HAARLEM'S DAGBLAD
UIT DE NATUUR
FLITSEN
ZATERDAG 19 JUNI 1926 DERDE BLAD
JUNI-AVOND.
In een vorig artikel vestigde ik e
reeds de aandaeht op dat Juni en Jul:
de mooiste maanden zijn in de natuur
en, dat het jammer is, dat de vacancies
niet een maand eerder beginnen.
We kunnen daar voorloopig i
aan veranderen en het beste is
middelen te zinnen om, ondanks het
gemis aan een vrijen dag, toch een
flinken tocht te kunnen maken. Want
■we hebben 'n ander kostelijk bezit, dat
we vroeger misten, nl. dn zomertijd.
Dan zou ik den I laarlcmschen na.
tuurvrienden willen raden: gebruik om
twaalf uur eens warm eten, steek wat
boterhammen in de rugzak cn ga om
vijf uur direct van kantoor, fabriek ol
school op dc fiets een flinken tocht
maken. Het is tot tien uur lioht,
dat er vijf heerlijke vrije uren zijn,
voldoende voor een fietstocht naar
Wijk»aan»Zee of over Spaarndam,
Halfweg en langs dc Ringvaart ot
Hoofddorp terug of, zooals ik hierom
der beschrijven zal, naar Noordwijker»
hout. Wie poëtisch aangelegd is, zal
des avonds het meest van de natuur
genieten en wie slechts tegen de warm.
te kan eveneens.
Zoo' fietstochtje naar Noordwij»
kerhout geeft een verrassende afwis:
scling in landschap cn plantengroei
Kerst do Vogclenzangschc weg. prach
tige fietsweg. het dorp Vogelenzang
door totdat we op dc Leidschcvaart
komen. We volgen deze tot den
eersten bondswijzer en slaan daar
Techts af.
De weg wordt verbeterd, zoodat wc
gedeelten moeten loopen naast de
We volgen nu den weg zuidwaarts en
passeeren de Ficltenberg, een heuvel
met eikjes en wat kaalgcwaaidc spar»
ren, waarvan de geschiedenis voor eeni»
gen tijd nog in dit blad geschreven is.
Als dc heide, waarvan gesproken
Wordt in dat art. er nog groeit, is het
in ieder geval zeer weinig, want onder
hakhout houdt deze het niet lang
uit.
We volgen nu over een afstand bol»
Ion velden, zandvlakten, afgegraven tot
op enkele decimeters boven het water»
peil, tot dat de weg cenlgc vreemde
slingeringen maakt over enkele dui»
ren, die ook spoedig weer plaats ma
ken voor bollenvelden.
Doch voer we zoover zijn. zegt mijn
tochtgenoot: „afstappen". Wc leggen
dc fietsen onzichtbaar in een duinpan
en gaan in westelijke richting cnkcic
duinen over.
Mijn tochtgenoot had namelijk een
verhaal gedaan van massa's orchideeën
die daar groeien zouden op een plekje
in de duinen.
Nu had ik een tiental jaren gele»
den daar in de buurt wel eens orchi»
deccn gevonden, maar deze waron ge»
heel er. al verdwenen door dc uitdro»
gende werking van de zandcrijvaarten
ccnerzijds en de kanalen van de Am»
sterdamsche waterleiding anderzijds,
Ken nieuw kanaal, dat juist klaargeko»
men is, zuigt als een gulzige slang
nog weer het laatste water weg uit dc
duinvlakte van bet Langevcld, waar
vroeger de prachtigste flora was.
Het verhaal van de massa's orchi»
deeën kwam mij dus zeer onverRlaar»
baar voor en dat prikkelde mijn lust
om het plekje te zien.
Ik kan den lezer ai direct verteller,
dat dit plekje mijn verwachtingen
meer dan overtroffen heeft Niet dat
het zeldzame soorten waren. Het wa
ren dc gewone brcedhladige cn onge»
vlekte orchis, die ook langs de Licdc
groeien. Maar cr stonden zeker meer
dan duizend planten op een betrekke»
lijk kleine oppervlakte cn nog een
groot aantal kienrplnntjcs, die pas over
ccnigc jaren bloeien op den koop tor
F.n wat bet merkwaardigste was?
Dit plekje had zich zoo gedurende dc
laatste tien jaar ontwikkeld want toen
ik daar vlak bi/ kampeerde tijdens den
oorlog, was cr nog duin. dat erg uit
gedroogd was door naburige zanderij»
vaarten. N'u was het duin afgegraven
tot 3040 c.M. boven het waterpeil
van het kanaal. Duindoorns hadden
zich voortgezaaid op den vochtigcn
zandbodem cn daartusschcn en langs
het water stonden honderden paarse
trossen van de orchissen.
