HAARLEM'S DAGBLAD
BEÜRSKRONIEK
FLITSEN
ZATERDAG 10 APRIL 1926
DERDE BLAD
Gunstige ontwikkeling van de Nederlandsche
kapitaalmarkt in het eerste kwartaal van 1926.
Duitsche effecten. Rubbcrcultuur in Rusland. De
Amsterdamsche effectenbeurs.
In een vorig arttkei vexeu wij op dc ver.i
schillende symptomen, welke duidden in
de richting \an een opgaande conjunc
tuur. Daaronder waren ook dc toenemende
eruissiee. De jongste gegeven* betreffende
do Xederlan-iecliu -name
lijk de cijfers betreffende liet eerste kwar
taal, versterken one aiog in onze gunstige
verwachtingen. De enn-si<inarkt w.u. r
levendig en dc cijfers Jan. Maart 1926
etoktai al weer gunstig af bij die van dc
overeenkomstige periode van verloden jaar.
Totaal werd op do Noderiands.che markt
ecu bedrag .van f 184 wiiiiocn (v.j. fin) on.
dergebracht, wiiarvan f 93 milliocn nieu,w
kapitaal en bijna f 91 millioen conversie-
leetiLiigen, tegen v.j. reep. 61 cn 94 milliocn
Bloven dc conversies zich dus ongeveer op
hetzelfde peil bewegen, de nieuwe emis
sies stegen met niet minder dan ca. de
helft. Bezien wij verder dc nieuwe omi -
eic8 en maken wij onderscheid tuo*oheu
particuliere emissies en overlieideuitgiftcn
dan zien wij, dat in het le kwartaal 1926
do nieuwe particuliere emissies ruim 62
uiillioen gulden beliepen, tegen bijna 47
millioen in 1925, 13 milliocn in 1924 eu
nogmaals ca. 13 miliioeu in 1923. Ook liU-r
ïien we dos een belangrijke toeneming,
welke zeer toekenend U voor de opleving
van het particulier initiatief. En tcvor-
zien wij uit deze eijfens een uitgesproken
verbetering van den toestand in one eigen
land, aangezien in 1325 talrijke buiten,
landschc particuliere «mieeiee hier aan
den man gebracht werden, vooral Duit«chc
al» gevolg van het nijpende kspitaalge
brek in Duitschland. Dit was in 1926 In
yermger mate het gevak Elecbts een
zoo'n uitgifte vond plaat- en wc', die van
3,5 miüiocn dollar Rticui Elbe Union. Het
aantal particuliere Xederlantfctdio em -
sks is ilus e'.erk toegenomen, hetgeen in
derdaad een zeer gunstig verschijnsel ia.
Wanneer deze tendenz op dc emi"-ismarkt
in Isy. overige gedeelte van 190S getaand,
haafd blijft, dan kan dit jaar een gulden
bladzijde in «>r.ie ftoanciede gtsebiede-
iï!« woiden. De verwachtingen zijn in
ieder geval optimistHch. En iwantirer de
internationale verhoudingen blijven ver
beteren, ie er veel kan*, dat de rerwach-
tingen tastbare realiteit worden. Reads
zijn weer «enigs emiscie» aangekondigd.
IV Amsterdamsche Hypot!*ekbo:ik geef'-
300 aandeelen van f 1000, waarop te stor
ten 20 uit. tegen !50 voor aandeel,
houders en 175 voor vrij inschrijver-.
X>an is er nog een uitgifte van de Conti
nental Caoutchouc U. Gutla-Pereiia Oie te
Hannover van R.M. 5 millioen 8 hyp.
obL tegen 92 Ten slotte werd nog op.
gericht de Mij. voor ontginning van
woeste gronden met toepassing van *'<-«tc
«lelijke afvalstoffen: „Myvo", inet «en ka
pit aal van f 1 Bnillioen waarvan f 200.000
gestort Oprichters zijn o.a. oud minister
Trenb, W. C. Botiebnkker (dir. Koloniale
Bank) cn rtrr. R. A. Fockema (comm.
