ZIJN HELDENROL HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 24 DEC. 1925 kinderen, iCe even klagelijk «Is valsch de ruimte van de lucht door de spleet van de brievenbus hun -glory to the new boni King" uw huis in ringen- De kinderen wachten vandaar waarschijnlijk de naam „waits") op het opengaan van de deur en verwachten een penny. Zij nemen min of meer de houding aan dat de penny hun niet kan worden geweigerd cn wannen.- het wachten wat lang duurt hantceren zij met kracht den klopper, dien elke En» gelsche huisdeur bez::. De kinderen, die ccn ganschen avond deur voor deuT te» werken, vullen de avondstraat met wee» moedige klanken Zij vormen de cede» rijpte leden van het gilde der ..waits". De hoogste plaats 00 "dit gebied wordt 'n-v. ingenomen door de zangers van het koor van Lloyds, die op late middagen tegen Kerstmis in hun kantoorgebouw, de Koninklijke Beurs in de City. de nijvere schare van klerken, boekhouders en typisten, die willen komen luisteren, vergasten op hce h.ken Kerstrang. Zangvereeaigingen maken tegen Kerst» mis ook „waitsVochten door de dis» tTKten van baar domicilie. Met is de eenige tijd van het jaar dat het bestaart van Engelsche zangve.-ecnSgingcn rich in sonore volumen van klank openbaart; en do liederen die deze zangverecnigtngen jaar vervolgen. en den avond inzingen, klinken meestal goed. Maar algemeen gesproken rijn de ..writs" niet populair. De bedoeling van de vocale en instrumentale prestaties is gewoonlijk het publick gaven in geld afhandig te maken. En hoewel de weldadigheidszin in deze dagen hier werkelijk verheffend ls, kan men moeilijk nagaan of alle gif» ten aan de ..waits" wel goede philan» tropio zijn. Indien men de spofplaten mag gelooven. dan hebben de ..waits" het v»*k hard te verduren en is hun receptie aan de huizen verte van vricn» delijk- KERSTMIS EN BIJGELOOF Ik zal mij tot «en paar voorbeelden bepalen De Kerstpudding, die alle i^-jen van een huisgezin moeten helpen berei» den aidien zij prijs stellen op een gc» inkkig Nieuwjaar, mag niet gebroken uit den vorm komen; dat be teekent ccn doode in de naaste familie En indien de Kerstversieringen en vooral du „mist letoe" niet voor „Twelfth Day" (Driekoningenavond) uit het huis zijn verwijderd, blijven kwade en noodlot» tige geesten de bewoners het gansche goed! Parbleu! Jij staat alweer op de zullen de schade inhalen. Naar den een gegeven van LEONARD MERRI :v Nadruk verboden. Toen hij zich een beroep gekozen had, groot en er waren vele vacanties. waar» toen hij ondanks de vele tegenwerp in» in zij hcclcmaal geen salaris kregen, gen tooneelspeler geworden was. had Dikwijls gebeurde het dar het geld. dit zijn vader zich beicedigd gevoeld. Zijn zij met ccn tournee hadden verdiend, vader was de hoedenmaker in de Rue weggesmolten was vóór de volgende de La Paroisse. De winkel was niet begon. Maar elke honderd francs, die zij bloeiend ia Ville»Nogant deden de kónden wegleggen geleek een mijlpaü mecschea erg lang met ccn hoed maar hst was toch op zijn minst een winkel en de oude man wcoschte dat zijn zoon achtenswaardig zou zijn. Zoo Ls Frankrijk. De kleine Fraasche hoe» denmaker wist niet dat aan den over» kant van het Kanaal cn ciders de zonen en dochters van adellijke families zelfs aan het tooneel gaan. cn hij zou het niet geloofd hebben indien men het hem verteld had. Eens beleedigde de zoon van oen kleinen Franschen zakenman zijn vader door aan het tooneel te gaan, en hij werd de Kevelicg van de wereld; maar deze hoedenmakerszoon wist zich niet zoo onvergetelijk te onderscheiden Eerlijk gezegd, onderscheidde hij tich in het geheel niet. Veie, vele jaren later drukte de hoedenmaker den tooneelspe» Ier de hand en zei zwakjes: .Als ik dood ben neem dan een hoed, mijn arme OlivieT. De Hemel weet. dat je er ccn noodig hebt!" Een hoed en zijn zegen dat was vrijwel alles, wat de oude man te schenken had. In rijn jeugd-droomen dag»dro©» men achter de toonbank had Olivier Pïcq zich zelf gezien als een vooraan» staand min in Parijs, die hartstochte» lijk zijn liefde verklaarde aan beroemde actrices. Maar rijn engagementen w ren zóó verschillend gebleken van rijn vele droomen. dat hij zelfs niet één keertje het tot een heldenrol had kun» nen brengen, nog niet in het kelinste ge» hucht In de provincie. Geen directeur wenachte hem als een held te beschou» wen Langzaam maar zeker had hij op» Behouden ernaar te