HAARLEM'S DAGBLAD
Brieven uii Berlijn
B.'iaeniaurt
ALGEMEEN
HANDELSBLAD
DE RQMAN VAN EEN
PRINSES
Woensdag 12 December 1923
TWEEDE BLAD
(Van onzen correspondent.
HOEZEE, DE PRIJZEN DALEN!
Berlijn, 6 December 1923.
„Und nun ein End' dem Trauem,
und nun ein ander Lied
Zeker hebt ge in het vaderland al
de blijde mare vernomen' We leven op
het oogenblik in Duitschland in het
teeken van den „Preisabbau". Zoo
dikwijls heb ik over den nood van het
Diutsche volk geschreven herhaaldelijk
zijn, vooral in de laatste weken, de
Nederlandsehe bladen overstroomd met
oproepingen tol, leniging van de ellen
de hij de Oostelijke buren, omdat er
gebrek, duurte en schaarste heerschte
en ikzelf heb reeds het verwijt ge
hoord, dat ik te veelvuldig schreef
over de hooge prijzen, die het leven
voor de meeste niensehen in dit rijk
met 60 millioeu inwoners tot een last
maakten ik heb het ook anders op
de viool hooren spelen en de opmer
king gehoord, dat men daarover niet
te veel kon schrijven, daar men er in
ons land toch nog geen juist, begrip
van had hoe ellendig de toestanden
hier waren.
Maar thans kan ik over wat anders,
over het omgekeerde, .berichten: de
prijzen gaan omlaag, gaan hard om
laag en een zucht van verlichting gaat
door het volk, je ziet weer opgeruim
de gezichten en voor winkels, in het
bijzonder van levensmiddelen, ziet.
men dichte drommen van menschen
slann, die nu eens niet schelden van
weg© rle onbereikbare prijzen, maar
zich de oogc-n uitkijken, omdat er in
eens zooveel is en omdat ze haast niet
gelooven kunnen, dat ze nu heusoh
iets kunnen koopen. Even wil ik con-
stateeren, dat er ook nu nog van goed
koopte geen sprake is, dat, alles nog
ongeveer dubbel zoo duur is als in de
dagen toot den oorlog en in het bui
tenland. Maar er i,s toch een einde
aan de waanzinnige duurte gekomen
en de lijn van de prijsbeweging gaat
niet naar boven, dooh althans tijdelijk
tamelijk steil naar omlaag
Ik zou nu een geleerd betoog kun
nen gaan opzetten en kunnen onder
zoeken, of deze beweging wel lang zal
duren, het kunnen hebben over oorza
ken en aanleidingen. Maar daarvoor
is misschien een ander maal wel eens
gelegenheid. Voorloopig verheug ik
mezelf te zeer over het verschijnsel en
over de tevredenen gezichten van de
menschen om me heen en in dezen
brief wil ik het dan ook alleen maar
hebben over de dingen, zooals ieder
een ze thans in deze groote stad wel
moet zien. Br is een kentering waar te
nemen, die uitgaande van de prijs-
bordjes in de etalages van slagrrswin-
kels zich heeft medegedeeld aan de ge
moederen van lvet geplaagde men6ch-
dom. En die zich naar gelang van lut,
exemplaar uiensch verschillend uit.
Daar heb je hijvoorbeeld
HET OUDE HUISMOEDERTJE.
Van ochtend zag ik haar staan voel
den bekenden slagerswinkel van liie-
solt in de Wilhelmstrassi,.
Het is daar altijd vol, in den winkel
en voor de vensters. In, den g-rooten
winkel stonden steeds de gelukkigen,
die over voldoende papieren of rente
mark beschikten om de prijzen van de
ze peperdure zaak te betalen, vrouwen
van metaalbewerkers, dienstmeisjes
van Sc-hieber. welgestelde jongelingen
die op weg van of naar kantoor een
flink stuk vleesch meenemen, om het
door de filia hospitalis of de hospita
zelf te laiten klaar maken; huiten ston
den de hunkeraars, stoud ook vaak het
oude moedertje en keek naar de bord
jes met 4,2 of 3,6, die evenveel billioe-
nen marken voor een pond vleestSh be
duidden. En zuchtend keerde ze zich
dan om, na met de oogen even te heb
ben genoten en met het hart verlangd.
Te duur, niet voor ons soort menschen
mompelde ze dan wel en ging in de
rij staan om wat margarine te kunnen
krijgen bi] de aardappelen.
Maar vandaag kon ze prijzen lezen
van anderhalf en twee billioen en zelfs
van benedon het billioen. Zenuwachtig
griste ze in haar boodscbappentasch en
haalde haar portefeuille te voorschijn.
Telde de vele bankbiljetten vaai veler
lei waarde En opeens stapte ze reso
luut den winkel binnen, drong naar
voren in de menigte koopers. Ook zij
kon een pond varkenskarbonade koo
pen en stralend kwam ze een half uur
tje later met haar schat naar huilen,
Het zou feest zijn vandaag.
DE BOER.
