HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 2 OCT. 1926TWEEDE BLAD
WAT WAS - WAT IS.
De „oude" geleerde man te Bennebroeh
ondeuOtTd geweest in kermistijd
ten ..li zoader toestemming
Hoe de ouue uitspanning er vroeger uitzag.
Dc uitspanning de „oude" geleerde
man tc Bcnnebrock is van ouden da»
turn. Het is uit documenten ean te
loorxn, dat dc bouw -n 1683 plaats
foad, want ra 1682 verkocht Adriaan
Pauw. llccr van Bcocebroek, „een
book wildcn>-s' te Benoe-broek aan
den grooten Heemstedcweg over de
Ucnuehrockcrlaan aan den timmerman
Jleynrick Backer, dve er het volgende
jaar de Uitspanning „Het huis ter
Leer" stichtte.
Later werd het „De geleende man".
Op be tuiibuogbord was een wijsgeer
geschilderd d.c e«i geopend bock be»
studeerde. Op zijn rug droeg hij een
jeer, (ladder). De man was dus dubbel
„geleerd".
In den goeden ouden tijd was de
uitspanning, gelegen aan den Heeren»
■weg op dca hoek van dc Beonebroe»
icrlaan. een zeer geziene pleister»
plaats. De postkoets en andere reis»
wagens hadden er een vaste halte.
Studenten kwamen er feestvieren,
jonge paren waren gelukkig als zij in
deze herberg hun bruiloft konden ga»
ven, enz.
A'.s advocaten uit Amsterdam of
Haarlem moesten co of crceren me:
'collega's uit Leiden of 's Gravcnhagc.
gebeurde dit bij voonkeur in dc gc«
leerde man. Daar zaten zij rustig en...
na de conferentie was er gelegenheid
voor een goed diner!
I Ook werd dc herberg gcbru:kt als
Rechtfeuis. Dat is wel een bewijs, dat
het met zijn bewoners ra aanccicn
1 stood.
j Koning Willem II bezocht, toen hij
nog prins was, dc herberg meermalen.
Hij kwam meestal te paard, maar
soms 'konden de verbaasde Bcnrve»
l broeken het fraaie zesspan met static»
ii koets van den Jongen vorst bcwoodc»
ren.
Volgens oude teckonirvgen was de
uitspanning vroeger veel grooter. er
was een vijver bij, verder een fraaie
I tuin met mooie koepels.
Het huis zelf heeft in den loop dc'r
jaren veel verandering ondergaan. Om»
streeks 1840 is er zelfs een groote ver»
bouwing uitgevoerd. Toch hoeft het
i steeds het oude gezellige karakter bc<
houden.
IA!s er kermis was te Bcnoebrock
werd er in Dc geleerde man gedanst
en muziek gemaakt. Dat duurde 8
I dagen. In 1742 was de hospes evenwel
zoo on
te laten zondsr toestemming I
van den 1 leer van Bcna-cbrook. De
„gezworen bode" werd er toen op af»
gestuurd en dit dansers konden naar
huis gaan.
In 1779 kreeg de hospes vergunning
van den Heer van Bcnncbroek ora een
harddraverij tc houden. De winner
kreeg een zilveren zweep, ma-ar moest
30 fiesschcn wijn aan zijn mcderjjdcrs
laten leeg schenken.
Jaoob van Lc-mvcp dichtte in 1859:
„DE GELEERDE MAN".
Wat sterveling in Nederland
1 leeft ooit den weg -berècn,
D.c HiUegom van Haarlem scheidt,
Wie heeft bij U nooit aangeleid.
Zij 't nog zoo lang geléen.
Die zich uw naam, „Geleerde Man"
Met blijdschap niet hcrinn'rcn kan?
Wat rus-ter kwam uw deur voorbij,
Die, hoe gejaagd hij was.
Niet straks den frcJgci bad gekort,
En opgezien naar 't uithangbord,
Of, later, mar het glas.
Waarop ge, o room van Bcnoebrock!
Stond: afgebeeld met leer en boek?
Des eersten Willem* rosgespan
Hield aan uw viersprong op;
Ja, zelfs zoo menigmaal dc held
Van Waterloo kwam aangesneld
In vliegenden galop,
Bedwong hij voor uw stal zijn ruin
En maakte een praatje met Jan Duin.
Werd. sinds dc spoortrein al de pret
Van 't reizen glad bedferf,
Dc straatweg elders leeg en naar.
