HAARLEM'S DAGBLAD
STADSNIEUWS
UNGS DE STRAAT
BINNENLAND
Haarlemmer Halletjes
ZATERDAG 14 AUG. 1926 TWEEDE BLAD
VOOR DEN POLITIE.
RECHTER
Van diefstal en strijd.
G. is een jongeman die een kind en
een vrouw heeft te onderhouden. Hij
bekende zich met moeite beheerschen»
dc, dat hij ten nadeele van een N.V.
in Zaandam een aantal passers en bo»
ren ontvreemde. Motief: Weinig werk»
loon, veel oude schulden, en het
hierboven genoemde gezin.
G. werd vroeger al eens voorwaar:
delijk veroordeeld. Tot zijn geluk is de
proeftijd voorbij. Als het O.M. 3 maan*
den tegen den iongen man eischt, bc»
fi'int deze nerveus te snikken. Hij bc»
looft, bezweert, snikt. ITet hart van
den politierechter schijnt gevoelig te
zijn voor de dringende beroepen op
medelijden, die eerlijk schijnen. Met
een geldboete kan ik je nu niet meer
laten loopen, zei-de hij. Ik zal clement
voor je zijn, en veroordeel jc tot twee
AVelten gevangenisstraf. G. berust. Het
verstandigste wat hij in dat geval doen
kon.
Op de rol van vanmorgen verder
niet veel interessants. Een kloppar»
tijtje in een café waarbij een tand ver:
tspeeld en een hoofdwonde van zeven
centimeter geslagen, en een glaasje wa
•ter met een stukje kaas „voor de zenu»
wen" genuttigd waren. Maar dezen
strijd op den met zand bestrooiden
cafévlocr was niets vergeleken, bij die
OP een erf te Oude Wetering, waarbij
een lange niet meer jonge timmerman
met een hamer zou hebben geslagen,
met de bedoeling om „hersens te
slaan". Deze lange timmerman geeft
met zijn lange armen en becnen en zijn
vervaariijke bariton een levendige
voorstelling van hetgeen geschiedde in
Oude Wetering. De getuige, (de man
die de klappen kreeg), een klein kerel:
tje, zegt glimlachend dat hij acht we:
ken onder dokters behandeling was
geweest vanwege een gedeeltelijk ver:
brijzelden schouder. Dc waarheid van
de woorden dos timmermans wordt
zeer in twijfel getrokken. De man inter
Tumpcert dikwijls met luider stemme,
vooral als er van hem gezegd
wordt dat hij de hebbelijkheid heeft
de menschen er van te beschuldigen dat
zij hem geld schuldig zijn. Ook van
mijn oude vader zegt hij dat, beweert
de getuige glimlachend, maar mijn va:
der heeft geen schulden. De timmer:
man mag dat niet van m'n ouden vader
zeggen!" Als de timmerman het woord
gevraagd en gekregen heeft, hooren wij
die»ie den glimlachenden getuige er van
beschuldigt, met een touw een blikken
dekseltje op zijn schouder te hebben
gebonden opdat de indruk die dan
zou ontstaan, afkomstig zou schijnen
te zijn van een mep met een hamer.
,.Zóó hctic den dokter misleid", zegt
verdachte.
Getuige glimlacht charmant.
Meer getuigen zullen echter gedag:
vaard moeten worden om licht in den
OudeAVeteringschen en duisteren
strijd te brengen. Dus wordt de behan»
deling van dit zaakje uitgesteld. De
timmerman wil echter nog een demon:
stratic geven ten opzichte van den ge:
blesseerden schouder. Mag ik nog wat
zeggen meneer de edelachtbare.
..Neen". Mag ik ook'getuigen mee:
brengen? ,.Ja. dat is je recht".
Dan zal ik dat doen. want dc dochter
van vrouw..... het 'et ook gezien".
KON. LETTERL. VEREENIGING
„J. J. CREMER".
Men schrijft ons:
Donderdagavond had in hofel
..Lion d' Or onder groote belang»
stelling de jaarlijkschc algemeene ver»
gadering plaats van de Kon. Letterlie»
vende Verccniging „J. J. Cremer", on»
der leiding van den heer G. J. van
Gasteren
Door den secretaris werd een uit»
voerig verslag uitgebracht van den toe»
stand en de verrichtingen over het 44e
vereenigingsjaar, waarna door den
penningmeester rekening en verant»
woording werd gedaan van het finan»
cieel beheer, sluitende in ontvangst en
uitgaaf tot een bedrag van f 4759,59 1/2,
De verficatie:commisie adviseerde tot
goedkeuring.
Secretaris en penningmeester werd
onder algemeene instemming der ver»
gadering, dank gebracht voor hunne
verrichtingen in het afgeloopen jaar.
