ZIJN HELDENROL
HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 24 DEC. 1925
kinderen, iCe even klagelijk «Is valsch de ruimte van de lucht
door de spleet van de brievenbus hun
-glory to the new boni King" uw huis
in ringen- De kinderen wachten vandaar
waarschijnlijk de naam „waits") op het
opengaan van de deur en verwachten
een penny. Zij nemen min of meer de
houding aan dat de penny hun niet
kan worden geweigerd cn wannen.- het
wachten wat lang duurt hantceren zij
met kracht den klopper, dien elke En»
gelsche huisdeur bez::. De kinderen, die
ccn ganschen avond deur voor deuT te»
werken, vullen de avondstraat met wee»
moedige klanken Zij vormen de cede»
rijpte leden van het gilde der ..waits".
De hoogste plaats 00 "dit gebied wordt
'n-v. ingenomen door de zangers van het
koor van Lloyds, die op late middagen
tegen Kerstmis in hun kantoorgebouw,
de Koninklijke Beurs in de City. de
nijvere schare van klerken, boekhouders
en typisten, die willen komen luisteren,
vergasten op hce h.ken Kerstrang.
Zangvereeaigingen maken tegen Kerst»
mis ook „waitsVochten door de dis»
tTKten van baar domicilie. Met is de
eenige tijd van het jaar dat het bestaart
van Engelsche zangve.-ecnSgingcn rich in
sonore volumen van klank openbaart; en
do liederen die deze zangverecnigtngen jaar vervolgen.
en den avond
inzingen, klinken meestal goed. Maar
algemeen gesproken rijn de ..writs" niet
populair. De bedoeling van de vocale en
instrumentale prestaties is gewoonlijk
het publick gaven in geld afhandig te
maken. En hoewel de weldadigheidszin
in deze dagen hier werkelijk verheffend
ls, kan men moeilijk nagaan of alle gif»
ten aan de ..waits" wel goede philan»
tropio zijn. Indien men de spofplaten
mag gelooven. dan hebben de ..waits"
het v»*k hard te verduren en is hun
receptie aan de huizen verte van vricn»
delijk-
KERSTMIS EN BIJGELOOF
Ik zal mij tot «en paar voorbeelden
bepalen De Kerstpudding, die alle i^-jen
van een huisgezin moeten helpen berei»
den aidien zij prijs stellen op een gc»
inkkig Nieuwjaar, mag niet gebroken
uit den vorm komen; dat be teekent ccn
doode in de naaste familie En indien de
Kerstversieringen en vooral du „mist
letoe" niet voor „Twelfth Day"
(Driekoningenavond) uit het huis zijn
verwijderd, blijven kwade en noodlot»
tige geesten de bewoners het gansche
goed! Parbleu! Jij staat alweer op de zullen de schade inhalen. Naar den
een gegeven van LEONARD MERRI :v
Nadruk verboden.
Toen hij zich een beroep gekozen had, groot en er waren vele vacanties. waar»
toen hij ondanks de vele tegenwerp in» in zij hcclcmaal geen salaris kregen,
gen tooneelspeler geworden was. had Dikwijls gebeurde het dar het geld. dit
zijn vader zich beicedigd gevoeld. Zijn zij met ccn tournee hadden verdiend,
vader was de hoedenmaker in de Rue weggesmolten was vóór de volgende
de La Paroisse. De winkel was niet begon. Maar elke honderd francs, die zij
bloeiend ia Ville»Nogant deden de kónden wegleggen geleek een mijlpaü
mecschea erg lang met ccn hoed
maar hst was toch op zijn minst een
winkel en de oude man wcoschte dat
zijn zoon achtenswaardig zou zijn. Zoo
Ls Frankrijk. De kleine Fraasche hoe»
denmaker wist niet dat aan den over»
kant van het Kanaal cn ciders de zonen
en dochters van adellijke families zelfs
aan het tooneel gaan. cn hij zou het
niet geloofd hebben indien men het hem
verteld had.
Eens beleedigde de zoon van oen
kleinen Franschen zakenman zijn vader
door aan het tooneel te gaan, en hij
werd de Kevelicg van de wereld; maar
deze hoedenmakerszoon wist zich niet
zoo onvergetelijk te onderscheiden
Eerlijk gezegd, onderscheidde hij tich
in het geheel niet. Veie, vele jaren later
drukte de hoedenmaker den tooneelspe»
Ier de hand en zei zwakjes: .Als ik
dood ben neem dan een hoed, mijn
arme OlivieT. De Hemel weet. dat je
er ccn noodig hebt!" Een hoed en zijn
zegen dat was vrijwel alles, wat de oude
man te schenken had.
In rijn jeugd-droomen dag»dro©»
men achter de toonbank had Olivier
Pïcq zich zelf gezien als een vooraan»
staand min in Parijs, die hartstochte»
lijk zijn liefde verklaarde aan beroemde
actrices. Maar rijn engagementen w
ren zóó verschillend gebleken van rijn
vele droomen. dat hij zelfs niet één
keertje het tot een heldenrol had kun»
nen brengen, nog niet in het kelinste ge»
hucht In de provincie. Geen directeur
wenachte hem als een held te beschou»
wen Langzaam maar zeker had hij op»
Behouden ernaar te verlangen. En nog
langzamer had hij zelfs de verwachting
op andere rollen van eenige beteekenis
opgegeven. Hij was de onnoozele ka»
merdieaaar. die opkwam met het
kamermeisje om uit te leggen wat de
hoofdfiguren tusscben de bedrijven had»
den geoian. Hij was de sukkel, die zin»
looze opmerkingen moest maken opdat
de eerste komiek daarop zou kunnen
antwoorden met iets grappigs. Hij wxs
de levensmoede verduisteraar. die zelf»
moord pleegde in de eerste acte en snel
zijn pruik omwisselde (helaas niet zijn
stem!) om het onbelangrijke mannetje
te gaan voorstellen, dat de tragische tij»
ding moest overbrengen aan de wedu»
.Aha", zegt de lezer, „hij was niet
handig; daarom kwam hij niet vooruif
aan het tooneel!"