Hem is de schrik om het hart gesla
gen. Wat zijn die kerels daar in de
stad begonnen? Hij snapt er niks meer
van. Had zoo mooi maar net eventjes
zooveel aan zijn afnemer geleverd, dat
hij de klandizie niet geheel zou verlie-1
zen in komende tijden, had een 'deel
van z'n boter en eieren en groenten
huis aan huis in de wijken van
rijke Schieber verkocht, omdat
nog meer betaalden dan de winkels
en de rest, die nog wat kon liggen,
had hij lekker in kelder en zolder op
gestapeld, afwachtende den tijd van
ailerverschrikkelijksteni nood, waarin
hij speculeerde, dat hij nog heel an
dere, ongekende prijzen zou kunnen
maken voor zijn boter en spek en ge
rookte worsten, En daar gaan me die
prijzen niet meer naar boven o,
lang niet zoo hard, als hij wel had ge
wild maar omlaag en als hij aan
zijn winkelier-afnemer voor eeu ham
metje van vijftien pond honderd ren
temark vraagt, lacht die hem uit
biedt veertig. En juist heeft de meid
van den rijken beursman hem de deur
voor z'n neus dichtgegooid en gezegd,
dat hij met zijn slechte boter van drie
billioen op kon hoepelen, omdat, ze de
beste roomboter voor de helft in 'den
winkel konden krijgen!
De boeren zijn radeloos. En van alk
kanten, aan alle stations, met dc tram
uit de meer nabijgelegen dorpen en
voorsteden komen ze naar de stad en
torschen hoogbeladen rugmanden vol
met 'de langonibeerde heerlijkbeden:
laiidle ver worst, boter, eieren, ham e.n
spek. Zo hebben voorraden, waarvan
de balken buigen en smijten nu ineens
lies op de markt in de hoop er nog
roeg genoeg bij te zijn", om althans
nog ec-n eenigszius aan de gekoesterde
verwachtingen beantwoordend pri
kunnen maken. En met hun volle
aaiden staan ze voor do winkels te
kijken en kunnen bet niet vatten. Wit
opengesperd van verbazing zijn d
j monden, van verbazing en woede. D
'mos nïe magge, vinden ze en hun ver
dwaasde gezichten dienen tot. verhoo
ging van de vroolïjkhcid van het overi
ge publiek
DE VERSTANDIGE RAADGEVER.
Met een meewarige glimlach staaft
hij naar al die verbaasde en vroolijke
gezichten te kijken en hij houdt éen
burgerjuffrouw tegen, die juist met
een handvol billioenen en rente mar
ken eens lekker wil gaan inkoopen.
Mensch, je doet zoo dom. zegt hij. Zio
je dan niet in, dat je veel verstandi
ger zou doen, met je geld nog een
paar'dagen in den zak ie houden? Nau
welijks zijn dc prijzen een ietsje ge
daald of jullie denken al dat je in Lui
lekkerland bent. Wacht nog wat. Laat
ze maar angst krijgen, dan gaan de
prijzen nog heel anders naar beneden.
Het, is te dwaas om los te loopan. Jul
lie hebben al zoo lang honger geleden,
dat er best nog een paar dagen bij
kunnen. Dan alleen kunnen we ineens
woei' normale toestanden krijgen. Als
nu iedereen wordt bezeten door de
koopziekte, dan moeten de prijzen: toch
weer naar boven gaan?
En bij houdt een geleerd betoog over
de web van vraag en aanbod en de
noodzakelijkheid, om tegenover het
vergroote aanbod een verminderde
vraag te stellen. Maar de juffrouw
lacht hem uit. Ze denkt aan de ecne
vogel in de hand en de tien inde
lucht en die eene vogel, in den vorm
van een stuk kalfsschïjf, wil zij in
haar hand hebben, voordat een ander
hern in haar boodschnppentasch heeft
gestopt. Ze bevrijdt liaar mouw uit do
greep van den verst,andigen raadge
ver en verdwijnt in den winkel.
Hoofdschuddend over zooveel dom
heid draait hij zich om En koopt zes
huizen verder zelf een paar pond bief
stuk.
DE INTELLECTUEEL.
Even blijft hij staan, de kraag van
zijn te dunne en versleten jasje hoog
opgeslagen, voordat hij verder gaat
naar het bankierskantoor, waar hij
dagschrijverswerk verricht, om niet
geheel te hoeven verhongeren. Een van
de velen, wier wetenschappelijke op
leiding van geenerlei practisch nut is
met heb oog op geldverdienen. Mis
schien de man, waarvan heden in den
Rijksdag is gesproken, den doctor in
de chemie, wiens laboratorium we
gens gebrek aan middelen moest wor
den gesloten, wiens 4 onderzoekingen
niet kunnen worden voortgezet, omdat
in dit gezegende land alleen voor en
kele mate.rieele dingen, niet voor din
gen die geen direct voordeel beloven,
geld beschikbaar is. Even blijft hij
staan en kijkt naar den stroom van in-
en uitgaande menschen, naar 't haast
vechten om het „goedkoops".
