TWEEDE KAMER.
BIOSCOOP
DE KLEEREN
MAKEN DEN
MAN
HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 12 NOV. 1927
II November.
De laatste dag der algemeene beschouwingen.
Dinsdag komt de minister-president aan het woord.
Vandaag voerden het woord de heeren Marchant,
Krijger, Arts, Kersten en Schouten. De coalitie, de
belastingen en het parlementaire stelsel worden
besproken.
Vandaag op de» laat sten dag. dat
de Kamer aan het woord zou zijn, im
mers Dinsdag komt de regeering van
daag zet® de heer Marchant de be
schouwingen voort, die hij gisteren heeft
afgebroken.
Het eerste punt door hem bespreken
vormde de belastingverlaging, dcor den
heer De Geer voorgesteld, een verlaging
op de directe belastingen en niet op de
indirecte betastingen. Dit wraakte de
lieer Marchant. Immers by het sluitend
maken der begrooting door minister
Colijn zyn de indirecte heffingen ver
hoogd en thans worden de directe ver
laagd. Is dit juist en is dit goed?
vroeg de v.-d. spreker. Wanneer de di
recte belastingen worden verlaagd, be
tekent dit toch ock kapitaalvorming,
versterkt dit tcch ook de Ned. positie.
De heer Marchant betwijfelde of de mo-
griykheid van die versterking in géiyke
mate bestaat, bij gr co te verlaging van
de directe heffingen. Immers blijkt niet
telkens, dat het hier bespaarde kapitaal
in het buitenland wordt belegd, waar
door de buitenlandsche industrie wordt
gesteund en de binnenlandsche industrie
benadeeld?
Wanneer de heeren Lovinik en Van
Gyn een tencSenz naar flinke bezuiniging
en versobering van den staatsdienst bij
het huidige ministerie zien. maar nog
geen flinke werkzaamheid, dan onder
streept de heer Marchant deze laatste
klacht met dufctel blauw. Hij act niet
alleen geen genoegzame versobering, hjj
speurt daarenboven de neiging tot uit
breiding van een Staatsdienst. Twee
voorbeelden: de nieuwe drankwet vraagt
aanmerkelijke uitbreiding van ce in
spectie, hes ontwerp tot het ccntrolee-
xen van verpakte geneesmiddelen vraagt
evenzeer meer ambtenaren voor controle.
Dit alles achtte hij zeer verderfelijk, nu
na 1 1/2 jaar voorbereiding de Kamer
nog niets van ce werkzaamheid der ver
sobering heeft gemerkt.
De heer Marchant zag als groot nadeel
van het huidig kabinet, van het inter
mezzo-kabinet, dat het geen program
heeft, dat het niet met een program is
begonnen. Het program immers stri
ae de v.-d. leider in het hebt is in
elk ministerie primair, de samenstelling,
de vorming van het kabinet is secun
dair. Het program is het bindend cement
en moet dat zijn. Zulk een program
ontbrak m het huidig kabinet. De fout.
Vandaar de politieke malaise van het
©ogenblik. Een program kan alleen op
gesteld worden door e.en parlementaire
regeering.
En de heer Marchant laadde de schuld
voor het weinig juiste, weinig aanlok
kelijke van den huldigen toestand: op de
R.-K. Staatspartij, die weigerde samen
te werken mee de v.-d.. en de s.-d. par
tijen; zij richtte zich bij gevolg tegen
het parlementaire stelsel. Verdediging in
feite echterheef dit stelsel noocig. om
dat het stelsel noocig is voor de demo
cratie. Wie het- parlementaire stelsel be
strijdt. keert den volksinvloed zeide
de heer Marchant.
