Haarlem's Dagblad | 1926 | 23 oktober 1926 | pagina 12

RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD

RAADSELS

RÜILRUBRIEK

Postzegelrubriek

HUISVLIJT

HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 23 OCT. 1926

OVER DEN ST. NICOLAAS-
WEDSTRIJD.

Spellen ontvanger» van: Muisje oud 11
jaar.

Een mooie collectie leppen ontvangen
van Mevr. H. Hartelijk dank!

Spellen enz. omvangen van: Karei v. d.
Heuvel Re yn de re.

Met vriendelijiten dank or. t rangen var.:
Mei. A. B. van B. houten kistjes, kanton
nen gooien, lappen, patronen, lucifer-doos
jes en glaasjes voor poppekamer-rui'cn.

Wie er iets van hebben wil, komt het
ma:Cr gauw bij mij halen.

Speelgoed ontvangen var.: Kees Appel
boon». Kwald Bisohot, Witkopje, Ventje
Pigceimee, Roedhui I. IJsbeer.

TRL'LS RIJNTJES heeft wc: voor Ar
3jie Wijnstra Haar adres :s: 2de Vooral:
gangs:iaat 3.

Vriendelijk verzoek ik allen hun iraen
c:_g«n bij zich te w l n houden, daar
heusch niet meer weet. waar ik alles in
mijn huis moet bergen. Moeder wil vast

wel een plekje op zv.Jer of in een kast voor
julhe leeg maken, waar je je inzendingen
kun: neerzetten.

29 en 33 November zol o:sze Jaarlijksche
Tentoocsielhrg p>as:s hebben in de Tij
dangzaoi.

28 November (onthoudt vooral deren da
tum) insg je don zei: je inzend*ng bren
gen naar de T\jd.;:giaal, waai je dan te-
vees een kaart krijgt.

Voer wie het heel moed ijk is hun i-rzen-
ding thuis te bewaren, mogen haar natuur
lijk wel bij mij bezorgen. Wie nog n:e
wee:, wat h:< cf zij maken zal, kom. bij mij
maar eens uitzoeken. Ik heb nog te
schilderen, te plakken, te .mraareu. Oei
•is er nog een po pot kamer eu ccn poppen
huis in orde brengeu. Ik aeh ook n >r
houtwol om poppebe ijos te uilen, Voor
allo mogelijke eieir.den heli ik doozen
en kistjes. Ook nog wat hout en vellen
kar ten.

(Deze raadsels zi.n al.e .ngevxnden
door jonge:. - en ine d:s „Voor onze
Jeugi" iezen.)

Iedere maand worden onder da beste
»p.-êsers drie boeken in prachtband ver
loot.

1. (leger, door Koning Brombeer.)

Ik ben een spreekw rd van 21 ie.ters,

11 14 15 1c ;s <cn edel me'.aal.

7 5 4 10 11 12 een rept.il.

17 1 2 is iar.d, waarop vee graast.

18 19 20 21 is een grondsoort.

5 is Je 14de letter van het alfabet.

3 9 is een voert u z.

2. (Ingez. deer Keet de Mopperaar.)
Mijn ls:e d:op he: water. Mijn 2de

Is een 'water.

Mijn geheel is een rviertje in Overijsel.

3. (Ingez. door Condor.)

Ik ben de naam van «en Rubriekertje
Mijn lsie deel is een kleur. Mijn 2de
dee! behoort bi; je lichaam.

4 Ir.gez. door Bruinoogje.)

Ik ben cle naam 7aa een ^Igarermerk cn

besia uir 11 letters.

4 2 1 is een vieri tndig dier.

1 2 is een ander woor i voor vader.

9 10 11 is niet vast.

8 6 7 5 vergroot.

3 4 li een verk rto tnc:s;esnaain.

5. (Ingez. door Verspringer.)

1': beh de leus van menig zaie:m».in en

besta uit 24 letters of 3 woorden.

6 7 8 9 ia een taaia vloeistof.

16 17 13 19 20 21 22 23 24 wil graag
iedere koopman.

3 1 11 .o een voorzetsel.

5 13 14 15 zit in den schoorsteen.

2 4 is een lidwcc rd, evenals 12 10.

10 11 is een voegwoord.

12 13 14 15 i- eon v rm vaa doen

6. Strikvragen.

a. (Ingez. door Juffertje Spring in -
veld.)

