WEENSCHE BRIEF.
PEKS-QVERZICKT
BINNENLAND
BURGERLIJKE STAND
HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 22 SEPT. 1927
(Van onzen correspondent.)
De Weensche Messe. PhsKps* wereldsucces.
90 van den Oostenrykschen handel. De Neder-
landsche koopers.
Ween en. September
Zooals steeds wemelt het ook thans,
tijdens de dertiende Weensche jaarbeurs
van vreemdelingen in de Oostenrüksche
hoofdstad. Elke nieuwe „Messe." wordt
door mèèr buitenlanders bezocht dan
de vorige en op elke nieuwe jaarbeurs
?aat het levendiger en drukker toe.
Ditmaal hebben ongeveer twintigdui
zend vreemdelingen de Weensche jaar
beurs bezocht en ook Nederlandsche
kooplieden hebben hier inkoopen ge
maakt en bestellingen gedaan. Onze
landgenooten kochten huishoudelijke
artikelen, rekenmachines, meubels, reis
artikelen en lederwaren, bijouterieën en
schaak- en dominospelen. Een Neder
landsche firma, die op de Weensche
jaarbeurs een stand had, verkocht op
groote schaal fayencewaren naar de
Balkanlanden, naar Engeland en naar
de Vereenigde Staten. En het middel
punt van de radiojaarbeurs in de
Rotonde in den Prater vormde de stand
van Philipsradiofabrieken, die tegen
woordig een bewonderenswaardige ac
tiviteit te Weenen aan den dag leggen
en reeds negentig procent van den
Oostenrykschen radiohandel in handen
hebben.
Interessant was op de radio-afdeeling
de nieuwe vinding van een radio-ama
teur Alfred Stern, die een nieuwen
loudspeaker construeerde, welke vee!
beter en duidelijker werkt dan eenige
andere en die bovendien het voorrecht
heeft veel goedkooper te zijn. Dit nieuwe
apparaat, dat „Bel-akustik" werd ge
doopt, is uiterlijk niet meer dan een
klein achthoekig kastje, waarin zich van
binnen een trechter bevindt, waaraan
twee heel gewone kophoorders zijn ver
bonden. De trechter is verstelbaar, kan
grooter en kleiner worden gemaakt en
ban ook heen en weer worden gedraald.
Zoodoende kan men de sterkte van het
geluid steeds aanpassen met het vertrek,
waarin men het apparaat heeft opge
steld.
Vaak komt het voor, dat een gewone
loudspeaker te krachtig is voor een be
trekkelijk niet al te groote kamer. Dan
wordt het geluid onduidelijk, krassend
en vaag en dan gaat het grootste deel
voor de toehoorders verloren. Bij Sterns
nieuwe uitvinding is dit niet het geval.
In het nieuwe gedeelte van den Hof-
burg, het voormalige Habsburgsche pa
leis, waarin steeds tal van afdeelingen
van de jaarbeurs zijn ondergebracht,
trokken verschillende modeshows ten
zeerste de aandacht. Gracieuse Wiene-
rinnen droegen hier de nieuwste cre
aties der Weensche mode en van den
Weenschen smaak cn bevallige manne
quins lieten de nieuwste jdellen bont
mantels zien.
Voor de eerste maal heeft België op
de Weensche jaarbeurs een afzonder
lijke afdeeling. in welke dertig Belgische
firma's haar waren tentoonstellen. Het
toeval wil, dat de Weensche internatio
nale „Messe" steeds samenvalt met het
tijdstip, waarop de Utrechtsche jaar
beurs wordt gehouden. Misschien komt
het daardoor, dat onze landgenooten
er nog nooit toe zijn overgegaan even
eens in een eigen groep waren op de
Weensche jaarbeurs ten toon te stellen.
De Utrechtsche jaarbeurs echter heeft
in de laatste maanden groote propagan
da in Oostenrijk gemaakt. Haar verte
genwoordiger hier, de heer J. H. G.
Schouten, heeft tal van Oostenryksche
industrie-ondernemingen en firma's be
zocht en zoodoende heeft hij het weten
te bereiken, dat 35 Oostenrïjksche hui
zen waren naar Utrecht hebben gezon
den, waar zij in een aparte Oostenryk
sche afdeeüng werden bijeengebracht.
Behalve België zyn thans op de Ween
sche Messe" ook Japan en Italië met
eigen afdeelingen verschenen. De Ita-
liaansche groep is de grootste van alle
buitenlandsche afdeelingen en het is
de eenige officieele Italiaansche afdee
ling op een niet-Italiaansche jaarbeurs.
