PARIJSCHE MODE, ONS KLEINE LAND. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 22 JULI 1926 De japon, linjks op onze teekemog, is een afleraarcïigst kleediagstuk voor tenois en vac an tie dracht en is uitge* werd in ivoorkleurige crêpe de chine met een roode ceintuur en roode stik* seis. Een das van rood*en*witte fou* lard zijde geeft het geheel een woo* lijk effect. De andere japon is gemaakt van lila linnen met een kruissteekversie ring van een eenógszims diepere kleur. De stroohoed is lichtbruin (de zooge* naam de 2io-n>nebrand=kleutf) met een bk>emen»motief van stroo. De baret, welke bij de eerste japon gedragen wordt, is vain rood vilt. Een knippatroon voor eik der beide modelLen is verkrijgbaar in de maten 42, 44, 46 en 48 omder opgave van no. 349a of 350a. Kosten 70 cents. BAGAGE EN DE TEGEN- WOORDIGE TASSCHEN. Als een vrouw op reis gaat, moet zij het altijd tot regel maken om zooveel mogelijk de kleinigheden, waar zij thuis zooveel gemak van heeft, mede te ne* men. Doch, nu het tegenwoordig niet meer de gewoonte is met al die groote koffers op reis te gaan, zooals wij vroeger deden, vereischt het soms een heel groote vindingrijkheid om alles in de handvaliezen te krijgen; gelukkig komen alle mogelijke soorten tasschen de tegenwoordige reizigster«te hulp. Op de eerste plaats moet hier melding wor* den gemaakt van een taschje voor de toiletartikelen. Dit is een plat zakje van de een of andere stof met tallooze zakken waarin kammen, borstels, naalden en garen, haarspelden enz. doelmatig geborgen kunnen worden. Zoon zakje kan men, als men bv. een nachtreis maakt, tegen de kussens der coupé spelden, zoodat men dan gedurende den nacht al derge* lijke kleinigheden bij de hand heeft. Van zeer veel nut is ook de opvouw; bare hoedendoos, welke ons plaatje laat zien. Deze bestaat uit twee hoepels van ijzerdraad, omspannen met cretonne, terwijl de „deksel" bestaal uit ingerim* pelde en van een koord voorziene ba; nen van dezelfde stof. Aan het koord kan men die doos dragen of ophangen, naar believen. Is zij ledig, dan vallen de hoepels plat op elkander, zoodat de doos dan al heel weinig plaats inneemt Verder worden tegenwoordig veel plat; te taschjes gebruikt voor de schoenen. Ook zijn deze zeer gemakkelijk om avond ol dansschoenen in mee te ne; men als het regenachtig weer is. Ten slotte mag ook de lingerie „bewaar* plaats" niet vergeten worden. Daartoe neemt men twee gelijke stukken kar; ion, die men met cretonne bekleed, ter* wijl men er voor zorgt, dat het eene stuk wat langer is dan het andere, om de sluiting te verkrijgen. Tussehen deze twee „plankjes" legt men het ondergoed, dat, zelfs na de langste reis. op deze wijze keurig ge* streken aankomt. Beide plankjes wor* den met kleurige zijden linten aan el* kaar bevestigd en gesloten. EEN AARDIG EN TEVENS LUCHTIG JURKJE VOOR DE KLEINTJES. Geborduurde katoenen voile met rose of blauwe randen is een zeer aardige stof om jurkjes van te mak cc vc.or de kleintjes van twee tot v.ier jaar. Oins plaatje geeft er u een aardig voorbeeld van. Het bovenstuk, met een vierkant halsje, is gemaakt van effen witte voile, evenals de kleine ingezette mouwtjes. Daarop wordt het rokje, dat uit een recht stuk geborduurde en geschulpte voile bestaat, geregen. Het jurkje sluit varn achteren. Tedere vtouw, d'it 'thuis wel eens wat voor de kinderen maakt, kan dit jurkje gemak* kelijk im elkaar zetten. De voile is niet duur .en men heeft slechts ongeveer 1.25 iM. noodg. Kleine meisjes, of zij blond zijin of donker, zien er in zoo'n jurkje altijd