Nu. het is niet gezegd, dat Picq een
genie was. Voor rollen, zooals hij
speelde, bezat hij zelfs geen tritgesi
ken bekwaamheid. Maar de waarl
is. dat hij ia de rol van romantische
held. welke hij nooit had gespeeld, be»
slist goed geweest zou rijn. Het Lachen»
de kamermeisje zei gewoonlijk, dat hij
schitterend geweest zou zijn! Dikwijls
klaagden zij over het weinige geluk,
d.'-T hen ten deel gevallen was. wanneer
2:j hand in hand terugblikten op de ja*
rer. van strijd. Hij haa het kamermeisje
getrouwd.
„Oh. ik raad a! hoe dit verhaal af»
loopt!" zegt de lezer ..Hij werd ten»
slotte toch een leidend man in Parijs!"
Zoo gebeurde het ook meneer. Maar
niet zoo voorspoedig als u zoudt den»
ken. Picq, verslagen door de plotselin»
gc verandering, werd bevorderd tot eer»
sten acteur bij een wederopvoering in
een boulevard»theater. en moest den
held spelenden verleidelijken. ga»
lanten. jongen heldtoen hij lijdend
was aan spit in den rug en den acht»en*
vijftig»jarigen leeftijd had bereikt.
Ziet u. de meeste tooneelspelers van
militairen leeftijd waren óf aan het
front óf in de hospitalen, terwijl talrij»
ke beroemde actrices werkten als ver»
plcegster. Want het was oorlog. Een
theater «directeur, die den moed had een
stuk op te voeren, moest rich vee! op»
offeringen getroosten en het publiek
wss toegeeflijk. Het accepteerde den.
ouden man als jongen held. Hij kreeg
applaus. En wijl hij bombasr reciteerde
over het voetlicht de vurige Ual der
liefde, waarvan hij veertig jaar geleden
achter de toonbank bad staan droomen
deed hij dat met een hart. dat van
angst verscheurd werd voor zijn eigen
jongen, die in de loopgraven was
Toen Jean als een baby had liggen
slapen, hadden de kleine»rol!en»acteur
en het kamermeisje samen aan zijn
wieg gereten en gesnroken over al de
mooie dingen, die hii zou doen als hij
eenmaal groot was. Niet aan het too»
necldaarvan hadden zij beiden de
bctoovering overleefd; hij moest advo*
ent worden. „Het is zoo deftig, lieve»
lino", zei het kamermeisje. ..En er is
geld voor hem te verdienen, m'n kind",
sómdc cc vader in. En gedurende hun
halve leven hadder. rii geschraapt en ge»
sjiiurd om dat idea*! voor hem te ver»
wezenlijken. Hun salarissen waren niet
op hun reis. Slechts één kleine weelde
veroorloofden zij zichzelve jaarlijks, üp
Jean's verjaardag was het de gewoonte
van Picq een flesch goedkoope ch.im»
tiagne mcc naar huis tc brengen. Ilur.
even mocht arm zijn, de maaltijd mocht
nugcr zijn. dp vacanties mochten lang
zijnmaar op Jean's verjaardag
moest er vreugde heersehen. En in ccn
slordige pension «slaapkamer (twéé ka»
mers was te duur voor arme tooneelspe»
Iers, die hun zoon advocaat wilden la
ten worden) klonk het paar vroolijk
dc glazen op zijn toekomst.
„Nanette, m'n kleine vrouw, wjj rijn
al deze jaren niet ongelukkig geweest,
ofschoon je jezelf vergooid hebt door
met mij te trouwen, niet?" placht Picq
te zeggen, baar tecder omarmend. En
Nanette, die er nog altijd zoo jong uit»
zag aLs zij op haar trouwdag was ge»
wfcest in de oogen van Picq tenmin»
vermocht dan te antwoorden
met ieta moois in haar stem: „Lieveling,
ik heb den Hemel op mijn knieën eiken
avond gedankt voor dat „mijzelf ver
gooien"
„Dal neemt niet weg, dat het je zon
der mij misschien veel beter zou rijn
gegaandat je misschien naam ge»
maakt zoudt hebben".
„Dwaasheid. Zeg liever, dat ik jou
teruggehouden heb: als jij alleen geble.
ven was, zou je opgeklommen zijn tot
de hoogste sport van dc ladder der bc«
roemdheid. Ohneeik kar. er
niet aan denken. Ik ben een struikelblok
voor je geweest
Dan plicht Picq haah met vuur tegen
te spreken en uit te roepen: „Maar Na»
nette, wat maal ik om het toonpel?
Hebben wij dan niet elkaar en on ren
Jean? Is dat geen rijkdom genoeg'5 Oh.
Jean zai beroemd worden, hij zal een
groot advocaat zijn en de trots van ons
beiden.. Jean heeft de hersens
Door zeldzaam toeval had Jean. toer.
hij oud genoeg was om eigen plannen
te maken voor zijn toekomst, hun voor»
stel niet geweigerd. Hij erfde niet, zoo»
als toch iicht had kunnen gebeuren,
een roeping ora „heldenrol" tc worden.
