Purol bij Ruwe en Schrale Huid. Doos 30 ct. HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 10 DEC. 1927 DERDE BLAD VAN OUDE TIJDEN. Pieter Johannes Prinsen in de Plaatse lijke Schoolcommissie. Matresse scholen. Leermiddelen. De toestand der Haarlemsche ma tresse-schooltjes in het begin der vorige eeuw kon dus allerminst bevredigend hoe ten. Herinner u slechts wat de rap porteurs daarvan zeiden: „zeer donkere vertrekken, waar de onaangename uitwa semingen bü het openen der deur zich terstond doen kennen". Indien schip per Van der Velden gelijk had toen hij beweerde, dat er geen mensohen ouder worden dan schippers en school meesters, wat deze betreft, „van de onschuldige aassempies van de kinde ren", dan moeten de ma tressen wel een zeer hoogen ouderdom bereikt hebben. Of daarby echter de leerlingetjes wel voeren? Haarden van besmetting moe ten deze kinderbewaarplaatsen geweest zijn. Bewaarplaatsen mochten deze particu liere Instellingen eigenlijk niet heeten. althans goed bewaard waren de kleintjes er niet. Menigmaal werden ze aan zich zelf overgelaten. Kon het anders? Men telde in onze goede stad 25 schooltjes met 450 leerlingen, d.l. gemiddeld 18 per matres, hetgeen voor haar beteeken- de een wekelijks Inkomen van nog geen twee gulden. Immers het schoolgeld be droeg 21/2 stuiver per kind of 45 stuivers in het geheel, van welk bedrag nog 5 stuivers af gingen ..aan wanbetaling". Bovendien waren deze vrouwen veelal verplicht boven haar stand te wonen, een hoogere huur te betalen dan waar mee ze anders hadden kunnen volstaan. En dan de concurrentie! In de Appe- laarsteeg twee scholen tegenover-, op het Groot Heiligland twee naast el kander. Die op den Kruisweg stonden wat uit de buurt: samen herbergden ze slechts vier kinderen. Het lag dus voor de hand. dat deze „onderwysters", zoo mijn rapport ze we! noemt, ook gedurende den schooltijd nog andere bezigheden verrichtten. In maar ook buiten de school. Dan ver gaten ze les te geven, Ja, zagen zelfs de kinderen over het hoofd, zoodat die „andere wlnstaanbrengende bezigheden haar niet dan tot bewaarsters van kin deren maakten, die bovendien nog me- nigmalen aan zichzelven waren overge laten". O, goede oude tijd. hoe goed zou het zijn, indien al uw lofzangers u goed kenden. Wü zouden u niet minder maar onzen eigen tijd meer waar- deeren. De Plaatselijke Schoolcommissie oor deelde terecht, „dat het de kinderscholen zyn, alwaar niet zelden de eerste plooijen aan ziel en llgchaam gegeven althans kunnen gegeven worden". Gy zoudt het anders zeggen, maar hetzelfde bedoelen. ,En om aan deze zware taak te kunnen voldoen, behooren de vrouwen, „zich geheel aan hare scholen te kunnen toe wijden en niet genoodzaakt te zyn, haar bestaan elders te zoeken, hetgeen alleen kan verholpen worden door haar be staan te verbeteren". Eiermee zUt ge het alweer eens en ge verwacht een voor stel tot uitkeering van stadswegen van een tegemoetkoming in de onkosten van het onderwUs voor kinderen van den kleinen man. Korter kan ik my niet uit drukken. Zocdra je officieel gaat worden, kun Je met weinig woorden niet meer volstaan. Maar wat lk meen is duide lijk: een stedelijke subsidie aan de matresse-scholen. Voor dergelijke subsidies was intus- Haarlemmer Halletjes. EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE ZIJ die my de eer aandoen deze Za terdagavondpraatjes te volgen, zullen zich ook wei herinneren, dat tot vóór korten tyd niemand van de kransleden radio had. Er bestond zoo iets als een afspraak, dat niemand het nemen zou en dat was een goede overeenkomst, want het beste middel om onder de verschillende kransleden geen af gunst op te wekken, huiselijk gezegd geen schele oogen te maken, wat een bijzonder schilderachtige uit drukking Is, bestaat in het nastreven van