Xed. Heide Mij.),
De vercentc'iig Effectehheschermins te
Den Haag (blijft onvermoeid actie voeren
voor een betere regeling ider Duitsche vóór-
oorlog fohuldenNu werd onlangs gemeld
dat er pogingen in het werk worden kc
stelxi, om opheffing te verkrijgen van het
besluit, dat voorloopig geen nieuwe Duit-
nclie Oecningen tot de noteering ter beurze
van Amsterdam zouden worden tnegobuen
Zooalt» l>ekend narn do Vereen tig voor
den Effectenhandel dezen maatregel in
verband met do zeer onbillijke Duitse.be
valorisatie wet. Naar aanleiding van - dc/.,-
pogingen om opheffing te verkrijgen,
heoft de voornoemde verecniging zich we
derom tot den minister van financiën en
tot het Bestuur van de Veroo^ c ng voor
don effectenhandel gericht, met het drrn.
gendo verzoek, de uitsluiting niet op te
heffen tenzij voor de ivóór00rlogs*ehtilden
een hetere regeling wordt getroffen. Te
recht merkt de vereen iging Effeclenbe-
srfjsrming in haar verzoek op, dat de be
legger. de ruggegraat van dm staat, naar
behooren moet worden beschennd.
Rusland tracht zich op allerlei manieren
onafhankelijk te maken van de kapitalis
tische landen". Nu probeert het weer een
eigen rubbereultuur te scheppen. De Por
jet-nibbertrust R<- :r.» kocht namelijk door
haar'agenten in Zvrid-Amerika een aantal
rabberboorocn, voldoende om er een vier
kanten mijl mee te beplanten. Die hemen
willen naar Rusland gebracht worden,
waarna ze in de buur; van Batocm geplant
zullen worden. De Sovjetrogeering hoopt,
dat het klimaat daar gunstig xal stijn voor
de rubbercultuur. Wij hopen liet met haar
Of men het gelooven wil of niet ik
gec-f toe. dat het heel ongelooflijk klinkt
maar precies op 1 April ging de beurs
Amsterdam, 3 April.
„om". Hadden we vorige weken de stem.
mhig van do beurs in alle toonaarden
„flauw" liezongew, op eens trad een
mekeer in. do stemming werd zeer willig
•Ie affaires -Upclden zich op en de „jon
gen*" hadden wel wat anders to doen, don
milt of ui eer flauwe Aprilmoppen te
denken. Verschillende factoren deden zich
,->'Nlei], o.a, hoogere rubber- eu 6uikerprij
zen, willige stemming te New-Yoric, ver.
I«.'lering der Frarisolic financieels vooruit-
zichten, door aanneming der fiscale wets.
OXltwerpan, enz. Na de l'aasch was
handel «tiller, al bleef dc grondtoon vrij
vast. Ilier en daar brokkelden de koersen
af, Maar locta lijkt liet wel, of het ver
trouwen terugkeert. -Banken kwamen
meestal Iets hooger af.
Industricclcn moe rendeels hooger. Jur
gens was vast. De uitspraak in het proces
van een aandeelhouder tegen de hccren
van Oer is weer uitgesteld. De laatste da
gen -was de handel zeer «ril.
Blauwhoeden Vriesscvcem keert 61/2
<v. j. 6 o',) dividend uit.
Oliewaarden ongeveer op het vorige
niveau. Kohirtklijke was eerder iet® aan
geboden. Pi-rlakken vast. De laatste dagen
was de stemming voor deze afdeel mg lus
Kubl>ers konden per saldo nog vrij aar
lig mooUeren, al was hier de tendenz na
Paschfn ook minder gunstig. Enkele ver
•."■■porders kwamen aan de markt en de
den de koereen een S.tol punten inzakken.
In echespvaarten ging vrijwel niet6 om.
Toch kon de K. N. fi. M. «enige punten
monteeren, óp hel guus'.ige jaarverslag,
•jok H. A. L. was vast.
Suiker was meceta! opgewekt, op hoogere
'"ii^'anoteeringen. Vooral H. V. A. wist
van dc gunstige marktstetpming te ptofi-
teeren cn monteerde per saldo ca. 16 pun-
n tot 642. Dc mi.tere koersen verbeter
den eveneens. De laats:e dagen rond
«enige afbrokkeling plaats, op wat flauwere
Cuba-prijzen. Maar de grondtoon bleef
«oe-l. Moorman en Co. xcert op de gew.
aandeden <0 (r. j. 50 en op de pref.
a.md. 9.4 (T.j. 10 uil.
Tabakken eveneen» niet onbelangrijk
hooger. in overeen «temming met de goed.
