HAARLEM'S DAGBLAD UIT DE WERELD JONG VERDRIET Woelige Dagen ZATERDAG 6 DECEMBER 1924 - JERDE BLAD HET EINDE VAN SHACKLETONS ZUIDPOOLEXPEDITIE. Een primitieve woning. De red dende winterkou. Nuttige dieren. De achtergeblevenen op Victoria land. Op de Croote Barrière. BovenmcnKhclijke inspanning en xellbeheersMhinS. Drie slachtoffers Eindelijk gered. Daags nadat Shackleion mei zijn vij f wakkere gezellen iu «eu vrijwel open boot oen gevuarvolicu tocht over den zuidelijken oceean had aanvaard om hulp to zoeken voor «1© schipbreu kelingen op Olifant-eêland. kwamen gtuw'dig© ijsmassa's van alle kanten uit ze© opzetten en vormden een soort ringmuur om hei eiland l>ecn. Groote bloCken ila werden door wind en gol ven oj> net strand geworpen tot bo ven dc ijtgrot, waarin de mannen zich aanvankelijk getargen hadden. Hier door werd ecu e*uk strand aan de zee- zijde afgesloten cn zij besloten de grot. waar rij opeengedrongen waren, te verwisselen voor oen ruimer verblijf- Zij kond'11 nu beschikken over een uiigcsirektheid strSod van 150 Meter lang en -kf breed, een ruimte. nog wel nauwelijks voldoend# voor een kamp, maar t«Seh iu ieder geval verreweg verkieselijk i«>ven d? nauwe grot, v i«rin zo zich nauwelijks konden bc- Zij begonnen met vier muren op te richten van «tecnea, die zij op het et rand wsuden. Ilooger dan GO centi meter konden lio tnuteu niet worden, want y.-rdcr reikte^de aanwezige hoe- dak werden <1© twee bootrn t onder-te bo en op do muren ■geplaatst «n hier- in- vin waa hei huis voltooid. Kn in dit bijna oni<»clitit verblijf, waar de wind doortieen bli©*. waar de sneeuw binnenstoof door de openingen tus- s "hen do steenen. moenten «ie ongeluk- kigen vertoeven tot er redding kwam ojdagen! Z'j hadden levensmiddelen liir.gen aan flarden, «ie hrandsiof was 1 ijna ten einde, en «int bij een kou van 4'. graden onder nu!. Een van de man- n«-n kreeg bevroren teenrn; het geval werd zoo ernstig, dat de dokter z© motst afzetten, maar ron«ier ander in strument dan een zakmes! Bij de schipbreuk vun de Endurance waren zi.u instrumenten verloren gegaan.. Bij al dio e!lcn«le voegden zioh nog onvoorziene gevaren. Op xek«-r©n d->g stortte een ©tuk van een gletacher, d:e zich over de rotsen achter hen illf- s«rekte, naar ben-dan en had bijna lief hrele kamp verplet ford; oen anderen keer w» rd door een hevigen storm ©ei 1 pui goalagen in d»n ijsval v-hór en dtvisden geweldige golven het huls m©f zijn bewoners te verzwelgen. Do winter, die naar zij allen dacb- ten, hun ellrndo ten top zou voeren bracht gelukkig redding. Het drijfiji raakte vast en vormde oen aaneenge sloten ijsvlakte, en weldra kwamen daar tal van zeehonden, die onschat bare dieren, di© den mensch het ver blijf in »le poolstreken ir.ogcl'Jk maken. De zeehond voorziet in til de behoef - ren van d.-n mensch wat betreft woe ding, kleeding, schoeisel, verwarming en verlichting, liet vlenrh levert een gezond en smakelijk voedsel, de huid warme kleeding en uitstekend schoei- oei, liet vet geeft een wel ni^t aung' naam riekende. maar overigens zeer bruikbare brandstof en houdt do lam pen <A> gang; in één woord, <1© komst der zéelionden stelde de innnnen <g> Olifant-eiland in staat geduldig do Ie rugkomst van Shackleion af to wach ten. Zoodra Shackleion de twee en twin tig schipbreukelingen veilig cn wel luid overgebracht naar Punt a Arena», de zuidelijkste haven van Chili (Zuid- Amerika) waar hij en de zijnen met onbeschrijfelijke geestdrift ontvangen worden, ging hij opnieuw scheen naar Nieuw Zeeland, van waaruit hij den 23sfen December 1916 een nieuwen tocht ondernam om do of» Virtorialênd achtergebloren mnnneu te hulp te ko men. Nog «teeds verkeerds men in onze. Verheid omtrent het lot van der tien op Vlctorialand achtergelatenen. Omtrent vier hunner, n.l, degenen, dio in Scott's vroeger winterkwartier wa ren gebleven, kon men MVd zijn; zij hadden volop levensmiddelen en varen beachut (zoo dacht men) t©«cn dc kou; tnanr d© zes ,d;o Sbackleton waren tegemoet getrokken naar den ui'erMen rand van «ie Groote Barrière om liem en zijn drie tochtgenooten van levens middelen te voorzien, wat zou er van ben geworden xijnl Laten wij zien, welke hun lotgeval- !»n