zekere gelijk- en gelijkvormigheid bi ons uiterlijk aanzien. Vindt u dat kinderachtig? Ja. ik vind de moeilijkheden van andere menschen ook wel eens kinderachtig, maar met die van je zelf staat het er anders voor. Het is er mee als met eksteroogen: die van Je buurman doen Je geen pUn. Maar als ik vertel van de Smyrnasche verwikkelingen, dan zult u een ander denkbeeld krygen van de noodzakelijk heid. om elkaar vooral de oogen niet uit te steken. Het klinkt als een zaak voor den VolkenbonddeSmyrnaschemoel- lljkheden, maar zoo diep gaat het tcch niet. Op zekeren dag verspreidde zich in onze krans het gerucht: de Hopma's koe pen een nieuw Smyrnasch kleed. Wie dat het eerst gezegd heeft is later nooit meer te achterhalen ge weest. maar gezegd was het en het was waar ook. De Hopma's zouden zoo'n tapijt koopen en dat kostte f 55 per vierkanten meter. Ik herinner me nog, dat we krijgsraad hielden: Hupstra, van Stuiteren en ik. in den winkel van den sigarenhandelaar, waar we alle drie ons rookgerei koopen. Van Stuiteren zat op het eenige krukje in den winkel. Dat doet hij altoos, 'fc ls of krukjes en soortgelijke gemakkan naar hem toe komen loopen. Hupstra en ik stonden om beurten op ons rechter- en linkerbeen, (dat wil zeggen ieder op zUn eigen) en de sigarenhandelaar luisterde niet of had den goeden smaak, dadelijk weer te vergeten wat hij hoorde, een kostelijke eigenschap ook buiten dat vak. Van Stuiteren zei: „donkere wolken pakken zich boven ons samen.' D - houdt van romantermen. Ik zei: „verle den jaar heb lk pas een nieuw ameu blementje voor de eetkamer gekocht en Hupstra verklaarde ronduit: .ik kan het'niet betalen". Al deze verschillend? uitingen beteekenden hetzelfde: wy za- schen de tyd nog niet gekomen: de Commissie zocht de oplossing dan ook in een andere richting. ZU gaf ln over weging geen vergunning tot het op- riohten van dergelijke schooltjes boven het bestaande aantal meer te verleenen en die op den Kruisweg benevens dat in het hofje ln de Appelaarssteeg op te heffen. Dit was vroeger een gebruike lijk middel ter bevordering van handel en nyvetheid, en ln ons geval zou het winstgevend zUn door de scholen dioh- ter te bevolken. Maar wat wonnen de kinderen ermee? Tegenover de moge lijkheid. dat de matres zich geheel aan hen zou geven, stond de zekerheid van verlies aan ruimte en aan lucht. En die uitwasemingen dan? Gaven die geen „plooien aan het lidhaam?" Na tuurlijk heeft ook de commissie dit gevoeld. Maar de tijdsomstandigheden het was ln 1806 veroorloofden haar niet andere middelen aan te wenden. Toch liet ze het hierby niet. Ze voerde by het onderwys in „de groofce letters gedrukt by Enschedé": ze stelde samen een lljsfc van boeken, die alleen moch ten gebruikt worden: ze gaf van deze letters een stel en van elk boek een exemplaar aan iedere vrouw ten geschen ke. voor rekening van het school fonds: ze vereerde bovendien aan leder van het vroeger genoemde zevental ,;hervorragende" matrossen, het voor dien tyd uitstekende werkje: Voedsel voor het verstand en hart der Jeugd; ja, de leden boden zioh aan deze leergierigen, nooit te oud om te leeren, „omtrertt het gebruik en de opeenvolging der let ters en boeken te onderrigten". Zie. dit waren heilzame middelen, die on- getwyfeld den Invloed en de beteeke- nis van het onderwys hebben versterkt en vergroot. Een schrede voorwaarts! Ik noemde daar den titel van een schoolboekje, dat de Commissie voor gebruik by het onderwys aanbeval. Het door haar opgemaakte lijstje ken ik niet. maar wel weet ik welke boekjes de heer Johannes Overschie gebruikte in zyn sühool op de Oude Groenmarkt. Deze particuliere onderwyzer bezat een ruhm locaal waarin plaats was voor 70 a 80 leerlingen, maar by het schoolbezoek ln het jaar 1808 was het maar voor een klein deel