Ooze lacMoefe
HAARLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEN
h k\ A-
FeulIïetOH
De verborgen
documenten
VD'JDAG 2! SEPTEMBER 1923
TWEEDE BLAD
No. 3234
Jubileum.
Jubileum. Het paard gaat vooraan
met de vlag der vreugde en den lau
werkrans van de lof. Dan volgen de
koe en het kalf, do huisdieren kat en
hond al Ie in feestelijken optocht. Daar
na de haan, do kip, de vogel, vroolijk
stappend. Urndat het een jubileum is,
het vijftigjarig bestaan van de ver-
eeniging tegen heb mishandelen van
dieren.
Het is maar een prentje. De bees
ten weten van do herdenking niet af.
Ze zijn dankbaar genoeg voor een
goede behandeling jegens ieder, die
met hen omgaat, ze kunnen scherp ge
noeg den vriend van den vijand onder
scheiden, maar de mensobemnaat-
sehappij met haar ingewikkeldheden
is hun een raadsel, hun hersens zijn
niet opgewassen tegen de combinaties,
die er noodig zouden zijn om te be
grijpen, da.t de vereenigihg tegen hei.
mishandelen van dieren goed work
heeft gedaan voor hun voorgeslacht on
het nog doet voor henzelf.
Of is 't soms niet waar, dat de
mensoh heelwat wreedheid begaat te
gen zijn levende medeschepselen? Hoe
het nu is" weet ik niet, maar vroeger
was gen van de grieven van het ver-
eeiiigingsbesbuur de onverschillige
manier,, waarop nuchtere kalveren
met samengebonden pooten als pak
ketten werden vervoerd en vaak met
gebroken pooten aankwamen, 'b Was
waar, hun lijden duurde, daarna niet.
lang, ze waren immers toch voor de
slachtbank bestemd. Maar was dat een
reden om hen in de. laatste uren van
hun leven nog' be pijnigen?
En het paard! Het edelste dier der
schepping! Zeker, maar hoe onedel
werd het vaak behandeld. Afgeleefd,
soms met wonden op den rug ondei
het verbergende dek, werd liet voor te
zware vrachten gespannen en met stem
en felle zweepslagen tegen hooge
bruggen opgejaagd, die het feitelijk
niet bij machte was op te klimnfen,
maar ten laatste clan toch. meer dood
dan levend door angst, voor den mees
ter tot overmatig© inspanning ge
jaagd. wist te bereiken.
Menigmaal is daartegen opgelredpn.
De vereeniging trachtte steun te vin
den bij de politie en bij den rechter,
om deze en .dergelijke wreedheden te
gen te gaan. Er is een tijd geweest,
dat zij een premie uitkeerde voor iede
re bekeuring, die door een proces
verbaal werd gevolgd', maai' de inzich
ten veranderden, haar premie werd
door de autoritei ten niet meer be
geerd. En op dit oogenblik hebben
paarden nog maar zelden aware vrach
ten te trekken: cle motorwagen heeft
hen voor' dit werk vervangen. Maar
nog altijd is er voor de vereeniging
wat goeds voor het paard te doen, al
raakte heb dier door den motor in on
bruik. Doelmatig hoefbeslag, verzet
tegen den cnbarmhai t'igen opzetten gel
die den kop strak naar ach
teren trekt, behoorlijke stalling en
voeding, zullen zoolang ér nog paar
den in gebruik blijven, 'cle aandacht
van de vereeniging waard blijven.
En dan de hond! Er-is een tijd ge
weest, dat iedereen een opinie had
over de vraag, of de hond al dan niet
als trekdier mag worden gebruikt en
zoo ja. op welke manier. Destijds was
het bestuur van de vereenigiug niet
tegen bet gibruik, onder voorwaarde,
dat het dier stérk genoeg zou zijn, de
wagen behoorlijk ingericht on cle last
niet te zwaar. Maar hoe dat ideaal
te bereiken? Bibliotheken zijn daar-
over vol geschreven en de regeling
werd nog moeilijker gemaakt door de
layientalies van sentimenteele lieden,
dio de honden in 't geheel niot voor
trekkracht wilden 'laten dienen. Ik
herinner mij een vergadering van du
vereeniging, waarin een bekende hou-
deiiliefhebster een geëerde gast was;
zij ontmoette daar een ander lid, die
voor overlast door dieren bij een vo
rige' gelegenheid openhartig hacl dur
ven uitkomen. Er werd gesproken over
allerlei belangen: van de vereeniging.
