HAARLEM'S DAGBLAD Emser Water ZATERDAG 8 JAN. 1927 TWEEDE BLAD DE UITVINDER „Daar is de heer Hommeles. Hy wenscht Uwe Excellentie te spreken, 't is over een uitvinding." zoo zei dc Secretaris De minister luisterde zonder op te zien. doofde zijn sigaar, zette zijn hoor» nen knijpbril op. nam een brief uit de Iade van zijn bureau, las die zorgvuldig en antwoordde: „Verzoek den heer Hommeles binnen te komen en Iaat ons alleen!" Even later verscheen de secretaris weer in dc opening van dc deur, liet een langen, mageren man binnen en ver» dwecn, terwijl hij zcidc: „Mijnheer Hommeles!" De minister deed of hij heel druk schreef, draaide zich dan met een ruk om. wierp een zeer venijnigen blik naar den man die zich uitvinder noemde, en knorde: a „Mijnheer Hommeles?" „Om U te dienen. Excellentie!" „Wat hadt U?" „Een uitvinding!" „Waarin bestaat die?" „In een kogel. Excellentie, die tien duizend meter aflegt en door alles heen gaat. Niets kan mijn kogel stuiten. IUi kan afgeschoten worden door ccn revol ver. gewee» ot kanon." „Dc prijs?" „Een half miljoen!" „In orde! Hier is ccn chfcquc! Nog iets?" „Dank U!" zcide dc uitvinder die dc cheque in zijn zak borg „Ja! ik heb r.c>g meer. Ik kan ccn muur construccrcn die- mijn kogel stuit!" „Dien muur heb ik niet noodig." „Misschien! Uw tegenpartij biedt ccn half miljoen. „Zoo!.... hm.... dan moet ik ook dien muur hebben! Hoe veel?" „Kén miljoen!" „Drie-kwart?" „Goed, Excel! Dank U!" De tweede chtq. v. verdween. „Vindt U nog meer uit?" ,Jn. Excellentie! Ik heb een speciale machine bedacht die in ccn minimum van tijd loopgraven maakt van ccn zoo danige constructie dat de soldaten on» der den gron 1 door hun vijanden kun aanvallen en vernietigen!" „Daartegen is toch uw kogel bc» Stand?" „Neen, Excellentie! Mijn kogel gaat wel door den grond, maar in ccn rechte lijn. Hij verspreidt zich niet!" „Uw machine kost?" „Twee miljoen!" „Hier is een chèquet" „Dank U. Excellentie!" „Nu ben ik dus onovcrwinbaar?" ..Hm... dat is te zeggen. Excellentie ik heb ook nog ccn landtorpedo. Die- kan onder den grond worden afgescho* ten. Hij verspreidt zich. in tegenstelling met mijn kogel, wel!" „En dc muur dien U mij verkocht heeft?" is er niet tegen bestand!" „Hm. Als ik Uw torpedo koop. ben ik dan onoverwinnelijk?" „Pardon! Dat is mijn ambtsgeheim..." „Zoo! Nou! ik geef U vijf millioen voor der torpedo!" „Uw tegenstander bood tien. ..Dan is hier ccn chèquc voor tien mil» jocn!" „Ik dank U, Excellentie!" „Geen dank! 131/4 miljoen is niet tc veel voor dc aosolutc veiligheid van het land!" Dc uitvinder lachte. „Waarom lacht U?" vroeg dc minis» ter ongerust. „OmJiit U van absolute veiligheid spreekt. U denkt niet aan de lucht!" „De lucht! De lucht? Heeft U die soms ook uitgevonden?" „Neen, Kxcellcntic, maar wel ken ik een wolk die eventueel groot genoeg is te maken om cr heel het vijandelijk land incc tc bedekken. Het is een vaste wolk Er kunnen vliegmachines op lan» den, er kunnen soldaten op worden gebracht en men kan er ook geschut op» stellen. - Dc kosten zijn vijftig mil» men!" „Hier is een chtau"J" „Dank UI" „En nu hoop ik dat U nooit meer iets uitvindt?" ..Pardon. Excellentie, ik hch nog écn ding: een machine die absolutcn wereld vrede produceert!" ..En ik ben tot mijn tanden gew pend?" „Geeft niets. Excellentie!" „En ik ben minister van oorlog! Wat moet i k?!" „Een ander baantje zoeken. Exccllen fic!" „Wat kost het me?" vroeg de minis icr wanhopig: „wat kost het me als U die uitvinding vernietigt? vergeet?!" „Honderd miljoen!" ..Toegestaan! Hoeveel voor mij?" Tien procent!" „Zeg vijftien!" „All right! Over het laatste be drag!" „Neen! over dc hccle som!" ..Nu dan'.onder voorwaarde dat ik een standbeeld krijg!" „Ik zal cr van avond met mijn collega van kunst en wetenschap over spreken! - Hier is dc chique!" „Dank U!" Dc uitvinder lachte en vcrdccn. JOH. VAN DEN HOEK. LETTEREN EN KUNST HET TOONEEL. HET SCHOUWTOONEEL. DE NAAKTEN KLEEDEN. „Ik geloof Riet aan feiten", laat