DE BELASTINGEN IN FRANKRIJK.
FEUILLETON
DE GEHEIMZINNIGE ZAAK
VAN STYLES
DCRTKUNDER
BINNENLAND
FLITSEN
HAARLEM'S DAGBLAD WOENSDAG 24 AUG. 1027
Meer betalen dan verdienen.
EEN VERRASSING!
(Van onzen Parijsohen correspondent.)
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 981
KOFFER SLUITE'
Vader besluit optimistisch den
koffer dicht te doen
ontdekt dat dit maar niet zoo een-
vcudig gaat
gaat er bovenop zitten
merkbaar resultaat
komt tot de conclusie dat de in
houd iets anders gerangschikt
moet worden
merkt dat ie nu nog veel verder
van sluiten af is
pakt alles opnieuw en slaagt er.
dank zij herculische pogingen in
een kant dicht te krijgen
probeert den anderen kant
dicht te kri;/
I is op het punt van slagen als zijn
vingers ertusschen raken en beide
I zijden weer open moeten
stemt erin toe zijn overjas, zijn
camera en een paar van zijn
schoenen buiten den koffer te
laten.
(Nadruk verboden.)
Terug van vacantie. Een stapel cou
ranten, catalogi, drukwerken, en boven
op een grijze enveloppe, de „douloureu-
se", aanmaning van de belasting om
binnen de zooveel dagen te komen be
talen op het bureau van den ontvan
ger. Bij gebreke staat ..monsieur de Pa
ris" klaar om desnoods met geweld het
geld los te krijgen.
De berekening van hetgeen men
schuldig is is gewoonlijk zoo ingewik
keld en de ambtelijke taal zoo helder,
dat de fiscus er tegenwoordig een
prijscourantje bij insluit zoodat een
ieder aan de hand van die berekeninge-
tjes precies zelf kan nagaan hoeveel hij
schuldig is. De rekening klopt, dus.._
In het buitenland heeft men menig
maal beweerd dat de Franschen niet
genoeg directe belasting betalen, dat
men er niet den moed heeft om de di
recte belastingen te verhoogen en dat
men daarom heft op alle artikelen en
de z.g. „onzichtbare" belasting opdrijft
hetgeen direct van invloed is op de le
vensduurte. Het laatste is waar, het
eerste niet. Er is inderdaad geen artikel,
geen levensmiddel, geen voorwerp dat
niet aan belasting onderhevig is. Op het
een betaalt men een paar sous per pond.
op het andere 14 tot 20 procent, op
onroerende goederen komt zelfs 25 pro
cent. Dat er een limiet is, zien we juist
met deze laatste belasting welke tot ge
volg heeft gehad dat de zaken geheel
stilstaan. Een wetsontwerp is dan ook
ingediend om de 25 procent te verlagen
tot 18, hetgeen ook nog te veel zal bla
ken, vooral in plaatsen waar woning
nood een van de meest moeilijke pro
blemen van het oogenblik is. Ook van
de 14 tot 20 procent ondervindt de
handel enorm schade. Meubelen, nieuw
zoowel als oud, boeken, schilderijen,
metalen worden zoo met een vijfde ver
hoogd als zijnde.... luxe artikelen. Klee-
ren, schoenen, levensmiddelen, enfin,
alles wordt nog eens extra-belast boven
hetgeen de winkelier al meet betalen
aan patent, aan belasting op den om
zet en hetgeen hij natuurlijk ten volle
verhaalt op den verbruiker. Als men
dat alles eens zou optellen over een
jaar. dan zou men zien, dat de
Franschman oneindig veel meer be
lasting betaalt dan wie dan ook. Want
met die „onzichtbare" belasting is hij
ér geenszins af.
- Juist om eens te kijken hoe ver de
fiscus gaat hebben we aan verschil
lende kantoren geïnformeerd. En we ver
namen een geval van iemand die 938
francs verdient en die daarvoor1243
francs aan den fiscus schuldig is.
Absurd? Onmogelijk? Absoluut onlo
gisch? Noemt het zooals u wilt. we
constateeren een feit en zullen het ver
klaren.