Hij kijkt ook naar de prijzen, maar
ze zeggen hem niet veel. Of vleesch
vier of twee billioen per pond kost,
voor hem is het toch te duur. Met zijn
veertig jaar is hij „leerling" aan de
bank en smalend noemen de jongeren
hem „JJerr Doktor", hem. die geen
geschoold bankbediende is cn dus maar
wordt betaald naar het laagste tarief.
Hij huivert van de koude en loopt
haastig door. Was slachtoffer van de
tijdsomstandigheden en blijft liet en
vreest alleen maar, dat, de prijsverla
ging voor hem zal beteekenen, dat eer
daags zijn mager salaris óók zal wor
den verlaagd.
In zijn te dunne jasje met hoogopge-
slagen kraag loopt hij haastig voort,
om geen uitbrander te krijgen en voor
al het schamele loon niet, op spel te
zetten. Dat juist voldoende is voor
huur en brood met margarine.
II BL. KOELENSMID.
Van het politieke tour-
nooiveld.
11 December.
TWEEDE KAMER.
Eon geweigerde interpella
tie. Het Schoenenwetjo
verlengd.
Eindelijk weer eens e«n vergadering van
ons (Lagerhuis. De tweede na de spiunoen
de sitting, die tegelijk verwerping van de
vlootwet bracht en een politieke crisis,
r.ooals btmnen de Nederlandsche landpa
len nfet dikwijls is voorgekomen. De eer
ste aia die zitting was er een van louter
formeelen aard een reglementair voor
geschreven vergadering, ten einde mede-
deeling te kunnen doen van het inkomen
van liet iniliatiof-wetsomtwerp van den
heer Fleskene, Noord-Erabantsch burge
meester, dewelke het sohoenenwetje ver
lengen wilde in zijn werkuigs-duur. Het
schoenenwetje, dat immers de bepaling be
vatte, dat bet op 1 Januari 1924 zou op
houden te werken.
Diezelfde formecle middagvergadering
van enkele kwartieren maakte het den
eommumistiscbein beer van Ravesteijn mo
gelijk het verzoek aan de Kamer te doen,
om lot de regeering vragen te mogen rich
ten maar aanleiding van het vertrek van
don gewezen Duitsellen Kroonprins. Ge
tijk gebruikelijk werd over dat verzoek be
slist in de volgende vergadering dat
8 die van gisteren. Ken volgeling, die
heel laat kwam. Door de ministers-ori
Zóó Iaat, dat wij (len Kroonprins en
i vertrek al weer hijrna vergeten zijn,
zóó laat dat ook de groote, de Entenie-
endheden zich bij zijn vertrek al licb-
tien neergelegd. Dat bracht voor het ver
lek van den heer van Ravesteijn een kwa-
en kans.
Nadat de vele officïeele en voor een
goeden gang van zaken noodzakelijke, for-
moele besluiten waren genomen, mede-
deelingen waren gedaan, conclusies aan
gehoord na lange afwezigheid natuur
lijk lang vam duur deed .de voorzilter
mededeelïng van de hij de Kamer ingeko-
n ontslagaanvrage van den heer Vis-
van IJzendoovn en daarna stelde hij
>r liet Ravesteijnsche interpellatie-ver
ik niét toe te slaan op drje gronden. Ton
eerste aldus de heer Kooien wijl bet
standpunt der regeeriog bekend kan wor
den geacht uit bet communiqué, verstrekt
n het bezoek der gezanten van vijf En-
■nte-mogendheden aain den heer Van
Karnebeek. Ten tweede, wijl de zaak van
den kroonprins als afgedaan kon worden
beschouwd. En ten derde wijl geen enkel
landsbelang, maar zijn inzien, mot het hou-
Jen der interpellatie kon gemoeid zijn.
De eerste overweging des voorzitters
.vns een zwakke grond otn daarop afwij-
«ing ta gronden. Een pers-communiqué
tan nimmer voldoende grond' zijn, our
daarmede liet stellen: van vragen door
,'olksvertegenwoordigers aan de regeerlng
Us overbodig te verklaren; men kent nu
'eenmaal den aard der vragen, derzelver
Inhoud ert draagwijdte mïet. Zoowel de
heer van Ravesieijn, als de heeren Oud-
sn Troelstra legden op het weinig-overtui
gende van deze overweging des voorzit
er den nadruk. Wat alles niet wegneemt,
dat ingestemd kan worden met wat de
heer van Ravesteijn zeide, dat uit de voor-
rspractijk van den heer Kooien is ge
bleken dat hij het interpellatie-recht van
e Knroer knotten wil.
Ten slotte stonden twee standpunten
,'er elkaar waarover niet gediscussieerd
Werd des voorzitters standpunt, dat een
lerpellatie. overbodig was, des heeren
Troelstra's standpunt dat als er één zaak
is 'die eon interpellatie vereischt, het die
is van de houding der regoering tegenover
het vertrek van den éx-kroonprins. En
wat de mogelijkheid van antvooTd dóór
de regeering aanging, de heer Troelstra
meende, dat waar het demissionaire ka-
linet de loopende zaken afdeed, er geen
zaak méér „loopend" was. dan die van
len ex-kroonprins
De standpunten 6tonden lijnrecht te,
tenover elkaar. Alleen stemming kon be
llissen. Eon stemming, dewelke het In
zicht van den voorzitter deed zegevieren
met 5527 stemmen. De stemmenverhou
ling was zuiver reeht6 tegen links.