Pi» randcllo Ludovico Nota. den roman* schrijver, in het derde bedrijf van „De Naakten Klccden" zegen. Het is dc kern niet allccr. van „Dc Naakten Kle den" doch van bijna alle stukken, die ik van Lulgi Pirandello heb gezien. D< dingen zijn niet. zooals ze Jc schijnen! De mcnschcn dragen een kleed om hur naaktheid tc verbergen; zij loopen me een masker om hun waren aard niet tc doen kennen.... dat is dc gron.fgc Hachtc. die telkens weer bij Pirandello terugkeert. Ersilia Drei. de hoofdpersoon uit Pirandello' stuk. dat Het Schouwtoo nccl hier gisteren op een abonn'emepts voorstelling in den schouwburg a n den Janswcg heeft gespeeld, is veroordeeld .naakt" tc sterven, omdat zij oorspron- kelijk den dood had willen ingaan in ccn te mooi kleed, dat niet van haar was. Het leven was voor haar bitter cn ellendig geweest, zij had zwaar gezon» ligd cn in haar wanhoop had zij er een eind aan willen maken. Maar zij kon niet heengaan in haar armzalige naakt» held. Zij leent zich ccn kleed van schoonheid, wanneer zii aan een jour» nalist. die aan haar sterfbed komt. eer verhaal van hoar leven opdisch:. d.it ccn en al Fcric is cn waarin zij ver» schijnt als een hecld van louter reir.» hcij en opolierende liefde, zouals zij niet is. maar gaarne had willen zijn. Het levensverhaal van dc ongelukkige Ersilia Drei, dat in dc krant J kolom» men vult, ontroert heel Rome, van Onoria, dc eenvoudige karaerverhuur» ster af tot Ludovico Nota. den beroem» den romanschrijver toe. Maar het vergit heeft zijn werk slechts ten halve ge» daan. Ersilia geneest en teruggekeerd m het leven wordt het mooie kleed, waarin zij had willen sterven, haar on» oarmhariig door de menschen, die door het verhaal in een verkeerd licht ge» plaatst zijn. stuk voor stuk van het lijf gescheurd, totdat zij in al haar erbar» mclijke naaktheid ten slotte voor de imenschheid staat cn sterft. Want de tweede maal weigert het vergil aan Ersilia Drei zijn diensten niet. „Hoe gcmecner wij zijn, hoe mooier a ij willen schijnen!" m het vernietigen* dc woord, dat de stervende vrouw, Jen mannen, die 0111 haar staan, in het ge» zicht slingert. En als zij is heengegaan, bedekken zij hun geiaat met hun han» den als om hun naaktheid te verbergen. Alweer dus hetzellde motief van bijna al»e stukken van dezen schrijver: „dc menschen zijn niet, zooals zij schijnen! Maar in welk ccn oorspronkeiijkeü. weergaloos knappen vorm geelt Pi ran» dcllo dit gegeven wederom in zijn stuk. Bij dezen Italia.inschcn auteur hebben wij nooit als bij zoovele andere dra» maturgen de gedachte een oud mo< ticf in een opgelapt kleed te zien. Pi» randclo plaatst ons ondanks het 'C» rugkeertn teikens voor dezelfde grond» coachte voor iets geheel nieuws. Hij betreedt nooit de paden, die door anderen reeds zijn afgetrapt. Daarom boeien zijn stukken in zoo hdoge mate. Pirandello is nooit één oogenblik ba» naai. hij geeft steeds een ph:losophisch probleem in een frisch, nieuw kleed. En over welk ccn techniek beschikt deze schrijver! Hoe weet hij de span» ning tot het laatst toe op te voeren om in het slottooneel alles op geniale wijze al te wikkelen en ons zelf onze con* clusics tc doen trekken. Misschien zou men het een bezrwaa: van zijn stukken kunnen heeten dat eerst op het laatst voor vele toeschou* wers alles helder wordt.Het bleek mi. in de pauze duidelijk, dat voor velen van het publick de personen in „Dc naakten klccden" nog in raadselen ge» huid waren. Daarom zou het mijns in« ziens wcnschelijk zijn. dat men bij dc opvoering van Pirandoiio's stukken bij dc programma's een kleine inleidende toelichting voegde, waardoor het aan het pubi'ck gemakkelijker werd gc* rnaa'kt dezen njet allcdaagschcr auteur tc volgen. Ik geloof zeker, da: dit aan het succes van Pirandello in ons and ten goede zou komen. Het was gisteren de avond van Stinc van der Gaag. Zij heeft de rol van Er» süia Drei opgeveerd tot die hooge ^panning, welke Pirandello er van v ischt. Zij was werkelijk do