Welke munt is r.iei van metaal?
h Wat zegt men ;n Maastricht rjgen een
lantaarnpaal

c. Tor sluiting dice ik van voren naar
achter gelezen.

Gelezen andc—«rn: ren ik tot -fetm. Welk
woord knr. dat wezen

d. Zoo graag een ieder mijn eerste heeft
wil men mijn twee m terwtj'. ieder
weer gaarne mijn gelie* wenocht

e. (Ingez. door Het Beertje.)

Hoeveel te 2 por.d en 11/2 ei

1. (Inez, door Bruw.l, pje.)

Toen ik het niet was. wilde :k he: worden

Teen ik bet werd. w.hie ik het n et weten.
Xu ik het ben, zou -: de; liever niet zijn.
g. (Ingez. door Cc. lor

Schrijf je me me: één o, dan ben ik een
metail. met twee ben ik een man.

Raadseloplossingen

D< raadseloplossingen der vorige week
zijn

1 Al wat er bl:nkt is nog geen goud.

2. Bier Dier— F.er Gier Hier
Kier - Mier- Nier - Lier Pier - W
Zier.

3. Appelsga.

4. Roodvonk.

5- Witkopje

6. Spaarnwouder-'raai.

Goede op'-ss r.gen vineen var:

War- er. 1I« Watt 6 W-.rzr.-.-.-te 5 (2
inzer.dinger) Beretitsnd 6 Breeroo 5.

Goede raad»e!oplo««ingen on'.vactgen van:
Muui'-d-wm 4 M-- ?;e 5 Goudhaantje 6
V r - je PVze mee 6 G. v. d. nolk 5 Roe -h
i t -1*5 Ms' eer 5 Lu Truitje Mop y 4
1 U '*r o'7«' 4 Velsem-ar 6 Kiene
f 5 e-'c-s Hulp 5 De Sprinter 5 Dc-
V v rd 6 Di k.'ir.e Violist
t:s Du r.roo-je 5 Ler.te'ar.opje 4
J mmy 6 Bru'r.k 5 Krullcmte 6 raztr."
i Knage':;i:i;e 5 Shiie:;raart 5 Charlie
Chap! n 5 Kom Mopperaar 3 Bruirkop-
jo 3 Biondkopje 6 Popje 5 De zwarte Pan
der 6 -• 6 Zeel.radertje 8 Prik
kc-been 4 Kor. i g Brombeer 4 Vogeltje
T:r.t Fu:t 3 K .-sr 3 Dr- mkooSekje
Zo: f r r.j3 i'i-v»-::3 Ploeme-tn-cs
je 5 Hompel 5 Or.ze Jongste 5 Wa
f-koet 5 Marmotje 5 B:u:nccgje 6 Bloemist
fi He>m*iclcnaar 6 G -It-z 5 Hardlooper
6 V -ir rzer 6 II mi-kerrie 5 Eschdoorn-
6 lip 5 r'ao 5 Du n viool je 5 Friezin®#.
s I--' 4 Dtr.K'.T'i-'.ie 4 Iris 4 lerry
C i i Tl,-, e.- 4 *1 5 3 Veld
bloempje 8 Jaffe.-je Traurgraag 5 Btjst»
pikkn je 5 Iii»:?r- j«5

DE SOLDAAT EN DF. HARP

(Nadruk verboden)

PIOENROOS laat aan Condor weten, da:
de boeken van Ons Boekenplankje zijn
Een v rooi ijk troepje, door R. v. Hout, Gu'.
livers Reizen door C. J. Kievit. De jongens
van Oudmoord door D. Dijkstra. Zonder
Moeder door E. de Pressensé. Don Qu:
chotte door J. J. A. Goeverneur. Tot Rici
der geslagen door J. G. Kramer; Avgiwn.
door Suae Andricsen. Ben school van ze-1
ven meisje; door L. F. Mcade. De svoatu
rier door J. G. Kramer. Frida en ha«r
niohtjes door Agatha. Constance de WLicit
door Suze Audi essen. Het drijvende vlot
door J. A. Hempkes.

J. MOLENAAR. Sohoterveeustraat 31, wil

jonge poesje; weggeven, een grijs en een
zwart.

VOGELTJE FCIT FD1T, Breestraat 12r..
vraagt wie voor haar te leen heeft Moedertje
Sylv a. in Prl voor de Wonderstraal, g«
voigd door Tien uren op Jacht >an Jules
Veme.

(Voor de kinderen).