De sovjet-Russen hebben reeds sedert
vele jaren him eigen pavilion te Wee
nen. Dit bleek echter mettertijd te klein
te worden en daarom moest men den
Russen ditmaal nog een tweede gebouw
tje ter beschikking stellen.
BEK AAR.
NOG EENIGE PERSSTEMMEN
OVER DE TROONREDE.
Het Utrechtsch Dagblad
Êet de Troonrede als een staatsstuk,
waarin onze regeering verschijnt als een
groep van harde werkers, met oog voor
de nooden en vol van goede bedoelingen.
Maar zij meenen dat zij lijdt a2n een
teveel aan rcoskïeurigheid. Terwijl de
regeering niet kon ontkomen aan de
verklaring omtrent het zorgwekkende
van 's lands geldmiddelen, wordt er toch
van gewaagd, dat de algemeene toestand
van het land tot voldoening reden geeft.
De verhooging van het voortbrengings-
vermogen T3n land- en tuinbouw, ge
loofwaardig, omdat minister Kan zich
persoonlijk op de hoogte heeft gesteld,
geeft, hoe gelukkig op zichzelf, aan
het optimistisch standpunt der regee
ring onvoldoenden grond. En wij meenen,
da: de reactie van de regeering op de
schrikkelijke klachten oma-ent kunst
matige belemmeringen door het buiten
land aan onzen handel in den weg ge
legd, en die zijn opgestegen op het
„oeconomisch-urgentie'-congres, uiter
mate vaag is en zwak.
Een vinj uitvoerige mededeeling bevat
de Troonrede over de verhouding met
België.
Wij verheugen ons er over, dat die
mededeeling van voorzichtigheid blijk
geeft, en dat minister Beelaerts van
Blokland deze moeilijke quaestie grondig
wil bestudeeren, eer hij met de concrete
denkbeelden komt. Intusschen kan, naar
ons inzien, het samenstel der vraagstuk
ken, die door de verwerping van het
verdrag aan de orde zijn gebleven, eerst
dan het voorwerp van een nader onder
zoek hier te lande zijn, indien België
heeft aangetoond welke bezwaren het
van de bestaande regeling ondervindt.
Ailes te zamen genomen maakt de
troonrede op ket ,U. D." een goeden
indruk. Zij is belangrijker dan wij in
jaren troonreden hebben gezien. Zij ge
tuigt van fleurig leven in ons kleurloos
ministerie!
„Voorwaarts" daarentegen spréékt
van „een slap staatsstuk".
Van een krachtig aanpakken van ver
schillende brandende vraagstukken
geen sprake. De moderne vakbeweging
heeft in het afgeloopen jaar haar de
monstratief congres betreffende den
wettelijken arbeidsdag gehouden, waar
op de urgentie van maatregelen tot ein-
deüjke volledige toepassing en uitbrei
ding van de Arbeidswet werd aange
toond met een schat van materiaal, ont
leend aan de misstanden onder welke
tienduizenden bij tienduizenden arbei
ders op het terrein van den arbeid nog
gebukt gaan.
De moderne vakbeweging staat aan
den vooravond van een ander congres
betreffende de werkverruiming en de
werklcozenzorg, twee vraagstukken, die
met kracht en systematisch zooal niet
moeten worden aangepakt, dan toch tot
verdere oplossing moeten worden ge-
oracht.
De Troonrede zwijgt er over.
Blijft beperking van bewapening, een
vérgaande bezuiniging op leger
vloot, die bij het optreden der Regee
ring als noodzakelijk werd gesteld, niet
plicht? Is het juist voor ons land niet
•van internationale beteekenis, dat het
in den tijd der mooie woorden maar der
uitblijvende daden op het gebied der
ontwapening, een voorbeeld ten goede
durft geven?
Ongetwijfeld.
De Troonrede echter zwijgt, als be
stond het vraagstuk niet.
Het wordt meer en meer duidelijk dat
het met de zorg voor de ouden van da
gen spaak gaat loopen. Dat telkens nieu
we groepen buiten Invaliditeits- er
Oudersdomswet zullen vallen. De wet
gever moet den grondslag voor een af
doende regeling leggen. Thans, nu het
gevaar dreigt.
Alweer: de Troonrede zwijgt.
In Indië hebben uitbarstingen van
volksverontwaardiging plaats gehad, die
inderdaad „betreurenswaardige onlus
ten" waren. Van haar wordt in
Troonrede getuigd, dat zij aan het
eigen Indische volksleven vreemd zijn.