verlangen. En nog langzamer had hij zelfs de verwachting op andere rollen van eenige beteekenis opgegeven. Hij was de onnoozele ka» merdieaaar. die opkwam met het kamermeisje om uit te leggen wat de hoofdfiguren tusscben de bedrijven had» den geoian. Hij was de sukkel, die zin» looze opmerkingen moest maken opdat de eerste komiek daarop zou kunnen antwoorden met iets grappigs. Hij wxs de levensmoede verduisteraar. die zelf» moord pleegde in de eerste acte en snel zijn pruik omwisselde (helaas niet zijn stem!) om het onbelangrijke mannetje te gaan voorstellen, dat de tragische tij» ding moest overbrengen aan de wedu» .Aha", zegt de lezer, „hij was niet handig; daarom kwam hij niet vooruif aan het tooneel!" Nu. het is niet gezegd, dat Picq een genie was. Voor rollen, zooals hij speelde, bezat hij zelfs geen tritgesi ken bekwaamheid. Maar de waarl is. dat hij ia de rol van romantische held. welke hij nooit had gespeeld, be» slist goed geweest zou rijn. Het Lachen» de kamermeisje zei gewoonlijk, dat hij schitterend geweest zou zijn! Dikwijls klaagden zij over het weinige geluk, d.'-T hen ten deel gevallen was. wanneer 2:j hand in hand terugblikten op de ja* rer. van strijd. Hij haa het kamermeisje getrouwd. „Oh. ik raad a! hoe dit verhaal af» loopt!" zegt de lezer ..Hij werd ten» slotte toch een leidend man in Parijs!" Zoo gebeurde het ook meneer. Maar niet zoo voorspoedig als u zoudt den» ken. Picq, verslagen door de plotselin» gc verandering, werd bevorderd tot eer» sten acteur bij een wederopvoering in een boulevard»theater. en moest den held spelenden verleidelijken. ga» lanten. jongen heldtoen hij lijdend was aan spit in den rug en den acht»en* vijftig»jarigen leeftijd had bereikt. Ziet u. de meeste tooneelspelers van militairen leeftijd waren óf aan het front óf in de hospitalen, terwijl talrij» ke beroemde actrices werkten als ver» plcegster. Want het was oorlog. Een theater «directeur, die den moed had een stuk op te voeren, moest rich vee! op» offeringen getroosten en het publiek wss toegeeflijk. Het accepteerde den. ouden man als jongen held. Hij kreeg applaus. En wijl hij bombasr reciteerde over het voetlicht de vurige Ual der liefde, waarvan hij veertig jaar geleden achter de toonbank bad staan droomen deed hij dat met een hart. dat van angst verscheurd werd voor zijn eigen jongen, die in de loopgraven was Toen Jean als een baby had liggen slapen, hadden de kleine»rol!en»acteur en het kamermeisje samen aan zijn wieg gereten en gesnroken over al de mooie dingen, die hii zou doen als hij eenmaal groot was. Niet aan het too» necldaarvan hadden zij beiden de bctoovering overleefd; hij moest advo* ent worden. „Het is zoo deftig, lieve» lino", zei het kamermeisje. ..En er is geld voor hem te verdienen, m'n kind", sómdc cc vader in. En gedurende hun halve leven hadder. rii geschraapt en ge» sjiiurd om dat idea*! voor hem te ver» wezenlijken. Hun salarissen waren niet op hun reis. Slechts één kleine weelde veroorloofden zij zichzelve jaarlijks, üp Jean's verjaardag was het de gewoonte van Picq een flesch goedkoope ch.im» tiagne mcc naar huis tc brengen. Ilur. even mocht arm zijn, de maaltijd mocht nugcr zijn. dp vacanties mochten lang zijnmaar op Jean's verjaardag moest er vreugde heersehen. En in ccn slordige pension «slaapkamer (twéé ka» mers was te duur voor arme tooneelspe» Iers, die hun zoon advocaat wilden la ten worden) klonk het paar vroolijk dc glazen op zijn toekomst. „Nanette, m'n kleine vrouw, wjj rijn al deze jaren niet ongelukkig geweest, ofschoon je jezelf vergooid hebt door met mij te trouwen, niet?" placht Picq te zeggen, baar tecder omarmend. En Nanette, die er nog altijd zoo jong uit» zag aLs zij op haar trouwdag was ge» wfcest in de oogen van Picq tenmin» vermocht dan te antwoorden met ieta moois in haar stem: „Lieveling, ik heb den Hemel op mijn knieën eiken avond gedankt voor dat „mijzelf ver gooien" „Dal neemt niet weg, dat het je zon der mij misschien veel beter zou rijn gegaandat je misschien naam ge» maakt zoudt hebben". „Dwaasheid. Zeg liever, dat ik jou teruggehouden heb: als jij alleen geble. ven was, zou je opgeklommen zijn tot de hoogste sport van dc ladder der bc« roemdheid. Ohneeik kar. er niet aan denken. Ik ben een struikelblok voor je geweest Dan plicht Picq haah met vuur tegen te spreken en uit te roepen: „Maar Na» nette, wat maal ik om het toonpel? Hebben wij dan niet