Nomina DE MODE HAARLEM'S DAGBLAD VROUWENKLEEDING ZATERDAG 5 JULI 1924 VIERDE BLAD LUCHTIGE KINDERJURKJES. lloi valt niot altijd ovon gemakke-1 lijk om iet» leuk» ie verzinnen voor onze kleine dametje». Z« rijn romo:& ook altijd zoo dn»* in do we©r on :na- kon rich zoo ontzettend vuil. Maar toch. do mMH moeder» hebben or we! v«i| voor over om de kleutet* ia aar dig® D»kj«6 t© steken er. oen voordoe', van hot warme jaarge::;!© altijd, dat het wasschen niet zoo'n hee! erg werk i*. KleeriJ©». welke zelfs door de minst bedreven huisvrouw gemaal;! kunnen worden, rijn do i.e. Mn-vuarvrhe Jurkjes, met leuke, korte en ♦••!-. weinig ingenomen rokj©©. Men kan de stol vnn bijna allo zomergoed nemen maai Lij voerkeur linnen, zephir, piqué of u»v r. IJerie ons ontwerp je een». Geen andere gnrneering. dan een band van gekleurd lint en hoogster» nog e«n unaJ ceintuurtje 't wolk men door kl< ne openingen haalt. Onder dit jurkje late m©n de meisjes wit ondergoed dragen. Wij geven hier- i nog de modellen vsn een eenvou dig combinretjo en een onderrokje. Men kan dit het best vervaardigen van ni'iwoek en broderie-,inglaiw. De dril- patroontjes eanun kosten 60 Ct® Men vrage nu miner 231. VOOR HUIZEN ZONDER SERRES Hoewel men den Innt.Mnn tijd in ons Innd vrijwel Dan alle huizen serres bouwt, zijn er loch nog wel woningen te vinden, waar men dit niet gednan heeft. Vooral buiten, maar mecetal is er dan ook meer ruimte voor een tuin vrijgelaten. Toch is met betrekkelijk weinig onkosten bijna overal een ser re aan te brengen Men heeft er slecht» een t g. Fransch venster voor noodig j - gewone openslaande tuin- NOG IETS VOOR KLEINE MEISJES. werkt gestel en zij moesten dan ook veel meer worden gegeten, vooral door menschen, die veel en inspannenden hoofdarbead hebben to verrichten. Ook lijders aan ziekten van het bloed en zenuwkwalen zullen er veel nut van hebben". Verder zegt hij nog: Niets is beter voor het verkrijgen van een zachte en mooie gelaatskleur dan het eten van uien in hun verschillende vormen". Dat een gekookte ui een probaat middel is tegen een gevatte kou weet, vrijwel iedereen. Na het gereed maken of eten van uien, wrijve men de handen met wat zout om ze daarna in koud water te wasechen. Hierdoor verwijdert i den scherpen reuk. VAN HEINDE EN VER. EEN EN ANDER OVER DE JAPANSCHE VROUW. Iedereen kent wel de Japansche prentjes van de teere fijne kindvrouw tjes op de hooge houten schoentjes en voor velen blijven deze afbeeldin gen een versiering zonder meer. Eigenlijk zijn we zoo gewend geraakt aan deze subtiel geteekende figuurtjes, dat we doorgaans vergeten, dat het Een lief en degelijk zonier-jurkje kan men altijd in een paar verlorenjvoorstellingen zijn van levende wezens en of andere vnn werkende, dei uurtjes nog wel uit de stof vervaardigen. F.en heele mooi ont werp je geven wij hier. Het is gemankt van crêrne creiwn en bedrukt met roosjes. Voor afwerking is eatljnlint gebruikt. Venier nog een los ceintuur- tje: klaar is de jurk. Voor eon meisje van ongeveer 5 jaar heeft men ruim schoots voldoende aan 1V4 meter 00 l>reed. Bij het maken aan de hand van ons patroon, houde men de onderarm-na den bij de ïnkeepingen op elknnr. Bij het naaien op den binnenkant moet d<- Ptof een weinig worden ingenomen, goed gelijk. Om den hels. de mouwtjes en den rok-zoom bevestigt men een atnallen rand vnn een andere slof. Rond bet middel knippe men openin gen. waardoor het ceintuurtje gehaald wordt. Patroon is verkrijgbaar voor meisjes van i tot 6 jaar. tegen betaling van 45 cent*. deuren) daar andere uitgangen mee»t al ten gevolge hebben, dat na het aan bouwen der serre de kamer erg don ker wordt. Op do afbeelding ziet men een zelf- gemankte serre, van de kamer uit. De ruimte Jieeft vier Juv-ken. twe van