gowvsest waren tot op het oogen- blik dat Shackleion hen kwam afha- Toen de Aurora in het ijs beklemd raakte was de toestand der achterge blevenen niet zeer rooskleurig. Levens middelen aaddc-n zij, maar de voor raad steenkool, die aan den oever van de 1-aai was opgeslagen, was weggc- -cjx»eld door een vloedgolf, die door liet ineenstorten van een ijsberg Mas ver oorzaakt. Eu het ergste was, dat toen de verbinding tu*»-iien het eoiiip en der. wal verbroken werd, de warme winterkleervn nog niet ontscheept wa ren; en dat bij de te verwachten bitte re winterkou! Gelukkig bracht oc|t hier de zeehond redding Drie man waren voortdurend op de jacht en dank zij dc behendigheid, die zij wel dra verkregen had de kleermaker van den troep weldra gelegenheid om klee- rt-n en mokassiius te maken, ond«x>r- drintrtaar voor vocht en kou. Ook Ie- verdon de gerelde- dieren e«-u ruin»- "jts voldoende hoeveelheid vet de verwarming en de verlichting hun verblijf; wel was de lucli van het bramlende vet afschuwelijk, maar in de poolstreken let men op een dergelijke kleinigheid niet. De winter van 1015 liep dus zonder ongeval ten einde en nauwelijks wa de lente gekomen (dat is in de zuid pool*? reken October) of kapitein Mackintosh, die bij de landing op Vïc- torialand het bevel over de Aurora had ©vergegey n -urn luitenant Sten house, om zelf den tocht over de Groote Burner© te leiden, trok vijf man naar het zuiden oin aan dc uiterste grens van den gletscher, aan den voet van het randgebergte, bergplaats van levensmiddelen in richten. Volgens afspraak zouden Sbackleton en zijn drie tocht genoot cn legen het eind van den zomer daar aankomen cn «W oo hun verderen, lochr voor gebr<-k gevrijwaard zijn. Mackintosh en zijn vijf metgezellen Jovce, \Yild, Diehard», Hayward en ■•-i-tneer-Smith) hadden een vvg af te -g«-n van I-V*) Ki1om«l?r .*11) uren gaan) met zwaar be!ad«-n deden. waar op zich «ie voorraad levensmiddelen en al het reismaterinal bevonden. In het begin ging alles naar weasnh, aar den 22» ten Januari 1916 begon de t --genspoed. Zii hadden nog maar 125 kilometer af te leggen om het eindpunt van den tocht hrenwwarts t* bereiken, toen Spencer-Smith zoo ziek werd. dat hij met geen mogelijkhei-1 verder kon tt i- nu te doen I Als Sbackleton en jn drie toclttgenooten. aan den noor- delijken voet van het randgebergte ge- kotnen, geen levensmiddelen vonden, zouden zij van honger omkomen. Er werd dus 1** loten den zieken man tnet voldoende levensmiddelen in een tent achter te laten en zoo snel moge lijk verder te trekken om het depot aan de zuidgrens der barrière fe ves tigen en op den terugweg Spencer- Smith weder mede te nemen. Zeven dagen later waren zij terug, maar do arme zieke was inmiddels zoo achter- uitgegaan, «lat hij niet meer op do been kon blijven. Het was echter zmik, met h' t oog op liet minderen der le vensmiddelen en het naderend eind van- den zomer, too spoedig mogelijk den terugweg te vervolgen, en ze luid' den nog ruim 7"0 Kilometer af te leg gen Er bleef dus niets anders ovei dan den zieke op een der sleden te leg gen en inot dozen nieuwen last. te trachten het winterkwartier te l>crri- ken. Maar twee dagen later volgde een nieuwe ramp: Mackintosh zelf werd ziek; or vie! niet aan te twijfelen; de gevreesde ziekte, de Kmurtelijkc scheurbuik had Jiem evenals zijn mak ker Srencer-Smith aangetast. Tooit bleef nij m«f inspanning van alle krachten op de been, en voort ging de tocht In Februari kwafhen zij in eb- ft w-nar Scott en zijn tochtgenooten van honger «u koud? waren omgekomen en weldra echeeo het, dat hen hetzelf de vreoselijke lot zou treffen. Den 17en barstte een van die woedende sneeuw stormen los. die hel grootste gevaar, der zuid poolstreken uitmaken, een van die orkanen, waarin men niet ksti ademen en waarin de lucht zoo vol dichte sneeuwvlokken is. dat men geen twee voet voor z.iol» uit kan zien. Het wa» onmogelijk verder t<- trekken n ncht dagen lang waren Zij genood zaakt in hun tent te blijven. Maar de levensmiddelen rankten op. de-zieken werden met den dog zwakker, men nioe.vt dus te midden van den orkaan opbreken en trachten het naaslbijziju- de depot tc- bereiken (êen afstond van sIcMits '20 kilometer), wilde men niet onder dezelfde omstandigheden als Scott den dood vinden. T)e tocht werd dus opnieuw ban kaard. maar M.ickintos viel weldra be wusteloos neer. In den gierenden storm werd de t«ii nagtnaai* opgeslagen en de beide zieken werden onder de hoede van Wild achtergelaten met de laatste overgebleven levcnsmidde; len; Joyce, Hayward en Richards, al leen voorzien van enkele beschuiten, trokken verder om zoo mogelijk liei denot ie bereiken en .nieuw voedsel te halen. Slaagden zij niet, dan wa» al ler ondergang onvermijdelijk. Drie dagen lang worstelden de stcn.