Hij had gerulmen tijd gestudeerd in Pa»
rijs cn Picq en Nanette speelden in ccn
provincïe»stadje, vèr van hun zoon op
den dag der mobilisatie. Nooit zoolang
het leven duurde zouden zij dien dag
vergeten.... dat slaan op een trommel,
het alarm: en het licht van een blau»
wen hemel, die plotseling zwart werd
voor hen: dc doodsche stilte, die rich
alom spreidde; en dan de schrille stem
van een kind: „C'eat la guerre!" Het
beven van hun ledematen hield dc va»
der en moeder gescheiden; slechts hun
blikken vonden elkaar.
Jean!" had zij gekreund.
En Jean vocht r.og steeds voor Frank
rijk en reeds leek het hun alsof dc oor»
log eeuwig was. Twee keer op twee
verjaardagen na dien vreeselijken Za»
hadden zjj samen bevende
zen opgeheven naar een portret
aan den muur en voorgewend, dat zij
vroolijk waren, en een derde verjaardag
naderde
Weest moedig en hebt vertrouwen"
schreef hun zoon, „wij zullen overwin,
nen".
Maar de gedachten, die 's nachts zijn
kleine moeder overmeesterden, in het
duister, als zij in bed lag, hielden haar
uren en uren wakker. En Pick, die
merkte welk een groote verandering dc
oorlog in haar verwekt had. was dik»
wijls voor het weirijn van zijn kleine
vrouw nog banger dan voor zijn Jean
Het lachende kamermeisje, dat tot bij»
na een kwart»eeuw na haar meisjesjaren
jong van hart en aangezicht gebleven
was. leek hem nu opeens oud en zwak
te zijn. Zoo goed zij vroeger dc eerste
W3s om een langen afstand te (oopen.
teneinde tramgeld te sparer., was zij nu
oververmoeid na een wandeling van ccn
uur. En toen zij weer terug waren "in
Parijs, voelde zij pijnen, die dc dokter
niet vermocht tc verjagen. Er was
«en kans. dat zij een engagement zcu
kunnen vervuiler».
..Het is een schande, dat zooicts net
gebeurt nu ccn dubbel salaris ons zoo
welkom zou zijn", peinsde zij 'op een
avond. De pijnen waren nog lang niet
genezen en een nieuwe dokter was al
evenmin erin geslaagd haar te genezen
als zijn voorganger. „Wij hadden van
mijn salaris kunnen leven en het jouwe
geheel kunnen wegleggen, 't Is ccn
schande, 'dat jc een invalide tot vrouw
hebt
„Een invalide?" lachte Picq, doende
alsof haar woorden hem amuseerden
„Nu. is dat nu geen onzir.? Als iemand
jou hoorde praten zou hij denker, dat
je vreeselijk ziek bent en het is slechts
ccn beetje ongesteldheid, die voorbij
planken vóór zijn verjaardag! Immers,
Nanette, als je ziekte ernstig was, zou
jc toch niet zoo bij tijden pijn hebben.
Dan moet je toch immers onafeebroken
lijden, nietwaar? Maar juist het feit,
dat je soms pijn hebt en soms volken
men gewoon bent is wel 't bewijs, dat
je geen organische riekte hebt. Hebben
de dokters dat niet allebei verklaard?"
Zij knikte cn probeerde te glim»
lichen. Haar lichlach was nog meisjes»
achtig en 't trof hem. die stille lijdens*
lach op haar moe gelaat. Zijn gezicht
was verdrietig toen hij zich inpakte in
zijn dikke jas en door de nauwe
straatjes in de richting van den boule*
sard slenterde om den held te j
spelen. Een kind kwam op hem ai
bood kranten te koop aan. .Als het
laatste nieuws maar was. dat Duitsch»
land vrede verzoekt! Dat zou het beste
medicijn voor haar zijn", dacht hij.
En op den morgen vóór den verjaar»
dag st.-nd zijn niet „weer op de plan»
ken". Zij voel-J» zich zooveel minder,
dst zij, geschokt, zich vastklemde aan
Picq.
„Luister, ik zal je wat vertellen", riep
hij uit. „Wij gaan een grooteo geleerde
ontbieden, die jou zonder verder tijd»
verlies moet genezen. Deze dokter is
mij te langzaam. Misschien dat zijn raid»
delen op den langen duur wel zullen
helpen, maar ik wil jou niet langer zoo
zien lijden. Nanette. Wij zullen een
beroemd dokter halen en meteen een
eind aan die kwelling maken. Ik heb
spijt, dat ik het niet veel eerder gedaan
heb. Ik ga nu meteen. Ik ga naar zijn
huis en zal bem vragen hier te komen.
!k wil den besten dokter van Parijs
hier hebben
„Mais non. mais non!" fluisterde
Nanette angstig. „Het zooveel geld
kosten, cbéri waar denk je aan?
Ik zal zoo ook heusch wel beter wor
den. Je moet maar niet zoo op mij let»
tenIk ben een laffe vrouw. Maar
ik ben ook nooit ziek geweest weet jc.
Toe. Picq, ik zal zóó heusch wel gene»
1".