schattig uit. Een knippatroon voor dar jurkje is verkrijgbaar onder opgave van no. 442. De kosten hiervan bedragen 55 cents. ER WORDT VEEL VOILE MET FIGUURTJES ER OF GEDRAGEN. Voile met verschillende figuren be* drukt zal dit jaar zeer veel gedragen worden en voornamelijk verscheidene strepen*comibinaties, balletjes en meet* kundige figuren zijn zeer in trek. Ook andere stoffen worden gedragen, doch alleen waschbare. Een zeer gewild mo del is de z.g. „Jongemeisjes" jurk, zooals op ons plaatje is afgebeeld. Het lijfje is tamelijk nauwsluitend, de rok is kort met eeri stolpplooi aan den voorkant voor de ruimte, korte mouwtjes "en een aardig klein kraagje met leuke zijden das. Ditzelfde model wordt ook gedragen in effen linnen, in Chineesch blauw, bois de rose, bei* ge of appelgroen en staat atlijd even charmant. Knippatroon verkrijgbaar onder no. 523. Kosten 55 ets HET GEHEIM DER JEUGD Denk niet, dat gij oud zijt, want dan zult ge uzeïven erop betrappen, dat gij u gaat gedragen alsof gij werkelijk oud zijt. Houdt uw geest jong, even* als uwe ledematen. Neem geen oud* achtige manieren aan. Roest niet vast in uwe eigen meeningen. Zorgt, dat g:j open blijft en. ontvankelijk voor over* tuigi-ag en denkt u in de gedachten van de jongere generatie. Wees niet zorgeloos in uw kleeding; let op de kleinigheden, draag aardige schoenen en neem, als gij een vrouw van middel* baren leeftijd zijt, geen gewoonten aan, die passen voor een werkelijk oude dame. Denkt nooit, dat gij te oud zijt om u te interesseeeren voor het leven of voor de mensohen. Vroeg* tijdige ouderdom is alleen een kwaal van haar die er ontvankelijk voor zijn Geef daar niet aan toe en gij zult on* dervinden, dat gjj spoedig het geheim van de eeuwige jeugd vooj een groot gedeelte hebt doorgrond. EEN VACANTIEPAKJE VOOR DE KLEUTERS. Iets heel nieuws op het gebied van vacantiepakjes voor jongens en meis* jes van 24 jaar in het „pofbroek* pakje", zooals u het op ons plaatje ziet afgebeeld. Dit pakje kan gedragen worden over andere kleertjes heen, als het een beetje guur is, of ineens over het ondergoed. Het is een buiten* gewoon geschikte utivinding voor kin* deren, die veel in het zand spelen, want door id'it pakje word't het onder* goed prachtig beschermd tegen stof en vuil en, zal het den moeders heel wat schelen dn de wasch! Het broekje is niets anders, dan een geseheiden rokje en is heel wijd en gemakkelijk zittend. Het bovenstuk, met een vier* kamt halsje, wordlt precies gemaakt als een jurkje en gaat van achteren dicht. Cretonne, bedrukt katoen of linnen is uitstekend materiaal voo.r dit pakje. Knippatrocin is verkrijgbaar onder op* gave van no. 524. Kosten 55 ets. EEN AARDIG GESCHENK. Een Moeder zegt: „Het is soms heel moeilijk om iets nuttigs uit te denken als geschenk voor een nieuwe baby, vooral wanneer men weinig tijd heeft. Ven een stuk Zwitsersch borduursel, gekocht vocxr kinderjurkjes, kan men een prachtig kussensloopje maken voor de wieg of den kinderwagen. Men gebruikt dan de geborduurde zijde voor den open kant." EENIGE WENKEN VOOR HEN, DIE GAAN VERHUIZEN. Voor hen, die gaan verhuizen mo= gen eenige wenken voor het inpakken van glas cn porselein niet onwelkom ?ijn. Vaten kan men daarvoor beter gebruiken, dan kisten; men kan die makkelijker verplaatsen. Een goed idee is het, om aan iederen kant van het vat een kussen te plaatsen en ook de opstaande wenden kan men met kus* sens of dekens „voeren". In alle hol* letjes moet men papier stoppen, zoo* dat de verschillende stukken elkaar •niet aanraken, al wordt het vat rnog