Zuiver rechts tegen links. Niet alzoo bij
de volgende slemming. De laatste van den
middag. Misschien wel dc laatste van het
Want het ziet er niet naar uit, dat
de Kamer dit jaar nog bijeenkomt. De cri
sis sleept nog, een oplossing is nog niet
géVomden. En zelfs al zou het nog altijd
zittende kabinet met bepaalde opdraohl
zitten b 1 ij v e n de mogelijkheid
daarvan is of wordt in ieder geval onder
oog gezien dan zullen de samen
stelling der memories vaai antwoord en
de bestudoerina daarvan wel zooveel tijd
■orderen, dat het nieuwe jaar de Kamer
erst weer in geregelden arbeid zal bijeen
De niet-onwaarschijnlijke laatste stem
ming des jaats dan, verliep met rechts
links. Hier stemden met links mede
Christ. ITist. Kamerleden, de heeren
Weitkamp, Lovink, Bakker en Rutgers vont
Rozenburg, free-traders, tegen het ini
tiatief-ontwerp van den heer Fleskene.
Men kent iets van de voorgeschiedenis
Welnu, in het hegin dezes jaars kwam
bij de Kamer binnén een initiatief ont-
werp-Fleskens, een overtuigd protectionist
het bereiken van steun door invoerver
boden van de door valuta-import kwij
nende Noord-Brabantsche schoenenindus
trie. En In'derdand, dtSSr was 'de töosfand |3on van Hè aanbieding van 3èn lieer
allerminst rooskleurig. Een overtuiging, A. J. Bos te Barneveld).
die ook bij de regeering veld won. Waarom
zij zelve met een ontwerp van wet kwam,
hetzelfde bedoelende als de heer Fleskens
Dit ontwerp heeft in do Kamer vóór het
Paaechreoès slechts daarom verschillende
stemmen van rechts (vooral van Chr. Hist,
zijde) kunnen winnen, ten eerste om de
met evenzooveel woorden gegeven regee-
rthgSverklariing, dat het ontwerpje geen
principieele stap was op den weg naar
protectie, dat hier slechts tijdelijke 6tcun
geboden werd om eeu brok economische
kracht voor do toekomst te handhaven.
Dat het tijdelijk werken zou daarvoor
was de korte werkingstermijn waarborg.
Die op 1 Januari 1924 afliep.
De heer Fleskens geloofde dat de regeo-
rwig van plan was met een verle-ngstuk
te komen. Omdat het demissionaire ka
binet zelve thans geen ontwerpen inzendt,
wenschte hijzelve de Kamer te overtuigen
dat opnieuw zes maanden steun aan dc
schoenindustrie noodzakelijk was.
Principieele besprekingen over protectie
of vrijhandel zijn in den aanvang des
jaars bij het oorspronkelijk ontwerp al
genoeg gehouden, thans bleven zij ach-
"erwege. Wat nie-t wegnemen kon dat drie
rasechte vrijhandelaare, dc heeren van der
Waerden, Lovink en van Gijn krachtdadig
verzot bicven voeren, ook tegen de ver
lenging. En thans opnieuw vaststellen, dat
bet onmogelijk is na te gaan of steun
hier, aim het bijzondere, .niet grootelljlts
nadeel brengen kon nadeel, die zij
vreesden aan het geheel van onze een
noniisclie kracht. Drie vrijhandeluars, die
het iniiiatief-wetsontwerpje geheel op
nieuw wenscltten te beschouwen, naar de
toestanden nu, die toch ook óóit valuta-
concurrent, Duitsohland, hehheri uitge
schakeld. Zij vroegen den lieer Fleskens
ie bewijzen, dat geen prijsverliooging bc
hoefde gevreesd te worden.
En de heer Fleskens verdedigde. Maar
toch binnen don kring zijner beschou
wingen alleen do schoen industrie. En gaf
geen doorslaande cijfers. En geen etatis
tische tabellen. Stelde vast, dat yan prijs
verliooging geen sprake zal zijn. Maar be
wees het niet. En daarom had zijn betoog
geen overtuigende kracht, evenmin als liet
door hem gevoerde schriftelijke debat in
Geen
En c
kelijkheid
aangetast en or
de behandelinj
ineilijk probli
igendo kracht. Wijl de be
ingingen op deu aanval,
het vraagstuk van de nood
tn verlenging nog even on-
fiontwikkeld als het was vóór
het openbaar, liet zeet
is door het debat niet
verhelderd.
Tegen een verlenging van drie maan
den had de heer van Gijn geen bezwaar
de jaargetijden konden het noodzakelijk
maken, om dc voorjaarsbesleltingen, dat
mot het kalenderjaar niet exclusief werd
rekening gehouden. En ook de lieer Snoeek
Henkemans drong sterk aam bij den voor
steller op drie maanden verlenging. Om
dat de Kamer dan vam een regeering dc
inlichtingen kon verkrijgen, die noodig
waren. Maar de voorsteller gaf geen baai-
breed toe. liet was en bleef zes maanden.
