DATUMSTUKJES HET TRAMONGEVAL OP DEN ADMIRAAL DE RUYTERWEG. 45e Jaargang No. 13573 Verschijnt dagelijks, Behalve op Zon- en Feestdagen Dinsdag 20 September 1927 HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN per wéék f 0.27H, roet geïllustreerd Zondagsblad f 0.32; per 3 maandenVoor Haarlem en de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente) f 3-57^. Franco per post door Nederland 3.87M- Afzonderlijke nummers f 0.15. Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haariem en Omstreken f 0.57^; franco per post f 0.65 ADVERTENTIEN: Van 1 tot 5 regels fl.75; iedere regel meer 35 cents Reclames 60 cents per regel. BIJ abonnement aanzienlijk rabat. Twaalfstuivers-advertentiën van Vraag en Aanbod van 1 tot 4 regels 60 Cents per plaatsing, elke regel meer 15 Cents h contant; buiten het Arrondissement dubbele prijs. Directie, Redactie en AdministratieGr„ Houtstraat 93, Post-Giro 38810 Telefoonnummers: Directie 13083, Hoofdredactie 15054, Redactie 10800 en Administratie 10724 en 14825. UITGAVE DER N.V. LOURENS COSTER Directeuren J. C. PEEREBOOIW en P. W. PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM Drukkerij: Z.B. Spaarne 12, Telefoon 10122, 12713 Bijkanfooi voor Santpoort, Velsen, Velsen-Noord, iJmuiden, IJmuJden-Oost, Beverwijk, enz., enz. Driehuizerkerkweg 2, Velsen, Telefoon 521 DIT NUMMER BESTAAT UIT TWAALF BLADZIJDEN EERSTE BLAD AGENDA. DINSDAG 20 SEPTEMBER Stadsschouwburg: Het Schouw tooneel. „Je meent 't", 8 uur. Gemeentelijk Concertgebouw: 3de Haarlemsche Kruideniersbeurs, Winke liersavond voor genoodigden van 7 tot 8.30 uur; voor alle winkeliers van 8.30 tot 11 uur. Kunstkring voor Haarlem en omstre ken Kenaupark 23: Tentoonstelling van teekeningen en graphiscn werk van S. Jessurun de Mesquita. Bioscoopvoorstellingen. Cabaret Modern: Optreden van ver- Schillende artisten. La Mascotte, Groote Markt: Dan cing. Tivoll, Tempeliersstraat: Dancing. Café Dreefzicht: Trio Stoffer. Firma J. A. Boskamp en Zonen te Overveen „Keuzetentoonstelling" tot 5 uur. WOENSDAG 21 SEPTEMBER Stadsschouwburg: Jean Louis Pisuisse en zijn vroolijke kameraden, 8.15 uur. Schouwburg Jansweg: Jeugdbioscoop, 2.30 uur en De Vereenigde Schouwspe lers, Dir. Pierre Mols, met „De Rozen krans". Gemeenteraad Statenzaal (Prinsen hof) 1.30 uur des namiddags. Gemeentelijk Concertgebouw: 3de Haarlemsche Kruideniersbeurs van 1.30 tot 6 uur en van 7.30 tot 11 uur. Kunstkring voor Haarlem en omstre ken Kenaupark 23Tentoonstelling van teekeningen en graphisch werk van S. Jessurun de Mesquita. Cinema Palace, Groote Houtstraat: Bioscoopvoorstelling, 8 uur. Luxor Theater: Bioscoopvoorstelling 8 uur. Scala-Theater, Kleine Houtstraat: Bioscoopvoorstelling, 8 urn:. Cabaret Modern: Optreden van ver schillende artisten. La Mascotte, Groote Markt: Dan cing. Tivoli, Tempeliersstraat: Dancing. Café Dreefzicht: Trio Stoffer. Firma J. A. Boskamp en Zonen te Overveen: „Keuzetentoonstelling" van 10 tot 5 uui. EEN VOLKENBONDSLIED? Een onzer lezers heeft het initiatief genomen om zich tot den Volkenbond te wenden met het voorstel dat deze een Volkenbondslied zou laten componceren. Gezegde abonné, de heer M. W. Willem- se, schrijft ons: „Waar wij in een tijd leven van een trachten naar meer internationalisee- ring zal m.i. elk Nederlander zijn Na tionalisme aan een opbouwend Interna tionalisme willen verbinden en kwam het idee bij mij op: „Waarom heeft men nog niet een Volkenbondslied in alle lan den?" Éénzelfde taal spreken wij helaas nog niet, wèl zouden alle volkeren één zelfde melodie kunnen