HAARLEM'S DAGBLAD
Emser Water
ZATERDAG 8 JAN. 1927 TWEEDE BLAD
DE UITVINDER
„Daar is de heer Hommeles. Hy
wenscht Uwe Excellentie te spreken,
't is over een uitvinding." zoo zei dc
Secretaris
De minister luisterde zonder op te
zien. doofde zijn sigaar, zette zijn hoor»
nen knijpbril op. nam een brief uit de
Iade van zijn bureau, las die zorgvuldig
en antwoordde:
„Verzoek den heer Hommeles binnen
te komen en Iaat ons alleen!"
Even later verscheen de secretaris
weer in dc opening van dc deur, liet een
langen, mageren man binnen en ver»
dwecn, terwijl hij zcidc:
„Mijnheer Hommeles!"
De minister deed of hij heel druk
schreef, draaide zich dan met een ruk
om. wierp een zeer venijnigen blik naar
den man die zich uitvinder noemde, en
knorde: a
„Mijnheer Hommeles?"
„Om U te dienen. Excellentie!"
„Wat hadt U?"
„Een uitvinding!"
„Waarin bestaat die?"
„In een kogel. Excellentie, die tien
duizend meter aflegt en door alles heen
gaat. Niets kan mijn kogel stuiten. IUi
kan afgeschoten worden door ccn revol
ver. gewee» ot kanon."
„Dc prijs?"
„Een half miljoen!"
„In orde! Hier is ccn chfcquc! Nog
iets?"
„Dank U!" zcide dc uitvinder die dc
cheque in zijn zak borg „Ja! ik heb r.c>g
meer. Ik kan ccn muur construccrcn die-
mijn kogel stuit!"
„Dien muur heb ik niet noodig."
„Misschien! Uw tegenpartij biedt ccn
half miljoen.
„Zoo!.... hm.... dan moet ik ook
dien muur hebben! Hoe veel?"
„Kén miljoen!"
„Drie-kwart?"
„Goed, Excel! Dank U!"
De tweede chtq. v. verdween.
„Vindt U nog meer uit?"
,Jn. Excellentie! Ik heb een speciale
machine bedacht die in ccn minimum
van tijd loopgraven maakt van ccn zoo
danige constructie dat de soldaten on»
der den gron 1 door hun vijanden kun
aanvallen en vernietigen!"
„Daartegen is toch uw kogel bc»
Stand?"
„Neen, Excellentie! Mijn kogel gaat
wel door den grond, maar in ccn rechte
lijn. Hij verspreidt zich niet!"
„Uw machine kost?"
„Twee miljoen!"
„Hier is een chèquet"
„Dank U. Excellentie!"
„Nu ben ik dus onovcrwinbaar?"
..Hm... dat is te zeggen. Excellentie
ik heb ook nog ccn landtorpedo. Die-
kan onder den grond worden afgescho*
ten. Hij verspreidt zich. in tegenstelling
met mijn kogel, wel!"
„En dc muur dien U mij verkocht
heeft?"
is er niet tegen bestand!"
„Hm. Als ik Uw torpedo koop.
ben ik dan onoverwinnelijk?"
„Pardon! Dat is mijn ambtsgeheim..."
„Zoo! Nou! ik geef U vijf millioen
voor der torpedo!"
„Uw tegenstander bood tien.
..Dan is hier ccn chèquc voor tien mil»
jocn!"
„Ik dank U, Excellentie!"
„Geen dank! 131/4 miljoen is niet tc
veel voor dc aosolutc veiligheid van het
land!"
Dc uitvinder lachte.
„Waarom lacht U?" vroeg dc minis»
ter ongerust.
„OmJiit U van absolute veiligheid
spreekt. U denkt niet aan de lucht!"
„De lucht! De lucht? Heeft U die
soms ook uitgevonden?"
„Neen, Kxcellcntic, maar wel ken ik
een wolk die eventueel groot genoeg is
te maken om cr heel het vijandelijk land
incc tc bedekken. Het is een vaste
wolk Er kunnen vliegmachines op lan»
den, er kunnen soldaten op worden
gebracht en men kan er ook geschut op»
stellen. - Dc kosten zijn vijftig mil»
men!"
„Hier is een chtau"J"
„Dank UI"
„En nu hoop ik dat U nooit meer iets
uitvindt?"
..Pardon. Excellentie, ik hch nog écn
ding: een machine die absolutcn wereld
vrede produceert!"
..En ik ben tot mijn tanden gew
pend?"
„Geeft niets. Excellentie!"
„En ik ben minister van oorlog! Wat
moet i k?!"
„Een ander baantje zoeken. Exccllen
fic!"
„Wat kost het me?" vroeg de minis
icr wanhopig: „wat kost het me als U
die uitvinding vernietigt? vergeet?!"
„Honderd miljoen!"
..Toegestaan! Hoeveel voor mij?"
Tien procent!"
„Zeg vijftien!"
„All right! Over het laatste be
drag!"
„Neen! over dc hccle som!"
..Nu dan'.onder voorwaarde dat
ik een standbeeld krijg!"