elkaar en on ren Jean? Is dat geen rijkdom genoeg'5 Oh. Jean zai beroemd worden, hij zal een groot advocaat zijn en de trots van ons beiden.. Jean heeft de hersens Door zeldzaam toeval had Jean. toer. hij oud genoeg was om eigen plannen te maken voor zijn toekomst, hun voor» stel niet geweigerd. Hij erfde niet, zoo» als toch iicht had kunnen gebeuren, een roeping ora „heldenrol" tc worden. Hij had gerulmen tijd gestudeerd in Pa» rijs cn Picq en Nanette speelden in ccn provincïe»stadje, vèr van hun zoon op den dag der mobilisatie. Nooit zoolang het leven duurde zouden zij dien dag vergeten.... dat slaan op een trommel, het alarm: en het licht van een blau» wen hemel, die plotseling zwart werd voor hen: dc doodsche stilte, die rich alom spreidde; en dan de schrille stem van een kind: „C'eat la guerre!" Het beven van hun ledematen hield dc va» der en moeder gescheiden; slechts hun blikken vonden elkaar. Jean!" had zij gekreund. En Jean vocht r.og steeds voor Frank rijk en reeds leek het hun alsof dc oor» log eeuwig was. Twee keer op twee verjaardagen na dien vreeselijken Za» hadden zjj samen bevende zen opgeheven naar een portret aan den muur en voorgewend, dat zij vroolijk waren, en een derde verjaardag naderde Weest moedig en hebt vertrouwen" schreef hun zoon, „wij zullen overwin, nen". Maar de gedachten, die 's nachts zijn kleine moeder overmeesterden, in het duister, als zij in bed lag, hielden haar uren en uren wakker. En Pick, die merkte welk een groote verandering dc oorlog in haar verwekt had. was dik» wijls voor het weirijn van zijn kleine vrouw nog banger dan voor zijn Jean Het lachende kamermeisje, dat tot bij» na een kwart»eeuw na haar meisjesjaren jong van hart en aangezicht gebleven was. leek hem nu opeens oud en zwak te zijn. Zoo goed zij vroeger dc eerste W3s om een langen afstand te (oopen. teneinde tramgeld te sparer., was zij nu oververmoeid na een wandeling van ccn uur. En toen zij weer terug waren "in Parijs, voelde zij pijnen, die dc dokter niet vermocht tc verjagen. Er was «en kans. dat zij een engagement zcu kunnen vervuiler». ..Het is een schande, dat zooicts net gebeurt nu ccn dubbel salaris ons zoo welkom zou zijn", peinsde zij 'op een avond. De pijnen waren nog lang niet genezen en een nieuwe dokter was al evenmin erin geslaagd haar te genezen als zijn voorganger. „Wij hadden van mijn salaris kunnen leven en het jouwe geheel kunnen wegleggen, 't Is ccn schande, 'dat jc een invalide tot vrouw hebt „Een invalide?" lachte Picq, doende alsof haar woorden hem amuseerden „Nu. is dat nu geen onzir.? Als iemand jou hoorde praten zou hij denker, dat je vreeselijk ziek bent en het is slechts ccn beetje ongesteldheid, die voorbij planken vóór zijn verjaardag! Immers, Nanette, als je ziekte ernstig was, zou jc toch niet zoo bij tijden pijn hebben. Dan moet je toch immers onafeebroken lijden, nietwaar? Maar juist het feit, dat je soms pijn hebt en soms volken men gewoon bent is wel 't bewijs, dat je geen organische riekte hebt. Hebben de dokters dat niet allebei verklaard?" Zij knikte cn probeerde te glim» lichen. Haar lichlach was nog meisjes» achtig en 't trof hem. die stille lijdens* lach op haar moe gelaat. Zijn gezicht was verdrietig toen hij zich inpakte in zijn dikke jas en door de nauwe straatjes in de richting van den boule* sard slenterde om den held te j spelen. Een kind kwam op hem ai bood kranten te koop aan. .Als het laatste nieuws maar was. dat Duitsch» land vrede verzoekt! Dat zou het beste medicijn voor haar zijn", dacht hij. En op den morgen vóór den verjaar» dag st.-nd zijn niet „weer op de plan» ken". Zij voel-J» zich zooveel minder, dst zij, geschokt, zich vastklemde aan Picq. „Luister, ik zal je wat vertellen", riep hij uit. „Wij gaan een grooteo geleerde ontbieden, die jou zonder verder tijd» verlies moet genezen. Deze dokter is mij te langzaam. Misschien dat zijn raid» delen op den langen duur wel zullen helpen, maar ik wil jou niet langer zoo zien lijden. Nanette. Wij zullen een beroemd dokter halen en meteen een eind aan die kwelling maken. Ik heb spijt, dat ik het niet veel eerder gedaan heb. Ik ga nu meteen. Ik ga naar zijn huis en zal bem vragen hier te komen. !k wil den besten dokter van Parijs hier hebben „Mais non. mais non!" fluisterde Nanette angstig. „Het zooveel geld kosten, cbéri waar denk je aan? Ik zal zoo ook heusch wel beter wor den. Je moet maar niet