Wanneer ce heer Nolens opmerkt
een opmerking door de heeren Heems
kerk en de Visser onderschreven dat
de samenwerking der rechtsche groepen
de beste waarborgen biedt, voor een al
zijdige behartiging van 's landsbelangen.
dan noemde de heer Marchant dat niet
meer dan een phrase. Een phrase,
omdat de coaütie niet leeft in het volk,
omdat de coalitie het recht niet hand
haaft. Heeft vroeg hij de vroe
gere regeering het recht gehandhaafd
bij de verdediging van de Duurtewet,
bij de verdediging der intrekking van
art. 40. Wanneer er een wensch is naar
herstel van de coalitie, dan is de oorzaak
daarvan alleen het wenschen van een
ma*1 mum van invloed, een begeerte
naar macht. Het volk vraagt wat an
ders zekie de heer Marchant het
volk vraagt ontwapening, democratie,
en niet een binden der landsbelangen
aan die der economisch sterken. Er
groeit iets anders in de wereld, dan dat
waarop de rechtsche partijen de coalitie
willen herstellen.
Dc heer Marchant begreep de aan
vallen van de A.-R. en G.-H. groepen
en sprekers op minister Lambooy niet.
Immers wordt de heer Lambooy niet
ondersteund dcor den heer De Geer en
naar het wezen door den beer Colijn?
De coalitie wees daarom de heer Mar
chant ook af, omdat daarin innerlijke
eenheid moet ontbreken. Merkt men tel
kens niet op, dat de c.-h. en de a.-r.
groepen zich een beetje gecompromit
teerd gevoelen, wanneer zij spreken van
de R.-K.? De heer Lingbeek genoot by
deze wcorden.
Een coalitie-kabinet aldus besloot
de heer Marchant deugt niet, omdat
't niet wortelt in ons volk.
Op een laatsten dag van algemeene
beschouwingen verschijnt er ook „bij
werk". de voorloopers van de repliek,
wanneer na de leiders der fractie, de
leden zich reeds in de discussie men
gen. om ontvangen slagen te pare eren.
Bijwerk leverden de heeren Kryger en
Van Rappard.
De heer Kryger opponeerde tegen
den heer Lingbeek, de heer van Rap
pard tegen den heer Schaper.
De heer Krijger wraakte het beroep
van Ds. Linkbeek op Groen van Prin-
sterer. Met vele citoten uit Groan's wer
ken betoogde hij, dat elk beroep op
Groen van Ds. Lingbeek, fout ging, wan
neer hU daarmede bewijzen wilde, dat
de houding van Kuyper en Lohman in
hun samengaan met Rome door Groen
van Prlnsterer zou zyn veroordeeld:
Groen heeft de samenwerking met Ro
me steeds gebillijkt. En evenzeer citeer
de de heer Krijger Groen van Prln
sterer om uit diens geschriften te doen
zien dat Groen ook wilde den strijd, dien
Schaepman, Lobman er. Kuyper voor de
Chrl .olijke Schccl hebben gevoerd.
De heer Van Rappard stelde tegen
over des heeren Schaper's aanval op
den heer van Gijn die op loonsverla
ging voor de arbeiders aandrong, om
dat dit de prijzen zou doen verlagen
een tegenaanval, door de S.-D. te verwij
ten dat zy het geluk der plattelands
bevolking opofferen aan het S.-D. par
tybelang. omdat de gezindheid van de
plattelandsbevolking gevoeld wordt als
een bedreiging voor den S.-D. invloed.
De heer van Rappard stelde tegenover
elkaar de lage loonen ten plattenlande
en de hooge loonen der industrie-arbei
ders, stelde ook tegenover elkaar de
hooge loonen hier te lande en de lage
over de grenzen. In beide gevallen wilde
hij de uitzonderingsposities opheffen.
Omdat dit den lande sou ten goede ko
men.
Vandaag heeft de Kamer ook twee
redevoeringen gehoord van voorzitters
van twee kleine groepen, van de RE.
Volksparty en van de Geref. Staatspar
ty, van de heeren Arts en Kersten.