De aftredende bestuursleden de hee»
ren G. J. van Gasteren, H. Bakker en
J. S- de Bruijn werden herkozen en
tot nieuwe bestuursleden gekozen de
heeren J. F. Groosmuller cn P. de Wit.
Tot leden der kasverificatie 1926
1927 werden gekozen de heeren J.
Aartsen, J. P. de Klerk en B- van Dij»
ken.
Na eenige besprekingen van huis:
houdelijken aard. werd de druk be»
zochte vergadering door den voorzit»
ter gesloten.
LEGER DES HEILS.
In de afgeloopen week werden er in
de Tehuizen voor Dakloozen aan het
Spaarne 93 en 102 1456 porties voed:
sel en 364 nachtverblijven verstrekt:.
EXAMEN HOOFDAKTE.
Gisteren werden alhier geëxamineerd
8 vrouwelijke candidaten. Geslaagd de
dames B. E. M. Groustra en M. Hev»
boer te Haarlem; J. E. Nortier te
Baarn en 5. II. Bouman te Bussum.
EXAMEN LICHAAMSOEFENINGEN
M. O.
Geëxamineerd 1 vrouwelijke candi:
daat. Geslaagd mej. L. R. Zwiers, te
Hoogezand.
Hiermede zijn de examens lichaams:
oefeningen geëindigd.
DE HARINGVISSCHERIJ
OP DE NOORDZEE
Een adres der reeders-
vereeniging
Het hoofdbestuur der Reedersver:
eenigin-g voor de Ned. Haringvisscherij
heeft zich met een adres tot den mi:
nister van Binnenlandsche Zaken ge:
wend waarin wordt aangedrongen op
het nemen van maatregelen ter beveili:
ging van den vischsiand in de Noord:
zee".
Deze maatregelen zouden volgens
adressanten moeten bestaan uit:
de uitvaardiging van een aan» en ver»
voerverbod van alle ondermaatsche
Noordzeevisoh, subsidiair: vaststelling
van een minimum^maat voor schol en
tong;
de uitvaardiging van een aan» en ver»
voerverbod van zeebliek (jonge ha»
ring);
het nemen van het initiatief tot in»
ternationaal overleg i.z. het treffen van
maatregelen ter beteugeling van de
treilha-ringvisschcrij.
In Spanje
DE SCHRIJVERS OP DE
RAMBLA
Hij zat in een klein hokje achter een
schrijftafel op de bloemenmarkt van
de Ramb'la te Barcelona. Zooals hij
daar zat, in zijn vaal verschoten jasje,
heel gewichtig zijn bril opgeschoven
boven zijn wenkbrauwen, deed hij aan
een oud kantoorklerkjc denken. Tegen»
over hem zat een aardig mciskc, haar
gezichtje heel ernstig, druk pratend en
al maar gebarend. Het oude manneke
achter zijn schrijftafel luisterde aan»
dachtig. Hij hield de punt van een
pennehouder, als in nadenken, tegen
zijn voorhoofd en knikte nu en dan
goedkeurend met zijn hoofd, ais wilde
hij zeggen: „begrepen! begrepen!"
Toen zweeg het meiske en het oude
mannetje begon te schrijven. Zij zat
daar, heel gedwee nu, dc handen in den
schoot en keek maar ai naar de over
het papier krassende pen. Nu en dan
vroeg het schrijvertje haar iets en dan
stroomden onmiddellijk de woorden
over haar lippen. Hij beduidde haar,
dat het genoeg was, pende weer door;
zij zat opnieuw vol aandacht en bewon»
deiriog te staren naar de al maar over
het papier huppelende pen, die daar
bezig was haar hartsgeheimen op
schrift te zetten. Want het oude man»
netje was „escribiente", de secretaris
van de mannen en vrouwen, de jonge»
lingen en jonge dochters uit Barcelona,
die niet schrijven kunnen en toch iets
aan het papier hebben toe te vertrou»
wen. En dat zijn er in d-at land van
analphabeten heel velen!
Er zaten er verscheidencn van die
esoriibienites in hokjes achter hun
schrijftafels op de Ramb'la te Barcelona
en allen hadden zij volop werk. Ik zag
er een oud vrouwtje dat huilend een
verhaal deed aan haar schrijver, die,
zijn .hoofd wat seheef gehouden, mee»
warig toehoorde. Een soldaat met een
oliedom gezicht zat met hemelsche
blikken te luisteren naar een brief, die
hem door zijn „secretaris" werd voor»
gelezen. Wat verder hing een jonge
vrouw over de schrijftafel gebogen en
fluisterde den escribiente haar hartsge»
hcimen in het oor. De man hoorde on»
bewogen toe, als ware hij1 een ma»
chine, die „geheimen" opneemt.