..Het kan mij niet schelen wat het
kost. Ik heb besloten", verklaarde
Picq ..En het zal ook niet zoo'n kapf»
taa! kosten. Maar hoe het zij, of het
veertig francs is of vijfhonderd, ik heb
inijn plan gemaakt. Ik ga oogenblikke»
k naar hem toe om alles te vertellen,
k wil den gclecrdsten dokter van Pa»
ijs. van FrankrijkWees stil. mig»
nonnc. Probeer te slapen. Wij hebben
eindelijk den kortsten weg gekozen
wiï waren dom genoeg om net niet da»
delijk te doencn op zijn hoogst
binnen een week ben je totaal beter"
Nooit in haar leven had Nanette er»
aan gedacht, veertig francs ineens te
besteden aan een dokter. Zij wist dat zij
niet zou kunnen slapen van de gedach»
te aan die groote uitgave. Maarals
zijn hulp haar zou genezen en zjj ton
spoedig weer eer. salaris verdienen.—.
„Wat een last ben ik voor je ge»
worden m'n lieve man", weeklaagde
zij. streelcnd met haar kleine handen
langs rijn arm.
„Pas op. Je moet alapen. terwijl ik
weg ben. Nanette!" beval Picq tccdcr»
ernstig.
Zij sloot haar oogen glimlachend,
om te liggen en te denken over de „last
die zij geworden was voor hem", cn
Picq gin» op zoek naar den knapstcn
dokter. Maar eerst moest hij nog naar
den dokter, die thans Nanette behan»
delde.
'duivel met dc kosten! Als je genezen
naar huis komt, zullen wij ccn groot
tceat hebben om het dubbeio feit to
vieren. Nanette, het is nutteloos om te»
gen te spreken. Ik zweer, dat wij dezen
keer een paar goudstukken zullen ver.
teren voor een souper op den boulc»
vard. En je moet je rose zijden japon
aandoen!"
Petit bonhomme, wil je iets liefs
voor mo doen?" vroeg zij zucht
„Oh.... nu ga je iets doms vragen
„Neen, Picq, wij zullen dat souper
:bben op den boulevard. Na dc croo»
kosten, die je voor mij zult heobtn
moeten maken, komen een paar goud»
stukken meer ot minder er niet op
tanMaarlaten wij Jean's ver»
aardag vanavond vieren, zooals vroe
ger ij moeten. Wij hebben het nooit
overgeslagen. Ik zou er niet vin kun»
nen slapen als wij dezen dag zouden
vergeten. Toe Picq. denk aan het ge»
vaar. waarin hij verkeert. Breng chain»
pagnc mee, zooals je altijd gedaan
rieotAls het voor mij niet goed is,
ral ik er niet van meedrinken, maar
haal dc champagne in elk geval
Mijn ziekte mag zijn feest niet vers to.
ren, Picq. Haal de feestwijn cn we zul»
len mijn leed een oogenblik vergeten.
Als het feest van Jean voorbij is....
morgen.... zal ik heusch naar het zie*
kenhuts gaan cn misschien ben ik dan
yóór Kerstmis nog beterOh. liefste.
ik zal morgen zooveel moediger zijn
«ls wij vanavaond ons feest hebben ge
had".
„Goed, goed", zei Picq vroolijk.
„Maar liet zal niet leuk voor mij zijn
als ik alléén moet drinken. Ik ral den
dokter gaan vragen of je ook ccn glas
mag hebben"
Hij ging naar buiten en telefoneerde
nasr den specialist op zijn weg naar
het theater.
,Het is de verjaardag van onzen
ecnigen zoon, dokter". pleitte hij.
..Onze jongen, die in den oorlog is
U begrijpt, het is zijn verjajidag.
„Eén glas champagne? Ja. Dat zal
niet hinderen", antwoordde de stem
van den geleerde. „Maar geen opwin»
dine hoor. En geen zwaar eten. Mor»
gen cn overmorgen zal zij op dieet Ie»
ven cn den dag daarna zullen wij ope»
Dat woord „operecren" door den
hoorn schokte Picq opnieuw. Het ver-
bijsterde hem, dat iemand het zoo
luchthartig cn bijna vroolijk uit kon
spreken. Het geschreeuw van een kran»
ten jongen schrikte hem op uit zijn ge»
peins. „AU Duitschland maar vrede
wilde sluiten!" dacht hij onmiddellijk.
„Dan zou zij niet zooveel denken a»n
Jean en dc operatie...."
Gedurende de voorstelling stond dc
flesch goedkoope champagne tusschcn
de pijpjes schmink en dc dooren poe»
der op zijn tafel in de kleedkamer, cn
tijdens zijn wachten in dc derde acte
zat hij ernaar tc kijken, denkend aar.
de dagen, dat rijn jongen in het 20e
regiment een kleine zachte baby was
geweest en zijn nu zoo zieke vrouw
ccn engel van blijheid en Icvcnsvrcug»
dc. Het was hem dien morgen door
den specialist niet verzwegen, d.it <!e
operatic hoogst ernstig zou rijn, dat
ziin Kerstfeest misschien wel erg trcu.
tig en eenzaam zou wordenen hij
soeldc zich ziek bij de gedachte aan de
komende drie dagen. Dan zou zijn
lieve, kleine vrouw daar zwijgend neer»
liggen cn wachten op de langverbeide
loen het motief voor de onverwachte genezing en zijn Jean zou met zoovele
visite was verklaard, trok dc dokter andcrel» tot do knieën in de sneeuw
de veronderstelling in twijfel, dat zijn
behandeling verbeterd kon worden.
Ala ar een andere meenmg. dokter'
stamelde» Picq.
„Uitstekend, als u die verlangt moet
haar vragen", en de dokter haalde
zijr. schouders op. „Maar uw vrouw
heeft slechts voort tc gaan met
medicijnen, die ik voorgeschreven
heb...."
