BU1TENLANDSCH OVERZICHT N.V. GERARD. A. VAN DER STEUR'S KLEERMAKERIJ Fa. A nion de Rooij Haarlemmer Halletjes HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 3 DEC. 1927 DERDE BLAD NIVELLEEREND WERK IN GENèVE. Het arbeidsprogrcm. WELKE PERSPECTIEVEN OPENT DE VEILIGHEIDSCOMMISSIE? ItaliëFrankrijk- Albar.ië. -Yoego-Slavië en T BELANGRIJKSTE NIEUWS. De zitting van gisteren ter ontwape ningsconferentie heeft een nivelleerende beteekenis gehad. In de eerste plaats, omdat de veiiigheidscommissie het ar- beidsprogram indiende en omdat dit program in een reeks van artikelen het perspectief op het werkterrein opent, dat nog zoo goed als geheel braak ligt. In dit stadium komt nog eens goed aan het licht hoe dolzinnig en paradox het Russische plan was. Want met de beste wil van de wereld (of die wil in letter lijken zin zoo best is valt nog te be twijfelen) kan men het nu niet verder brengen dan: het sluiten van arbitrage- verdragen, het bekendmaken van den «tand van de bewapeningen, het uitbren gen van rapporten, en het bestudeeren van de bestaande bedragen. Deze rubrie ken en het bestudeeren van verschillen de gegeven toestanden, waarbij beoor deeld moet worden bijvoorbeeld wie aan valler is, in hoeverre een aangevallen etaat financieel gesteund moet worden frvr. maken het program uit de veiiig heidscommissie. Ook deze vorm van kristallisatie om bet zoo maar eens te noemen, behoort tot étappes die de ontwikkeling van de vredesgedachte vormen. En al voelen wij veel voor de gisteren door Marinkowitsj geuite klacht dat de Volkenbond, on danks haar deugden, nog maar zeer on voldoende garantie biedt, wij mogen toch niet vergeten, dat het proces der algemeene toenadering slechts langs zeer subtiele lijnen van geleidelijkheid zich kan ontwikkelen. Daarvoor immers zijn te veel zeer uiteenloopende be langen bij Genève gemoeid. En wij wil len gelooven met vele voorzichtlgen dat te bruus&e pogingen het teere webbe, dat de algemeene vredesgedachte nog te, zou kunnen verscheuren. Natuurlijk heeft Marinkowitsj van de geboden gelegenheid gebruHc gemaakt om het verdrag Prahkrijk-Yoego-Slavië te verdedigen, en daarbij te doen uitko- me ndat geen Kroaat, geen Sloween en geen Serviër er aan denken Albanië den oorlog aan te deen. Het is goed dat Marinkowitsj een vriéndelijke gedachte aan Italië heeft gewijd. Doch niemand wil gelooven dat het verdrag Yoego-Slavië Frankrijk gezien naast het onlangs aangevulde verdrag van Tirana: (Italië-Albanië) een garan tie voor den vrede is. F. A. De Litausche kwestie. Pilsoedski's venklaring dat hij na be richt te hebben ontvangen van de Li tausche mobilisatie, een heelen nacht had gedacht ever de mobilisatie van het Poolsche leger, heeft onder de Vol kenbondsleden beroering veroorzaakt. De zegslieden der Duitsolie en Rus sische delegaties gaven tegenover den correspondent der „United Press", aldus de Tel. als hun heenlng te kennen, dat Pilsoedski's uitlating „een poging is om pressie te oefenen op den Bond en fei telijk aankondigt, dat Polen moeilijk heden zal veroorzaken als de Bondsraad er de volgende week niet in slaagt het Poolsch-Lilausch conflict ten gunste van Polen te beëindigen. Litwinof sprak Pilsoedski's bewering tegen, dat Woldemaras tot het mobiü- seeren ran het Litausche leger was overgegaan. Zaleski en de mili' taire maatregel in Litauen. De Warschausche correspondent van het „Berliner Tageblatt" heeft een on derhoud met den Poolschen minister ran Buitenlanasche Zaken. Zaleski, ge had, vóór diens vertrek ter bijwoning der aanstaande zitting van den Vol kenbondsraad waarvan de Tel. hot vol gende verneemt. Op de vraag van den