'•.■entiling voor robberwaatdeo. De handel
h'.cef hier echter meer beperkt. Men ge
looft ter beurze, dat de makelaarstaxatios
meestal aan den p.-ssimisiischen kant p.ij
-.-.-v.ee--.. Daardoor ie de stemming hier
willig.
BEURSMAN'.
FEUILLETON
SCHITTERING
door
HYATT FREEMAN.
(Nadruk verboden.)
V'incc Harvcy kende de jongedames
Shclton niet zoo lang als ik.
Joan. Clare cn ik warfn samen op»
gegroeid. hadden zelfs samen dezelfde
bewaarschool bezocht, 's Morgens ging
ik ze afhalen en omdat ik de gunst ge»
noot een jongen te zijn, cn een jaar
ouder dan Joan, gingen zij onder mijn
geleide. Clare was de jongste. Toen zij
vijf was was ik negen, maar zelfs op
ölon jeugdigen leeftijd dorst ik mij
niet te beroemen op mijn meerdere
jaren.
Gedurende onze hoogcscliooljarcn
zag ik Clare cn Joan natuurlijk mindei
vaak. Als wc elkander eens ontmoet»
ten. liep het gesprek gewoonlijk uit op
een wedstrijd in kennis.van Euclides
cn Latijnsche grammatica, om te laten
uitkomen hoe ver wij al waren. Per*
soonlijk vond ik het dan raadzamer om
over tc gaan in ccn gesprek over hard»
loopen of cricket, op welk gebied ik
mii beter thuis gevoelde.
Op school blonk ik in 't geheel niet
uit cn Joan, geloof ik. ook niet. Maar
Clara daarentegen uitermate. Toen zc
dertien was had ze Joan cn mij ingc.
haa'.d. Ik geloof, dat ik haar toen
haatte. Ik vond het voor mij zoo b'e»
spottclijk.
Toen ik bij mijn vader in de zaak
kwam. oogstte Clare steeds nieuwe lau
weren op het college. Joan hielp haar
moeder in dc huishouding. Zij en ik
ontmoetten elkaar dikwijls. Wc waren
dikke vrienden.
Joan was a's geknipt voor dc huis»
houding. Met haar sterke, ronde armen
wist zc handig om tc gaan met potten
en pnnr.cn. Dc zachte uitdrukking op
haar gelaat, dat dikwijls zoo bleek cn
ingespannen had gebogen over dc
studieboeken scheen nu schooner te
worden door de verantwoordelijkheid
voor het welslagen van het middag»
maal en al die andere Weinigheden.
waarmede meisjes zich thuis hebben
tc bemoeien.
Joan was middelmatig, bijna plomp, j
Clara daarentegen, was slank cn lenig
een prettig figuurtje. Haar trekken wa
ren levendig, rcflcctecrcnde op elke
natuurlijke gemoedsaandoening.
Beide meisjes hadden donker bruine
oogen, maar terwijl die van Joan hel»
der en zacht waren, waren die van
Clare van ccji schittering. die alle
looilijkheden schenen te doorzien.
Toen Clare van dc universiteit kwam
met haar lauweren, vergat ik dat «k
haar eens gehaat had. Niet, dat ik zoo
ineens op haar eer gesteld was. ik
vond dat veeleer een last. die wellicht
mijn hoop zou doen vervliegen.
Maar ofschoon Clarc heel knap was,
liet zij daar niets van merken. Zc was
naar huis gekomen om wat uit tc rus»
ten, in afwachting van dc beslissing of
zij zou doorgaan in ccn of andere
„logic" of een plaats in zou nemen in
een of andere vrouwenbeweging. Ik
gaf aan geen vau beiden 'dc voorkeur,
ik had heel, heel andere idealen.
Toen verscheen Vincc Harvcy ten
tooneele.
Hij werd verondersteld knap tc zijn.
Persoonlijk kon ik het niet vinden, al»
leen cynisch. Clarc stelde zijn weten»
schap op prijs, altijd gereed om aan»
genomen conventies te bcoritiseeren.
Natuurlijk werden zij vrienden cn het
duurde niet lang of Glare vertelde mij
openhartig, dat ik jalocrsch was op
Vincc. Ja, dat was ik, dat kon ik niet
ontkennen ofschoon ik inijn uiterste
best deed om vriendelijk tegen hem
tc zijn omdat wij altijd met z'n vieren
gingen pic»niccen en dan zou twist fa»
taal zijn.
Clarc liep altijd -tusschcn ons in.
