HAARLEM'S DAGBLAD STADSNIEUWS UNGS DE STRAAT BINNENLAND Haarlemmer Halletjes ZATERDAG 14 AUG. 1926 TWEEDE BLAD VOOR DEN POLITIE. RECHTER Van diefstal en strijd. G. is een jongeman die een kind en een vrouw heeft te onderhouden. Hij bekende zich met moeite beheerschen» dc, dat hij ten nadeele van een N.V. in Zaandam een aantal passers en bo» ren ontvreemde. Motief: Weinig werk» loon, veel oude schulden, en het hierboven genoemde gezin. G. werd vroeger al eens voorwaar: delijk veroordeeld. Tot zijn geluk is de proeftijd voorbij. Als het O.M. 3 maan* den tegen den iongen man eischt, bc» fi'int deze nerveus te snikken. Hij bc» looft, bezweert, snikt. ITet hart van den politierechter schijnt gevoelig te zijn voor de dringende beroepen op medelijden, die eerlijk schijnen. Met een geldboete kan ik je nu niet meer laten loopen, zei-de hij. Ik zal clement voor je zijn, en veroordeel jc tot twee AVelten gevangenisstraf. G. berust. Het verstandigste wat hij in dat geval doen kon. Op de rol van vanmorgen verder niet veel interessants. Een kloppar» tijtje in een café waarbij een tand ver: tspeeld en een hoofdwonde van zeven centimeter geslagen, en een glaasje wa •ter met een stukje kaas „voor de zenu» wen" genuttigd waren. Maar dezen strijd op den met zand bestrooiden cafévlocr was niets vergeleken, bij die OP een erf te Oude Wetering, waarbij een lange niet meer jonge timmerman met een hamer zou hebben geslagen, met de bedoeling om „hersens te slaan". Deze lange timmerman geeft met zijn lange armen en becnen en zijn vervaariijke bariton een levendige voorstelling van hetgeen geschiedde in Oude Wetering. De getuige, (de man die de klappen kreeg), een klein kerel: tje, zegt glimlachend dat hij acht we: ken onder dokters behandeling was geweest vanwege een gedeeltelijk ver: brijzelden schouder. Dc waarheid van de woorden dos timmermans wordt zeer in twijfel getrokken. De man inter Tumpcert dikwijls met luider stemme, vooral als er van hem gezegd wordt dat hij de hebbelijkheid heeft de menschen er van te beschuldigen dat zij hem geld schuldig zijn. Ook van mijn oude vader zegt hij dat, beweert de getuige glimlachend, maar mijn va: der heeft geen schulden. De timmer: man mag dat niet van m'n ouden vader zeggen!" Als de timmerman het woord gevraagd en gekregen heeft, hooren wij die»ie den glimlachenden getuige er van beschuldigt, met een touw een blikken dekseltje op zijn schouder te hebben gebonden opdat de indruk die dan zou ontstaan, afkomstig zou schijnen te zijn van een mep met een hamer. ,.Zóó hctic den dokter misleid", zegt verdachte. Getuige glimlacht charmant. Meer getuigen zullen echter gedag: vaard moeten worden om licht in den OudeAVeteringschen en duisteren strijd te brengen. Dus wordt de behan» deling van dit zaakje uitgesteld. De timmerman wil echter nog een demon: stratic geven ten opzichte van den ge: blesseerden schouder. Mag ik nog wat zeggen meneer de edelachtbare. ..Neen". Mag ik ook'getuigen mee: brengen? ,.Ja. dat is je recht". Dan zal ik dat doen. want dc dochter van vrouw..... het 'et ook gezien". KON. LETTERL. VEREENIGING „J. J. CREMER". Men schrijft ons: Donderdagavond had in hofel ..Lion d' Or onder groote belang» stelling de jaarlijkschc algemeene ver» gadering plaats van de Kon. Letterlie» vende Verccniging „J. J. Cremer", on» der leiding van den heer G. J. van Gasteren Door den secretaris werd een uit» voerig verslag uitgebracht van den toe» stand en de verrichtingen over het 44e vereenigingsjaar, waarna door den penningmeester rekening en verant» woording werd gedaan van het finan» cieel beheer, sluitende in ontvangst en uitgaaf tot een bedrag van f 4759,59 1/2, De verficatie:commisie adviseerde tot goedkeuring. Secretaris en penningmeester werd onder algemeene instemming