De stemming was den heef Fleskens
gunstig. Zijn initiatief-ontwerp haalde dc
"indslrecp niet 45 33 stemmen.
Thans zal de Eerste Kamer in spoedige
zitting lrnar oordeel hebben ie geven. Want
1 Januari is niet ver ineer af.
Mevr. Westermnn
ie gevraagd over h<
eliuwde ambtenares
heeft i
DE BESTRIJDING VAN HET
MOND- EN KLAUWZEER.
De Commissie, aan wie de minister
van Landbouw bad opgedragen een
plan te ontwerpen, dat in toepassing
zou kunnen worden gebracht ten einde
proefnemingen liier te lande met do
entslof tegen mond- en klauwzeer van
prof. Pfeiler te Jena, waarmede dr.
Overbosch te Gouda een aanvang had
gemaakt, zooveel mogelijk in goede
banen te leiden, heeft haar rapport
samengesteld. De commissie, bestaan
de uit prof. J. Poels, prof L C.
Blieck, prof. II. Remmelts, dt'. Lou-
rens en dr. A. J. Winkel, is gekomen
tot de volgende conclusies:
1. Er bestaan geen "voldoende weten
schappelijk gedocumenteerde gegevens
om de entstof van prof. Pfeiler zonder
■oorbehoud in de practijk toe te pas
en.
2. De werking en de immuniseeren-
e waarde dienen te worden vastge
steld door verschillende, zorgvuldig
voorbereide en uitgevoerde proeven,
alvorens op de boerderijen het middel
toe te' passen.
3. De bepalingen van de Veewet la
ton in ons land. evenals in vele ander-
landen, dergelijke voorbereidende
proefnemingen toe in daarvoor aange
wezen inrichtingen.
4. Niettegenstaande wettelijke be
zwaren, heeft de commissie te-gen het
verzoek tob voortzetting van de proe
ven in de omstreken van Gouda geen
bezwaar.
5. Eerst nadat bewezen is, dat
entstof geen gevaar oplevert voor ver
spreiding der ziekte, zouden in de
niet besmette streken dieren behandeld
mogen worden (alles onder verantwoor
«lelijkheid van den ouderzoeker; daar
bij zou gebruik gemaakt kunnen wor-
G. Opzettelijke besmetting om de
immuniteit, door de enting verkregen,
te controleereu, zou uitsluitend mogen
plaats vinden in de daarvoor bestem
de inrichtingen of in de besmette streek
onder verantwoordelijkheid van den
onderzoeker, ook voor gevallen van
usprakelijkheid voor schade van der
den.
Het. ligt op deu weg der regee-
zich met prof Pfeiler in verbin
ding te stellen ten einde met de door
hem bereide entstoffen experimenten
regeeringswege te doen verrich
ten.
den aard der zaak zal prof Pfei
ler de zekerheid moeten worden gege
ven, die hij ter waarborging van zijn
geheim wenscht.
CHR. PHILANTROPISCHE
INRICHTINGEN,
bestuur van de christelijk-phi-
lantropische inrichtingen in Neder
land heeft onlangs vergaderd onder
leiding van den voorzitter, minister
J. Tlx de Visser. Er werden o.m. be
sprekingen gehouden in verband met
de werkzaamheden van de opleidings
commissie voor gest-ichtspersoneel (die
•zilter had gekozen den heer A.
Oosterlee te Nijmegen) en ter zake van
de voorbereiding van een nieuwe en
hetero rikssubsidieregeling voor regee-
rings- en voogdijkinderen.
Itt beginsel werd het plan t©i
juicht om tot nauwere aansluiting
aan en samenwerking met het comité
wendige zending te geroken
Tot leden van oen commissie om dit te
helpen bevorderen, in overleg met be-
Joeld lichaamwerden benoemd do
heeren .1 W. Klinkhamer Bredius,
,1. I-Ieiiri I.odehoeren mr. A. de Grtiaf.
De openbare jaarlijksche vergade
ring zal in Jttni te Amsterdam gehou
den worden. Dr. J Lnmmevts van
Bueren zal daar een levensbericht ge-
1 wijlen dr. H. Plerson (mede
oprichter van den Centraal-Bond in
1901 en eere voorzitter sedert 1914),
aarna mr, A. de Graaf een rapport
zal uitbrengen over de verpleging vort
ontslagen geyange-nen, landloopeVs
bedelaars.
OVERWERK IN SLACERIJEN.