Hij is huiseigenaar in het noorden en
i heeft o.a. in Reims verschillende huizen
welke hij verhuurt. Nu is er daar een
crisis, d.wz. er staan te veel huizen
leeg omdat er geen huurders zijn. Zoo
toucheerde hij over 1926 aan huur 938
francs, waarvan de fiscus er 1243 francs
26 centimes eischt. Over 1927 verdub
belt hij zijn inkomsten, door enkele
huizen te kunnen verhuren, en hij tou
cheert 1824 francs. En daar vraagt de
fiscus slechts (in verhouding althans)
1470 fr. 57. Een slimmerik is hij die er
iets van begrijpt. Deze huiseigenaar is
tachtig jaar en hij moet leven van het
geen zijn bezittingen hem opbrengen.
Maar hoe kan hij dat nu de fiscus veel
meer van hem eischt dan hij verdient?
Verkoopen? Maar waar er daar huizen
leeg staan wil niemand koopen te min
der nog omdat de fiscus alweer 25 pro
cent of een kwart van den verkoopprijs
opeischt. Hypotheek nemen? Hoe kan
iemand, die in zoo'n geval is, een in
terest van 15 procent betalen? Moreel
is de Staat er toe verplicht, hoor ik
iemand zeggen. Laat hij ons dan ook
het loketje moreel bij den ontvanger
aanwijzen. Neen, om niet in het gevang
te gaan zit er niets anders op dan... de
huizen cadeau ie geven aan den Staat.
Maar dan heeft hij heelemaal geen in
komsten meer. Neen, maar in dat ge
val zou hij er nog bij winnen en de
Staat zou verplicht zijn om hem als
armlastig te onderhouden, hem, eige
naar van verscheidene huizen.
Ge ziet hoe absurd een administratie
kan zijn. Of liever: een wet die niet in
alle eventualiteiten voorziet. Want de
berekening van den ontvanger is juist
en hij doet niet anders aan de wet toe
passen. Maar wat te denken van een
wet of van een wetgever die dergelijke
nonsens mogelijk maakt? Sedert het
einde van den oorlog gedwongen door
de omstandigheden, door de schulden,
heeft iedereen zitten peinzen, hoe men
door
AGATHA CHRISTIE.
Vertaling van A. d. Z.
38)
„Denkt u dat werkelijk?" Ik kon mijn
genoegen niet verbergen.
„Daar ben ik heel zeker van. En ik
zal je zeggen, waarom".
„Ja".
«Omdat ze van iemand anders houdt,
mon ami".
„O!" Wat kon hij bedoelen? Zonder
dat ik het wilde, spreide zich een aan
gename warmte over me uit. Ik ben
geen vermaarde man, waar het vrouwen
betreft, maar ik herinnerde me zekere
bewijzen, op het oogenblik zelf misschien
te licht opgevat, maar die stellig sche
nen aan te toonen
Mijne prettige gedachten werden af
gebroken door het plotselinge binnen
komen van miss Howard. Ze keek haas
tig in 't rond, om er zeker van te zijn,
dat er niemand anders in de kamer was,
en haaide vlug een oud stuk bruin pa
pter ta voorschijn. Dit overhandigde ze
aan Pö..oc, onderwijl de geheimzinnige
nieuwe belastingen zou kunnen heffen,
Imaar niemand heeft gedacht aan de
wijsheid van het spreekwoord dat het
kruikje slechts zoolang te later gaat
tot het berst.
De belasting is berekend op een basis
van 180 francs het pond sterling. Se
dert meer dan een jaar is de francs
gestabiliseerd op 120 het pond, maar
nog wacht iedereen op een verminde
ring van een vierde van de belastingen,
hetgeen was beloofd maar wat men nog
heeft moeten uitstellen tot een volgend
•jaar.
En hier zien we hoe gevaarlijk het
aanzetten van de duimschroeven is.