zoo op mij let» tenIk ben een laffe vrouw. Maar ik ben ook nooit ziek geweest weet jc. Toe. Picq, ik zal zóó heusch wel gene» 1". ..Het kan mij niet schelen wat het kost. Ik heb besloten", verklaarde Picq ..En het zal ook niet zoo'n kapf» taa! kosten. Maar hoe het zij, of het veertig francs is of vijfhonderd, ik heb inijn plan gemaakt. Ik ga oogenblikke» k naar hem toe om alles te vertellen, k wil den gclecrdsten dokter van Pa» ijs. van FrankrijkWees stil. mig» nonnc. Probeer te slapen. Wij hebben eindelijk den kortsten weg gekozen wiï waren dom genoeg om net niet da» delijk te doencn op zijn hoogst binnen een week ben je totaal beter" Nooit in haar leven had Nanette er» aan gedacht, veertig francs ineens te besteden aan een dokter. Zij wist dat zij niet zou kunnen slapen van de gedach» te aan die groote uitgave. Maarals zijn hulp haar zou genezen en zjj ton spoedig weer eer. salaris verdienen.—. „Wat een last ben ik voor je ge» worden m'n lieve man", weeklaagde zij. streelcnd met haar kleine handen langs rijn arm. „Pas op. Je moet alapen. terwijl ik weg ben. Nanette!" beval Picq tccdcr» ernstig. Zij sloot haar oogen glimlachend, om te liggen en te denken over de „last die zij geworden was voor hem", cn Picq gin» op zoek naar den knapstcn dokter. Maar eerst moest hij nog naar den dokter, die thans Nanette behan» delde. 'duivel met dc kosten! Als je genezen naar huis komt, zullen wij ccn groot tceat hebben om het dubbeio feit to vieren. Nanette, het is nutteloos om te» gen te spreken. Ik zweer, dat wij dezen keer een paar goudstukken zullen ver. teren voor een souper op den boulc» vard. En je moet je rose zijden japon aandoen!" Petit bonhomme, wil je iets liefs voor mo doen?" vroeg zij zucht „Oh.... nu ga je iets doms vragen „Neen, Picq, wij zullen dat souper :bben op den boulevard. Na dc croo» kosten, die je voor mij zult heobtn moeten maken, komen een paar goud» stukken meer ot minder er niet op tanMaarlaten wij Jean's ver» aardag vanavond vieren, zooals vroe ger ij moeten. Wij hebben het nooit overgeslagen. Ik zou er niet vin kun» nen slapen als wij dezen dag zouden vergeten. Toe Picq. denk aan het ge» vaar. waarin hij verkeert. Breng chain» pagnc mee, zooals je altijd gedaan rieotAls het voor mij niet goed is, ral ik er niet van meedrinken, maar haal dc champagne in elk geval Mijn ziekte mag zijn feest niet vers to. ren, Picq. Haal de feestwijn cn we zul» len mijn leed een oogenblik vergeten. Als het feest van Jean voorbij is.... morgen.... zal ik heusch naar het zie* kenhuts gaan cn misschien ben ik dan yóór Kerstmis nog beterOh. liefste. ik zal morgen zooveel moediger zijn «ls wij vanavaond ons feest hebben ge had". „Goed, goed", zei Picq vroolijk. „Maar liet zal niet leuk voor mij zijn als ik alléén moet drinken. Ik ral den dokter gaan vragen of je ook ccn glas mag hebben" Hij ging naar buiten en telefoneerde nasr den specialist op zijn weg naar het theater. ,Het is de verjaardag van onzen ecnigen zoon, dokter". pleitte hij. ..Onze jongen, die in den oorlog is U begrijpt, het is zijn verjajidag. „Eén glas champagne? Ja. Dat zal niet hinderen", antwoordde de stem van den geleerde. „Maar geen opwin» dine hoor. En geen zwaar eten. Mor» gen cn overmorgen zal zij op dieet Ie» ven cn den dag daarna zullen wij ope» Dat woord „operecren" door den hoorn schokte Picq opnieuw. Het ver- bijsterde hem, dat iemand het zoo luchthartig cn bijna vroolijk uit kon spreken. Het geschreeuw van een kran» ten jongen schrikte hem op uit zijn ge» peins. „AU Duitschland maar vrede wilde sluiten!" dacht hij onmiddellijk. „Dan zou zij niet zooveel denken a»n Jean en dc operatie...." Gedurende de voorstelling stond dc flesch goedkoope champagne tusschcn de pijpjes schmink en dc dooren poe» der op zijn tafel in de kleedkamer, cn tijdens zijn wachten in dc derde acte zat hij ernaar tc kijken, denkend aar. de dagen, dat rijn jongen in het 20e regiment een kleine zachte baby was geweest en zijn nu zoo zieke vrouw ccn engel van blijheid en Icvcnsvrcug» dc. Het was hem dien morgen door den specialist niet verzwegen, d.it <!e operatic hoogst ernstig zou rijn, dat ziin Kerstfeest misschien wel erg trcu. tig en eenzaam zou wordenen hij soeldc zich ziek bij de gedachte aan de komende drie dagen. Dan zou zijn lieve, kleine vrouw daar zwijgend neer» liggen cn wachten op de langverbeide loen het motief voor de onverwachte genezing en