Die kiemplantjes, kleine dingen met
een enkel blaadje en een worteltje, dat
boven op den grond zat, vond ik vroe»
gcr wel eens meer maar hoogstens een
of twee bijeen. Hier waren cr groepjes
van vijf cn acht bij elkaar en de geluk»
kige ontdekker van dit piekje maakte
Ienkele foto's van dit zeldzame geval,
We lieten ons onzr; boterhammen
goed smaken tussohen al dat moois en
spraken ook over de oorzaak van die-
rijke plantengroei, Naar alle waar»
schijnlijkheid groeiden de orchissen cr
vroeger op een hooger niveau op veen.
'Dat veen heeft men bij het ai/anden
op dc natte, diepere zandlaag later,
vullen en laten liggen cn het oude
zaad of oude knolletjes konden zich
tot flinke planten ontwikkelen.
Er groeiden ook reed» massa's dui»
zend»gulden»kruid, altijd een der eer»
sten in jonge duinvalleien, maar ver»
der nog nicls. We kunnen echter ver»
wachten dar ieder jaar mooie din»
«gen bijkomen, tenzij het terrein verder
afgezand wordt en voor bollenland
wordt bewerkt. Of dit zal gebeuren zai
ik wel te weten komen bij dc vermoe»
delijke eigenaren. Ik heb 'n stille hoop
dat dit kleine plekje met een zich her»
stellende flora eens gereserveerd zai
blijven. Het ligt echter dicht bij het
terrein waar men een renbaan voor
auto's wil maken!
We gaan nu niet verder naar het
zuiden, waar gagel cn heide groeit,
maar even terug en dan een weg langs
welke het Langevcld ingaat. Ik consta
teerde voor den tweeden keer dat
mijn oude vindplaatsen totaal uiige»
droogd waren, 't Was <lnar anders we!
heerlijk in- het duin. Grootc TOggcvel»
den stonden tc golven in den steviger
wind cn veel vogels, vooral grutto's,
■logen op, Het gc-nocmde nieuwe ka»
naai noodzaakte óns weer terug tc
gaan naar den grindweg. We hadden
ook naar het strand kunnen fietsen cn
met den wind in den rug naar Zand»
voort, maar het was juist hoog water,
zoodat we, om niet over denzclfden
- ais heen te moeten gaan, naar de
Leidschcvaart fietsten rot bij het
het station Lissc.
Daar is geen gowone weg maar een
groene strook met karresporen, waar
jc vrij goed kunt fietsen. Overal bloei
den waterlelies vlak bij den kant. De
watergentiaan in onze provincie
lang niet algemeen ('t is hier Zuid-Ilo!»
land), vertoont wel blad maar nog
niet de mooie gele trechtervormige
bloemen.
Overal zaten hengelaars en iets ver»
der was men aan het maaien en kec»
ren van iiet bijna rottende hooi. 't Is
een slcohte maand geweest voor het
innen van hooi!
Wij waren de ccnige „toeristen" op
dezen landweg, die toch vrij is voor
iedereen.
Bij IliMegom werd het al een grind»
eg, veel tc gauw naar onzen zin,
Dc sterke bries Uit het ZuidAVcstcn
gaf ons zooveel ^nclhcid, dat wc om 9
uur in Haarlem waren.
En al fietsende had'dcn wc nog ge»
legerfheid tc letten op de oeverfloru,
op de waterkers, die in Engeland als
tuinkers gegeten wordt, op de k'alunees
familie van don aronskelk met zijn uro»
matische wortel, die door jongens op
het platteland otrdcr schooltijd gegc»
ten wordt, totdat meester de scherpe
lucht ruikt cn dc vieze worteistomp
door het open raam verdwijn!. Deze
plant groeide vroeger niet in Europa,
maar heeft zich hier zeer snel ver»
spreid, Zaad komt cr nooit aan. Men
zeg', dat dit in China waar de plant
vandaan komt, wel het geval is. De
zwanebloem biocide nog niet. Krabbe»
schaar cn Kikkcrhcct zagen wc niet
in de Lcidsche vaart, die hadden we
juist bij massa's in dc zanderijvaart
bij dc orchideeën gezien. Zouden drzc
planten in dc Leidschcvaart met haar
minder zuiver cn dus voedzamer wa»
ter. dc concurrentie met andere wr.»
tenpinntcn dc dc vraat van poclslak»
u» niet tc boven komen?