-Dat heeft zij gedaan, dokter,
hééft rij gedaan. Dat is het juist Zij
heeft al zoo lang volgehouden, dat ik
nu hang begin te wnrden. Het is na»
tuurlijk onredelijk van mij. maar
Om de waarheid tc zeggen: deze vete»
ra an van de planken, die zonder beven
eiken avond een volle zaal aanzag, zat
hier te rillen op zijn stoel van zenuw»
achtigheid.
„Men moet van mij geen wonderen
verwachten. Ik ben geen toovenaar. In
zulke gevallen..,."
„Maar, dokter, het hooren
andere meening zou mij zoo gerust
stellen. Indien u mij het groote genoe»
gen zoudt willen doen ccn specialist te
noemen, dokter.... dc beste! Zoo een
als u zelf zoudt aanradenIk zou
u zoo dankbaar zijnIk weet niets
van al dit soort dingen Als u zoo
vriendelijk zoudt willen zijn. dokter, om
een collega van u voor mij te tclefo»
Vijf minuten Ute- vertrok hij als
een verlucht man. gelukkig. d«t hij Na
nette zou kunnen zeggen, dat zij nu
het bezoek van een specialist konden
verwachten. Morgen zou hij al komen,
in den ochtend.
„En wat kost hei wel?" vroeg Na»
nette, maar steeds vreezend, dat zulk
een bezoek dc toekomst van haar
schaden.
Toen de specialist des morgens ge»
weest wastoen Picq de straatdeur
achter hem gesloten had en weer naar
boven gestrompeld was in zijn haast
om Nanette óp te vroolijken en hij op
den rand van haar bed zat zijn wang
rustend tegen de haretoen waren
zij veis seconden stil
„Wel, wel", brscht hii ten laatste
t. „"t Is niet zoo slecht, wat! 't Is
natuurlijk een schok maar in werke»
lijkheid is het toch niet zoo erg...."
Zij kreunde zacht als een bang
kind.
„Niet doen. Picq.... niet doen. Oh,
:n operatic".
„Ja. ja, 't is ccn schok, wij hoopten
noga! op ccn spoedige genezing. Maar
in elk geval weten wij nu toch, dat
er een genezing ls. En je zult geen pijn
hebben, mignonne. Jc zult er niets van
merken. En als het dan voorbij is. m'n
kind, en je ligt daar om weer geheel
op te knappen, kom ik iedcren dag
hij jc en bloemen breng ik mee. En
icdercn dag zal ik jo beter en sterker
terugzien. Op mijn woord, ik zou daar
wel om willen wedden. En later zul je
eraan denken, als aan ccn gelukkigen
tijd
Maar tranen waren op haar van smart
ertrokken gelaat.
„En het is Jean's verjaardag", huilde
rij.
„Ja. het treft noodlottig. Er is niets
aan te doen. Maar wij zullen in elk
geval ons feest hebben, als je weer
.thuiskomt cnluisterluister
gaar. Misschien ben je al lang weer bclWij zullen zijn heil drinken in een
vóór .Tear's vefjaardag.En d:c wordt groot restaurant op den boulevard. Wij
staan en met bevroren vingers zijn ge»
weer hanteeren.Dat zou zijn Kerst»
feest zijn.
Hoe zou Nanette het dragen om van
hem weg tc zijn? Alleen met vreemden
in een ziekenhuis? En dan het moment,
dat zij haar zouden komen halen om
haar naar dc opcratie»tafel te brengen..
Koud zweet brak hem uit Wijl hij daar
in elkaar gedoken neerzat in de kille
kleedkamer van het theater b*d Picq
den Hemel, dat Nanette moed zou mo»
gen krijgen. Zijn kin was op zijn borst
gezonken; h>j wiegde heen cn weer.
Er was ccn korren klop op de deur.
„Binnen!" riep Picq cn iemand kwam
hem een telegram brengen.
Hij las: ,.lk heb den treurigen plicht
in kennis tc moeten stellen met het
overlijden van uw zoon Jean Picq op
het veld van eer". Het was van het Mi»
nistcric van Oorlog.
„Opschieten Picq! Je hebt niet veel
tijd meer!" riep een kameraad terwijl
hij even om den hoek der deur kwam
kijken. „Groote Hemel!" En hij sprong
op hem toe.
Picq wankelde uit de armen van zijn
collega de wenteltrap van het tooneel
nn cn strekte zich om flink te lijken.
Hij verscheen op tijd ten tooneclc en
hij sprak rijn roL en speelde den held
en wachtte uit macht der gewoonte als
hem een applaus bij open doek toe»
kwam. Bij het hoogtepunt van zijn s-er»
haal. toen hij langzaam achteruit strom.
pelde cn zijn oogen gericht hield op de
eerste rij mcnschcn in de zaal. zou nic»
mand hebben kunnen vermoeden, dat
hij met zijn geestesoog door dc einde,
loosheid van «1 die gezichten heen
staarde naar het verbrijzelde lichaam
in zijn zoon
liet doek viel. Het stuk was uit cn
hij wankelde terug naar zü" klccdka»
mer. De flesch champagne op zhn kap»
tafel was het eerste ding, dat hij zag
„Mijn vrouw", schreeuwde hij cn zonk
schokkend neer op een stoel.
Een paar tooneelspclers waren hem
gevolgd. Vriendschap cn medelijden
omringden hem.