gemartel de vrouv-j die zich langzamerhand het mooie kleed van het Iitf voelt rukken en in doodsangst verkeert om in a! baar naaktheid voor dc menscheji tc zullen staan. Een actrice als Elsa Mauhs zou EnsiHa's angst en wanhoop waar» >chijnlijk artistiek behcerschter hebben weergegeven, maar ook zoo was het beklemmend cn doorleefd en het slo: maakte zooals Stine van der Gaap het speelde zulk ccn diepen indruk., dat het publiek huiverig was om dc stilte ioor applaus te verbreken. Voor mevrouw Van der Gaag zeer ze ker dc grootste hulde! Ko Arnoldi deed als Ludovico Nota mij meer denken aan een psychiater uit het koele Noorden dan aan een roman* schrijver uit het warme Zuiden. Hij stond in dit spel meer objectief dan subjectief, wat door de opmerkingen, welke Pirandello hem als zijn plaats» vervanger in dc laatste acte laat ma» ken, ook wel verantwoord was. Tn zij" opvatting gaf Arnuldi heel fijn cn mooi afgestemd speL Jan Musch heeft in dit stuk geen groote roL Hij speelde den consu. Grotti met Zuidelijk temperament, cn warmen gloed. H') was van de spe» lenden de cenigc Italiaan. Het was spe. geheel van binnen uit. Jaap van de Fob rncef als Franco Laspiga meer uiterlijk en maakte daardoor minder indruk. Carcl Rijken typeerde den aller» minst sympathieken— journalist zeer verdienstelijk. Dc dames Rijken en Wiarda zou ik onverdeeld om hun spel kunnen roemen, wan-nccr.JDe Naakten kleedcn" in Amsterdam in plaats van Rome zou hebben gespeeld. Een af» zondcrüjk woord van lof komt toe aan de figuratie achter de schermen. Dat het nauwe „straatje" zoo suggestief in dit stuk meespeelde, danken wij de knappe regie van Musch. Wij zijn Het Schouwtooneel en de directie van den schouwburg aan den lanswcg erkentelijk, dat zii ons da. boeiende stuk vaji Pirandello hebben cbrlCl"- J. B. SCHUIL. MUZIEK GEMEENTE»ORGELCONCERT Niet minder dan drie bewerkingen van dc koraalmelodïc „Nun komm, der Heiden Heiland" bevinden zich in het zevende dcei van de Petersuitgavc van B.-ichs orgelwerken. Het zou. als in alk dcigclijke gcvaücn. de moeite ruim schoots loonen de drie onderling t"c ver gelijken: Bach's onuitputtelijke fanta» sic en onbegrensde contrapunctische kunst zou er een keer tc meer uit blij» ken. ook voor velen, voor wie dat alles nu nog ccn gesloten boek blijft! en bij gemis aan voorlichting blijven moet Zou 't niet mogelijk zijn de gemeente* orgelconcerten in die richting nog meer direct opvoedkundig te laten werken? Ik ben overtuigd dar1 ook van hen. die niet hoofdzakelijk tcrwille der solistische prestaties de orgelconcerten bezoeken, slechts een zeer gering percentage ecnig idee van zoo'n koraalbcwerking heeft cn dc overigen hun waardeering slechts afmeten naar het' meest direct voor dc hand liggende: de melodische kracht. Deze is nu «n de verschillende lewcr» kingen zeer ongelijk; in die welke George Robert gisteravond gekozen had ligt dc cantus firrous in den discant, op een afzonderlijk klavier, en de s'mpelc koraalnoten zijn door ampele versiering.*»* noten tot een expressieve, rijk gebogen melodische bin geworden, waaraan dc pedaalbas in rustige achi'stcngangcn den i ndcrgrond geeft, terwijl de midden «temmen in hun vaste cn toch gevoelir verstrengeling den bouw nog hecht- maken. !n dc volgende bew-erking is dc koraalmclodie eenvoudiger gehouden, dc twee overige stemmen zijn druk en bc* wcgclijk; in de derde bewerking zijn dc rollen omgekeerd: de manuaalstcm men voeren ccn fuga op. waartegen dc koraalmclodie in her! pedaal onversierd van tijd tot tijd een gewichtige intcrpcl litie doet hooren. Zou het nu niet aan* beveling verdienen ccn dergelijke trits eens geheel uit* te voeren, liefst met ccn korte toelichting in het programma, waaraan menigeen meer zou hebben dan aan de onvertaalde Italiaanschc licdcr* teksten? Het begin van het concert was, In zijn eenvoud, mooi. al hoor ik dc pedaal» «rem liever zacht verdubbeld; dc enkel 16 voet geeft vaak een tc grooten af» stand met de manuaalstcmmen, cn