ten slotte scheidden de aanwezigen en
vertrok de dame, allen cle hand druk-
Kende .'totdat zij aan het critische
medelid kwam. Hij genoot do eer van
don handdruk niet, maar kreeg een
blik, zoo vol diepe minachting, dab
hij op de plaats zou zijn bezweken,
wanneer het leven hem niet naar be
lmoren gepantserd had- Of de bezoek
ster liet homerisch gelach nog gehoord
heeft dat- opging, toen zij vertrokken
was, durf ik niet zeggen.
Dit is de klip waarop dierenbe
scherming zoo licht komt te stranden
Sentimentaliteit. Overdreven gevoel-,
en valsch gevoel, dat de genegenheid
voor dieren tot een bespotting maakt
en dikwijls tot overlast voor anderen.
Terecht of ten onrechte heeft dan cok
vroeger do vereeniging zich nooit wil
len aansluiten b'-j cle Vereeniging tot
bescherming van clieran, .\yaarin zij
die sentimentaliteit meende of vrees
de, te zullen vinden. Een later bestuur
was van een andere opinie, zoodat cle
vereeniging nu een afdeeling is van. de
gi'oote_ Vereeniging tot Bescherming
van Dieren, maar niettemin bebalve
haar naam een zekei;o zelfstandigheid
heeft behouden; de traditie van de
vereeniging zul haar, naar wij mogen
vertrouwen, ook nu voor valsch gevoel
en overgevoeligheid bewaren.
Een van de. beste dingen, die zij tot
stand bracht, was de asphyxiatie-in-
richting. De spraakmakende gemeente
kon niet goed met dat woord overweg
en noemde het „stikhuisje". Het
staat tussclien de bonte verzameling
van gebouwen en gebouwtjes op het
terrein de Phoenix. Daar wordt de ho
pe-loos zieke honcl. de zwerver dien
niemand wil. heengebracht om een
rustigen dood te sterven. De- Opzichter
nlaatst hem in de kooi en laat er door
het openen van de kraan, lichtgas bin
nen het- dier wordt al spoedig duize
lig. valt om... in korten tijd is bet le
ven geweken. Deskundigen verzeke
ren dat het dier zon'der pijn sterft.
Wie eenmaal het ellendige verdrin
ken bijwoonde of de verstikking cloor
een dop met chloroform op den neus
van heb dier, waarbij het een worste
ling om zijn* leven begint, die weet
ook dat de asphvxiatie-iiiriclitiug een
voortreffelijke instelling is. Voor hoe
veel familiën is het een troostvolle
gedachte geweest, dat hun gebelde
hond, die om ziekte of gebrekkigheid i
niet langer in hjjis blijven kon, al
thans zonder pijn uit zijn lijden ge
holpen werd.
Behandelt de dieren met zachtheid.
Spaart de vogels. Het zijn gevleugelde
woorden geworden. Wie zal zeggen,
hoeveel onwillekeurige wreedheid,
(want dierenmishandeling is meestal
onnadenkendheid) voorkomen en in ge
negenheid voor de beesten veranderd
is. Het is immers met de deugd al
piecies als met de ondeugd zij groeit
door oefening. Daarom is het van be
lang aan de menschen altijd weer het
goede voor te houden. Ook op dit ge
bied. Zou juist het verspreiden ven
die spreuken bij ons gemeentebestuur,
micschieri onwillekeurig niet den weg
bereid 'hebben voor cle oprichting van
de drhikfonteinen jour m-ensch en
dier? De nu juibileerende vereeniging
gaf er den stoot toe en wie wel eens
een paard met welgevallen het ins-
selio water heeft zien opslobberen of
een hond, mat liaast, a-'sof het anders
op zou raken, zag toesnellen om'zijn
dorst te losschen, zou het betreuren
wanneer dit voortreffelijk micldel voor
dierenzcu'g er eens "h et. meer zijn zou.