-re man nen tegen de ontketende natuurkrach ten, eindelijk bereikten zij het doel en zonder zich den tijd te gunnen om uit te rusten, keerden zij uaar de drie achtergeblevenen terug. Zij kwamen nog juist bijtijds: de allerlaatste krui mels voedsel waren kort te voien ver bruikt. Lang konden zij echter niet. in «Ie tent vertoeven, want de fionger dreig de opnieuw, cn langzaam voortstrom pelend trokken zij weer in den ontzet lenden storm, cn met de uiterste krachtsinspanning bereikte» zij het depot, maar deze laatste tocht had Hayward zoo uitgeput, dat ook hij machteloos neerzonk. En nog steeds woedde de orkaan Er viel niet aan te denken den tocht 'oort te zetten met drie pun, die het w*rk moesten verrichten fan z.-« en buitendien hun drie r.eke makker* moesten voorttrekken over den glet- s«-her met zijn onoverkomelijke hin dernissen. Eind«!ijk en ten langen laatste kwam er uitkomst. Na twuulf dagen gewoed te hebben, bedaarde de storm; den l.-ten Mtmrt begon er een iieerüjke zuidenwind t«- waaien; onmid dellijk werden de sleden voorzien van zeilen, de drie zieken op do sleden ge legd en zeven dagen lang ging Set rdwuari» in de richting van het terkwartier. Maar toen op eens, windstilte! De drie gezonde mannen kouden met geen mogelijkheid zonder de hulj» van de zeilen de zwaar lan den sleden over b«'t ijs bewegen. Nn gaf Mackintosh zijn mannen l--vcl hem met twintig dagen voedsel nriuer te laten en den tocht voort te zetten. Dit gebeurde, maar de arme Spencer- Smith, wiens toestand steeds verergerd was. bezweek den Oden Maart. Het lukte den overigen het eind van den' giets-hrr te bereiken. Hayward werd ondergebracht in een Ipjt aan de Mnc- Murdo-Golf, daarna keerden de drie wakkere mannen terug om hun aan voerder te halen. En zoo w aren d© vijf overgeblevenen na bovenwenvhelijk' inspanning eindelijk in veiligheid! H- kwam er mi nog maar allen op aan de beide schcurhutklijders te genezen: maar hier zou weer de zeehond haat geven. Geen heter middel namelijk te- g'-n scheurbuik dan versch vl©c*óh en frisKbe groenten. Groenten waren er natuurlijk, niet maar wwl een onttit- Cuttelijk© voorraad telken» versch zee- ondenyleesch: in een mannd tijd w» ren de zb-k«-n volmaakt gezond. Om nu het winterkwartier aan Hasp Evans te bereiken, moesten zij afwachten tbt <1© drijvende Ijsmn^a'i in de golf van Mac-Murdo waren ann eengevroren, m-'iar hoewel ©r een kou heerechte van 1">. ja van 20 groden onder nul, het ijs raakte niet vast; telkens kwam er een storm op die allo# weer stuk sloeg. Toen eindelijk in liet begin van Mei d© golf dicht lag. be sloten Mackintosh en Hayward voor uit te gaan naar'het winterkwartier; maar nauwelijks waren zij vertrokken, "f ©en nieuwe orkaan barstte lo*. Nooit heeft men iet» meer van hen vernomen In Januari 1017 ftloeg ook voor ile zeven overlevenden ©j> Yi' torin-lnnd liet uur der bevrijding. Shnckletou, die z/ioals wij boven gezien hebben, den 23stcn December uit Nieuw /.©eland wa» vertrokken, landde den lOden Ja nuari om ook hen te redden. Hun on geschokt vertrouwen in hun aanvoer der werd niet beschaamd. door Const, de Raymond. Nu nog een schoonen, witten boord de mooie Zondagsch© das, en Henk wa» gereedHij zei zijn moeder goe den dag en was vlug verdwenen. Op den hoek van hot «'.raatje keerde hij zicli nog even om. ,,Daaa©!Dag moe!" riep hij, zwaaiend met z'n rechterarm, zette cr toen de «pal in, want hij wan wat laat. Eu li ij wilde op tijd zijn, geen minuut verspil- len. Eiken Woensdag- en Zaterda«mid- dag. twee uur. moeet hij zich aan melden aan do villa, waar zijn va der als tuinman in dienst was, IJan bracht mevrouw hem, als het weer het toeliet, in den tuin; bij slecht weer, naar de serre, waar haar doch tertje dio binnen of builen, steeds op een gemakkelijken stoel lae uitge strekt. Na oen zware ziekte was Sonja, nu aan liet opknappen. en hoe meer afleiding ze nu bad. boo beter het was voor haar herstel, had de dokter uitgelegd. Daarom had mevrouw den tuinman verzocht, of Henk, die ongeveer van denzelfden INGEZONDEN ME0E0EELINCEN a 60 Cts. psr regel. Wilt gij uw blouse niet bederven? Verft dan met KRAKELINGEN-VERVEN In vele prachtige kleuren. 