zingen. Naast de Nationale liederen zou een Internationaal Volkenbondslied toch ze ker op zijn plaats zijn. Op nationale feestdagen kan dan zeker tevens gedacht worden aan het groote streven naar eeij grootere en meer vredelievende wereld- huishouding. Zou het ook niet wat meer bekendheid bij de jeugd brengen, als dat lied op alle scholen geleerd werd, afge zien nog van een propaganda onder het grootere publiek? Zoo juist lees ik in uw blad iets over de hartelijke ontvangst van de Nederlandsche Padvinders in Engeland. Ook bij een dergelijke ontmoe ting zou een Volkenbondslied zijn doel niet gemist hebben en zoo zou het aan tal gelegenheden nog belangrijk zijn uit te breiden. Ik schreef over deze aangelegenheid dezer dagen aan het secretariaat van den Volkenbond en ontving daarop in- liggend antwoord wat van dit lichaam met voortvarendheid getuigt, en ik ge loof dat mijn idee wel levensvatbaarheid zou hebben indien het een of andere lichaam of organisatie zich bij de daar voor in aanmerking komende autoritei ten vervoegt. Zou het zoo vreemd zijn als Nederland dit punt eens op de agen da plaatste? Wanneer de Volkenboiyï een prijsvraag uitschrijft voor een compositie voor een Volkenbondslied zijn we al een eind ver der; als er in geschrift propaganda ge maakt moet worden kan het ook met muziek. Er zijn zeker veel belangrijker zaken door den Volkenbond te behan delen, maar daarom behoeven kleinere aangelegenheden nog niet altijd terzijde geschoven te worden." Het door den heer Willemse ontvan gen antwoord, dat geteekend is door den heer A. Pelt, een der Nederlandsche le den van de Information-Section, luidt in vertaling (uit het Engelsch)„Ik heb hierbij het genoegen om de ontvangst te bevestigen van Uw schrijven dd. 5 de zer aan den Secretaris-Generaal van den Volkenbond, betreffende het com- poneeren van een internationaal lied. Tot dusver is de compositie van zulk een lied nimmer in ernstige overweging ge nomen door den Volkenbond, ofschoon zekere door u genoemde argumenten ten voordeele ervan aangevoerd zouden kun nen worden. Volgens de gebruikelijke Bondsprocedure zou de beste manier zijn, om dit punt aan de orde te stellen, dat een van de staten die lid zijn een desbetreffend voorstel indiende. Het is natuurlijk onmogelijk om te zeggen welk resultaat zulk een voorstel zou hebben, maar in elk geval zou de kwestie gron dig bestudeerd worden." Het is altijd prettig om een geval van bijzonder persoonlijk initiatief te ont moeten, en wij gelooven, dat dit er wel een is. Heel weinig menschen komen er toe om zich persoonlijk tot een lichaam als den Volkenbond te wenden met een voorstel van internationale beteekenis. Intusschen gelooven wij, zelf geestdrif tige voorstanders van den Volkenbond, dat de practische uitvoerbaarheid van dit voorstel niet groot is. Althans niet langs den aangegeven officieelen weg, die vermoedelijk weer zou leiden tot een Volkenbonds-prijsvraag. Bij 'de vorige, uitgeschreven voor een ontwerp van een nieuw Volkenbondspaleis, is gebleken dat dit een bedenkelijke methode is. Wat zou het Volkenbondslied moeten zijn? Geen werk-op-bestelling maar een zuivere kunstenaars-schepping, een Ode aan den Vrede, voortgekomen uit den scheppingsdrang van een genie, geïnspi reerd door een machtige stuwende ge dachte in de massa der volken. Is de tüd daar al rijp voor? Wij betwijfelen het. Wel gelooven wij dat 't lied zal komen als die drang er is, zooals de Marseillaise ontstond toen het moment voor een Marseillaise gekomen was. En d&n zal het ook iets groots, iets