„Ik zal cr van avond met mijn collega
van kunst en wetenschap over spreken!
- Hier is dc chique!"
„Dank U!"
Dc uitvinder lachte en vcrdccn.
JOH. VAN DEN HOEK.
LETTEREN EN KUNST
HET TOONEEL.
HET SCHOUWTOONEEL.
DE NAAKTEN KLEEDEN.
„Ik geloof Riet aan feiten", laat Pi»
randcllo Ludovico Nota. den roman*
schrijver, in het derde bedrijf van „De
Naakten Klccden" zegen. Het is dc
kern niet allccr. van „Dc Naakten Kle
den" doch van bijna alle stukken, die
ik van Lulgi Pirandello heb gezien. D<
dingen zijn niet. zooals ze Jc schijnen!
De mcnschcn dragen een kleed om hur
naaktheid tc verbergen; zij loopen me
een masker om hun waren aard niet
tc doen kennen.... dat is dc gron.fgc
Hachtc. die telkens weer bij Pirandello
terugkeert.
Ersilia Drei. de hoofdpersoon uit
Pirandello' stuk. dat Het Schouwtoo
nccl hier gisteren op een abonn'emepts
voorstelling in den schouwburg a n den
Janswcg heeft gespeeld, is veroordeeld
.naakt" tc sterven, omdat zij oorspron-
kelijk den dood had willen ingaan in
ccn te mooi kleed, dat niet van haar
was. Het leven was voor haar bitter cn
ellendig geweest, zij had zwaar gezon»
ligd cn in haar wanhoop had zij er een
eind aan willen maken. Maar zij kon
niet heengaan in haar armzalige naakt»
held. Zij leent zich ccn kleed van
schoonheid, wanneer zii aan een jour»
nalist. die aan haar sterfbed komt. eer
verhaal van hoar leven opdisch:. d.it
ccn en al Fcric is cn waarin zij ver»
schijnt als een hecld van louter reir.»
hcij en opolierende liefde, zouals zij
niet is. maar gaarne had willen zijn.
Het levensverhaal van dc ongelukkige
Ersilia Drei, dat in dc krant J kolom»
men vult, ontroert heel Rome, van
Onoria, dc eenvoudige karaerverhuur»
ster af tot Ludovico Nota. den beroem»
den romanschrijver toe. Maar het vergit
heeft zijn werk slechts ten halve ge»
daan. Ersilia geneest en teruggekeerd
m het leven wordt het mooie kleed,
waarin zij had willen sterven, haar on»
oarmhariig door de menschen, die door
het verhaal in een verkeerd licht ge»
plaatst zijn. stuk voor stuk van het lijf
gescheurd, totdat zij in al haar erbar»
mclijke naaktheid ten slotte voor de
imenschheid staat cn sterft. Want de
tweede maal weigert het vergil aan
Ersilia Drei zijn diensten niet.
„Hoe gcmecner wij zijn, hoe mooier
a ij willen schijnen!" m het vernietigen*
dc woord, dat de stervende vrouw, Jen
mannen, die 0111 haar staan, in het ge»
zicht slingert. En als zij is heengegaan,
bedekken zij hun geiaat met hun han»
den als om hun naaktheid te verbergen.
Alweer dus hetzellde motief van bijna
al»e stukken van dezen schrijver: „dc
menschen zijn niet, zooals zij schijnen!
Maar in welk ccn oorspronkeiijkeü.
weergaloos knappen vorm geelt Pi ran»
dcllo dit gegeven wederom in zijn stuk.
Bij dezen Italia.inschcn auteur hebben
wij nooit als bij zoovele andere dra»
maturgen de gedachte een oud mo<
ticf in een opgelapt kleed te zien. Pi»
randclo plaatst ons ondanks het 'C»
rugkeertn teikens voor dezelfde grond»
coachte voor iets geheel nieuws.
Hij betreedt nooit de paden, die door
anderen reeds zijn afgetrapt. Daarom
boeien zijn stukken in zoo hdoge mate.
Pirandello is nooit één oogenblik ba»
naai. hij geeft steeds een ph:losophisch
probleem in een frisch, nieuw kleed.
En over welk ccn techniek beschikt
deze schrijver! Hoe weet hij de span»
ning tot het laatst toe op te voeren om
in het slottooneel alles op geniale wijze
al te wikkelen en ons zelf onze con*
clusics tc doen trekken.
Misschien zou men het een bezrwaa:
van zijn stukken kunnen heeten dat
eerst op het laatst voor vele toeschou*
wers alles helder wordt.Het bleek mi.
in de pauze duidelijk, dat voor velen
van het publick de personen in „Dc
naakten klccden" nog in raadselen ge»
huid waren. Daarom zou het mijns in«
ziens wcnschelijk zijn. dat men bij dc
opvoering van Pirandoiio's stukken bij
dc programma's een kleine inleidende
toelichting voegde, waardoor het aan
het pubi'ck gemakkelijker werd gc*
rnaa'kt dezen njet allcdaagschcr
auteur tc volgen. Ik geloof zeker, da:
dit aan het succes van Pirandello in ons
and ten goede zou komen.
