Lasker en Rubinstein
deelnamen. Een tweede Mornliydies. die
op dien leeftijd den vermaarden Anders-
sen reeds had verslagen. Reeds toen bleek
uit zijn partijen, dat Capablanca over veel
combinatievermogen beschikte en daarbij
uiterst correct speelde. Pilkbury 1906)
was 23 jaar. toen hij in Hastin s den
eersten prijs won; Cliarottsek i 1899)
24 jaar, toen hij den len prijs verw lél'f te
Berlijn, en Marshall 26 jaar, toen hij in
Cambridge Springs primus werd. We zou
den nog meer vergelijkingen kunnen ma
ken, doch ook die zouden alle ten gunste
vam Capablanca uitvallen, b.v.Xarrason
27 jaar in 1839, won den len prijs te Bres-
lau; Wilhelm Steiniiz 1900), die 25
jaar wereldkampioen is g.-.ee&t, versloeg
Andeïssen op '30 jarigen leeftijd. Dl-. Las
ker behaalde op zijn 24e jaar in New Yolk
den eersten prijs. Alléén Morpliy, die
„Koning van het edele schaakspel"
4-1884), wón reeds op zijn 20e jaar den
leu~ prijs te New-York. Voorts is Capa
blanca de geweldigste simultaan-speler ter
wereld- In September 1911 - speelde hij
hier te lande-in totaal 150 partijen, won er
133 en maakte er'J01 remise, derhalve roods
toen met 92 een schitterend resultaat!
,1a die dagen jrehhen jWiji hem in Amster
dam zien spelep;. derustige snelheid,
waarmede hij speelde, was treffend. Vol
komen in Murphy's stijl, speelde' hij
meestal open spel, waardoor hij 'dus
schoone combinaties' kon maken' eit in do
gelegenheid kwatn stukken :e -offeren'.
Trouwens Lasker ze':: heeit van Capa
blanca- gezegd, dat deze de - geniato ver
tegenwoordiger is vari de praktijk, der
halve Over het algemeen geen 'theoreticus?
maar listig, handig, sterk cn vindingrijk.
Zijn stijl ïs door zijn logika verbazing
wekkend, schrijft Lasker in zijn boekje
„Mein "Wettkarhpf mi; Capablanca". Dat
is een uitspraak, nadat 14 ernstige partijen
mei hem waren gespeeld, waarvan zoo
als men weet Lasker er s!ecb:s 4 ver
loor en de overige remise maakte. Lasker
moest erkennen, niet bij machte te zijn
hem te verslaan. Geen wonder, Capablan
ca heeft, voor zooi-eer. bekend, nog nim
mer een fout gemaakt.
Hier moge een stelling volgen uit de
itehpartij, na 30a7 y b6.
ssterstukje van strategie!
Een i
mm
Wmk
CAPABLANCA
31. Tdl—el, De8—c8; 32. Pf3—d2, Pd7—f8; 33. Pd5>-e4, Dc8-d8; 34
Ii2-h4, Tc6-e7; 35. Da3 -b3, TcS—g7; 38. g2-g3, Tg7—a737, Lfl-c4
Ta7-aa- 38. Pe4-c3, Pd5Xc3; 39. Db3Xc3, Kg3-f7; 40. Dc3—e3, Dd8—dl»
41. D«3—e4, Ta5-a4; 42. Da4-b7f, K17— g6; 43. Db7—c8, Dd6—b444
Tel—cl, Dbi— e7; 45. Lc4—d3f, Kg6 hG; 46. Tel—c7, Ta4—aif47. Kgl—g2
De7dG48. DcSXfSf en Zwart geeft op (op 48.Dd6xfb volgt 49.
Tc7xb7 mat.
•ijs in de laatste
We hoeven niet een:
veerug jaren
veertig jaren
terug-te gaar, om het grooie verschil
:e zisn. Parijs van 1914 en Patijs van
1993 z;jn reeds twee verschillende
Meden. Léo Faust zegt het zoo 3ardig
i:. zi't „Nieuwe Gids van Parijs";
Dr. Emanuel Lasker.