De heer Arts stelde op den voorgrond,
dat hy evengoed Rcomsch-Katholiek is,
als de leden van de R.-K. Staatsparty.
Hy laakte den heer Lingbeek om diens
feilen aanval op de R.K.. Zoo slecht als
Ds. Lingbeek de R.K. voorstelde ls het
heusch niet zeide de heer Arts
in de R.-K. provincies is het samenle
ven tusschen de R.-K. en de Protestan
ten zeker niet slecht. Wanneer de zuide
lijke provincies iets gevoelen van afzy-
zigheid tegen de Nocrdelyke provincies,
dan achtte de heer Arts dat te ver
klaren uit een uitblijven van steun voor
land en industrie, die- beide door de
zuidelijke provincies als zoo noodig
worden gevoeld.
De Kamer staat onder curateele van
het huidig kabinet meende de heer
Arts daaraan is alleen te ontkomen
wanneer de daartoe aangewezen groe
pen elkaar de politieke hand reiken. Dat
moet, wil het aanzien van het parle
ment toch reeds zoo benadeeld niet
nog meer dalen.
Welke groepen moeten nu elkaar de
hand reiken?
Op deze vraag gaf de heer Arts
slechts een negatief antwoord. Hy acht
te een samenwerking wenschelyk tus
schen de drie rechtsche groepen, wan
neer deze dan maar het yrogram zouden
uitvoeren van de R. K. Volksparty. En
dit zag de heer Arts nog niet zoo spoe
dig gebeuren. Integendeel: hy klaagde
ernstig over wat de coalitie had nagela
ten. Zy was niet democratisch geweest
en de R.K. missionarissen waren niet
vrij in hun missiearbeld. En van de
C.-H. is niet te wachten een medewer
ken aan het herstel van het gezant
schap bij den pauselyken Stoel. Het
R.K. Volk kan om dit alles coalitie niet
bewonderen.
De heer Arts behoeft om dit alles voor
1929 zich niet warm te maken. Im
mers, betoogde hij komt er een coa
litie, dan kan dit alleen de R.K. Volks
partij ten goede komen.
De heer Kersten heeft de principes
van zijn groep nog eens geteekend. Hij
eischt van elke regeering, dat zij de
beide tafelen der tien geboden hand
haaft. En aanvaardt het parlementaire
stelsel, omdat dit het despotisme te
genhoudt. De spreker onderstreepte dit
met een citaat uit een zeer oud boek
me: klampen Ds. Kersten kon het
werk haast niet torsen we gelooven
uit de allereerste uitgave in het Hol-
landsch van Calvyn's „Institutio".
Wanneer aldus de leider der
Geref. Staatsparty de overheid de
wet der tien geboden niet houdt, ook in
het Staatsleven, dan kan het volk daar
mede niet gebaat zyn.
De oude belijdenis der Geref. Vaderen
vindt Ds. Kersten niet by de A.-R.
groep, omdat deze de Kerk uitschakelt,
omdat zy samenwerkt in een coalitie,
die toelaat wat God verbiedt, die het
Pantheïsme toelaat, die de vrijdenkers
toelaat, die het Nieuw-Malthusianisme
werken laat. En daarenboven: zy laat
Rome werken, Rome, dat niet verandert
en nooit verandert. Daarom achtte de
hf.tr Kersten zich gelukkig, dat hy ook
op 11 Nov. inderdaad de dag van
Kersten was jarig! had de heer
Kersten daarom tot den laatster, dag der
rlgemeene beschouwingen met zyn t%-
Cvoering gewacht? de coalitie gebro
ken bad. Hij hoopte nog op een ople
ving van de ware Chr. politiek. Zouden
o rechtsche groepen de coalitie-ge
dachten loslaten dan eerst ls er moge
lijkheid van groei voor het Protestan
tisme.