Het was gisteren de avond van Stinc
van der Gaag. Zij heeft de rol van Er»
süia Drei opgeveerd tot die hooge
^panning, welke Pirandello er van
v ischt. Zij was werkelijk do gemartel
de vrouv-j die zich langzamerhand het
mooie kleed van het Iitf voelt rukken
en in doodsangst verkeert om in a!
baar naaktheid voor dc menscheji tc
zullen staan. Een actrice als Elsa Mauhs
zou EnsiHa's angst en wanhoop waar»
>chijnlijk artistiek behcerschter hebben
weergegeven, maar ook zoo was het
beklemmend cn doorleefd en het slo:
maakte zooals Stine van der Gaap
het speelde zulk ccn diepen indruk.,
dat het publiek huiverig was om dc
stilte ioor applaus te verbreken.
Voor mevrouw Van der Gaag zeer ze
ker dc grootste hulde!
Ko Arnoldi deed als Ludovico Nota
mij meer denken aan een psychiater uit
het koele Noorden dan aan een roman*
schrijver uit het warme Zuiden. Hij
stond in dit spel meer objectief dan
subjectief, wat door de opmerkingen,
welke Pirandello hem als zijn plaats»
vervanger in dc laatste acte laat ma»
ken, ook wel verantwoord was. Tn zij"
opvatting gaf Arnuldi heel fijn cn
mooi afgestemd speL
Jan Musch heeft in dit stuk geen
groote roL Hij speelde den consu.
Grotti met Zuidelijk temperament, cn
warmen gloed. H') was van de spe»
lenden de cenigc Italiaan. Het was spe.
geheel van binnen uit. Jaap van de Fob
rncef als Franco Laspiga meer uiterlijk
en maakte daardoor minder indruk.
Carcl Rijken typeerde den aller»
minst sympathieken— journalist zeer
verdienstelijk. Dc dames Rijken en
Wiarda zou ik onverdeeld om hun spel
kunnen roemen, wan-nccr.JDe Naakten
kleedcn" in Amsterdam in plaats van
Rome zou hebben gespeeld. Een af»
zondcrüjk woord van lof komt toe aan
de figuratie achter de schermen. Dat
het nauwe „straatje" zoo suggestief in
dit stuk meespeelde, danken wij de
knappe regie van Musch.
Wij zijn Het Schouwtooneel en de
directie van den schouwburg aan den
lanswcg erkentelijk, dat zii ons da.
boeiende stuk vaji Pirandello hebben
cbrlCl"- J. B. SCHUIL.
MUZIEK
GEMEENTE»ORGELCONCERT
Niet minder dan drie bewerkingen van
dc koraalmelodïc „Nun komm, der
Heiden Heiland" bevinden zich in het
zevende dcei van de Petersuitgavc van
B.-ichs orgelwerken. Het zou. als in alk
dcigclijke gcvaücn. de moeite ruim
schoots loonen de drie onderling t"c ver
gelijken: Bach's onuitputtelijke fanta»
sic en onbegrensde contrapunctische
kunst zou er een keer tc meer uit blij»
ken. ook voor velen, voor wie dat alles
nu nog ccn gesloten boek blijft! en bij
gemis aan voorlichting blijven moet
Zou 't niet mogelijk zijn de gemeente*
orgelconcerten in die richting nog meer
direct opvoedkundig te laten werken?
Ik ben overtuigd dar1 ook van hen. die
niet hoofdzakelijk tcrwille der solistische
prestaties de orgelconcerten bezoeken,
slechts een zeer gering percentage ecnig
idee van zoo'n koraalbcwerking heeft
cn dc overigen hun waardeering slechts
afmeten naar het' meest direct voor dc
hand liggende: de melodische kracht.
Deze is nu «n de verschillende lewcr»
kingen zeer ongelijk; in die welke
George Robert gisteravond gekozen had
ligt dc cantus firrous in den discant, op
een afzonderlijk klavier, en de s'mpelc
koraalnoten zijn door ampele versiering.*»*
noten tot een expressieve, rijk gebogen
melodische bin geworden, waaraan dc
pedaalbas in rustige achi'stcngangcn den
i ndcrgrond geeft, terwijl de midden
«temmen in hun vaste cn toch gevoelir
verstrengeling den bouw nog hecht-
maken. !n dc volgende bew-erking is dc
koraalmclodie eenvoudiger gehouden, dc
twee overige stemmen zijn druk en bc*
wcgclijk; in de derde bewerking zijn
dc rollen omgekeerd: de manuaalstcm
men voeren ccn fuga op. waartegen dc
koraalmclodie in her! pedaal onversierd
van tijd tot tijd een gewichtige intcrpcl
litie doet hooren. Zou het nu niet aan*
beveling verdienen ccn dergelijke trits
eens geheel uit* te voeren, liefst met
ccn korte toelichting in het programma,
waaraan menigeen meer zou hebben dan
aan de onvertaalde Italiaanschc licdcr*
teksten?
Het begin van het concert was, In zijn
eenvoud, mooi. al hoor ik dc pedaal»
«rem liever zacht verdubbeld; dc enkel
16 voet geeft vaak een tc grooten af»
stand met de manuaalstcmmen, cn het
contra-octaaf alleen is ook niet steeds
gedifferentieerd genoeg.