De- minister van Arbeid heeft aan
hoofden of bestuurders van slagerij-
vergund, dat gedurende liet tijdvak
au 17 December tot en met 5 Janua
..s. arbeid wordt verricht:
Op Maandag 17 December, Dinsdag
18 December, Woensdag 19 December
en Donderdag 20 December, voor n
jeugdige personen, van 10 et
jaren en vrouwen: op 1 dag 5 uur, op
1 dag S uur en op 2 dagen Si uur.
van Vrijdag 21 December t.m. Maan
dag 31 December: voor mannen 11
uren en door jeugdige personen van 16
'en 17 jaar en vrouwen 10 uur per dag.
op Woensdag 2 Januari en Donder-
dag'3 Januari; door alle categorieën 9
mr per dag;
op Vrijdag 4 Januari: door alle cate-
:oneën 10 uur per dag;
cp Zaterdag 5 Januari: door mannen
1 uur en door jeugdige personen van
6 en 17 jaar en vrouwen 10 uur per
ag;
een en ander onder voorwaarde, dat,
n de onderneming, waar van deze
ergtinning wordt gebruik gemaakt,
geen arbeid wordt verricht op Dinsdag
en Woensdag 26 December 1923 er
op 1 Januari 1924 en dat op den dag,
waarop in het tijdvak van 17 tot en
met 20 December 1923 door een arbei
der niet langer dan 5 uren arbeid mag
vordc-n verricht, de arbeidstijd van
dien arbeider in zijn geheel gelegen is,
hetzij tusschen 7 uur des voormidda;
en 1 uur des namiddags, hetzij ttio-
schen 12.30 uur des namiddags en C
uur des namiddags.
DE HAAGSCHE TRAMWEGMAAT
SCHAPPIJ.
Naar de Residentiebode verneemt,
heeft de H.T.M. plan, „op scherpe
wijze te gaan concurreeren tegen de
autobussen en wel door het inleggen
vun nieuwe lijnen, die een betere ver
binding vormen tusschen dc verschil
lende wijken en door een uitbreiding
van liet aantal ritten op de drukke
uren.
Zoo heeft de H.T.M. thans bij B en
W. van 's-Gravenhage machtiging
aangevraagd voor het exnloiteeren
van een lijn van het Bezüidenhout-
kwartier naar Scheveningen. Eind
punt lijn 7 via Louise de Colignyplein,
Bezuidenhout en Kanaahveg. Ook nn
dere wijken, die thans zonder eeu be
hoorlijke verbinding zijn. zullen een
nieuwe lijn krijgen of een bestaande
lijn zal daarvoor worden verlengd."
BEZUINIGING BIJ DE
HAAGSCHE POLITIE.
Het politiebureau Nieuwe Ha
ven te den'Haag zal worden gesloten.
Daardoor zal het politiepersoneel met
35 man verminderd kunnen worden,
hetgeen een bezuiniging van omstr.
100.000 per jaar mee zal brengen, lfr
worden echter geen vastaangestelden
van het personeel ontslagen, doch de
benoemingen worden stopgezet, tot
dat het korps weer op de benoodigde
'sterkte zal zijn gekomen.
INCEZONDEN MEOEDEELINCEN
a 60 Cts. per regel.
wordt te Haarlem en om
streken tusschen 57 uur
bezorgd, met volledige
beurs. Het ochtendblad
tusschen 5tó—iy> uur.
Abonnementsprijs "f 6.10
per kwartaal. -
hout en Schoten
Fa.A.VERNOUT
Haarlem - Warmoesstr.10
DE VERLENGING VAN HET
SCHOENENWETJE,
De Tweede Kamer beeft h wets-
oorstel-Fleskens, tofc verlenging van
den duur van het Schoenwetje, aan
genomen met, 45 tegen 33 stemmen
(rechts tegen links, met uitzondering
van de heeren J.ovjnk, llntgers van
Rozenburg, Weitkamp on Bakker, al
len C.H. die tegen stemden).
NEDERLANDERS IN BELGIë VER
OORDEELD.
De Brussclsche correspondent van
do Msb. seint,: Drio Arasterdamsohe
kooplieden, die getracht hadden via
Weelde voor 5000 francs kledingstuk
ken naar Nederland te smokkelen,
doch op heeterdnad werden betrapt,
zijn door de rechtbank van Turnhout
tot 2000 frs, boete veroordeeld, ter
wijl de kleedïngstukken in kwestie ge
confisqueerd werden.
VOOR DE PLAATSELIJKE KEUZE
o nationale demonstratie, voor
olaatselijke keuze zal op Zaterdag 16
Februari in Den Haag wordea gehou
den. Het woord zullen voeren jkvr.
S. van Hania van Weidum, in
Den Haag, ds, G. Ilortcus de Hans,
te Zwolle, dr. A. A. Pfanstiehl, uit
Amerika, en vermoedelijk rog con ver
tegenwoordige!' van de R.K. drank-
bcstrijdersorganisntie.
CE KABINETSCRISIS.
De pogingen van deR
heer Boetaerts.
In een correspondentie in Dc Tijd
worden cenige mcdcdeclingcn gedaan
aangaande dc onderscheidene pogingen
tot kabinetsformatie. Kr wordt in ver
klaard dat dc heer Beclaerts den heet
Colijn als minister van Defensie en den
heer Patijn als minister van Financiën
zou hebben gevraagd cn verder dat de
heer Patijn de portefeuille in beginsel
zou hebben aangenomen;- onder voor
waarden, waarvan één voor den forma
teur onaannemelijk was.