correspondent, of te Genève rechtstreeks bespre kingen tusschen de Poolsche en Litau sche delegaties ter zake van het beken de conflict zullen plaats vinden, ant woordde de minister, dat zulks niet waarschijnlijk is. Wat de kwestie der Litausche emi granten betreft, verklaarde Zaleski, dat Polen hun het asylrecht niet kan wei geren. Polen waakt er echter voor, dat de emigranten zich niet concentreeren en aan de Poolsche regeering in politiek opzicht geen onaangenaamheden bezor gen. Tenslotte verzekerde hij, dat maar schalk Pilsoedski vast voornemens is naar Genève te gaan, waaraan hij toe voegde alle aanleiding te hebber, om te hopene dat het Poolsch-Litausche con flict een bevredigende oplossing zal krijgen. De correspondent te Kowno van het zelfde blad seint, dat het opperbevel over net Litausche leger in handen van den opperbevelhebber Sjoekaukas is overgegaan. Het overnemen van het opperbevel uit handen van den minis ter van Oorlog geschiedt in Litauen slechts Ingeval van een oorlog of indien de staat van beleg is afgekondigd. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cent» per regeL TWEEDE KAMER 2 December. Financiën. Welke accijns moet verlaagd worden? De oud-gepensionneerden. De minister wil een kleine commissie benoemen, die een onderzoek heeft te doen naar de mate van clandestiene drankaanmaak. De behandeling van de begrooting voor Financiën werd een technische be handeling over een veelheid van onder werpen. Welke accijns moet er verlaagd wor den? De minister wil geen enkele accijns verlagen: voorloopig blijft hij bij zijn inkomsten-belasting-verlaging. De heer Oud onze lezers weten *t reeds wil de vleesch-accijns vermin deren met den heer van R3ppard. Ook de heer Win termans voelt daarvoor, vooral om de positie van de Nederland- sche vleeschproducten te versterken. Maar deze kwestie komt later bij de mo ties Oud en van Rappard ter sprake. De heer J. ter Laan gevoelt veel meer voor verlaging van de thee-invoerbelas- ting. dan voor vleeschaccijns-verlaging. omdat ger.e van grooter beteekenis is voor den arbeidenden stand. Vele afgevaardigden vandaag weer de heeren Staalman en Suring hebben gevraagd om verlaging van den drank- accijns, omdat zij daarin een sterk mid del'zien om aan den clandestienen drankaanmaak met al zijn slechten in vloed op het moreel van ons volk, een stevigen hinderpaal in den weg te stel len, maar ook om aan den sterken smok kelhandel aan de Belgische grens een eind te maken. De heer Langtnan bekend drank bestrijder kwam daartegen op: hij geloofde, dat er wat t e veel ophef wordt gemaakt van den clandestienen drank aanmaak. „Alsof er vroeger ncoit clan destien drank werd aangemaakt, alsof er vroeger nimmer drank gesmokkeld werd". Hij betoogde verder, dat het be wezen is. dat verhooging van den drank accijns grooten invloed heeft op de ver mindering van het drankgebruik. Daar om wilde hij ook den Staat niets doen inboeten van zijn inkomsten. Kleinere opmerkingen rijn genvaakt. Klaagde de heer Arts over een te kort kernen van de wet op de Inkomsten belasting, wat betreft het achterhalen van belastingontduiking, de heer J. ter Laain noemde de ongebouwde eigendom men in de parsoneele belasting veel te laag en de heer Fleskens Maagde er over. dat belastingambtenaren van het boekenonderzoek, dat. zij instellen bij een belastingplichtige, om diens aangifte te controleeren misbruik maken, ten een- de daarbij gegevens ic verzamelen over de inkomsten van anderen en hij klaagde er ook over. dat belastingambtenaren bij boerenleenbanken onder andere voor geven materiaal verzamelen over het bezit van de inleggers. Een soortgelijk geluid