Nu kwamen „gcistlichc Licdcr" van
Hugo Wolf, een viertal, door mej. Hans
Gruys met helder klinkende, in den
dem goed bchccrschtc stem, doch met
slechte uitspraak en niet van diepe door»
pcihng getuigende opva ting gezongen.
»n haar Italiaanschc liederen, na dc
pauze, was 't evenzoo: mooi geluid, so»
noor tot in de diepe altligging, helder
in dc hoogte, maar verder nog n'et veel
bijkomsiigDcden van bijzonderen aard I
George Robert speelde de Fantasie in
A van (Jésar Franck, naar 't mij scheen
at gerekt; later twee lieve stukjes van
..ossi, het ééne „Cantabile", een dingt
tjt a la Schumann, met een begeleiding
\ol syncopen, het andere. „Pastorale
zóó geborduurd op de pastorale muziek
uit Bachs Weihnachtsoratorium; aardig
cgistreerd voldeed het in zijn klok
jcswclluidcndheid best. Hij sloot met
een Andantino, Recitativo en Corale
\an Sigfrid Karg—Elcrt, waarvan het
krakende Coralc me heel wat minder
aangenaam beroerde dan het koraal voor.
spel van Bach waarmee onze bekwame
organist den avond geopend had.
Het concert was goed bezet.
KAREL DE JONG.
DE VERMISTE ALBERT
CUYP.
EINDELIJK TERECHT.
Men zal zich herin neren, -dat de heer
Be*n,jaro.-ns. antiquair te Rotterdam,
ten'ge maanden geloden een tweetal be*
leenbriefjes heeft gekocht van eer
Duitsche dame. die bij de Gemeentelijke
Ban-k van Leenirsg te 's Gnavenhage twee
schilderijen had beleend, voor f 4(H'0
Bij de beleenbriefjes kreeg de heer B
foto's van de sch Me rijen en toen hij
de schilderijen wilde gaan inlossen, ver»
toonde ©en der doeken afwijkingen met
de foto. welke dc heer B. in zijn bezit
had. Hoewel de antiquair herhaalde ma»
len op de'afwijkingen wee®, was men
hij de Ba-n-k van I.»:cnimg van oorddcl.
dat geen abuizen mogelijk waren. Dc
heer B. heeft daarop de schilderijen ge»
accepteerd.
Kort nadat dc kooper zij» doeken
■n bezit had. bleek, dat het doek, waar»
op de afwijkingen, voorkwamen, waar»
schijnlijk een Albert Cuyp was. Daarna
wilde dc Bank van Leen-ng de schild-er i;
terug hebben en*, omdat de heer B
weigerde, werd ee*n vordering tegen hem
ingediend. De justitie hoorde ■daarna
van den gedaagde, dat hij zijn. schil
de-rijen naa-r Londen verkocht had
Daarop -is een inspecteur van de ccn*
tnale recherche, de heer G W. Valken,
i-aar Londen gegaan op onderzoek, waar
hem bleek, dat de schilderij bij de f:rm3
Cbristic was aangeboden, maar deze
firma had de koop geweigerd Het doek
was -inmiddels weer naar Nederland
teruggezonden. De heer Valken -s daar»
op bij een expediteursfirma te Rotter*
dam gaan informeeren en daar s'ond-en
'wee kisten voor den heer Benjamins
Deze kisten zijn m beslag genomen er
n een er van zat inderdaad de bewuste
.Voert Cuyp.
De echtfoeM van dit doek wordt nu
evenwel in twijfel getrokken, zegt hc
Hb!d.. o,a. door de firma Chrst.e. die
zeventig pond voor hei schilderij bood
terwijl een andere Londensche firma
honderd pond heeft geboden.
De justitie heeft beslag gelegd op dit
doek. in verhand met de procedure van
de Gemeentelijke Bank van Lecning tc
Den Haag tegen den heer Benjamins
EEN BIJBELSCH WERK VAN
IS. QUER1DO
Naar het „Vad." verneemt, werkt Is.
Qucrido op het oogenblik aan ccn dra-
matischcn roman=cyclus bestaande ui'
vier dcclcn, waarin we ccn reconstructio
van het hcclc oude volkcnleven in Pa»
lestina zullen terugvinden met Simson
en het Richtcrcntijdperk als kern. Dc
hoofdfiguur is Simson, de voorloopcr
van Christus, de verpersoonlijking van
den strijd tusschen geest en vleesch.
Het eerste deel, de Nazareeër, is vrij
wel voltooid en zal in het naja-ir bij
Schcltcns en Giltav het licht zien.
BUZTAU 50 JAAR.
B. v. E. schrijft in de „Avondpat-t
m Vrijdag:
Vandaag is ons aller vriend Buziau
50 jaar oud geworden.
"i Janiet waardaar staan
wc allemaal even paf van
Dat hadden we werkelijk niet gedacht:
ccn halve eeuw.