OOSTENRIJK.
(Vervol.)

s A

'O k

ijk

iok

li k

•9'

fok

00 k

fok

60 k

1*

.lr

(?0 k

ko.

'oo.V-IE'

3&A

4 k/t

fit.

'9

U

7»

i*

/O

JU

JO

Ir. 1921 verscheen nog een groo4e s-
.vtldadigheidfliegela ten bate van de door
ien watersnood ge:eia'.erda bevolking. Deze
•erie bestaat uit verschillende typen n.l-
van de series 1919, 1919 -'21 (pariements-
gebouw), 1920 (groot formaa: adelaar met
borstschild). Zie hiervoor vorige artikels.
l>e zegels .:.jO echter m dere kleuren ^.e
dtukt dan de oorspronkelijke er» voorzien
van opdruk ..Hcchw-xsser 1920"". In he:
type 1919 vamchcnen: 5 beller «grijs
geel). 19 heller (lichtbruin), 15 heller
'trijs), £0 heller (groen op geel), 25 heller
(blauw op geel), 30 heller (violet op blauw)
40 heller (bruin op rose), 50 heiier (groen
ip blauw). 60 heller (lila op geel). Grootte
van de vakje; 3.3 bij 2,5 c.M. In he: type
1900: 80 heller (licht blauw), 1 kroon
(oranje op blauwgrijs), 112 kroom (groen
n geel). 2 kronen (nruiu). Grootte van de
rakjes 3.2 bij 2,9 c.M. In het type parle
mentsgebouw: 212 kronen (blauw), 3
kranen (groen, olijf en brui.n-rood), 4 kro
nen (lila en lichtbruin), 5 kronen (dor
kergroen), 712 kronen (roodbruin) 10 kro
nen (donkerblauw en donker groen) en 21
kronen (karmijn en violet). Grootte van <!.-■
vakjes 2.3 bij 4 c.M. Zie voor de indeelir^-
"t schetsje.

Nieuwe deelnemer:

109 Dries Zijls'.ra, Jacob Geelair. 12.

Bloemhofstraat 29rood. S.

^7 1.'

Er was eens een soldaat, die reeds vele
jaren d«" koning trouw ged.end had en bij
eiken veldslag iu het voorste gelid stond.
Hij was een echte flinke soldaat en de ko
iting was erg tevreden over hem. „Als al
mijn 6olda'-cn zoo waren als gij," zeide hij
us. „dan zou mijn leger door geen en
kelen vijand overwonnen kumen worden."
Nu. ge begrijpt, dat onae soldaat in zijn
nopjes was, «oen hij zoo door den Konm_-
werj toegesproken en toen hij eenigen tijd
later een prachtig eerekruis van den Ko
ning kreeg, was bij mei rocbe trotsch d*ar
op. Hij draaide xijn lange knevels ncy
!A>Ofcr op, stapte met nog zwaardere etsp
pen door de straat en lederen morgen, bij
het aantrekken ven zijn uniform bekeek hij
me: vreugde zijn mooie kruis.

Als hij met zijn prachtige groene broek,
zijn vuurrooden jas en zijn grooten hoed
met witto pluimen en longen sleepkabel
voorbijging, dan stonden de kinderen hem
met opa» rocatd na «e kijken en zeiden te
gen elkander: „Kijk. daar gaat de soldaa-
van den Konm.g!" Maar al was onze sol
dsat nu een groot man geworden, U>cb
bleef hij eenvoudig en neder z van harte.
Altijd was hij goed voor -je armen en «moi:
vroeg iemand hem tevergeefs om bijetand.

Nu woonde do soldaat vroeger, toen bij
nog nior in h«t Itrer dee Koni«ig9 dienik-.
in een klein dorpje en iedereen, die t»em
daar gekenj had, was vriendelijk tegen
hein, omdat hij altijd een brave, flinke
cn goede jongen geweest was. Dn in dat
dorpje woonde ook een heel oude, arme
vrouw, voor wie de soldaat dikwijls boo.l
schappen gedaan had in het dorp en die
hij vaak met allerlei kleinigheden had ge
holpen. Het was een leelijke oude vrouw:
haar kin groeide met een spitsen punt naar
boven en kwam haast <ot aan het topje vsn
haar laneru mageren neue, die als de bek
van een roofvogel raar beneden groeide.
Allo kinderen waren bang var haar, maar
onze «oldaat niet en terecht, want Je
oude vrouw, van wie men zeide. da; zij
coveren koe», deed niemand kwaad. E-:
teen de soldaat vertrekken moe&t naar de
«rad. om dienst te nemen in liet Lager
des Kor.ir.gs. ging hij dan ook de oude
vrouw vriendelijk goeden dag zeggen. „A!-
j« nooit in gevaar komt," zeide de oude
vrouw tot hem, „neem dan deze kleine
harp, zeg de woorden: Lugha, Dagd\ en
Ogma en dan kun je drie mooie wijsjes
«pelen, die TT van r.ut kunr.sn zijn. He'
eerste doet de toehoorders weenen, het
weede lachen, maar het derde doet hen in -
slapen. Ga nu, mijn jongen, weeet braaf
en moedig en dient den Konimg trouw."