der ver» gadering, dank gebracht voor hunne verrichtingen in het afgeloopen jaar. De aftredende bestuursleden de hee» ren G. J. van Gasteren, H. Bakker en J. S- de Bruijn werden herkozen en tot nieuwe bestuursleden gekozen de heeren J. F. Groosmuller cn P. de Wit. Tot leden der kasverificatie 1926 1927 werden gekozen de heeren J. Aartsen, J. P. de Klerk en B- van Dij» ken. Na eenige besprekingen van huis: houdelijken aard. werd de druk be» zochte vergadering door den voorzit» ter gesloten. LEGER DES HEILS. In de afgeloopen week werden er in de Tehuizen voor Dakloozen aan het Spaarne 93 en 102 1456 porties voed: sel en 364 nachtverblijven verstrekt:. EXAMEN HOOFDAKTE. Gisteren werden alhier geëxamineerd 8 vrouwelijke candidaten. Geslaagd de dames B. E. M. Groustra en M. Hev» boer te Haarlem; J. E. Nortier te Baarn en 5. II. Bouman te Bussum. EXAMEN LICHAAMSOEFENINGEN M. O. Geëxamineerd 1 vrouwelijke candi: daat. Geslaagd mej. L. R. Zwiers, te Hoogezand. Hiermede zijn de examens lichaams: oefeningen geëindigd. DE HARINGVISSCHERIJ OP DE NOORDZEE Een adres der reeders- vereeniging Het hoofdbestuur der Reedersver: eenigin-g voor de Ned. Haringvisscherij heeft zich met een adres tot den mi: nister van Binnenlandsche Zaken ge: wend waarin wordt aangedrongen op het nemen van maatregelen ter beveili: ging van den vischsiand in de Noord: zee". Deze maatregelen zouden volgens adressanten moeten bestaan uit: de uitvaardiging van een aan» en ver» voerverbod van alle ondermaatsche Noordzeevisoh, subsidiair: vaststelling van een minimum^maat voor schol en tong; de uitvaardiging van een aan» en ver» voerverbod van zeebliek (jonge ha» ring); het nemen van het initiatief tot in» ternationaal overleg i.z. het treffen van maatregelen ter beteugeling van de treilha-ringvisschcrij. In Spanje DE SCHRIJVERS OP DE RAMBLA Hij zat in een klein hokje achter een schrijftafel op de bloemenmarkt van de Ramb'la te Barcelona. Zooals hij daar zat, in zijn vaal verschoten jasje, heel gewichtig zijn bril opgeschoven boven zijn wenkbrauwen, deed hij aan een oud kantoorklerkjc denken. Tegen» over hem zat een aardig mciskc, haar gezichtje heel ernstig, druk pratend en al maar gebarend. Het oude manneke achter zijn schrijftafel luisterde aan» dachtig. Hij hield de punt van een pennehouder, als in nadenken, tegen zijn voorhoofd en knikte nu en dan goedkeurend met zijn hoofd, ais wilde hij zeggen: „begrepen! begrepen!" Toen zweeg het meiske en het oude mannetje begon te schrijven. Zij zat daar, heel gedwee nu, dc handen in den schoot en keek maar ai naar de over het papier krassende pen. Nu en dan vroeg het schrijvertje haar iets en dan stroomden onmiddellijk de woorden over haar lippen. Hij beduidde haar, dat het genoeg was, pende weer door; zij zat opnieuw vol aandacht en bewon» deiriog te staren naar de al maar over het papier huppelende pen, die daar bezig was haar hartsgeheimen op schrift te zetten. Want het oude man» netje was „escribiente", de secretaris van de mannen en vrouwen, de jonge» lingen en jonge dochters uit Barcelona, die niet schrijven kunnen en toch iets aan het papier hebben toe te vertrou» wen. En dat zijn er in d-at land van analphabeten heel velen! Er zaten er verscheidencn van die esoriibienites in hokjes achter hun schrijftafels op de Ramb'la te Barcelona en allen hadden zij volop werk. Ik zag er een oud vrouwtje dat huilend een verhaal deed aan haar schrijver, die, zijn .hoofd wat seheef gehouden, mee» warig toehoorde. Een soldaat met een oliedom gezicht zat met hemelsche blikken te luisteren naar een brief, die hem door zijn „secretaris" werd voor» gelezen. Wat verder hing een jonge vrouw over de schrijftafel gebogen en fluisterde den escribiente haar hartsge» hcimen in het oor. De man hoorde