zoo heen en weer gerold. Heel teer porselein kan men het best in zaagsel verpakken, maar men moet dat er zoo tussehen schudden, dat er geen enkel open plaatsje overblijft. Ook zware doozen van weikarton zijn ideale ver* pakkingsmiddelen voor dergelijk ge* rei. Maar altijd de ledige plaatsen goed met papier of zaagsel aanvullen en om de doos heen een stevig koord bin* den, zoodat rammelen of schudden •oorkomen wordt. KOFFERS PAKKEN. Nu de vacantie en de tijd van reizen nadert is het misschien ndet kwaad nog een enkele wenk te geven betreffende het pakken van koffers- Het komt veel voor, dat men zich door de drukte en het heen en weer geloop eenigszins van de wijs laat brengen. Dat is verkeerd. Begin ermee alles wat g'ij in .te pak* Ken hebt gereed te leggen en zijt gij aan het weikelijke pakken toe, houd dan deze wenken in net oog: Vooreerst pak Uw koffer stevig; dingen, die in een koffer heen en weer kunnen rollen bre ken spoedig- Leg alle zware artikelen onderin. Daarna ondergoed, netjes op* gevouwen, en dan rokken, jassen, zwaardere japonnen enz- Het is zeer aanbevelenswaardig tussehen de vou* wen vloeipapier te leggen en ook in de mouwen opgerold vloeipapier te ste* ken. Leg blouses en lachte jurken bo* ven in den bak en pak alles vol met papier, zcodat er geen ruimte over blijft. Moeten er hoeden in den koffer vul dan den bol ervan met papier en speld de randen door middel van den hoedespeld aan den bak vast- Als het eenigszins mogelijk is, pak dan geen flesschen met vloeistof gevuld in Uw koffer; is het onvermijdelijk, wikkel ze dan in een regenjas of een stuk ge* oliëd linnen en log ze noch onderop noch geheel bovenaan doch ergens in het midden zoodat ze niet kunnen breken op reis WIJZE WOORDEN. WAAROM JUIST IK? Hoe dikwijls kunnen wij dlie vraag, waarop zoo z-eildem een antwoord komt, hooren! In alle'mogelijke levens ■omistandighed'em klinikt zij ons tegen. En hoe verschillend is de toon, waar* op die vraag gedaan wordt, uit hoe* veel verschillende harten klinkt zij ■ons tegen! Sommigen, door een onge* lukkug-em samenloop van omstandig* heden plotseling uit hun zorgeloosheid gewekt en uit hun baan gesleurd, roe* pen fceraedergcslagen en treurig: „Waarom ik nu juist?" Anderen, wien het evenzoo gaat, roepen die woorden uit in oplaaienden toorn en probeeren het lot te tarten. Maar als wij later, soms pas na ja* ren, ions leven aan ons geestesoog voorbij laten trekkendan zien wij eerst goed in, dat die vertwijfelde vraag o, zoo slecht ter plaatse was; dat, integendeel, een dankbaar ge* sl'emd: „Hoe goed, dat juist ik het was!" in de plaats dezer vraag komt. „Uit hun baan gesleurd" zeide ik zoo even. Ja, vriend, was de levensbaan, welke gij tot dat oogenblik volgdet, werkelijk uwe baan; was het misschien «niet een zijweg, die ten slotte dood* geloopen zou zijn? En was het dan misschien niet beter, dat gij van dien zijweg op de rechte baan gebracht werdt? Hoeveel tijd zoudt gij verlo* re® hebben, als gij den reeds afgeleg* den weg weer terug had't moeten gaan! Het is onaangenaam om uit een levenstoestand, dien men prettig vond, gerukt tc worden, maar het is niet zoo moeilijk en zwaar, dat men er nilet toe zou kunnen komen opnieuw te beginnen. Wij zijn boos op hen. die de oorzaak zijn, dat die plotselinge wending in ons leven intreedt. Maar hoe dikwijls komt het voor, dat die personen zelf inliet weten, dat zij ons „ongeluk" veroorzaakt hebben! Hoe is dat nu te verklaren? Wij moeten nooit vergeten, dat wij niet zijn wat wij zijn door onszelven, doch dat er een hoogere Macht