Zelfs een vogel strijict somtijds op
den rand van ciyn bak neer en steekt
den snavel vlug in hei overvloedige
nat. De vogel. Ja, die heeft van de
propaganda der dierenbescherming
wel het groote nut ondervonden. De
wreede catapult, waarmee hij uit de
boomen geschoten werd, komt baast
niet meer voor, met practisehe nest
kastjes wordt aan de dieren een rus
tige woning bezorgd, de wreedaardi
ge vinkebaan bestaat niet meer. In
vragenrubi'ieken van dag- en week®
bladen komen herhaaldelijk vragen
voor over zieke dieren, die zoo goed
mogelijk beantwoord worden.
Onze toekenaar had nog meer die
ren op zijn teekening kunnen afbeel
den den ezel, het varken, het schaap,
do geit, de eend, de gans, de zwaan,
maar het is niet noodig voor de con
clusie die 'ik zou willen trekken, na
melijk dat de vereeniging tegen het
mishandelen van dieren behalve zijn
tastbare maatregelen, ook heeft hel
pen, aaubr.engen in de ziel van mensch
en' kind één" grootere liefde voor de
dieren, die zeker van wreedheid
weerhoudt, zélfs iets verder gaat en
de 'onverschilligheid in aandacht en
genegenheid verandert- Langzamer
hand zijn wij ons er van bewust ge
worden, dat al overheersenen wij de
dieren, zij toch niet beschouwd moe
ten worden als ons bezit, waarmee
wij mogen handelen naar willekeur.
Het dier kan pijn lijden ais wij, het
is gevoelig voor een goed woord als
wij. Wie het dier met liefde behan
delt, verbetert zichzelf.
Om- tot de jubileerende vereeniging
terug te keeren zij heeft natuur
lijk idealen voor de toekomst. Meer
leden, meer contributie van de be
staande leden, dus de beschikking
nebben over meer geld, om daarmee
te komen tot een asyl voor dieren.
Wat dat precies worden moet weet
ik niet. Als het blijft binnen de gren
zen van redelijke dierenzorg, verdient
het zeker te worden aanbevolen.
Daartoe kom ik nog eV in op onze
teekening terug. _Een van onze vrien
den maakte, bij het zien van het
cliché, de eenigszins onverwachte op
merking, dat. de afbeelding deed den
ken aan dierenmishandeling, omdat de
dieren op hun achtérpooten liepen,
wat niet hun natuurlijke, maar een
aangeleerde houding is. Wij ant
woordden daarop,,gij vergist u, cle
dieren staan rechtop, als tegemoet-'
koming aan den mensch, die in deze
houding een blijk van vreugde ziet
welnu, laat clan ook de mensch de die
ren tegemoet komen door de jubi
leerende vereeniging meer en beter
dan vroeger te steunen, zoodat zij
haar taak grondiger vervullen kan".
J- f!P.
üit de Omstreken
BLOEMENDAAL'.
Gemeenteraad.
DE RAAD BESLUIT AAN DE WO N IN CBO U W V ERE E NI Cl N G BLOEMEN
DAAL NOORD TE VERCOEDEN CEMAAKTE KOSTEN VOOR BOUW-
PLANNEN, DIE NIET ZIJN UITGEVOERD,
DEBATTEN NAAR AANLEIDING VAN DE BENOEMINC VAN COM-
yilSSlëN.
DE BESLISSING OP HET V O O RSTEL VA N B. EN W. TOT O PH E F Fl N G
VAN HET VERVOLGONDERWIJS AANCEHOUDEN.
EEN ALCEMEENE UITSPRAAK DAT INDIEN WONINGBOUWPLAN.
NEN NIET TEN UITVOER KOMEN, DE KOSTEN VAN DIE PLANNEN
NIET VOOR REKENING DER CEMEEHTE ZIJN,
DEBATTEN OVER DE AANBESTEDING VAN DE LEVERING VAN
KOLEN,
Onder voorzitterschap van den Burge
meester, J'hr. Bas Backer, kwam Don
derdagmiddag de raad van Bloemendaal
hijeen:
PUNT i Ingekomen stukken.
B. en W. stellen voor om aan de Wo-
ning'bouwvereeniging ..Bloemendaal-
Noord" een bedrag groot f 124.66 uit te
betalen, zijnde dc door die vereeniging
gemaakte kosten voor bestekken cn tee-
keningen voor den bouw van 10 arbei
derswoningen met rijkspremie, jwelke
bouw uit financieele redenen niet is kun
nen worden uitgevoerd.