Dc -Slanke dandy dc modcgigler
dc Haagsche jongeling, d c ais weg»
gcloopcn uit dc Flicgende Blatter o..s
avond aan avond doet gieren van het
lachen: 50 jaar.
Daar zou men eventjes stil van wor-»
den.
Want did doet ons plotseling den'en
aan zooveel van dit c!owncn»levcn d.it
wij niet kenden en waarvan wij niets
wisten!
En even. tusschen al die vroolijke
onden door beseffen wij dc ernst.
<K k van dit leven. En tevens: hoe m ei»
I jk. hoe zwaar maar ook hoe schoon
dc taak is van dezen man. kunstenaar
van den aliereersten rang. wiens naam
het publiek niet kan noemen zond r in
ccn gullen, ronden lach los te sch -tc»
t n. waaraan iedere onkicschc geestig»
hcii! vreemd bleef.
Humor.
Clowneske humor zonder ecnige
trivialiteit of platheid.
MaaT de humor van klanken en gc»
baren, dc humor van den geest", dio
John Buziau weet te doen kopje bui»
telen en onverwachte bokkcsprongca
maken als ccn acrobaat.
Zoo een geheel land te doen lachen
dat het er zich nog weken lang gez nd
door voelt.... dat is het werk \an on»
zen Buziau.
En nu dit! kleine nootje ernst: vijftig
jaar.
Dan geven wij onzen vriend dc hand
cn z'cn hem nu eens zonder lach
cén oogenblik ernstig :n de ongen,
en drukken zijn beide handen hartelijk,
met ccn welgemeend: „Dank!"
Daaraan zullen velen thans behoefte
voelen.
Buziau is Vrijdagavond in den Circus
schouwburg ;e Rotterdam enthousiast
•gehuldigd. Dc heer Henri ter Hall hield
ccn hartelijke toespraak en zei o.m. dat
behalve vele telegrammen ook van mi»
nister Kan een persoonlijk schrijven
was binnengekomen. De jarige kreeg
verschillende lauwerkransen.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN
a 60 Cents per regel.
fys
het van ouds bekende en
onovertroffen middel tegen
INFLUENZA (Griep), en alle
aandoeningen der slijmvliezen.
Per heele kruik 65 cent.
Haarlemmer Halletjes
EF.N ZATERDAGAVONDPRAATJE
Het is zoolang onze krans bestaat ge»
woontc geweest cn gebleven, dat dc le»
den van de krans elkaar gingen fclici»
tecren op den Nieuwjaarsdag Natuui»
lijk vierden al dc families den Oude»
jnarsavond in den hu iscl ijken krinr,
maar zoodra de eerste Januari was aar»
gehtoken, hernam het maatschappelijk
verkeer zijn rechten, dc maatschappij
waarvan wij allen dan toch deel uitma*
ken. cn waarop wij. zooals mij onlangs
verzekerd is, wel degelijk ccnigen in
vloed uitoefenen. Een keurig gekleed
heer heeft dat on! zelf aan mijn
vrouw verzekerd cn in heb mij dan ook
niet geërgerd aan dc hatelijke opmer»
king van neef Wouter: „nou ja, jc doet
al wat om een stofzuiger op afbetaling
tc verkoopen." Inderdaad bewoog dc
heer in quacstic zich in deze moeilijk s
maar zeer nuttige branche cn ik zie niet
in. waarom zijn eerlijk uitgesproken ver
zekering daarom geminacht behoefde tc
worden. Bovendien was dat van dc af
betaling zuiver laster: mijn vrouw koopt
nooit op die manier. Dc stofzuiger is
contant betaald, met vijf procent korting
cn den bijzonderen dank van de dirccti
overgebracht door bovengenoemde!»
keurig gckl. eden heer die tevens om dc
gunst cn dc recommandatie verzocht cn
niet onduidelijk op ccn agentuur zin»
speelde, die ik even snel afgewezen hc!',
ofschoon Wouter nog altijd zoo'n nu'-
tig instrument niet in zijn huis dulden
wil „om het brommen", zegt liij. Dc
krans is eenparig van inccning. dat hij in
zijn huis het monopobc van brommen
voor zichzelf houden wil.