geweldigs zijn, en de massa ontroeren evenals het Fran- sche volkslied dat deed. Misschien zou Genève een oproep tot de muzikale wereld kunnen richten, een vraag: Geef ons een lied van den Vrede. en misschien zou die ertoe kunnen bijdragen dat in de ziel eens kunstenaars de sluimerende drang tot uiting kwam. Een Vredeslied dan, geen Volkenbondslied, want de schepping des kunstenaars verbindt zich aan een ideëele gedachte, maar niet aan een of- ficieele organisatie. Mocht een dergelijke oproep van Ge nève uitgaan, dan zal de heer M. W. Willemse daartoe zijn steentje hebben bijgedragen. Als duizend of tienduizend menschen uit verschillende landen het zelfde deden als hij zou dat steentje heel groot en belangrijk worden, en zouden de diplomaten te Genève het erkennen als een Teeken, als een symptoom van ontwakenaen drag in de volken-zelve. Dan zou ook de kans op een schepping veel greoter zijn. Misschien hebben er al meer menschen over aan den Volkenbond geschreven. Wij weten dat niet. Maar dit is voor ons zeker: Het lied moet ontstaan uit den bezielden scheppingsdrang des kunste naars, niet uit een officieele prijsvraag, georganiseerd door ectie Nummer Zoo veel te Genève. DE RECHTSCHE RAADSFRACTIE. Mr. Thijssen treedt af als voorzitter. DE HEER VAN LIEMT GEKOZEN. W. J. B. VAN LIEMT Naar wij vernemen is mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen afgetreden als voor zitter van de rechtsche raadsfractie en is tot zijn opvolger benoemd de heer W. J. B. van Liemt, thans eveneens voorzitter van de R.K. raadsfractie. Mr. Thijssen is afgetreden omdat hij het juister acht dat een raadslid fractie leider is dan een wethouder. Als secre taris van de rechtsche fractie werd her kozen de heer G. Wolzak Hzn. en als secretaris van de R.K. fractie de heer J. p. li, Castricum, Haarlem, 20 September Rotterdam's Macht Rotterdam blijft in de gaten loopen. Telkens weer wordt de nationale belang stelling op de Rotte-stad geconcentreerd Van het standpunt van den redacteur Binnenland redeneerend mag ik gerust zeggen dat 1927 het jaar van Rotterdam is. Eerst verwierf het zich een eenigszins bedenkelijke faam door zijn zéér bijzon dere raadsleden Coremans en Van Bu- rink. Terwijl deze heeren hardnekkig voortgingen met hun medeburgers te verbazen kwam het Belgische Tractaat in het senatoriale stadium en wond heel Nederland zich op over het heil van Rotterdam-als-handelsstad. Dit eenmaal gered zijnde, ontstond er in de veelbesproken stad een wethouderscrisis van bijzondere hevigheid, waarbij de Raad weken achtereen zat te stemmen zonder een stap verder te komen. Daar na wipten de kiezers den heer Coremans die blijkbaar naar hun meening vol doende gepresteerd had, en verhieven den heer Van Burink tot Statenlid, waarop hij eenige bijzondere vertoonin gen ten baste gaf bij den executorialen verkoop van zijn inboedel. Deze laatste kleinigheden verleven digden den komkommertijd. Nauwelijks is die voorbij of Rotterdam begint in 't Binnenlandsch Nieuws weer met grof ge schut te werken. Na eerst een kleine op schudding onder alle Nederlandsche ge meenteambtenaren verwekt te hebben door nr. 3 op de voordracht tot direc teur van het Trambedrijf te benoemen komen er hetgeen de teekenaar Tcto van Tast zou noemen: De Daverende Dingen Dezer Dagen. Eerst onthult het gemeen telijk bureau voor de statistiek het op zienbarende feit dat Rotterdam thans 104 millionaire telt, en 263 menschen met meer dan f 50.000 jaarlijksch inkomen, waarvan 90 boven de ton. Twee touchee ren meer dan een millioen per