Zoo kan een dergelijke fietstocht,
zelfs van gowone wegen, dc meest in»
teressante gezichtspunten openen over
de floristick van een streek.
aar zelfs den natuurliefhebber, die
op zulke details niet Ie!, wicn dc stil»
dc zomeravond, of zooals op onzen
tocht, dc t'risschc bries on de zac»
Iamachtigc bewolking in hoofdzaak
antrekt, kan ik aanraden; verander
ens dc dagelijksohc sleur, spring na
werk op d-c fiets cn maak ccn
tocht van een dertig kilometers m
onze mooie omstreken. Ook ccn pro»
baat middel tegen slapeloosheid!
C. SIPKES.
VAN HAARLEM'S DA6BLAD No. 618 DE MINUUT DIE EEN EEUW LIJKT
Om kwart voor acht heb Je aan de Kommers ge
telefoneerd dat je niet kon komen, omdat je plotse
ling koorts had gekregen en in bed moest en om 8.15
ontmoet je ze in de vestibule van de bioscoop.
(Nadruk verboden)
FEUILLETON
DOOR EIGEN KRACHT
Uit 't Duitsch.
En toch zou ze misschien ccn hard
woord gezegd hebben, maar 't werd
door 'n gevoel van bewondering terug»
gedrongen, dat zich onwillekeurig aan
haar opdrong, toen ze haar redder na»
der beschouwde, NV kon zc begrijpen
dat deze. in 't volle bewustzijn van
z.'n buitengewone kracht neerkeek op
't zwakke jonge mcisjè. Hij deze ko»
lossnlc. meer dan manslengte overtref»
fendc gestalte, behoorde het gezicht
dat niet zoozeer uitmuntte door regel»
matige trekken, dan wel door dc uit»
drukking van grootc echt mannelijke
kracht. Dp trekken waren misschien
wat te hard. tc scherp besneden, dc
neus cn mond misschien iets te groot
om eigenlijk mooi te worden genoemd,
maar men vergat dit, wanneer men in
de moedig kijkende, trouwhartige blau»
wc oogen keek. Deze, wcllioht ongeveer
-zes en twintigjarige jonge man, moest
beslist, volgens z'n elegant doch niet
opvallend zomerpak. dat nu dc sporen
droeg van ccn inspannenden bergtocht,
tot de betere kringen hchoorcn.
Te vergeefs- zocht dc jonge dame
naar een geschikt woord, dat niet be»
Iccdigcnd was cn waarbij zc toch haar
waardigheid ophield, om 't bclccdigend
medelijden met haar zwakheid al te
wijzen: cr schoot haar niets" tc binnen.
Anders was zc toch bij»dc»hand gc»
nocg cn steeds gereed met een ge»
schikt antwoord, maar tegenover haar
redder gevoelde zij zich merkwaardig
verlegen, iets wat zij zich niet verkla»
ren kon. zoo kwam 't dat 'i ten slotte
niets wist Ic zeggen dan: „U hebt mijn
leven «gered! Hoe kan ik u genoeg dan»
ken?"
„Nu. zoo erg is 't toch niet", nut»
woorddc hij met 'n glimlach. „Ik geloof
niet dat dc schoft 't gewaagd zou liclv
ben u ernstig kwaad te doen; maar bc»
roofd zou hij u zeker hebben. U hebt
ii, wel is waar, geducht verweerd:
maar wat kunnen deze kleine, tccre
handjes doen tegenover dc pootigc
klauwen van zoo'n monster, 't Was
echter toch. in elk geval goed, dat ik
ginds achter dat rotsblok kg. cn uw
angstkreet vernam. Alleen zoudt ge u
tegenover den schurk niet hebben kun»
iicn verdedigen".
„Ik ben helaas ongewapend".
„Natuurlijk. Over 't geheel plegen
jonge dames toch zeker niet tot aan dc
tanden gewapend tc zijn met revol»
vers, enz., als zc in dc bergen rond»
dwalen".
„Ik zal nooit meer ongewapend al»
leen uitgaan, doch steeds 'n revolver
VERHUIZEN,
door
SIMON MOS.
Dc bi'tel .boven deze vertelling doet
wellicht vele lezeressen en lezers van
ons blad reeds -gnuifem.