zijn Jean zou met zoovele visite was verklaard, trok dc dokter andcrel» tot do knieën in de sneeuw de veronderstelling in twijfel, dat zijn behandeling verbeterd kon worden. Ala ar een andere meenmg. dokter' stamelde» Picq. „Uitstekend, als u die verlangt moet haar vragen", en de dokter haalde zijr. schouders op. „Maar uw vrouw heeft slechts voort tc gaan met medicijnen, die ik voorgeschreven heb...." -Dat heeft zij gedaan, dokter, hééft rij gedaan. Dat is het juist Zij heeft al zoo lang volgehouden, dat ik nu hang begin te wnrden. Het is na» tuurlijk onredelijk van mij. maar Om de waarheid tc zeggen: deze vete» ra an van de planken, die zonder beven eiken avond een volle zaal aanzag, zat hier te rillen op zijn stoel van zenuw» achtigheid. „Men moet van mij geen wonderen verwachten. Ik ben geen toovenaar. In zulke gevallen..,." „Maar, dokter, het hooren andere meening zou mij zoo gerust stellen. Indien u mij het groote genoe» gen zoudt willen doen ccn specialist te noemen, dokter.... dc beste! Zoo een als u zelf zoudt aanradenIk zou u zoo dankbaar zijnIk weet niets van al dit soort dingen Als u zoo vriendelijk zoudt willen zijn. dokter, om een collega van u voor mij te tclefo» Vijf minuten Ute- vertrok hij als een verlucht man. gelukkig. d«t hij Na nette zou kunnen zeggen, dat zij nu het bezoek van een specialist konden verwachten. Morgen zou hij al komen, in den ochtend. „En wat kost hei wel?" vroeg Na» nette, maar steeds vreezend, dat zulk een bezoek dc toekomst van haar schaden. Toen de specialist des morgens ge» weest wastoen Picq de straatdeur achter hem gesloten had en weer naar boven gestrompeld was in zijn haast om Nanette óp te vroolijken en hij op den rand van haar bed zat zijn wang rustend tegen de haretoen waren zij veis seconden stil „Wel, wel", brscht hii ten laatste t. „"t Is niet zoo slecht, wat! 't Is natuurlijk een schok maar in werke» lijkheid is het toch niet zoo erg...." Zij kreunde zacht als een bang kind. „Niet doen. Picq.... niet doen. Oh, :n operatic". „Ja. ja, 't is ccn schok, wij hoopten noga! op ccn spoedige genezing. Maar in elk geval weten wij nu toch, dat er een genezing ls. En je zult geen pijn hebben, mignonne. Jc zult er niets van merken. En als het dan voorbij is. m'n kind, en je ligt daar om weer geheel op te knappen, kom ik iedcren dag hij jc en bloemen breng ik mee. En icdercn dag zal ik jo beter en sterker terugzien. Op mijn woord, ik zou daar wel om willen wedden. En later zul je eraan denken, als aan ccn gelukkigen tijd Maar tranen waren op haar van smart ertrokken gelaat. „En het is Jean's verjaardag", huilde rij. „Ja. het treft noodlottig. Er is niets aan te doen. Maar wij zullen in elk geval ons feest hebben, als je weer .thuiskomt cnluisterluister gaar. Misschien ben je al lang weer bclWij zullen zijn heil drinken in een vóór .Tear's vefjaardag.En d:c wordt groot restaurant op den boulevard. Wij staan en met bevroren vingers zijn ge» weer hanteeren.Dat zou zijn Kerst» feest zijn. Hoe zou Nanette het dragen om van hem weg tc zijn? Alleen met vreemden in een ziekenhuis? En dan het moment, dat zij haar zouden komen halen om haar naar dc opcratie»tafel te brengen.. Koud zweet brak hem uit Wijl hij daar in elkaar gedoken neerzat in de kille kleedkamer van het theater b*d Picq den Hemel, dat Nanette moed zou mo» gen krijgen. Zijn kin was op zijn borst gezonken; h>j wiegde heen cn weer. Er was ccn korren klop op de deur. „Binnen!" riep Picq cn iemand kwam hem een telegram brengen. Hij las: ,.lk heb den treurigen plicht in kennis tc moeten stellen met het overlijden van uw zoon Jean Picq op het veld van eer". Het was van het Mi» nistcric van Oorlog. „Opschieten Picq! Je hebt niet veel tijd meer!" riep een kameraad terwijl hij even om den hoek der deur kwam kijken. „Groote Hemel!" En hij sprong op hem toe. Picq wankelde uit de armen van zijn collega de wenteltrap van het tooneel nn cn strekte zich om flink te lijken. Hij verscheen op tijd ten tooneclc en hij sprak rijn roL en speelde den held en wachtte uit macht der gewoonte als hem een applaus bij open doek toe» kwam. Bij het hoogtepunt van zijn s-er» haal. toen hij langzaam achteruit strom. pelde cn zijn oogen gericht hield op de eerste rij mcnschcn in de zaal. zou nic» mand hebben kunnen vermoeden, dat hij met zijn geestesoog door dc einde, loosheid van «1 die gezichten heen staarde naar het verbrijzelde lichaam in