Thans 54 jaar. van 13M—192L wereld
kampioen, feitelijk aou dit voldoende zijn
om L.isker's enorme sohaakkiacht te be
wijzen. Wie kent deze geliefde meester in
ons land nog niet.' Alle schaakspelers,
zelfs zij, die zich alléén bezighouden met
het trachten op te losjeu van het meest
eenvoudige twee-zetje, zijn onder den in
druk geweest, bij een of andere seance,
van zijn aantrekkelijke verschijning, zijn
voorname manieren.
Lasker's resultaten zijn eaoverlroffen.
Zeker, hij is door Capablanca overwonnen
waaraan v.ij echter moeten toevoegen, dat
het klimaat :e Havana voor Lasker min
der geschikt was. maar riju prestaties op
schaakgebied in het tijdvak 185S—1S2I zijn
rend- Hf. is onnoodig ee
eer te schrijven. SteinJlz
in 18» verslagen, der-
r toen nog geen 26 jaar
-beerde dr. Tarrasch hetn
maar na 16 partijen werd
ïctr dan s
lie nog
de aanvaller verslagen. Alleen Schlechter
1913) gelukte het een -inaleli «iet Las
ker remise te maken, ieder won één partij
de overige 8 partijen bleven onbeslist. In
het grooie tournooi te St. Petersburg
(1914) kwam Lasker als No. 1 nog 1-2
punt boven Capablanca uit. Het was de
eerste maal, dat do meesiers elkaar aan
't schaakbord ontmoetten. Lasker, die doc-
lieéft zelf verklaard
de wiskunde i
vóór alles theor'elicu
te interesseeTen vooi
ceu gebeurer
de be'.eekeuis van
hel geheuren zelf.
den regel dan voor do ults:
dering. ,-Ik wil hel tegenwoordige beheer-
schen. waaneer ik zijn beteekenis zoek te
begrijpen. Mijn ideaal is Juiius Cao sa i
(dat van Capablanoa wellicht Odysseus),
die zijn krachten steeds tegen den /.wak
sten weerstand aanzet <n daarom de din
gen op de juirie waarde tracht '-e ::ixee
Wij herinneren ons nog goed de digsrt
van Dec. 1S03, toen dc meester dc goedheid
had met een onzer sierksie spelers, de
heer A. Spever, to Amsterdam drie ern
stige partijen lo spelen. Op een morgen
hij tegen den scheidsrechter „Jei-zt
sullen Sie 'mal in Ihrem Buche nach, ob
jc-inals gespielt worden ist."
Lasker/- 'die Zwart had, bedoelde den zet
Pc6d4 (1. e4, e5; 2. Pf3, Pc6;
3. Lb5, Pf6. 4. 0-0, Le7; 5. Pc3). Volgens
.boekje" (The Chess Player's Com
pendium) was het theoretisc-h antwoord
<17d6, Lasker wist natuurlijk
drommels goed, dat de zet Pd4 er niet in
stónd. Er blijkt daaruit wel, dat hij in
derdaad de theorie op ziin duimpje kent,
tan durft af te wijken.
Lasker "moge de mathematicus, zijn, die
iedere partij als een vraagstuk beschouwt,
ns zoekt hij den schoonste/u weg, die
do 'oplbssiug leidt. Hij is evenals Ca-
iwiblauc.i, verbazend nauwkeurig en -lo-
in zijn spel; hij beschikt over een
m-ate van zelfbeheersching en schept
herhaaldelijk nieuwe theoretische varian-
on, waardoor zijn tegenstanders telkens
.•oor ingewikkelde berekeningen komen
e staan.
Dr. Lasker. die in Berlijn woont, ïs
lohter'iu den laatsten tijd meer in Hol-
and, waar hij zieli thuis gevoelt. Zoo stelt
rij zich beschikbaar voor het geven van
'ursuslessen of toot ttainen van sterke
spelers voor komende wedstrijden. Als
lorcefenmg voor het in Aug. e.k. te
heveningen ;e houden tournooi, van
ege deti Ned. Schaakbond, zal Dr. Las
ker drie ernstige partijen spelen met den
derlandsehen meester Dr. A. G. 01 land.
'I'jurnooien schijnt de groote meester
oorloopig te laten voorbijgaan.