20 CENT per pakje. Bij uw drogist Jeoftijd was als haar dochtertje, baar op do vrije' middagen van school, een paar uurtjes gezelschap moclit houden. Henk deed nn Jen l»oodschappen voor de familie. Mond bekeua als een nette, beleefde Jongen. Henk zou haar weer under© afleiding kunnen bezorgen dan me vrouw cn de meisjes, welke zich hoofdzaak bepaalden tot voorlezen vertellen. aar Henk maakte in deu tuin groote forten van aarde en zoden, met loopgraven er om heen. of bouw de in «Ie serre hoog* torens en ker ken met blokken uit een doos. nooit w*s Henk iels te veel. Altijd deed hij mot het grootste genoecen, hetgcu lie', meisje vroeg. Als ze den toren hooger wenschte, probeerde hij hel altijd weer, al vielen -Ie blokken telkens om. Steeds lachend zocht b weer den bal, wanneor het meisj-3 iien bij liet opgooien aanhoudend liet vallen. Eu wat kou z-. dan een pre» helAen, als hij ecu nieuwe steenen pijp van vader had ineeg- bracht en dun met wat zeepwater in de keuken verzocht, aan bel bellen l/azen giiur. Hel lukte Henk vaak van die heel© croote, schitterende bollen in de lucht te doen gaan. bij ©til weer heel langzaam stijgend en afdrijvend, om eindelijk mei een on liooiJissr knalletje uiteen te spatten. Een enk«ieu k«cr las hij haar ook wel eens voor, als zs zich op andere dagen te druk had gemaakt en li Jioofdje te voel kleur had. Dan inoclit ze niet spreken, enkel maar luisteren. Mei hal! ge-vloten oogen hoorde zo dan naar liet verhaal, Henk haar voorla», sprookjes of gesel i ieden i &se n In Jiet begin hadden d© jongens uit de buurt vreemd opgezien eu hem nageroepen, toen JuJ de eerste maal uurl /ijii beste pakje m Zondag;-, lie laarzen op 6t.-qi ging. Maar" dal had item niets kunnen »- holen, daar lachte hij om. AVel vond hu liet eerst minder jirettig. dat It.j zijn vrije middagen niet kon benutten, om met zijn makkers in het veld. of in li©t l-o>-.h te »p:len. maar reeds dadelijk ita den eersten ke«-i met het meisje in gezelschap te zijn geweest, verlangde hij naar deu .volgenden vrijen mid dag. Wiiarom. wist hij lo©n nog niet recht. Beloonine in gold kreeg er niet voor. Mevrouw mocht niet» voor geven, bad vader ge Ho uk' zelf zou het trouwens met aan genomen hebben. Hij kr©©© heer!ijko tliec mot suiker en lekkere biscuut. zoovel hij wilde. Muar daar om was liet hem óók niet te doen. Het blec-f vreemd. Ilij ging graag, ofschoon hij er eerst erg tegen op luid gezien. Hij was verlegen voelde zich aanvankelijk niet op zijn gemak. Doch dit veranderde spoedig. Sou Ju was tegemoetkomend cn bleek en alleraardigst mei-Je; ze kon zoo Luk met liein babbelen en zoo lief iets verzoeken, dat het nooit was te weigeren. Weldra w;d liet hom dan ook duidelijk, dat het Souja v hein eiken Woensdag en Zuterda© naar do villa trok. Wat vond hij toen iio ttiMchendagen vroesclijk lang, vooral die drie. tuaschen Zaterdag en Woensdag, dat waren vervelende leeg© dagen. Maar Jioewel moeder wel wist, dat Jiij gaarne uaar mevrouw en haar dochter ging, had hij toch de voor- naomsto reden voor ieder, ook voor haar, ais oen geheim weten te be waren. Hij vertelde niet dal het. eigen lijk om Souja zelf was, om haar weer eins to mogen zien, met haar te kunnen spreken, haar iu stilte te bewonderen. Dat was het. Hij dutfde het voor zich wol te bekennen. Daar om ging hij graag. Om Sonja zelf. Ze was zoo heel anders dan andere meisjes die hij konde. Daar kon je niet mee omgaan en spelletjes doen; met Sonja vlogen do uren voorbij. Zie zoo! Hij was or al wcor. Een flinke ruk aan do ouderwetsche schelJvort daarop vvordt open gedaan.... \reenid! Ilij moet even wacht««n, zei h©t ineisje, dat hem an ders altijd dadelijk