zijn zoon liet doek viel. Het stuk was uit cn hij wankelde terug naar zü" klccdka» mer. De flesch champagne op zhn kap» tafel was het eerste ding, dat hij zag „Mijn vrouw", schreeuwde hij cn zonk schokkend neer op een stoel. Een paar tooneelspclers waren hem gevolgd. Vriendschap cn medelijden omringden hem. „Ik zie haar gezicht reeds voor mij als ik het vertel..." kreunde Picq „Ik zie haar gezicht Hoe moet ik het voor haar verbergen? Vanavond mag zij het niet weten, het zou haar dood zijn; hoe kan ik het al d:e weken \cr» zwijgen tot zij beter is? Dat kan toch niet .Arme kerel. Je moet het probccrcn. Picq. Wees moedig. Tijd heelt won» der.Zij murmelden nutteloozc woorden. Haar vóór tc moeten liegen, eiken keer. als ik in het ziekenhuis kom. «■eek in en week uit. misschien maan» den lang! En dan ab zij' zoo gelukkig is weer beter tc zijn, dan moet ik haar hef vreesclijkste bekennen! Oh, oh. oh. ik weet. dat ik niet dc eenigste vader ben, die zoo zwaar getroffen wordt zij is niet dc eenige moeder, maar „Zou het misschien niet beter zijn het haar nu maar ineens tc zeggen waagde cr één op te merken. Hij schudde ongeduldig zijn hoofd, het snikkende hoofd, waarvan de krul» !en van den jeugdigen held nog neer» hingen. „Het zou ccn moord zin. Ik ben ge» wiarschuwd. dat alle opwinding voor haar vermeden moet worden. En nu. vanavond, nu zij piobcercn wil vroo» lijk en gelukkig tc zijn, zou ik naar bin. 'nen gaan en zeggen: „Hij is gedood! Ik mag het haar niet eerder zeggen dan na haar genezing. Ik moet haar vroolijk houden, ik moet mijn best doen een goede bui voor te wenden, maarik heb den moed niet om naar huis te gaan". Dat was de waarheid. Hij had den moed niet om naar huis te gaan. „Zij wacht op mij: ik moet mij snel veikleeden", zcidc hij cn begon dadc» lijk, maar zelfs toen hij zich geheel cn al verkleed had en klaar was om naar huis tc gaan. kwam de 'vrees weer in hem en bleef hij dralend hangen in zijn stoel. „Zij ligt op mij te wachten", her» haalde hij zacht: „Ik moet naur huis toe". Terwijl in het theater de lichten werden gedoofd, herhaalde hij maar steeds: ..Zij ligt op mij te wachten, ik moet gaan". Zij hadden een rijtuig voor htm gehaald cn hij voelde zijn bccnen zoo onbetrouwbaar, dat hij er in toe» stemde ermee naar huis te rijden, of» schoon een rijtuig voor hem eea groote vreelae geleek. Maar hij zou het nemen: er viel niet aan te twijfelen, dat hij niet in staat was om naar huis te loo» Kn. althans niet zoo gauw. dat rijn ige wegblijven onopgemerkt zou zijn Nanette mocht niet ongerust gemaakt worden. Hij lag verslagen achterover in het rijtuig, zijn hand om den hals van de flesch champagne. „Weest moedig, doe vroolijk", ried hij zichzelf aan. „Maar haar gevoel is zoo zuiver. Zij zal het zonder aanleiding toch vermoc» den". Op dun dreungang van het rij» tuig overweldigde hem de macht zijner verbeelding; hij zag hoo Nanette alles begreep alleen door hem aan tc zien.. dc afkeer in haar oogenzijn mach» teloosheid om haar tc troosten ..Dood!" Hij bemerkte roet ccn schok, dar Hij het zelf nog niet eens ten volle beseft had. „Jean is doood!" Jean, die zoo levenslustig en gezond was. Zijn vlugheid, zijn lach. zijn idealen, rijn werklust, al de zoo innig bekende eigenschappen, die Jcan vcrtcgenwoor» dijden, waren opeens weg. Zijn hersens konden het niet bevatten. liet rijtuig verraste hem door stil te blijven staan. Zooals hij gezegd h*d: zij deed haar best vroolijk te zijn. Zij had haar vrees niet overwonnen, maar deed moeite haar te verbergen. Zjj verwelkomde hem met ccn glimlach. „Champagne en ccn rijtuig! Wat volgt?" „Ja, wat zeg jc daar van? Ik had haast om naar huis te komen. Hoe is het met jou. chérie, heeft de avond lang geduurd? Welnu, er is goed nieuw».... je mag ccn glas champagm hebben!" d de dokter het goed?" .Hij zei: „Oh ja", onmiddellijk! Ik j zeker niet geprobeerd hebben hem over tc halen, dat zou dwaasheid gc» weest zijn. Ik vertelde hem de reden, maar ik probeerde niet zijn besluit te beïnvloeden". „Wat zie je er moe uit Hoe ging het anavond?" ,£r was een goede zaalDrie keer teruggeroepen na dc eerste acte en vier keer" na de derde! Wat ccn honger heb ik, ma petite.... en wat een dorst! Ik kan niet wachten om mijn schoenen uit te trekken! Het idee lokt mij aan. Wat? Zie ik daar mijn lievelingsgi recht? Zie ik saucijsjes?" „Ik kon helaas niet uitgaan om w: bloemen te halen, chérl, cn