Toch bleef ge aan wie als wandelaar
In Haarlems omtrek zwierf.
Aan ruiter, aan koetsier en paard
Als pleisterplaats en stalling waard.
Wat heb ik xoif niet voor uw deur
Al uurtjes doorgebracht.
Gepraat, gelezen en geschaakt.
Met uw bezoekers mij vermaakt.
Gekeken, nagedacht.
En lange pijpen bovenal
Gerookt in oauitsprcoklijk tal.
Nu zijn dc wandelaars meest ver»
drongen door fietsers e>n automobi»
listen. Maar ook die weten de „oude"
geleerde man nog wel te vinden
Dc boom die voor het huis staat is
nog uit de dagen van de stichting van
het huis. Dc boom is dus meer dan 250
jaar oud. Het is een zeldzaam exeim
plaar. Voor dc wcgvcrbrccding staat
hij in den weg, maar er is toch be*
sloten hem qngchiraderd tc laten staan
uit eerbied voor dc historie.
Een teekening van deze dagen.
STADSNIEUWS
POPULAIRE LIEDEREN AVOND.
Men schrijft ons:
Mevrouw Marguerite Couperus zal
een populairen liederenavond geven op
den feestavond ter viering van het
12 l'2»jarig bestaan der Orde der Goe»
de Tempelieren Loge „Plaats voor Al»
len no. 61" en wel op Woensdag 13
October in het gebouw Bloemhof.
Mevrouw Couperus zal ccn speciaal
voor dezen avond samengesteld pro»
gramma ten gchoorc brengen o.m.
Hollandschc», Friesche», Duitschc volks
cn oud'Nederlandschc liederen, alle in
costuums van land cn tijdperk.
Pianohcgcleidstcr is mevrouw Bep
Krügcr»Smits.
LEGER DES HEILS.
In dc afgcloopcn weck werden er
de Tehuizen voor Dakloozen aan het
Spaarnc 92 cn 102, 1540 porties voed»
scl cn 385 nachtverblijven verstrekt.
N.V. WONINGINRICHTING
JOH. NEDERKOORN ZN.
Zes jaar geleden werd onze Redac»
tie uitg-onoodigd, om in het perceel
Ged. Oude Gracht 56, een oud Patri»
ciershuis, de toonzalen der N.V. Wo»
ninginrichting Joh. Ncdcrkoorn te be»
zichtigen.
En nu reeds, na zoo'n korten tijd,
heeft dc directie van deze firma zich
genoodzaakt gezien, de zaken weder»
om uit te breiden en wel op een cflor»
me wijze, namelijk door het groote per»
ceel Ged. Oude Gracht 58 cr bij te
trekken, waardoor beneden een ver»
koop»ruimte van niet minder dan 440
vierk. M. is verkregen, terwijl boven
ook nog eenige ruime toonzalen gele»
gen zijn.
Ook nu weer werden wij door de di»
rectie uitgenoodigd, de uitbreiding te
bezichtigen. We werden Vrijdagmiddag
door den heer Joh. Ncdcrkoorn Czn.
en de tegenwoordige directeuren, de
heeren C. J. Nederkoorn en H. G, Ja-
ger. ontvangen.
De heer Nederkoorn Sr., hield een
rede, waarbij hij er aan herinnerde,
dat wijlen zijn vader, de heer Kees
Nederkoorn, in 1878 in een besdhei»
den huisje aan het Groot Heiligland
32 een klein meubelmakerszaakje
stichtte.
In 18S9 besloot hij zijn zoon Joh.
Nederkoorn Czn., als hulp in zijn zaak
te nemen. Spreker heeft het aan zijn
vader te danken, dat hij in den loop
der jaren zijn zaak tot zulk ccn groo»
ten bloei hecf-t kunnen brengen. Hij
bracht hulde aan zijn nagedachtenis
In 1884 stierf de stichter der zaak,
zoodat de toen nog jeugdige zoon voor
de taak gesteld werd. de zaak tot
bloei te brengen. In 1905 kon worden
overgegaan tot den bouw van de be-
kende fabriek aan het Groot Heilig:
land 52, met een oppervlakte van 400
M2 aan werkzalen.
En nu weer het zoozeer vergroote
magazijn aan de Ged. Oude Graoht,
dat geheel in grooten stijl aangekleed
is.