„Ik zie haar gezicht reeds voor mij als
ik het vertel..." kreunde Picq „Ik
zie haar gezicht Hoe moet ik het voor
haar verbergen? Vanavond mag zij het
niet weten, het zou haar dood zijn;
hoe kan ik het al d:e weken \cr»
zwijgen tot zij beter is? Dat kan toch
niet
.Arme kerel. Je moet het probccrcn.
Picq. Wees moedig. Tijd heelt won»
der.Zij murmelden nutteloozc
woorden.
Haar vóór tc moeten liegen, eiken
keer. als ik in het ziekenhuis kom.
«■eek in en week uit. misschien maan»
den lang! En dan ab zij' zoo gelukkig
is weer beter tc zijn, dan moet ik haar
hef vreesclijkste bekennen! Oh, oh. oh.
ik weet. dat ik niet dc eenigste vader
ben, die zoo zwaar getroffen wordt
zij is niet dc eenige moeder, maar
„Zou het misschien niet beter zijn
het haar nu maar ineens tc zeggen
waagde cr één op te merken.
Hij schudde ongeduldig zijn hoofd,
het snikkende hoofd, waarvan de krul»
!en van den jeugdigen held nog neer»
hingen.
„Het zou ccn moord zin. Ik ben ge»
wiarschuwd. dat alle opwinding voor
haar vermeden moet worden. En nu.
vanavond, nu zij piobcercn wil vroo»
lijk en gelukkig tc zijn, zou ik naar bin.
'nen gaan en zeggen: „Hij is gedood!
Ik mag het haar niet eerder zeggen
dan na haar genezing. Ik moet haar
vroolijk houden, ik moet mijn best
doen een goede bui voor te wenden,
maarik heb den moed niet om naar
huis te gaan".
Dat was de waarheid. Hij had den
moed niet om naar huis te gaan.
„Zij wacht op mij: ik moet mij snel
veikleeden", zcidc hij cn begon dadc»
lijk, maar zelfs toen hij zich geheel cn
al verkleed had en klaar was om naar
huis tc gaan. kwam de 'vrees weer in
hem en bleef hij dralend hangen in zijn
stoel.
„Zij ligt op mij te wachten", her»
haalde hij zacht: „Ik moet naur huis
toe". Terwijl in het theater de lichten
werden gedoofd, herhaalde hij maar
steeds: ..Zij ligt op mij te wachten, ik
moet gaan". Zij hadden een rijtuig voor
htm gehaald cn hij voelde zijn bccnen
zoo onbetrouwbaar, dat hij er in toe»
stemde ermee naar huis te rijden, of»
schoon een rijtuig voor hem eea groote
vreelae geleek. Maar hij zou het nemen:
er viel niet aan te twijfelen, dat hij
niet in staat was om naar huis te loo»
Kn. althans niet zoo gauw. dat rijn
ige wegblijven onopgemerkt zou zijn
Nanette mocht niet ongerust gemaakt
worden. Hij lag verslagen achterover in
het rijtuig, zijn hand om den hals van
de flesch champagne. „Weest moedig,
doe vroolijk", ried hij zichzelf aan.
„Maar haar gevoel is zoo zuiver. Zij
zal het zonder aanleiding toch vermoc»
den". Op dun dreungang van het rij»
tuig overweldigde hem de macht zijner
verbeelding; hij zag hoo Nanette alles
begreep alleen door hem aan tc zien..
dc afkeer in haar oogenzijn mach»
teloosheid om haar tc troosten
..Dood!" Hij bemerkte roet ccn schok,
dar Hij het zelf nog niet eens ten volle
beseft had. „Jean is doood!" Jean, die
zoo levenslustig en gezond was. Zijn
vlugheid, zijn lach. zijn idealen, rijn
werklust, al de zoo innig bekende
eigenschappen, die Jcan vcrtcgenwoor»
dijden, waren opeens weg. Zijn hersens
konden het niet bevatten.
liet rijtuig verraste hem door stil te
blijven staan.
Zooals hij gezegd h*d: zij deed haar
best vroolijk te zijn. Zij had haar vrees
niet overwonnen, maar deed moeite
haar te verbergen. Zjj verwelkomde
hem met ccn glimlach. „Champagne en
ccn rijtuig! Wat volgt?"
„Ja, wat zeg jc daar van? Ik had
haast om naar huis te komen. Hoe is
het met jou. chérie, heeft de avond
lang geduurd? Welnu, er is goed
nieuw».... je mag ccn glas champagm
hebben!"
d de dokter het goed?"
.Hij zei: „Oh ja", onmiddellijk! Ik
j zeker niet geprobeerd hebben hem
over tc halen, dat zou dwaasheid gc»
weest zijn. Ik vertelde hem de reden,
maar ik probeerde niet zijn besluit te
beïnvloeden".
„Wat zie je er moe uit Hoe ging het
anavond?"
,£r was een goede zaalDrie keer
teruggeroepen na dc eerste acte en vier
keer" na de derde! Wat ccn honger
heb ik, ma petite.... en wat een dorst!
Ik kan niet wachten om mijn schoenen
uit te trekken! Het idee lokt mij aan.
Wat? Zie ik daar mijn lievelingsgi
recht? Zie ik saucijsjes?"
„Ik kon helaas niet uitgaan om w:
bloemen te halen, chérl, cn ik vergat
het aan jou te vragen", zei Nanette
langzaam. „Maar je zult genoeg te
eten vinden".