Aljechin, Bogoljubow, Maroczy.
De drie eerste prijswinners van Karls-
ad-touniooi. Aljechin en Bogoljubow zijn
Russische meesters, Maroczy een Hon-
A j c h i r., 30 jaar oud en B o g o 1-
n b o w, 32 jaar oud. zijn wel eens met
elkaar vergeleken. Toen Aljechin
i de Haarlemsche Schaakver-
i simultaan-voorstelling gaf,
hebben Wij uitvoerig over hem geschreven.
Volgens Rv-ii onderscheiden eij zich door
grooie gave en rijke fantasie en hebben zij
combinaties geleverd, die men'in den tijd
het fantasie-arme en wetenschappe
lijke'schaakspel in de laatste jaren vóór
wéreld-oorlog, voor sprookjes uis lang
■logen tijden zou hebben gehouden;
sprookjes, die -n onzen realistischen tijd
niet meer werkelijkheid worden. Maar vol
der Réti, die ook in -Karlsoad
medcspeelde. is er toch een groot onder-
.'heid tussohen hen. Aljechin beheerscht
met ijzeren energie, gesteund door zijn
turk-kritische intelligentie, zijn ga-,
goljubów <lanrentcgen wordt- door zijn al
te rijke fantasie beheerscht. Zijn parti
zijn zelden een ongeschonden gein
dikwijls schendt hij ze. door, in' verbnnd
eomtoiinatié-mogelijkheden vi
aangewezen weg af te gaan en ecu reeds
bereikte- gunstige stelling te verlaten
behulp van zijn rijkdom
ideeën'en van zijn scheppingskracht langs
-wegen mog j'uïst op tijd de overwinning
behalen. Een groote kracht van Bogol
ju-bow,: een belangrijke factor voor zijn
zij,n groot optimisme. Ook bezit
hij ,-uen onbegrensd zelfvertrouwen, die
li cm de kracht geeft, ook in slechte stel
lingen- op winst te spelen. Maroczy, zoo
schreef Réti destijds, aan de N. R. Ct„
geweldig .aanpassingsvermogen.
Hij. is 53 jaar oud, Niemzowitsch, schreef.
d«4-Maroczy, de meester uit vroeger dagen,
in,de keus van zijn openingen, te Karlsbad,
mydemer. was - dan de modernsten, -Maroc-
gr-.-jlSle loupst is niet de aanval...maar
ordediging, een eigenschap,, die het
hooi luogeljjk maakt ook slechte, zelfs ver-
licsstallmgen tc handhaven en dadelijk
gebruik te maken van overhaast ing van
de tegenpartij. Een gezonde kijk op het
practische en bereikbare,- die - zoo menig
ander schaker ontbreekt, kcant Maroczy
daarbij te hulp. Hjj verstaat de kunst met
ziju talenten te woekeren. Hij weet, dat
goed tournooi-succes niet door eeulge
sciytterende verrichtingen bereikt wordt,
doc-r zooveel mogelijk gelijkmatig
goed.speL
Akiba Rubinstein.
Deze 40-jatige Poolsehe meesier gold tot
oor korten tijd als ernstige candidaat
veer het wereldkampioenschap. Zelfs nu
nog. niettegenstaande hij te Karlsbad
zonder proa eindigde, a oor het eerst in
zijn leven. Zijn tournooi-successen zijn
ontelbaar. Rubinstein hecht groot gewicht
aan de opening, in tegenstelling met Las
ker, die het ten slotte meer begrepen heeft
op interessante stellingen. De theoretische
kennis van Rubinstein is, zoo mogelijk,
nog grooter dan die van Lasker; m elk
geval bestudeert Rubinstein alle varianten
alvorens een of andere nieuwe vinding in
praktijk te brengen. Hij tracht steeds zijn
spel te zuiveren van complicaties, die zijn
schoonheidsgevoel kwetsen. Van kleïi
voordeden echter weet hij een bijzonder
goed gebruik te maken. Vele Haarlem
mers zullen zich nog wel_ den stillen mees
ter herinneren, toen hij hier den 22sten
Maart 1S22 een simultaan voorstelling gaf.