Menigeen herinnert z-icli over dit on«
der werp gehoord, of gelezen te he'b'ben,
van een mijner «illustere collega's Justus
van Mourïk, of Samuel Falkland, die on»
betaalbaar grappige verhalen hebben
geboekstaafd, omtrent de lotgevallen
van families die gingen vcdh-uiaen.
Ontegenzeggelijk komen bij dc ver
plaatsing van ons „'hebben en houden",
meubelen en al die voorwerpen, welke
de woning stoffeere-n cn haar behaag»
lijk en genotvol maken, voor een bui»
teivstaaind'er lüohwe-kJkieawle omstandig»
heden voor, eer alles vervoerd, uitge»
pakt, geordend e«n op zijn plaats is naar
cn in de nieuwe woning, doch zooals
dc Engelschc schrijver Jerome K. Jcro»
ine terecht zegt: „Onrzc lach js meestal
de pijn van onzen buurman. De man,
die op den spijker zitten gaat, lacht
zelden mee."
Zoo is het! Dc gezinsleden, die de
vciHhuiiziinig meemaken, hebben gewoon»
ijk geen reden tot vroolijkhe-id, al wil
ik volstrekt niet ontkennen, dut onder
veel narigheden, dikwijls de vroolijkc
noot niet ontbreekt, maar de ondervin»
dingen vóór, tijdens cn na het venhui»
zen geven meer aanleiding tot ergernis
en tev ens een e-teenaardigc-n kijk op de
mentaliteit van verschillende personen,
die bij hot proces betrokken zijn. Wan»
neer jc zoo dagelijks in den tredmolen
van de sleur meeloopt, merk je som»
mi'gc tekortkomingen en gebreke a van
dc ons omringenden wiet meer op, Zij
zijn er, ong-etwijfielid altijd, maar onwil»
1 oloeur ig heb je l'eeren berusten, zij zijn
mot andere dingen vereenzelvigd, zij
zijn gewoonte geworden. Doch zoodra
kom jc ,n buitengewone omstandighe»
den, maak ic kennis met anderen, wie-u»
wc leveranciers,neringdoered-cji en vak»
lieden in dit of d'at, of je staat voor al
le mogelijke verrassingen, d«ic je niet
had voorzien, waartegen te foeteren
hopeloos i-s,
Zoo was het ook toon Jodocus Goed»
bloed mot zijn gewin van woning zou
gaan verwisselen. Men duide dit den
man niet kwalijk. Hij was geen liefheb»
her van verbuizen. In een stcwigo dertig
jaar was heit dc derde keer, dat dc heer
Goedbloed een andere woning ging be»
trekken. Een verhuisanjanial; was hij
dus met. eerder zou do kwalificatie
„hokvast" op hem van toepassing zijn
geweest. Maar nu hadden vele omstan»
d:ghodcn or toe geleid, dat hij van wo»
wing moest verwisselen. En hiermede
was een tijdperk aangebroken van voort
durende erge mts voor Jodocus. Ieder
jaar wordt geprutteld door dc meeste
huisvaders togen de schoonmaak, er
worden tal van glossen op de tel kon ja re
tcrugkccrende voorjaarssmisère gedebi»
teerd, maar is verhuizen niet tienmaal
erger cn financieel nadccügcr. „Vcifhui»
zen kost bodstroo" luidt een oud ge»
zegde. Breek eens vaste kleedcn cn lino»
leum op, neem gordijnen af, komt de
ouderdom en vaalheid eerst rcoht voor
den dag, en als een e,n ander nog cenigs»
zins bruikbaar blijft, past het niet, moet
cr fc veel aan versneden en veikalpt
worden voor het nieuwe huis, meestal
moot alles vernieuwd. Een meubelstuk,
dut toc-n het stond nog jaren mee had
gekund, doet zijn wankelbaarheid nu
terdege gevoelen, is voor het nieuwe
huis niets meer. Dit kan niet meer mee,
dat is dc moeite van overbrengen niet
meer waard, is voortdurend schering
en inslag. Wanneer behanger, stoffeer»
der, meubelmaker cn timmerman den
scepter zwaaien, is van al het oude ftt»
tol ijk niets meer bruikbaar, zc staan ver»
baasd. dat jc het er zóó lang mee hebt
gedaan. Maar „s'oor het nieuwe huns
deugt het niet meer" is ccn telkens ge»
boord wordend stopwoord.
En als Jodocus Goedbloed een cn
ander in twijfel trok, beweerde, dat dit
of dat toch nog heel goed was, kwamen
mevrouw cn de dochters het tegendeel
verklaren. In een modern huis kon je
immers niet met dtic ouderwets c-hc bul»
len komen aanzetten. Jodocus zuchtte
dan maar eens en stemde maar weer
loc.