on» bewogen toe, als ware hij1 een ma» chine, die „geheimen" opneemt. Het was daar een drukke nering in den hoek der cscribientes op de bloemenmarkt te Barcelona. Men zag het hen aen, dat zij ..vertrouwensman» non" waren. Zij hadden allen iets zeer ernstigs en gewichtigs over zich; de geheimen van duizenden stonden hen als in het gezicht gegrift. Het was, of heel hun wezen zeide: Ja, ja, als wij eens gingen praten, danZij ken» den het leed en de vreugde, de zorg en de hoop, het verlangen en dc teleurstel» ling van half Barcelona! Zij waren al» len hun tweede jeugd reeds gepasseerd, wat mij ook wel noodig scheen voor mannen, die koud en koel moeten blij» ven bij zoo veel liefdesbekentenissen. Want in de liefde vooral zijn de escri» bientes al zou men dit aan hun phy» sionomie allerminst zeggen experts. Zij kennen de geheime gangen en paden na-ar het hart! Innerlijk onbewogen hebben zij honderden hartstochtelijke minnebrieven te schrijven en te lezen! Want niet alleen om brieven te schrij» ven zitten zij daar, ook om ze voor te lezen aan den analphabect voor wien letters onoplosbare hiëroglyphen zijn- In de hemelsche blikken van den sol» daat met het oliedomme snuit lees ik den brief mede, die daar in het hokje door den escribiente met het perka» menten gezicht werd vooirgeïezeri. Maar het jonge meisje op den hoek interesseerde mij toch het mees-t. De schrijver was klaar met zijn brief en las hem het meisje voor. Na eiken zin knikte zij voldaan met haar hoofdje en zei zeer beslist: „Si! si! si!" Het oude mannetje schreef het adres, stak hel epistel in de enveloppe en reikte haar het waardevolle 6tuk over. Toen gleed er over het gezicht van het jonge meis» ke iets, dat mij onwedersprekelijk zei: „Nou heb ik je! De wrake is zoet!" Ik was er wel zeker van, dat de jongeman, voor wien deze brief bestemd was, geen aangename oogenblikken zou be» leven, als de escribiente van zijn dorpje hem zou vertellen wat de zin der hiëroglyphen was, dit het meisje uit Barcelona op de Rambla op het pa» pier had laten krassen. J. B. S. VERSLAG VAN HET GEMEENTE» GASBEDRIJF. Verschenen is het verslag over den toestand en de exploitatie in het jaar 1925 van het gemeente»gasbedrijf te Haarlem. Het volgende is er aan ontleend. De technische resultaten zijn bevre» digend te noemen. Een belangrijk verlies in gasdebiet ontstond ten gevolge van het eindigen van de gasleveringsovereenkomst met Velsen op 1 Juli. Dit verlies in debiet werd evenwel gedeeltelijk vergoed door de gasleve» ring aan Schoten- Het financieel eindresultaat bleef be» neden de verwachting, hetgeen toe te schrijven is aan de dalende prijzen van cokes en andere nevenproducten, wel» ke daling niet in evenredigheid was met de daling der kolenprijzen. De totale gaslevering uit de gashou» dors is met pl.ni. 33/4 toegenomen, mede tengevolge van de omstandig» heid dat de gaslevering aan Schoten is begonnen' vóórdat die aan Velsen ein» digdc. Het particulier gasverhruïk is. on» danks de mededinging van de clectrici» tcit. vrijwel statiounair gebleven; de propaganda voor gasfornuizen en voor koken op gas in het algemeen heeft ongetwijfeld daarin een groote xol ge» speeld. De stilstand in het particulier gas» debiet maakt ingrijpende maatregelen tot aanmoediging van het verbruik al» leszins noodzakelijk. Totaal werden afgeleverd 20.721-350 M3. tegen 19-707.516 M3. in 1924. Het aantal geplaatste gasmeters was op 1 Januari 1925: 8903 gewone en 11691 muntmeters en op 31 December 8964 gewone en 12164 muntmeters. De opbrengst van het gas bedroeg in het geheel f 1-514.470,03 tegen f 1.495.914,36 in 1924. De brutowinst in 1925 verkregen was f 640-685,101/2 tegen f807.082,39 in 1924. Ter uitkeeering aan de gemeente bleef over f 307.551,951/2 tegen f313.206,35 in 1924. DE