„ROOVER", DE SLIMME
HOND.

Onze vriend „Waf had een been ver-
verd e" wou <jat ecns gaan begrn

ven. ..Waf" was een verstandige hond en
hij daoht: „Wie weet, als de slechte tijden
eens aanbreken. het goed iets bij de
hand :e hebben; laat ik daarom dit lekke
re kluifje goed bewaren." En toen hij dachi
Jat n'emar.d hem zag. wandelde hij mei
het been naar e-n veilig plaatsje om het
p te brengen. Doch ..Hoover", een rec
van een hond u:t de buurt, had oozen
..Waf fijntjes izi het oog gehouden en
rauwelijks had „Waf, het been begravtn
of „Rcover" kwam uit zijn schuilhoek ern
er met zijn bui: vandoor "o gaan.

li -T cp het plantje ie „Roever" rog :r
zijn schuilhoek verbergen. Zien jullie hen.
er. f Neen? Dan maar eer.« goed ge
zocht!

NIEUWELINGEN

S3-'" T)'f z :r Y'lft is: ADRIA.VN
•»Ti: il--:.r.en.c.-;*.raa: 19

Uit on^en Mcppentrommel

TWEE OPSNIJDERS

„Mijn grootmoeder had ©en1 knecht
.'Jle zoo verstrooid was. da; hij eens, toen
bij een brief moest poston zijn portem-n
r. :e in plaa'a van den brief Ln de gleuf
wierp." vertelde Jan.

„Mijn grootmoeder had een schoen
maker, die a»og verstrooider wae. Groot
vader nv»e*t dadelijk zijn schoenen ge
zoold hebben. De «c-hoetTmnker zat juist
ae.r iie: m ddagmaa!. Hij at ossenlapjes
niet r io-le kool. „Ik kan u meteen wel
even helpen," zei hij tegen grootvader
II.j haalde ccn paar zolen en 2t ze op,
omdat bij ze voor ossenlapjes aanzag.
En ■en sl-.er l»ij de o ienlapjcs onder
greo: vaders schoenen.

Vele jaren waren eJr.ds dien tijd voorbij
gegaan en onze soldaat had de heele harp
van de oude vrouw al baast weer vergeten.
Op een goeden dog voerde <je Kanwg oor
log me: den vorst van een naburig land
en onze soldaat stond als gewoonlijk,
•Ier midden in het gewoel van den s:rijd.
Doch hoe dapper hij en zijn krijgsmakkers
zich ook verdedigden, de overmacht was te
i-root en met een honderdtal anderen werd
hij gevangen genomen, gebonden en n
gesleept naar «en «omberen burcht van
ien vijandelijken vorst. Deze waa een woest
cn wreedaardig man en de arme gevange
ncn werden -ien volgenden dag ter dood
veroordeeld. Een grooie legermacht werd
op het slotplein opgesteld en de veroordee"
dcB lieten het hoofd hangen, want hun
laatste uur w.is nu geslagen cn ontkomen
was niet mogelijk de dood stond hun te
wachten. Onze soldaat echter, moedig ale
altijd, hield het hoofd fier opgeheven en
de vorst, die dat zag en het toch wel flink
van hem vond, vroeg of hij nog een laaf
«ten wensch had. Toen schoot onzen sol
daat plotseiing te binnen wat de cude
vrouw in zijn geboortedorpje gezegd had
cn bij zeide: „Ik heb bij mijn kleeren een
kleine harp liggen. Als ik die had, zou ik
nog graag een laatste stukje muzirft spe
ien."