het contra-octaaf alleen is ook niet steeds gedifferentieerd genoeg. Nu kwamen „gcistlichc Licdcr" van Hugo Wolf, een viertal, door mej. Hans Gruys met helder klinkende, in den dem goed bchccrschtc stem, doch met slechte uitspraak en niet van diepe door» pcihng getuigende opva ting gezongen. »n haar Italiaanschc liederen, na dc pauze, was 't evenzoo: mooi geluid, so» noor tot in de diepe altligging, helder in dc hoogte, maar verder nog n'et veel bijkomsiigDcden van bijzonderen aard I George Robert speelde de Fantasie in A van (Jésar Franck, naar 't mij scheen at gerekt; later twee lieve stukjes van ..ossi, het ééne „Cantabile", een dingt tjt a la Schumann, met een begeleiding \ol syncopen, het andere. „Pastorale zóó geborduurd op de pastorale muziek uit Bachs Weihnachtsoratorium; aardig cgistreerd voldeed het in zijn klok jcswclluidcndheid best. Hij sloot met een Andantino, Recitativo en Corale \an Sigfrid Karg—Elcrt, waarvan het krakende Coralc me heel wat minder aangenaam beroerde dan het koraal voor. spel van Bach waarmee onze bekwame organist den avond geopend had. Het concert was goed bezet. KAREL DE JONG. DE VERMISTE ALBERT CUYP. EINDELIJK TERECHT. Men zal zich herin neren, -dat de heer Be*n,jaro.-ns. antiquair te Rotterdam, ten'ge maanden geloden een tweetal be* leenbriefjes heeft gekocht van eer Duitsche dame. die bij de Gemeentelijke Ban-k van Leenirsg te 's Gnavenhage twee schilderijen had beleend, voor f 4(H'0 Bij de beleenbriefjes kreeg de heer B foto's van de sch Me rijen en toen hij de schilderijen wilde gaan inlossen, ver» toonde ©en der doeken afwijkingen met de foto. welke dc heer B. in zijn bezit had. Hoewel de antiquair herhaalde ma» len op de'afwijkingen wee®, was men hij de Ba-n-k van I.»:cnimg van oorddcl. dat geen abuizen mogelijk waren. Dc heer B. heeft daarop de schilderijen ge» accepteerd. Kort nadat dc kooper zij» doeken ■n bezit had. bleek, dat het doek, waar» op de afwijkingen, voorkwamen, waar» schijnlijk een Albert Cuyp was. Daarna wilde dc Bank van Leen-ng de schild-er i; terug hebben en*, omdat de heer B weigerde, werd ee*n vordering tegen hem ingediend. De justitie hoorde ■daarna van den gedaagde, dat hij zijn. schil de-rijen naa-r Londen verkocht had Daarop -is een inspecteur van de ccn* tnale recherche, de heer G W. Valken, i-aar Londen gegaan op onderzoek, waar hem bleek, dat de schilderij bij de f:rm3 Cbristic was aangeboden, maar deze firma had de koop geweigerd Het doek was -inmiddels weer naar Nederland teruggezonden. De heer Valken -s daar» op bij een expediteursfirma te Rotter* dam gaan informeeren en daar s'ond-en 'wee kisten voor den heer Benjamins Deze kisten zijn m beslag genomen er n een er van zat inderdaad de bewuste .Voert Cuyp. De echtfoeM van dit doek wordt nu evenwel in twijfel getrokken, zegt hc Hb!d.. o,a. door de firma Chrst.e. die zeventig pond voor hei schilderij bood terwijl een andere Londensche firma honderd pond heeft geboden. De justitie heeft beslag gelegd op dit doek. in verhand met de procedure van de Gemeentelijke Bank van Lecning tc Den Haag tegen den heer Benjamins EEN BIJBELSCH WERK VAN IS. QUER1DO Naar het „Vad." verneemt, werkt Is. Qucrido op het oogenblik aan ccn dra- matischcn roman=cyclus bestaande ui' vier dcclcn, waarin we ccn reconstructio van het hcclc oude volkcnleven in Pa» lestina zullen terugvinden met Simson en het Richtcrcntijdperk als kern. Dc hoofdfiguur is Simson, de voorloopcr van Christus, de verpersoonlijking van den strijd tusschen geest en vleesch. Het eerste deel, de Nazareeër, is vrij wel voltooid en zal in het naja-ir bij Schcltcns en Giltav het licht zien. BUZTAU 50 JAAR. B. v. E. schrijft in de „Avondpat-t m Vrijdag: Vandaag is ons aller vriend Buziau 50 jaar oud geworden. "i Janiet waardaar staan wc allemaal even paf van Dat hadden we werkelijk niet gedacht: ccn halve eeuw. Dc -Slanke dandy dc modcgigler dc Haagsche jongeling, d c ais weg» gcloopcn uit dc Flicgende Blatter o..s