ik vergat het aan jou te vragen", zei Nanette langzaam. „Maar je zult genoeg te eten vinden". „En jij? Wat is er voor jou? Laat mij de peluw nchte» je ópzetten, mignonne. dan kun je ritten. En nu open dc flesch! Ik ben geen deskundi» gc in dat werk maaraha.... datT komt het! Pas op voor de knal Haha! Ticns! Hij was schitterend. Dat zal heerlijk smaken. Nanette, sapristi, wat bruist dat! H(j gaf haar een vol glas in dc hand en hun blikken wendden naar het beeld aan den muur. „Welnu, kleine vrouwtje, de rede voor Jcan! Op onzen jongen, op onzen lieveling Jeanf Moge dc Hemel nem ze» genen! ..Moge de Hemel hem zegenen" weende de moeder. Zij staarden samen naar het portret en zwegen geruimen ty"d, „Zou hij nu aan ons denken. Pica?" vroeg Nanette eindelijk zacht. „Mis» schlen riet hij ons zoo wel staan voor zijn portret...." „Ik zou zeggen van ja", antwoordde Picq. „Hij weet dat wij nooit zijn ver» jaardag zouden* vergeten. Dat weet hij". „Als.... als hij leeft", fluisterde zij- „Waarom zouden wij daaraan twijfe» len?" Zijn arm omvatte en steunde haar. „Wij hebben onszelve al zoo dik» wjjls angstig gemaakt! En altijd lééfde hij nog. Drink nog eens. mignonne. De champagne is heerlijk, vind je niet? Het zou mij niet verwonderen ab zoo'n flesch op den boulevard vijftien francs zou kosten Jc meet gaan ritten, Picq en eerst eten". „Straks lieveling, straks. De champag ne is zoo heerlijk; ik kan mijn neus cr niet van wegnemenen ik geloof achteraf, dat ik meer dorst dan hop» ger heb". Petit bonhomme. petit bonhom meklaagde zij bijna onhoorbaar. „Wat is dat. Waarom ..petit bon» homme" op zulk een toon? Wat maakt je bezorgd over mij, Nanette?" „Denk je dat ik blind ben? Dacht je dat je het voor mij verbergen kon? Je handen trillen en je oogen zijn rood. Zoo. toen jc binnen kwam zag ik het al. Je hebt den gchcclen avond gemarteld door dc gedachte over die opcrjtit^ „Oh neen. oh neen, mignonne. Als ik erdriet heb. dan is het niet om dc operatic, want dat is niet zoo erg, al klinkt het nog zoo vrcesclijk in onze ooren. Zc zeggen dat het ccn heel alle» daagsch ic?s is, zooal* het trekken van ccn tand. Dat zei de dokter zelf: „Meneer, het is niets, 't is niet erger dan het trekken van ccn tand". Ik heb verdriet, mignonne. n!s ik wel eens verdriet heb.... omdat ik denk dat jij je erover bezorgd maakt, dat je bang bent om naar het ziekenhuis tc gaan. Als ik je toch maar duidelijk kon maken, dat er niets is, waarvoor je bc» hoeft tc vrcczen". „Ik weet, dat ik laf ben Ik heb het jc vroeger al zoo vaak gezegd. Jean heeft zijn moed alleen van jouOh, ik schaam mij zelfs als ik eraan denk wat hij allemaal te verduren heeft cn hoe moedig hij het draagt. En hier ben ikbang voor alles. Hij heeft geen heldin tot moeder!" „Ik verbied jc dat te zeggen, mignon» Hij weet. dat het met waar is". „Hij houdt Immers tóch van me, PicqNietwaar, Jcan houd je niet van ie kleine moeder?" Het portret hing tc hoog voor haar. „Neem het van den muur, Picq", smeekte zij. ..Als iü van plaats kon ruilen met jou, mijn zoon! Ik zou er den moep voor vin den, al zou ik hc» eerste uur vergaan van angstOh. mijn kleine jongen. mijn kleine jongen! En ik was zoo blij dat hij een jongetje was ,Je moogt jc niet zoo opwinden. Na» nette", waarschuwde Picq met beven» de stem. „Ik kan liet niet aanhooren.... Zul jc soms spijt hebben dat hij een Jongen was als hij het Oorlogskruis draagt? Ik wil met jc wedden, aat hij dat op zijn minst ontvangt. Ik zie je al bezig het eiken morgen to poetsen. Ncein je glas mignonne, om dc waar» heid te zeggen: ik heb ccn idéé, dat hij terug zal komen sis „kapitein"! Wat een triomf voor ons. Nanette...» gc zond en sterk en kapitein! Stel het je eens voor. Op zijn leeftijd! Neem je g'as Nanette. Dien dag zullen zij heel dc stad versieren en jij zult zeggen, dat Jc het ..altijd wel geweten hebt". Kom. kom. Nanette, neem je glas. Wij zullen zii-.i verjaardag vieren. Heil, mijn zoon! Heil! Wij drinken ®p jouw toe» komst! Een dronk op ons spoedig weer» zien Dié woorden kwamen Picq weer voor den geest, toen hij 's nachts niet sla» pen kon. Nanette droomde, rij ver» moeddo niets. En zij bleef zonder eenig vermoe» den gedurende de komende dagen in het ziekenhuis. Maar zij was niettemin oan dc grootsto ongst ten prooi. Niet voor haarzelve men zei immers, dot de operatic goed afgcloopen was maar voor Jcan. Als zij ontwaakte iu den vroegen morgen