„Dat is een vreemde wen=ch," zeide de
ret, „maar komaan, ik zal die harp laten
halen." En hij stuurde éón 2ijner dienaren
•::ug naar de gevangen;e om de harp van
den soldaat te halen. Toen hij haar ge
bracht had, nam de soldaat haar aan,
sprak terstond het woord: Lugha. en be
gon te spelen. Nauwelijks klonken de eer
?:e tonen door de lucht, of de vorst en
alle soldaten begonnen luid weenen, zoo
waren zij onder den Indruk van die droe
rice muziek. En de vors: vroeg of hij .i et
et; vroolijkeT3 kon «pelen. De eo.daat
de: „Dagda", steep k» de enaren en op
hétzelfde cgenbük barstte bet heele Ie
jer in lachen uit.

„Zoo is he« heter!" schaterde de vors',
„speel ons oog zoo :eta voor!" „Ogma"
zeide de soldaat, tokkelde aenige akkoorden
en terstond zaten allen :e knikkebollen, lil
r-ielde O'-? een oogenblik door, totdat een
luid gesnork te kennen gaf, dat allen h»
een diepen elaap verzonken waren. Nu ver
zamelde onze soldaat zijn kameraden om
zich heen, leidde hon voorzichtig tu«chen
de simpende bewakers door en zoodra zij
veilig het slotplein verlaten hadden, spror.
;;i-n zij op de paarden hunner vijanden en
joegen in vliegenden galop maar hum eigen
'.amp terug. Ge kunt begrijpen, dat zij ^aar
inet luid gejuich door den Koning en door
hun makkers werden ontvangen

Zoo werden d- moed, braafheid en jz-<1
luid van dezen soldaat lieloond, want zon
der de harp var» de oude vrouw zouden hij
en zijn makkers een wreeden dood gesto:
ven zijn.

EEN NIEUW VERHAAL.

Omdat ik uit vele briefjes gelezen heb,
da: 't jullie zoo spijt, da: 't Spookhuisje
uil ia, eu dat je tog zoo heel gi&ag w.v
van vrouw Ruorda wou weten, zal :k Jc
•j wat vertellen van

DE KLEINZOON VAN VROUW
ROORDA.

HOOFDSTUK I

Met z'n achten

„Sjoukje niuut de pap roeren," riep vrouw
Koorda, terwijl ze den grooten houten lc
op de blank geschuurde aanrecht lei.

Ik zal efkes op 't erf kieken, waar Uibo
en Sjoerd blieven."

De groote, dikke boerin stak haar voeten
n de klompen en klotste het erf op. Zc
cp naar liet liek, hield de reoh'erhand
voor do oogen en tuurde den landweg of.
Liepen ze daar niet? Heel in de verte??
rihüoco! Sjoerd

..Moeke, ze binnen bij Steven," rep een
--leiiwiietje van aoiiter de deeldeur.

„Bij Steven? En ze moesten naar der.
molenaar."

„Ze binnen al bij den molenaar geweer.
Moeke. Ze kwamen Steven tegen met «ija.
ruhragen. En Frientje mocht mee near
zijn huis. En tie jongens waren paarden.
U-me. ikke mocht niet mee, pruilde
:-t kleine Marijke.

..Schrei maar niet. Marijke. Wij gaan
pap eten. En d;« ondeugden vinden sirak<
Jen hond in den pot."

„Zal ik vader en Bouwe dart maar roe
pent" vroeg Marijke, «erwijl ze :ne« baai
i kke vingertjes haar wangen droog wreef.
„Ja, Roep ze maar."

..Nou zijn ze zco waar bij Sneven,ver-
c'de vrouw Roords aan Sjoukje. „Dat is
iveer net iet« voor UIbo. Er ;s gsnocg te
ioen op de boerderij. Maar daar trekt me
icertje den neue voor op. Hij is liever bij
c -ven. Steven het mooie boeken en dar.
lierte in een waterkom. Geen goudvis
hen, maar vsn dat vreemde spul."

SjouJte rctte lachenj de pan vaa» 't vuur.
,.'t Is toch zoo'n beste jongen, moeke."

„Wat koop ik daar voor? Waarom het
bo jongen geen zinnigheid in 't boerc-be
drijf?" mopperde de boerin, terwij! ze de
horden uitdeelde en de lepels op een hen
velije iu 't midden van de tafel neerlegde.

„Waarom mag ie niet maar de etad en
doorleeren, zooals Jan van den dominee eu
Wim van den burgemeester?" vroeg Sjouk
je weer.