avond aan avond doet gieren van het lachen: 50 jaar. Daar zou men eventjes stil van wor-» den. Want did doet ons plotseling den'en aan zooveel van dit c!owncn»levcn d.it wij niet kenden en waarvan wij niets wisten! En even. tusschen al die vroolijke onden door beseffen wij dc ernst. <K k van dit leven. En tevens: hoe m ei» I jk. hoe zwaar maar ook hoe schoon dc taak is van dezen man. kunstenaar van den aliereersten rang. wiens naam het publiek niet kan noemen zond r in ccn gullen, ronden lach los te sch -tc» t n. waaraan iedere onkicschc geestig» hcii! vreemd bleef. Humor. Clowneske humor zonder ecnige trivialiteit of platheid. MaaT de humor van klanken en gc» baren, dc humor van den geest", dio John Buziau weet te doen kopje bui» telen en onverwachte bokkcsprongca maken als ccn acrobaat. Zoo een geheel land te doen lachen dat het er zich nog weken lang gez nd door voelt.... dat is het werk \an on» zen Buziau. En nu dit! kleine nootje ernst: vijftig jaar. Dan geven wij onzen vriend dc hand cn z'cn hem nu eens zonder lach cén oogenblik ernstig :n de ongen, en drukken zijn beide handen hartelijk, met ccn welgemeend: „Dank!" Daaraan zullen velen thans behoefte voelen. Buziau is Vrijdagavond in den Circus schouwburg ;e Rotterdam enthousiast •gehuldigd. Dc heer Henri ter Hall hield ccn hartelijke toespraak en zei o.m. dat behalve vele telegrammen ook van mi» nister Kan een persoonlijk schrijven was binnengekomen. De jarige kreeg verschillende lauwerkransen. INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN a 60 Cents per regel. fys het van ouds bekende en onovertroffen middel tegen INFLUENZA (Griep), en alle aandoeningen der slijmvliezen. Per heele kruik 65 cent. Haarlemmer Halletjes EF.N ZATERDAGAVONDPRAATJE Het is zoolang onze krans bestaat ge» woontc geweest cn gebleven, dat dc le» den van de krans elkaar gingen fclici» tecren op den Nieuwjaarsdag Natuui» lijk vierden al dc families den Oude» jnarsavond in den hu iscl ijken krinr, maar zoodra de eerste Januari was aar» gehtoken, hernam het maatschappelijk verkeer zijn rechten, dc maatschappij waarvan wij allen dan toch deel uitma* ken. cn waarop wij. zooals mij onlangs verzekerd is, wel degelijk ccnigen in vloed uitoefenen. Een keurig gekleed heer heeft dat on! zelf aan mijn vrouw verzekerd cn in heb mij dan ook niet geërgerd aan dc hatelijke opmer» king van neef Wouter: „nou ja, jc doet al wat om een stofzuiger op afbetaling tc verkoopen." Inderdaad bewoog dc heer in quacstic zich in deze moeilijk s maar zeer nuttige branche cn ik zie niet in. waarom zijn eerlijk uitgesproken ver zekering daarom geminacht behoefde tc worden. Bovendien was dat van dc af betaling zuiver laster: mijn vrouw koopt nooit op die manier. Dc stofzuiger is contant betaald, met vijf procent korting cn den bijzonderen dank van de dirccti overgebracht door bovengenoemde!» keurig gckl. eden heer die tevens om dc gunst cn dc recommandatie verzocht cn niet onduidelijk op ccn agentuur zin» speelde, die ik even snel afgewezen hc!', ofschoon Wouter nog altijd zoo'n nu'- tig instrument niet in zijn huis dulden wil „om het brommen", zegt liij. Dc krans is eenparig van inccning. dat hij in zijn huis het monopobc van brommen voor zichzelf houden wil. Maar die opmerking is op den Nieuw, jaarsdag natuurlijk niet hardop gemaakt Dan zijn alle mcnschcn, dus ook wij kranslcdcn, vol van de beste voorn mens cn denken cr niet aan. elkaar te critisccrcn. Althans niet hoorbaar. Ove rigens moet ik wel toegeven, dat die Nieuw jaarsvisitc over cn weer ccn beetje vermoeiend wordt, nu wij zelt de eerste jeugd al achter den rug hebbci cn dc tweede jeugd ook langzaam van ons w jkt. Toen dc krans werd opg richt, was de inspanning wel grootc-, maar on/c kracht en uithoudingsverm gen warci. dat ook. Toen gold namelijk als regel, dat ieder kranslid ieder ander op den Nieuwjaarsdag moest bezoeken en door ieder ander ook bezocht moeit -worden. Reken eens uit hoe ingewikkeld dat probleem