Ook in Nederland heeft het verschijn
sel zich voorgedaan dat een deel van
de bezittende klasse zoo het vel over de
ooren werd gehaald, dat zij naar het
buitenland trok. In Frankrijk ziet men
dat minder, maar... het kapitaal gaat
naar het buitenland of wordt in buiten-
landsehe fondsen belegd. Het komt op
hetzelfde neer:: in plaats dat het land
verrijkt, verarmt het.
Erger nog dan bij ons is het in een
land als Frankrijk dat altijd bij uitne
mendheid de natie van de kleine
spaarders is geweest en zal blijven.
We geven nu een historisch geval.
Het is grappig, of treurig, net zooals ge
wilt, maar het is boven alles waar. Hij
had in een jaar drieduizend francs
opzij geelegd en die naar de bank ge
bracht om aan het eind van het jaar
couponnetjes te knippen. Een vriend,
die in zaken was, had hem geraden wat
hij moest koopen. Maar wat een opof
feringen waren aan dat alles vooraf
gegaan. Niet meer rooken, niet meer
drinken, loopen inplaats van een bus
nemen, kleeren laten keeren, maar en
fin: de drie duizend francs waren er
en waren veilig belegd. Toen kwam de
groote datum, lang verwacht, om naar
de bank te gaan en couponnetjes te
knippen. Dat was me een feest. Ze had
den 's avonds al zitten uitrekenen W2t
zij zouden kunnen doen met hetgeen
het „kapitaal" aan interest opbracht.
Kwart voor negenen stonden ze al voer
het bankgebouw en te klokslag negenen
verdrongen ze zich voor het loketje. Hij
heeft vier verschillende waarden en
schuift ze naar voren: een couponnetje
van 75 francs 60, een van 45 fr. 20, een
van 20 francs 80 en een van 20 francs.
Zoo maar 160 francs toucheeren, zonder
er iets voor te doen, zonder het kapitaal
aan te spreken... ze smoesden wat en
het wachten viel lang. Eindelijk werd
zijn naam afgeroepen en met een
sprong waren ze, man, vrouw en zeurig
kind, voor de toonbank.
De belasting moet nog worden be
taald, die moet ik inhouden zegt de
meneer achter het traliehekje.
Natuurlijk..»
Dat wordt dan.... op de coupon van
75 francs 60 valt 75 fr. 50 belasting.
Blijft dus tien centimes.
Wat?
Op dien van 45 francs 20 valt 44
francs-belasting. Blijft een franc, gaat
de ander onverstoord verder. Op de cou
pon van 20 francs 18 francs 74 voor de
fiscus blijft 1 fr. 26, op die van 20 fr.
80 komt 24 fr. 70 belasting zoodat u
daar nog 3 fr. 90 schuldig bent. Maar
waar u van de andere gezamenlijk 2 fr.
36 overblijft, bent u nog voor belasting
slechts 1 fr. 54 of in ronde cijfers 1
fr. 55 schuldig..—
We zullen nu maar niet vertellen wat
de arme man wien dit overkwam toen
precies zei. Maar dat het niet erg
vriendelijk was voor de wetgevers die
zoo'n nonsens mogelijk hebben ge
maakt, dat hoef ik zeker niet te zeg
gen.
In een volgend artikel zal ik enkele
andere gevallen geven met precies
cijfers die de fiscus berekent, alsook de
verklaring die men op het ministerie
van financiën gaf.
HENRY A. TH. LESTURGEON.
Parijs, Augustus.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
^tanjelioo^
I Zacht van
Uiry 161 smaak
J 3PCJWEPIJ O'OaAN.'EBOCM'eOTTEaOW
woorden mompelend:
Bovenop de kast". Toen verliet ze
haastig de kamer. Poirot vouwde vlug
het vel papier open, en uitte een kreet
van voldoening. Hij spreidde het op ta
fel uit.
„Hom eens hies. Hastings. Zeg me nu
eens, wat is die hoofdletter J. of L?"