Maar die opmerking is op den Nieuw,
jaarsdag natuurlijk niet hardop gemaakt
Dan zijn alle mcnschcn, dus ook wij
kranslcdcn, vol van de beste voorn
mens cn denken cr niet aan. elkaar te
critisccrcn. Althans niet hoorbaar. Ove
rigens moet ik wel toegeven, dat die
Nieuw jaarsvisitc over cn weer ccn
beetje vermoeiend wordt, nu wij zelt de
eerste jeugd al achter den rug hebbci
cn dc tweede jeugd ook langzaam van
ons w jkt. Toen dc krans werd opg
richt, was de inspanning wel grootc-,
maar on/c kracht en uithoudingsverm
gen warci. dat ook. Toen gold namelijk
als regel, dat ieder kranslid ieder ander
op den Nieuwjaarsdag moest bezoeken
en door ieder ander ook bezocht moeit
-worden. Reken eens uit hoe ingewikkeld
dat probleem was, vooral omdat wij
toen alles moesten loopen. want trams
waren cr toen nog niet cn een rijtuig
kon cr niet op overschieten. Naderhand
hebben wij dat veranderd, ook omdat
Wouter het kunstje had verzonnen, om
al dc krapsgenootcn op het eerste bc»
/ock dat hij bracht af te wachten cn
zich dan voor het contrabezoek te ver»
ontschuidigcn, omdat het daarvoor don
natuurlijk tc laat geworden was. Daar zijn
wc natuurlijk maar éénmaal ingevlogen
maar dien cencn keer had hij al jammer
en rampspoed genoeg aangericht. Het
geschiedde bij dc familie Hupstra. die in
die dagen zelf veel visite van vrienden
cn kennissen ontving. Wouter zat daar
maar cn bleef cr zitten, in weerwil va:»
dc herhaalde wenken van tante Koosjc:
..maar nu moeten wc toch hcusch ver»
der." Kon zij hem hij zijn kraag vatten
en dc deur uitzetten? Natuurlijk niet, e i
zoo moest sr. dc arme Hu pst ra's het aan»
zien en aanhooren, dat hij van twee tot
vijf uur op zijn stoel bleef zitten cn bc»
vendien nog allerlei stekelige opmerktn»
gen tot hun andere bezoekers richtt-,
waarbij hij het liet voorkomen, alsof
die afkomstig waren van andere, pas
ertrokken bezoekers. „Het zweet brak
mij uit", hekende Hupstra later aan ai
dere kranslcdcn, hoewel in de constv
natie niemand op dc kachel lette, zood t
dc bezoekers warme hoofden hadden
gekregen, van de opmerkingen tn vei
-lijfde voeten van dc kou want ii
die dagen was ccn Nieuwjaarsdag no
.cn winterdag en niet, zooals nu, Cc.l
'nleiding tot storm en regen.
Maar, om den draad van mijn verha l
niet tc verliezen: later hebben wij die
bezoeken vereenvoudigd, aldus dat h.t
voldoende is. wanneer dc tien kransgi»
nootcn elkaar éénmaal ontmoeten ze-
dat dc contrabczoekcn vervallen. En d
trams rijden wel niet hard. maar zc ri;«
den toch. al moet jc aan de halten w*.l
eens ccn paar minuten langer wachten,
dan de dienstregeling belooft. Zoo dot i
wc dc taak vrij gemakkelijk af. Dc inir.»
stc moeite heeft natuurlijk dc familie
Hopma, want die doet de bezoeken m.t
haar auto af. Zoover hebben dc andere i
het nog riet gebracht en wat mijzelf bc»
reft: ik heb dc hoop daaróp uit mij.»'
oekomstci.'oomcn geschrapt. „Dc aar»
wezigheid van een auto maakt niet gc»
lukkig" heb ik mijn vrouw al mcermalc
met nadiuk verzekerd, waarop zij, met
dat eigenaardig tc kort aan logica da
vrouwen kenmerkt, den laatstcn kce
heeft geantwoord: „dc afwezigheid ook
niet" Na dien tijd li'kt het my geraden
het gevaarlijke onderwerp maar liever
niet meer ter sprake te brengen.
Afgunstig op de auto van Hopma zijn
wij ni<?L Daarvan is dus geen sprake,
wanneer ik zeg dat het wel bijzonder
toevallig is. wanneer op iedcrcn Nieuw»
jaarsdag Hopma's wagen yoor vier per»
sonen voor defect in de garage is. ter»
wijl dc reparateur hem een klonen wo«
gen voor twee zoolang geleend heeft,
liet kan toeval wezen, omdat In dit op»
zicht veel mogelijk is. maar bchalxe op
den Nieuwjaarsdag komt nooit iemand
an ons in de verzoeking om tc vragen
"of hij meerijden mag. Evenwel, ik wil
liet nieuwe jaar niet met kwade gedach
ten over mijn mcdcmensch beginnen
laat ors dus aannemen, dat ik niets gc»
zegd heb cn overgaan tot een ander on»
derwerp.
Een feit is, dat dc Hopma's verba»
/end zuinig op hun aui'o zijn. Dc wogen
komt den heclcn winter dc garage haast
niet uit. op ccn enkelen mooien vries»
dag na. wanneer de grond droog is Als
de dood is Hopma voor plassen. „Waar»
om toch?" hch ik hem wel eens ge»
vraagd. „jc behoeft hem toch zelf niet
schoon tc maken: dat doen de jongens
in dc garage we!". „Maar hot lak
wordt" cr zoo lcclijk van", zegt Hopma
met een bedenkelijk gezicht Ja. daar is
niet veel tegen tc zeggen. Hoe weinig
veranderen toch dc menschen. Ik heb in
miin jeugd ccn rijke familie gekend, die
equipage hicid: twee mooie schimmels
cn een stuk of vier keurige rijtuigen.