„Och, Sjoukje, wat een mallepraat. Ren
boerenjongen moet zijn vader heipeu. Die
het met boeken niks te maken. Maar,
daar is manvolk. We tullen aan tafci
jraaa." Juiet, als ze geze'-en waren en de
boer hardop «cn gebed uitsprak, werd de
leur opengegooid. Twee blozende jongens
koppen me; een blond zusje uwc'ncn zich
s'.ooden op den drempel. Het drietal
Meef stilletjes staan. Pas had boer Roordi
het amen uitgesproken, of ze snelden naar
hun plaatsen.

„Zou jullie maar niet wachter., tot we
klaar zijn t"* vroeg vader op barachen toon.

De jongens keken verlegen voor zich cn
Trientje verborg haar vlaskopje in moe
der# breerlen schoot.

„Hoe komen juil»e zoo laat F' vroeg
cjonkje, d© oudste ran liet reatai en df
viedeuichts'.er bij iedere breuk. Nu durf
den ze te gaar» zitten. UIbo verteld-», dat
5 even ook bij don molenaar was. Hij zei,
dat Trientje in zijn kruiwagtz» mocht. Er.
ioen we bij hem thuis waren, mocht ik een
boek zier-, dat hij pas op zijn verjaardag

gekregen had. En toen

„Toen hebben we aan ons heele huis niet
meer gedacht," vervolgde moeder, terwijl
ze de hordén met dampende brij vulde.

Do lepels gingen klik klak op de tinnen
i-•rfd.cn. De vijfjarige Trientje lei tiet eerst
hs^r lepeltje neer, terwijl liaar bord nog
half gevuld was. Haar blauwe OOgen
keken van <Ien een maar den ander.
„Kom Trientje, dooreten." «prak moeder.
„Binnen we nou niet met z'n achten?"
-iocg Trientje.

..Hoe dat zoo?" vroeg boer Roorda.
De meester zei tegen UIbo: „Jullie ben
met z'in zessen, hé?"

„Nou, da: is immer* zoo," zei UIbo.
..Tel maar: Sjoukje. Bouwe, UIbo, Bjoerd,
Marijke en Trientje".

„En vader is zeven. Bn moeke i« acht,"
leide het kleine dng verder.

„Vader en moeder zijn toch geen kin
leren." zei UIbo op minachten Ien tooo.

„Toch blr.aen we met z'n achten," hield
Trientje vol.

„Kom* juffertje, tie rekenaarstcr, ee; vlug
je bord leeg." commandeerde vader. Vrouw
Roorda schepte de leege borden nog «ene
vol. En terwijl de heele familie nu sma
kelijk voorteet, zullen we dit gezellig
troepje eene nader beschouwen.

Het kleine, echt Friesche boerderijtje ie
misschien wel 1C0 jaar oud. De eigenaar
KLaai Roorda is er geboren en diens vader
heeft er ook 't eerste levenslicht aan
schouwd. Het geheel geeft juis* geen wc!-
varenden indruk. Boer Roorda heeft dan
ook slechte jaren achter den rug. Zijn land
heeft niet beet gedragen. Onder zijn vee
- veel ziek'e geweest. Zijn beste melkkoe
kreeg zoo hevig mand- en klauwzeer, dat
ze afgemaakt moest worden. Er w«« meer
van den grond te maken geweest, als hij
aitijd flinke hulp had gehad. Maar een
knecht kos'-te veel geld. Gelukkig is
Bouwe, zijn oudste jongen, nu van achool
gekomen. Bouwe is 14 jaar. Hij ie het tc
genovergeetelde van den 12-jarigen UIbo.
UIbo is wel een hoofd grooter. De enkele
malen, dat de dokter op Veldzicht kwam
(200 heette de boerderij) was liet voor
Bouwe.

„Strak; zal hij wel sterk en flink worden
als hij van de schoolbanken af is," had
de dokter voorspeld. Bouwe hield in tegen
stelling van UIbo veel van her bocjcnbe
drijf.

„,U!bo moet maar prefester worden," 2t!
boer Roorda vaak.

(Wordt vervolgd.)

HET VISSCHERTJE

EEN GRAPJE MET LUCIFERS

Neem drie lucifers en ieg die op tafel.
Dan begmt ge te tellen, telkens óén der
luc'fcrs opnemend: een. twee. jjri«. Als ge
zoover zij:. heb« ge du3 de drie lucifers in
le hand. Dan gaat ge door mei tellen, ter
wijl ge iederen keer weer een lucifer neer
log:: vior, vijf zes. Zoover gekomen, lig
gen de lucifers weer op op tafel. Nu gan
ze weer verder: zeven, acht, go laat 1 lu
o fer liggen en z-'-rt er ook bij „één lnlsn
"ggen" en leg: de twee, die ge dan wee
n de hand heht, erbij, tellende: regen.