Zij zijn echter zeker niet vreemd aan
het jarenlange wanbeleid van het Indi
sche Gouvernement, aan het reglem-
Fock, dat èn economisch èn politiek de
inlanders tot vertwijfeling heeft
bracht.
De Troonrede schijnt het niet te zien.
Het Volk schrijft ojn.:
Wettelijke wetsontwerpen op neutraal
gebied liggende, die aangekondigd wor
den, kunnen goede maatregelen beteeke-
nen. Wij denken b.v. aan sommige, die
in de justitieele paragraaf worden ge
noemd, b.v. de invoering van een jeugd
gevangenis. Dat een ontwerp aangaande
den rechtstoestand van ambtenaren za'
worden ingediend, was bekend.
Eveneens, dat een voorstel tot ver
vroeging van de inwerkingtreding van
het zevende leerplicht jaar op komst was.
Met groote reserve nemen wij kennis
van de aankondiging van een verlaging
der inkomstenbelasting. Hoe zal men
de middelen vinden voor sociale maat
regelen, b.v. een Ziektewet, als men de
schatkist in min of meer belangrijke
mate inkomsten zal laten derven?
De herziening van de financieele ver
houding tusschen Rijk en gemeenten is
door de regeering „ter hand genomen".
Durfde zij geen indiening van een des
betreffend wetsontwerp aankondigen?
Dat mag toch geen verder uitstel lijden.
Het heeft Het Volk zeer getroffen dat
in de Indische paragraaf geen herzie
ning van de Indische staatsinrichting
wordt aangekondigd. In Indië maakt zij
reeds een punt van gedachtenwisseling
uit. Wat heeft het te beteekenen, dat de
Troonrede er over zwijgt? vraagt het
blad.
Het Vad. noemt de Troonrede een
lang niet onbelangrijk stuk, dat van
goed begrip getuigt van de politieke po
sitie van hen die haar opstelden, en van
den ernstigen wil om zooveel mogeiyk
ten bate van het land te doen.
En merkt verder op:
De Troonrede neemt de zorg van ons
af. die trouwens niet zeer groot geweest
Is. dat de Regeering met protectionisti
sche maatregelen zoude komen. De woor
den van onzen Minister van Buitenland
sche Zaken te Genève over onze econo
mische politiek, hadden in dezen een
dubium gelaten. De Regeering erkent de
moeilijkheden die voor onzen handel en
nijverheid onstaan, doordat aan het in
ternationaal ruilverkeer kunstmatige be
lemmeringen in den weg worden gelegd,
maar wil niet van een geneesmiddel we
ten, dat voor een klein land altijd tien
maal, en meermalen, erger is dan de
kwaal. Wat trouwens van een Kabinet-
de Geer vaststond. Integendeel verborg
de Regeering hare vreugde niet over de
richtlijnen op de Economische conferen
tie van den Volkenbond aangegeven. Wij
lezen in die vreugdebetuiging een beslist
afwijzen van eene verandering in onze
handelspolitiek, al zou het ons natuur
lijk verheugen als de uitspraken van de
Economische Conferentie nog iets meer
dan declaratorische waarde hebben.
Dat de Regeering zoekt, en niet alleen
zoekt naar. maar ook de mogelijkheid
onderstelt van het maken van een trac-
taat met België dat voor beide landen
aannemelijk is. achten wij juist gezien.
De verwerping van het tractaat door de
Eerste Kamer op 3 Aprü II. heeft niet
de beteekenis gehad van een: Weg eT
mee. zonder meer. Maar zeer uitdrukke
lijk is daar door de oppositie erkend, dat
men op een gewijzigd tractaat tot elkaar
zou kunnen komen, en dat zij zulks zelfs
wenschte. Misschien zal de basis door
den heer Colijn toen aangegeven, hierbij
dienst kunnen doen. Moge in alle ge
vallen het onderzoek naar de mogelijk
heid van eene andere regeling niet te
lang duren.
HOTELBRAND BIJ
YEENDAM.
Woensdagmorgen 11 uur brak er een
hevige brand uit in het hotel „Panman",
staande op de grens tusschen Wilder-
vank en Veendam. Door het krachtig
optreden der brandweer bleef het ge
bouw gedeeltelijk gespaard. De boven-
étage brandde geheel en de gelagkamer
en benedenkamers gedeeltelijk uit.
EERSTE KAMER.