„Die eene voorwaarde" aldus
wordt opgemerkt „was waarschijnlijk
deze, dat bezuinigd zou wortlcu op het
lager onderwijs, door inperking der
vrjiheid tot stichting van bijzondere
scholen, om hel getal kleine scholen te
verminderen. Naar deze voorwaarde
heeft de formateur zich niet gevoegd te
genover de rechterzijde, die daarin een
aanval tegen de gelijkstelling had kun
nen zien, Dc geestdrift van den forma
teur voor den heer Patijn was trouwens
in dien zin eenigszïns bekoeld, omdat
weder was gebleken, dat dc her-r Patijn
sinds eenigen tijd had opgehouden lid
van den Vrijheidsbond te zijn.
Hij vreesde dan, dat diens benoeming
in plaats van den Vrijheidsbond voor
het Kabinet te winnen, integendeel de
Vrijheidsbond tegen het Kabinet in het
geweer zou brengen. Dientengevolge is
een oogenblik ntaar gedacht, den heer
Van Gijn tc vragen, een keuze, die zeker,
niet gelukkig zou rijn geweest, omdat
deze. al is hij lid van den Vrijheids
bond, wilder is dan dc heer Patiin, die
geen lid ineer is van den Vrijheidsbond.
Na de definitieve weigering van den
heer Patijn, op grond der afwijzing van
zijn voorwaaiden cn in verband mei de
oubereidlicid van den heer Colijn om
Minister van Defensie te worden in een
zakenkabinet, heeft de heer Beclaerts
daarop onmiddellijk gevraagd van dc
opdracht te worden ontheven.
CclIJn door de Koningin
ontvangen.
De parlementaire redacteur van „De
Standaard" seint aan zijn blad, dat
Hare Majesteit de Koningin j,l. Za
terdagmiddag te tuur cn Maandag-
Imiddag te vijf uur den Minister van Fi
nanciën, den heer TI. Colijn, in audiën-
I tie heeft ontvangen.
Feuilleton
Naar het Engelscït
van
C. N, en A. M. WILLIAMSON.
^,Nu, hu!" scheen de stem te fluis
teren en zij was niet bevreesd.
Terwijl de meuigte wild nep „Onze
Leo!" sprong een man in grijs en rood
1 als een kat naar de voorwaarts schrij
dende witte figuur. Iets scherps en
blinkends kwam uit een tol perkament
te voorschijn. De zon weerkaatste er
in als een lichtstraal.
Leopold za.g het, maar had geen
"tijd, om af te weren. De menigte eil-
de, velen renden toe, te laat en hot
mes zou zijn ■sinister werk verricht
hebben als liet meisje, dat alles ver
moed had, dón toeslaanden arm niet
lia.d weggeduwd, \oor het wapeu
raakte.
Tont werd het duister om haar. 7
wist slechts, dat zij snikte en dat het
groote plein mflt zün volle bnlcons,
de vlaggen, scheen neer te vallen, op
haar neer.
Het was Leopold, die haar opving
toen zij wankelde eu terwül de me
nigte zich op den moordenaar wierp,
sprong de keizer op de-n trap van het
bordes, terwijl hij het meisje tegen
zich aangedrukt hield.
Het was haar bloed dat het smette
loos wit van zijn uniform bevlekte, het
bloed van haar arm, gewond, terwijl
zij hem verdedigde. Fin terwül hij haar
stevig vasthield keek hij naar de me
nigte.
Aan den voet van het bordes was de
man in grijs en rood als een uitgeput
te vos tusschen de jachthonden en de
menigte zou hem in haar woede in
stukken hebben gescheurd, het cordon
politie dat kwam toesnellen teu ispijt.
Maar de stem van den keizer klonk
luide boven het rumoer.
„Do Rhaetianen zijn geen moorde-
naurs'', riep hij uit. „De wet zal de
zen dwaas oordeelen. Kijk naar mij,
ik hen leveud en ongekwetst. Richt nu
gejuich tot de dame, die mij het le
ven heeft gered en cïaarna zullen wij
met do plechtigheid voortgaan".
Terwijl vrouwen in hun verbaste
ring beurtelings lachten en huilden,
werden d n keizr-r en do onbekende
drm« toegejuicht, tot het lawaai oo---
\crdoovend was Duizenden stemmen
zongen liet volkslied mee en in zijn
hart vroeg iedereen zich af: „Wie is
Zij? Wie is die jonge vrouw?"
HOOFDSTUK VII,
De heldin van den dag.
De menschen, die in het heetet van
het gevecht zijn geweest, kunnen er
naderhand het minste over vertellen;
en die vijf minuten de belangrijk
ste, geweldigste minuten, d'ie ze in
haar leven had gehad, waren later in
haar herinnering niet meet- dan een
droom.
Ze had een man gezieu die doods
bleek zag; ze had een uitdrukking van
angst in zijn oogen gezien; ze had een
vreemde riiling door ai.iu lichaam voe
len gaan toen de menschen haar le
gen hem aanduwden. Instinct en
liefde haddon haar de rest verteld
en haar ingegeven hoe ze moest han
delen.