was, vooral omdat wij toen alles moesten loopen. want trams waren cr toen nog niet cn een rijtuig kon cr niet op overschieten. Naderhand hebben wij dat veranderd, ook omdat Wouter het kunstje had verzonnen, om al dc krapsgenootcn op het eerste bc» /ock dat hij bracht af te wachten cn zich dan voor het contrabezoek te ver» ontschuidigcn, omdat het daarvoor don natuurlijk tc laat geworden was. Daar zijn wc natuurlijk maar éénmaal ingevlogen maar dien cencn keer had hij al jammer en rampspoed genoeg aangericht. Het geschiedde bij dc familie Hupstra. die in die dagen zelf veel visite van vrienden cn kennissen ontving. Wouter zat daar maar cn bleef cr zitten, in weerwil va:» dc herhaalde wenken van tante Koosjc: ..maar nu moeten wc toch hcusch ver» der." Kon zij hem hij zijn kraag vatten en dc deur uitzetten? Natuurlijk niet, e i zoo moest sr. dc arme Hu pst ra's het aan» zien en aanhooren, dat hij van twee tot vijf uur op zijn stoel bleef zitten cn bc» vendien nog allerlei stekelige opmerktn» gen tot hun andere bezoekers richtt-, waarbij hij het liet voorkomen, alsof die afkomstig waren van andere, pas ertrokken bezoekers. „Het zweet brak mij uit", hekende Hupstra later aan ai dere kranslcdcn, hoewel in de constv natie niemand op dc kachel lette, zood t dc bezoekers warme hoofden hadden gekregen, van de opmerkingen tn vei -lijfde voeten van dc kou want ii die dagen was ccn Nieuwjaarsdag no .cn winterdag en niet, zooals nu, Cc.l 'nleiding tot storm en regen. Maar, om den draad van mijn verha l niet tc verliezen: later hebben wij die bezoeken vereenvoudigd, aldus dat h.t voldoende is. wanneer dc tien kransgi» nootcn elkaar éénmaal ontmoeten ze- dat dc contrabczoekcn vervallen. En d trams rijden wel niet hard. maar zc ri;« den toch. al moet jc aan de halten w*.l eens ccn paar minuten langer wachten, dan de dienstregeling belooft. Zoo dot i wc dc taak vrij gemakkelijk af. Dc inir.» stc moeite heeft natuurlijk dc familie Hopma, want die doet de bezoeken m.t haar auto af. Zoover hebben dc andere i het nog riet gebracht en wat mijzelf bc» reft: ik heb dc hoop daaróp uit mij.»' oekomstci.'oomcn geschrapt. „Dc aar» wezigheid van een auto maakt niet gc» lukkig" heb ik mijn vrouw al mcermalc met nadiuk verzekerd, waarop zij, met dat eigenaardig tc kort aan logica da vrouwen kenmerkt, den laatstcn kce heeft geantwoord: „dc afwezigheid ook niet" Na dien tijd li'kt het my geraden het gevaarlijke onderwerp maar liever niet meer ter sprake te brengen. Afgunstig op de auto van Hopma zijn wij ni<?L Daarvan is dus geen sprake, wanneer ik zeg dat het wel bijzonder toevallig is. wanneer op iedcrcn Nieuw» jaarsdag Hopma's wagen yoor vier per» sonen voor defect in de garage is. ter» wijl dc reparateur hem een klonen wo« gen voor twee zoolang geleend heeft, liet kan toeval wezen, omdat In dit op» zicht veel mogelijk is. maar bchalxe op den Nieuwjaarsdag komt nooit iemand an ons in de verzoeking om tc vragen "of hij meerijden mag. Evenwel, ik wil liet nieuwe jaar niet met kwade gedach ten over mijn mcdcmensch beginnen laat ors dus aannemen, dat ik niets gc» zegd heb cn overgaan tot een ander on» derwerp. Een feit is, dat dc Hopma's verba» /end zuinig op hun aui'o zijn. Dc wogen komt den heclcn winter dc garage haast niet uit. op ccn enkelen mooien vries» dag na. wanneer de grond droog is Als de dood is Hopma voor plassen. „Waar» om toch?" hch ik hem wel eens ge» vraagd. „jc behoeft hem toch zelf niet schoon tc maken: dat doen de jongens in dc garage we!". „Maar hot lak wordt" cr zoo lcclijk van", zegt Hopma met een bedenkelijk gezicht Ja. daar is niet veel tegen tc zeggen. Hoe weinig veranderen toch dc menschen. Ik heb in miin jeugd ccn rijke familie gekend, die equipage hicid: twee mooie schimmels cn een stuk of vier keurige rijtuigen. Als jongen was ik cr altijd afgunstig van cn benijdde dc menschen cn dc kinderen, die daar in mochten ziften; l ier. toen ik dc wereld beter bcoordcc» 1 n kon. begreep ik dat