PONT AAN HET Z. B. SPAARNE. Men schrijft ons: Meer en meer wordt er van de pont van ebt Zuider Buiten Spaarne gebruik ge» maakt *i.n er wordt dan ook met groot verlangen uitgezien naar de groote nieuwe pont. Ér wordt door velen over één euvel geklaagd, waarvan voorna» mclijk de arbeiders last onder vinden. Het betreft het geval, d§t veelvuldig des namiddags tusschen 12 en 2 uur de machine vande pont gesmeerd wordt, waarbij de pont stil blijft liggen, wat Overal in Duitschland werden feesten gehouden ter herdenking van de grondwet van Weimar, die Duitschland tot een republiek maakte. Te Berlijn werd o.a. een parade gehouden voor president Hindenburg. veelvuldig 5 a 10 minuten oponthoud geeft. Nu is dit op gewone momenten niet zoo buitengewoon erg, maar in het ■door ons genoemde tijdperk komen en gaan de arbeiders naar en van hun werk en komen ze door dit oponthoud te laat waarop meestal boete volgt. Vandaar juist dat men de vraag stelt om te pogen in den vervolge vóór of na dit tijdperk tot de smering over <te gaan. VEREENIGING VAN SPOOR» EN TRAMWEGPERSONEEL. Door het bestuur der afdeeling Haar» lem van de Ned. Vereen, van Spoor» en Tramwegpersoneel is aan de leden een circulaire gericht waarin wordt medegedeeld, dat op het verzoek van het bestuur tot het stellen van candida» ten voor de functie van afdeelingsvoor» zitter, een tweetal candidaten zijn bin» nengekomen. Men weet dat de heer H. J. Klein had medegedeeld, dat hij zeer gaarne zijn functie wil neerleggen als een ander zich beschikbaar stelde, daar hij reeds volop bezet is met andere werkzaamheden. Tot teleurstelling van het bestuur moet het thans evenwel mededeelen, dat de twee candidaten hun candida» tuur hebben ingetrokken. Daarom wordt thans opnieuw het verzoek ge» richt tot dc leden tot 'het noemen van candidaten voor de functie van voor» zitter. VRACHTAUTO TE WATER ZESTIENJARIGE JONGEN GEDOOD Te Kedichen is Vrijdagavond een vracht auto vam de -rioomzui v-elf abri ek „De Lin- g-e" te Arlkel van den Lingedijk gereden. Irn 'den auto zaten, 'behalve de chauffeur, twee jongens. Een vam hen, de 16-jarige zoon van den rijksveldwachter D. te Arkel was onmiddellijk dood. De andere jongen bekwam geen fietsel. De chauffeur kreeg een oubeduiden den beenwond. De oorzaak vam het ongeval is mie» bekend. De po litie stelt een onzoek in. DE BRAND TE OSS TOCH KWAADWILLIGHEID? In verband niet den vreeseiijken brand, welke te Oss gewoed heeft en *2 ie vier menschenlevene opeischte, meldden wij reeds, dat de kostganger A. v. d. Ilagen, die het brandende perceel mog kon verla ten, al Hiep hij zoodanige brandwonden op, dat opneming in het zieken'hiiis noo dig was, aam de politie verklaringen heeft afgelegd, waaruit zou -kunnen blijken, dat hier kwaadwilligheid in het spel is ge weest. Terwijl v. d. Hagen, die venter is en naar gezegd wordt wel eenig bezit zou hebben, door het Taampje van een opka mer vluchtte, werd hij aamgesproken door twee mannen, die buiten stonden. Het lag voor de hand. da» v. d. Hagen dacht dat deze lieden hu'lp wilden bieden, doch zij 6praken hem aan en vroegen om geld. Toen hij daaraan niet voldeed, zijn de mannen ■verdwenen; v. d. Hagen heeft hen niet herkend. De aanwezigheid dér mannen doet, naar men medt, vermoedens van (kwaadwillig heid lijzen. HOOFDAKTE-EXAMENS GEEN TWEE JAAR PRACTIJK MEER? Zooals bekend' moet volgens de thans .g-e Mende bepalingen een onderwijzer 'twee jaar als zoodanig werkzaam Kijin ge weest alvorens in de gelegenheid te wor den gesteld, examen te doen tot het ver krijgen van 'de hoofdacte. Een en ander heeft nog al eens aanleiding gegeven tot moeilijkheden. Xaar de Tel. verneemt, is echter een soe peler regeling in dezen te wachten, waar toe binnenkort een wetsontwerp tot wij ziging van de