deed de heer Braat hoeren, toen hij de belasting-ambtenaren scherp ver weet. dat zij den boerenstand trach ten te benadeelen. De heer L. de Visser zag heel geen reden om Wilhelm II1 vrijdom van belasting te geven wegens diens .gedwongen" verblijf in Doorn. Het „pièce de milieu" was de kwestie der oud-gepensionneerden. Onze lezers weten, dat de oud-gepensionneerden (de genen die dus niet vallen onder de nieuwe pensioenwet en volgens de door hen in werkelijken dienst genoten sa larissen werden gepensionneerd, vóór dat de salarissen verhoogd zijn gewor den) in 1920 hun pensioen met 40 vermeerderd zagen. Onder deze oud- gepensionneerden zijn ambtenaren, met hocge inkomens uit anderen hoofde. Maar onder deze oud-gepensJonr.eerder. zijn erock velen, die het om het zacht te zeggen niet breed hebben. Voor deze groep nu heeft minister De Geer een stichting bij de wet in het leven geroepen, die met het door de N.O.T. overgelaten geld, ondersteunt waar dit noodig is, volgens de metho den van het Steuncomité. De heeren K. ter Laan. Eraambeek. L. de Visser en Joekes. betoogden, dat het werk dezer Stichting armenzorg is en bedeeling. Met liet hatelijk karak ter, daaraan verbonden. Vandaag kwam een motie K. ter Laan luidende: „De Kamer van oordeel. dat de pensioenen der z.g. oud-gepensionneerden en van hun weduwen en weezen dienen te worden herzien en dat de weduwen van voor 1909 geper.sionneerden, alsnog in de wet behcoren te worden opgenomen, ncodlgt de regeering uit de indiening van wet telijke maatregelen ter zake te bevor deren en gaat over tot de orde van den dag". Deze motie wezen de heeren Van Gijn, Suring en J. J. C. van Dijk vol komen af. De heer van Gijn achtte geen enkel recht of aanspraak bij de oud-ge pensionneerden aanwezig. Hoevele bur gers zitten niet te tobben met finan- cleelen achteruitgang als gevolg van de waardedaling van het geld. Helpt de Staat deze menschen? En toch zou ook uit hun beurzen de 30% ran de motie- Oud moeten komen. De heer Suring zag als groot be zwaar van de motie-Oud, dat het geen rekening houdt met de verhoudingen. Volgens die motie zouden zonder eenig motief een aantal Kamerleden hun inkomen met f 600 a f 900 zien toenemen. Volgens die motie zouden de weduwen van vroeger gepensionneerden meer inkomen krijgen dan de weduwen van thans gepensionneesden. Wat de motie-K. ter Laan aangaat, daaraan achtte de heer Suring reeds voldaan door de Stichtingswet. De heer Joekes viel diegenen aan. die betoogden, dat velen vechooging krijgen. d!e het niet noodig hebben, wanneer de motie-Oud zou uitgevoerd worden. Omdat er reeds in de wet van 1920 een bepaling werd opgenomen, die de verhogoing deed e::id:gen. zoodra liet pensioenbedrag in totaal meer dan f 4000 zou belcopen. De minister deelde mede. 5n zijn ant woord allereerst dat hij met een voor stel komen zal om de herschatting der huurwaarde voor de personeele belas ting niet op 1 Jan. 1928. maar op 1 Jan. 1929 te doen plaats hebben. Over den vleeschaccijns sprak de mi nister niet, omdat de accijns op geslacht later behandeld wordt, wanneer de moties-Oud en van Rappard aan de orde zijn. De minister deed de Kamer wel opmerken, dat er geen keus Is voor de Kamer tusschen verlaging van de inkomstenbelasting en verlaging var. den vleeschaccijns. Wanneer de Kamer onverhoopt des ministers voorstel niet aanneemt, dan heeft de minister nog wel een ander plan. Welk dat is verna men wij niet! De minister drong er op aan, het overschot op de begrooting, dat met heel voel moeite Is verkregen, zoo spoedig mogelijk door belastingverlaging weg te werken, want wanneer de mi nister samentelt, wat alle voorstellen