maakt men zelf door pelen in d«-:i grond te drijven en <1© beide andere ontstaan vanzelf bij het aanbrengen van Jiet zeil. Het spreekt natuurlijk, dat de pnlrn teer solide moeten zijn. daar anders liciit het geheel© bouw- omver kan -.saaien. D<-n vloer der serre mak© men van rood© t-geitjes en zoo, dat hij zich uit*trekt tot even in den tuin. Voor hot zonneacherm is de l-rste keu», het lx-koude oranje-wit gestreept© zeil. Men nein© vooral geen sprekend© kleu ren, daar dexo doorgaan» «poodig vcr- sohi'ten. Het meest prhetisch# u wel om de hoekpalen in bu©»en t« plaat sen. waardoor het mogelijk wordt de tent op te tillen. Wil men d© serre no- extra meu- bilteren, dan bevelen wij het rietwerk vnc d© overal gevestigd© blinden- werkinrichtingen san. Heel mooi©, lichte meubeltjes, tegen billijke prij zen in vele kleuren: groen. rood. rnau- enz kan men daar bezichtigen. Voor tafeldek is het best© een gewoon katoentje met rarieerende patroontje» b"»tikt: wit goed is te schel. De thee visite bcd ©ne men uit een modern aardewerk servies. HET WASSCHEN VAN WOLLEN JUMPERS. Bij het reinigen van wollen Jum- p- ra of blouses van Crêpe, Iet to men erop, dat het zeer nadeelig kan zijn. wanneer men ze uitspoelt in echoon water. Het is beter een soppig water t© maken met wat zeep, aangezien de kleedinfstukken dan veel mooier en zachter zullen opdrogen en minder «nel zullen krimpen. Het is natuurlijk wel van belang, dat ook het zeepsop op zichzelf rein en zuiver is. EEN PRACTISCHE BOEKEN LEGGER. Een klein handwerkje voor ec-n goe de kennis, dat is altijd moeilijk om te bedenken. Het komt ul gauw neor op een zakdoekje met een geborduur- den hoek of een boekenlegger. Daar om willen wij hier nu eens iets an ders voor het laatste geven, en dat ook meer practisch doel heeft, name lijk, omdat het ook als papiersnijder dienst doet. In een boekwinkel koopt ge een eenvoudigen kleinen napiersnijder Vila wit been. Aan den bovenkant boort ge er mot een boortje uit uw timraer- doos een gaatje in en hierdoor haalt ge een lint van ongeveer «wee centi meter breed in een friseche kleur1. Ge naait den papiorsnijdcr er netjes *nn ivast en windt om liet nnaisol een zij- den draadje enige malen heen. <zoo- <i it het er keurig uitziet: fel-blauw lint met een zilverdraadje afgewerkt staat keurig. Nu knipt ge ran bordpapier es zeshoek die, in doorsnede ongeveer zi centimeter is. Twee lapjes goed dezelfde kleur als het lintje worden in hetzelfde model geknipt, maar overal een halve centimeter groot- dan het stukje bordpapier. Met een paar draadjes dunne wol of aardige zijd© in friseche, afstekende kleuren, borduurt ge er wat op, een klein mo tiefje in grijs en oranje bijvoorbeeld zal het uitstekend doen. Daarna naait ge d© beid© lapjes met den bewerkten kant naar buiten tegen elkaar over het stukje bordpapier heen, terwijl het andere eind van het lintje dat ongeveer 25 centimeter lang wordt genomen aan den onderkant wordt meegewerkt, zoodat het vast zit: dit is natuurlijk nogal een peuterwerkje. Om het genaaid© randje nu t© bedek ken. wordt tenslotte van het zilver draad een fijn koordje gemaakt, dit erlangs genaaid en d© eindjes wegge werkt. rip deze manier hebt gc alleraardigst cadeautje. DE Ul ALS VOEDSEL EN ALS MEDICIJN. Geeq groente misschien is zoo sma kelijk en goed voor de gezondheid als de ui. Iedere kok of huisvrouw is hier van overtuigd, en een beroemd En- gels"h medicus heeft eens gezegd: ..Uien zijn al* zenuw-sterkend mid del niet te versmaden. Geen enkele andere groente geeft zoo ©poedig ver lichting en opwekking aan een wer kende vrouw- Het feit. dat Japan nimmer van de verwoestende invloeden van vijan delijke invallen te lijden heeft gehad, gepaard aan de moeilijke bodemge steldheid (elecJits 1/8 van