De Eerste Kamer koos gistermiddag,
bö eerste stemming en met zeer vol
strekte meerderheid van stemmen, tot
leden van de Huishoudelijke Commissie
de heeren de Vos van Steenwyk en
Rink en tot leden van de commissie
voor de Stenographic de heeren Haff-
manns. Polak en Slingenberg, allen af
tredend.
Daarna werd het ontwerp-adres van
Antwoord op de Troonrede ter tafel
gebracht. In de afdeelingen werd dit
ontwerp gistermiddag onderzocht, waar
op de openbare behandeling heden vol-
VERKEERSPROBLEMEN
BIJ HET STATION LEIDEN
EEN NIEUW PLAN TOT
OPLOSSING.
Hoe dichter 1 October nadert, de dag,
waarop met de invoering van den win-
terdienst der Ned. Spoorwegen de elec-
trificatie haar beslag krygt en de kwar-
tierdienst zal worden ingevoerd, des te
dringender zullen de verkeersproblemen
die door den overweg aan den Rynsbur-
gerweg bij het station te Leiden gere
zen zijn, een oplossing behoeven.
Voor het drukke verkeer van trams,
auto's, rijtuigen, rijwielen en voet
gangers daar ter plaatse wordt de toe
stand dan vrijwel onhoudbaar.
Naar de Tel. verneemt, heeft men
het denkbeeld om een tunnel onder den
bestaanden overweg te maken, of een
langzaam hellende baan er overheen als
vrijwel ontuitvoerbaar laten varen en
zoekt men de oplossing thans uitslui
tend in een omlegging van het verkeer
over het Schottersveld en den Ryns-
burgersingel, ean wel kostbaar, doch
practisch uitvoerbaar plan. Als belang
hebbenden bij déze verbetering komen
in aanmerking de gemeente Leiden, de
Ned. Spoorwegen, de N.Z.H.T., de H. T.
M. en de gemeente Oegstgeest. De
groote moeilijkheid is echter tot een
voor elk der partijen billijke verdee
ling der kosten te geraken.
Het plan wordt overwogen, of het
niet mogelijk zal zyn daarvoor een
commissie van deskundigen aan te wij
zen, die daarover beslist, terwijl de
partijen zich van te voren verbinden,
zich bij de beslissing der commissie neer
te leggen.
TOELAGE VOOR RESERVE-
PERSONEEL.
Een herziening van het reservé-perso
neel is blijkens de memorie van toelich
ting op de Oorlogsbegrooting in voorbe
reiding hierop gegrond, dat met
handhaving van de aanspraken op ver
goeding van de verlofsofficieren, die
deze thans reeds genieten, de overige
verlofsofficieren, met uitzondering van
het beroepspersoneel, dat met reserve
plicht is gepensionneerd, toelage zullen
genieten van het 40ste levensjaar af.
Daar in 1928 de hiervoor noodige gel
den niet noemenswaard zullen verschil
len van die, welke volgens de thans gel
dende regeling noodig zullen zijn, is het
beginsel in de begrooting 1928 niet tot
uiting gehracht.
De trlomtocht van het Amerlkaansche Legioen door de Avenua
de POpéra to Parijs. Op den voorgrond de muziek van de
Qarde Républicaine.
NEDERLANDSCHE
STAATSLEENINGEN.
AFLOSSING EN CONVERSIE.
De millioenen-noba bevat nadere ge
gevens omtrent de plannen tot versterk
te aflossing van de 6% leening 1923 A
en conversie der 6% leening 1923 B,
De 6% Nederlandsche Staatsleening
1923 A was oorspronkelijk groot
f 100.000.000 uitgegeven tot den koers
van 973/4%. De aflossing moest ge
schieden binnen 50 jaar door uitloting
a pari. Versterkte of geheele aflossing
is geoorloofd op of na 1 Februari 1928.
Op 1 Februari 1924 is men voor het
eerst met de aflossing begonnen, zoo-
dat, de leening nog per resto groot is
f 97.089.000, welk bedrag op 1 Februari
a.s. zal worden afgelost.
Bovendien zal de 6% leening 1923 B
oorspronkelijk groot f 85.000.000 op 1
April 1928 geconverteerd worden. Op
1 November 1926 stond per resto uit
f 83.897.000.
Voor de conversie zal dan ook een
wetsontwerp worden ingediend tot het
aangaan van een geldleening groot
f 84 millioen. De middelen tot buiten
gewone aflossing van de leening 1923 A
worden verkregen vooreerst, doordat
van het saldo van de Nederlandsche
Uitvoer My. in liquidatie een bedrag van
f 47.500.000 in de Staatskas wordt ge
stort, voorts doordat Frankryk het aan
den Staat verleende crediet van f 25
millioen heeft afgelost en eindelijk
doordat van een aantal gemeenten
buitengewone aflossingen zijn ontvangen
op de aan die gemeenten verstrekte
woningvoorschotten.