gevuld: slechts 20 kin deren kregen hier voedsel voor ver stand en hart. „Ik denk", aldus de rapporteur, „dat die man te gevorderd Is ln Jaren om de nieuwe Leerwyze in te voeren, schoon hy op den ouden voet by lang na geen verwerpelijk on derwyzer ls". En wat zyn schoolboekjes betreft. Onder die drie rekenboekjes behoorde de beroemde „Cyferlnghe*" van den be roemden Bartjens. Deze rekenmeester was haast anderhalve eeuw geleden ge storven hy overleed te Amsterdam ln 1673 maar zyn rekenboekjes heb ben hem tot ln de 19e eeuw overleefd Onder de oudsten der thans levenden zyn er die Bartjes nog hebben gekend, zy het ..gewyzigd naar de eisohen van den tyd". Hier was meester Overschie dus niet ten acter, en met zyn yverlge school boekjes, geloof ik, evenmin. Hy zal ze u noemen: A B boek door L. van KhUit Catechismus. Spreuke Salomons. gen aankomen, dat onze vrouwen, even als Emma Hopma, een Smyrnaascn kleed zouden willen hebben. Hoe moes ten we daaraan ontkomen! „Is het al gekocht?" vroeg de prac- tlsche Hupstra. „Als dat niet zoo is kan misschien Hopma nog bewogen worden het niet te doen." „Je moet Hopma niet bewegen", zei van Stuiteren minachtend. ,Die is voor af al bewogen om het liever niet te doen. zyn vrouw ls de hoofdpersoon". „Helaas", zei lk en al de sigaren in den winkel weerkaatsten een tweevoudig helaas van de anderen: we begrepen alle drie, dat Emma Hopma nooit van een Smymaasoh tapijt zóu afzien, wan neer Hopma het haar eens beloofd had. „Tien van tien, amarillo!" riep een klant over onze hoofden heen. We be grepen, dat intieme beraadslagingen hier niet konden gehouden worden *v\ zoohten de vrye lucht op, net als de Ba tavieren, toen ze samenspanden tegen de Romeinen. Hier was de plaats dor beraadslaging evenwel de Groote Hout straat, de Batavieren kwamen bijeen Ir. het midden van een oerwoud. Maa- waar vind je dat in Haarlem en om streken? Toch kan de moderne mensch wel ge niale gedachten krijgen op het asphalt, tufischen een auto in. die het op je le ven en een fiets, die het alleen maar op je beenen heeft voorzien, want nadat wy weer honderd pas geloopen had den in gemeenschappelijk stllzwygen. riep Hupstra met een stralend gezicht: „ik heb het." „Wat het?" vroeg van Stuiteren. „Het mond- en klauwzeer?" „Het middel om aan Smyrna te ont komen". „Spreek op!" „Laten we een kopje koffie gaar. drinken bij Franken!" Dat ging aan en daar onthulde Hup stra zyn geniaal plan. ..Dat zouden we nooit van Je gedacht hebben," zeider. van Stuiteren en lk tegeiyk op een toon van bewondering. En dat meenden wc zóó diep. dat toen Wouter kwam om ai te rekenen ieder van ons drieën de twee anderen wou trac toeren. „Nee, lk betaal", zeiden we alle drie tegeiyk. Daarop staken we alle drie onze portomonnaies weer in den zak, zoodat Wouter, die voelde, dat op deze manier niemand hier betalen zou, met zijn gewone beleefdheid vroeg: „Wie van de heeren?" Natuurlijk haalden w? daarop alle drie onze porternonnaief weer voor den dag en dit spelletje had lang kunnen duren wanneer van Stui teren niet geroepen had: „ik betaal en daarmee uit. Ik ben de oudste, nee, dat Handelingen der Apostelen. Leesboek voor de Nederlandsche Jeugd. Levensschetsen van voorname mannen en vrouwen. Geschiedenis van Joseph. Geschiedenis van Abraham. Geschiedenis van Isaac. Deze titels spreken voor zichaelf. Wie van zulke boekjes inzage neemt, krijgt den Indruk, dat ze de jeugd niet zullen gepakt hebben. Ook destyds was een kind een kind. voor wien de spreuken van Salomon* weinig bekoring hadden. Ik vergeet niet, dat het levende woord hier veel goed maakte. Iemand die. als meester Ansiyn. de kunst van vertellen verstond, oefende op het kinderhart een grooten, gezegenden invloed. Maar de leesboekjes moesten het kind maar matig gesticht hebben. Het onderwys