gansch Ja pan komt voor bodomeultuur in aan merking), die zich slechts door inten sieve en onafgebroken werkzaamheid tot vruchtbaarheid laat dwingen heeft in het Japansche volkskarakter bwec eigenschappen doen ontstaan en wel: zelfbewuste nationale trote en een groote volharding. De Japanneis zijn een landbouwend volk (70 van de bevolking). Groote landeigenaren vindt men er weinig. Niet alleen de onder geschikten werken zoo hard als ner gens anders ter wereld, doelt ook de eigenaar, ja diens gansche gezin werkt mede om door ondergrondsch© irrigatie en terrasvormige afvloeiing het land zoo vruchtbaar mogolijk maken. D© Japanners evenals alle Oostersche volken gelooven in natuurkrachten als beschermheiligen.Vele voorwerpen van dageliiksch gebruik zijn om de eer of andere reden heilig verklaard, o.a het keukenfornuis, waarvan gezegd wordt, dat dit d© menschheid heeft loeren koken! Niettegenstaande de snelle vorderingen waarmede Japan zich in de laatsie 25 jnar do Weswr- sohe beschaving heeft eigen gemankt, blijft her onuitroeibare volksgeloof voortbestaan. Tot op heden zal een Japansche keukenmeid van haar for nuis nooit anders dan met den groot- aten eerbied spreken en 't betitelen als ..Heer Fornuis". Ook wordt het ge acht ongeluk aan te brengen, wannéér men geslepr-n gereedschap op een for nuis legt, Hoewel in latere Jaren hierin groo te verbetering is omstaan, vertoont over het algemeen do ontwikkeling vsn de Japansche vrouw nog een treu rig beeld van bekrompen opvattingen en achteruitzetting. De Japansche vrouw neemt een abso luut ondergeschikte plaats in.Wanneer een Japanner in gezelschap over zijn vrouw snreokt, zal hij zich aldus uit laten: ..Met Ding, dat ach'er in mijn huis leeft1" Het Jupanechc meisje wordt opgevoed volgens „Onna Daija- ku": de Leerschool voor de Vrouw. Men prent haar reeds vroeg de ..Drie gehoorzaamheden" in, t.w.: ge hoorzaamheid aan den vader zoolang zij ongehuwd is; gehoorzaam heid aan den echtgenoot zoodra zij getrouwd en gehoorzaamheid aan den zoon wanneer zij weduwe zal zijn. Voorwaar een toestand waarvan on ze hedendaagsch© moderne vrije jonge dochteren vreemd zouden opkij ken. Hierbij komt nog dat het Boeddhis tische geloof der vrouw het bezit van een ziel ontzegt, zoodat een Jnpnnscli meisje, als zij den huwbaren leeftijd bereikt heeft, zoowel door den gods dienst als door do opvoeding grondig doordrongen is van hare absolute en onherroepelijke inferieuriteit ten op zichte van den man. Tijd noch moeite wordt gespaard om de Japansche vrouw bij te bren gen, dat de vijf eerst© karakterfouten mol.: opstandigheid, ontevredenheid, jalouzie, lasteren en domhei bij acht van d« tien vrouwen gevonden wor den, dat hiervan domheid de ergst© is en dat d© minderwaardigheid van al wat vrouw is, aan deze eigenschappen te danken is. Van hun eigen (on)hebbclijkheden wordt door de Japnnnere natuurlijk geen gewag gemankt! Niettegenstaan de universiteiten en een begin van de Fig. I. is een shantung midd&gja- jion. Reebruin of zeegroen zijn fraaie kleuren voor dit costuum. Het geheel© borduurpatroon is 40 centimeter bre©d 20 centimeter boven- en 20 centimeter onder de ceintuur. Violet staat héil rnooi op reebruine shantung en oud oker op zeegroene shantung, Do cein tuur is een breed lint, dat van voren gestrikt wordt en verder roet twee lange slippen op den rok neerhangt. Het lint wordt in de taille door lus sen geregen. Deze maakt men zoo breed, dat het zichtbaar wordt. b.v. 6 centimeter lint afgewisseld door 6 centimeter shantung. Het motief op de mouwen is het zelfde als op de japon. De ruimte van de mouwen wordt van onder bij eengehouden door een rmal boord je. Speciaal ontwerp voor Haarlem's Dagblad door mej. C. Stoln, Fig. II. is een geruite voilestof-ja- pon. Het