In aangename afwisseling ziet men
daar gegroepeerd de pronkjuweeitjes
van (Jude Hollandsche, Ylaamsche
Fransche meubelkunst. Een kcurcollec»
tic Vieux Delft, blauw en gekleurd Per»
zische cn Smyrna tapijten en kleedjes,
Oostcrsche kunst, fraaie oude gewe»
yen doeken en zijden kleedjes, bene:
vens de met zooveel zorg en smaak:
vol zelfgemaakte meubelen, in groote
verscheidenheid van vormen, kleuren
en prijaen.
Het is een weelde, al dat fraais in die
stcmmingvolle omgeving rustig te be:
zien. Het is een zaak, welke, met de
grootste en beste op het gebied der
Woninginrichting kan wedijveren.
Zelfs de drie grootste steden der lands
kunnen niet meer en beter bieden, dan
bij Nederkoorn en Zoon te aanschou»
wen is.
Dat is het resultaat van het werken
van grootvader,, zoon en kleinzoon, de
laatste zes jaren gesteund door den
heer H, G. Jager.
Zoo gaat deze bijna 50*jarige
zaak, in een nieuw gewaad gestoken,
zich weder aan het publiek presentee»
ren, steunende op het in die lange
reeks van jaren beproefde devies:
„Voor alles goed".
Met trots cn voldoening kan dc nu
uitgetreden firmant Joh. Nederkoorn
Czn., op zijn ruim 40»jar>gcn werktijd
terug zien, gesteund door dc weten»
schap dat de tegenwoordige directeu»
ren dat werk met groote liefde zullen
voort-zetten.
De verbouw geschiedde onder lei»
ding van den architect J. P'h. Peper; de
uitvoerder was dc heer Jac. Klerk.
Vooral de kunstverlichting. be»
staande uit dc modernste Zeiss»lampen
geleverd door de firma G. Oostwald, is
schitteren-d.
Wc wenschen de firma Nederkoorn,
aan wie indertijd door prof. Van der
Steur dc verecrende opdracht werd
gegeven een gedeelte der mcubi»
leering van het Vredespaleis uit te voc»
ren, veel succes toe.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
b 60 Cte. per* regal.
SCHOOLGELDEN.
Openbaar en bijzonder
onderwijs.
WEER KLASSE- OF STANDEN
SCHOLEN?
De schoolgelden voor het openbaar
gewoon lager onderwijs werden op de
gcmcentcbcgrootïng voor 1927 ge»
raamd op 70.000 tegen 78.000 in
het vorige jaar en ccn werkelijke in»
komst toen van 65.656.12.
In dc toelichting wordt opgemerkt,
dat de opbrengst 8000 lager wordt
geraamd dan voor 1926 aangezien het
belastbaar inkomen der schoolgeld»
plichtigen ccn lager cijfer aanwijst.
De schoolgelden van het bijzonder
gewoon lager onderwijs worden echter
geraamd op 73.000 tegen 77-000 in
het vorige jaar bij een werkelijke in»
komst toen van 69.674.65.
in de toelichting wordt opgemerkt,
dat het geraamde bedrag voor deze
scholen j 40UO lager is geraamd dan
voor 1926, aangezien het schoolgeld
naar een lager belastbaar inkomen
wordt berekend.
Toch is de raming van de schoolgelden
van het bijzonder onderwijs 3000
hoogcr dan die van het openbaar on»
dcrwijs.
Hoe zit dat?
Wij teekenen hierbij aan dat volgens
de laatst verschenen statistische gejje*
vens omtrent de gemeente Haarlem
loopende over het eerste kwartaal 1926
op 1 Maart 1926 gingen op de open»
bare scholen voor gewoon lager on»
derwijs 5431 en op 16 Maart op de bij»
zondere scholen voor dat onderwijs
5366 leerlingen.
Voor het uitgebreid lager onderwijs
waren toen die cijfers onderscheidn»
iijk 311 cn 275. In beide gevallen op
de openbare scholen dus meer leerlin»
gen dan op de bijzondere.
Bij de schoolgelden voor het uitgc»
breid lager onderwijs ook verschil en
daar aanmerkclijker. Daar die van het
openbaar 7000 en die van het bijzon»
der 13000.
Wij hebben inlichtingen ingewonnen
bij den heer P. Kalbfleiseh. Referenda»
ris der afdceling onderwijs.
Deze deed ons opmerken, dat het
aantal leerlingen op de openbare en
dc bijzondere scholen voor gewoon
lager onderwijs ongeveer gelijk is. Op
de gezamenlijke openbare scholen
gaan pl.m. 5400 leerlingen, op de bij»
zondcrc iets meer dan 5400 1).