Soms besprak zij met Vince ccn gc»
wichtig onderwerp, maar tegen die
twee was ik niet opgewassen en liep
er dan bij als ccn gemuilkorfde hond,
die naar muskieten loopt tc happen
Op het criticke oogenblik kwam dan
Joan tusschenbcide om dan direct de
moeilijkheid op te lossen. Ik was er
haar altijd dankbaar voor.
Een andere keer wilde Clarc een debat
houden en koos dan eens mijn zijde.
Maar dat wilde Vmcc natuurlijk niet
cn ik moet bekennen, dat ik plezier
had in zijn misnoegen.
Eens zouden wc gaan pic»nïccen in
Aberlost Gorge, een heerlijk scha»
duwrijke plek in het bosch met een
watervalletje tusschcn rotspartijen. Dc
rotsen waren onderaan in 't geheel niet
steil, maar werden, hoe hooger zij gin»
gen steeds steiler tot loodrecht cn bij
dc top gingen zij over in de grilligste
uitwassen.
Clare en Vincc liepen voor ons uit.
Joan en ik volgden langzaam telkens
stilhoudend om tc genieten van dc
boompartijen in dc vroege zomer»
pracht.
Joan was buitengewoon stil. Ik vroeg
naar dc reden, maar zij leidde die
lachend af. Zoodra zc echter over
Clarc begon te spreken, giste ik waar
ze over dacht.
„Clarc meent niet de helft, van wat
zc zegt", begon Joan met haar lage
muzikale stem, die juist geschikt was
om een onrustige ziel te bedaren.
Ik haalde mijn schouders op. „Dat
weet ik wel".
Joan keek strak voor zich uit. Haar
uitdrukking viel mij op als grootsch.
ccn studie van emotie,, droefgeestig
cn toch resoluut echt vrouwelijk, als
wist zc op wat voor gevaarlijk terrein
zij zich ging begeven, maar tot het
uiterste zou doorzetten.
„Ze as nog jong cn een beetje over
't paard getild door haar successen,
maar 't is een goed kind, Roy. Ze
voelt zich momenteel tot Vincc ao-nge»
trokken omdat hij ccn deel van haar
kennis uitmaakt, maar ik geloof niet,
dat zij veel om hem geeft als
Joan hield plotsoilng op. als om tc
zoeken naar dc juiste uitdrukking „als
man", eindigde ze en ccn blos Irok
over haar wangen toen ze dit zei. On»
weerstaanbaar mooi was zc nu.
Ik zei niets. Ik kon niet verdragen,
dat c verontschuldigingen werden aan»
gevoerd voor Clare, Zelfs door Joan
niet. doch ik werd er niet kwaad om
Als ik ccn ander was geweest, had ik
hen beiden den mond gesnoerd, maar
ik wist niets van Clare's luimen.
„Ach. weet je. Roy, Clarc is in haar
crisisjaren", ging Joan rustig verder.
„Zc heeft tc kiezen tusschcn twee wc»
gen. en ik geloof dat zc niet weet, welke
tc moeten inslaan!
„Er ligt een prachtige toekomst voor
haar open. Met haar capaciteiten kan
zij een groot succes bereiken en dat
vooruitzicht schijnt haar aan tc trek»
ken".
„Aan den anderen kant" Joan's
lippen vertrokken zich tot oen zwak
lachje, „is zij als elk gewoon meisje.
Ik geloof, dat zij mij soms wel eens
benijdt om wat ze noemt mijn slavernij
Zij stelt zich wel eens voor, hoe zij
het klaar zou spelen in haar eigen huis»
houdentje".
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 560
HET KELDERLICHT
Vader informeert met
luider stem of er iets
niet in orde is met het
kcldcrlicht, liet wil niet
branden
moeder oppert dc ver»
onderstelling dat .Tan het
misschien bi| dc lamp
zelf heeft uitgedraaid
cn vader strompelt den
kelder in, draait het con»
tact bij de lamp maar
krijgt geen licht
vraagt of iemand het
contact boven wil om»
draaien
kijkt met spanning toe,
terwijl moeder het con»
tact cenige malen uit cn
aan knipt maar er ge»
beurt niets
roept laat maar dc
lamp is zeker stuk, hij
zal er wel een nieuwe
inzetten
heeft de lamp er net uit
als moeder roept dat zc
bij vergissing het ver»
keerde contact heeft gc»
draaid
schroeft dc lamp er weer
in, krijgt nu licht, mam-
is totaal vergeten, wat
hij in den kelder eigen»
lijk kwam doen.