kosten, welke hem gedaan zijn. om het overschot te gebruiken, dant komt hij reeds op een bedrag van 80 millloen gulden. T.a.v. den drankaccijns wees de mi nister er op. dat de drankbestrijders, in het algemeen de meening schijnen toe gedaan te worden, dat verlaging van den drankaccijns de clandestiene aan maak kan deen onderdrukken. De mi nister is zeer geneigd een kleine com missie te benoemen van belanghebben den en drankbestrijders, die zal hebben te onderzoeken of verlaging van den örankaccijns welke geen financierde kwestie voer den minister is wen- INGEZONDEN MEDEDEELINGEN i 60 CENTS PER REGEL' KRUISSTR. 7 - HAARLEM WINTERSPORT-SEASON PLUSFOURS. KNICKER B0CKERS schelijk Is. Het rapport zal dan wel op korten termijn moeten verschijnen Mat den heer Fleskens stemt de mi nister in, wat betreft* het boekenonder zoek. En hU zal elk geval van belasting ontduiking, dat hem bekend wordt, nauwkeurig onderzoeken. De minister stelde vast. dat ,.de familie Hchen- zollern" wel degelijk belasting betaalt. Minister de Geer reide niet te geloo ven. da* bij aanneming van de motie- Oud. de oud-gepenslonr.eerden betref fend, een definitieve regeling brengen zal: destijds werd ook betoogd (in 1920) dat de 40 pethet definitief einde zou zijn. In de gevallen, waarin wezenlijke be hoefte bestaat, geeft het stichtingsbe stuur wel tot 210 pet. toe. Dat komt ir. honderden gevallen voor. Bij aanvaar ding der motie zouden deze gevallen in den steek moeten worden gelaten ten bate van anderen die geen hulp noodig hebben. Een definitieve oplossing zou de mo tie niet brengen, zei de minister, omdat daardoor allerlei wanverhoudingen kunnen ontstaan. Velen (vooral oud militairen) hebben in liet particulier bedrijf betrekkingen gevonden. Dezen zou hulp geboden worden, die aan an deren zou moeten worden onthouden. De definitieve regeling waarom de motie-K. ter Laan vraagt, werd ge bracht door een recente, door de wet gevende macht tot stand gebrachte wet, die de reeds meergenoemde stichting in het leven riep onderstreepte de mi nister van het vorig jaar (26 JuH 1926). Daaraan moet thans weer niet getornd worden. Voor de gestie van de stichting is de minister verantwoordelijk. Spoedig zal een suppletoir ontwerp worden inge diend, om de stichting te suppleercn. INTIMUS. DE KERK AAN DEN KLOPPERSINGEL. DE ORGELBESPELING VOOR HET TORENUURWERK. Omtrent het orgelconcert dat Vrij- öagavor 1 in de Gereformeerde kerk aan den Kloppersir.gel zal worden ge geven ten bate van de ontbrekende gel den voor het uurwerk, waarmee de toren dier kerk zal worden versierd, kunnen wU nog de volgende bijzonder heden mededeelen. j De heer George Robert zal op het orgel uitvoeren Toccata. Adagio et j Fuga ran J. S. Bach, het Choral III I van César Frank. Prelude van L. N. Clércmbault, cffertolre sin- de vieux j Noels van H. Dollier en Choralvariatio- 1 nen uit de 6e Sonate van Mendelsohn. Een gemengd koor, onder leiding van den heer D. Hogenbirk Sr.. brengt ten gehoore de volgende Bach-koralen: Vertrouwen; Aanbidding; Lofzegging en Kerstlied. Deze nummers worden begeleid door hel strijkkwartet van den heer Hogen- birk. Er zullen cenige mededelingen ge daan vvrier. door den secretaris van het Uurwerk-Comité. den heer W. Eggir.k. Vertrouwd wordt door het comité, dat hot in alle opzichten belangrijke con cert een groot aantal bezoekers zal trekken. INGEZONDEN Voor den inhoud dezer rubriek stelt dc Redactie zich niet verantwoordelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of niet geplaatst, wordt de kopie den inzender niet teruggegeven. AAN DE JONGENS EN MEISJES VAN HAARLEM EN OMSTREKEN. In Zetten In de Bet/uwe