Als jongen was ik cr altijd afgunstig
van cn benijdde dc menschen cn dc
kinderen, die daar in mochten ziften;
l ier. toen ik dc wereld beter bcoordcc»
1 n kon. begreep ik dat de familie over
dc equipage al heel weinig te zeggen
Fad cn dat bet precies andersom was:
de equipage hield dc familie cn de man.
die letterlijk cn figuurlijk dc teugels in
handen had. was dc koetsier. Die had
z in patroon ervan weten tc overtuigen,
dt schimmels dc teerste paarden zijn.
die jc hebben kunt; zc konden niet
goed tegen kou. tegen warmte, tegen
regen cn ook niet tegen kouden wind.
Nu is cr in ons klimaat ali'ijd wel ccn
van die vier natuurverschijnselen aan
dc hand, zoodat de oude heer. die icdc*
ren morgen voor zijn zaken naar Am*
f'crdam moest, gewoonlijk naar h t
f'i'tlon ging loopen om dc paarden tc
sparen Een van onze buren beeft mij
eens gezegd, dat het rijftiig 's avond
«•ok niet gebruikt kon worden, omdat
;le paarnen bang waren in het donker,
maar dat kon ik niet gcloovcn. Jc moet
ltijd rechtvaardig wezen cn paarden of
mcnschcn niet beschuldigen van dingen,
die niet! waar zijn.
Hopca leek in zoover op dezen rij»
ken meneer, dat hij. ofschoon hij ccn
overeenkomst had met den garagehou
der. zich heel dikwijls 's morgens niet
met zijn wagen naar 't station liet bren»
gen, als het weer wat slecht was of
cr plassen op stYaat lagen. Dan ging
'aij op dc fiets Om dc !ak te sparen, die
de auto bedoel ik, want al zien
sommige dames er tegenwoordig zoo
goed als geëmailleerd uit, tot dc man
ucn is die gewoonte nog niet doorge»
drongen cn rfopma kan best tegen weer
cn wind. Maar tuist! deze gewoonte
van hem was aanleiding tot het eerste
verschil van gevoelen, dat op den
Nieuwjaarsdag tusschen hem en zijn
vrouw ontstond. „Fidelio". zei zc kla»
gend, toen wij er op bezoek waren.
r7eg jij nu toch eens aan mijn man,
dat hij zorgt voor zijn rijwielplaafjc;
liii -zegt maar „ik heb nog ruim den
tijd" en als hij zoo praat komt er niet
an cn krijgt hij een proccs»verbnal
an de belastingen net als verleden
jaar".
Ik hou niet van zulke verzoeken. Het
cn;gc wat' je doen kunt is een dom gc*
zicht zetten, naar dengene kijken, dien
je vermanen moet cn niemendal zeg»
ccn. Dat deed ik dus bij deze gelegen»
hcid ook. Gelukkig nam Hopma het
woord over cn zei: Jk heb ruim den
tijd", waarmee hij natuurlijk een nlcu»
we berisping van zijn vrouw kreeg. Dc
Franschcn zeggen:
Entrc l'ócorcc et le bois
II nc faut pas mettre Ie doigt,
wat in onze taal kon luiden:
Dwaas is, wie tus&chen schors cn
hout
Zijn eigenwijzen vinger douwt,
wat dan bctcckcnt. dat je jc nooit met'
quacsties tusschen man en vrouw moet
bemoeien.
Gelukkig kwam juist op dat oogen»
Mik van Stuiteren mei! zijn vrouw bin»
ren, zoodat het gesprek over Hopma's
lictsplaatjc afgeleid werd. „Omnia
liusta", zei va_n Stuiteren, toen hij ons
de hand drukte. Dat zegé hij ieder
jaar. Omnia fausta. Laat ik ronduit er
kennen. dat ik eerst niet geweten heb,
wat dat beduidde. Omnia, zooveel Latijn
kende ik wel. bctfcckcnt alle. Maar
liusta! Het doet aan vuisten denken,
maar wie spreekt cr nu van vuisten op
den Nieuwjaarsdag, die aan vriendelijk*
--.-id gewijd is, terwijl vuisten juist aan
ruzie en vechten, aan boksen, dus
bloedneuzen, iemand voor zyn maag
stompen cn tegen den grond slaan
herinnert". Op eens ia het mij te 1 Inn n
geschoten (een mcnsch kan wel eens
een helder oogenblik hebben) dat
fausta wcnschcn zou kunnen be»
teekenenOmnia fausta alle wen»
schcn, alle goede wcnschcn natuurlijk.
Maar waarom van Stuiteren dat al»
tijd in het Latijn zegé, terwijl hij toch
zoo'n zuiver Hollandschcn naam draagt,
heb ik nooit goed begrepen. Evenmin
waarom Hupstra bij dezelfde gelegen»
hcid, alsof hij een Duitscher cn niet
Nederlander was. altijd zegt:
^Prosit Ncujahr". Bovendien doet" di:
denken aan een glas bier of een
gljs punch, waarmee je iemands gezond
heid drinkt, terwijl wij op onze Nieuw*
jaarsbezoeken bij elkaar heclemnn!
niets tc drinken krijgen, niet cens hc:
gebruikelijke kopje slappe thee. Wou*
er, die ccn hekel heeft aan wat hij
.kouwe drukte" noemt, doet het maar
af met „nou, je weet er alles van",
maar dat voldoet de menschen ook
niet Jc behoeft tegen je vrienden geen
hoogdravende taal tc gebruiken, maar
onverschilligheid is ook niet aardig.