(Nadruk verboden)
LANGS VERBORGEN
PADEN
Zet Avonturen uit het leven van
den beroemden Engeltchen detective
HERBERT PORTER
Vrjj bewerkt uit bet Engelsch door
ELLEN WAYLAND
(Nadruk Verboden).
36)
VIJFDE AVONTUUR
AAN DEN ANDEREN KANf.
De detective wees met een kort
handgebaar naar de deur. Dc juwelier
maakte een kleinen sleutel van den
ring los. die hij op een smalle spleet
van het veiligheidsslot drukte. Een
zncht geklik werd gehoord, een veer
die terugsprong. Een druk op ccn ro»
zet, nog eens werd de sleutel omgc»
draaid: geluidloos gleden drie groote
stalen grendels opzij.
„Laat u mij maar voorgaan".
Dc juwelier knikte; hij draaide den
knop om en trok langzaam dc deur
open, die zwaar in haar scharnieren
draaide cn zich langzaam opende.
„Kom maar".
De twee mannen gingen naar bin»
non. Een bedwelmende. bittcr»zocte
lucht, die dc heelc kamer vervulde,
kwam hun tegemoet.
„Maakt u even licht.
Dc schakelaar knikte; volop licht
doorstroomde dc kamer. De juwelier
stootte een schreeuw uit en wees met
sidderende hand naar ccn kleine werk»
tafel.
„De armbandde armband....
gestolen...."
Dc detective knikte. „Dus toch." Hij
keek aandachtig rond cn zei plotse»
ling met zachte stem: „Daar ligt
iemand".
Dc juwelier volgde den blik van den
ander cn wankelde plotseling achter»
uit.
„Bishop, mijn bediende", hijgde hij.
Herbert Porter boog zich over den
hcwegingloozcn man. „Hij is niet dood"
zei hij, nadat hij zijn oor op dc borst
I vim den jongen man had gelegd. Het
hart klopt zwak. maar regelmatig. Hij
is verdoofd. Helpt u mij even om hem
gaar buiten te dragen".
Zij tilden het beweginglooze lichaam
op en legden het op dc divan in de
I andere kamer neer. Dc detective sloot
zorgvuldig de stalen deur achter zich.
„Dat de reuk niet wegtrekt", voegde
'hij verklarend er aan toe. Daarop open
dc hij de vensters. „WatcT". Hij rukte
dc deur naar de gang open en riep: me»
„Magr ik geloof niet dat zij er nu
toe berekl is, misschien over een
jaar"»
Jk staarde Joan verbijsterd aan. Haar
woorden deden mij onwillekeurig ver»
gelijkingen maken. Ik kon mij Clare
niet indenken in een huishouding, ram»
melende met potten cn pannen. Joan
wel, wat zou dat een prachtige vrouw
zijn.
„Geduld, Rov".
Joan sprak heel kalm, maar de per»
tinentie van haar betoog trof mij als
een-barstende granaat en het ergste van
alles was, toen zij mij met haar zachte
oogen aankeek.
Gelukkig riep Clare ons juist op dat»
zelfde moment. Wij voegden ons bij
hen aan den voet van dc rotsen.
Gedurende de thee werd Yroolijk
gelachen en geschertst, tenminste door
Clare en Vince. Ook Joan sprak zoo
nu en dan een woordje mee. Ik zei
niet veel. Ik had geen lust om onzin te
vertellen.
Vince en Clare waren ijverig bezig
om dc hoogte van de rots te schatten
en overwogen de mogelijkheid om haar
te beklimmen tot een punt, waar een
struikje wilde rozen in volle bloei uit
ccn rotsspleet stak.
Het was krankzinnig om er aan te
denken, haar te beklimmen, want een
paar meter, vlak onder de struik, was
do rots loodrecht.
„Alles is mogelijk', teemde Vince,
cn zich tot mij wendend„Niet»
waar?"
„Jij zegt het", bitste ik, een duel
verwachtend.
Vervelend klopte hij een cigarct op
zijn duim.
„Ja, ik zeg dat het mogelijk is. dat
struikje te bereiken en een roos tc
plukken, als je -niet bang bent nafuur»
lijk.
Zijn toon prikkelde mij. Hij wilde
me tarten en ik was al op het punt
in woede uit te barsten. „Jij durft het
niet".