Het wetsontwerp tot het aangaan van
een conversieleening ten bedrage van
f 84.000.000 waarvan ln de Millioenen-
nota sprake is, is reeds Dinsdag 20
Sept. ingediend. In de M. v. T. merkt
de minister van Financiën nog op, dat
hy, hoewel het wetsontwerp rekening
houdt met de mogelijkheid van een
publieke emissie, de stellige verwachting
koestert, dat het bedrag der nieuw aan
te gane geldleening ten volle by Rijks
instellingen zal kunnen worden onder
gebracht.
ONDERWIJSTOESTANDEN TE
ABCOUDE.
Men schrijft uit Abcoude aan de Tel.:
Sinds eenigen tijd is het hoofd der
openbare school alhier door ziekte ver
hinderd zijn functie waar te nemen.
Een plaatsvervanger werd niet aange
steld, zoodat aangezien deze school een
z.g. „tweemansschool" is, de kinderen
maar naar huis gezonden werden. Zij
kregen destijds de boodschap mede, dat
zy om den anderen dag maar eens
moesten komen hooren, of het hoofd der
school alweer beter was. Inderdaad is dit
ettelijke malen geschied en even zoo
vele keeren werden de kinderen naar
huis gezonden, omdat het hoofd nog
steeds niet genezen was. Indien men
weet, dat sommige kinderen een afstand
van drie kwartier, dus anderhalf uur
heen en terug, moeten afleggen, alleen
om thuis te komen, vertellen, dat „mees
ter nog niet beter is", is het wel ver
klaarbaar, dat de vorige week verschil
lende ouders het blaadje omgekeerd
hebben, geweigerd hebben, hun kinde
ren met de oude boodschap naar school
te zenden en de voorkeur geven aan het
afwachten van een boodschap, wanneer
de school weer wél geopend zal zijn.
DE WETHOUDERS BENOEMING TE
UTRECHT.
Het raadslid W. C. Setteur (rJc.
volkspartij) heeft den volgenden brief
aan den burgemeester gezonden:
„Met mijn voorstel tot het terugbren
gen van het aantal wethouders van
vyf op vier, beoogde ik slechts het doel,
den raad eindelooze en vruchtelooze
stemmingen te besparen, wijl het thans
vrywel is uitgesloten, dat een vijfde wet
houder te vinden zal zijn, terwyi het in
het belang der gemeente is, dat het
gemeentebestuur zyn taak kan begin
nen. Uit de verdediging van mijn voor
stel zou dan oek blijken, dat ik hier
mede bedoelde een tijdelijken maatregel
zoolang, tot een vyf de wethouder te
vinden zou zijn. Want ik blijf nog steeds
de meening toegedaan, dat het belang
der gemeente eischt, dat in het college
van B. en W. vyf wethouders zitting
hebben, nJ. 2 r.k., 2 s.d. en 1 protes-
tantsch-christelijke.
Ik heb tevens de eer u mede te deelen
dat ik aanstaanden Donderdag verhin
derd ben ter raadszitting te komen,
waardoor ik myn voorstel niet kan toe
lichten en het niet zonder motiveering
in stemming wil laten brengen, omdat
het dan niet aan het beoogde doel zou
beantwoorden. Men zou, by aanneming
van het voorstel, zonder meer het aan
tal van vyf tot vier terugbrengen als
blijvende maatregel,, en dara ben ik
tegen. Ik deel u dus mede, dat ik mijn
voorstel intrek".
HOOGLEERAAR IN DE
PSYCHOTECHNIEK.
NIEUWE LEERSTOEL IN
GRONINGEN.
Biykens de ontwerp-Staatsbegrooting
ligt het in het voornemen der regeering
aan de universiteit te Groningen een
leerstoel op te richten voor de psycho
techniek en dezen te doen bezetten
door dr. H. J. F. W. Brugmans, lector
in de paedagogoek en assistent in de
psychologie.
Dr. Brugmans heeft in vereeniging
met prof. Heymans belangryken arbeid
verricht op het gebied van de experi-
menteele psychologie. Hy zal thans de
eerste hoogleeraar in de psycho-techniek
in ons land zyn.
PENSIOENREGELING VOOR SPOOR-
PEKSONEEL.