Het was daar een drukke nering in
den hoek der cscribientes op de
bloemenmarkt te Barcelona. Men zag
het hen aen, dat zij ..vertrouwensman»
non" waren. Zij hadden allen iets zeer
ernstigs en gewichtigs over zich; de
geheimen van duizenden stonden hen
als in het gezicht gegrift. Het was, of
heel hun wezen zeide: Ja, ja, als wij
eens gingen praten, danZij ken»
den het leed en de vreugde, de zorg en
de hoop, het verlangen en dc teleurstel»
ling van half Barcelona! Zij waren al»
len hun tweede jeugd reeds gepasseerd,
wat mij ook wel noodig scheen voor
mannen, die koud en koel moeten blij»
ven bij zoo veel liefdesbekentenissen.
Want in de liefde vooral zijn de escri»
bientes al zou men dit aan hun phy»
sionomie allerminst zeggen experts.
Zij kennen de geheime gangen en paden
na-ar het hart! Innerlijk onbewogen
hebben zij honderden hartstochtelijke
minnebrieven te schrijven en te lezen!
Want niet alleen om brieven te schrij»
ven zitten zij daar, ook om ze voor te
lezen aan den analphabect voor wien
letters onoplosbare hiëroglyphen zijn-
In de hemelsche blikken van den sol»
daat met het oliedomme snuit lees ik
den brief mede, die daar in het hokje
door den escribiente met het perka»
menten gezicht werd vooirgeïezeri.
Maar het jonge meisje op den hoek
interesseerde mij toch het mees-t. De
schrijver was klaar met zijn brief en
las hem het meisje voor. Na eiken zin
knikte zij voldaan met haar hoofdje en
zei zeer beslist: „Si! si! si!" Het oude
mannetje schreef het adres, stak hel
epistel in de enveloppe en reikte haar
het waardevolle 6tuk over. Toen gleed
er over het gezicht van het jonge meis»
ke iets, dat mij onwedersprekelijk zei:
„Nou heb ik je! De wrake is zoet!" Ik
was er wel zeker van, dat de jongeman,
voor wien deze brief bestemd was,
geen aangename oogenblikken zou be»
leven, als de escribiente van zijn
dorpje hem zou vertellen wat de zin
der hiëroglyphen was, dit het meisje
uit Barcelona op de Rambla op het pa»
pier had laten krassen.
J. B. S.
VERSLAG VAN HET GEMEENTE»
GASBEDRIJF.
Verschenen is het verslag over den
toestand en de exploitatie in het jaar
1925 van het gemeente»gasbedrijf te
Haarlem.
Het volgende is er aan ontleend.
De technische resultaten zijn bevre»
digend te noemen.
Een belangrijk verlies in gasdebiet
ontstond ten gevolge van het eindigen
van de gasleveringsovereenkomst met
Velsen op 1 Juli.
Dit verlies in debiet werd evenwel
gedeeltelijk vergoed door de gasleve»
ring aan Schoten-
Het financieel eindresultaat bleef be»
neden de verwachting, hetgeen toe te
schrijven is aan de dalende prijzen van
cokes en andere nevenproducten, wel»
ke daling niet in evenredigheid was
met de daling der kolenprijzen.
De totale gaslevering uit de gashou»
dors is met pl.ni. 33/4 toegenomen,
mede tengevolge van de omstandig»
heid dat de gaslevering aan Schoten is
begonnen' vóórdat die aan Velsen ein»
digdc.
Het particulier gasverhruïk is. on»
danks de mededinging van de clectrici»
tcit. vrijwel statiounair gebleven; de
propaganda voor gasfornuizen en voor
koken op gas in het algemeen heeft
ongetwijfeld daarin een groote xol ge»
speeld.
De stilstand in het particulier gas»
debiet maakt ingrijpende maatregelen
tot aanmoediging van het verbruik al»
leszins noodzakelijk.
Totaal werden afgeleverd 20.721-350
M3. tegen 19-707.516 M3. in 1924.
Het aantal geplaatste gasmeters was
op 1 Januari 1925: 8903 gewone en
11691 muntmeters en op 31 December
8964 gewone en 12164 muntmeters.
De opbrengst van het gas bedroeg
in het geheel f 1-514.470,03 tegen
f 1.495.914,36 in 1924.
De brutowinst in 1925 verkregen was
f 640-685,101/2 tegen f807.082,39 in
1924.
Ter uitkeeering aan de gemeente
bleef over f 307.551,951/2 tegen
f313.206,35 in 1924.