„Beste vriend, ik zoir niet willen, dat
ccn ander durfde, wat ik zelf niet zou
durven", teemde hij weer.
Clare's oogen straalden van genoe»
gen. Ze zag mij de hoogte meten.
„Ik geloof niet dat ik grootere laf»
aard ben dan de meeste gewone men»
schcn cn ook niet zoo'n idioot om mijn
nek te breken voor een gril".
„Toe, Rov. laat hem eens zien,
hoe je het doen moet. Ik zal zorgen
dat hij je nadoet als hij durft" opperde
zij.
Ik keek de rots eens aan. Clare's
oogen werkten als koppige wijn. Maar
het kon niet. Geen gezond denkend
mensch zou dat in zijn hoofd krijgen.
Vallen cn uitglijden v as zeker.
Clare's oogen waren voortdurend »p
mij gevestigd, waarin afwachting van
mijn besluit te lezen stond doch ik
schudde het hoofd ontkennend.
Clare leunde achterover tegen dc
rots. Haar gezicht toonde teleurstel»
ling en meer. Ofschoon het mij'
leed deed nok ik cr mij nu niet veel
van aan. 11. had dc kansen gewogen
en was overtuigd dat er niet de minste
mogelijkheid bestond om het struikje
te bereiken.
Vince lachte ccn korte, venijnige
lach, die mij door de ziel sneed. Clare
cn ik kckc-n elkander aan. Zij haalde
haar schouders op. Toen kon ik h:t
niet langer verdragen.
Ik heb wel eens gehoord van plotse»
ling opkomende gedachten. Zooiets was
mij nooit overkomen. Het was of al
mijn bloed naar het hoofd steeg en mij
alle verstandelijke vermogens ontnam
toen ik zijn lach hoorde en zijn min»
achtende gezicht zag.
Op dat moment had ik maar een
wcnsch, en wel, otn een roos van dat
struikje te plukken en die in triomph
haar aan te bieden en dan Vince Har»
vcy in zijn sarcastisch gezicht uit te
lachen.
Ik sprong op.
„Roy, blijf hier". -Dat was Joan's
stem, die zich tot een bevel ver»
hief.
Weer riep zij cn dc ernst ervan as
niet tc onlkcnncn. Ik keerde mij om
cn gaf haar tc beduiden, dat ik haar
goede bedoeling ten volle waardeerde.
Zij stond recht op. Ik gunde mij geen
tijd om de uitdrukking van haar gezicht
op tc nemen, haar armen waren beve»
lend opgeheven, maar ik gaf er geen
gevolg aan.
Het eerste gedeelte was gemakke»
lijk. Terwijl ik steeds hooger klom,
hoorde ik Joan's stem en een gevoel
van spijt kwam over mij toen ik ook
Clarc hoorde, die mij eveneens terug»
riep. Ik was blij, dat zij zioh bewust
was van de taak die zij had opgelegd.
Het volbrengen zou des te edeler zijn.
zelfs Harvey's sarcasme kon daar niets
aan af doen. Ik wist dat hij niet durf»
de. Nu was het eigenlijke werk be»
gonncn.
Ik was geen bcrocps»klauteraar.
Ik kon niet van een hoogte naar be»
neden kijken zonder duizelig te wor»
den, maar ik geloof, dat ik juist door
mijn onbedrevenheid bettfr opschoot.
Vreemde gedachten schoten door
mijn hoofd, telkens als ik mij met han»
den en voeten, zelfs tanden aan een
of ander rotsblok of uitsteeksel vast»
klampte.
Ik dacht enkel aan Joan. Dien m:d=
dag had ik iets in haar ontdekt, dar mij
nooit vroeger was opgevallen.
Zij was zoo door en door vrouwelijk
niet meisjesachtig, maar vrouwelijk.
Clarc was nog jong. Ik moet geduld
hebben.
Ik stelde mij Clare's gelaat voor als
:k haar dc roos zou overhandigen. Het
zou heerlijk zijn. Natuurlijk zou het
eenigen tijd duren voor zij zich had ge»
vocgd naar dc regels van de huishou»
ding Zij zou gelukkig zijn als zij dat
deed. Zou zij mij
Hier stond mijn verstand stil. Het
was alsof een stroom koud water over
mijn rug viel. Mijn handen grepen
een reusachtige kei, terwijl ik met dc
voet naar een steunpunt zocht. Bijna
mijn gehcclen gewicht wc-rd door mijn
armen gedragen. Neen. het was geen
verbeelding. De steen liet los en ik
hing er aan. Een volgende minuut zou»
den wij samen naar beneden storten
en ik onder het gewicht ervan verplet»
terd worden.