Lasker zegt, dat voor Rubinstein hel
schaakspel zijn godsdienst is. "Wij hopen
dat hij. Lasker, verkeerd ziel- Voor Rubin
stein vereenigen zich, volgens Lasker, op
de 64 velden, wetenschap en kunst en
liet leven.
Richard Réti.
Feitelijk kunnen we over dezen Tsjecho-
Slbwakijschen grootmeester -volstaan met
te verwijzen naar in dit blad versch
artikelen, toen de beroemde blindspeler
in Deo. 1.1. -in Haarlem zijn schitterend
séance gaf. Hij is de auteur van „Die
neuen Ideen im Schaëhspiel". Réti'
toog is. volgens Dr. Olland, dat var
ma-u, die de beschavingsgeschiedenis kent-
en overziet, die de ontwikkeling
van -de wetenschappen als van de kunst
-heeft gevolgd. Réti kan zeer diep combi
neeren en levens zeer solide spelen, wa
lauig niet altijd samengaat. Na zijn over
winning te Gotenburg in 1920 kan hij ge
rekend worden onder de sterkste spelers
van de wereld.
Rudolf Spielmann.
Deze 38-jnrïge Ooscenrijksche meester
is een fijn en subtiel speler, die echter til
ernstige partijen mét vooritefde gambie
ten speelt, wat hem menige partij kost.
In den ouden tijd kon men misschien nog
wel eens wat wagen, maar tegenwoordig
is dc theorie lot in haar diepste schuil
l oc-keu aau de meesters bekend. Zijn spel
kan men riocii modern, noch conservatief
noemen. Toch is het merkwaardig, dat
'i<ze bcroc-mdc meester in de gambie!
tournopieu te Abbazia, 1912, (een bad
plaats aan de Adriarisehe Zee, ongeveer
c-n uur sporen van Triest) en te Baden
<:.:j Weeneti), 1914, den eersten prijs v.-o-i.
Benige dagen aa het schrijven van dit
ïrltkêi lazen wij. dat dr. Lasker in het
Ostrau medespee'.t, dat thans
Zonder
geen dagblad,
maar ook, zonder
dagblad geen
Orion. Beiden be
lmoren bijeen als
geest cn lichaam.
Daarom mag een
•herinnering aan
hent allerminst
méritent", dan kouder
Orion, halte der dagbladpers
ren kennen. Of dit ook geldt vat
plaatselijke dagbladen? ik toost
al ben ik in een' feestslemn
u breken
liet
vóllen
A. J. RIDDERHOFF.
feestnummer
een dagblad dat
jubileert.
De beroemde kro
niekschrijver Jean
Froissard (f337—14'0), die 'zoo onder
houdend vertellen kan, heeft Orion ge
kend zonder te weten wie.hij -was. In
zijn lijd, ruim vijfhonderd jaar gele
den, stond er in Frankrijk, aan den
voet der Pyreneeën, een kasteel waar
het 's nachts wonderlijk kon toegaan.
De ridder en de edelvromv die -het slot
bewoonden, werden soms in hun eer
sten slaap gestoord door een vreemd
gestommel. Zij. wel wetende wat er
gaande was, verborg haastig oogeu en
ooren onder de dekens. Maar dc rid
der, die geen vrees kende, mompelde
ongeduldig„laat me toch slapen,
Orton!" ]?an kreeg hij ten antwoord
„wordt wakker, ik heb nieuws tc ver
tellen", en de edelman ging overeind
zitten, wreef zich den slaap ui[ de
oogen, ca vroeg den geest, die zich
niet liet zien „wat hebt ge dan toch tc
vertellen, waar komt ge nu weer van
daan?" „Van Engeland," ant
woordde de onzichtbare, „of van
Duitschland of van Hongarije, cn juist
toen ik gisteren vandaar vertrok, was
er dit of dat gebeurd." Nu volgde een
uitvoerig en belangwekkend verhaal, de
ridder werd klaar wakker en luisterde
met klimmende aandacht naar het won
derlijke nieuws uit die verre landen.
Eindelijk zweeg de stem, de geheim
zinnige boodschapper was blijkbaar ver.
trokken.