Ze herinnerde zich later vaag dat ze
zich voorover had geworpen en het
mes in de hoogte had geduwd. De
eeltige duidelijke indruk dien ze nog
had. was dat tnes, terwijl liet glin
sterde in de zon- Z? ha l gedacht aan
h"l doffe geluid tint het. maken zou
a!>s' het viel, aan het bloed, fint uit een
scheur in de witte jas zou spuiten te
midden van de ridderorden.:' had ge
dacht aan een bestaan op deze we
reld zonder Leopold en toen wist
ze dat, tenzij ze hem kon redden, haar
eenige wensch zou zijn tegelijk mot
hom te sterven.
Meer dan dit had ze niet geweten
en niet gedacht. Wat ze deed, deed ze
nauwelijks met haar eigen wil, en ze
scheen eindelijk met schrik wakker te
worden ze hoorde zichzelf snikken
en voelde een scherpe, stekende pijn
in haar arm.
Honderd handen r— niet vlug -
noeg om te redden, maar vlug eeuoeg
om haar na te doen probeerden den
man in het grijs te grijpen en zoo een
tweeden slag te voorkomen. Ze hadden
hom weggedragen en wat Virginia be
trof, haar werk wjfs afgedaan en ze
vergat iedereen en alles behalve Leo
pold.
Toen ze weer bij kwam, hoorde ze
hem tegen de mensr.lu-n praten, en ze
zei droomerïg tegen zichzelf, dat zijn
slem haar weer in het leven terug
kon roepen, als ze stervende was. Ze
luisterde naar ieder woord dal als een
klok boven het lawaai uitklonk, Hij
hield haar nocr steeds vast, en toen 't
volk begon te. juichen, hee-reep ze nau
welijks dat de toejuichingen even goed
voor haar als toot- I/eopoM den keizer
waren bedeeld. Naderhand, toen hij
iiit.gesproken was huren hel vnlk. hoog
hij zijn hoofd di.hlei naai haat loe,
en fluisterde: „Dank u". eu toen
kon Virginia iedere lettergreep ver
staan.
„U is een dappere wouw", zei hij.
„Ik moest eea-st zorgen dat ze dien
kerel niet vermoordden, maar kan ik
tegen ti alleen praten. Ik dank u met
mijn heele hart voor wat u gedaan
heeft eu ik hoop dat u niet ernstig
gewond is".
„Neen, niet gewond, en erg geluk-
ri-t: zei de Prinses, die nauwelijks
wist wat zo zei. Wat- deed het er too
of haar arm pijn deed en bloedde. Ze
voelde het nauwelijks. Leopold was
veilig, en zij had hem gered.
Hij wees op haar mouw. „Het mes
heeft u geraakt. Uw arm bloedt en de
wond moet onmiddellijk door mijn
eigen dokter worden nagezien. Ik zou
graag zelf met u mee willen gaan,
maar mijn plicht dwingt me om hier
te blijven. Raron van Lyndal en ziin
vrouw zullen u dadelijk Uinls brengen
waar u ook logeert Zij
„Maar ik wil veel liover blijven om
de rest te zien", zei Virginia. Ik voel
me nu best, niet eens zwak en ik kan
weer naar mijn vriendin terug gaan".
„Als n blijven kunt, moet het hier
bij mii zijn", antwoordde Leopold.
..Na den dienst, dien u mij en miin
tand heeft bewezen, is hier uw plaats".
De domes van riet hof, die met hun
echtgcnooteu hadden Haan wachten
om Leopold geluk te wenschen. ver
drongen zich om het meisje, toen de
koizer zich met een blik en ecu uitnoo-
digend gebaar tot hen wendde. Zij
kreeg een stoel, en haar arm, in do
mot bloed bevlekte mouw, werd haas
tig verbonden. Ze was de lieklin van
den dag.
Bij'het schitterende gezelschap op
de keizerlijke tribune was nauwelijks
een dame die geen introductiebrief
over Ladv Mowbray en haar dochter
had gekregen van de vrouw van dort
gezant Maar op dit. oogenblik wist
niemand van hen. dat. het meisje ook
nog om een andere reden recht op hun
vriendelijkheid had, dan om haar
prnchtige daad. Allen glimlachten te
gen haar door tranen van dankbaar
heid, hoewel er sommigen waren dia
hun tien vingers wol hadden willen
afstaan als ze in haar plaats haddon
kunnen zijn.
Zoo zat Virginia bij dc plechtigheid,
zonder er zich ic-ts van aan te trek
ken, dat duizenden oogen op haar
waren gevestigd; ze dacht alleen maar
aan een paar oogen, dat af en toe ©ven
naar haar keek; ze zacr hot standbeeld
van Rhartlu nauwelijks, welks onthul
ling een storm, e n enthonsinsme te
weeg bracht; z.c hoorde alleen de kor
te toesprn.ik, die Leopold hield.
Torn alles was afgeloopen en de
menschen geen reden meer hadden om