Weinig tijd was den heer Kersten ge
laten voor zijn oppositie tegen het 7de
leerjaar, tegen de vaccinatie, tegen de
Zcndagsontheiliging. tegen de verzeke
ring. De punten zooals onze lezers
weten waarop de heer Kersten steeds
weer terugkomt.
De slotredevoering werd gehouden
door den a.r. heer Schouten, die de fi-
nancieele opmerking ender a. r. fractie
heeft geplaatst.
Den heer Schouten was door de
loffelijke rantsceneering van tyd nog
maar weinig tijd gelaten. In telegram
stijl maakte hy zijn opmerkingen, die
wij even kort weergeven.
De a.r. spreker wenschte niet te veel
menschen in staatsdienst orgenomen te
zien als werkend op arbeidscontract,
omdat wanneer een arbeid een blyvend
karakter heeft men in blijvenden staats
dienst moet worden opgenomen.
Over de salariskwestie wenschte de
heer Schouten niet te spreken hy
keurde het af. dat er over gesproken
werd, omdat deze kwestie in het Geor
ganiseerd Overleg kom» en men in de
Kamer de discussie daar niet als 't
ware moet voorbereiden.
Over de fiaancieele verhouding tus
schen Ryk en gemeenten het woord voe
rende. verwachtte ook op dit punt de
heer Schouten geen antwoord, maar hij
wenschte dan toch alvast te betoogen,
dat hy nooit zal medewerken tot een
centraal beheer van de gemeeutefi-
nanciën, omdat dit de gemeenteiyke
autonomie doet uitschakelen en omdat
dit de verantwoordeiykheld der gemeen
tebesturen voor het welzyn der gemeen-
teiyke financiën niet versterkt.
Voorts kwam de heer Schouten op
tegen de voorstelling, dat de toestand
der landsfinanciën rooskleurig is. Een
dergeiyke voorstelling kweekt een
mentaliteit, die het bereikte evenwicht
al heel spoedig weer zou doen verbreken.
In het algemeen stemde de heer Schou
ten in met de verlaging van de ryks-
inkomstenbelasting. Hy hield den heeren
van Vuuren en Fleskens. die om rui
mere maatregelen voor de groote gezin
nen hadden gevraagd, voor. dat zy er
wel aan moesten denken, welke de ge
volgen daarvan weer zouden zyn voor
de financiën der gemeenten.
De heer Schouten maakte ook enkele
politieke opmerkingen. Hy begreep niet
hoe de s. d. a. p. zoo op de verschillen
tusschen de drie rechtsche groepen den
nadruk legde, terwyi er zooveel mogeiyk
verschillende zienswijzen in de S. D. A.
P. zelve waren op te merken. En van
den heer Kersten werd niet begrepen,
dat hy op het parlementaire stelsel
een lofspraak hield, terwyi hü niets
deed om dat parlementire stelsel te be
vorderen. De rede der Geref. Staats
partij noemde de heer Schouten ver
warrend.
De minister-president Is zyn groote
antwoord-rede aangevangen mot en
kele losse opmerkingen, om a.s. Dins
dag zyn hoofdbetoog te houden.
De heer de Geer stelde vast, dat hy
als opvolgend minister zich had neer
te leggen by een fait accompli de in
trekking van de garantie van art. 40
ook al zou hy die garantie zelve
nimmer hebben weggenomen. Hy stelde
ook vast, dat een minister, die een com
missie van advies benoemt, zoowel voor
de instelling daarvan als voor den
richtigen inhoud van wat ten slotte
mede gevolg is van het advies, volle
dig verantwoordelyk is.
INTIMUS.
Lux or-Th eater
„Hoop" is een der belde groote num
mers die deze week in dit theater ver
toond worden. Het is een alledaagsche
en toch treffende geschiedenis. Het ge
geven is ontleend aan het bekende
schildery van G. F. Watts en het Is de
geschiedenis van een jonge visschers-
vrouw die naar de terugkomst van haar
man zit uit te kyken. Als ze hoort dat
hy verongelukt is, maar toch weerkomt
zegt ze, dat ze altyd nog hoop had. Het
verhaal wordt gedaan aan een jonge
vrouw die zegt dat na alle mogeUjke te
genspoeden er voor haar geen hoop
meer is.