Het verschil in de opbrengst 3000.
dat is 0.60 per leerling over een ge»
heel jaar, is niet 0.60 per leerling
over een geheel jaar, is niet noemens»
waard, als men in aanmerking neemt
dat het schoolgeld, dat op beide soor»
ten scholen volgens de gemeentelijke
verordening naar het belastbaar inko»
men wordt berekend, nihil of en
dat is dc tegenstelling 75 per jaa
en per Teerling kan zijn.
Verder moet in aanmerking worden
genomen, dat tot dc bijzondere scholen
bchooren de scholea in het Florapark.
1) Wij teekenen hierbij aan dat sinds
de laatste statistische pegevens der
gemeente in de cijferverhoudingen dus
cenige verandering is gekomen. Red.
H. D.
de R.»K. school aan den Kleinen Hout*
weg, de Mariaschcol A in dc Ko*
ningstraat, dc school aan de Dreef, de
school op het Nassauplein, en de R.»K.
school in de Crucqiusstraat. Op deze
scholen gaan pl.m. 1100 leerlingen, bij*
na allen uit dc meer gegoede standen,
die dus een flink schoolgeld betalen.
Bovendien is op de overige bijzdn»
dere scholen in de gemeente het aan*
tal kosteloos toegelaten leerlingen ver»
moedelijk kleiner dan op de openbar»
scholen.
Het verschil in de opbrengst van het
schoolgeld van uitgebreid lager onder*
wijs is wel heel sterk. Daarbij dient
men in aanmerking te nemen, dat Je
gemeente slechts één U. L. O. school
heeft voor alle standen (met pl.m. 300
leerlingen) en dat bij het bijzonder on»
derwijs het U. L. onderwijs gegeven
wordt voornamelijk aan dp scholen
voor de meer, gegoeden (eveneens
ruim 300 leerlingen).
Ten slotte deed de heer Kalbfleiseh*
Ons nog opmerken dat de openbare
z g. Opleidingsscholen door ruim 1300
leerlingen worden bezocht, zoowel uit
dc kringen van minder als meer ge»
goede ingezetenen.
Tot zoover de mededeelingen van
den heer Kalbfleiseh.
De conclusie onzerzijds is, dat het
verschil in de opbrengst van de school*
gelden jn hoofdzaak hieruit voortvloeit
dat de omstandigheden gemaakt heb#
ben. dat de kinderen van de meer ge#
goeden, waarvoor dus meer schoolgeld
moet worden betaald, naar de bijzon»
dere scholen gaan en niet meer naar
de openbare in die mate als vroeger.
Daarbij diene te worden opgemerkt,
dat met bijzondere niet alleen meer,
zooals Vroeger, het spraakgebruik was,
de „Christelijke scholen" worden be»
doeld. of zooals de andere term luidde
scholen, waar confessioneel onderwijs
immers er waren ook bijz. R.»K.
scholen werd gegeven.
Een van de voornaamste redenen
van den toeloop van leerlingen op de
bijz. scholen zal wel zijn de invoering
van de z g. éénheidsscholen en de af*
schaffing van de standenscholen. Zoo»
als wethouder Bruch al in de raads*
zitting van 2 Juni zeide, kwam het hem
voor dat het van belang zou kunnen
zijn voor het openbaar onderwijs wan»
neer men zöu kunnen, komen tot klas»
scscholen. Maar dan moet het ook rond
uit gezegd worden, deed de wethouder
opmerken. Dan moet de raad daartoe
hcsluiten. Verder zeide hij dat B. en
W. overtuigd zijn dat een uitspraak
van den raad in dien zin het openbaar
ondeiwijs niet ten kwade zou komen.
De wethouder liet to.en al doorsche#
meren dat hij. als wethouder van on»
derwijs. wel voelde voor de weder in#
stelling van de standenschool. B. en W.
zijn bereid den wil van den raad uit
te voeren, voegde spr. daaraan toe..
Hij kon echter begrijpen dat de raad
omtrent dit punt fractioneel nog niet
geheel „au fait" is, misschien wel in#
dividueel.
Welnu verklaarde hij, laat men dan
deze quaestie nog eens bij de bcgroo»
ting onder de oogen zien. B. en W,
willen haar ook nog eens overwegen.
Te verwachten is dus dat bij de be#
handeling der gemeentebegrooting hier
wel meer over zal worden gehoord.