DE PONT AAN HET Z. B.
SPAARNE.
Men schrijft ons:
Meer en meer wordt er van de pont van
ebt Zuider Buiten Spaarne gebruik ge»
maakt *i.n er wordt dan ook met groot
verlangen uitgezien naar de groote
nieuwe pont. Ér wordt door velen over
één euvel geklaagd, waarvan voorna»
mclijk de arbeiders last onder vinden.
Het betreft het geval, d§t veelvuldig
des namiddags tusschen 12 en 2 uur de
machine vande pont gesmeerd wordt,
waarbij de pont stil blijft liggen, wat
Overal in Duitschland werden feesten gehouden ter herdenking van de
grondwet van Weimar, die Duitschland tot een republiek maakte. Te
Berlijn werd o.a. een parade gehouden voor president Hindenburg.
veelvuldig 5 a 10 minuten oponthoud
geeft.
Nu is dit op gewone momenten niet
zoo buitengewoon erg, maar in het
■door ons genoemde tijdperk komen en
gaan de arbeiders naar en van hun werk
en komen ze door dit oponthoud te
laat waarop meestal boete volgt.
Vandaar juist dat men de vraag stelt
om te pogen in den vervolge vóór of
na dit tijdperk tot de smering over
<te gaan.
VEREENIGING VAN SPOOR» EN
TRAMWEGPERSONEEL.
Door het bestuur der afdeeling Haar»
lem van de Ned. Vereen, van Spoor»
en Tramwegpersoneel is aan de leden
een circulaire gericht waarin wordt
medegedeeld, dat op het verzoek van
het bestuur tot het stellen van candida»
ten voor de functie van afdeelingsvoor»
zitter, een tweetal candidaten zijn bin»
nengekomen. Men weet dat de heer H.
J. Klein had medegedeeld, dat hij zeer
gaarne zijn functie wil neerleggen als
een ander zich beschikbaar stelde, daar
hij reeds volop bezet is met andere
werkzaamheden.
Tot teleurstelling van het bestuur
moet het thans evenwel mededeelen,
dat de twee candidaten hun candida»
tuur hebben ingetrokken. Daarom
wordt thans opnieuw het verzoek ge»
richt tot dc leden tot 'het noemen van
candidaten voor de functie van voor»
zitter.
VRACHTAUTO TE WATER
ZESTIENJARIGE JONGEN
GEDOOD
Te Kedichen is Vrijdagavond een vracht
auto vam de -rioomzui v-elf abri ek „De Lin-
g-e" te Arlkel van den Lingedijk gereden.
Irn 'den auto zaten, 'behalve de chauffeur,
twee jongens. Een vam hen, de 16-jarige
zoon van den rijksveldwachter D. te Arkel
was onmiddellijk dood. De andere jongen
bekwam geen fietsel. De chauffeur kreeg
een oubeduiden den beenwond. De oorzaak
vam het ongeval is mie» bekend. De po
litie stelt een onzoek in.
DE BRAND TE OSS
TOCH KWAADWILLIGHEID?
In verband niet den vreeseiijken brand,
welke te Oss gewoed heeft en *2 ie vier
menschenlevene opeischte, meldden wij
reeds, dat de kostganger A. v. d. Ilagen,
die het brandende perceel mog kon verla
ten, al Hiep hij zoodanige brandwonden
op, dat opneming in het zieken'hiiis noo
dig was, aam de politie verklaringen heeft
afgelegd, waaruit zou -kunnen blijken, dat
hier kwaadwilligheid in het spel is ge
weest.
Terwijl v. d. Hagen, die venter is en
naar gezegd wordt wel eenig bezit zou
hebben, door het Taampje van een opka
mer vluchtte, werd hij aamgesproken door
twee mannen, die buiten stonden. Het lag
voor de hand. da» v. d. Hagen dacht dat
deze lieden hu'lp wilden bieden, doch zij
6praken hem aan en vroegen om geld. Toen
hij daaraan niet voldeed, zijn de mannen
■verdwenen; v. d. Hagen heeft hen niet
herkend.
De aanwezigheid dér mannen doet, naar
men medt, vermoedens van (kwaadwillig
heid lijzen.
HOOFDAKTE-EXAMENS
GEEN TWEE JAAR PRACTIJK
MEER?
Zooals bekend' moet volgens de thans
.g-e Mende bepalingen een onderwijzer
'twee jaar als zoodanig werkzaam Kijin ge
weest alvorens in de gelegenheid te wor
den gesteld, examen te doen tot het ver
krijgen van 'de hoofdacte. Een en ander
heeft nog al eens aanleiding gegeven tot
moeilijkheden.