Dit is één van de interessante num
mers die gegeven worden, Het tweede
hoofdnummer draagt tot titel: „In den
maalstroom eener wereldstad" en geeft
de geschiedenis van een onbedorven
jongen van het land, die naar Parys
gaat om daar de schilderschool te gaan'
bezoeken. Hy valt in de strikken van
een danseres, die hem echter later, als
ze weer naar haar vroegeren vriend te
rugkeert, geheel links laat liggen. Na
veel gebeurtenissen wordt de danseres
vermoord, maar de verdachte, de moe
der van den jongen schilder, die in-
tusschen geheel aan lager wal is ge
raakt, blijkt niet de schuldige te zyn.
Het is een verrassende ontknooping. Dit
is een nummer waar men met genoegen
naar kijkt, want aankleeding. costumes
enz. is alles even schitterend. Ook voor
het spel, vooral voor de beide hoofdper
sonen André la Fayette als de danseres
Yvette de Valombes en Ernst Verebes
als Gaston Ravel, niets dan lof Ook
voor de overige medewerkenden een
woord van weerdeering.
De wekeiyksche Pathé-revue was
weer Interessant en het Luxor-Nieuws
bevatte veel dingen van den dag en liet
ons een wereldreis maken.
De komische film „Wat nu?" was van
de goede soort.
Voorts verdient de muziek een pluim.
Ook was er weder iets moois voor
de dames: de Mode.
Alzoo weder een programma, dat veel
belangstelling verdient.
Scala-Theater.
Vol grappige originerie vondsten zit
de nieuwe schets, waarmee Mie en Ko
deze week kamen. Het is weer een greep
uit het Jordaanleven, wel sterk ge
ïdealiseerd maar toch door de taal en
uitdrifkkingen, door de wijze van optre
den. reëel. Het humoristische, dat de
volkstaal kenmerkt biyft behouden, tot
in de droevigste scènes. Een staaltje van
den volksaard: Mie en Trui. haar doch
ter. zitten te klagen over Mooie Karei,
de man. die zoo schandelijk slecht voor
Trui is. Als hij dood was. zou ik er geen
traan om laten, zegt Trui. en Mie merkt
op: „alleen maar levertraan", hetgeen
zoo geheel uit den toon valt. dat ieder
bezoeker in een schaterlach schiet. Maar
als dan de bemoeizuchtige buurvrouw
van boven komt. en schijnheilig vraagt,
of er wat aan de hand is, nemen beiden
het nog voor Mooie Karei op en er volgt
een kostelijke fcuurvrouwenruzie. By al
het droevige is Ko de gtoote optimist,
die zyn eigen weg maar gaat en alles op
maakt wat hy vindt. Ko geeft allerlei
verrassende wendingen aan de zaak.
romantiek, die in deze schets zit nemen
wy graag op den koop toe, omdat er zoo
ten volle gelegenheid is voor alleraar
digst spel. Mie en Ko, die bijna elke
week een nieuwe schets moeten produ-
ceeren, hebben biyk gegeven nog niet
uitgeput te zijn. Mevr. De Vries, de heer
en mevr. Calvé, de heer Busch, Jan
Chanson, allen oude bekenden werkten
weer mee aan het succes.
„Stormwind" is een renbaanpaard. dat
niet tegen rook kan: een eigenschap,
waarvan de vijanden van zijn baas lis
tiglijk gebruik maken. Men begrijpt, dat
de film daardoor vol verwikkelingen
wordt, die spannend zijn om te volgen.
Kijkjes 'op renbanen zijn er in over
vloed.
Rembrandt-Theater.