staat, een groot huis. waar kinderen verpleegd worden, wier ouders niet goed voor hun opvoeding kunnen zorgen. Er zijn zoo wat 120 meisje tusschen drie en vijftien Jaar. Nu schrijft de directrice, wel. dat de speelgoedkast zoo noodig aanvulling behceft. Zij spelen net zoo graag als jullie, dus je begijpt, dat er heel wat nood'g is voor zooveel kinderen. Jullie zult met SLnt Nicolaas zeker weer van allerlei krijgen, zou Je nu vrn je oude speelgoed wat wilen geven aan deze kinderen? Jongensspoelgoed is ook heel welkom hoor. maar 't moet natuur lek goed en heel zijn. anders geeft h«t maar verdriet. Ik verzend het 15 Dec. dan hebben zU het nog vóór de Kerst- vacantie. Voor Haarlem kunnen jullie h»t be zorgen in 't Wijkhuis Parklaan 8. voor Aerdenhout neemt mej. L. Blerens de Haan. Slingerweg 2. het gaarne In ont vangst. voor Bloemend aal stuur je lmfc maar aan mijn adres: Saxenburg. Mol- laan 1.. M. A. BIERENS DE HAAN. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cecil» per regel. Anegang 14 - Telefoon 11963 ZaWpotlooden Zakmessen Kleurboeken Kleurpotlooden EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE Toen ik nog jong was (maar nee, dat «eg ik verkeerd, want het gevaar bestaat dat iemand vragen zou hoe lang dat geleden is en daar wil ik liever niet op antwoorden) laat ik dan zeggen: toen ik nog jonger was (dat verbindt tot niets en laat alles in 't midden) heb ik iemand gekend, die bemiddelde ouders had en dus vry was van financieele zorgen. Ik zeg bemiddeld en niet r U k, want dat is een heel andere zaak. De grens is wel niet zoo héél precies te trekken tusschen het eene en het an dere begrip, maar met uw welnemen zou ik het aldus willen omschrijven: bemid deld is iemand, die eenig kapitaal heeft en rijk iemand, die zóóveel bezit, dat hij van de rente goed leven kan: de eerste moet er dus zelf wat bij verdienen en de andere kan als hij wil. niets uitvoe ren let op, dat naar mijn oordeel de eerste er veel boter aan toe is, dan de tweede, omdat er niets vreeselijker op de wereld bestaat, dan in volslagen werk loosheid den heelen dag je duimen te draaien, 's morgen van links naar rechts en 's middags van rechts naar links, vreeselijk ook al behoef je geen ge brek te lijden. De bemiddelde vader dan meest er wat bij verdienen en deed dat met agen turen. Hij had er vier: een agentuur in schrijfmachines, een in vulpenhouders, een in kantoormeubelen en een in kan toorkalenders en verdiende daar redelijk geld mee, maar hoeveel kan ik natuur lijk niet zeggen evenmin als ik het be drag van zijn rente uit kapitaal opgeven kan. Samen was het blijkbaar een zeer behoorlijk inkomen, want de familie leefde op degelijken voet en betaalde regelmatig haar schulden. Bovendien onderhield de vader zijn zoon. Die zoon heette Victor, een naam. die hem eigenlijk niet paste, cmd.it die „overwinnaar" betcekent en hy tot op het oogenfc'ïk dat d t verhaal bc-'n' "nog niets cf n'em?nd overwonnen bad. Aanvankelijk was hij vcor een klas sieke opleiding bestemd en brd. zij het (i*n ook na veel het gvirvsium afgeloopen. Teen zou hij advocaat, wor den en viel de b.ride rechten aan. Even wel verzetten die. zich blijkbaar, al thans hU kon ze niet ir. zijn hcofd krij gen en inplaats van Victor te blijven, werd hQ overwonnen en ging voor de rechtsstudie op co vlucht. Toen kwam hij door een aanbeveling van een vriend op een secretarie, waar by natuurlijk, als ongeoefende, met het eenvoudigste werk beginnen moest. Heel interessant vond hij dat niet en ik denk ook wel, dat het niet prettig zal zijn geweest, maar als hy volgehouden had zou hy op den duur wel prettiger werk gekregen