Xaar de Tel. verneemt, is echter een soe
peler regeling in dezen te wachten, waar
toe binnenkort een wetsontwerp tot wij
ziging van de iLager-Onderwijswet hij de
Staten-Generaal zal worden ingediend.
onder de oogen ider moeder
gedood
Op den Eijswijkschen weg, nabij Den'
Haag is Vrijdagmiddag een 8-jarig meisje
uit Voorburg door een zwaar beladen
vrachtauto overreden en op slag gedood.
Het kind zat achter op het rijwiel vam
haar moeder. Deze raakte haar stuur
kwijt en kwam vlak voor den auto te val
len met het noodlottig gevolg, dat de
kleine onder de wielen geraakte.
EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE
Bij ons thuis is een kat.
Een alleraardigst beestje, dat aange»
stcld is om muizen te vangen.
Of hij die taak naar behooren ver»
richt, weten wij niet, want wij hebben
het nog nooit gezien. Ik geloof niet,
dat iemand ooit een kat een muis heeft
zien vangen. Poesenaard brengt mee, dat
zij, zoodra ze een muis gevangen heeft,
liet rampzalige diertje naar een donker
en liefst ontoegankelijk plekje sleept,
om het daar op te peuzelen. Dc uitleg»
ging daarvan is, dat poes wat gulzig is
uitgevallen cn het lekkere boutje alleen
voor zichzelf bewaren wil.
Ten opzichte van vliegenvangen
koestert poes deze vrees blijkbaar niet.
Die jacht oefent zij pit ten aanschouwe
van iedereen. Nauwelijks hoort zij tegen
ccn raam gonzen, of zij schiet met een
lenige beweging op de vensterbank en
slaat daarbij meteen haar poot uit: is
de vlieg in haar bereik, dan is dc slag
altijd raak. Daarna geeft ze die een
tweede klap, waardoor dc vlieg dood of
minstens verdoofd raakt cn begint het
diertje dan genoegelijk op te eten.
Sommige menschen vinden dat een
akelig gezicht. Is dat niet een beetje
huichelarij? Wij worden aangespoord en
sporen op onze beurt anderen aan om
zooveel mogelijk vliegen te dooden, die
immers onze eet» en drinkwaren met
hun vieze pooten besmetten; waarom
zouden wij dan aan onze huiskat kwa»
lijk nemen, dat zij dat ook doet? Die»
rcnbeschermers zijn goeie, beste, vrien»
dclijkc menschen. maar ccn enkelen
kc.er gaan zij in hun ijver wat te ver.
Ook wanneer zij belang gaan stellen in
datzelfde poesic. Die is huisvast, dat wil
zeggen ze zwerft den hcclen dag in huis
en tuin rond. totdat zij op een oogen»
blik meer van de wereld zien wil en
dc naaste straat met een vaartje over»
steekt, als zij de kans schoon ziet. Wij
thuis maken ons daarover in het geheel
niet bezorgd. Ze zal wel terugkomen,
wat vroeger of later, maar ze komt ze»
ker terug'. Uit eigen beweging.
Behalve wanneer een dierenvriendin
zich met het geval bemoeit. Dan gaat de
bel over cn staat er een juffrouw op de
stoep, altijd met een zachtmoedig ge»
zicht, dat meestal aan den verkeerden
kant van de vijftig is cn zegt, met een
klein tikje verwijt in haar stem: „ik heb
u.v poesje gevonden, het was zoo ver
van huis!"
Dan gaan wij aan 't huichelen cn zeg»
gen met een klank van dankbaarheid in
oijze stem: „o, dank u wel". Maar
goede daad, vertrokken is. dan zeggen!
tot elkaar: „waar bemoeit ze zich
mee! poes zou vanzelf wel thuis geko»
wen zijn". Maar het is een klein poesje
en daarom denken de menschen, dat
ze ook dom is. Heelemaal niet waar.
Het zit niet in de lengte. Napoleon was
klein van stuk cn Julius Caesar moet
ook niet groot geweest zijn en ik
zelfmaar genoeg.