ovc-rkleed van deze japon is van voren open en iaat een effen voile rokje zien. De randeo om de mouwen en cm de tuniek, de cein tuur en de jabot worden van de zelf de voilestof gemaakt als het rokje. De randen zijn smalle strooken, die aan heide kanten heel fijn gerimpeld worden; alleen de jabot wordt ge- plisseerd. De ceintuur wordt op de zelfde manier gemaakt als de ran den om mouwen en tuniek. Wanneer men wit roet korenblauwe geruite voilestof koopt, moet men witte voile nemen voor her garnituur en de jabot. Het witte rokje wordt iet? langer geknipt dan de tuniek. vrouwenbeweging in Japan hun intre de deden, blijft toch ontegenzeggelijk in Japan de man de baaa :n uil© op zichten. Op ieder© vier huwelijken komt in Japan een echtscheiding voor liotgeen ons niet behoeft te verwon deren, wanneer we weten, dat een Ja pansche vrouw zonder haar toestem ming gescheiden wordt- op aanklacht vnn lui te zijn of babbelziek of kinder loos. Wanneer we nu zouden meenen dat in de hooge re standen hetzij door op voeding of voorlichting» de positie van de vrouw minder lijkt op een staat van dienstbaarheid dan vergis sen wc ous ten ©enenmale; hoe booger de rang, hoe ondergeschikter de vrouw. De verbetering in.de positie van het Japansche fabrieksmeisje dateert eerst uit den jongsten tijd Vooral in de ka toen en zijdefabrioken en in de luci fersfabrieken wordt veel vrouwelijk personeel gebruikt dat hoofdzakelijk uit de provincie kvrara en intern was. Dit zijn meestal nog jonge kinderen die onder de alleroneunsrigste condi tie® hun arbeid verrichten en gedwon gen worden van twaalf tot veertien uur per dag te werken in een onge zonde atmosfeer, waarbij het dag- en nacht-ploegenstelsel toegepast werd- Voor dag- en nachtploeg zijn dezelfde bedden beschikbaar, hetgeen de tuber culose zeer in de hand gewerkt heeft. Dergel iike vrouwen en meisjes, oor spronkelijk uit den boerenstand, zwer ven vaak van de een© fabriek naar de andere Men heeft uitgemaakt, dat van deze fabrieksmeisjes 60 °i, nimmer naar haar haardsteden terugkeerde, terwijl van de overigen, 20 binnen een jaar stierf. Er -zijn wel eenige model-f ibrieken, doch over het algemeen is de toestand er nog verre van rooskleurig voor de vrouwelijke arbeidende bevolking. Ja pan ie neg niet aan z'n kinderwetten en arbeidswetgeving toe- hei persoon lijke belang gaat er nog vóór 't volks belang, hetgeen blijken mag uit het volgende. Dat de arbeidsvoorwaarden voor Touwelijke fabrieksarbeiders drin gend voorziening behoeven wordt dui delijk aangetoond door den loon- standnard. In de lucifersfabrieken ver dienen vrouwen van drie tot vijf pence (15 a 25 cent) per dag! terwijl kieine meisjre het met verder brenzen dan 5 tot 16 cent per dag. In dezelfde fa brieken verdienen de mannen van 60 tot 75 cent per dag. Tijdens de Internationale Arbeids- conferentie in 1919 te Washington ge houden, stemde do Japansche delegatie er in toe den 14-urigen arbeidsdag tot negen en half uur te beperken en ook de loonen dermate te herzien, dat- de- zo een menschwaardig bestaar. waar borgden, echter en nu komt het on gelooflijke de publieke opinie moet eerst zoo geleid worden, dat men de noodzaak biervan inziet; dus vroeg men een tijdsverloop van 15 jaar, alvorens deze maatregel, die een al- geheelen omkeer in de industrie zou brengen, van kracht zal worden!! Gelukkig telt tegenwoordig ook Ja pan flinke voortvarende vrouwen, die energiek en kundig genoeg zijn om het schier onontgonnen veld van de vrouwenbeweging in Japan te helpen vruchtbaar maken tot heil van hare onderdrukte zusteren. AMY VORSTMAN TEN HAVE. In „De Telegraaf" van 29 Juni j.l. komt een »rti_el voor van mevrouw \V. vS'ijnaendts Francken Uyserinck. getiteld „Van Vrouwcnkleeding ca Vrouwenwerk" en naar aanleiding daarvan willen wij bier bet een en ander opmerken. Mevrouw W. F. be gint met t© vertellen v.