naar mevrouw bracht. Mevrouw kwam nu blijkbaar naar hèm too, hij hoorde haar stem iu de lial: „Och, dat is waar ook.... Dat heb ben wij lieeleinaal vergoten, door die plotselinge drukte", v Intu*schen was zij bij Honk geko men. Zij sprak tegen hem. Wal ze precies zeldo, wist hij een oogenblik later niet meer geheel. maar liet kwam hierop neer, «iat Sonja voor linar volledig herstel b#glucht moest hebben. Een oom van haar. die in Zwitserland woonde, was toevallig bier gekomen, en nu was beelolen, dat Sonja met hem zou reizen. Daarqm waa ze gisteren iu allerijl -ertrokken met haar oom. Een en an der had heel wat zorgen en drukte gegeven, en daardoor was vergeten Henk te waarschuwen, dat hij nie* meer behoefde te komen. Zoo iets had mevrouw eezeid, en eer hij goed begrepen had, stond hij weer op de straat. Loom drentelde hij op huis aan. zonder doel. Sonja weg!.. Heel ver... Yoorloopig zou ze niet terugkeeren; binnen het jaar zeker niet. zei mevrouw. Zou Jiij haar wel ooit terugzien? Hij had haar niet in den tuin ont dekt, toen hij langs het achterhek ging, maar dat had hij niet vreemd gevonden, het weer was immers niet zoo mooi; hij had wel gedacht haar iu de sen© te moeten bezoeken. Maar dat ze er n i i zou zijn, noch in den tuin, noch in de serre, in het ge ilede huis ni©t. had hij niet kunnen vermoeden. Wel had lijj de mogelijk heid voor oogen gehad, dat eenmaal zijn taak zou zijn afgeloopen. Na tuurlijk, als Sonja beter vyas, zouden zijn diensten overtollig zijn. gewor den. Doch hij had dc- hoop blijven koesteren, haar dan tocli nog wel eens te kunnen zien of spreken, als hij een boodschap voor haar moe liad doen.. Maar dat ze zoo plot- selfng zou heengaan, uit haar "iu- geving Verdwijnen, daaraan had hij niet gedacht. Hoe dichter hij zijn huis naderde, hoe meer doordrongen hij werd van het werkelijke feit, dat zij vertrok ken was. Het was alsof hij iets inisto iets verloren had. eeu voorwerp van grouts waarde, een rijk bezit, dat l.cm wreed ontuomen was. Alle gepasseerde middagen doem den weer voor zijn geest op. Jlij kon allts precies nagaan. op welken W"©'-dag dit. op welken Zaterdag d a t was gebeurd, welke spelletjes ze in 'len tuin op dien dag deden en welke in de serre op dien, de titels van alle boeken, waaruit lijj haar had voorgelezen, wist hij op te noemen, alles, alles herinnerde hij zich. Als hij zijn oogen een weinig sluit ziet hij. haar liggen, of gedeeltelijk overeind zitten in haar langen si oei met kussens. Dan ziet h>j haar lachend gezicht, mei de zwak mse wangen, haar prachtig zwart haar in golven over haar schouders hangend, haar kleine handjes teot en broos als porcelein, de fijngeyormde «latike vingertjes, die hij schier niet durfde te drukken, als zij haar handje tot begroeting reikte. Eu haar voetjes o, wal waren ze klein, haar goud beslikte muiltjes leken goppen- tchoenljes. Eenmaal, toen ze mocht opritten, had ze in een lach bui om zijn grapjes, spelend met Jiaar been, een muiltje van liaar getrapt, hetwelk op eenigcu afetaud in de Kiezelsteenen van deu tuin viel. Henk had het vlug opgeraapt, ei: werd verzocht het weer aan haar voei te plaatsen. Aascheooestertje cn de prins", lachte zij. Later noemde hem schertsend: „mijn prins".r Dat a 1 e s is nu voorbij!.. Voorbij voor altijd!.... Ilij zou haar wel nooit meer zien... nooit meer met haar 'llii trachtte een brok in zijn keel weg te slikken. Hij had groote moeit zijn tranen te bedwingen. Als het hein mi maar gelukte, ongemerkt bij liet thuiskomen naar boven te kunnen gaan, naar zijn kamertje. En als nou maat' niet te veel zouden yrai thuis; hij zou in ten huilbui uit barsten, liij voelde het. Hij zou wel uit kunnen snikken, liob was het toch mogelijk, dat haar vertrek bij hem zoo n groote leegte achte-het. Geen oogenblik was het hem uit de gedachten, dat ze wég was, vertrok ken naar een ver land, waar ze aan hem wellicht niet meer zou denken en geliecl vergeten, dat ze samen zulke qenoegelijk© uren hadden door gebracht. Maar h ij zou dat niet. Nooit zou hij lmar vergeten.... Hij zou steeds aan haar blijven denken, altijd!.... Als hii haar nog maar even had mogen zien, éénmaal had kunnen spreken voor haar vertrek, dan.... Kijk