Beneden hadden zij mijn hachelijke
positie gezien en mijn gegil en ge»
schreeuw gehoord toen ik geen houvast
meer had.
Toen ik uitgleed zag ik nog, dat de
steen weer op zijn plaats terugviel;
met mijn knie stootte ik tegen iets
hards, ik trachtte nog een of ander
uitsteeksel te grijpen, maar miste cn
toen in een ondeelbaar oogenblik gi*
gen alle hemcl-vhe sterren aan mijn
oogen voorbij. Ik viel.
vrouw Alvarez, we hebben wat voor u
te doen".
Maud Alvarez kwam angstig binnen.
Met ontzetting keek zij naar den roer»
loos Iiggcnden bediende.
„Hij is niet dood. Misschien kunt u
me wat azijn cn een handdoek bezor»
gen?"
Het gevraagde was spoedig gebracht.
Herbert Porter wreef het gezicht van
den bediende; daarna maakte hij zijne
kleeren open cn wreef ook zijn borst.
Dc ademhaling van den patient werd
al spoedig krachtiger; eindelijk sloeg
hij dc oogen op. Hij staarde dc beide
mannen verwezen aan. Met inspanning
hief hij het hoofd op; hij keek ver»
ward om zich heen cn sprong toen
plotseling overeind.
„Wat is gebeurd?" stamelde hij.
„Daarover zult u ons beter inlichtin»
gen kunnen geven dan wij u", zei de
detective glimlachend, „Wij hebben u
bewusteloos op den grond gevonden".
Bishop greep met een angstkreet
naar zijn borst cn wierp daarna een
blik op de stalen deur.
„Jajabegon hij aarzelend.
„Ik herinner meik werd plotseling
onwel door een bedwelmende geur,
bitter»zoet, cn daaropja. dat weet
ik niet meer.ik werd opeens ont»
zettend moe
„En de platina»armband?" vroeg dc
detective.
„De armband?...» Dc armband?.."
Een zachte stem drong door dc be»
neveling van terugkeerend bewustzijn.
Mijn oogen gingen open. Alles om mij
heen was zwart. Ik sprak, maar had
niet het minste vermoeden wat ik zeL
Toch gaf die zachte stem mij arrt»
woord.
„Ik ben het Roy, Joan, Ik heb je in
mijn armen. Ja, Joan... als je het
wilt."
,Joan, Joan". Ik hoorde mijn eigen
stem op een afstand. Toen, opeens
keerde mijn volle bewustzijn tc-rug. Ik
keek haar verwonderd aan.
Ik was in bed in mijn eigen kamer.
Iemand stond er aan het voeteneind
een verpleegster waarschijnlijk,
maar ik nam er geen notitie van. Joon
boog zich over mij heen, een arm om
mijn schouders en ik gevoelde mij in»
tens gelukkig.
„Niet spreken Roy, je bent er won»
der!ijk goed afgekomen. Nu moet je
slapen."
„Heb ik wat gebroken?" herinnerde
ik mij nog te vragen.
„Neen, over een paar dagen ben je
weer geheel beter, als je don raad van
den dokter opvolgt", zei Joan.
„Ik moet nog geduid hebben, niet»
waar", zei :k.
Joan glimlachte cn ik wist, dat ze
mij begreep.
Nu"moet ik gaan en Clare vertol*
len dat je wakker bent zij is erg onge*
rust.
„Neen, Joan, ga niet meer van mij
weg".
Haar arm klemde vast om mijn
schouders, terwijl zij mij dit zachtjes
verzekerde.
,Jk ben zoo blij, dat ik gevallen ben,
zei ik. Clare benevelde mijn ge»
dachten door haar schittering. maar
jij bent altijd in mijn hart geweest
Joan en za! dit ook altijd zijn. Zeg mij
nog eens dat je mij altijd wilt toebe»
hooren."
Joan boog zich dieper over mij heen
cn kuste mij. De warmte van haar lip»
pen zei meer dan woorden.
De bediende keek den vrager wezen»
loo3 aan. „Is die er niet meer?"