-n het interna tionale congres voor vrouwenkiesrecht in 1920 te Gcnève. waar twee vrou wen zoozeer d© aandacht trokken door baar vakkleeding. De eerste biervan was de Chief inspector Cbampnevs uit Londen, een inspe.-trice van do zedenpolitie. Haar uniform dip o©k geschikt moest zijn om paard te ru- dcn. bestond ui< „een donkerblauwe ja», sober met zilver opgelegd ste vige laarzen, keurige beenkappen en een witte zeilpet. Maar al was haar gezicht ook nog zoo nobel en zacht, toch wil het cr hij ons niet in, dat deze dame. nu juist een dergelijke mannelijke kleeuing moest dragen, Het spreekt vanzelf, dat een vrouw met een dergelijk beroep practise» gekleed moet gaan. maar is er dan niets vrouwelijker» te bedenken dat tneh practisch is dar. deze combm.v tie van jas. beenkappen en zeilpet Een practisch mantclcnstuum en een Jdeïne eenvoudige hoed hadden toch evengoed dienst kunnen doen, of bet moest zijn dat dit mnnncn-costuura •oorgesehreven was. Maar iets verderop trekt de schrijf «ter van leer tegen dc „mode slacht offers" en daarbij preekt zij een goed woord voor de stsndaardklee- UingZij schrijft „....als niet de vrouw, wij allen, hoe wij er ook tegen vechten mogen, mode-slachtoffer was". Schrijfster zondert hierbij de verpleegster uit, als ze tenminste niet „dwaas" genoog is haar „poli- iekje" aan le doen. Maar die standaardkleeding nu, die wij evenals de mannen moeten in- vooren. Zou er nog wel iemand zijn, die de tegenwoordige mannenklee- ding mooi vindt 1 En moeten wij ons daar nu aan spiegelen en ook een standaardkleeding oor de vrouwen uitvinden? Natuurlijk bedoelt de schrijfster hiermee dat v. ij moeten zoeken naar iets dat practisch is, dat iedereen dragen kan en dat ook aan zekere schoonhcidseischen voldoet. Maar dat laatste meenen wij nu juist te moeten betwijfelen. Stel eens. dat. iemand een penvoudig pakje uitvindt dat aan de oischen van practisch zijn, voldoet, en verder paars van kleur is. Voor de bleekneusjes voldoet het ze ker niet aan den «choonheidseisch, want het maakt dat ze er ziekelijk uit zien. Geen enkele fleurigo kleur kan door iedereen gedragen worden, bovendien mag het natuurlijk niet te licht rijn en voordat wij het we ten moeten d<> vrouwen gelooven aan een „vakkleeding" die precies even saai, kokerachtig en leehjk is als het tegenwoordige mannengoed. Gelukkig maar, mogen wij wel zeggen, dat de meeste vrouwc-n er eenvoudig niet aan zullen willen gelooven, wan. is ons klimaat nog niet somber genoeg, moeten wij in ons landje met zijn vele regenluchten, een verzameling mannen en vrouwen aanschouwen, die, als zij in hun werk zijn, er uniform 'en saai uitzien Want de schrijfster voelt wel voor __-n keurig avond japonnetje als de dagtaak ten einde is, maar het werk moet in prartische doelmatige klee ding verricht worden. Misschien kun nen de enkelen die zich innig tot haar taak geroepen voelen en alles met een onverwoestbaar optimisme en een ge lijkmatige blijheid doen. zich schik- dit denkbeeld van uniform, maar hoovelen valt het leven niet zwaar, die haar zorgen met moeite dragen, en wat kan sombere kleedfng daarbij dan niet depri ie«rend wer ken. Ieder tnensch die weet dat hij of zij goed gekleed gaat, wint in zelf respect. Natuurlijk willen wij hier mee geen lans breken voor het op dirken. en het geven van den halvcn dag aan het uiterlijk schoon. Ten slotte blijft de kleeding in het groo te van het leven altijd een onbelang rijk deel, maar een deel is het en wij hebben niet het recht het als een minderwaardig iets to beschouwen. Ook heeft schrijfster het over het „oude", altijd-flatt .erende dienstbo- denpakje en over de dames, die je in bijna