iLager-Onderwijswet hij de Staten-Generaal zal worden ingediend. onder de oogen ider moeder gedood Op den Eijswijkschen weg, nabij Den' Haag is Vrijdagmiddag een 8-jarig meisje uit Voorburg door een zwaar beladen vrachtauto overreden en op slag gedood. Het kind zat achter op het rijwiel vam haar moeder. Deze raakte haar stuur kwijt en kwam vlak voor den auto te val len met het noodlottig gevolg, dat de kleine onder de wielen geraakte. EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE Bij ons thuis is een kat. Een alleraardigst beestje, dat aange» stcld is om muizen te vangen. Of hij die taak naar behooren ver» richt, weten wij niet, want wij hebben het nog nooit gezien. Ik geloof niet, dat iemand ooit een kat een muis heeft zien vangen. Poesenaard brengt mee, dat zij, zoodra ze een muis gevangen heeft, liet rampzalige diertje naar een donker en liefst ontoegankelijk plekje sleept, om het daar op te peuzelen. Dc uitleg» ging daarvan is, dat poes wat gulzig is uitgevallen cn het lekkere boutje alleen voor zichzelf bewaren wil. Ten opzichte van vliegenvangen koestert poes deze vrees blijkbaar niet. Die jacht oefent zij pit ten aanschouwe van iedereen. Nauwelijks hoort zij tegen ccn raam gonzen, of zij schiet met een lenige beweging op de vensterbank en slaat daarbij meteen haar poot uit: is de vlieg in haar bereik, dan is dc slag altijd raak. Daarna geeft ze die een tweede klap, waardoor dc vlieg dood of minstens verdoofd raakt cn begint het diertje dan genoegelijk op te eten. Sommige menschen vinden dat een akelig gezicht. Is dat niet een beetje huichelarij? Wij worden aangespoord en sporen op onze beurt anderen aan om zooveel mogelijk vliegen te dooden, die immers onze eet» en drinkwaren met hun vieze pooten besmetten; waarom zouden wij dan aan onze huiskat kwa» lijk nemen, dat zij dat ook doet? Die» rcnbeschermers zijn goeie, beste, vrien» dclijkc menschen. maar ccn enkelen kc.er gaan zij in hun ijver wat te ver. Ook wanneer zij belang gaan stellen in datzelfde poesic. Die is huisvast, dat wil zeggen ze zwerft den hcclen dag in huis en tuin rond. totdat zij op een oogen» blik meer van de wereld zien wil en dc naaste straat met een vaartje over» steekt, als zij de kans schoon ziet. Wij thuis maken ons daarover in het geheel niet bezorgd. Ze zal wel terugkomen, wat vroeger of later, maar ze komt ze» ker terug'. Uit eigen beweging. Behalve wanneer een dierenvriendin zich met het geval bemoeit. Dan gaat de bel over cn staat er een juffrouw op de stoep, altijd met een zachtmoedig ge» zicht, dat meestal aan den verkeerden kant van de vijftig is cn zegt, met een klein tikje verwijt in haar stem: „ik heb u.v poesje gevonden, het was zoo ver van huis!" Dan gaan wij aan 't huichelen cn zeg» gen met een klank van dankbaarheid in oijze stem: „o, dank u wel". Maar goede daad, vertrokken is. dan zeggen! tot elkaar: „waar bemoeit ze zich mee! poes zou vanzelf wel thuis geko» wen zijn". Maar het is een klein poesje en daarom denken de menschen, dat ze ook dom is. Heelemaal niet waar. Het zit niet in de lengte. Napoleon was klein van stuk cn Julius Caesar moet ook niet groot geweest zijn en ik zelfmaar genoeg. Kon zoo'n poesje nu maar spreken, dan zou het zeggen: „lieve menschen, geeft jelui geen moeite, ik vind zelf den weg naar huis wel". Maar dat kan het niet zeggen en zoo zullen, vreezen wij el, nog vaak medelijdende menschen het dier onnoodig opnemen, totdat zij op een oogenblik vergeten het bij ons thuis te brengen of niet weten, dat het bij ons thuis hoort. Dit is maar niet zoo'n veronderstelling, want het is blijk» baar al gebeurd cn wij zijn ons poesje wijt en net kan wel wezen, dat er nu dïerenvrïtn clinncn zijn. die zeggen: .waarom hou je ook zoo'n klein katje niet bij huis, waarom laat je