Het was een middelmatig groot vel pa
pier, vrij stoffig, alsof het eer.igen tijd
gelegen had. Maar het was het étiket,
dat Poirot's aandacht trok. Bovenaan
droeg het den gedrukten naa.'. van de
firma Parkson, welkende tooneel-costu-
miers, en het was geadressecaan den
heer (de twijfelachtige hoofdletter) Ca
vendish, .Huize Styles, Styles St. Mary,
Essex.'
„Het kan een T.. of het kan een L.
zijn", zei ik. nadat ik het ding een paar
minuten bekeken had. ,Het is stellig
geen J."
„Goed", antwoordde Poirot. het pa
pier weer opvouwend. a
„Ik ben het met je eens. Het is een
L.. wees daar zeker van!"
„Waar is het vandaan gekomen?" vroeg
ik nieuwsgierig. „Is het belangrijk?"
„Tamelijk. Het bevestigt een gissing
van me. Toen ik het bestaan hiervan
had beredeneerd, liet ik miss Howard er
naar zoeken en, zooals je ziet, heeft ze
succes gehad".
„Wat bedoelde ze met: „Bovenop de
kast?"
„Ze bedoelde", antwoordde Poirot
DE KONINGIN IN
NOORWEGEN.
EEN PRACHTIGE REIS.
De heer Lampe, directeur van de
Noorsche Reisvereeniging, die de konin
gin en prinses Juliana op haar reis
door het bergland van Noorwegen ver
gezeld heeft, geeft in ..Aftenposten"
de volgende bijzonderheden van deze
reis:
Gedurende het verblijf in Fefor heb
ben de koninklijke reizigsters niet al
te mooi weer gehad, maar desondanks
is het de koningin en de prinses aldaar
best bevallen. lederen dag werden uit
stapjes te paard of te voet gemaakt
naar de'mooie punten in de omgeving.
De lunch werd dan in de open lucht
gebruikt. De koningin schildert uitste
kend en heeft gedurende haar verblijf
in Fefor het tafereel vanuit haar hotel
kamer op doek gebracht en vele schet
sen gemaakt.
De koningin toonde zeer goed op de
hoogte te zijn van het Noorsche berg
land. Toen de heer Lampe voorstelde
een gemakkelijkeren en korteren weg
naar Bygdin te nemen, wierp de ko
ningin tegen, dat de weg over het
Sogngebergte tcch zooveel interessanter
was. Dat had zü zelf ontdekt.
Per auto is toen van Fefor de reis
gemaakt naar Roistein in het Boever-
dal. De oude huisjes in de bergen trok
ken de koningin zeer aan en zij maakte
de opmerking, dat deze huisjes als 't
ware bij de natuur in deze bergen
hoorden Vervolgens werd te paard de
reis naar Bcsvertun Toeristenkwartier
voortgezet.
Den volgenden dag ging de reis over
het Sogngebergte naar Turtagrce. Deze
tocht duurde tien uur. van 's morgens
negen uur tot twintig uur 's avonds.
Het weer was prachtig en de zon scheen
helder. De lunch werd onder den
blooten heinel, op het rendiermos zit
tend. gebruikt. Een prachtig uitzicht
had men hier over diepzwarte toppen
naar de blikkerende gletschers. die
tegen den diepblauwen hemel sterk af
staken. De koninklijke gasten vonden
vonden het er heerlijk. En later, toen
de prachtige Sogn-bergen en de mooie
toppen van Fanaraaken en Die Skaga-
stoele te zien kwamen, raakten de rei
zigsters in verrukking.. Deze vele berg-
bloemen met haar prachtige kleuren
verhoogden nog het fraaie tafereel.
Toen het gezelschap in Turta.groe werd
aangekomen was wenschte de koningin
den grooten berg Store Skagastoestind
meer van nabij te leeren kennen. Al
leen zeer goede Alpinisten kunnen dezen
berg beklimmen, maar ook aan den
voet van den top heeft men een prach
tig uitzicht. Te paard ging toen de
reis naar den gletscher en te voet ver
der den gletscher op. De reizigsters
moesten zich aan touwen vasthouden.
Na eenige dagen rust in Turtagroe
werd de tocht naar beneden voortgezet
langs de steile bergwegen tot Fortun in
Sogn.