gedece.leteerde jurken cn met bloot armen haar huiswerk ziet doen. Maar mevrouw W. F. is zeker verge ten, dat d© lange mouwen van het dienstbodenpakje zeer onpraetiscl wa ren als zij er niet smoezelig en vuil uitzagen, waren zij opgestroopt, ter wijl een kort mouwtje aan een werk- japon een heerlijke vrijheid van be weging gcet'. en veel frisscher staat. Evenzoo is het met dc lage hals aan het tegenwoordige japonnetjewaar om moest een dienstmeisje vroeger winter en zomer a een hoog boordje gekneld worden. Dat het pakj; van tegenwoordig wel eens overdreven wordt, ontkennen wij niet, maar zou er ten slotte niet .acer eer aan t- be halen zijn. om do vrouwen van het flat tee rende en praetische pakje een goed cn smaakvol denkbeeld tc geven, dan ze allemaal in een standaard-mo del werkpak te hullen. IntusBchcn droeg de andere werken de vrouw op het bovenvermelde con gres een iets minder mannelijk pak van khnki met bruine schoenen en een politiemuts, dit laatste ook tot erger nis der schrijfster. Maar is zoo'n hoofd deksel eigenlijk wel iets hinderlijker dan oen zeilpet? Dat deze dame, dr. Daisy Robinson, evenals trouwens de voorgaande, ongetwijfeld groote ver diensten heeft, zal natuurlijk niemand tegenspreken. Haar ^eide paste mis schien dat mannelijke costuum ook beel goed, maar waarom mag een an dere werkende vrouw niet verschij nen in een aardig, fleurig katoentje van eenvoudig model als dat haar staat Natuurlijk is een baltoiletmie del in teere kleuren niet geschikt- voor bet werk, maar een eigen stern- Eel mag de vrouw toch zeker wel op aar kleeding drukken. Er zijn er misschien heel wat die niet genoeg smaftk of initiatief hebben voor dit eigen stempel, maar he' zou toch ook niet aangaan,- om aan die armen dat uniformdenkbeeld op te dringen. Smaak en vindingrijkheid kunnen zeker ontwikkeld worden, en wie aan do vrouwen een vakkleedinj wil ge ven, ontneemt ze de kans om dit ver der te ontplooien. Tenslotte willen wij z.ojj het geval noemen dat de schrijfster geeft over de padvindster van zestien jaar, die voor haar moeder, welke geen dienst bode had, het buitenwerk wild. doen, daarbij haar uniform aantrok en hier in aan het werk toog, omdat jc „in je uniform elk werk "nt doen." Zeer zeker is het behulpzaam van t meis je, maar als zij geen padvindster was geweest, had zij hef evengred gedaan, omdat haar vriendelijke en hulpvaar dige aard het haar inga liet meisje, dat altijd zeer smaakvol gekleed gaat, geen padvindster is en dat wij on- laDgs dergelijk werk zagen doen, heeft dcnzelfden hulpvaardigen aard. Wij gelooven niet, dat de schrijf ster veel succes zal hebben met haur standaardkleeding plan. De meeste vrouwen zullen zeggenlaat ons toch onze eigen gekozen japonnetjes, ook in ons werk. Wij zullen ze voor eigen zinnigheid en gemak heusch wel prac tisch genoeg nemen, als er maar wat fleurigs bij is. En van haar di zich te mooi maken, kan slechts gezegd wordenDes te erger voor haar. En dan nog iets over de mannen- kleeding heeft de schrijfster nooit opgemerkt, dat de mannen blijkbaar zoo n hekel aan hun „standaard-klee ding" hebben, dat zij er aan probee- rea to ontkomen wannee» zij de kans schoon zien. Bij het kiezen van dassen, sokken en overhemden uitten zij hun smaak naar iets fleurigs, en zelfs de neiging tot wat anders in de postuums doet zich voelen der iaat- sten tijd. Wat de mannen einde'ïjk nog vin den zouden van deze standnard-klee- ding voor de vrouwen, bespreekt de schrijfste niet. En een man neeft toch zeker een stem in deze zaakhij houdt er van dat een vrouw go. ge kleed gaat, maar laat zij een dec van haar vrouwlijkheid niet verliezen door een uniform te gaan dragen. E. E. PEEREBOOM.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1924 | | pagina 13