is, die ons leidt, die ons vaak als werktuig gebruikt, ook ten opzichte van anderen. Door* dat wij „ulit onze baan geworpen zijn" moeten zij „leeren", doch niet wij alleen, maar ook anderen. Wij le» ven in een groote gemeenschap, waar niemand „zichzelf" leeft. Allen leven wij door ons eigen leven, doch in de gemeenschap en voor die gemeen» schap. Door een „ongeluk", dat ons treft moeten wij niet alleen ons voor* deel doen, neen, onze medcmenschcn moeten van het voorbeeld leeren. Nu kan men vragen: „Waarom moet ik bet nu juist zijn?" Omdat uw karakter zoo is, dat het slechts door drastii* sch-e maatregelen op den rechten wag gebracht kan worden, terwijl anderen slechts een „afschrikwekkend voor* beeld" noodig hebben. Daarom, als ons een ongeluk treft, dan „Hoofd omhoog!" en laat ons er aan denken, dat wij er zelf wel schuld aan zullen hebben en dat wij zonder omzien moeten trachten den aricuwen toestand meester te worden; dan zal zeer spoedig onze kreet van vertwijfeling overgaan in den dankbaren uitroep: „Wat was het goed, dat ik het ge* we est ben!" Hollanders in het Buitenland. De Engelsche Mode. Vaderlandsliefde. Een volksliedje bezingt den trots van een Hollander, die in het buitenland zijn geliefde driekleur ziet wapperen en die dan „eerst weet hoe mooi ze is". Dat is wel een echt-Ho'landsche eigen schaphet eigen land eerst gaan waar- deeren wanneer men gedwongen in het buitenland verblijf houdt. Nu komt er dan natuurlijk ook wel een zekere idea- liseering bij, maar opmerkelijk is het wel, dat zij die eenmaal Holland zijn gaan waardeeren, terwijl zij in het bui tenland vertoefden, dit nooit meer ge heel kwijtraken, ook al komen zij later op eigen bodem terug. Ieder persoon lijk moet hier blijkbaar ondervonden heb ben, dat het in ons land van wind en regen en mist nog niet zoo kwaad ge steld is, en vooral ook dat het in andere landen op den keper beschouwd niet vee! anders is dan hij ons, en dan eerst komt de vaderlandsliefde boven. ..Waar ik het goed heb, is mijnvader- land," zegt een tamelijk materialistische spreekwijze en menigeen coquetteert op quasi cynisch^ manier met deze uit spraak, zoolang hij of zij in ons land vertoeft. Maar wanneer zulke men- schen een langen tijd in het buitenland moeten wonen, veranderen hun gevoe lens en tenslotte snakken zij vaak naar eigen land terug. Vaderlandsliefde is wel degelijk een bestaand iets; dat het alleen aan de taal zou liggen, lijkt niet waarschijnlijk: een Hollander zal in Vlaanderen even goed naar ons land verlangen als jn Duitschland of Engeland. Veeleer zijn het de gewoonten en het klimaat die veel invloed hebben en zelfs al geven wij nog zoo af op het onaangename weer, toch houden wij er van en voelen ons er in thuis. Intusschen zijn er in ons land velen, die misschien denken, dat zij veel van hun vaderland houden, maar die er zich allesbehalve naar gedragen. Bij alle mo- eelijke gelegenheden haasten zij zich om te betuigen hoe goed en hoe mooi dit of dat in Engeland is (want dat is nu het mode-land) terwijl het toch in Hol land maar niets is. Modieuze dames en kortzichtige heeren pinden zich er over op, dat de Hol- landsche vrouwen' de Parijsche modes zoo slecht weten te dragenneen, dan de Frangaises, welk een elegante verschij ningen en met hoeveelsmaakvollen zwier weten zij zelfs de grilligste snuf jes te dragen. Dat de Fransche vrouw heel anders gebouwd is dan de Hol- landsche, ja dat zij zelfs tot een ander ras behoort, schijnen deze verontwaar digden niet te bedenken. Anderen vinden weer dat er hier te luid gesproken