hébben, dat meer afwisseling opleverde. Deze arbeid verveelde hem evenwel en de Verveling overwon hem, en zoo bleek de naam Victor alweer niet voor hem te passen. Je doet als vader en moeder altijd maar goed door aan je kinderen een kleurloozen naam te geven. Jan, Piet, Kees en Willem verbinden tot niets. Maar wanneer je iemand Hector noemit en hy een klein kereltje blijft, dan is hy daardoor voor zijn heele leven be spottelijk gemaakt. Of wanneer Je aan een mc-isje den schconen naam geeft vaa E1 f j e en zy opgroeit tot een dikke zus of haar Bella noemt, wat „mooi" beteekent, dan heeft het kind geen reden om je dankbaar te wezen, wan neer zij naderhand (ja. het kan ge beuren) opgroeit als een leelijk meisje, dan heeft ze daar haar leven lang ver driet van. En de moeilijkheid zit daar in, dat js iemand geen naam kunt geven op proef. Eer.maal Victor is altyd Victor. Tenzy, dat je er naderhand eenige honderde guldens vcor over hebt en die kan iedereen niet betalen. Voor agenturen moet Je reizen en doe je dat niet. dan verdien Je ook niets. Victor's vader was dus vaak op reis en stond bloot aan al de gevaren, die het reizen oplevert: spoorweg- en tram-ongelukken, kouvatten en andere onheilen. Ik weet uit. ondervinding dat rustig thuis blijven ook gevaren oplevert, zooals blijkt uit het gesprek tusschen een zeeman en een landrot. „Hoe zyn uw voorvaderen gestorven?" vroeg de landrot. „Myn vader, mUn grootvader en overgrootvader kwamen op ree om", antwoordde de zeeman ..Hoe durft u dan nog op zee gaan?" vroeg de land rot. „Koe zijn uw voorvaderen daar aan hun einde gekomen?" vroeg de zeeman. .Die zyn allemaal op hun bed gestorven". „Hoe heeft u dan nog den moed, om naar bed te gaan?" Natuurlijk gaat de vergelijking niet geheel cp. tc-s.lv keu kar. men cok ir. huis opdoen. Victor's vader werd onge steld terwijl hy op reis was en nadat hy een week bedlegerig was geweest, stierf hjj. Bij dit onheil Wee* het niet, want zyn moeder, die een zwakke ge- zondheid had, trok zich dat zoo aan, dat zy een paai- maanden later ncm in het graf gevolgd was. Toen bleef Victor alleen achter met een kapitaaltje, waarvan hU onmoge lijk leven kon en de agenturen van zyn vader, waaruit de rest van het in komen moest worden geput. Maar daar mee haastte Victor zich niet. Hy woon de destyds tegenover my, zoodat ik zonder onbescheiden te zyn. precies kon nagaan wat hy uitvoerde of niet uit voerde. Drie maanden lang bestond zijn eenige arbeid hierin, dat hy met zUn hond ging wandelen, een vak waarmee weinig te verdienen is. Toen ik na die drie maanden eens informeerde (o, heel bescheiden informeerde), wat hy daoht te gaan uitvoeren voor den kost, gaf hy vlot ten antwoord: .natuurlijk ga ik vader s agenturen voortzetten, want van mijn geld alleen kan ik niet bestaan". .Drachtig", zei ik. want hij had dia opmerking op een toon van groot e energie gemaakt en het is toch altyd mogelijk, niet waar, dat Iemand die In de rechten en op het Stadhuis niet ge slaagd ls, wonderen verricht in de agen turen, vooral wanneer de nood aan don man komt en er gewerkt moet worden „Ja", zei hy, Jk ga vaders agenturen voortzetten, maar nu kan ik er nog niet toe kernen". „Niet?" vroeg ik. ..Nee. dat gaat niet Je begrijpt toch wel", voegde hy er bij op een toon van zacht verwijt, „vaders vulpen ligt er nog en zyn schrijfmachine st3at er cn het is net. of hy cr nog is. Ik zou het onkiesch vinden, bepaald onkiesch, om nu aan agenturen tc denken, zoo kort nadat hy begraven is. Bepaald on kiesch!" zei hy nog eens en voor den derden kser. alsof daarmee het gesprek afgeloopen moest zyn. Natuuriyk drong ik niet aan en zoo bleef