bedoelde allereerst vorming van het karakter, be vordering der deugd. Geen doeltref fender middel dnarboe dan den jeugdi gen blik te doen richten op bybelsche personen. Let op het ïystje van Over schie! Tegenover drie wereldsche. zes gewyde hulpmiddelen. De onderwyzer op de Oude Groen markt was voor de nieuwe leerwyze van Prinsen te oud. Hy ls heengegaan zonder haar te kunnen waardeeren. In- tusschen was hy „op den ouden voet" een niet te versmaden leermeester. Laten wy hem als zoodanig eeren en tenslotte nog even zien, hoe Prinsen de aanko mende meesters, het Jonge geslacht, met zyn mebhode vertrouwd maakte. H. E. KNAPPERT. BIOSCOOP Cinema Palace. Het komt niet dikwyis voor dat een programma zoo van A—Z alle lof ver dient. In den regel mankeert er aan de eene helft wat aan als de andere helft goed ls. Dikwijls deugt er heelemaa! niets van. Als er méér dan eens ln de maand een programma als dat van deze week ln de bioscopen gedraald kon wor den dan zou men kunnen zeggen: Hel begint er op te ïyken. Nu kan men vas tnet voldoening constateer en: wy gaan tooh wel zeer snel vooruit! Denkt u eerst eens aan die film gelan ceerd door de cultuurafdeeling der Ufa. Een prachtige reeks van natuurhistori sche merkwaardigheden in vergeiyking gebracht met de uitvindingen der tech niek. Het rookgordijn van een rookbom. en de nevelsluier van den inktvisch. De parachute van den luchtacrobaat, en hef, ingenieuze stelsel van de zwevende zaadjes der paardebloemen. Het laatste model muizenval en de klemmen en klauwen van vleeschetende planten. De nieuwste vliegenvanger en de kleverige vliegenvangers van „Zonnedauw". Bij deze en nog vele andere tegenstellin gen werd bovendien gebruik gemaakt van de microscoop, zoodat werkelijk een ongemeen verrassend resultaat werd be reikt. Dan de sensatiefilm: De conducteu- van den ondergrond. De titel doet u na tuurlijk de vrees al om het hart slaan. Maar toch.... deze sensatie Ls van zóó geestige, zóó luchtige soort, .le uitwerking van de idee ls zóó origineel en technisch zóó knap volbracht, dat men gaarne glimlachend alle onwaar schijnlijkheid vergeeft, die bovendien door het onverwachte slot waarschijn lijkheid wordt. Wy memoreeren wat deze film betreft met nadruk nog even de moderne expressionistische midde len, waarvan de regisseur gebruik maak te. en die hier uitnemend voldeden. Fientje Beulemans ls de hoofdfilimZU die deze Vlaamsche SotternUe al op het tooneel hebben gezien, zy, die Mag- da Janssens al als Fientje Beulemans hebben bewonderd zullen met evenveel genoegen deze film zien. Temeer omdat de echt Vlaamsche leutige volksgeest in de films nog meer tot uiting komt. H.J is overheerschend. En dat doe: ons ver geten dat het motief van cL; blijspel wel wat afgezaagd is. Kostelijk zijn al deze aoteurs en actrices die dit stuk Vlaamsoiwi volkshumor te vertolken kregen. En kostelijk ls de entourage, die van de BrusseLsche brouwery en van de prachtige koddige es tam ine ta. Rembrandt Theater. Het hoofdnummer „Vrouwen zijn raad sels", is een geschiedenis uit het artis- tenleven. De Russische toor.ee'.speelster Vera Janova. die een toumée met een troep door Amerika maakt,, ontkomt op een wandeling op het nippertje aan den dood. Een zware balk stort van een in aanbouw zynd huls naar beneden Een werkman ziet het gevaar en trekt Vera nog net bytyds op zy. Van de schrik valt ze in zwijm. De schatryke Eugene Forster, die Juist in zyn apto voorby gaat. neemt haar van den werk man over. Als Vera bijkomt, denkt ze dat Foster haar redder ls. Bij de troep is een artist, Ivan Norodin, die Vera bemint. Foster wordt een trouw bezoe ker van Vera, die langzamerhand onder zyn Invloed komt, zeer tot verdriet van Ivan. Een van de glansnummers van Ivan ls dat hy zich geheel geboeid in een kist, welke