De heer O 11 o heeft een formeel be
zwaar. B. en W. doen den raad een
voorstel waaromtrent de raad een be
sluit moet nemen en waaraan financieele
gevolgen zijn verbonden. Maar dan was
het beter geweest indien B. en W. er
een afzonderlijk agendapunt van had
den gemaakt.
Verder heeft spr. eenige bezwaren te
gen 'den inhoud van liet voorstel.. He*
gaat z.i. niet aan om deze gelden toe
te staan.
De heer Schultz merkt o.p dat de
vereeniging de plannen maakte, daarbij
rekenende op de medewerking der ge
meente. .Zij was volkomen te goeder
trouw en maakte kosten, waarvan het nu
'billijik is ze te vergoeden.
De heer Laa.n is er voor om dii
voorstel aan te nomen, maar verder om
maatregelen te nemen, dat dergelijke din
gen in het vervolg niet meer kunnen
voorkomen. Vandaar het voorstel onder
punt 11 vermeld.
Op de formeele opmerking van den
heer Otto antwoordt dc Voorzitter,
dat de raad souverein is cn pok een
voorstel kan 'bohandelen, al komt dat
niet voor als een afzonderlijk agenda
punt, maar onder de ingekomen stuk
ken.
Het voorstel van B. en W. wordt ten
slotte aangenomen.
PUNT 2 Ontheffing van bepalingen
det Bouwverordening.
B. en W. stellen voor aan A. de Viies
alhier ontheffing te vcrleencn van het
•bepaalde bij art, 7 der Bouwverordening
voor den verbouw van een waranda tot
serre achter zijn perceel De Genestetweg
18, kadastraal bekend Sectie A. no. 3033.
1 Goedgekeurd.' 11,1
B. en W. stellen voor ontheffing van'
art. 7 dér Bouwverordening te verlee-
nen aan W. IC. Kcmper voor bouw van
een werk- en bergplaats achter perceel
Kerkplein, Sec'.ie A no. 4S44.
Goedgekeurd.
Benoemingen.
PUNT 3 Benoeming van onderschei
dene commissiën.
Vóórdat daartoe zal worden overge
gaan informeert de heer Krcmer of
het commissiën van bijsiand of van ad
vies zijn en of B. en W. Cr iets voor
voelen om ook in te stellen een 'com
missie van onderwijs en een voor open
bare werken.
De Voorzitter antwoordt dat B.
en W. de instelling- van cle twee bedoelde
nieuwe commissies zullen overwegen cn
dan in een volgende vergadering met
een voorstel zullen komen.
Van de commissiën zijn die voor
de strafverordeningen 01 de finan
cieele commissie, commissiën van ad
vies;'de andere zijn commissiën van
bijstand.
Verschillende leden wenschen een
andere indeeling van do commissiën.
De lieer Otto meent dat met de
stukken, die nu'in handen van den
raad zijn geen benoeming-van com
missiën van bijstand kan plaats
hebben op grond van het bepaalde in
de Gemeentewet.
Laten B. en W. bij den raad komen
met een voorstel tot instelling van
bepaalde commissiën van bijstand.
Inmiddels kan dan nu dit agendapunt
worden aangehouden.
De heer Luden wil dat de raad
nu alle commissiën benoemt als
commissiën van advies. Dan kan de
raad een volgenden keer uitmaken
welke van de commissiën zullen zijn
commissiën van bijstand. Dan komt
men nu uit dc impasse.
De heer Otto maakt er ander
maal aanmerking op. dat en W.
niet met een behoorlijk voorbereid
voorstel kwamen.
Spr. dient oen motie in waarbij de
raad 'van oordeel is, dat voor cle be
langrijkste takken van dienst als fi
nanciën, openbare, werken, grondbè-
drijf, ouderwijs en waterleiding en
gasbedrijf, commissies van bijstand
noodig zijn en B. en W. uitnoodïgt
een voorstel tot instelling van die
commissiën in te dienen.
De heer Van Nederhassolt
wil uit de motie laten waarvoor de
commissiën zullen zijnaan dien
wensch voldoet de heer Otto.
Verschillende leden willen niet al
tc formeel zijn en nu de reeds bestaan
de commissiën opnieuw samenstellen.
Indien B. en W. maar even mededee-
len, welk lid van hun college voorzit
ter van een bepaalde commissie zijn
zal, dan is de zaak in orde, doet de
heer S e li u 1 z opm'erken.