wordt; dan de Engel- schen, die zijn altijd zoo rustig op straat en weten hun gevoelens zoo uitstekend te beheerschen. Waarom is dat laatste nu juist beter dan het eersteeen der gelijke dosis aan zelfbeheersching geeft soms aanleiding tot een koelheid die verschillend op de omgeving werkt. Wie 's zomers op reis gaat. ontmoet in hotels altijd menschen, die bij hun mede gasten door willen gaan als behoorende tot een vreemde nationaliteit, zooals Franscben of Engekchen of anders Zwe den, waarvoor men ons, door taal en blond uiterlijk meermalen verslijt. Maar Hollanders zijn veel liever niet. Land- genooten in de hotels vinden zij een groot bezwaar en sommigen gaan zelfs zoo ver, dat zij een voor hen vreemde taal spreken, om voor bewoners van zoo'n natie door te gaan. „Je ziet er echt Engelsch uit," zeide een dame tot ccn jong meisje met een gezicht alsof zij haar het grootste com pliment van de wereld maakte. Natuurlijk is het niet de bedoeling om het andersom te gaan overdrijven. Er zijn van die menschen, die dadelijk in een fel chauvinisme vervallen, wanneer er ook maar iets van het eigen land wordt afgekeurd; deze zijn net zoo goed onuitstaanbaar als hun tegenhangers. Iedere natie heeft zijn fouten en ieder land heeft zijn nadeelen, maar voor de bewoners bestaat, voor zoover zij er geboren en getogen zijn, die eigen aardige band welke vaderlandsliefde heet. Wie het daarom zonder reden af keurt, is onwaar tegenover zichzelf en veel begrijpelijker zou het zijn, wanneer er nog geprobeerd werd de werkelijk bestaande fouten, al worden zij dan ook erkend, nog zooveel mogelijk te ver dedigen. Want met het neerhalen van het kleine land maken wij het nog klei ner en nietiger dan het al is en dat werkt zeker niet gunstig op de opinie die er over ons in het buitenland be staat. MENU. Tomaten met eieren. Spinaziepudding. Frambozen en Bessen. Voor het voorgerecht zijn de ingrediën ten V/2 pond gelijke tomaten (6 stuks), 6 versche eieren, 6 dunne sneedjes brood, een eetlepel boter, peper en zout, een eetlepel fijngehakte peterselie. De tomaten worden gewasschen, het kapje bij de kelkblaadjes er af gesneden en de vruchten voorzichtig met een klein lepeltje uitgehold. In elke tomaat wordt wat peper en zout gestrooid en daarna een ei er in gebroken en dit ook met peper en zout bestrooid. De tomaten worden dan in een met boter besmeer den vuurvasten schotel gelegd en deze in den oven gezet totdat het eiwit ge stold is. De stukjes brood worden intus schen geroosterd, beboterd en daarna wordt op ieder stukje een tomaat gelegd, welke met de peterselie wat bestrooid is. Voor de pudding is noodig': 1 K.G. spinazie, 2 ons kalfsgehakt, sneedjes brood zonder korst, 2)4 d.L. bouillon, 4 eetlepels bloem, 2 eetlepels boter, 3 eieren, peper en zout. De spinazie wordt op de gev, mi: wijze gaargekookt en gehakt. Intusschen wordt een dikke saus bereid van boter, bloem, bouillon en tenslotte peper en zout. De spinazie wordt met het brood, het ge hakt en de geklopte eieren door de saus geroerd, dit mengsel wordt in een met boter besmeerden warmen puddingvorm gedaan en deze gedurende een uur in een waterbad gekookt. De pudding wordt op een ronden verwarmden schotel gestort en omgeven door kleine gekookte aard appeltjes en driehoekige geroosterde stukjes brood. Gesmolten boter wordt in een sauskom er bij gepresenteerd. De aalbessen worden geritst, met de frambozen gewasschen en eenige uren voor het gebruik met suiker bestrooid weggezet. E E. T.-P.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1926 | | pagina 10