En toen kwamen de dagen bestemd
voor het inpakken van alle voorver»
pen, die wil mee mochten. Binnen kor»
ten tijd lag in dc oude woning elke ka»
nu-r overhoop. Overal stonden grootc
en kleine pakkisten, koffers manden en
doozen, bergen, houtwol, pakpapier,
hooi» en stroomassa's, die het verkeer
binnenshuis ten oonenmaic uitschakelde.
Jodocus wilde gaarne zijn ijver too»
non en in villes behulpzaam -zijn, doch
dc brave man was mtot hurnkg on in dc
oogen van zijn vrouw en dochters ab»
soluut onbruikbaar. Hot had ten ge»
volge, dat voorwerpen, die nog tot den
laarston dag dagelijks noodig konden
zijn, reeds lang waren opgeborgen rn
dichtgetimmerde kisten, waarvan de
juiste inhoud niet meer aangegeven kon
worden. Met eiken dag namen dc owgc»
meenemen, zoodat ik, onafhankelijk
van vreemde hulp, mezelf kan bescher»
„U zoudt, over 't geheel, beter doen,
door niet alleen in de bcrgbosschen
rond tc dwalen", gaf dc jonge man op
een ernstig berispenden toon ten anf»
woord. ,,U' kunt toch. indien soms de
een of andere ruwe boerenjongen, die
't u met plompe opdringerigheid zou
lastig maken, niet dadelijk met dc rc.
volvcr antwoorden. Er schuilt reeds 'n
gevaar in de mogelijkheid van naar
een wapen te moeten grijpen, waaraan
"n jong meisje zich niet moet bloot»
stellen. Indien u nu vandaag een re»
volvcr bij u had gehad, als 't n gelukt
was, door dit wapen, in den strijd met
den roofzucbtigcn landloopcr, dc over»
winning te behalen, als u hem door een
schot had geveld, met wat voor gevoel
zuudt u dan op dit oogenblik voor 't
lijk van den door u. al was 't ook uit
zelfverdediging, vermoorde staan?"
Het gezicht van dc jonge dame werd
donkerrood, haar zwarte oogen .schit»
teren toornig. Zij vond 't onverdragc»
lijk om door een jongen man die. nau»
w olijks tien jaar ouder kon zijn dan zij,
zoo uit dc hoogte, cn als ccn kind on»
derwezen en berispt tc worden. Met
scherpe, koude stem antwoordde zc,
terwijl zc daarbij haar vis»a=vis met
vonken schietende oogen, strijdvaardig
aankeek: „Ik zou er geen spijt van heb»
ben, ter verdediging van m'n eigen le»
neflijkheden toe. en op den laat-sten
avond in dc oude woning, konden dc
slaap» en rustgelegemheden nog alleen
bereikt worden over een barricade van
kisten, koffers en mandiën.
Maar van slapen kwam dien naoh't
niet vcc'1,
Acht uur den volgenden mo-rgon zou»
den dc verhuiswagens voorkomen. Me»
vrouw had het meisje haar wekker op
vijf uur laten zetten, om eventueel te
laat zijn tc voorkomen.
Maar m'n hemel', bromde mevrouw
toen zc haar echtvriend, om zes uur
nog gerust slapende vond, ben je nu nog
niet geklcod, Jodocus?.Hoe is 't
toch mogelijk, dat men zót> zorgeloos
kan zijn.
Maar lieve,ik stotterde
mijnheer, ik dacht toch, dat eerst om
acht uur.
Juist! Om acht uur beginnen de
mensohe-n op te iaden, dan dienen we
met alles gereed tc zijn.
Maar 't is immers pas zes uur.
sputterde mijnheer tc.gen, in vredes»
naam maar opstaand,.-.
Ja, jij hebt steeds den tijd, besloot
mevrouw, geërgerd heengaande.
Toen dc hec-r Goedbloed al een uur
geheel gekleed door dc kamers dwaalde
in dc grootste verveling, informeerde
hij. in de keuken gekomen, of hij Ti-iet
ccn' kop thee kon krijgen.
Nee! riep mevrouw, die in dc gang
zijnde, het verzoek gehoord had. wc
hebben nog geen thee!.Eerst moet
Gicntjc koffie zetten.
Koffie zetten? herhaalde Goed»
bloed. zonder ic begrijpen.