Dit kunt ge uw vriendjes gerust ecnigi
tnnlem voordoen en het hen Jan zelf laten
probeerén. Het zal hun bijna nooit geluk
en. Bn waarom niet? Omdat gij zorguh
moet de lucifers van de tafel op te naim-n
en hun in de li.vnd te geven. Zij zullen d»wi
beginnen met neerleggen, on dan lukt Irat
niet. want men inoet beginnen met opne
men. Probeert het eerst minr een» voor uw
zeiven en als gij het goed kent, kunt c
het middags na tafel cene voordoet,.
Misschien, dat vader het kunstje ook nog
niet kenti

Hier hebben jullie Cen ioulte plaat van
colijke visschertje. dat tn verboden
•*t«r vechte, hoewel zulks streng verbo
den was. Hij zit daar zoo tus'.ig te kijken
naar zijn dobber, dat je aoud: jeloovcn.
Jat hij schriftelijke permissie had om daar
te hengelen! Maar jawel 1 De wakkere poli
tieagent heeft hem in dc gaton gekregen
en komt over den muur kijken. Ik vrees
ergste voor ons visscbertje! Willen ju!
deu politieagent ook over den muur la-

t#n kijken? Knip dan de ver «.drillen do «tuk
ken van de tec lening netjes uit en plak ze
cp karton. Zij, die liet erg mooi willen.
n»ak«B», kunnen ze dan nog kleunen ook.
Als je nu een papierklemmetje of «en
speld door de beido gaatjes In den agent
en In den muur boven Let visschertje
s-eckt, Jan kun je den agent heen en weer
weg-n, zoodat die telkens over d«t muur
n* kijken. Een erg leuke plaar, vind Je
niet f

MIENTJE.

1 :.z« kleine Mien was jarig
En :rrf-n kreeg ze van haar Moe

'ji Hoedje en een moot nieuw jurkje
Daar mocht ze mee naar Ome toe.

Pappie gaf haar )n haar spaarpot
Gulden, fookclnieuw «n blank
Broertje Jan gaf ten geschenke
Voor liaar Pop een nieuwe bank.

MI entje was er erg blij moe.

Kiep verheugd „O, dank U well"

De vriendinnen mochten komen
Voor gezoam'lijk jolig epel.

Op cm» plaatje zie je Mientje
'n Toonbeeld van bedachtzaamheid.
\!j je haar daar zoo z:et wand'leo
Vind j« 'x dan geen flinke meldt

WAT ONZE BELANG
STELLING WEKT.

Ists over zeep. De Germanec gé.
!>ru#;ten zeep als haarha'.sem. Het werd
vervaardigd van geitenvet en keukenatcb
Ixiter gebruikte man bij de Gall'Krs zeep
als reinigingemiddel van huid en kiee.
ding. 't Bieef door den hoogen prijs lang
luxe-artntel. Toen er meer runderen en
«chapen dan geiten gefolct werden, ge
bruikte men voor de zeepbereiding run
der- en echapenvet.

In de middeleeuwen bestonden er zelfs
zeepkeurders. Geen zeepsoort mocht rer
kocht worden, voor ze door dc keurder»
geuempeld was.

In de 17de en 18de eeuw etend de
zeep-fabneatie on hooger trap dan thans
Er waren verschillende medicinale zeep.
«oorien in d«n handel, o-a. zenuwzeep,
hoofdzeep, pestzeep, zeep voor zinkings
cn verkoudheden, zeep om het geheugen
tc sterken, om de hersens te ste.aken, om
duizeligheid te verdrijven, tegon vallende
zekte, enz. In zuidelijke landen bereid
de men de zeep met olijfolie in plaats van
vet. In Italië gebruikte men papaverol'c.
Door d© soda industrie is do zeep-fabri
cage met reuze-schreden vooruit gegoAn
Van groote beteekenis is 20 in Marseille,
Toulon en Lion.

KNIBBELTJE F.N
KNABBELTE.

PORTEFEUILLE

Verscheidene deelnemers aan "de Postzo.
golrubriek zijn l>czig zelf ©cn album op
10 zetten. Hct maken van do bloden
voor jo po^uegelverzarasling goeft groote
voldoening, daar jo dm niav hebt 1q
sohipperen met oen moeaial zoor onvollo-
dige album, zooals do tncosto kleino al-
hiinis zijn. Vele zogcis, dio Jo bezit, zijn
daar juist niet In aangegeven, vooral «Is
't al cenige jaren oud is.