de familie over dc equipage al heel weinig te zeggen Fad cn dat bet precies andersom was: de equipage hield dc familie cn de man. die letterlijk cn figuurlijk dc teugels in handen had. was dc koetsier. Die had z in patroon ervan weten tc overtuigen, dt schimmels dc teerste paarden zijn. die jc hebben kunt; zc konden niet goed tegen kou. tegen warmte, tegen regen cn ook niet tegen kouden wind. Nu is cr in ons klimaat ali'ijd wel ccn van die vier natuurverschijnselen aan dc hand, zoodat de oude heer. die icdc* ren morgen voor zijn zaken naar Am* f'crdam moest, gewoonlijk naar h t f'i'tlon ging loopen om dc paarden tc sparen Een van onze buren beeft mij eens gezegd, dat het rijftiig 's avond «•ok niet gebruikt kon worden, omdat ;le paarnen bang waren in het donker, maar dat kon ik niet gcloovcn. Jc moet ltijd rechtvaardig wezen cn paarden of mcnschcn niet beschuldigen van dingen, die niet! waar zijn. Hopca leek in zoover op dezen rij» ken meneer, dat hij. ofschoon hij ccn overeenkomst had met den garagehou der. zich heel dikwijls 's morgens niet met zijn wagen naar 't station liet bren» gen, als het weer wat slecht was of cr plassen op stYaat lagen. Dan ging 'aij op dc fiets Om dc !ak te sparen, die de auto bedoel ik, want al zien sommige dames er tegenwoordig zoo goed als geëmailleerd uit, tot dc man ucn is die gewoonte nog niet doorge» drongen cn rfopma kan best tegen weer cn wind. Maar tuist! deze gewoonte van hem was aanleiding tot het eerste verschil van gevoelen, dat op den Nieuwjaarsdag tusschen hem en zijn vrouw ontstond. „Fidelio". zei zc kla» gend, toen wij er op bezoek waren. r7eg jij nu toch eens aan mijn man, dat hij zorgt voor zijn rijwielplaafjc; liii -zegt maar „ik heb nog ruim den tijd" en als hij zoo praat komt er niet an cn krijgt hij een proccs»verbnal an de belastingen net als verleden jaar". Ik hou niet van zulke verzoeken. Het cn;gc wat' je doen kunt is een dom gc* zicht zetten, naar dengene kijken, dien je vermanen moet cn niemendal zeg» ccn. Dat deed ik dus bij deze gelegen» hcid ook. Gelukkig nam Hopma het woord over cn zei: Jk heb ruim den tijd", waarmee hij natuurlijk een nlcu» we berisping van zijn vrouw kreeg. Dc Franschcn zeggen: Entrc l'ócorcc et le bois II nc faut pas mettre Ie doigt, wat in onze taal kon luiden: Dwaas is, wie tus&chen schors cn hout Zijn eigenwijzen vinger douwt, wat dan bctcckcnt. dat je jc nooit met' quacsties tusschen man en vrouw moet bemoeien. Gelukkig kwam juist op dat oogen» Mik van Stuiteren mei! zijn vrouw bin» ren, zoodat het gesprek over Hopma's lictsplaatjc afgeleid werd. „Omnia liusta", zei va_n Stuiteren, toen hij ons de hand drukte. Dat zegé hij ieder jaar. Omnia fausta. Laat ik ronduit er kennen. dat ik eerst niet geweten heb, wat dat beduidde. Omnia, zooveel Latijn kende ik wel. bctfcckcnt alle. Maar liusta! Het doet aan vuisten denken, maar wie spreekt cr nu van vuisten op den Nieuwjaarsdag, die aan vriendelijk* --.-id gewijd is, terwijl vuisten juist aan ruzie en vechten, aan boksen, dus bloedneuzen, iemand voor zyn maag stompen cn tegen den grond slaan herinnert". Op eens ia het mij te 1 Inn n geschoten (een mcnsch kan wel eens een helder oogenblik hebben) dat fausta wcnschcn zou kunnen be» teekenenOmnia fausta alle wen» schcn, alle goede wcnschcn natuurlijk. Maar waarom van Stuiteren dat al» tijd in het Latijn zegé, terwijl hij toch zoo'n zuiver Hollandschcn naam draagt, heb ik nooit goed begrepen. Evenmin waarom Hupstra bij dezelfde gelegen» hcid, alsof hij een Duitscher cn niet Nederlander was. altijd zegt: ^Prosit Ncujahr". Bovendien doet" di: denken aan een glas bier of een gljs punch, waarmee je iemands gezond heid drinkt, terwijl wij op onze Nieuw* jaarsbezoeken bij elkaar heclemnn! niets tc drinken krijgen, niet cens hc: gebruikelijke kopje slappe thee. Wou* er, die ccn hekel heeft aan wat hij .kouwe drukte" noemt, doet het maar af met „nou, je weet er alles van", maar dat voldoet de menschen ook niet Jc