Dat in een gemeente als Haarlem
maar één openbare U. L. O. is voor
alle standen, is ook wel eigenaardig.
Vooral, daar er in de laatste tijden
cei> sterke strooming is ten gunste van
U. L. oqderwijs.
Haarlemmer Halletjes
EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE
Er bestaat in dc Ncdcrlandsche taal
«cn woord, waarvoor andere volken
gun uitdrukking kennen. Dat is hel
voord deftig. Wat het betcekent
veten wc allemaal wel, maar hoe wc
't begrip nader zuilen omschrijven is zoo
gemakkelijk niet. Deftig doet iemand,
die op ccn bepaalde manier, welke
voor verschillende menschen weer an»
ders is, een ijskorst om. zich heen laat
bevriezen, die andere menschen belet
hem met zekere familiariteit toe te
spreken of zelfs maar tc naderen. Dit
is ccn beeldspraak, die nadere uitleg»
ging noodig maakt. Dc een zoekt het
in ccn onberispelijk'glanzenden hoo»
gin hoed, die ai dadelijk ccn afstand
schept tusschcn dat hoofddeksel cn
andere minder sierlijke hoeden of pet»
ten, dc ander in zijn houding, de derde
in zijn manier van spreken, zoo ver
opgehaald uit dc keel, dc mccstcn ge»
ven door dc uitdrukking van hun gc»
zicht tc kennen, dat zij hcclwat meer
zijn Jn hun eigen oogen, dan andere
m<schcn.
Met deze „dikdoenerij" zooals dat
heet spotten ccn hcelcboel menschen.
maar het gekke is. dat dc mccstcn
daarvan toen min of meer onder den
indruk komen. Daar hoort niet bij de
bc keaidc logementhouder tc Grouw,
onlangs bij ccn auto*ongcIuk overle»
den, d'-c twee dames, toen ze in zijn
tegenwoordigheid Lngclsch spraken,
O net beiden Hollandsche vrou»
wen waren, eenvoudig verzocht been
tc gaan omdat hij die minachting van
Zijn persoon niet verdragen wou. Dit
was dezelfde man, die toen ccn be»
zoeker hem tot eerbied wou brengen
door hem zijn hooge betrekking tc
noemen, ten antwoord gaf: „dat is 'n
bist baantje, jc' moet zien da je dat
bheft".
Sedert ccnigen tijd hebben wij ook
ec:i Minister, die dc deftigheid larie
vindt. Dat is Minister Kan, die op zijn
fietsje, als een doodgewone sterveling,
dc grenzen van het Haarlemsche an»
ncxaticplan aftrapte tost verbazing van
ccn van dc hoofdambtenaren van zijn
departement, die aanvankelijk zei. dat
het niet waar kon zijn, omdat hij van
het hêzock zou hebben geweten. Dit
is dezelfde Minister, die deelneemt aan
tennis, of hockcymatchcs. zonder tc
vragen of de menschen met cn tegen
Wie hij speelt, wel ccn even deftige
positie in dc maatschappij bcklcedcn
als hij. Toen hij indertijd Minister gc»
worden svas cn daarna voor den eer»
sten keer op het hockeyveld van zijn
Haagsche club verscheen, kwamen
sommige leden hem met die bcnoc»
ming gciukwcnschcn cn deden dat
waarschijnlijk een beetje beschroomd.
.Ja, ja, hoor", zei hij, „dank jc wel.
maar ik zal jullie wat anders vertel»
lcn. Je weet ik zwem in de zwemschool
bij X. Verbeeld jc. ik krijg voor mijn
ijf centen van den badknecht altijd
twee handdoeken,. ik weet niet waar»
om. maar ik krijg ze. Wat zeg je daar»
an? Dat krijgen jullie geen van allen,
maar ik wel: twee badhanddoeken voor
mijn vijf centen". Weg was de bc»
schroomdhcid tegenover den Minister
en ze lachten samen om dat geweldig
prerogatief: twee handdoeken voor vijf
centen.
Deftigheid? Minister Kan kwam in
Groningen om daar cenige gemeente»
lijke instellingen te bezoeken. De bur»
gemccstcr ,cn andere officicele hccren
ontvingen hem en leidden hem rond.
ook naar een nieuwe bad» en zwemin»
richting. „Wat ziet dat water cr heer»
lijk uit!" zei de Minister en fluks liet
hij zich door den badmeester ccn
klccdhokjc aanwijzen en sprong bin»
ncn ccn minuut of wat ten aanschouwc
van al die autoriteiten tc water. Dat
doet men niet. Niet als men deftig is
en hang voor een spatje water op een
deftige zwarte jas.