Den volgenden dag vertelde dan de
ridder alles aan zijn vrienden over,
zonder te zeggen van wicn hij het had
gehoord, lédereen verbaasde zicli over
zijn berichten, die later altijd bewaar
heid werden, en niemand begreep hoe
hij er aan kwam. hij zelf evenmin.. Van
lieverlede bekroop hem de lust den on
zichtbare eens te zien, en diens weige
ring om aan zijn verlangen ie voldoen,
vuurde zijn begeerte slechts aan. Hit
verzocht, smeekte, dreigde, totdat ein
delijk de schuwe bezoeker verdween
om niet meer terug te komen. De edele
vrouwe had voortaan rustige nachten,
maar de ridder bleef van tijdingen ver
stoken, en ziin vrienden kon hij niet
linger in vei hazing brengen over zijn
onbegrijpelijke kennis,
I-Iet sprookje van Orton den nieuws
bode, den Geest der dagbladen. Eer
deze er waren was bij, overal en ner
gens, -onzichtbaar rondwarend, en
slechts aan enkele begenadigden fluis
tert hij in stille nachten het laatste
het oor. Hij ziet alles, hij
hoort alles, hij weet alles, maar zijn
tem is zwak. Hij wil de heele wereld
net'zijn kenni? dienen, hij kan niet. Hij
ril zich manifesteeren. tooncn wat hij
ermag, het middel daartoe ontbreekt
lem. Hij voelt zijn kracht, toch moest
rij zwak blijven. Hij wil lóó'pën, maar
kan niet gaan, luid spreken, en hij kan
zich nauwelijks veistaanbaar maken.
Eindelijk, ruim drie eeuwen geleden,
erschijnt het eerste nieuwsbladde
dolende geest/heeft een lichaam gevon
den om in tc wonen Orton is geboren,
prookje is werkelijkheid gewor
den. Zwak cn hulpbehoevend ter wereld
gekomen, blijft hij een stumperdje, vele
lang. Hij wil maar niet groeien,
vooral bet pralen vlot niet. Totdat hij
eensklaps, na zijn tweehonderdsten ver-
tardag, schot begint tc krijgen. Hij
c-rkt aan, wordt grooter, en in dien
krachtigen man met zijn vasten gang
frisscbe stem. i; niets meer dat her
innert aan het ziekelijk kind van voor
heen. De dwerg is een reus geworden.
Orton gedenken op het verjaarfeest
in ccn dagblad, is den koning hulde
brengen op den dag zijner troonsbestij
ging. Maar bet is ook den redacteur
gelukwenschen, die dezen koning in
haalde, een bondgenootschap met hem
sloot, en de kunst verstond dit bondge
nootschap, veertig jaar lang, dienst
baar te maken aan den bloei van zijn
blad en aan de belangen zijner woon
plaats. Geen hartelijker gelukwcnsch
kan ik mij hier denken dan nadruk te
leggen op de groote beteekenis voor
het algemeen van een juiste voorlich
ting, een betrouwbare berichtge-. ing,
gewagen van den zegen daar
aan zijn krachten cn talenten, onver
zwakt. te mogen geven. Toen Haarlem';
Dagblad werd opgericht, kreeg Orton
in onze stad een nieuwe woning, <lie
hij betrok, een nieuw arbeidsveld,
dert komt hij iederen dag tot ons, ge
lukkig iets vroeger dan hij zijn ridder
placht te bezoeken, me.t de uitnoodi-
,Lees, ik breng u
goed cn nuttig is te weten." Nieuws
•hier en elders, voor- en toelichting,
i-ons-heentjes" of „Haarlemmer Hal
letjes". elk wat wils. een bonte ver
scheidenheid, zooals alléén hij die schen
ken kan uit zijn overvloed. Hij fluistert
niet, maar spreekt verstaanbaar, hij
doet niet geheimzinnig, speelt green
verstoppertje, maar komt cn zegt„bier
ben ik". Daarom is er wederzijdsch
vertrouwen tussohen hem en -ons, wij
sluiten de oogen niet uit. vices, zooals
Fransche edelvromv, maar le'zc-n moe
dig al wat hij ons biedt, ook sléchte
tijdingen en droevige berichten. Wij
dommelen niet in onder de lectuur, blij
ven wel wakker, want hij is altoos on
derhoudend. Zoo heeft Orton zich een
plaats iu ons midden veroverd, hij is
ngeburgerd, hij ts Haarlemmer ge-
.vorden, schoon hij wereldburger bleef.