Ja, natuurlijk! bitste mevrouw, dc
verhuismunncn moeten straks koffie
bobben,
Jodocus haalde zijn schouders op:
moesten die manuien, alvorens tc wec
ken, eerst gaan koffie drinken?
Ja. half negen ongeveer, lichtte me»
vrouw toe, als zc hun boterham gaan
clc-n.Thee voor ons. dat komt wel...
drink 'n glas melk... jij weet je ook
nooit eens tc behelpen.
Toen dc mannen gearriveerd waren
cn begonnen op tc laden, liep de heer
Goedbloed in (lc gang, jui-st toen een
schrijfbureau van boven langs do trap
wepd afgebracht; in den draai van dc
eerste verdieping waren ze, toen ccn
hevig gekraak aankondigde, dat oen
poot van het bureau hot begeven had.
Wol verdord schreeuwde dc heer
des huizes, die anders nooit een onver»
togen woord sprak, in drift, nou heb 'k
zóó gczcid: „geen stukken langs dc
trap".die is te nauw.alles moet het
raam uitgelaten worden.
Hij het terugtrokken nu van het bu»
reau, kreeg, eer zc weer boven waron,
ook dc tweede-pooi eon geduchte knak.
Later bleek, dat dc verhuismannen
hot bevel om alles het rnam uit te laten,
weer letterlijk hadden opgevat, wane
mevrouw constateerde toon, dat zc elk
voorworp, ook een varentje in een
'klein koper potje, voorzichtig het raam
uit, en langs een ladder naar beneden
brachten.
Meneer had 't gozeid". beweerden zc.
Daarom duurde het opladen heel wat
ven. een moordzuchtii'cn schurk tc heh»
ben geveld. Moet ik me misschien,
omdat ik toevallig niet dc eer heb een
man tc zijn, me zonder verweer laten
mishandelen en bcrooven? Komt alleen
den heeren der schepping, den mannen,
liet recht der zclfverdedjging toe".
„Ongetwijfeld heeft ccn jong meisje
even goed ,'t recht tot zelfverdediging
als dc man. maar het moet zich niet
geheel onnoodig aan 't gevaar van 'n
strijd op leven cn dood blootstellen. Ik
voor mij geloof, dat zelf de sterkste
man, verstandig handelt, als hij een
strijd zoekt tc vermijden, waarin nooit
eer tc behalen valt, ilarrom heb ik den
roofzuchtigcn landloopcr laten ont»
vluchten, hoewel ik weet dnl ik hein
met een tweeden vuistslag legen den
grond had kunnen slaan, Als 'n man,
door avontuurlijke waaghalzerij gedrc»
ven, zoo'n nutteloozen strijd zoekt,
dan is dat misschien te vergeven, al is
't ook niet goed tc keuren, maar een
jong meisje, dat met 'n revolver gc»
wapend, zich blootstelt aan 't gevaar
van een weerzinwekkenden strijd met
landloopers en ruw gespuis, verlies!
daardoor dc grootste bekoring van de
vrouw".
Die man was onuitstaanbaar! Uit eik
zijner woorden sprak 'n afschuwelijke
zelfoverschatting, en toch school cr een
kern van waarheid in, hij had alleen
't recht niet. om ccn hent geheel vrecm»
de, zoo straf dc waarheid tc zeggen, tc
langer dan vermoad was, on bovendien'
bleek dc beschikbare ruimte in aio wa»
gens- tornauwernood voldOenidc. Feite»
lijk was zc tc knap be rokend, doch dit
lieten do mannen niet hl ij kon.
Toen een tweepersoons»sprinigmait ras
moest wonden geborgen, in con oveng-e»
bleven holte tussohen ander meubilair,
eon ruimte, die beslist te klein was,
wisten zij raad. Met vereende krachten
werd dc matras in die nauwe holte ge»
perst, cn toon er nog een decimeter of
drie bulten den wagen bleef uitsteken,
wend dc deur van dc wagen aan die zij»
de, mot alle h-ens togen ged-ukt, de-deur
dus als hefboom voor do tweede macht
gebruikt. Het was logisch, hk-r moest
daardoor iets buigen of barsten, c.n gc»
lijk later bleek, had de matras het af»
gelegd.
Ik ga maar heen. zuchtte Jodocus
in arrenmoede, ik
Ja, viel zijn vrouw door en door
boos in, jij gaat heen!... jij schuurt jc
■piek!... jij iaat ons in dc ellende... jij
geeft om niets!
Maar vrouw, luister nu eens.