Kon zoo'n poesje nu maar spreken,
dan zou het zeggen: „lieve menschen,
geeft jelui geen moeite, ik vind zelf den
weg naar huis wel". Maar dat kan het
niet zeggen en zoo zullen, vreezen wij
el, nog vaak medelijdende menschen
het dier onnoodig opnemen, totdat zij
op een oogenblik vergeten het bij ons
thuis te brengen of niet weten, dat het
bij ons thuis hoort. Dit is maar niet
zoo'n veronderstelling, want het is blijk»
baar al gebeurd cn wij zijn ons poesje
wijt en net kan wel wezen, dat er nu
dïerenvrïtn clinncn zijn. die zeggen:
.waarom hou je ook zoo'n klein katje
niet bij huis, waarom laat je het zoo>
maar wcgloopcn?" „Omdat", zeggen
wij dan, „een kat niet kan worden vast»
gelegd aan een ketting met een band
om zijn kop cn omdat een dier dikwijls
cel slimmer is, dan een menschwel
denkt. We hopen dus nog altijd, dat
iemand het komt terugbezorgen (het is
een mooi zwart poesje) en als ze dan
weer zegt: „ik heb het opgenomen",
zullen wij misschien wel denken: „waar
bemoeien jullie jc mee?" maar zeggen
zullen we liet niet eens. Uit pure vreug»
dc, omdat ons poesje terug is.
Dit is één van dc gebeurtenissen van
de afgeloopen week en ik geef toe, dat
liet geen belangrijke gebeurtenis is.
Maar wat zou er omstreeks half Augus»
fus voor gewichtigs voorvallen, terwijl
dc eenc helft van het menschdom va»
c'antje hecft en de andere helft wel zou
willen, dat ze het nóg had. In zoo'n tijd
zijn kleine dingen ook gebeurtenissen,
zooals kruimpjes óók brood zijn. Dat
een briefkaart in Juni 1912 uit Zand»
voort nair Beverwijk gestuurd is en nu
pas. na veertien j^ar, als onbestelbaar
te Zandvoort terug gekomen is, kon
zeker niet voor ccn feit van gewicht
doorgaan, maar is toch nutteloos ge»
noeg, vooral wanneer cr op gestaan
heeft: „Lieve Tante of Nicht of Vrien»
din, kom morgen bij mij theedrinken".
Maar het geval kan ons tot tevreden»
heid aansporen. Wat is, daarbij verge»
leken, d it ten brief uit Amsterdam Za»
terdag verzonden, Maandagochtend nog
niet eens (e Haarlem aankomt en meer
van dergel'jkc kleinigheden, waarover
wij gewoon zijn te klagen. Veertien
jaar voor een briefkaart om van Zand»
de juffrouw, wel voldaan over haar voort naar Beverwijk te gaan en terug,
dat isdat is natuurlijk een record!1
En daar de maand Augustus zooals wij
weten uiterst groeizaam weer voor re»
cords oplc". ert, is liet precies goed dat
deze in Augustus 1926 voor den dag
gekomen is.
Dit doec mij denken aan medailles
en lauwerVrrnsen en bekers, die met
het vestigen van records verdiend wor»
den. Is het geen bewijs van gebrek aan
fantasie, dat wij nu al jaren lang bekers
en lauwerkiar.sen en medailles uitrei»
ken, waar geen sterveling nadat hij ze
verdiend en gekregen heeft, iets anders
mee doen kan, dan ze in een kast in
zijn kamer hangen, en af en toe wat af»
itoffeu! Uit zoo'n beker kun je niet
eens drinken, een lauwerkrans niet om
je hals cn de medailles niet op je borst
hangen. Wie geeft eens een nieuw idee
voor prijzei: van wedstrijden? Er moet
toch wel iets oorspronkelijks liggen
tusschen een verschen Devcnterkoek
en een toepasselijk schilderstuk.
Ofschoon toegegeven moet worden,
dat oorspronkelijke ideeën zeldzaam
zijn. Of hebben niet achtereenvolgende
Ministeries geprobeerd een weeldever»
terings»beksting in te voeren, terwijl
het nooit gelukt is en ook nooit geluk»
ken zal oei dc eenvoudige reden dat
dingen die veel gebruikt worden, nooit
weelde kunnen zijn en dus niet voor de
belasting in aanmerking komen, terwijl
een belasting op dingen die weinig ge=
bruikt worden omdat ze weelde zijn,
nooit genoeg opbrengen.
Aan dit noodlot heeft tot nu toe geen
rcohtsche of geen linksche Minister
kunnen ontsnappen cn een van het
Midden -dus ook niet. Maar hun ijver
dient te worden geprezen, want zij
werken wel degelijk: telkens aan een
nieuwe nota van wijzigingen. Die nota's
doen mij denken aan een van mijn ne=
ven, vader van een groot gezin, die
opeens op de gedachte kwam, dat er
bezuinigd kou worden op het haarknip:
pen van de kinderen. „Ik doe het zelf",
zei hij riotsch. koos zijn oudsten zoon
tot proefkonijn sloot zich met dezen in
de slaapkamer op, nadat hij zijn zacht
protesteerende vrouw energiek de ka»
mer had uitgeschoven en begon.