De V o o r z i 11 e r zal nu do benoe
ming van een commissie aan de orde
stellen.
Maar mijn motie is er altijd nog
interrumpeert de heer Otto. De
raad lean die aannemen en toch eeni-'
ge commissiën benoemen.
De heer Laan leest uit de Ge
meentewet voor dat de raad commis
siën op voordracht van B. en W. in
stelt.
De ,Voorzitter: De raad be
sloot al lang tot de instelling van de
commissiën.
De motie Otto wordt daarna met
tegenstemming van den heer Laan
aangenomen.
Dan gaat do raad over tot de be
noemingen.
Benoemd worden als leden van de
commissie voor de strafverordening,
waarvan de Burgemeester ambtshalve
voorzitter is, de heeren Bornwater en
Luden
Van de waterleidingeommissie, waar
van de Burgemeester als voorzitter is
aangewezen, de heeren Hogenbirk en
de Itoo van Alderwerelt
van de financieele commissie de
hoeren Kremer, Luden en Schulz
van de grondcommissie de heeren
Bornwater, Van Kessel, de Waal
Malefijt cn Blankevoort
-van-de werkloozencommissie de hee
ren Aran Kessel, Verdegaal en Blan-
kevoort.
van do centrale commissie voor ge
organiseerd overleg, waarin de leden
van het college van B. en W- ambts
halve zitting hebben, de heeren Ho
genbirk, Otto en Prinsenberg-
De laatste, na twee stemmingen, een
herstemming en na loting met den
heer Van Kessel.
De heer Prinsenberg neemt echter
de benoeming niét aan .wat den
voorzitter doet uitroepen hadt
11 dat dan maar eerdér gezegd.
Benoemd worden nu als derde lid
de heer Aten Kessel en als plaatsver
vangende- leden de heeren Bornwater,
de Boo van Alderwerelt, Kremer en
de Waal Malefijt.
PUNT 4. De heèr. Ign. Bispinck
wordt benoemd tot adviseur voor net
photographiscli archief.
De lieer De R o o adviseert het te
laten bij de aanstelling van dien eenen
adviseur. Schertsend zegt spr.mijn
vr-ocgeren buurman in den raad de-od
telkens opmerken, dat op het raad
huis geen'klok was, wellicht zou" men
dien willen aanstellen als advieeul'
voor de klokken 1
PUNT 5. B. en AV. advisee ren gun
stig op een verzoek van den Direc
teur van het Provinciaal Waterlei
dingbedrijf van Noord-Holland, om
van de gemeente een stuk grond, gele
gen aan de Oostzijde van de Bosch on
Duinlaan, te mogen koopen ten einde
daarop een garage met- twen woning
te bouwen.
Bii dit punt deelt de V o 0 r z i t -
t r mede. dat Donderdagochtend
adressen zijn ingekomen met bezwa
ren tegen dit voorstel.
De heer D R o o wil dit punt
aanhouden om eerst te onderzoeken
of ter plaatse niet mede een smederij
zal komen.
De heer Luden memoreert dat
ter plaats© een klein stukje grond over
N a ar het E n g e 1 s c li
van
A. WILSON BARRETT.
(Geautoriseerde vertelling).
Hij was een jong© man met een bui-
tenltmdsüh voorkomen, zooals er In
den oipfcrck van Soho zooveel zijn,
met een lisü'g gezicht cn dicht bij. el
itair geplaatste orgen, en een oogen
blik vroeg hij zich af. waar hij hem
vroeger kon gezien hebben.
I-li] kon het zich echter niet herin
neren, en ging naar binnen.
Half weg op de trap schoot hem op
eens to binnen, wie de kerel 'was. Het
was de deugniet, tegen wien hij juf
frouw Bvion beschermd had, -lien
avond in den mist, tien h:j haar voor
het eerst had gesproken.
-,Ik wou dat ik hom vroeg:!' lier-
ktnd ha;l", zeide bij. „Dan nnd Kt
er op geslagen. Nu is liet Ie laat. Nu
begrijp ik wat zij. bedoeld':, toen zij
zeide dat hij betaald weid voor zijn
werk, en ooi;, waarom zij zoo plotse
ling verhuisd is. Natuurlijk zat Pul-
zer er achter, Tk geloof dat hij uci'I
gens tegen op zou zien, om haar en
haar broeder tijdelijk uit den weg te
ruiilien. 11c zou wel eens willen weten
wat die kerel in den winkel moest
doen, en of juffrouw Bloom liem
kent?"