Genoeg!.sChei maar uit.ga
ir. vredesnaam dan maar -heen.ik zal
wel voor alles zorgen.
Dc heer Goedbloed begaf zich met
dc tram naar hot nieuwe huis, waar de
stoffeerder bc»ai.g was, zo pais hij zci-de:
„aan ecin en ander de laatste hand te
leggen."
Dc heer Jodocus snapte die vaktaal
mot.
De laatste hand, mopp'erde hij.
maar hoven is tooh het linoleum nog
niot in alle kamers?.en ook dc gordij»
nen in de achtersuite beneden zie ik
niet aanwezig.en de canapé die over»
trokken zou wordlen, evenmin... en in
de slaapkamer boven voor is geen
Meneer! lachte de vakman, dat
komt allemaal In orde... uwe begrijpt.
enkele dingen zijn niet voorhanden,
moeten uit het buitenland komen.dat
treneert ccn beetje, uwo begrijpt...
maar 't komt in orde. begrijpt uwe?
Maar Jodocus Goedbloed begreep het
heclemaal niet.
Wat drommel! dacht hij, ik heb alles
zes weken vain té voren opgegeven en
alles zou nu kant en klaar zijn. 't Was
daardoor rn het nieuwe huis ook rom»
melig en ongezellig', er was geen aardig»
heid aan. Hij had zoo gehoopt daar eens
een rustig zi'tic te krijgen.
Eindelijk kwamen de verhuiswagens
voor dc nieuwe woning, en in omgc»
keerde volgorde van inladen, word a!»
les b-nnongedragen. Dc man-:o vonden
dit blijkbaar prettiger werk. dc nieuwe
woning was wat ruimer c-n het afladen
ging tamelijk vlug. 't Was toevallig zon»
nig dien cjag. zoodat de lui het warm
kregen en naar drinken verlangden.
Water is water, meneer, zeiden ze,
•toen Goedbloed naar de keuken ver»
Hij begreep den we.tik, liet het meisje
btcr en melk halen.
Het indragen ging daarop aanmedke»
lijk beter, cn juist wilde mijnheer daar»
over zijn tevredenheid betuigen, toen
hij eon kletterend glasgerinkel in de vc-s»
tibule waarnam. De piano had meit een
willen onderrichten waar dit in 'tgcheel
niet verlangd werd.
De jonge dame gooide, met 'n onbe»
scUrijfelijkc beweging, 't hoofd in den
nek, Met is m'n gewoonte niet om toe»
stemming tc vragen, als ik een wande»
iing wil maken", antwoordde zij, 't
\\oord toestemming flink met nadruk
uitsprekend, „tevens meen ik niet noo»
dig te hebben dat iemand me vertelt
iioe ver ik mijn wandelingen mag uit»
strekken zonder de grootste bekoring
van dc vrouw prijs te geven. Ik geef
overigens deze grootste bekoring gaar»
nc op, indien zij slechts tc winnen is
door 't prijs geven vnii allo zelfstandig»
heid cn dc vrijheid om, naar hartelust,
door bosch cn veld te dwalen".
Zij was overigens bctoovcrend, toen
zc, haar tegenstander met een trot»
schcn, vonken schietenden blik, aankij»
kend. dit afwijzend antwoord gaf
zij viel bijzonder in den smaak van den
jongen man, die vriendelijk lachend op
h.uir neerkeek,
„Laat ons vrede sluiten, juffrouw",
zei hij goedig. „Ik heb u niet willen
krenken, al vind ik ook dat u heel goed
i een raad van een veel ouderen man
kondt aannemen. Daarover kunnen we
't echter in al'e kalmte en gemoedsrust
nebben, indien u me wilt veroorloven
om u op den terugweg naar Taufcrs
tc vergezellen. Ik veronderstel nameliik
dat u na 't onaangename avontuur, dat
u zoocvcn hebt beleefd, niet van plan
der hoeken even de grootste glasnéf
aldaar geraakt en ingedrukt.
't I-s 'n omgclukkie, meneer! ve-
ontschuldigdc dc baas zich, dat k„„i
altijd gebeuren.
Het was reeds heel Iaat eer alles bim«
nen was, en toen kwamen de maijwem
.afscheid nomen, mevrouw en meneer
felioitceren mot dc niieuewe woning, en
dnformecren of zij tevreden waren.
Jodocus Goedbloed repliceerde slechts
door zijn portcmonnaic te grijpen, hij
begreep wel, dat daaruit het antwoord
moest komen.
En toen den eindelijk het werkvolk
verdwenen was. slaakte mijnbeer een
zucht aan verlichting.