„En jij? Wat is er voor jou? Laat
mij de peluw nchte» je ópzetten,
mignonne. dan kun je ritten. En nu
open dc flesch! Ik ben geen deskundi»
gc in dat werk maaraha.... datT
komt het! Pas op voor de knal
Haha! Ticns! Hij was schitterend. Dat
zal heerlijk smaken. Nanette, sapristi,
wat bruist dat!
H(j gaf haar een vol glas in dc hand
en hun blikken wendden naar het beeld
aan den muur.
„Welnu, kleine vrouwtje, de rede
voor Jcan! Op onzen jongen, op onzen
lieveling Jeanf Moge dc Hemel nem ze»
genen!
..Moge de Hemel hem zegenen" weende
de moeder. Zij staarden samen naar het
portret en zwegen geruimen ty"d,
„Zou hij nu aan ons denken. Pica?"
vroeg Nanette eindelijk zacht. „Mis»
schlen riet hij ons zoo wel staan voor
zijn portret...."
„Ik zou zeggen van ja", antwoordde
Picq. „Hij weet dat wij nooit zijn ver»
jaardag zouden* vergeten. Dat weet hij".
„Als.... als hij leeft", fluisterde zij-
„Waarom zouden wij daaraan twijfe»
len?" Zijn arm omvatte en steunde
haar. „Wij hebben onszelve al zoo dik»
wjjls angstig gemaakt! En altijd lééfde
hij nog. Drink nog eens. mignonne. De
champagne is heerlijk, vind je niet?
Het zou mij niet verwonderen ab zoo'n
flesch op den boulevard vijftien francs
zou kosten
Jc meet gaan ritten, Picq en eerst
eten".
„Straks lieveling, straks. De champag
ne is zoo heerlijk; ik kan mijn neus cr
niet van wegnemenen ik geloof
achteraf, dat ik meer dorst dan hop»
ger heb".
Petit bonhomme. petit bonhom
meklaagde zij bijna onhoorbaar.
„Wat is dat. Waarom ..petit bon»
homme" op zulk een toon? Wat maakt
je bezorgd over mij, Nanette?"
„Denk je dat ik blind ben? Dacht
je dat je het voor mij verbergen kon?
Je handen trillen en je oogen zijn
rood. Zoo. toen jc binnen kwam zag ik
het al. Je hebt den gchcclen avond
gemarteld door dc gedachte over die
opcrjtit^
„Oh neen. oh neen, mignonne. Als ik
erdriet heb. dan is het niet om dc
operatic, want dat is niet zoo erg, al
klinkt het nog zoo vrcesclijk in onze
ooren. Zc zeggen dat het ccn heel alle»
daagsch ic?s is, zooal* het trekken van
ccn tand. Dat zei de dokter zelf:
„Meneer, het is niets, 't is niet erger
dan het trekken van ccn tand". Ik
heb verdriet, mignonne. n!s ik wel
eens verdriet heb.... omdat ik denk
dat jij je erover bezorgd maakt, dat je
bang bent om naar het ziekenhuis tc
gaan. Als ik je toch maar duidelijk kon
maken, dat er niets is, waarvoor je bc»
hoeft tc vrcczen".
„Ik weet, dat ik laf ben Ik heb het
jc vroeger al zoo vaak gezegd. Jean
heeft zijn moed alleen van jouOh,
ik schaam mij zelfs als ik eraan denk
wat hij allemaal te verduren heeft cn
hoe moedig hij het draagt. En hier ben
ikbang voor alles. Hij heeft geen
heldin tot moeder!"
„Ik verbied jc dat te zeggen, mignon»
Hij weet. dat het met waar is".
„Hij houdt Immers tóch van me,
PicqNietwaar, Jcan houd je niet
van ie kleine moeder?" Het portret
hing tc hoog voor haar. „Neem het van
den muur, Picq", smeekte zij. ..Als iü
van plaats kon ruilen met jou, mijn
zoon! Ik zou er den moep voor vin
den, al zou ik hc» eerste uur vergaan
van angstOh. mijn kleine jongen.
mijn kleine jongen! En ik was zoo blij
dat hij een jongetje was
,Je moogt jc niet zoo opwinden. Na»
nette", waarschuwde Picq met beven»
de stem. „Ik kan liet niet aanhooren....
Zul jc soms spijt hebben dat hij een
Jongen was als hij het Oorlogskruis
draagt? Ik wil met jc wedden, aat hij
dat op zijn minst ontvangt. Ik zie je
al bezig het eiken morgen to poetsen.
Ncein je glas mignonne, om dc waar»
heid te zeggen: ik heb ccn idéé, dat hij
terug zal komen sis „kapitein"! Wat
een triomf voor ons. Nanette...» gc
zond en sterk en kapitein! Stel het je
eens voor. Op zijn leeftijd! Neem je
g'as Nanette. Dien dag zullen zij heel
dc stad versieren en jij zult zeggen,
dat Jc het ..altijd wel geweten hebt".
Kom. kom. Nanette, neem je glas. Wij
zullen zii-.i verjaardag vieren. Heil, mijn
zoon! Heil! Wij drinken ®p jouw toe»
komst! Een dronk op ons spoedig weer»
zien
Dié woorden kwamen Picq weer voor
den geest, toen hij 's nachts niet sla»
pen kon. Nanette droomde, rij ver»
moeddo niets.