Hij ging weer naar beneden en vond1
zijn huisjuffrouw bez'g met het uit
zoeken van de laatste edities van de
avondbladen. Blijkbaar was zij niet
in haar humeur, want zij groetto hem
minder opgeruimd dan anders.
„Wat is er, juffrouw Bloom?" vroeg
Charles. „Wil het niet erg met de
zaken?"
„Hoeveel denkt u dat uw vriend
hier besteed heeft, nadat hij mij vijf
minuten aan do praat heeft gehou-
deif?" vroeg juffrouw Bloom, een sta
pel couranten op d© toonbank leg
gend.
„Hoeveel?" was z'jn wedervraag.
„En. wie is dat-, mijn vriend?"
„Niets, Geen halven stuiver", ant-
wooidde juffrouw Blóom. „Wel, d'e
schele kerel die, daar zooeven dc deur
uitging".
,.M n vr'enc'-n koopen altijd cou
ranten van mi'-st ns een stuiver",
antwoordde Charks, „en schele heb ik
or niet bii".
Dii eked juffrouw Bloom verschiikt
opkhkcri.
„is dio kerel, dio zoccven de deur
uitging dan geen vriend van u.'riep
zij. „Wel, nu nog mooier, hij verleide
heb mij toch! Hier, Johnny, '5 die
man niet boven geweest op de kamer
van mijnheer Freek? De hemel beware
ons, hij zal toch, hoop ik, niets gesto
len hebben?"
Op liet ioopen van juffrouw Bloom
verscheen do knaap.
„Jawel, hij gin" naar boven, nia_nr
toen hij zag dab mijnheer Freek'niet
thuis was, kwam hij terug", zeide «ij.
„Nu, ik hoop, dat u uw deur geslo
ten heeft, mijnheer", zeide juffrouw
Bloom met een angstigen blik. „Hij
zeide dat hij oen vriend van u was, en
hield mij een poosje aan de- praat er.
ik dacht dat hij do waarheid sprak".
„Ik gclcof niet, dat ik vandaag ïhij i
dour heb gesloten", zeide Gnarles. ,»ik
zal eens gaan kijken."
Hij sprong dr.o treden tegeijk op!
Of hij had vergeten, zijn deur diciit
to doen, of zij was geopend na zijn
vertrek, want zij stond 1111 op een kier.
Haastig er. min ot meer verschrikt
keek hij in de rondte. Hij was ge
woonlijk niet al te ordelijk; daar zorg
de vroeger zijn oppasser vb.r, en hij
huiverde bij do gedacht?, wat l' i
zou ïuo-ten lvginnen, cis de schele
mijnheer z ch eens had ra-oster ge
maakt van zijn sieraden ca kostbir.-
heöen.
fir]uk' imiste bij nets van dien
aa.rj, Alleen schcner. dr weinige' pa
pieren, die op tafel hadden gelegen,
naai' alle kanten verspreid to zijn en 'n
valies, dat- niet gesloten was, was
blijkbaar door elkander gebjiald. Op
zijn groote koffers, waarin hij belang-
'vijk© brieven en familiepapieren be
waarde, zaten gelukkig goede Ya'e-
sloten', en die waren dan ook niet aan
geroerd.
„Nu, in ieder geval kwam hii niet
om te' stelen", zeide hij met een zucht
van verlichting. „Mij kwam natuur
lijk van Palzer, 0111 te zien, wal eigen
lijk.mijn plannen zijn. Nu, veel heeft
hij niet ontdekt. Ilij zal misschien
denken, dat ik koffers en andere din
gen gestolen heb. Ik ben bbn dat de
familiepapieren ar liter slot w.ven. Ik
zou wel eens willen weten, wat hij
van juffrouw Elooni gehoord heoft.
Ik zal er maar niet naar vragen, veel
kan.het in alle geval niet zijn. Palzer
begrijpt er zeker niets van, dat ik
chauffeur bon, en dien avond aan een
tafeltje naast hem zat te eten, maar
heb recht© kan hij toch niet vermoe
den, Neen, ik geloof niet dat mijn
schele vriend veel l ij zijn strooptocht
g'iwóhnin heeft!"