Nu moeten wij vooral niet deftig»
hcid verwarren met waardigheid, want
die hebben niets met elkaar tc maken.
Dat was vriend van Stuiteren, die an»
ders nogal gesteld is op ccn eigen
opinie cn die wanneer zc eenmaal uit»
gesproken is, graag tot het uiterste
toe volhoudt, toch met mij eens. Dit
merkwaardige feit viel voor op een
middag van een der laatste dagen, toen
wij op ccn stillen weg achter een paar
menschen aanliepen, van wie wij er
een kenden. Jen oud»professor Kam»
minga tot Warmcnhuizcn. Het is hce»
lcmaal oiet nootfig dezen naam in het
adresboek op te zoeken, daar men
hem er niet in vinden zal. Waarom zou
ik hier het naadje van iedere kous
vertellen? De oude heer dien wij za
gen heet in werkelijkheid heel anders
en is niet eens rustend professor, maar
dat doet allemaal niets ter zake. Zoo»
veel is zeker, dat het een oude heer
was. zooals een kind kon zien aan de
grijsheid van zijn lokken cn de ge»
brekkigheid van zijn gang; om de waar»
heid té zeggen steunde hij op een
stok.
Hij kon dan ook dc dame die naast
hem liep nauwelijks bijhouden. Het
toonbeeld van een jong meisje. Korte
haren, een pagekopje naar den meest
modernen trant, ccn htol kort rokje
cn daaronder twee becnen gestoken in
die vermaarde vlceschklcurigc kousen,
waarvan jc op zijn zachtst kunt zeggen,
dat zc smakeloos zijn.
„Zeker zijn dochter", veronderstelde
an Stuiteren. „Hij heeft cr maar
ccn en die is in Indic. „Dan zijn
schoondochter", hield hij vol. „Zijn
cenige zoop is niet getrouwd." Toen
werd van Stuiteren dwars cn verkoos
tc weten, met welk jong meisje de
oude heer, dan wel liep. ITct was km*
dcrachtig als men wil, want wat ging
het ons aan. maar zelfs volwassen men,
schcn hebben wel kinderachtige buien,
zoodat wij als bij afspraak onzen stap
ersncldcn cn het tweetal al gauw
hadden ingehaald. Wij groetten beleefd
cn kregen zoo de gelegenheid, de da»
me aan te zien. Tien pas verder, toen
zij ons niet meer konden hooren, zei
van Stuiteren in ccn stiklach: „lljt is
zijn vrouw! Hoe oud zou die wel wc»
zen?"
„Acht en zestig minstens",
„En grootmoeder?"
„Van drie kindertjes".
Toen kwamen wij overeen, dat zoo»
iets niet alleen niet deftig, maar ook
niet eens waardig was en nadat we
ccn poosje, sprakeloos van verwonde»
ring, waren voortgcloopen, zei vaD
Stuiteren op eens: „Ik zal jc wat zeg»
gen: het leek Lyceum, maar het was
Museum."
Waarop wij samen in een lach scho»
ten, dien zij. daar zij oog altijd op dien
stillen weg niet ver achter ons liepen,
hebben kunnen hooren.
In dc ontwcrp'hcgrooting van Haar»
lcm. die pas verschenen is, wordt met
zekere voldochins» bericht, dat de bc»
lastingen niet zullen worden verhoogd,
maar dat is oojc niet waarop dc belas»
tingschuldigcn gerekend hadden, wel
daarop dat ze zouden worden v c r»
1 a a gd. Niet dat ik van plan zou zijn
in deze rubriek dc gemeentepolitiek
ter sprake tc brengen; die hoort in ccn
andere rubriek in dit blad thuis. Maar
het is misschien niet onbescheiden om
te vragen, of dc toestand van de gc»
meentcfinancién zoo slecht is dat zij
geen behoorlijk geschilderde handwij»
zers meer betalen kan. Op verschil
lende plaatsen jn Haarlem staan bor»
den aan witte palen met aanwijzingen
biivoorbeeld: RICHTING IIEEMSTE»
DE, in zwart geschilderd, terwijl een
roodc pi'l die richting aanwijst: ITct
bord zelf is ongeverfd. Het geheel ziet
er armoedig uit cn doet denken aan
een .gierigen boor. die geen cent aan
'ccn nuttig opschrift ten koste wil leg»
gen cn daarom tegen zijn jongste
knechtje gezegd heeft: „knutsel jij me
dat dingic maar eens gauw in elkaar,
maar denk er om, dat het niemendal
mag kosten"
„Het zal tijdelijk wezen", heeft vriend
van Stuiteren mij gezegd, maar ook dit
heeft mij niet kunnen troosten. Of we»
ten wij niet van oudsher, dat de tijde»
lijke tfiestand in ons land neiging heeft
ortdurend tc worden? Als cr iets lee»
lijks gezet is mopperen wij nog, nau»
welijks heeft het er zes weken ge»
staan of wij berusten omdat we er al
aan gewend zijn geraakt.