het er by, wel vend ik het een beetje vreemd, dat den dag na dit ge sprek tnyn vriend Victor een radio-ln- staliatie in zyn huis liet maken. Aan vankelijk dacht ik, dat het te doen was om ernstige toespraken en wetcnschap- paiyke medeueeiingen, maar toen op een dag vrooiyke hopcasamuziek uit het huis naar buiten klonk, begreep ik, dat hij de radio breed opvatte. Het is in de wereld eenmaal zoo, dat wat de een kiesch vindt, de ander onkksch noemt en zoo L'.cef mij niets anders ever dan in te zien. dat ik het mis meest hebben, daar Victor toch had verzekerd, dat hy <ie ware kieschc opvatting had, nog wel tot driemaal toe. Veertien dagen later had hy inder daad een grooten stap gedaan. Hij had de circulaire verzonden en vertelde my dat triomfantelijk. Nu moet u my niet vragen welke circulaire, want dat zelfde vroeg ik my zelf ook af en eerst naderhand begreep ik, dat deze vraag een domheid was geweest. De circulaire, wel dat was DE' circulaire, de eenig denkbare de mededeeiing aan de clien tèle. dat hy Victor de agenturen van zyn vader voortzetten zou en hoopte, dat de bestaande relaties zouden worden be vestigd en veie andere verkregen. Als ik het toen al niet begrepen had, hy liet niet na om my volledig in te lich ten. Hy droeg den inhoud van de circu laire die hy uit zijn hoofd kende, voor op een toon alsof het een sonnet van Kioos of een vers van Boutens was en voegde er by. dat de circulaire modern was uitgevoerd. Tot dat oogenblik toe had ik niet ge weten, welke mogelijkheden er zaten in dat wcord „modern". Je denkt, dat het een woord is als ieder ander: straat klinker bijvoorbeeld of schrijfta- fel, maar nadat ik 't woord door Victor heb hooren uitspreken, weet ik dat Je er mee kunt fluisteren als een zachte zuidenwind, kimt donderen als een noordwesterstorm, kortom alles er mee doen wat tusschen die twee uitersten ligt. Als Iemand, belangstellend in Victor's lot. my vraagt of hy artistiek was, dan antwoord ik volmondig: „Ja" en nog eens .Ta". Hij teekenrie heel aardig en had eer. begrip van kleuren, dat door de dames die hij kende zeer op prys werd gesteld. Wanneer die een hand werkje wilden opzetten, werd hy dik wijls over de kleurencombinatie geraad pleegd en altyd met groot succes. Maar hier hield zijn artisticiteit niet op. Hij speelde heel aardig piano en kende zelfs iets van de kunst van accompagneeren. Bovendien had hy begrip van bouwsty- len en oog vcor architectuur. Kortom, hy bezat aanleg voor allerlei dingen, maar het scheen wel cf ze In zyn han den nooit iets konden opleveren, ik be doel niet alleen geld, maar ook resul taat. „Victor", zei eens een van zyn kennissen, „Victor Is altyd bezig met aanlcopen nemen, maar komt nooit over de sloot". De tyd ging vcort. Dat acet hij altijd en zoo was het op een zekeren dag De cember. Het had myn aandacht getrok ken. dat Victor lederen dag met zijn hond ging wandelen, ofschoon zijn va der vroeger dikwijls weken lang op reis was, dat wil zeggen Maandagsmorgens uit en Vrydagsavonds thuis. Dus raapte ik op dien dag al myn moed byeen en vroeg zoo langs myn neus weg: „reis Je veel voor de agenturen?" „O zeker", zei hy, want hy was een vlot spreker en nooit om een antwoord verlegen. „Ik zal veel gaar. reizen". (Let op der. toekomstiger. tyd. dien hU ge bruikte). „Reizen is voor agenturen noo dig. weet je? Maar de maand Decem ber is er niet voor geschikt. De men schen koopen in December weinig of niet. Ze stellen uit, zie Je. tot het nieuwe jaar. Als je by ze kemt. dan zeggen ze (en hier bootste h.y den spreker keurig na, want hy bezat ook voor voordragen veel talent) „dank u zeer voor uw aan bieding, maar dit