Er zyn voor de bioscoopliefhebbers
zoo bepaalde namen, die het „doen" en
daartoe behoort op een der eerste plaat
sen „Pola Negri's naam, en na wat we
weer van haar in .Hotel Imperial" ge
zien hebben, mogen we wel zeggen, te
recht. „Hotel Imperial" geeft een epi
sode uit den grooten oorlog. De Rus
sen bezetten een Oostenryksch plaatsje
en hebben hun hoofdkwartier opgesla
gen in „Hotel Imperiaal", waar het
dienstertje direct het hart steelt van
den Russischen generaal.
Van het voor de overmacht vluchten
de Oostenrijksche leger ls een officier
door een val van de rest van zijn ka
meraden afgeraakt. Hy zoekt ergens
een schuilplaats en valt doodeiyk ver
moeid in slaap op een sofa. Die sofa
staat in Hotel Imperial en den volgen
den morgen vindt het dienstertje hem
daar. Zij begrijpt welk gevaar de sla
pende officier loopt als hy daar blijft.
Ze brengt hem met den portier naar bo
ven naar de kamer van den juist ge-
vluchten kellner. Als de officier ont
waakt en weg wil gaan weet zij hem te
beduiden, dat zijn-nu-heengaan een ze
keren dood voor hem beteekent. zy
haalt hem over de plaats van den ver
dwenen kellner in te nemen. Als be
dienend kellner hoort hU veel van de
vijandelijke plannen, en als een geheime
boodschapper in het hotel komt om
den generaal berichten over de Oosten
rijkers te brengen, waardoor er duizen
den Oostenrijkers zouden sneuvelen, be
denkt hy zich niet lang en schiet hem
dood in zi)n bad Als verdachte voor
den krygóiaad gebracht, wordt hy op
schitterende, zelfopofferende wyze ge
red door Ann, het dienstertje, dat nu
van den generaal de grootste verne
deringen moet ondervinden. Ze ziet
kans hem te helpen ontvluchten. Het
lukt hem zich weer by zyn regiment te
voegen en door zyn aanwyzingen en
inlichtingen, in Imperial opgedaan, Ja
gen de Oostenrykers nu de Russen op
de vlucht en zien we den biyden intocht
van het zegevierende leger. Na de plech
tige godsdienstoefening wordt de ex-
kellner gedecoreerd door den generaal,
hy brengt de hulde over op Ann, die de
plechtigheid bijwoont, waarna ook Ann
gehuldigd wordt. Gelukkig een biy
einde na al die spanning en opwinding.
Pola Negri als Ann, Edmund Lowe als
de officier en de generaal van het Rus
sische leger, het was allemaal mooi
spel.
Het Rembrandt Nieuws geeft kükjes
van hier en daar. jammer, dat de
beelden zoo nu en dan wat te vlug ver-
dwynen om ze goed op te nemen. Als
extra nummer ging „Waar zit de heer"
Een allermalst ding, waarom gescha
terd is.
De „The Balzar Sisters" zyn een paar
zeer origineele tooneelzusjes. Wat zy al
niet bedacht hebben, waarby ook de
sterkte en de kracht van haar gebit
goed uitkomen. Zy laten zich aan haar
tanden aan een tweearmlge lamp op
trekken. Zoo hangend ontdoen zij zich
van haar avondtoilet en vertoonen zich
in haar tooneelcostuum. Maar van al
haar verschillende toeren is m.i. verre
weg het mooist het laatste, wanneer
zij aan haar tanden hangend aan de
ronddraaiende lamp over het tooneel
zweven als vlinders, of feeën. Dat i3
ook, uit artistiek oogpunt, wat stand
en houding betreft, prachtig.
Cinema Palace.
„De maker van deze film, de heer
Tassilo Adam, heeft volle vier Jaar noo
dig gehad," zoo deelde de directie van
de Cinema mede, „om zulk een unieke
film van Java te kunnen samenstellen".