kwam het over haar cn heel dun langen eenzamen dag was haar gedachte aan het van bloed overtogen front. De verpleegsters waar» schuwden Picq. dat haar angst gevaar» lijk was voor haar herstel en hij pro» beerde haar te kolmeercn. Maar het baatte niet. het deed eerder kwaad dan goed. want mét betraande oogen kreur.de zij steeds: ..Als hij sneuvelt. Picq! Als hij sneuveltcn wrong bet laken krampachtig ineen. „Mij heeft alles nog vóór zich: heel zijn toekomst als advocaathij was zoo gelukkig zoo dankbaar voor het leven. Oh. Picq, als hij toch eens sneuvelen zou „Hu zal niet sterven, Nanette. Is mijn liefde voor hem niet even groot «ls dc jouwe? En je riet toch. dat ik niet hang bun. Ik zweer jc, ik ben niet bang! Laat je vrees toch varen, m'n liefst Wordt spoedig beter cn sterk". En opnieuw vroeg hij zich radeloos af: „Hoe moet ik het haar zeggen, als zij eenmaal beter is?" Toen kwam de eerste Kerstdag Toen kwam de eerste ochtend van Kerstmis, waarop dc doktCT hem weg» zond uit haar kamer cn hem verbijster» de met de mededeeling, dat sij nooit meer beter zou worden. „De ornstan» digbeden zijn gewijzigd", hij moest „zich voorbereiden op het ergste".... Zij was óók voorbereid. Hij had verwacht, dat zij smakeloos van angst zou zijn, zij. het „laffe" vrouwtje, aat .zoo bang was geweest voor de opera» tic, maar zij had kalm gesproken over haar naderenden dood. Haar vrees voor Jean was het, haar toeqèmendc vrees voor Jean, die haar laatste uren zwaar maakte. „Pctit bonhomme" fluisterde zij „Dit is het eindeals ik slechts mocht weten, dat hij veilig is.... dat hij gesnaard zal blijven En Piek worstelde iets weg in zijn keel, liet zich kalm wcgvticrcn door den dokter. Heel den dag liep hij op straat. Om het kwartier was hij aan het ziekenhuis om naar haar tc vragen. Na zes uur mocht hij weer bij haar komen en blijven. „Picq, dit is het eindehoorde hij haar steeds weer zeggen, terwijl hij slenterde door dc stilic straten. „Het haar het einde. En cr is niets, dat ik kan doen". En een kind kwam naar hem toe met kranten. Toen keerde hij zich om en snelde terug naar het ziekenhuis. De liefdevolle verpleegsters lieten hem toe cn hij bracht haar het groote nieuws ia de weinige uren. die haar nog restten. Hij deed net voorkomen alsof Duitschland den vrede had gevraagd. Als hij ver» plicht was op een toon van krank zin» nigc verheuging te spreken, kon hij dat nu doen; hij had geen reden meer zijn tranen te weerhouden. Tranen stroom» den langs zijn wangen, terwijl hij zijn heldenrol speelde, zijn rol, die hem noopte uit de diepste ontroering over te gaan tot de hoogste, geveinsde vreug» de. alleen om haar tc laten denken, daf dc oorlog gewonnen was. ,4k breng goed nieuwshet groot ste! Maar ik vertel het jc. liefste, al* je stil bent. Luister. Nanettee mijn lie» veling. ina petite mignonne. onze jon» gen is veilig. Het gevaar is geweken zal spoedig thuiskomen. De Duit» icrs zijn verslagen... Do vrede is getcekcndlk ben terug gerend om bet je te vertellen. Wij hebben ge» wonnen! Parijs is waanzinnig! De bou» icvards zijn zwart van dc mcnschcn Ik ben doof van het gejuich cn dc vreugde-kretenHet is voorbij.... Het is voorbijHet is alles in orde. WIJ doen afstand van Elzas-Lotharin- Amerika zal helpen om dc oor» logsschnde te herstellen... Dc solda ten komen terug.. Ik hub geschreeuwd. NanetteIk heb gehuild als een kind. Ecre zli God! Frankrijk heeft ge» •onncnVive la France!" „.lean leeft nog!" kreunde zij. „Hij leeftl Nanette, onze jongen komt terug!" Toen glimlachte zij mat cn sloot haar oogen cn het scheen alsof zij jonger werd in dc laatste uren van haar le ven.. En dc reine Kerstnacht was vol mystieke wjjding over Parijs gedaald, toen Picq eenzaam weer buiten liep. Hoog in den hooge zongen de torens hun vrome liederen over de stille stad. „Vrede op aarde; In dc mcnschcn een welbehagen En Picq stond stil ernaar tc luisteren. Hi; dacht weer aan zijn dierbaar klein vrouwtje, zoon!; hij haar nu voor het laatst gezien had, dc handen gevou* wen cn dc oogen gesloten cn vrede op haar lief gelaat „En schoon zijn nu weet. dat het Ieq» gen was", sprak hij hardop, „zal het geen teleurstelling meer voor haar zijn nu zij hem bij zich heeft. En de klokken speelden hun heiligen zang „Vrede op aarde. Vrede op aar» de En in hem daalde oneindige vrede na geleden leed

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1925 | | pagina 16