En zij bleef zonder eenig vermoe»
den gedurende de komende dagen in
het ziekenhuis. Maar zij was niettemin
oan dc grootsto ongst ten prooi. Niet
voor haarzelve men zei immers, dot
de operatic goed afgcloopen was
maar voor Jcan. Als zij ontwaakte iu
den vroegen morgen kwam het over
haar cn heel dun langen eenzamen dag
was haar gedachte aan het van bloed
overtogen front. De verpleegsters waar»
schuwden Picq. dat haar angst gevaar»
lijk was voor haar herstel en hij pro»
beerde haar te kolmeercn. Maar het
baatte niet. het deed eerder kwaad
dan goed. want mét betraande oogen
kreur.de zij steeds: ..Als hij sneuvelt.
Picq! Als hij sneuveltcn wrong
bet laken krampachtig ineen. „Mij heeft
alles nog vóór zich: heel zijn toekomst
als advocaathij was zoo gelukkig
zoo dankbaar voor het leven. Oh.
Picq, als hij toch eens sneuvelen
zou
„Hu zal niet sterven, Nanette. Is
mijn liefde voor hem niet even groot «ls
dc jouwe? En je riet toch. dat ik niet
hang bun. Ik zweer jc, ik ben niet
bang! Laat je vrees toch varen, m'n
liefst Wordt spoedig beter cn sterk".
En opnieuw vroeg hij zich radeloos af:
„Hoe moet ik het haar zeggen, als zij
eenmaal beter is?"
Toen kwam de eerste Kerstdag
Toen kwam de eerste ochtend van
Kerstmis, waarop dc doktCT hem weg»
zond uit haar kamer cn hem verbijster»
de met de mededeeling, dat sij nooit
meer beter zou worden. „De ornstan»
digbeden zijn gewijzigd", hij moest „zich
voorbereiden op het ergste"....
Zij was óók voorbereid. Hij had
verwacht, dat zij smakeloos van angst
zou zijn, zij. het „laffe" vrouwtje, aat
.zoo bang was geweest voor de opera»
tic, maar zij had kalm gesproken over
haar naderenden dood. Haar vrees voor
Jean was het, haar toeqèmendc vrees
voor Jean, die haar laatste uren zwaar
maakte. „Pctit bonhomme" fluisterde zij
„Dit is het eindeals ik slechts
mocht weten, dat hij veilig is.... dat
hij gesnaard zal blijven
En Piek worstelde iets weg in zijn
keel, liet zich kalm wcgvticrcn door
den dokter. Heel den dag liep hij op
straat. Om het kwartier was hij aan het
ziekenhuis om naar haar tc vragen. Na
zes uur mocht hij weer bij haar komen
en blijven.
„Picq, dit is het eindehoorde
hij haar steeds weer zeggen, terwijl hij
slenterde door dc stilic straten. „Het
haar het einde. En cr is niets,
dat ik kan doen".
En een kind kwam naar hem toe
met kranten.
Toen keerde hij zich om en snelde
terug naar het ziekenhuis. De liefdevolle
verpleegsters lieten hem toe cn hij
bracht haar het groote nieuws ia de
weinige uren. die haar nog restten. Hij
deed net voorkomen alsof Duitschland
den vrede had gevraagd. Als hij ver»
plicht was op een toon van krank zin»
nigc verheuging te spreken, kon hij dat
nu doen; hij had geen reden meer zijn
tranen te weerhouden. Tranen stroom»
den langs zijn wangen, terwijl hij zijn
heldenrol speelde, zijn rol, die hem
noopte uit de diepste ontroering over
te gaan tot de hoogste, geveinsde vreug»
de. alleen om haar tc laten denken,
daf dc oorlog gewonnen was.
,4k breng goed nieuwshet groot
ste! Maar ik vertel het jc. liefste, al*
je stil bent. Luister. Nanettee mijn lie»
veling. ina petite mignonne. onze jon»
gen is veilig. Het gevaar is geweken
zal spoedig thuiskomen. De Duit»
icrs zijn verslagen... Do vrede is
getcekcndlk ben terug gerend om
bet je te vertellen. Wij hebben ge»
wonnen! Parijs is waanzinnig! De bou»
icvards zijn zwart van dc mcnschcn
Ik ben doof van het gejuich cn dc
vreugde-kretenHet is voorbij....
Het is voorbijHet is alles in orde.
WIJ doen afstand van Elzas-Lotharin-
Amerika zal helpen om dc oor»
logsschnde te herstellen... Dc solda
ten komen terug.. Ik hub geschreeuwd.
NanetteIk heb gehuild als een
kind. Ecre zli God! Frankrijk heeft ge»
•onncnVive la France!"
„.lean leeft nog!" kreunde zij.
„Hij leeftl Nanette, onze jongen
komt terug!"
Toen glimlachte zij mat cn sloot haar
oogen cn het scheen alsof zij jonger
werd in dc laatste uren van haar le
ven..
En dc reine Kerstnacht was vol
mystieke wjjding over Parijs gedaald,
toen Picq eenzaam weer buiten liep.
Hoog in den hooge zongen de torens
hun vrome liederen over de stille stad.
„Vrede op aarde; In dc mcnschcn een
welbehagen
En Picq stond stil ernaar tc luisteren.
Hi; dacht weer aan zijn dierbaar klein
vrouwtje, zoon!; hij haar nu voor het
laatst gezien had, dc handen gevou*
wen cn dc oogen gesloten cn vrede op
haar lief gelaat
„En schoon zijn nu weet. dat het Ieq»
gen was", sprak hij hardop, „zal het
geen teleurstelling meer voor haar zijn
nu zij hem bij zich heeft.
En de klokken speelden hun heiligen
zang
„Vrede op aarde. Vrede op aar»
de
En in hem daalde oneindige vrede
na geleden leed