het zoo> maar wcgloopcn?" „Omdat", zeggen wij dan, „een kat niet kan worden vast» gelegd aan een ketting met een band om zijn kop cn omdat een dier dikwijls cel slimmer is, dan een menschwel denkt. We hopen dus nog altijd, dat iemand het komt terugbezorgen (het is een mooi zwart poesje) en als ze dan weer zegt: „ik heb het opgenomen", zullen wij misschien wel denken: „waar bemoeien jullie jc mee?" maar zeggen zullen we liet niet eens. Uit pure vreug» dc, omdat ons poesje terug is. Dit is één van dc gebeurtenissen van de afgeloopen week en ik geef toe, dat liet geen belangrijke gebeurtenis is. Maar wat zou er omstreeks half Augus» fus voor gewichtigs voorvallen, terwijl dc eenc helft van het menschdom va» c'antje hecft en de andere helft wel zou willen, dat ze het nóg had. In zoo'n tijd zijn kleine dingen ook gebeurtenissen, zooals kruimpjes óók brood zijn. Dat een briefkaart in Juni 1912 uit Zand» voort nair Beverwijk gestuurd is en nu pas. na veertien j^ar, als onbestelbaar te Zandvoort terug gekomen is, kon zeker niet voor ccn feit van gewicht doorgaan, maar is toch nutteloos ge» noeg, vooral wanneer cr op gestaan heeft: „Lieve Tante of Nicht of Vrien» din, kom morgen bij mij theedrinken". Maar het geval kan ons tot tevreden» heid aansporen. Wat is, daarbij verge» leken, d it ten brief uit Amsterdam Za» terdag verzonden, Maandagochtend nog niet eens (e Haarlem aankomt en meer van dergel'jkc kleinigheden, waarover wij gewoon zijn te klagen. Veertien jaar voor een briefkaart om van Zand» de juffrouw, wel voldaan over haar voort naar Beverwijk te gaan en terug, dat isdat is natuurlijk een record!1 En daar de maand Augustus zooals wij weten uiterst groeizaam weer voor re» cords oplc". ert, is liet precies goed dat deze in Augustus 1926 voor den dag gekomen is. Dit doec mij denken aan medailles en lauwerVrrnsen en bekers, die met het vestigen van records verdiend wor» den. Is het geen bewijs van gebrek aan fantasie, dat wij nu al jaren lang bekers en lauwerkiar.sen en medailles uitrei» ken, waar geen sterveling nadat hij ze verdiend en gekregen heeft, iets anders mee doen kan, dan ze in een kast in zijn kamer hangen, en af en toe wat af» itoffeu! Uit zoo'n beker kun je niet eens drinken, een lauwerkrans niet om je hals cn de medailles niet op je borst hangen. Wie geeft eens een nieuw idee voor prijzei: van wedstrijden? Er moet toch wel iets oorspronkelijks liggen tusschen een verschen Devcnterkoek en een toepasselijk schilderstuk. Ofschoon toegegeven moet worden, dat oorspronkelijke ideeën zeldzaam zijn. Of hebben niet achtereenvolgende Ministeries geprobeerd een weeldever» terings»beksting in te voeren, terwijl het nooit gelukt is en ook nooit geluk» ken zal oei dc eenvoudige reden dat dingen die veel gebruikt worden, nooit weelde kunnen zijn en dus niet voor de belasting in aanmerking komen, terwijl een belasting op dingen die weinig ge= bruikt worden omdat ze weelde zijn, nooit genoeg opbrengen. Aan dit noodlot heeft tot nu toe geen rcohtsche of geen linksche Minister kunnen ontsnappen cn een van het Midden -dus ook niet. Maar hun ijver dient te worden geprezen, want zij werken wel degelijk: telkens aan een nieuwe nota van wijzigingen. Die nota's doen mij denken aan een van mijn ne= ven, vader van een groot gezin, die opeens op de gedachte kwam, dat er bezuinigd kou worden op het haarknip: pen van de kinderen. „Ik doe het zelf", zei hij riotsch. koos zijn oudsten zoon tot proefkonijn sloot zich met dezen in de slaapkamer op, nadat hij zijn zacht protesteerende vrouw energiek de ka» mer had uitgeschoven en begon. „Is dar een kunst?" zei hij minaoh» ten-d, toen de eerste vlokken van Jan» tjes haar op den grond vielen. Wel be: speurde, hij, toen hij zijn werk bekeek, dat het wat ongelijk