Welkom, ,'n onze nieuwe woning,
vrouw! riep hij, bijzonder vriendelijk
tegen zijn eegad-c. IJc! Hè! Ik krijg hon»
gcr!.,.. Wat eten wc?
Eten? 'herhaalde mevrouw, in da
grootste verbazing, hoc is t' mogelijk!...
Je bent tooh een zeldzame egoïst!...
Jij denkt altijd maar aan je zelf... Wie
zou nu op zoo'n dag over eten durven
spreken.
Wij hadden tooh vandaag van den
kok.waagde Jodocus voorzichtig to
betoogen..
Mevrouw achtte het onn.oodiig daar»
over verder te discussieerc-n e-n ver»
d ween.
Och, odh! zuohte ze, die mannen
toch
't Was al heel iaat toen aan slapen
kon worden gedacht, maar natuurlijk
nog niet in dc slaapkamers op de bed»
den. Nee. die konden immers nog niet
ir, orde zijn. Op divans, canapé en club»
fauteuils werd, gehuld in dekens en
ovejasson, voor dien naoht rust ge»,
vonden.
Wij zijn precies fegemovenge«.field
aan een pas geëngageerd pa-ar, pa! zei
Lies je, d'e jongste dochter, terwijl ze
naar haar kamer ging, waar een rust»
bedje was geplaatst.
Zoo! zei papa, die zich behaaglijk
in een clubfauteuil genesteld had, ik ge»
vo-el me anders ook reoht blij. hoor!
Ja maar, lachte Liesje, de beken-do
grap uit een humoristisch blad lanoee»
rend, een pas verloofd paar is „oveiv
gelukkig" en wij zijn: „gelukkig over"*
ACADEMISCHE EXAMENS.
Leiden. Artsexamens eerste gedeelte
de 'heeren W. P. Maal en A. A. Mes»,
sing. Bevorderd tot 'arts de heeren J.
I laairgortel cn M. R. van Alphe-n Da
A cer Doctoraal ex. rechten de heeren
J. F. Mooy cn J- H. An-sebuetz.
UTRECHT. Doet. examen wis» en
Jiatuurk. hoofdvak plantkunde, mevr,
A. T. Haze-lhoffBakker en mej. IJ.
M. Trip. Cand, cx. wis» en natuurk. -da
heeren M. J. J. Pcetcrs, F. van det
Paauw en A. de Graaf en mej.. M. S.
Ledeboer. Cand. ex. rechten de heeren
H. van Vrodenbureh c-n J. W. des
Aom'bes. Cand. ex. geneesk. de heeren
P. C. Keestra, -S. Bockstra, PI. J. Klein
Qbbink en W. Knufman Ansi-ng.
GRONINGEN. Geslaagd voor het
kerkelijk voorbereidend examen de
heer O. S. Cazemier.
bent. zonder met 'n revolver bewapend
te zijn, uw wandeling door 't Reinwald
alleen tc vervolgen, op 't gevaar af, om
den ontvluchten landloopcr voor den
tweeden keer tc ontmoeten".
„Ik ben natuurlijk van plan om mijn
j wandeling naar hoven, door 't Rein»
wald voort te zetten".
„Dan zal ik omkeeren om u te bege»
leiden, want ik kan u niet in 't gevaar
alleen laten, cn u blootstellen aan een
tweede ontmoeting met dien kerel, U
draagt geen revolver bij u„ bedenkt u
dat wel!"
Hij sprak ernstig cn beslist, maar
toen hij over dc revolver sprak kwam
cr toch een spottend lachje op z'n lip»
pen, dat de jonge dame. ten zeerste
kwetste. Er zweefde weer een afwij»
zend antwoord op haar lippen, maar
zc mocht, tegenover haar leyensredder
niet ondankbaar zijn. En had hij bui»
tendien geen gelijk? Haar gezond ver»
stand deed 't haar inzien, hoe ze er
zich ook tegen verzette het te beken»
nen. 't Zou 'n onvergeeflijke dwaas»
heid van haar zijn, indien zij zich weer
ongewapend, aan zoo'n ougelijken
■strijd blootstelde, De dwang, dien hij
haar oplegde, ergerde haar 'te meer,
daar zc moest inzien dat hij gelijk had.
Met een kleur van ergernis zei zc dus:
„Daar u rac absoluut uw bescherming
wilt verlecnen, zal ik mijn wandeling
afbreken, en naar Taufers teruggaan",
(Wordt vervólgd). 4