„Is dar een kunst?" zei hij minaoh»
ten-d, toen de eerste vlokken van Jan»
tjes haar op den grond vielen. Wel be:
speurde, hij, toen hij zijn werk bekeek,
dat het wat ongelijk geworden was:
links te vcci af, rechts te weinig. Toen
rechts wat gedund was, werd de toe»
stand presies andersom: rechts te veel
af, links te weinig. Juist op het oogen»
blik, dat er ongeveer evenwicht tus»
schen rechts en links ontstaan was,
bleek er te weinig op de kruin afge»
knipt te zijn, Na het herstellen van vergelijkend m akela ars»examen toe? Of
deze fout was het achterhaar in den
nek te lang. Kortom, mijn ondernemen»
de neef bracht net zoo lang wat ze in
het Ministene noemen „nota's van wij»
ziging" aan. dat Jantje, die kans had
gezien zióh stilletjes in den spiegel te
bekijken, een gebrul van ontzetting
aanhief en zijn moeder, toegang eischen»
de door de immers gesloten deur, als
een getergde leeuwin op haar man af»
stoof en nep: „je hebt er een gescho»
ren schaap van gemaakt".
Hoe cerdc-i deze Minister zijn weel»
deverteringsbelasting intrekt, wil ik
maar zeggen, des te verstandiger zal
dat wezen. Maar wedden dat hij het
niet doet! En wedden, dat de Kamer
het ontwerp niet aanneemt!
Ofschoon ik toegeef dat wedden een
buitengewoon gevaarlijke liefhebberij
is. Wie zou ooit gedacht hebben, toen
de Barteljorisstraat en dc Anegang
werden geasphalteerd, dat de gemeen»
te Haarlem op dit oogenblik (zóóveel
jaar later) nog aan het proefnemen
met nieuwe asphalitsoor-ten zou zijn. En
toch is dat zoo. T o p e k a»asphalt' zal
nu worden geprobeerd. T o beteekent
natuurlijk tooverachtig, p e be teekend
perpetueel hetgeen zeggen wil
dat dit asphalt niet slijt en k a beduidt
Kanada in welk onmetelijk land al
honderdduizend strekkende meters met
het grootste succes gelegd zijn, even»
als van de andere concurreerende
soorten. t
Denkt nu niet. dat ik een tegenstan»
der van asphalt in onze stad zijn zou.
Integendeel. Hoe meer asphalt, hoe
beter. Des te vlugger kunnen wij ons
bewegen cn des te sneller onze zaken
afdoen. Dat is noodig. Bijvoorbeeld
voorde makelaars in onroerende goede»
ren, welk vak verbazend voordeelig we»
zen moet, daar zij ziich bij halve do»
zijnen aanmelden om in die functie te
worden benoemd. Zelfs is er cén sol-li*
citant bij, die in het voorbijgaan hypo»
theken en assurantiën er bij neemt en
dat alles wenscht uit te oefenen in den
ruimsten zin van het woord. Wat dat
beteekent begrijp ik niet goed, tenzij
hij er een zoo ruim mogelijk bestaan
mee veroveren wil, wat ik zeer verklaar:
baar vind. Als het op deze manier door
gaat zal iemand van wien het bekend
wordt dat hij een huis wil koop en, een
uur later vijf en twintig makelaars in
onroerende goederen voor zijn deur
vinden, die allen trachten zijn hart met
voordeelige aanbiedingen van onroe:
rende goederen te ontroeren.
Zijn wij langzamerhand niet aan een
aan een sluiting van het vak, op de ma»
nier van het notariaat, waarin alleen
opengevallen plaatsen worden vervuld
of -nieuwe plaatsen alleen geschapen
wanneer de bevolking in aantal toe»
neemt?
In de bioscopen wordt bij den aan»
vang der voorstelling gewoonlijk eerst
een zoogenaamd Journal gegeven.
Het woord beteekent „dagblad" en of»
schoon zoo'n Journal al heel weinig op
een dagblad lijkt, is het hioscoopnum»
mer toc;h een soort van overzicht van
wat er in de laatste dagen voor be»
lang rijks is gebeurd. Deze beschouwing
tracht iets dergelijks te zijn, zoodat ik
niet onvermeld mag laten, dat een ta»
leninstituut een aanbieding doet voor
een Teclamereis door België. Als
iemand soms mcenen mocht, dat dit
toch iets heel anders is, dan ben ik dat
niet met hem eens. Wat kan beter de
proef op de som van het taalonderwijs
wezen, dan een reis daarna in het bui»
tenliand? Toepassing van het geleerde,
eerst de theorie, dan de practijk. Nog
een stapje verder en de leerling die er
in slaagt om het geleerde F-ransch te
pas te brengen in België, krijgt een prijs
bestaande uit een gratis reis.