geworden was: links te vcci af, rechts te weinig. Toen rechts wat gedund was, werd de toe» stand presies andersom: rechts te veel af, links te weinig. Juist op het oogen» blik, dat er ongeveer evenwicht tus» schen rechts en links ontstaan was, bleek er te weinig op de kruin afge» knipt te zijn, Na het herstellen van vergelijkend m akela ars»examen toe? Of deze fout was het achterhaar in den nek te lang. Kortom, mijn ondernemen» de neef bracht net zoo lang wat ze in het Ministene noemen „nota's van wij» ziging" aan. dat Jantje, die kans had gezien zióh stilletjes in den spiegel te bekijken, een gebrul van ontzetting aanhief en zijn moeder, toegang eischen» de door de immers gesloten deur, als een getergde leeuwin op haar man af» stoof en nep: „je hebt er een gescho» ren schaap van gemaakt". Hoe cerdc-i deze Minister zijn weel» deverteringsbelasting intrekt, wil ik maar zeggen, des te verstandiger zal dat wezen. Maar wedden dat hij het niet doet! En wedden, dat de Kamer het ontwerp niet aanneemt! Ofschoon ik toegeef dat wedden een buitengewoon gevaarlijke liefhebberij is. Wie zou ooit gedacht hebben, toen de Barteljorisstraat en dc Anegang werden geasphalteerd, dat de gemeen» te Haarlem op dit oogenblik (zóóveel jaar later) nog aan het proefnemen met nieuwe asphalitsoor-ten zou zijn. En toch is dat zoo. T o p e k a»asphalt' zal nu worden geprobeerd. T o beteekent natuurlijk tooverachtig, p e be teekend perpetueel hetgeen zeggen wil dat dit asphalt niet slijt en k a beduidt Kanada in welk onmetelijk land al honderdduizend strekkende meters met het grootste succes gelegd zijn, even» als van de andere concurreerende soorten. t Denkt nu niet. dat ik een tegenstan» der van asphalt in onze stad zijn zou. Integendeel. Hoe meer asphalt, hoe beter. Des te vlugger kunnen wij ons bewegen cn des te sneller onze zaken afdoen. Dat is noodig. Bijvoorbeeld voorde makelaars in onroerende goede» ren, welk vak verbazend voordeelig we» zen moet, daar zij ziich bij halve do» zijnen aanmelden om in die functie te worden benoemd. Zelfs is er cén sol-li* citant bij, die in het voorbijgaan hypo» theken en assurantiën er bij neemt en dat alles wenscht uit te oefenen in den ruimsten zin van het woord. Wat dat beteekent begrijp ik niet goed, tenzij hij er een zoo ruim mogelijk bestaan mee veroveren wil, wat ik zeer verklaar: baar vind. Als het op deze manier door gaat zal iemand van wien het bekend wordt dat hij een huis wil koop en, een uur later vijf en twintig makelaars in onroerende goederen voor zijn deur vinden, die allen trachten zijn hart met voordeelige aanbiedingen van onroe: rende goederen te ontroeren. Zijn wij langzamerhand niet aan een aan een sluiting van het vak, op de ma» nier van het notariaat, waarin alleen opengevallen plaatsen worden vervuld of -nieuwe plaatsen alleen geschapen wanneer de bevolking in aantal toe» neemt? In de bioscopen wordt bij den aan» vang der voorstelling gewoonlijk eerst een zoogenaamd Journal gegeven. Het woord beteekent „dagblad" en of» schoon zoo'n Journal al heel weinig op een dagblad lijkt, is het hioscoopnum» mer toc;h een soort van overzicht van wat er in de laatste dagen voor be» lang rijks is gebeurd. Deze beschouwing tracht iets dergelijks te zijn, zoodat ik niet onvermeld mag laten, dat een ta» leninstituut een aanbieding doet voor een Teclamereis door België. Als iemand soms mcenen mocht, dat dit toch iets heel anders is, dan ben ik dat niet met hem eens. Wat kan beter de proef op de som van het taalonderwijs wezen, dan een reis daarna in het bui» tenliand? Toepassing van het geleerde, eerst de theorie, dan de practijk. Nog een stapje verder en de leerling die er in slaagt om het geleerde F-ransch te pas te brengen in België, krijgt een prijs bestaande uit een