uit, sloom© suffer!! riep eem kruideniersbediende, die niet e?n mand op zijn rug, in zoodanige aan raking kwam met den rechterschou der van Ilcnk, dat de bediende het trottoir stoof. Henk zei uiets. Zijn schouder had een gevoeligen duw gekregen. h'1 deed geducht pijn, maar wat deerde hem dat. VYat beteekent pïin bij het schrijnend gevoel, dat hem bleef doorknagen. Wel etroomden hem de tranen langs de wangen, maar hij liet ze den vrijen loop, op^ ge vaar, dal die andere hem voor* laf zou houden. Hij deed geen moeite meer ze te bedwingen, liet gaf hem gelegenheid zijn andere smart te uiteei; een opluchting was het einde lijk eens goed te kunnen uithuilen. ONZE LACUHOEK slechts weinigen z DE VERLEIDER. Een (ooneel. speler vond, dat zijn hospita goed voor hc-m was en wilde de vrouw daarvoor beloonen. Oj> zekeren ochtend gaf hij haar een gezegelde enve loppe en «ei: „Alstublieft me- geschenk, dal ik aan geven. Het is een vrij kaart voor het schellinkje van den schouw burg. Komt u vanavond kijken? Ik treed op in mijn glansrol als Don Jean." De hospita was zeer gevoelig voor deze ttenüe en natuurlijk maakte zij iran het vrijkaartje gebruik. Hoe verbaasd was ©eli de tooneelspelcr, toen hij 'a avonds thuiskwam en ai zijn koffers voor de deur opgestapeld vond. Op zijn schellen keek de hospita uit het raam eu de artist vroeg: „Mevrouw, vrat beteekent deze vertoo nt Ik wil naar mijn kamer!" „Kijlc eens aan." verklaarde de oude dame, „als u denkt, dat ik «en man ais mijn huis wil hebl>©n, bent u ver keerd Ik hen zelf fatsoenlijk en mijn huis -k. Ik heb nog nooit in mijn leven zoo'n schurk als u gezien! Mijn deur blijft ge sloten en u kunt uw troost zoeken bij die i, die je zoo gemeen bedrogen Pers-Overzicht ZWITSERLAND EN DE ONTWAPENING In liet Haug6Che Maand- b 1 a d steil Edouani Chapuisot «ie vraag wat Zwitserland zal doen in dien een eventueel© ontwa|reningsCOn- ferenlio tot het besluit, komt, dat de staten hun legers zullen ontbinden en antwoordt: Oppervlakkig geredeneerd zou nv'n .unnen denken, dat jni-t een land als Zwüs'-rlund het voorbeeld van ontwa pening zou moeten geven. Zwitser land'6 onzijdigheid is gewaarborgd reeds sedert den vrede van Munster, in 1648, ze is in. 1815 bevestigd door het congres van Yersaiiles. En voert het Roode Kruis niet hetzelfde em bleem als het wapenschild van Zwit serland, dat bc-t aanzien schonk aan dit groote werk der menschelijfcheid en barmhartigheid? Dringen de Zwitser- ie traditie® niet naar afkeuring n alle daden van geweld en oor- beschouwen wij het recht niet als onze vaste burcht ..Het zou echter hoogst onvoorzich tig zijn, uit dit alles voorbarige gevolg trekkingen Ie maken". Na een historisch onderzoek van de •rechillende argumenten, komt de heer Cbapuisat tot de volgende con clusie: Den 2»®n Februari 1020 heeft de Yolkenhopd nuz eens plechtig de se dert lang aan Zwitserland toegekeudc onzijdigheid bevestigd, maar de ver klaring van London bevat een voor schrift dat Zwitserland voornemens s. met pijnlijke zorgvuldigheid in acht e nemen: zelf zal liet te allen tijde de onschendbaarheid van zijn grond gebied verdedigen. Dit kleine land eet groot te zijn tegenover dezen plicht. ..De omstandigheden zijn intussehen niei gunstig. De een gelooft, dat Zwit serland in een volgenden oorlog even min aangevallen zal worden als in 1911; de anderen achten tie vooruit gang der oorlogstechniek zóó slerk, dat het voor een klein land nutteloos wordt, mede in het strijdperk t© wil len treden. Heiden vergeten, dat dit niels te maken heeft met hei plichts besef, zoo sterk in dit opzicht ontwik keld bij het Zwiisersèke volk, een be sef. dat door de lessen der historie altijd verlevendigd z<ou worden, 'mocht het gevaar loopen Ie verslappen. Er ger dan- de malerieele gevolgen zou echter de moreel® uitwerking eene-r Ie vroeg ondernomen ontwapening zijn: het prijsgeven van zoo verheven be grippen als vrijheid, onafhankelijk heid, en van de nobele instellingen, waarop ons volk trot&ch is. Zeker, ©r zal ontwapend moeten worden. De veroveringszucht moet in het- hart der staatslieden worden uitgeroeid. Dip militaire ontwapening zal echter slechts mogelijk worden nadat de ge moederen ontwapend