R-rrt, alweer een ander stuk. zooals
ze vroeger zeiden in de rarekick op de
kermis. De bevolking van Haarlem is
nu langzamerhand tot ruim 80.000 ge»
stegen, maar veel verder komen wij
niet. Haarlem is volgebouwd. Zelfs le»
zen wij in de officicele cijfers, dat zich
in Juni 624 menschen in Haarlem heb»
bc-n gevestigd en dat er 649 uit de stad
vertrokkci/ zijn. Toch wordt er be»
weerd dat grensuitbreiding niet noodig
is. Hoe heeft, zou je zeggen, het ge»
meentebestuur nog den moed, om bij
de blijkbaar achteruitgaande onderne»
ming f 3500 te vragen voor een nieuw
ameublement van onze Raadszaal.
Veertig nieuwe stoelen zullen daarvoor
gekocht worden zonder en zes met
armleuningen. De laatsten zijn blijk»
baar voor B. en W. bestemd plus een
voor den secretaris. Wie kan er iets te»
gen hebben dat het dagelijksch bestuur
de gelegenheid heeft de armen op een
leuning te leggen: dat is rustig en
maakt een goed effect. Maar waarom
dan ook niet dc leden van den Raad?
Is hun taak minder vermoeiend? Heeft
de Raad de koorden van de beurs niet
in hande-n en is het dus niet noodig, dat
deze handen af en toe op dc armleu»
ningen uitrusten van dat zware werk?
Als het nieuwe meubilair toch eenige
duizenden kosten moet is het beter de
inrichting maar dadelijk perfect te ma»
ken en geen reden- tot afgunst te doen
ontstaan tusschen Raadsleden en leden
van het dagelijksch-bestuur. Men zegt
wel: „er zijn standen". Maar toch zeker
niet in de manier van zitten!
Ais je tegenwoordig een vriend of
een kennis ontmoet, is de gewone
vraag: „ben je al uit geweest?" en wan»
neer hij Jan „ja" zegt: „waarheen?" Dit
gesprek van den dag voerde ik eergiste»
ren met mijn vriend Jan, die op de
vraag: „waarheen?" wachtte en be»
denkelijk keek. „Dus veel regen gehad",
zei ik meewarig. „Geen druppel", zei
hij. „En toch
Daarop vertelde hij. „Jc weet, mijn
vrouw is niet sterk. Als er wat ver»
schoven of opgetild moet worden kom
ik cr aan te pas, bezoek vermoeit haar,
kortom ze moet wat ontzien worden.
Maar in etr. ander opzicht heeft ze
reuzckrachicn. Dat heb ik pas ontdekt.
Wij zijn voor onze vacantic naar Parijs
geweest en hebben daar Lafayette be»
zocht. Kt«i je Lafayette niet? Gelukkige
kerel! Het is een groot modemagazijn
en mijn vrouw genoot. Ik niet. Ik volg»
de haar op den voet en stond stil te
wachten, al.s ze iets bekeek of iets
kocht. In tusschen werd ik van alle kan#
ten (de ruimte tusschen de uitstallingen
is niet groot; geduwd cn gestompt. Dan
kreeg ik e- een van rechts, dan twee
van links. Een dame gïhg vierkant op
mijn voet staan. Onbeleefd, vind je. Hee
lemaal met, ze zagen mij niet, dat was
de quaestie. Zij zagen alleen dc artikc»
len, ik bestond niet voor haar. Toen
dit een half uur geduurd had kermde
ik: „vrouw, ben je haast klaar met je
inkoopen? ik kan niet meer". Ze keer#
de zich naa» mij om en ik schrikte.
Haar gezicht straalde, zij keek verheer»
lijkt. „Nog een oogenblik", zei ze ver»
strooid en ik geloof, dat zij mij ook niet
zag. Dat oogenblik duurde een uur. Ik
was half uocd. driekwart dooi. Zij
mankeerde niets, integendeel, zc was
niet eens vermoeid, ze scheen verjongd
door Jen aanblik van al die manufac»
turen. „Morgen moet ik er nog even
heen", ze: ze. Even maar! Er waren
zulke prachtigeditten of dattcn te
krijgen, ik heb er zelfs den naam nooit
van gehoord
'k Heb haar den volgenden dag al»
leen laten trekken en met een kop kof#
fie gewacht in de buurt. „Een tweede
bezoek van Lafayette zou ik niet over»
leefd hebben. Maar mijn vrouw is er
na dien r.og twee keer geweest en er
telkens versterkt, verfrischt, vernieuwd
vandaan gekomen. Als er thuis weer
ccn klem tafeltje moet worden vertild,
roept ze mij. Wonderlijk",
FIDELIO,