De koningin bleef lang op den berg
staan en berde het prachtigs uit
zicht. Heel diep beneden zag men, aan
beide t jden door steile rotsen omgeven
het smalle dal en waar het land minder
steil werd kwamen kleine groene stuk
jes bouwland te voorschijn.
„Wat een verschil met Nederland",
riep de koningin uit. „Dit is het meest
typisch Noorsche, dat ik ooit gezien
heb! En het bevalt mij uitstekend. Hier
is poëzie! Maar wat moet het hier
moeilijk werken zijn en wat een be
zwaarlijk land voor de bewoners. Hier
is een heel andere atmosfeer dam in
Nederland. Ook de lucht is er heel an
ders".
Van Fortun ging de reis verder naar
Skjolden, voorts per schip naar Laerdal
en per auto naar Jotunheïmen, waar de
koninklijke pasten nu in het Alpenhotel
verblijven.
De koningin heeft twee tapijten van
typisch Noorsch patroon gekocht, door
boerinnen geweven.
PONTON OMGESLAGEN.
EEN MAN VERDRONKEN.
Dinsdagmiddag omstreeks 12 uur wa
ren twee werklieden aan Boele's Scheeps
werf en Machinefabriek te Bolnes op
een ponton bezig met het verrichten
van herstellingen aan een schip. Door
een zwaren golfslag sloeg de ponton
plotseling cm, tengevolge waarvan beide
personen te water geraakten. De een
wist zich zwemmende te redden, doch
de ander, H. de Kok, van Rotterdam
:s verdronken. lijk is na een ar
tier opgevischt en vervoerd naar de
algemeene begraafplaats te Rijsoord.
dadelijk, „dat ze het boven op een kast
heeft gevonden".
„Een grappige plaats voor een stuk
bruin papier," peinsde ik.
„Volstrekt niet. Bovenop een kast is
het een uitmuntende plaats voor bruin
paDier en kartonnen doozen. Ik heb ze
er "zelf bewaard. Netjes geschikt is er
voor het oog niets hinderlijks".
„Poirot", vroeg ik ernstig, „bent u al
achter de misdaad gekomen?"
,.Ja, dat is te zeggen, ik geloof, dat ik
weet, hoe die bedreven is".
„Ah!"
„Ongelukkig heb ik geen bewijs behal
ve mijn gissing, tenzij" met plotse
linge kracht greep hij me bij den arm,
en trok me mee de gang door, in zijn
opgewondenheid in 't Fransch roepend:
..Mademoiselle Dorcas, Mademoiselle
Dorcas. Mademoiselle Dorcas, un moment
s' il vous plait!"
Dorcas, opgeschrikt door het leven,
kwam haastig uit de dienkamer geloo-
pen.
„M'n goede Dorcas, ik heb een idee
een klein idee als het juist bleek, wat
zou het dan een geluk zijn. Vertel me
eens, op Maandag, niet Dinsdag, Dorcas
maar Maandag, is er toen iets gebeurd
ynet de schel van mevrouw Inglethorp?"
Dorcas keek heel verwonderd.
„Ja, meneer, nu u het zegt, ja. hoe
wel ik niet weet, hoe u dat gehoord hebt.
Een muis, of zoo. moet den draad door
geknaagd hebben. Er kwam Dinsdag-
ONGEREGELDHEDEN IN
DE CHASSéKAZERNE TE
BREDA.
Gemopper over de voeding.
Geschoten met 'osse patronen.
De majoor kalmeerde de
mannen.
Men meldt uit Breda aan de N.R.Ct.
Maandag liepen te Breda geruchten,
als zouden Zaterdagavond in de Chassé
kazerne van het 6de regiment infanterie
ernstige relletjes hebben plaats gehad,
waarbij zelfs schoten zouden gevallen
zyn. De hardnekkigheid waarmede deze
geruchten aanhielden, deden cms be
sluiten, een onderzoek in te stellen.
Dank zij de voorkomendheid van den
overste, werden wij in staat gesteld,
den betrokken majoor en kapitein te
hooren.