Plak daarom je zegels op losse bladen,
die je in een klembandje kunt bewaren.
Bezit jo echter geen klemband, maak dan
zalf ecu portefeuülo, waarin j« ja bladen
leg:. Z« zijn er goed ta geborgen «n jo
heht alle gelegenheid allea netje» te rang
schikken.

We snijden hiervoor 2 «tukken karton
van 23 e.M. lengte en 17.5 c.M. breedte.
We beplakken beide s'.nkkcn aan één zijde
inet een stuk krantenpapier van dezelfde
grootte. Donk er om, dat bij het verder af.
xveiken deze zijde de b.nr.enkant van Je
portefeuille wordt. Misachten tul Js Tra-
gen, wsnr te dit voor noodig. Een stuk
karton van niet al te kleine afmetingen
gaat bij 't beplakken al'.IJd ecn'gszins ge-
liogen staan en altijd hol naar de zijde,
welke 't eerst bep'ak: t«. A!« Jo dus de
binnenzijde eerst beplak:, gaar cle punten
naar binnen staan. De portefeuille «lult
dan best, terwijl in 'r tegenovergestelde
geva! da punten «aar huiten «taan en Je
portefeuille altijd gaapt. We snijden nu eon
strook boekbmders'. nen van 25 bij 6 c.M.
cn verbinden de stukken karton daarmede
zooals f:g. 1 aangeeft. Om te plakken ge
bruiken wo dextrine, dat we zolf ma
ken. Je koopt bij een drogist voor een dub-
heitje witte dextrine en een
f leech je karbolznur opgolo.t in glycerine.
50 gram dextrino cn 30 c.M.3 koud water
laten we langzaam koken, terwijl ge
regeld roeren. Zoolang laton koken tot het
nu -el doorschijnend Is. We voegen er
nu 30 druppels uit het fleschje bij cn laten
't afkoelen, 't Wordt nu een «lijve, zuiver
witte massa, dat veel gelijkt op de in den
handel verkrijgbare gluion. '1 Kan ook

L

J

P

r

~t

Jullie zien op deze plaat dc hcorcn Knlb-
licltjc cn Knabbeltje, twee broertjes, zoon
ijes van Moeder Konijn en r-j -chljnon I.
wonderwel te nmusecren' Maar hun n«.;fj*.
Fluimpje Haas, is ookNvan do pan Ij. 1
haddon jullie dn» misschien op het -c
irovicht niet begrepen. Maar ik geloof ze
kcr, dat, als je goed kijkt, jo dezen klein- n
-naak ook wel zult vinden. Onzo icekci-n.
heeft hem heusoh niet vergeten, hoorl

"b

z'mder karbolzuur bereid w Ien. doch
ui kan *i niet nd Mijxc.i en

4.101 't gauw sabtuunc
De u:tekende d een cn b worl-n
1 t b i.nen gevouwen. W ileal den
rug stevig makun, dan oUkkoD we aan l-n
Micukasit tegen 't linnen «.cn strookje
•evig papier of dun karton 'Zlc flg. 2 ge
nrccerd). Hierover jilikku» w* con et rook
linnen van 4 c.M. brc.-.l ,-n 4 m.M. knricr
d.111 do lengte van ,i« pur:#feuJtl« Do hoek.
jes van do portelen lis beplakken w« v<«n
du s'-cviglicid niet «cn «tukje limioi». l>o
t»uitcii/.ijde wordi nu unu son of ander <:cr-
pnpicr beplakt.

Vóór wi' echter dc portcf.-ulllo vnn hln
ncn afwerken met stanxv iifnrit«;>np:er of
M'hu'hhid (v\i er v<01 mnn. nklcud':'.-)
I<tvc«iiïcn xvo op ael«. .;0 ,vm.|Jrs nan. 2
c.M. v:in den kant snij-ion w« vimi bu'it-n
een -pjo 1 1 In li., v mi t mind. t( ,-r
r dvTv-n wc 't handje cn plakken on-
'••veer 2 c.M. lengte oan ,-lc bfnnon-
Nu kunnen we <)o blrvnvt let tl n m-
lircngcn cn onzo poitcfcu .c is guiced.
Bloemhpfstxtat 29iood. s.