„Neen. Die is verdwenen", antwoord»
de de juwelier. „Overtuig je zelf
maar". Hij opende dc pant^erdeur. De
beide heeren voerden den bediende,
die wankelend tusschcn hen in liep,
naar de werkplaats.
Bishop wierp ccn blik op de werk»
tafel cn wankelde achteruit.
..Hemclschc goedheidcn hebt u
die heusch niet weggenomen?"
Neen".
Dc bediende liet zich op den grond
neer vallen cn zocht met trillende vin»
gers in alle hoeken en gaten van dc
kleine kamer: hij zocht met een haast
die elk oogenblik koortsachtiger en ge»
jaflgdcr werd.
„Neen", hijgde hij eindelijk vertwij»
fcld, „hij is weg".
Dc defective had hem zwijgend ga»
dcgcslagen.
„Kunt u ons misschien iets meedee»
len, Mr. Bishop, dat eenig licht in deze
duistere zaak zou kunnen brengen?"
De bediende schudde treurig het
hoofd. „Ik kan u niet meer zeggen,
mijnheer, dan ik u gezegd heb".
Herbert Porter onderzocht met zijn
blikken de wanden van dc werkplaats.
Plotseling ging hij met ccn paar vlugge
passen op het kleine, vierkante venster
toe. Drie der ijzeren tralies waren van
boven en van onderen afgezaagd. Het
glas was stukgeslagen; een hoop scher»
ven glinsterde onder het raampje op
den vloer. De beide anderen waren
den detective gevolgd en keken zwij»
gend naar dc vernieling.
..Monsieur Duval heeft dus geen
woord tc veel gezegd", begon de ju»
weiier na ccn lang stilzwijgen, „toen
hij mij vertelde dat er gevaar voor den
armband bestond. Ik meende alles ge»
daan te hebben om een diefstal onmo»
gelijk te maken en nu zie ik dat
het nog nieê genoeg was
Herbert Porter bestudeerde aandach»
tig do kleine, vierkante vensterope»
ning, waarin nog enkc-le glassplinters
waren achtergebleven. Daarop richtte
hij zijn oogen op den bediende en zei
op rustigen toon: „Mijnheer Bishop, u
zult moeten toegeven, dat cr ccn zekere
verdenking tegen u zou kunnen rijzen.
IJ was de laatste die den armband in
handen hebt gehad. Er zal u zelf veel
aan gelegen zijn om uw onschuld te be»
wijzen, ik stel u daarom voor: laat u
zich fouilleercn. Als dit onderzoek,
waarvan ik overtuigd ben. niets ople»
vert, dan gaat u vrij heen".
Dc bediende antwoordde toestem»
mend: „Natuurlijk, ik zie het in. Ik
ben tot uw beschikking".
Herbert Porter knikte. „Ik verwacht»
tc ook niets anders. Overigens zie ik
dat dit raam niet buiten uitkomt. Niet
naar dc straat cn niet naar de binnen»
plaats."
De juwelier schudde ontkennend he*
hoofd. „Neen, het atelier was oor*
spronkclijk als een soort kleine ectka*
mer bedoeld. Aan den anderen kant
van dc deur, onder dit raam, loopt een
gang".
„Hoe bereikt men die gang?"
„W ij hebben maar één ingang: do
voordeur aan dc straatzijde".
„Is die voordeur gisteravond goed
gesloten?"
Maud Alvarez, die op den drempel
stond. knikte heftig van ja. ,Jk
moest ze opensluiten toen ik uit hu»
ging".
„En was er niets aan beschadigd?"
„Absoluut niets. En ik sloot de deur
van buiten weer goed af".
De blik van den speurder viel op
ccn groote stccnen kan. die op een gas*
kachel stond.
„Wat zit daarin?" vroeg hij.
„Dat is mijn theepot", lichtte de be»
diende in.
De detective knikte. „Ik mag wel
even", zei hij, terwijl hij de deksel van
den pot oplichtte cn er in keek.
„Thee", zei hij en legde de deksel er
weer op. „En wilt u nu misschien even
meegaan?" zei hij v tegen Bishop. En
met ccn handbeweging naar het echt»
paar: „Wilt u ons ccn paar minuten
verontschuldigen? Mr. Bishop zal zoo
vriendelijk zijn zich even door mij to
laten fouilleercn. Alleen maar een kle«
n« formaliteit, meer niet",
(Wordt vervolgd)»