Zij zeiden, dat er, naar aanleiding
van de voeding, gemopperd is, dat er
dien avond een minder prettige geest
onder de mannen heersehte, en dat er
ook bij of in de tent door een tot heden
onbekend gebleven man schoten ge
lost zijn. De ontevredenheid was ont
staan onder de mannen van het léde
regiment infanterie, hetwelk evenals
het derde regiment infanterie op het
oogenblik te Breda is gedetacheerd.
Deze ontevredenheid uitte zich naar
aanleiding van minder smakelijk opge-
dischte aardappelen, hachée en vochtig
brcod. Het 14de regiment was namelijk
Zaterdag een half uur te laat van een
oefening teruggekeerd. Dientengevolge
zag het eten er minder smakelijk uit,
en de mannen weigerden, dit tot zich
te nemen. Er werd toen een half rant
soen brood gegeven. Daarmee was na
tuurlijk eenige tijd gemoeid. Toen
het brood kwam, viel dat echter ook
niet in den smaak, omdat het te versch
en te vochtig was. De majoor heeft
daarop de mannen toegesproken en hen
gekalmeerd.
Wat de schoten betreft, men deelde
ons mee, dat een paar losse patronen
werden afgeschoten.
In de keuken hebben we ons van de
kwaliteit van het eten overtuigd. Dit
is over het algemeen uitstekend. De
tenten zijn zeer ruim. De mannen zijn
gelegerd in 20-mans-barak tenten, voor
zien van electrisch licht. Zij slapen in
kribben en ieder heeft een plank te
zijner beschikking, om er een en ander
op te leggen.
ONGELUK IN DE MIJNEN.
In den nacht van Maandag op Dins
dag is de 30-jarige mijnwerker A. Kon-
rab uit Heerlerbaan in de mijn Oranje
Nassau III te Heerlerheide bij een rem-
helling gegrepen door een kolenwagen-
tje. De man werd naar het ziekenhuis
te Heerlen vervoerd, waar hij Dinsdag
ochtend vroeg is overleden. Hij was ge
huwd en vader van een kind.
morgen een man, om het in orde te ma
ken'.
Met een langgerekten uitrcep van ver
rukking gal Poirot den weg aan naar de
huiskamer.
„Zie je, men moest eigenlijk niet naar
bewijzen van buitenaf vragen neen,
redeneering moest voldoende zijn. Maar
het vleesch is zwak, het is een troost,
te merken, dat men op het rechte spoor
is. Ah, m'n vriend, ik ben krachtiger
dan ooit. Ik loop hard! Ik spring!"
En waarlijk, hardloopen en springen
deed hij, wild het stukje grasveld bui
ten de glazen deur afhuppelend.
„"Wat doet die merkwaardige, kleine
vriend van u toch?" vroeg een stem ach
ter me, en toen ik me omkeerde, vond ik
Mary Cavendish naast me. Ze glim
lachte, en ik ook. „Waarvoor is dat al
les?"
„Dat kan ik u heusch rret zeggen. Hij
vroeg Dorcas iets over -. schel, en
scheen zoo verrukt met -;ar antwoord,
dat hij nu rondspringt, zooals u ziet!"
Mary lachte.
„Hoe bespottelijk. Hij gaat het hek
uit. Komt hij vandaag niet meer te
rug?"
„Dat weet ik niet. Ik heb al opgege
ven, te raden, wat hij gaat doen".
„Is hij wel goed wijs, mr. Hastings?"
„Dat weet ik werkelijk niet. Soms heb
ik het gevoel, dat hij zoo mal is, en
dan, juist als hij op z'n malst is. merk
ik, dat er methode in zijn dwaasheid is".
VERLATE PUBLICITEIT.
EEN MERKWAARDIG GEVAL!
Een berichtgever van een Amster-
damsch blad wij namen het bericht
over heeft medegedeeld dat in den
jongsten tijd een aanschrijving door den
minister van Koloniën aan de burge
meesters was gezonden hen opdragende
alvorens een bewijs van gced zedelijk
gedrag af te geven aan sollicitanten voor
den Indischen dienst na te gaan of de
betrokkene deel had genomen aan revo
lutionaire propaganda van communisti-
schen of antiinilitairistischen aard.