Dit sloeg op de Indische film „Ma-
taram" en wij gelooven gaarne dat er
bij die vier Jaar r.iet één gejokt is. Want
dit is inderdaad een film, waaraan tyd
noch moeite om van de kosten nog
maar niet te spreken gepaard zijn.
Deze rolprent geeft een prachtig beeld
van Java, een beeld van de Inlandsche
industrie, van het volksleven, van de
volksfeesten, van den landbouw zooals
die in Indië wordt beoefend, de hier
woeste daar liefeiyke natuur in ons
Insulinde en ook van de verhouding
tusschen de Indische vorsten en de be
volking en de feesten die aan de ho
ven dier vorsten worden gegeven. Met
recht mag hier van „een standaard
werk van ons eigen Insulinde" gespro
ken worden.
Het andere hoofdnummer „De laat
ste wals" doet in de eerste plaats de
regie van Dr. A. Robinson alle eer aan.
De buitengewoon weelderige escèneering
maakt „De laatste wals" tot een kost
baar en kosteiyk filmwerk en de smaak
volle interieurs zyn alleen al de moeite
van het aanzien ten zeerste waard. De
spannende inhoud verdient evenzeer de
aandacht, nu en dan is een werkelijk
dramatische situatie geschapen, die niet
nalaat indruk te maken. Tenslotte zal
de gelukkige ontknooping een ieder die
de geschiedenis heeft gevolgd bevredigd
hebben. En het spel der hoofdpersonen
boeit van het begin tot het eind; eerste
krachten hebben aan deze rolprent
medegewerkt.
„Alice in de Wildernis" is een gees
tig teekenfilmpje, waarvan de samen
stelling heel wat tyd aan den teekenaar
zal hebben gekost.
Oe onthulling van het monument, dat ter eere van den
Hongaarsehen vrijheidsheld Kossuth te Boedapest is opge
richt, geschiedde door den, ook hier te lande welbekenden,
graaf Albert Apponyl. Hier ziet men den grijzen staats
plan tijdens de feestrede.
DE ZENDINGSFILM
WARTA SARI.
In de aula van het Kennemer Lyceum
is gisteren voor het eerst de zendings
film Warta Sari vertoond, 's middags
voor leerlingen van het Lyceum en
's avonds voor een publiek dat belang
stelling heeft in de zending in onze ko
loniën. i
De film kan een prachtig, onmlddel-
iyk werkend propaganda-middel zyn.
Dat kwam ook duideiyk uit bij de ver
tooning van Warta Sari, waarin het
werk van de protestantsche zending
voornamelijk in Oost Java op zoo
treffende wijze in beeld ls gebracht.
Neem maar dadeftk de op het doek ge
projecteerde cyfers! Ze maken door de
suggestieve wyze, waarop zij ons voor
oogen worden „getooverd" veel meer
indruk, dan wanneer men ze in een
nuchter verslag of rapport leest. Dc
denk hier byvoorbeeld aan de vier geld
zakjes, waarop vermeld stond, dat in
Nederland voor drinken 118 millioen,
voor rooken 130 millioen. voor pleizier
ik meen 45 millioen en voor de
zending slechts 1 millioen per jaar
wordt besteed. Zulke cijfers .spreken",
bereiken direct hun doel. Zoo ook de
cyfers, welke den groei in den loop der
jaren aangeven van het aantal zen-
lingsscholen en het aantal leerlingen
in 1924 meer dan 4400 leerlingen die
duideiyk een denkbeeld geven van de
snelle ontwikkeling van het zendings-
onderwijs. Deze cyfers vormden echter
maar een klein onderdeel van de zen
dingsfilm. Hoofddoel van Warta Sari is
natuurlijk het publiek in Holland ter
propageering van de zending het een
en ander van het werk onzer zendelin
gen in Indië te laten zien. En daar
mede tegeiyk iets van dat prachtige
land, waar de zeuding werkt.