En toon viel zijn blik op ccu stukje
papier, tusschen den vergulden spie
gel hoven den haard gestoken. Er
stond met polion:! het huisnummer
van juffrouw Byron opgeschreven;
dol 'had-hii den nt.m-1 icni hii li.uu-
broeder had thuisgebracht, daar tus
schen gestoken, om het niet te ver-
getciii z
„Zou hij dat gezien hebben?" dacht
hij.
Hij ging weer naar beneden.
„Kr is niets, gebeurd, juffrouw
Bloom", zeide hij vroolijk tegen de
dikke juffrouw, die hem angstig aan
zag. „Er wordt niels vermist, maar
voortaan moet ik mijn deur sluiten.
En als er iemand komt en zegt dat
hij een vriend van mij is, geloof het
dan maar niet, tenzij het een klein,
gladgeschoren, donker mannetje is,
die Jell heet.
„O, dien ken ik wel", zeide juf
frouw Bloom. „Die is hier wel eens ge
weest om een courant te koopen, toen
de jonge dame nog boven woonde. Hij
is vriendelijk in zijn spreken, niet--
waar?
„Ja, die is het wel", zeido Charles.
Hij ging weer naar boven.
„Ik zal eens gaan zien, of ik een
paar koetsiers kan te spreken krij
gen", dacht hij, terwijl hij zijn klee-
ren voor een eenvoudiger pak ver
ruilde. „Ja, Palzer zal wel een beetje
in angst zitten. Het zou mij niét ver
wonderen. a's ik binnen kort iets van
hem hooi'do".
XVI.
Th ieder geval höor-Ie Charles Freek
iels van Pa'za 's vriend met het listigs
BEROEMDHEID
Z ij (bitter): Vóór ons huwelijk zei
je mij altijd, dat je beroemd zou wor
den en wat is er van terecht gekomen?
H ij: N11, ik ben toch jouw man
geworden 1
EEN MISVERSTAND.
Gast (een vriend voorstellend)?
Dit is mijn vriend Muller, hij komt zoo
juist terug van een .verblijf op de Ca-
narisohe eilanden.
Gastvrouw: O, 'dan zullen wij
meneer Muller straks zeker wel eens
hooren. Meneer zingt natuurlijk heel
mooi!
blijft. Kan dat niet' mede aan den
adressant worden gegeven, onder
voorwaarde, dat do adressant dat als
plantsoen zal inrichten?
De Voorzitter zegt. dat B. 'en
W. een en ander zullen overwogen,
©11 dan in de volgende vergadering
met epn nader voorstel zullen komen.
Inmiddels wordt dit agendapunt aan
gehouden.
PUNT 6. Benaming van wegen in
het Oranjonarlc (gelegen ten zuiden
van de Jnlianalaan).
B. on AV. stellen voor. de wegen in
bet OranjeDai'k, on de overgelegde
situatie met A.. B, C, D, F. en F aan
geduid. Ie noemen resn. Prins Freüe-
riklnan CA); Prima Man ril slaan (B);
Prins Hendriklaan (C) Nassaulaan
fD)Waldeck Pyrmont'.nan (E) en
Oranjelean (F).
De lieer Van Kessel stelt voor
te lezen Oranje-Nassaulaaii, om niet'
met do Naseaulaan in Haarlem in
verwarring te komen.
Aldus gewijzigd wordt het voorstel
aangenomen.
Hot vervolgonderwijs.
PUNT 7. Voorstel tot opheffing
van liet. vervolgonderwijs.
De V 0 o r z i 11 e r deelt mede, dat
van de afdeeling Haarlem van den
Bond van Neder). Onderwijzers een
adres is ingekomen met verzoek dit
voorstel niet aan te nemen.
Spr. voegt daaraan toe. dat van dit
vervolgonderwijs wéinig gebruik re-
maakt wordt, al is er dan wel eonige
deelneming op napier en dat le ge
meente' de kosten van dit onderwijs
geheel moet betalen. Om die redenen
deden B. ©n AV. hun voorstel.