zijn; nadat het geweten der meuschheid de natiën geleerd zal hebben hoe het vredes vraagstuk is op te lossen: niet werk tuigelijk, maar door de ontwikkeling der gedachte. ..Deze evolutie is thans gaande, in vele landen. Wij moeten daaraan deel nemen. ze ook niet tegenwerken door het belang ervan te verkleinen Dit werk is een werk van de volkeren ge zamenlijk. De onfw3penings-conferen- toe zal in het volgend jaar er den groudsla? voor leggen, naar wij ho pen. F.aat ons tevens hopen, dat ze tevens aan de kleine natiën, belang rijk juist om hun vredelievend stre ven- de mogelijkheid zullen openen, opnieuw hun militaire maatregelen te herzien, die echter slecht.* één doel kunnen hebben: <de verdediging van het vaderland, van zijn tradities en zijn geluk'. Feuilleton .Geautoriseerde >.-rtaling naar het Engclrcj van BARONES OBCZY. 36) En hoe meer z© hier over na dacht, hoe aicer ze or '-an overtuigd raakte, dat het hajr plicht waa om Jim to g-aan zoeken; alles om haar heen op dezen warmen zomerdag dwong cr haar toedc warme, be dwelmende lucht, de geur der rozen, het zingen der merels en lijster» alle» scheen cr op aan tc dringen. Ze moejt Jim zoeken, zeiden ze Ze moest Jim zi©n te vinden en hem zeggen, dat hij weg moest gaan. Ze zou h'-m wel vinden, dftar twijfelde z© niet aan. Zo moest haar plicht doen en d0 hemel zou haar helpen. Het was baar plicht cn ze moest het zelf» doen al moest zo er haar trots voor opzij zetten. Den laatstcn keer was Jim zoo kortaf tegen haar ge weest, ze zou zich in bedwang moeten houden cn niet driftig mogen worden als hij zich van haar afkeerde. Maar terwijl ze dit bij zichzelf over legde, wist z© at dat ze zon probee- j-eji om hem t© vinden en dat ze wel jjagéü moest; zo wist zelfs precies waar ze hem zoeken zou en hoe laat. Hij ging immer* naar Shutford en het bosch. waarin hij zoo graag dwaalde was immers niet v©r van het huis af Ze ging aan Matthew zeggen dat hij haar paard. Stella, om zeven uur »«»nf haar gezadeld moest hebben. Dat leek haar een mnoien tijd omdat Tubal iets gezegd had over zonson dergang. Toen liep ze weer langs de slotgracht t©rug. D« zon was nog erg heet en ornda'. ze moe was na de vele emoties der laatste dagen, haalde ze de oud© boot uit het bootenhuis, sta pelde cr een paar kussen» in en maak te haar vast onder d©n overhangen den wilg. Yan hieruit had z© tuss©hen de takken «lo©r een prachtig gezicht op den zuidelijken gevel van het kas teel, met de twee massieve torens waarin dc groote trappen lagen, cn onder het dak var. den westelijken to ren, dc raadszaal waarin het kistje van den koning werd bewaard. Droo- mend cn peinzend bleef ze zoo een paar uur liggen. Soms sliep ze half in. som» lag ze te lezen. Ze had een van haar lievelingsboeken meegenomen. ..De elfenkoningin", van Spencer en in bet begin las ze ijverig door, terwijl alles stil was om baar been en het bootje af en toe zachtjes schom melde. Ze las door, en genoot van het mooie rhytme. van het schoonc ge- dieht. t'»t ze aan deu regel kwam: „Zoekend, mijn lief. ga ik van plek tot plek"toen lief ze d« hand. waar in ze het boek hield, zakken, en se bleef achterover in de kusscus liggen kijken naar de blauwe lucht, die ze tusachcn de takken door zag. „Zoekend, mijn lief, ga ik van plek tot plek", mompelde ze af cn toe cn toen werd z© s mbcr gestemd cn bad diep medelijden met zichzelf. Wat een heerlijke gewaarwording moest het zijn om bijvoorbeeld in den zomer door het bosch te dwalen, zoekend naar den liefste, natuurlijk mes dc zekerheid, dat men hem ten slotte zou vinden. Iemand vinden, die de armen naar haar zou uitstrekken, wiens oogen zouden schitteren, cn die ©en kreet van vreugde zou geven als hij haar zag! Welk e©n weelde! Maar een weelde, die zij Barbara, nooit, nooit in haar leven zou kennen. Ze zou het grootste geluk, dat een vrouw op deze aarde geschonken kan worden, nooit kennen. Wat had ze ge daan. wat had ze misdreven, dat haar dit onthouden moest worden Het was wreed, wreed. Ze waa jong, le venslustig, en vol verlangen om lief te hebben, maar ze was onherroepe lijk gebonden aan iemand, die niets voor haar voelde. En ook nooit voor haar gevoeld kon hebben. Dat had hij haar dien middag in