behoeft tegen je vrienden geen hoogdravende taal tc gebruiken, maar onverschilligheid is ook niet aardig. Enfin, Wouter is eenmaal niet aardig cn dat zal hij in 1927 wel niet meer worden ook. „Als je je heele leven lang een stekelvarken geweest bent", heeft Hupstra eens niet onaardig van hem gezeid. „kun je op jc ouden dag geen kanarie worden en vriendelijk sjilpen: pie»et, pie»et". Maar ik heb toch wel in mij zelf gc* achcn, toen het vorige jaar op den Nieuwsjaarsdag Wouter op eens bij het ontmoeten van de kransvrienden. op van Stuiteren toestapte en vóórdat deze gelegenheid had om wat te zeg* gen uiricp: „omnia fausta, van Stui teren. omnia fausta, omnia fausta!" waarna hii zonder op antwoord tc wach» ten. op Hupstra toestormde, roepende: ..Prosit Neujahr" prosit Neujahr. prosi: Neujahr!" Ze stonden allebei verbaasd te kijken cn wisten niets te zeggen, tot dat van Stuiteren met groote tegen» woordigheid van geest Wouters ha.ic greep en met grooten ernst zei: „nou. je weet cr alles van". Maar van dat rijwielplaatjc van Hopma zou ik nog wel meer hooren. Dinsdag was mijn vrouw bij Emma Hopma op bezoek geweest en toen zij terugkwam, praatte zc alweer over dut vervelende ding. Emma had er over geklaagd, dat haar man er maar niet toe tc brengen was om het te gaan koopen. ,,'t Zou stellig weer op ccn proccs»verbnnl uitloopcn", had ze gc» klangd. „Wat heb ik daarmee tc ma ken?" zei ik wat kortaf. „Hopma is toch mans genoeg om zelf voor zijn belan gen tc zorgen". „Emma vroeg", gc: mijn vrouw een beetje verlegen, „of jij er misschien een koopen wou. Hij is zoo vergccachtig, stelt al zulke kleinig heden van dag tot dag uit". „Dank jc wel", zei ik. „Hopma zou me kwalijk nemen ab ik mij met zijn zaken bc moeide"* Daarbij bleef het. Vriendschap is een mooie zaak, maar iedereen moet op zijn eigen belangen passen en ik was toch Hopma's kindermeisje niet. Den vol» genden dag kwam ik Hopma op straat cgen. „Mijn vrouw houdt niet op", zei hij. „of ik moet naar 't postkantoor om ccn rijwielplaatje te gaan halen, maar waarvoor zoo'n haast! ik heb tot Ddh» derdagavond den tijd nog". Toen we op dc Groote Markt kwamen en hij de Zijlstraat in wou gaan. kwam er een kennis van hem, die wat te vragen had. Samen liepen zij terug, in druk ge» sprek. dc Groote Houtstraat weer in. Vandaag, dacht ik, komt er van het rijwiclplaatje' weer niemendal. Donderdagavond g.-ng ik naar een ver» gadering. 't Was zoowat tien minuten voor achten.. Terwijl ik voortwandel hoor ik op eens achter mij iemand hard loopen. Jawel, het was Hopma. ..Postkantoor, rijwielplaatjezegit hij in t voorbijgaan hijgend. Onwille» keurig loop ik mee. „En er komt net geen tram!" foetert hij onderweg. Samen ren-nen we de Dreef af. de Grootc Hout» straat in. Een politie»agent. die daar op post staat, roept: „hei, hei, waar moet dat zoo haastig heen?" De man /al wel gedacht hebben dat we op de •lucht waren. Wij sch.eten de Gier* treat in. bijna tegen een jongen op een fiets aan. Hij valt om. begint te chcldcn. Wij letten er niet op. draven door. Toen de Oude Gracht op. ,.'t Speelt net acht", zegt hij, hijgend als een blaasbalg. We leggen er nog een tapje op. ontkomen net precies aan dc tram, die u:t dc Raaks afdraait, ren» dc stoep V2n het* postkantoor op juist als de ambtenaar het loket wil sluiten, gooit Hopma drie gulden in 't (ffcet cn krijgt zijn rijwiclplaatje. Om wat te bedaren en uit te rusten hebben we bij Bmkmann een kopje koffie gedronken. „Weet jc", zei Hopma, 't was vandaag de laatste dag cn mor» gcnochfend moet ik op de f:ets naar 't station. Voor den auto is het weer ie slecht, zie je om de lak". „Ja. zoo", zeg ik. zonder te lachen over die k-ostbare lak. „Toch net op tijd geweest", zegt hij Tiomfrr' hik t-n hoog. „Waarom zou een mcpsch vroe» gcr wezen dan noodiig is!" Ik zei niets. Wat heb ik er mee te maken? Maar 't volgende jaar, dat be* grijp k nu wel. zal 't precies zoo gaan. FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 5