jaar. Onmiddellijk volgen daarop de mede- deelingen omtrent Rotterdam's nieuwe annexatieplannen. Het wil maar even tjes zestien aangrenzende gemeenten gé- heel of gedeeltelijk inslikken, en het Dagblad voor Rotterdam heeft het over „de adembeklemmende greep die Wyte- ma de Veroveraar naar de macht doet." Wytema de Veroveraar! Zoo hebben 'ij den toekomstigen burgemeester van Rotterdam nooit beschouwd toen hij nog secretaris van Haarlem was. Een beza digd, waardig en bekwaam man, maar geen Napoleon. Staande in de schoenen van Mr. A. R. Zimmerman is hij het blijkbaar langzamerhand geworden. Er was een tijd waarin Amsterdam een dusdanige hoofdrol in ons land speelde, dat het zich als een soort van Staat in den Staat voelde en zich bij vele gelegenheden tegen de Staten-Ge- neraal verzette, of wel er zich niets van aantrok wat Den Haag wilde. Die hoofd stedelijke allures zijn nooit heelemaal verdwenen, en de symptomen doen zich nog wel eens voor. Maar Amsterdam's suprematie-gevoelens dreigen langza merhand leelijk geschokt te worden dooi de machtige positie van Rotterdam. Als het die annexatie voor elkaar kan krij gen wordt het weer een dikke 100.000 zielen rijker, en is dan haast even sterk in bevolking als de hoofdstad. En als centrum van nationale welvaart schijnt het Amsterdam heelemaal den loef te gaan afsteken, hetgeen nu niet zoo ver wonderlijk is als men de handels- en in- dustrieele toekomst-mogelijkheden van de beide steden vergelijkt. Dit is de ernstige beteekenis die wij kunnen hechten aan Rotterdam's steeds- domineerender rol in het Binnenlandsch Nieuws. Een Amsterdammer zal allicht z'n schouders ophalen en mocht-ie er kwaad bij worden de oude Mokum- sche anecdote ophalen van dien koning, die tot zijn hofnar sprak: „Nar, vertel mij binnen de minuut iets dat zóó ge logen is dat ik het dadelijk zeg. Slaag je erin, dan krijg je vijftig kronen, slaag je niet, dan gaat je leelijke kop eraf." „In Rotterdam woonde eens een heer. begon de nar onmiddellijk. „D&t lieg je!" zei de koning, en de nar had zijn vijftig kronen verdiend en zijn leelijken kop gered. „Maar," sneerde de Amsterdammer, die mij aan dit verhaal herinnerde „in den tijd van dien koning waren Co remans en Van Burink er nog niet „En Hadt-je-me-maar evenmin," zei ik Zoo concurreeren onze groote steden. R..TP. OM DE OUDE WERELDZEE. PER VLIEGTUIG. Uit Parijs wordt van Maandag ge= scind: De -vlieger Pedletier d'Oisy is heden, middag om 6-45 op le Bourget gedaald. Hij kwam van Casablanca cn heeft den afstand van daar tot Parijs zon, der tusschenlanding afgelegd. Hierme* de heeft Pelletier d'Oisy tevens zijn voorgenomen vilucht rond de Middel landsche Zee volbracht, EEN KAARTSYSTEEM. (De wethoudersverkiezing te Bergh is volgens de Tel. tot stand gekomen door het trekken van kaarten in de stamkroeg door de raadsleden) Het wethoudersambt is een waardig emplooi, Daarvan is wel ieder doordrongen, Er wordt slechts door mannen van 't hoogste allooi, Met vrucht naar die functie gedongen. Wanneer, na vier jaren, de wethouders weer, In een stad als hier, moeten gekozen, Dan zitten de aftreders angstig terneer, Zij twijfelen, hopen en blozen. Men spreekt niet vooraf en men kent geen partij, Geen raadslid weet anderer keuze. Geen stem is gebonden, een ieder is vrij, Men telt er geen fracties, nog neuzen. Er wordt nooit een tactische troef uitgespeeld, De kaarten ter tafel zijn open, Er worden geen zetels tevoren verdeeld, Geen weet, hoe de stemming zal loopen. Wanneer dan de uitslag bekend wordt gemaakt. Mag geen der gekooznen