Wat meldt nu echter het Algemeen
Handelsblad?
Reeds sedert meer dan een jaar wordt
bij het inwinnen van inlichtingen 'over
sollicitanten voor den Indischen dienst
ook inlichtingen gewonnen over deze
vraag. Het verhaal van die aanschrij
ving is een sprookje!
Het Hbld. voegt aan deze mededeeling
toe:
Der regeering zijn dus niet eerst door
de communistische onlusten de oogen
geopend voor de domheid, om menschen,
die naar Indië gaan, om daar af te bre
ken, wat wij er hebben opgebouwd,
daarheen te zenden. Ja, reeds voor het
optreden van den tegenwoordigen gou
verneur-generaal, moet dat gebruik zijn
or.tstaan blijkens onze inlichtingen.
Minister Koningsberger en zijn raad
gevers verdienen lof voor dit blijk van
vooruitzien.
Het ware wenschelijk geweest, dat de
bewindsrn'an niet had gewacht op toe
vallige publicatie door een burgemees
ter, die een blad een nieuwtje wilde
bezorgen, maar zelf tot publicatie ware
overgegaan.
Men is nu nog al eens gaarne ge
neigd aan te nemen, dat de minister
de dingen al te veel hun gang laat gaan.
In dit opzicht evenwel blijkt hij diligent
te zijn geweest.
En vooruitziend!"
TELEURSTELLENDE
THUISKOMST.
DE ECHTGENOOTEN VER-
DWENEN.
Toen de G. te Maarden 's avonds van
zijn werk thuis kwam, trof hem de holle
leegte van zijn woning. Aanvankelijk
meende hij. een verkeerd huis te zijn
binnengegaan, doch een blik buiten in
de straat en op zijn huisnummer over
tuigde hem niettemin, dat het wel de
gelijk zijn woning was. Van het huis
raad was geen spoor meer te ontdekken.
Nu verlangde de G. wel niet direct op
rozen te slapen, aldus „De Gooi- en
Eemlander", doch een eenvoudig bed om
het moede hoofd neer te leggen had hij
„Zoo".
Niettegenstaande haar lachje zag
Mary er dien morgen peinzend uit. Ze
scheen ernstig, bijna bedroefd.
Het kwam mij in de gedachten, dat
het een goede gelegenheid zou zijn, haar
over Cynthia te onderhouden. Ik begon
nogal tactvol, naar ik dacht, maar ik
was nog niet ver gekomen, toen ze me
dwong, op te houden.
„U bent een uitstekend advocaat, daar
tw\jfel ik niet aan, mr. Hastings, maar
in dit geval is uw talent totaal wegge
gooid. Cynthia loopt geen gevaar, on
vriendelijkheid van me te ondervinden".
Ik begon flauwtjes te stamelen, dat
ik hoopte, hoe ze niet gedacht had
maar weer liet ze me ophouden, en haar
woorden waren zoo onverwacht, dat ze
Cynthia en haar zorgen totaal uit mijn
gedachten verdreven.
„Mr. Hastings", zei ze, „denkt u. dat
mijn man en ik gelukkig samen zijn?"
Jk schrikte er bepaald van, en mom
pelde iets, dat het mijn zaak niet was,
iets dergelijks te denken.
„Nu", zei ze rustig, „of het uw zaak
is of niet, ik wil u wel zeggen, dat we
niet gelukkig zijn".
Ik zei niets, want ik zag, dat ze nog
niet klaar v/as. Ze begon langzaam, de
kamer op en neer loopend, haar hoofd
'n beetje gebogen, en die slanke, buig
zame gestalte van haar zacht heen en
weer bewegend, onder 't loopen. Z-e bleef
plotseling staan, cn keek me aan.
toch wel graag gehad. Ook een geurig
kop thee en een stevig middagmaal
zouden den man, na een dag van hard
werken, niet onwelkom zijn geweest.