het bosch duidelijk genoeg laten blijken, toen zij tegen hem bad gelachen en woor den vol vriendschap en modelijden had geproken en hij zoo koel en kort af was geweest en haar te verstaan had gegeven dat hij niete om baar gaf. En zij was onherroepelijk gebon den. Ze kon zich niet uicer wijs ma; ken dat ze eenmaal vrij zou zijn, vrij om lief te hebben en weer te trou wen. Dc tijd ging voorbij, de toestand werd steeds slechterals er weer vre de was in dit ongelukkige land zou ze waarschijnlijk to oud, cn zeker to moe deloos zijn, om haar leven opnieuw te beginnen. Overal om haar heen zon gen de vogels, toemden de insecten, en dc rozen werden door de bijen ge kust. Overal om haar heen was leven en liefde, de mooie blauwe he mel cn de voortsnellende wolken de dauwdrop op dc bladen der waterle lie» de ïooie buiging van het riet onder de liefkozing van den westen wind cn haar hart deed pijn cn was zoo vol van een groot, wild verlangen dat er een brok in haar keel kwam en ©r tranen in haar oogen stonden. Ver langen Z© wist nauwelijks waarnaar ze verlangde! Ze strekte alleen de armen uit en drukte ze toen weer. leeg, tegen zich aan. II: De melancholieke roep van een roerdomp klonk door de warme, stille lucht. Barbara opende de oogen en keek slaperig om zich been. Ec poos je geleden bad zo zitten droomen en peinz©n daarna moest zij in slaan gevallen zijn. Het was nog vroeg in den middag geweest toen z© voor het laatst gekeken had naar de muren van het kasteeler lagen dichte scha duwen iu den rozentuin en in de middagzon leek het water van de slotgracht wel een veld vol glinste rende diamanten. Nu was de onder gaande zon al verdwenen achter de muren; boven haar hoofd was de hemel een verzamelign kleine gouden wolkjes, waartusschen hier en aaar de blauwe lucht zichtbaar werdde mu ren \an het kasteel verrezen daar donker en onheilspellend, en er was maar één plek op hun oppervlakte, die glinsterde daar boven in den to ren, waar een openstaand venster de straten van de ondergaande zon op ving. Barbara schudde het half verdoofde gevoel van zich af, cn berispte zich zelf. omdat ze den kostbaren tijd voor bij had laten gaan. Tc oordeelen naar de lengte der schaduwen moest het nu wel bijna zes uur zijn, en ze had zich voorgenomen, omstreeks dezen lijd te paard te stijgen om Jim te zoe ken. yiug greep ze naar de riemen en zette zich af van den wal. Terwijl de boot gcrui*chloos tot midden in de gracht gleed, keek ze toevallig naar boven. I.ater beweerde ze altijd, dat hetgeen bloot toeval geweest kon zijn dat haar toen deed opzien. Ze keek naar den toren van de westertrao en toen naar het raam van de zaal. hoog onder het. dak. wel een twintig meter of meer van den beganen grond ver wijderd: de kamer, waarin het kost bare kistje van den Koning bewaard werd. Een deel van het raaci stond open cn ving de stralen der onder gaande zon op, zoodat het glas schit terde als een opaal. Barbara, die ccn oogenblik verblind was door het schelle licht, verbaasde cr zich over hoe het kwam, dat liet venster open stond eu het volgende oogenblik zag ze, dat er zich iels naar boven be woog tusschen het raam en het dak iels katachtigs, vlug co zeker, dat tegen dien steilen muur opklom, waar geen gewoon menscbelijk wezen cei: steuntje voor zijn voeten zou hebben kunnen vinden. Een paar seconden later was bet visioen verdwenen tus schen de twee puntige uitsteeksels bo venop den toren, maar Barbara twij felde er niet nicer aan wat het wa*. dat. ze gezien had. De raadszaalhet open raam! de gevaarlijke klimpar tij Geen kat, maar eeh man had zijn leven -gewaagd op dien gladden stel len muur om het kistje van den ko ning te stelen. Een maneen spion dc man met het litteeken op zijn band dien Barbara al tweemaal op haar weg ontmoet had. dien ze al twee maal in zijn werk had gestouid. maar die haar tenslotte toch te vlug af scheen te zijn. De gedachte daaraan, de an est en de vrees, was als een donderslag uit een helderen hemel. Ze kon niet na gaan hoeveel tijd <>f -elegcnh'-iil ze had om den vijand zijn snoode plan nen te beletten. Ze moest nu haude* lend opticden. ((Wordt rervol^LJ

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1924 | | pagina 9