verrast zijn. Dat komt doordat niemand naar 't ambt heeft gehaakt, Dat zou (financieel) ongepast zijn. Wanneer je de zaak zoo verheven bekijkt, En daarna weer leest, hoe 't in Bergh is, Besef je, wanneer je het goed vergelijkt, Dat dat kaartsysteem daar wel heel erg is. P. GASUS. DIRECTEUR DER H. B. S. A. WIE WORDT DR. ELZINGA'S OPVOLGER? Uit het adres van de leeraren der H. ,S. A aan den Raad, waarin zij er krachtig op aandringen dat tot direc teur een sollicitant uit hun midden zal worden benoemd (nl. Ir. M. Voorzan ger, die door B. en W. op de aanbeve ling is geplaatst, of Drs. C. B. A. Pro per) heeft men al kunnen afleiden dat er nog al wat te doen is over deze be noeming. Morgen zal de Raad moeten beslissen, en de leden hebben heel wat bezoeken in verband met deze zaak ont vangen. Blijkbaar kan verwacht worden dat op alle drie de aanbevolenen (de beide anderen zijn Dr. Jansonius, di recteur der Handelsschool te Dordrecht, en Dr. de Liefde, leeraar aan de H.B.S. B alhier) stemmen zullen worden uitge bracht. De kans op een tweede vrije stemming en eventueel een herstemming is niet uitgesloten. Bij de groote fracties schijnt de voor keur voor de candidaten verdeeld te zyn. Voor zoover wij het vandaag kon den nagaan wordt het zeer onzeker ge acht wie er benoemd zal worden. NAAMLIJSTEN VAN RAADSLEDEN. Een officieele lijst van namen onzer raadsleden is samengesteld, waarin zij naar anciënniteit zijn gerangschikt. Daaruit blijkt, dat in den nieuwen Raad de nestor, de heer W. A. J. van de Kamp, zoowel de oudste in functie als in leeftijd is. Hij is 65 en al 28 jaar raadslid. De jongste in leeftijd blijkt tenslotte niet Mr. Dr. F. A. Bijvoet te zijn maai de heer G. Oversteegen, die op 31 Ja nuari 1902 geboren werd en nog eenige maanden jonger is dan het R.-K. lid. Deze twee zijn de eenigen die na 1900 geboren zijn. Een statisticus heeft uit de lijst nog opgediept, dat er van de 39 raadsleden 7 geboren zijn in Juni, 6 in Januari, 5 in Maart, 4 in Augustus en October, 3 in Februari, April en November, 2 in De cember, 1 in Juli en September en geen enkele in Mei. In deze lentemaand zien volgens den statisticus blijkbaar alleen maar burgemeesters en secretarissen het levenslicht. Twee raadsleden zijn op den dag af even oud. n.l. Mr. M. Slingenberg en mej. W. G. van Vliet. Een tweede officieele lijst vermeldt de adressen van de leden in een volgorde, die het voor sollicitanten naar gemeen telijke functies gemakkelijk moet maken om ze achtereenvolgens te bezoeken. Wij verwachten daar niet veel van. Het reis plan lijkt nogal ingewikkeld. Als sollici tanten er zich aan houden zal de heer Meyers (S. D. A. P.) zelden lastig ge vallen worden met bezoeken, want hij woont te Spaarndam en is nr. 39 op de lijst terwijl mr. Slingenberg, wonende in 't Florapark, als nr. 38 staat opgegeven. Het moet wel een buitengewoon energiek sollicitant zijn, die na achtendertig be zoeken nog eens j;an 't Florapark naar Spaarndam rijdtj Meer dan 10 gewonden EEN WAGENVOERDER EN EEN PASSAGIER NAAR HET WILHELMINAGASTHUIS VERVOERD. ZEER ERNSTIGE MATERIëELE SCHADE. (Zie ook de foto-pagina.) Maandagmiddag kwart over twee is op den Admiraal de Ruyterweg te Amsterdam bij de Rijpstraat een sneltram uitHaarlem op een stilstaande tram van den dienst AmsterdamSloterdijk gereden. Het achterbalcon van de Sloterdijlctram en het voorbalcon van de sneltram werd ingedrukt. In het geheel werden 11 personen gewond, die voor het meer- endeel in een politiepost verbonden wer den. Hun verwondingen waren niet van zeer emstigen