Enfin, Wouter is eenmaal niet aardig
cn dat zal hij in 1927 wel niet meer
worden ook. „Als je je heele leven
lang een stekelvarken geweest bent",
heeft Hupstra eens niet onaardig van
hem gezeid. „kun je op jc ouden dag
geen kanarie worden en vriendelijk
sjilpen: pie»et, pie»et".
Maar ik heb toch wel in mij zelf gc*
achcn, toen het vorige jaar op den
Nieuwsjaarsdag Wouter op eens bij
het ontmoeten van de kransvrienden.
op van Stuiteren toestapte en vóórdat
deze gelegenheid had om wat te zeg*
gen uiricp: „omnia fausta, van Stui
teren. omnia fausta, omnia fausta!"
waarna hii zonder op antwoord tc wach»
ten. op Hupstra toestormde, roepende:
..Prosit Neujahr" prosit Neujahr. prosi:
Neujahr!" Ze stonden allebei verbaasd
te kijken cn wisten niets te zeggen, tot
dat van Stuiteren met groote tegen»
woordigheid van geest Wouters ha.ic
greep en met grooten ernst zei: „nou.
je weet cr alles van".
Maar van dat rijwielplaatjc van
Hopma zou ik nog wel meer hooren.
Dinsdag was mijn vrouw bij Emma
Hopma op bezoek geweest en toen zij
terugkwam, praatte zc alweer over dut
vervelende ding. Emma had er over
geklaagd, dat haar man er maar niet
toe tc brengen was om het te gaan
koopen. ,,'t Zou stellig weer op ccn
proccs»verbnnl uitloopcn", had ze gc»
klangd. „Wat heb ik daarmee tc ma
ken?" zei ik wat kortaf. „Hopma is toch
mans genoeg om zelf voor zijn belan
gen tc zorgen". „Emma vroeg", gc:
mijn vrouw een beetje verlegen, „of jij
er misschien een koopen wou. Hij is
zoo vergccachtig, stelt al zulke kleinig
heden van dag tot dag uit". „Dank
jc wel", zei ik. „Hopma zou me kwalijk
nemen ab ik mij met zijn zaken bc
moeide"*
Daarbij bleef het. Vriendschap is een
mooie zaak, maar iedereen moet op zijn
eigen belangen passen en ik was toch
Hopma's kindermeisje niet. Den vol»
genden dag kwam ik Hopma op straat
cgen. „Mijn vrouw houdt niet op", zei
hij. „of ik moet naar 't postkantoor om
ccn rijwielplaatje te gaan halen, maar
waarvoor zoo'n haast! ik heb tot Ddh»
derdagavond den tijd nog". Toen we op
dc Groote Markt kwamen en hij de
Zijlstraat in wou gaan. kwam er een
kennis van hem, die wat te vragen had.
Samen liepen zij terug, in druk ge»
sprek. dc Groote Houtstraat weer in.
Vandaag, dacht ik, komt er van het
rijwiclplaatje' weer niemendal.
Donderdagavond g.-ng ik naar een ver»
gadering. 't Was zoowat tien minuten
voor achten.. Terwijl ik voortwandel
hoor ik op eens achter mij iemand
hard loopen. Jawel, het was Hopma.
..Postkantoor, rijwielplaatjezegit
hij in t voorbijgaan hijgend. Onwille»
keurig loop ik mee. „En er komt net
geen tram!" foetert hij onderweg. Samen
ren-nen we de Dreef af. de Grootc Hout»
straat in. Een politie»agent. die daar
op post staat, roept: „hei, hei, waar
moet dat zoo haastig heen?" De man
/al wel gedacht hebben dat we op de
•lucht waren. Wij sch.eten de Gier*
treat in. bijna tegen een jongen op
een fiets aan. Hij valt om. begint te
chcldcn. Wij letten er niet op. draven
door. Toen de Oude Gracht op.
,.'t Speelt net acht", zegt hij, hijgend
als een blaasbalg. We leggen er nog een
tapje op. ontkomen net precies aan
dc tram, die u:t dc Raaks afdraait, ren»
dc stoep V2n het* postkantoor op
juist als de ambtenaar het loket
wil sluiten, gooit Hopma drie gulden in
't (ffcet cn krijgt zijn rijwiclplaatje.
Om wat te bedaren en uit te rusten
hebben we bij Bmkmann een kopje
koffie gedronken. „Weet jc", zei Hopma,
't was vandaag de laatste dag cn mor»
gcnochfend moet ik op de f:ets naar
't station. Voor den auto is het weer
ie slecht, zie je om de lak".
„Ja. zoo", zeg ik. zonder te lachen
over die k-ostbare lak.
„Toch net op tijd geweest", zegt hij
Tiomfrr' hik t-n
hoog. „Waarom zou een mcpsch vroe»
gcr wezen dan noodiig is!"
Ik zei niets. Wat heb ik er mee te
maken? Maar 't volgende jaar, dat be*
grijp k nu wel. zal 't precies zoo gaan.
FIDELIO.