En dit alles heeft hij bereikt door zijn.
veertigjarigen omgang met den redac
teur die een verbond met hom sloot.
Wat een verschil tussohen dezen
Haarlcmschca Orton cn den Orton zoo-
als hij spookte in het middclceuwsch
kasteel. Hem te volgen in zijn ontwik
keling is na tc gaan hoe de courant
geworden is het onmisbaar voertuig der
gedachten, de macht in onze samenle
ving. zooals wij haar kennen. Wie een
boek zou schrijven over het leven cn
de werken van Orton den nieuwsbode,
zou een belangwekkende bijdrage le-.
veren tot de geschiedenis onzer be
schaving. Als act waar is v.i-.t Litué
heeft gezegd, dat „les nations ont. en
bien et en mal, le joumalisme qu'elles
i) Fruin, Verspr. Geschr. III, 343.
dan een volk. Maar 'wel zeker
de bladzijden van het bedoelde boek,
de geschiedenis van de Haarlem
sche dagbladpers zouden bevatten, be-
grijke mededeelinge'n z-ouden gc-
Orton heeft in otizc stad heel wat
beleefd, ook -hier -heeft hij lang gesuk
keld, -heeft hij gestreden voor zijn be
staan, voor de vrijheid ont te zeggen
vat hij wilde. Niemand kan -op zijn
erjaardag lange brie-ven lezen en een
feestnummer is niet de plaats voor uit
wijdingen of uitvoerige bijzonderheden.
Daarom ga ik thans op deze dingen
niet in, van zins er te zijner tijd eens
aandacht voor te vragen. Haarlem
heeft ook op dit gebied eén goeden
n, die gehandhaafd bleef tot op de
zen dag. Hieraan te herinneren bij ge
legenheid van een jubelfeest als liet
Dagblad viert, is werkelijk uilen naar
Athene dragen.
De heer Van Terfooien, stadscouran-
;r van Den Briel en uitgever van de
Brielschc courant, was een achtings
waardig man. Zijn krant werd ook hier
stede gelezen, totdat de overheid
haar verbood na kennisneming van een
brief van den Heemsteedschen cot res
pondent, met wien de bekende „Hen
drik van Heemstede'' slechts dit ge-
a heeft, dat hij, evenals zijn voor
ganger, nu en dan zijn lezers inlicht
aangaande toestanden in zijn woon
plaats. He; baatte niet of de redacteur
erzekerde, dat hij allerminst bedoeld
had iemand te beleedigen. dat hij het
ichrijven geplaatst had „met een wcl-
nicenehd but" als gevloeid uit een pen,
die haar „uit meerdere correspondentie
bekend scheen". Het hield evenmin of
hij daaienboven verklaarde hel was in
78S, dat „niets hem aangenamer was
dan de waarheid tot nut van mijn va
derland te behartigen." Burgemeesteren
bleven boos, en zelfs een ruim gebruik
an Fransche woorden kon de poorten
der stad voor het Brielschc nieuwsblad
et heropenen.
Maar de Heer Van Tertoolen had,
zonder het te willen, Orion's karakter
beschreven de journalistiek dient de
gemeenschap, betrachtende de waar
heid. Betrouwbare berichtgeving is haar
deel, tevens haar schoone taak.
Gedachtig aan deze leus viert ook
Haarlém's Dagblad zijn geboortefeest.