aard. Het kwaadst waren er aan toe de heer Gerritsen uit Am sterdam en de bestuurder van de snel tram N. de Mes. De bestuurder van de tram Z and voort-Amsterdam verklaarde te heb ben geremd, plotseling voelde hij zich onwel worden, hij kon niets meer zien en voelde daarna een schok. Hij kon geen verklaring geven van wat er verder gebeurd is. Met kneuzingen en eenige diepe vleeschwonden is hij naar het Wil- helminagasthuis vervoerd, evenals de heer Gerritsen. Hart toestand redelijk. Hedenmorgen vernamen wij dat bei der toestand redelijk is. De tramdienst ondervond belangrijke vertraging. De dienst werd op enkel spoor onderhouden. Onmiddellijk nadat bij ons het on geval bekend werd, begaven wij ons per auto naar de plaats des onheils. Waar wij reeds een half uur na het gebeurde den toestand in oogen- schouw konden nemen. De botsing greep plaats vlak tegen over het eerste politiebureau aan den Adm. de Ruyterweg, dus vrij dicht bij Sloterdijk. Bij onze aankomst was het Parket uit Amsterdam juist doende met het gerechtelijk onderzoek. Verder zagen wij verschillende autoriteiten der trammaatschappij, onder wie mr. D. A. E. Immink van de N.Z.H.T.M. uit Haar lem. Inderdaad heeft de botsing afge zien van 't lichamelijk gelukkig niet ernstige letsel aan een 11-tal menschen toegebracht ernstige gevolgen ge had. (Eigenlijk Is het aantal der gewonden 15, doch van vier personen zijn de kv/etsuren niet noemenswaard.) De situatie. De situatie ter plaatse is als volgt. Even voor de kruising met de De Rijp straat staan drie rijtuigen van de tram trein ZandvoortAmsterdam. Het voor balcon van den eersten wagen is totaal versplinterd, en eenige decimeters door de bestrating, in den grond gedrongen Het achterbalcon van dit rijtuig botste natuurlijk tengevolge van den schok tegen het voorbalcon van het tweede rijtuig. Beide balcons werden zeer ernstig beschadigd. De wagen: van den dienst Sloterdijk, Spuistraat is weggestooten door den sneltram, tot over de wegkruising (on geveer 25 meter ver!) De sneltram heeft met een snelheid van 30 a 35 K.M. gereden. Het achterbalcon werd totaal ver nield. De resten hangen er evenals bij den anderen wagen, bij, terwijl het onderstel van het voorbalcon ook ge heel in de bestrating is gedrongen.Met verwondering vraagt men zich af, hoe het mogelijk was dat de conducteur en de wagenvoerder er nog zoo goed zijn afgekomen! De verwoesting is namelijk zoo absoluut dat het gevaar om bekneld te raken, wel buitengewoon groot ge weest moest zijn- Bij verschillende omwonenden hebben wij gevraagd wat zij van het ongeval gezien hebben. Allen verklaarden een hevigen slag te hebben gehoord. De pas sagiers waren juist in den wagen voor Sloterdijk gestapt. De consternatie onder hen was groot. Zij renden naar alle rich tingen weg. Een van de mannelijke reizigers sprong uit den nog in beweging zijnden wagen (van den dienst Zandvoort —Amsterdam) viel, en kwam onder het rijtuig terecht; voordat de man gegre pen werd wist hij zich echter weer bui ten de rails te werken. De algemeene opinie was dat de achterste wagen op den voorsten is gereden en dat de tram op Sloterdijk rijdende daar niet de oor zaak van was. Eén der omstanders be weerde dat de wagen op Sloterdijk voor de tweede maal stopte om nog een pas sagier die toesnelde op te nemen. Deze lezing van het geval was volgens de aan wezige autoriteiten onwaarschijnlijk, te meer daar de bestuurder van den ach tersten wagen verklaard heeft, dat hij ziek is geworden, niets meer zag of hoor de en daarom met zijn tram op den wa gen