gratis reis. R-rrt, alweer een ander stuk. zooals ze vroeger zeiden in de rarekick op de kermis. De bevolking van Haarlem is nu langzamerhand tot ruim 80.000 ge» stegen, maar veel verder komen wij niet. Haarlem is volgebouwd. Zelfs le» zen wij in de officicele cijfers, dat zich in Juni 624 menschen in Haarlem heb» bc-n gevestigd en dat er 649 uit de stad vertrokkci/ zijn. Toch wordt er be» weerd dat grensuitbreiding niet noodig is. Hoe heeft, zou je zeggen, het ge» meentebestuur nog den moed, om bij de blijkbaar achteruitgaande onderne» ming f 3500 te vragen voor een nieuw ameublement van onze Raadszaal. Veertig nieuwe stoelen zullen daarvoor gekocht worden zonder en zes met armleuningen. De laatsten zijn blijk» baar voor B. en W. bestemd plus een voor den secretaris. Wie kan er iets te» gen hebben dat het dagelijksch bestuur de gelegenheid heeft de armen op een leuning te leggen: dat is rustig en maakt een goed effect. Maar waarom dan ook niet dc leden van den Raad? Is hun taak minder vermoeiend? Heeft de Raad de koorden van de beurs niet in hande-n en is het dus niet noodig, dat deze handen af en toe op dc armleu» ningen uitrusten van dat zware werk? Als het nieuwe meubilair toch eenige duizenden kosten moet is het beter de inrichting maar dadelijk perfect te ma» ken en geen reden- tot afgunst te doen ontstaan tusschen Raadsleden en leden van het dagelijksch-bestuur. Men zegt wel: „er zijn standen". Maar toch zeker niet in de manier van zitten! Ais je tegenwoordig een vriend of een kennis ontmoet, is de gewone vraag: „ben je al uit geweest?" en wan» neer hij Jan „ja" zegt: „waarheen?" Dit gesprek van den dag voerde ik eergiste» ren met mijn vriend Jan, die op de vraag: „waarheen?" wachtte en be» denkelijk keek. „Dus veel regen gehad", zei ik meewarig. „Geen druppel", zei hij. „En toch Daarop vertelde hij. „Jc weet, mijn vrouw is niet sterk. Als er wat ver» schoven of opgetild moet worden kom ik cr aan te pas, bezoek vermoeit haar, kortom ze moet wat ontzien worden. Maar in etr. ander opzicht heeft ze reuzckrachicn. Dat heb ik pas ontdekt. Wij zijn voor onze vacantic naar Parijs geweest en hebben daar Lafayette be» zocht. Kt«i je Lafayette niet? Gelukkige kerel! Het is een groot modemagazijn en mijn vrouw genoot. Ik niet. Ik volg» de haar op den voet en stond stil te wachten, al.s ze iets bekeek of iets kocht. In tusschen werd ik van alle kan# ten (de ruimte tusschen de uitstallingen is niet groot; geduwd cn gestompt. Dan kreeg ik e- een van rechts, dan twee van links. Een dame gïhg vierkant op mijn voet staan. Onbeleefd, vind je. Hee lemaal met, ze zagen mij niet, dat was de quaestie. Zij zagen alleen dc artikc» len, ik bestond niet voor haar. Toen dit een half uur geduurd had kermde ik: „vrouw, ben je haast klaar met je inkoopen? ik kan niet meer". Ze keer# de zich naa» mij om en ik schrikte. Haar gezicht straalde, zij keek verheer» lijkt. „Nog een oogenblik", zei ze ver» strooid en ik geloof, dat zij mij ook niet zag. Dat oogenblik duurde een uur. Ik was half uocd. driekwart dooi. Zij mankeerde niets, integendeel, zc was niet eens vermoeid, ze scheen verjongd door Jen aanblik van al die manufac» turen. „Morgen moet ik er nog even heen", ze: ze. Even maar! Er waren zulke prachtigeditten of dattcn te krijgen, ik heb er zelfs den naam nooit van gehoord 'k Heb haar den volgenden dag al» leen laten trekken en met een kop kof# fie gewacht in de buurt. „Een tweede bezoek van Lafayette zou ik niet over» leefd hebben. Maar mijn vrouw is er na dien r.og twee keer geweest en er telkens versterkt, verfrischt, vernieuwd vandaan gekomen. Als er thuis weer ccn klem tafeltje moet worden vertild, roept ze mij. Wonderlijk", FIDELIO,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1926 | | pagina 5