Doch niets van dat al. Want met zijn
huisraad was ook de dierbare echtge-
noote verdwenen. De man ijlde naar de
politie en vroeg opsporing van vrouw en
goed.
Een politieman had juist zün pet op
gezet om te trachten de weggeloopen
eega op te sporen, toen een tweede
mijnheer, G. D. genaamd, zenuwachtig
het bureau kwam binnenrennen en
eveneens aangifte deed, dat zijn echtgc-
noote was verdwenen. Deze had een bed,
een paar stoelen en een tafel laten
staan, doch het dierbaarste wat de man
op aarde bezat, nl. de kinderen, waren
daarentegen verdwenen. G. D. verlangde
geen opsporing van zijn vrouw, doch zijn
kinderen moest en zou hij terug hebben.
Een tweede, niet minder ijverig, poli
tieman zette ook zijn pet op en ieder
ging een kant uit. De een op zoek naar
een vrouw mitsgaders een inboedel, de
ander in de hoop de twee verdwenen
kinderen te vinden.
Bijna een film, en dat in Naarden!
VERVLOGEN
ROMANTIEK.
EEN MEISJE GESCHAAKT.
Het Vaderland meldt, dat door de po
litie te Veur is aangehouden en naar
Den Haag overgebracht de 21-jarlge
schilder E. van E. wonende aldaar, ter
zake van schaking van de 19-jarige A.
H. die te Den Haag woont.
De jongen en het meisje hadden
sinds langen tijd liefde voor elkaar op
gevat, zeer tegen den zin van de ouders
van het meisje.
Deze waren in het geheel niet ge
steld op een verkeering van hun doch
ter met den schilder.
Ongeveer zes weken geleden verdween
plotseling het meisje en daar ook de
jongeman zich niet meer liet zien, dien
de de vader bij de politie een klacht in
wegens schaking.
De schilder is nu aangehouden te
Veur en in het arrestantenlokaal opge
sloten.
Het meisje moet nog opgespoord
werden maar daar de schilder aan do
politie gezegd heeft waar het zioh be
vindt. is dit slechts een kwestie van
tijd. 't Is reeds gebleken dat het meisje
zich vrijwillig heeft laten schaken.
SACCO EN VANZETTI
Lijkdienst.
Het Nationaal Arbeidssecretariaaat en
het Ned. Syndicalistisch Vakverbond
houden Zondagavond in het Concertge
bouw te Amsterdam een lijkdienst voor
Sacco en Vanzetti.
„U weet niets van me af, wel?" vroeg
ze. „Waar ik vandaan kom, wie ik was.
voordat ik John trouwde, niet eigen
lijk? Nu. ik zal het u vertellen. Ik za!
een biechtvader van u maken. U bent.
geloof ik vriendelijk ja. ik weet ze
ker. dat u vriendelijk bent".
Eigenlijk was ik niet zoo verrukt, als
ik had kunnen zijn. Ik herinnerde me.
dat Cynthia hare confidenties op onge
veer dezelfde manier was begonnen.
Bovendien moest een biechtvader ouder
zijn; het is volstrekt geen rol voor een
jongen man.
„M'n vader was een Engelschman",
zei mevrouw Cavendish, „maar m'n moe
der was een Russin".
„Ah", zei ik, „nu begrijp ik
„Begrijpt u wat?"
„Een tikje buitenlandsch iets an
ders dat er altijd aan u geweest is".
„M'n moeder was heel mooi, geloof
ik. Ik weet het niet, omdat ik haar
nooit gekend heb. Ze stierf toen ik nog
een kind was. Ik geloof, dat er een tra
gedie aan haar dood verbonden was
ze nam bij ongeluk een te groote dosis
van een slaapdrank. Hoe het zij, m'n
vaders hart was gebroken. Kort daarna
ging hij in den Consulairen Dienst.
Overal, W2ar hij heenging, ging ik met
hem mee. Toen ik drie-en-twintig was,
was ik bijna de heele wereld door ge
weest. Het was een heerlijk leven ik
hield ervan".
(Wordt yeryoIgdJ,