De heer Ochsen, een der directeuren
van de „Polygoon" die deze film ver
vaardigde, heeft voor een zeer gelukkige
afwisseling gezorgd, zoodat het volgen
van het zendingswerk op het doek een
werkelijk genot schenkt zoowel voor
hen, die Indië kennen als voor de veel
grootere massa, die nooit in Indië is
geweest. Hoe interessant is dadelyk
reeds het eerste dcc!, de reis van een
zendeling naar Batavia met gezichten
op de Needies. Gibraltar, Algiers, Ge
nua. Pert Said, het Kanaal van Suez.
Colombo de laatste vooral zeer
Het Veiligheidsmuseum te Amsterdam
herbergt op het oogenbllk een internatio
nale tentoonstelling van veiligheidsplaten,
die Woensdag door den directeur-generaal
van don Arbeid, C. J. Ph. Zaalberg, is
geopend. Een hoekje van deze, veiligheid
predikende expositie.
mooi! en de aankomst te Tandjong
Priok! Dan volgde het eigenlijke zen
dingswerk, voornameiyk te Modjowemo
ou Oost-Java, het centrum der pro
testantsche zending. Wat de zending
doet voor het onderwys. voor hygiëne,
armenzorg, ziekenverpleging, opleiding
van vroedvrouwen en verpleegsters, het
wordt op interessante wyze in beeld ge
bracht. De heer Ochsen zorgde er voor
door groote afwisseling in de beel
denreeksen dat de belangstelling tot
het eind toe blijft.
Hoe aardig bijvoorbeeld die Javaan-
sche kindertjes in hun kinderspelen te
zien! En toen ds baby-kamer met die
kleine, ernstig kykende Javaansche kin
dertjes op het doek verscheen, was er
merkbare vreugde bU het publiek!
Het komisch element kregen wy in de
vertraagde film. Welk een „stemming"
was er in de kerkgang, den kerkdienst,
de kerkeraad3zitting. de huwelyksinze-
gening en de ..doopplechtigheid.! Want
hierin lag dan toch de kern van het
zendingswerk. En het slot de reis
van den zendeling Schuurman
lar.gs het Zuidergebergte op Zuid-Java
gaf een opvolging van natuur-tafereelen
zóó overweldigend mooi, dat het voor
velen een openbaring zal zyn geweest.
De film Warta Sari zal ons Neder-
landsch publiek niet alleen met eerbied
voor het werk der zending in onze kolo
niën vervullen, zy zal het tevens eenig
idee geven van de ongekende schoon
heid van het tropenland.
Wy woonden de vertooning der film
op gistermiddag voor de leerlingen van
het Kennemer Lyceum by. Dat de
draagkoelie Pak S o e n door het
Jeugdig publiek met een hoeratje werd
begroet, was begrypelUk. Wie draagt er
in Holland een zoo „sprekenden" naam!
Aardig was het applaus, dat opging,
toen de zendeling F. van Hasselt op het
doek verscheen. Het was een bewys
dat zyn interessante voordracht over
het zendingswerk in Nieuw Guinea,
drie jaar geleden voor de leerlingen ge
houden, nog niet vergeten was.
Een bijzondere attractie vormde bij
deze film-vertoon ing de wel zeer muzi
kale begeleiding door een leerling van
het Kennemer Lyceum, Dat was waar-
lyk verrassend en verhoogde de belang-
ryklieid van dezen middag.
Maandagavond wordt de film Warta
Sari vertoond in de groote zaal van het
Gemeentelijk Concertgebouw! Dat de
belangstelling voor deze film groot zal
zyn is w:! zeker.
J. B. SCHUIL.
GOED VERZORGD
DRUKWERK VERGROO' L'V
OMZET
VOOR GOED
VERZORGD DRUKWERK
Y
i
DRUKKERIJ
LOUREWS COSTER
SS HAARLEM