jaar koop ik niet meer. Misschien, als u in Januari weer om wilt komenDan kan ik even goed in Januari gaan en de menschen in Dacember niet lastig vallen". Het was de moeite waard om hem tc hooren spreken van lastig vallen. Hy zei het op een manier alsof hem in de wereld de zorg was opgedragen om r.an dc menschen het leven gemakkelijk te maken. Hy zou daarvoor zorgen. A!s 't aan hem lag, zou voortaan nooit meer iemand lastig gevallen worden en door hom zeker niet. Niettemin waagde ik te zeggen: ..Je vader gir.g in December toch altyd op reis, tot even voor Kerstmis toe; dar. bleef hy thuis tot Januari". „O Ja", zei hy. „dat weet ik wel er. ik heb my cr wel over verwonderd. Je moet denken: vader wad goed en best en ik mag niet anders dar. hem pryzen. Maar om Je de waarheid te zeggen: hij was niet modern!" December verstreek en ik verwachtte altyd nog, vol goede verwachting. Jat hy in Januari er wel op uit zou trek ken. Maar dat gebeurde niet. er ver scheen Integendeel een keurig Jcng heer. met een cnberispeiyk donkergrijs pak en keurige overjas en lichte slob kousen. „Ik heb een reiziger." zei Victor. „Kan dat er af?" vroeg Ik zoo nuch ter weg. „Als dat niet kan," zei hy. „dan deugt bet heele vak niet. Het is een zaak. waarover ik lang gedacht heb. Jc kunt zelf op reis gaar., maar dan b:n Je niet op kantoor cn schiet de centrale leiding tc kort. Of Jc kunt de zaken grooter aanvatten en dat doe ik. Dit is myn reiziger voor Noord-Holland en langzamerhand zal lk reizigers aanstel- len voor de andere provincies; intus- schen bestuur ik de zaken uit myn kan toor. Dat Ls beter, grooter, zie je het is modern." Ik verwachtte het woord en bewonder de den pas nar.gestelden Jongen heer, die met een sierlijken groet ons juist op dat oogenblik voorbyging. Natuuriyk heb ik later niet geïnformeerd hoe het met den reiziger ging. Daar had ik toch niet mee te maken. Maar op zekeren dag zei Victor het zelf: de reiziger van Noord-Holland was een strop geweest, had weinig verkocht en hooge reke ningen Ingeleverd van reis- en verblijf kosten. Na dien werd er niet meer ge reisd. want de vertegenwoordigers voor de andere provincies bleven uit en Victor zelf leidde centraal, dat wil zeg gen verzette geen voet Hat is ons allen nu wei duidelijk, hoe dat eindigen moest. Ik geloof wel, dat hy er in een buitengewone bui van energie eens op uittrok, maar na vier dagen was hU terug, een geslagen man. „Dat was geen vak," zei hy, „veel tc veel concurrentie, je werd nauwelijks ontvangen en de menschen wilden altyd hebben wat Je niet had." Toen gir.g het gauw berg af. Er kwam een hypotheek op het huis. het kapitaaltje was gauw opgeteerd, daar Victor zich niet ver koos te bekrimpen en op een dag trok hy zijn huls uit cn ging ergens op een goedkoope kamer wenen. Nu te de toestand zoo. dat een vrien delijke tante, die hem wel hjden mag (iedereen vindt hem een besten jon gen) hem nu en dan iets toestopt. Hoe hy overigens leeft kan ik niet zeggen, maar als ik naga. dat ik hem een jaar geleden vUf en twintig gulden geleend heb. die nóg niet teruggekomen zyn, kan ik het wel nagaan. Hy is nog altyd ar tistiek. muzikaal en modern, als by een beperkt inkomen mogelUk is. Als Je hem tegenkomt is het gevaariyk met hem op tc ioopen. want hij zaagt je door over tegenspoed cn ongunstige omstandig heden en geeft ten slotte een wenk. dat hU tien of twintig honderd gulden wel ter leer. zou acceptecren, op zoo'n klc- sche manier, dat Je dat onmcgeiyk kunt weigeren. Een Victor is hy dus nooit geworden. Jan of Piet zou meer dan mooi voor hem zijn geweest. FIDELIO

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 9