H. E. KNAPPERT.
vergei
dat e
ing,
HOE BESCHERMT MEN ZICH TE
GEN JÜWEELENDIEFSTAL? Het
-geheimzinnig verdwijnen van kostbare
juweelen heeft in den laatsten tijd her
haaldelijk de aandacht getrokken, voorf
1 het buitenland en met name daar,
de waardevermindering van het
geld sommigen naar een ongeoorloof
de compensatie deed grijpen. I-Ict optie-
van deze juweelendieven Is meer
malen zoo fantastisch, dat het de 'fan-
van romanschrijvers in de schaduw
Onlangs verloor een rijke Ameri-
kaans.che, mrs. Correy, een paarlencol-
ter waarde van 100.000 dollarzij
meende stellig, het in haar handtaschjc
op reis van Parijs naar Londen te heb-
meegenómen en ontdekte eerst op
Engelschen bodem, dat zij het (kwijt
is. Eerst na vier -dagen kwam men tot
de ontdekking, dat een paar van de
paarlen zich in haar auto te Parijs be
ien. Hoe zij daar kwamen en waar
de anderen ziin gebleven, is een vraag
stuk waarmede zich op het oogenblik
een leger van detectives bezighoudt.
Eij deze mysterieuse aangelegenheid
schijnt slechts dit eene vast te staan
dat mrs. Correy met de kostbaarheden,
welke zij bij zich had min of meer zoi-
geloos is omgegaan. Dergelijke zor
geloosheid is trouwens over het alge
meen de oorzaak, dat juweelendiefstal
len betrekkelijk zoo gemakkelijk schij
nen tc gelukken. Edelsteecen, de meest
geconcentreerde vorm van rijkdom, ziin
zeer gemakkelijk te verliezen en kun
nen blijkbaar zeer gemakkelijk worden
gestolen. Juweelendieven lieden bijna
altijd zoo voornaam op, dat men hun
nabijheid meestal in het geheel niet ver
moedt. De eigenaar of de eigenares
van dergelijke kostbaarbeden komt ge
woonlijk in het geheel niet op de ge
dachte, dat de toegenegenheid, welke
deze of gene voorname onbekende aan
den dag legt niet haar of hemzelf,
maar het welvoorziene bvouterickistje
geldt.
Hoe beschermt men zich nu tegen
juweelendieven?
De Engelsche criminalist G. T.
Crook vertelt, dat deze vraag hem door
dames meer dan eens is gesteld. Hij
antwoordde daar gewoonlijk op, dat,
indien hij voor een milliocn dollar aan.
edehte.enen bezat, geen dief ter wereld
ze ooit van hem zou kunnen stelen cn
bij verklaart deze woorden mei de op
merking ik zou ie onmiddellijk ver-
koopen. Daarmede zijn echter d-3 rijke
vrouwen, die deze fonkelende sieraden
ter verhooging van haar schoonheid cn
ter vergrooting- van haar aanzien nco-
dig hebben, niet gebaat. Men kan liaar
derhalve slechts den raad geven, dat
het beste middel tegen diefstal groote
voorzichtigheid is en nauwlettend op-
1 bergen van de kostbaarheden. Wan
neer men, zooals elegante dames zoo
vaak doen, de juweelen onbewaakt Iaat
liggen, ze niet goed vastmaakt of er
niet op let, moet men er zich niet al te
zeer over verwonderen, dat iemand ze
zich op een kwad-sn dag toeeigent. Een
berucht juweelendief, Nicholson ge
naamd, placht te zeggen, dat de verlei-
ding, die hij niet had kunnen weer
staan, hein-op het pad der misdaad had
gebracht. reïkens en telkens weer
trachtte hij zich eenigermale te veront
schuldigen door de schuld aan de na
latige dames te geven, die haar siera
den zoo voor hem hadden neergelegd,
dr.; hij bijna uitgenooóigd werd. ze weg
te nemen. Toen hij den laatsten keer
voor de rechtbank stond-, werd hij lot
tien jaar gevangenisstraf veroordeeld.
„Ik ben een oude man," zeide hij tot
de iechters, „en ik ben bang, dat ik het
cmde van de straf niet zal halen."
„Hoe oud is u?" vroeg de rechter.
„Al over de zeventig," luidde het
„Nu. Nicholson." besloot de rechter,
..hou je goed, misschien kont je er nog
schenen hem in zoo-
erre te hebben goed gedaan, e.ai hij
,og 2cs jaren in de Pankhurstgcvange-
ii? heeft doorgebracht, voor hij den
ol aan de natuur betaalde.