Wetsontwerpen zijn ingediend tot wij
ziging van de Pensioenwet voor de spoor
wegambtenaren-1925, houdende voorts
machtiging tot het aangaan van een
overeenkomst met de My tot Exploita
tie van Staatsspoorwegen inzake de pen
sioenregeling van het personeel.
In het eerstgenoemd ontwerp wordt
allereerst een wyziging voorgesteld, wel
ke beoogt het aantal leden van de com
missie van Bystand, bedoeld in artikel
6 der Pensioenwet voor de Spoorweg-
ambtenaren-1925 van drie op vier te
brengen, zulks in verband met de om
standigheid, dat onder het spoorweg
personeel meer dan drie erkende vak-
vereenigingen bestaan. Verder wordt
voorgesteld den termijn van Inkoop voor
pension, van tyd in dienst van een Ne
derlandsche Spoor- of tramwegmaat-
schappy, die op 1 April 1926 werd ge
sloten, alsnog tot 1 Juli 1928 open te
stellen en tevens de mogelUkheid te
scheppen om tot 1 October 1928 op vroe
ger afgelegde verklaringen in zake in
koop van diensttijd terug te komen.
De overeenkomst waarvan sprake is,
in het in de tweede plaats genoemde
wetsontwerp, beoogt een wyziging van
de regeling te treffen voor een twintig
tal personen, die onder de redactie eener
thans geldende regeling geen aanspraak
op uitkeering hebben, wanneer zy vóór
den 65-jarigen I^ftijd en zonder inva
lide te zyn uit den dienst worden ont
slagen met aanspraak op pensioen. De
ze personen zouden door omstandighe
den onafhankelijk van hun wil, van de
in de thans geldende regeling bedoelde
uitkeering verstoken worden. Het komt
de regeering billijk voor deze nog zooda
nig aan te vullen dat ook in het bo
venomschreven geval aanspraak op uit
keering kan worden gemaakt en zulks
met ingang van het tydstip, waarop het
vervroegde ouderdomspensioen wordt
verleend.
LUCHTVAART.
TIJDING VAN DE „OISEAU
BLANC"?
EEN FLESCH MET EEN BRIEF
GEVONDEN.
Het Volk schrijft:
Dinsdagmiddag wandelde onze party-
genoote mevrouw IJzerman (de vrouw
van het Tweede-Kamerlid) langs de zee
ten Zuiden van Scheveningen. zy vond
aan het strand een flesch, die bij ope
ning een brief bleek te bevatten van
den volgenden inhoud:
„Nous (volgt een onleesbaar woord)
voyons phare de Calais. Sommes enmer-
rie dans la Manche.
(Wijzien den vuurtoren van Ga
lais. Zijn ln zee gevallen in het Kanaal).
NUNGESSER ET COLL
.a/b „L'Oiseau Blanc".
Deze brief was geschreven op een stuk
papier, dat doorgaans gebruikt wordt
voor het schetsen van kaarten.
Van deze vondst is onmiddeliyk ken
nis gegeven aan den Haagschen hoofd
commissaris van politie. Deze zal een
fotografischen afdruk van het epistel
door middel van het Departement van
Marine naar Frankrijk laten sturen, op
dat de echtheid van de handschriften
kan worden vastgesteld.
Spoedig zal dus kunnen worden uitge
maakt, of men hier te doen heeft met
een ongepaste aardigheid, of inderdaad
met het laatste levensteeken van de
noodlottig omgekomen Fransche Oceaan
vliegers.
De stationschef van Schiphol, de
heer Nieuwenhuis betwyfelde echter ten
sterkste de echtheid van dezen brief.
HAARLEMMERMEER.
Bevallen: J. G. ResoortPaans, d.,
M. KnookGroeneweg, z., H. A. van
AndelMulder d., G. MeinemaBlan
ker fc d.
Overleden: Leonardus Cohen, 58 j.
gehuwd met M. H. du Mosch; Aplonia
van den Heuvel, 64 j. gehuwd met H.
Kaars; Jocob Johan de Nys, 4 j. zoon
van A. de NUs.
Het corloesgederJjteefcee tc Tmoerfwg. d»t Zondes 1» legeewoordigh-W r» premjent Vtra Hiodeniurg eï 'de
Deutsche regeering h ingewijd.
:jze generaal Von Hindenburg te midden van talrijke vroegere legeraanvoerders bij het oorlogsgedenkteelcen té
Tannenberg. Rechts on. generaal Ludendorff (2),