Niet uit naam van de deftigheid,
maar voor Je waardigheid van de
stad Haarlem moeten die leelijke
borden zoo gauw mogelijk verdwijnen.
Als ze er werkelijk maar tijdelijk zijn
neergezet, doen ze deuken aan een
slordigen huisvader, die voorloopig
maar een rafelig boordje omdoet* met
een das met vlekken cr onder. Als een
automobilist cr langs komt, zal hij wel
vragen of Haarlem failliet is of, naar
de moderne methode, surséance van
betaling aangevraagd heeft. Misschien
zegt hij dan wel: „als ik de gemeente er
"cnpegen mee kan doen, zal ik met
St.»Nicolaas wel ccn paar potten verf
thuis laten sturen."
Maar van deftigheid gesproken, onze
vriend Hopma is daar derf op cn kan
cr niet van slapen, wanneer hij een
vergrijp tegen de deftigheid heeft be»
gaan of denkt, dat het gebeurd is. Hoe
kon die goeie man er dan toe komen,
om een hond aan tc schaffen en noi
wel ccn grooten? Wij wisten het nog
niet, maar toen ik cr dezer dagen ccn
boodschap van mijn vrouw moest bren
gen. stond ik nauwelijks in de vestibule
of uit de huiskamer klonk ccn luid gc»
blaf. dc deur ging open en ccn groote.
Hollandsche herdershond vloog dc
gang in en op mij af, zoodat ik nog juist
gelegenheid had dc glazen deur dicht
te trekken, zoodat het beest aan den
cencn kant stond te blaffen en ik aan
den anderen kan-t de knop vast hield,
veilig voor een doodelijkcn aanval,
maar uitziende naar dc komst van den
heer des huizes, die zijn huisdier wel
tot rede brengen zou.
Een oogenblik daarna verscheen hij
ook inderdaad, gewapend met een
groote zweep, maar die blijkbaar al#
leen voor de fraaiigheid dienen moest,
want hij gebruikte het instrument niet.
Wel riep hij maar voortdurend: „Nero.
Nero!" Maar Nero trok zich van die
kreten niets aan en bleef voor de gla»
zen deur tegen mij staan blaffen, alsol
hij mij zoo maar opeens met huid en
haar wou verslinden. Op een oogen»
blik stond Hopma naast zijn hond voor
de deur en riep. voor zoover hij zich
tegen het geblaf in verstaanbaar kon
maken: „wees niet bang. hij bijt niet,"
een verzekering, die mij niet gerust
kon stellen, omdat ik niet zeker wist.
of Nero voor mij misschien een uit
zondering maken zou. Deze toestand
kon evenwel onmogelijk blijven du»
ren, tenzij ik geretireerd zou zijn en dc
deur uitgegaan, wat mij tegenover een
Hollandschcn herdershond toch geen
waardige houding toescheen. Hoe het
afgcloopcn zou zijn is niet te zeggen,
wanneer niet het dienstmeisje uit de
keuken gekomen was die pardoes het
beest bij zijn halsband pakte en hem
achteruit trok. zoodat ik eindelijk, gc»
legenhcid had de gang in tc slippen, en
dc huiskamer in tc vluchten, om mijn
bondschap over te brengen.
In dien tussehentijd was Nero tij*
dclijk in dc keuken, hetgeen blijkbaar
niet naar den zin was van Emma Hop
ma. ..Dc keuken is niet groot", zei ze.