De heer K r e 111 e r houdt een plei
dooi voor handhaving van het ver
volgonderwijs. Op een begrooting van
eenige tonnen maakt f 900 geen be
drag van heteekenis nit._ Spr. vindt
het bijzonder mooi dat jongens, die
overda.g reeds werken, des avonds zich
nog willen ontwikkelen instede van
naar de bioscoop te gaau ot op de
straat te gaan slenteren.
De heer Schulz spreekt in gelij,-
ken zin. Kunnen de hoofden van scho
len niet bij het verlaten van de kin
deren van de scholen er op aandringen
dat zij liet vervolgonderwijs gaau vol
gen. Dit ouderwijs is inede van belang
naar aanleiding van de plannen om
tiet 7e leerjaar af te schaffen.
De lieer De Waal M a 1 e f ij t
üs wel voor dat onderwijs, indien het
druk bezocht werd. Maar dab is niet
het geval. Verleden jaar zag spr. dat
maar 2 'leerlingen uit. de school kwa
men; hoewel er 6 waren ingeschreven.
De V o 0 r z i 11 e r zet nog eens
uiteen dab de ervaring is dat dit on-
derwijs heel weinig wordt bezocht.
Op een vraag van den heer Kremer
antwoordt do lieer L a a n, dat geen
advies van de schoolcommissie is ge
vraagd. Maar, aldus spr., indien die
commissie in de zaak belang stelde,
dan was zij zelf wel met éen advies
gekomen.
Daar voor dit onderwijs geen be
langstelling is, en heb geld er van
voor drie vierde is weggegooid geld,
stellen B. en AV..om redenen van be
zuiniging voor het Rijk ging in de
zen voor het niet meer te hand
haven.
De lieer N u yens stelt in 't licht
dat dit onderwijs voor Vogelenzang
wel van belang is; om die rédenen wil
spr. heb handhaven.
De lieer Prinsenberg zoh
wenschen dat de raad uitspreekt dat
dit onderwijs gehandhaafd blijft in
dien er minstens 12 leerlingen voor
zijn.
1 De lieer K r c m e r stelt de vraag:
kan er niet een concentratie' plaats
hebben en een school in 't midden van
de gemeente voor dit onderwijs wór
den aangewezen
.Besloten wordt daarna eerst liet ad
vies van de schoolcommissie aan te
vragen en inmiddels dit agendapunt
aan ts houden.
De Christelijke school voor
M. U. L. O.
PUNT 8. Op een verzoek om gelden
beschikbaar te stellen voor wegens
uitbreiding aan te schaffen leermidde
len ten behoeve vande Chr. school voor
M.U.L.O. adviseereu B. en W. de ge
vraagde gelden toe te staan tot éen
bedrug van f 260.25.
Naar aanleiding van ©en opmerking
van den heer Otto deelt de heer Laan
mede dat de inspecteur van het L, O.
hem had verklaard, dat cte aange
vraagde gelden moeten worden toe
gezicht. Toen hij den volgenden mor
gen in de garage verscheen om zijn
taxi te halen voor zijn dagelijksch
werk, sprak een van de anderen hem
aan.
„Zeg, kameraad, je hebt loch niets
gedaan, waarmede de politie zich
heeft l.e bemoeien?" vroeg hij, 71] hiel
den allen van Charles, al was hij
soms ook een raadsel -voor hen.
„Wel neen", zeide Charles. „Wat
zou ik gedaan hebben? Ik rijd ïioo't
harder dan het voorschrift luidt. Ik
betaal altijd mijn stuiver, als ik een
station binnenrijd. Ik stop, als iemand
met een helm op de hand opsteekt, en
lot dusverre heb ik nog niemand over
reden",
„Dan is alles in orde. Neem mij ul-t
kwalijk. Maar vanmorgen vroeg liep
or hier zoo n rare sinjeur rond, en
scheen wat meer te willen weten dan
goed voor hem was",
„Stelde hij belang in mij?" vroeg
Charles. „Hoe zag hij er uit?"
„O ja, hij moest alles van jo iveteu.
Ilij keek scheel, en zag er naar mijn
smaak een beetje al te listig uit. Mis
schien weet je wel wio het was".
„Ja, dat geloof ik wel", antwoord
de Charlfs, „het be\oekent ook niets".
Ilij besloot echter voortaan foed uit-
zijn oogen te kijken. Blijkbaar stelde
iemand bijzonder veel belang in hem,
en dat kan niemand anders zijn dan
Palzer. Na zijn ervaringen van de