vóór hem is terecht gekomen, die juist aangezet had en weg was gereden. Te ongeveer half vier had het parket uit Amsterdam zijn onderzoek ter plaat se verricht. Verder werd toen beraad slaagd met de inspecteurs van het poli tiebureau, die den gewondén wagenvoer der van den wagen uit Zandvoort ge hoord hadden. De consternatie op den Admiraal de Ruyterweg was natuurlijk zéér groot. De diensten die in het begin natuurlijk nog al wat vertraging ondervonden werden op het traject SloterdijkKrommert, óp één lijn onderhouden. De politie regelde het straatverkeer. De chef van de halte Spuistraat zeide ons dat de feitelijke oorzaak van het ongeval nog geheel onbekend is. De heer Immink die juist ter plaatse was geko men kon ons ook nog geen nadere in lichtingen geven daar hij niet bij 't on geval tegenwoordig was geweest. De persoonlijke ongelukken. Toen wy den Admiraal de Ruyterweg opreden, een half uur ongeveer nadat het ongeval gebeurde, waren de licht gewonden juist in het politiebureau ver bonden. De conducteur van den wagen SloterdijkSpui, liep met een verbon den hals en bloedvlekken in het gezicht rondom de vernielde rijtuigen. Voor in lichtingen verwees hij ons naar zijn chef „die alles opgeschreven had". Maar zooals hierboven staat wist ook hij ons weinig te vertellen. De gewonden zijn, op de twee ernstigste gevallen na, huis waarts gekeerd. Er waren heel wat passagiers „overstuur". Te half vier keerden wij naar Haarlem terug. Te vijf uur verdrongen zich vele belangstellenden voor onze bureaux, waar de eerste foto's van het ongeluk, op onze nieuwsborden groote belangstelling trok ken. De verklaring van de Mes. Zooals wij al reeds schreven heeft de heer de Mes verklaard dat hij onwel is geworden en daardoor niets zag en niets hoorde. Van belang is dat hij heeft ver klaard dat de schakeltrein op stand 5 reed en een vrij groote snelheid had, toen hü de De Rijpstraat naderde. De Tel. zegt naar aanleiding hiervan nog: Neemt men aan, dat hij buiten kennis is geraakt, dan moet de schakeltrein stroomloos zijn doorgereden. Immers het handvat van de schakelkruk wordt onder het rijden door den bestuurder in neergedrukten toestand gehouden. Laat de hand deze los, dan wordt de stroom toevoer tot de motoren verbroken, dus zonder dat de kruk tot den nulstand be hoeft te worden teruggebracht. Daarmede wordt evenwel niet de wa gen tot stilstand gebracht. Daartoe is noodig, dat de remmen automatisch aanslaan, zooals op de éénmanswagens van de gemeentetram op de kringlijn, die om het Centraalstation rijdt het geval is. 't Politie-onderzoek. Het politie-onderzoek werd geleid door commissaris H. Pijper en door de inspecteurs A. C. Bos en J. P. Stolp. Omstreeks kwart over drie verschenen de substituut-officier van justitie mr. Reilingh, de rechter-commissaris mr. Swagerman en de deskundige, de heer Stoffels, hoofdingenieur bij de gemeen tetram. Ook de directie van de E. S. M. kwam per auto uit Haarlem. Geblekenis, dat de schakelkruk die De Mes gehanteerd moet hebben, op den nulstand stond. Hij kan dus instic- tief, toen hij zich niet lekker gevoelde, de stroom hebben uitgeschakeld. Ook is het mogelijk, dat de kruk door den schok op nul is gevlogen. Wat de handel der luchtrem betreft, de stand van deze viel door den chaos niet meer behoorlijk na te gaan. Het ge- heele voorgedeelte was weggerukt en de schakelkast lag tegen de deur van het eerste compartiment aan. De wagenbestuurder, De Mes, is een deroudsten van het personeel en volgens

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 1