„Marictjc zal te veel last van hem
hebben". Dus nam ik maar gauw af»
scheid cn werd uitgelaten door Hopma.
die veel excuses maakte cn de verzekc»
ring gaf. dat een volgend bezoek wel
rustiger afioopen zou. Toen ik op den
drempel stond, zei hij nog met het gc»
zicht van ccn held: ..het dier is wat
verwend door zijn vorigen patroon
maar reken cr op dat ik hem wel klein
krijgen zal."
Maar ik was blij dat ik veilig weg
was cn wachtte af wat de toekomst
brengen zou. Die zou weldra komen
Dicnzelldcn middag stond ik in een si=
garenwinkel cn was juist op het punt
de deur uit te gaan. toen ik de straat in
kijkende. Hopma met zijn hond nadc-
ren zag. Nero was los cn nam ccn
dreigende houding aan tegen een soort'
gepoot van veel kalmer aard, die hem
ook vol minachting bekeek, in afwach»
ting van wat er gebeuren zou. Hopma
riep hem uit alle macht, maar de
hond nam even weinig notitie van zijn
baas. als de leeuw zou doen van een
zandkorrel. Nero gaf opeens ccn
grauw en beet naar zijn collega, maar
deze. als een geoefende bokser, ont»
week den aanval en xatte hem met zijn
bek aan den zijkant van zijn kop. Nu
toonde Nero opeens zijn lafhartigen
aard. Hij jankte als ccn jakhals cn
beefde over zijn hcclc lichaam, zoodat
Hopma dichterbij kon komen en zijn
huisdier kon vastleggen aan den ring
van dc zweep. Met een blik vol ver»
achting liet de aangevallene Nero los,
keerde zich om en liep waardig heen.'
Toen kreeg ik medelijden met Hopma
die met zijn figuur verlegen moest zijn
riep hem op veiligen afstand een paar
vriendschappelijke woorden toe. Nog
altijd gaf hij zijn illusies over het nijdi»
gc beest niet op. Terwijl de hond als
het beeld van den versla gene in een
half gebogen houding vóór hem stond,
riep h'j mij toe: „het is toch wezenlijk
zoo'n allerliefst dier, hij heeft ook een
stamboom".
„Stamboom?" vroeg ik verwonderd.
„Ja zeker. Weet je niet wat een
stamboom is? Zijn vader en zijn moe»
der zi;:i op negen tentoonstellingen-
met den eersten prijs bekroond, en hun
vader en moeder vroeger weer op der»
tien tentoonstellingen. Het is een kost»
baar beest, misschien is cr in heel
Haarlem geen enkele herdershond met
zoo'n stamboom"
„Geluk er mee", zei ik „maar ik zou
toch liever ccn hond hebben, die wat
beter gedresseerd was".
..Och," zei Hopma. „dat is een tijde»
lijk bezwaar, k zal hem wel klein krii*
gen. Maar jc moet voorzichtig wezen
met ccn echten rashond, zie je. Slaag
mag zoo'n dier niet hebben, anders ran»
sel jc er dc spirit uit en wat heb je
aan een hond zotvder spirit!"
Heeft Nero deze opmerking ver»
staan? Ik denk het zeker, want opeens
ging hij loonen cn trok zijn baas met
zich mCc. Het hielp niet of Hopma al
aan den riem trok. dc hond was r*
kcr cn zette door. Het volgende oogen»
blik vertoonde het zotte 'afreel van
een uit alle macht trekkende hond
cn ccn daarachter aan-hollcnden baas
Hopma met zi n korte bcenen moest
op een drafje loopen om hem bij te
houden. Om den hoek verdwenen ze
samen uit mijn gezichtsveld. Toen ik
het tweetal langzamer achterna g:ng.
vend ik op een paarhonderd meter den
bond hijgend maar triomfantelijk en
Hopma. rood als ccn biet. maar op ziin
beurt zeker van dc overwinning boe»
wol ljii ban« was voor zijn -'eftighcid?.
.Tk bob tcch gccn^gck f:"u"-- ge»
maak!?" vroeg hij benauwd. Natuur*
'iik stelde ik hem gerust.
Zoo gaat bot met de deft»"bc"d Ze
b'cngt iemand altoos in moediikhedon.
Die stamboom beeft Hopma verlokt.
Dat is deftig. Al ken ie je eigen stam»
boom zoo n'~# die van don ho^d 's
'och al iets. Ma-»- hoeveel ~..-
v-iendclijkc, gezo'';"er b^nd-n bad hij
niet voor het ze'fde gcKL al was bot
dan zonder stamboom. kunr.cn krij»
gen!
FIDELIO.