verzegeld wordt, laat sluiten. De kist wordt te water gelaten en na drie minuten komt Ivan, bevryd van zijn boeien, uit het water te voorschyn. Ge durende dat experiment Is Vera altijd zeer zenuwachtig, daar ze weet dat het gevaarlijk is. Ivan zal een publieke demonstratie geven, hy zal zich. geboeid in de kist van een steiger af ln een diep water laten werpen. Een zeer tal- ryk publiek woont de vertooning by en tot aller schrik verschynt, nadat de drie minuten verloopen zyn Ivan niet. Algemeen wordt aangenomen dat hy dood is. De diep geschokte artisten moe ten 's avonds evenwel weer een voor stelling geven en lachen en spelen of er geen leed bestaat. Door den gewaan- den dood van Ivan ls het Vera duidelijk geworden, dat ze van Ivan en niet van Foster houdt. Als deze haar 's avonds in haar kleedkamer komt opzoeken, ver zoekt ze hem heen te gaan en niet meer terug te komen, daar ze nu weet van wien ze houdt. Foster wacht haar op. als allen weg zy'n in de leege schouw burg en tracht haar te dwingen hem lief te hebben. Als ze bijna In zyn macht Is verschynt plotseling de dood gewaande Ivan. Hy redt haar van Fos ter, die afdruipt. Als het einde komt zyn Vera en Ivan een gelukkig paar. Het ls een spannende, boeiende film. Op het tooneel ..Robins, De wande lende Muziekwinkel". Deze heer Robins heeft de gave, alle muziekinstrumenten, die hy op het tooneel „bespeelt", zoo juist te lmiteeren. dat pas als blijkt, dat de viool geen echter viool, de man doline, geen echte mandoline, enz. enz. is. men begrypt, dat al die melodieën, door den wandelenden muziekwinkel, lees Robins, worden voortgebracht. De ingenieuze wyze, waarop hy al zyn •zakken weet te benutten, maakt hem bijzonder geschikt voor het bewonen van zoo'n moderne woning, waar alles ls. behalve ruimte. Op dezelfde handige manier weet hy van zyn damescostuum in drie tellen een heerenrok te maker- Het ls de moeite waard zUn prestaties te zien. Hy had dan ook een mooi succes evenals „het Elegante Danspaar Juhsha en Graxiella", die keurig en welverzorgd een viertal nummer? dans ten. Alles by elkaar genomen, een mooie avond. Luxor-Th cater. Een luchtig en varieerend programma wordt deze week ln bovengenoemd theater vertoond. Het eerste hoofdnummer ls getiteld: ..Stap. Stap. S:ap!" met ln de hoofdrol de filmkomlek Harry Langdon: Al de avonturen te vertellen is byna onmoge. iyk, maar het zyn er verbazend veel, De hoofdinhoud ls deze: een schoenen fabrikant, Burton, laat als reclame een zeer langen wedstrijd loopen en daar doet Harry Langdon aan mede, omdat zyn vader ln geldnood verkeert en de prys 25.000 dollar ls. Het is natuuriyk dat Harry den wedstryd op het nipper tje wint. Er klonk dikwyis een scha terlach om de vele malle situaties ln dit nummer. Het is een echt komisch gegeven. .De onverschrokken Postryder" ls een sensationeel avonturendrama uit het Wilde Westen, maar nog vóór de be schaving er doordrong en de Indianen nog in hun vryheld leefden. We weten niet wat het meest te bewonderen: de edele rykunst, die heel veel op acroba tiek gaat gelyken, de mooie natuurtoo- neelen of de schitterende dressuur van het paard Tarzan. Het is het verhaal van de pioniers die den weg gebaand hebben. Dikwyis werden ze aangevallen door de Indianen, die echter ook wel door blanken opgehitst werden, als deze er maar voordeel in zagen. Zoo ls het ook ln dit nummer. Maar Jack Jessup, een opzichter der Postkoets-Maatschap- py. Is een eeriyk man, die alle moeite doet om den weg voor de postkoets te effenen. Te meer doet hy dit als Bar bara ten tooneele verschynt. Vooral Jack toont ons heel wat verrassende staaltjes van rykunst en onverschrokkenheid. Het zou echter geen goede Wild-West film zyn als de geschiedenis niet een gelukkig slot had. Ter opening araalt een Pathé-revue waarvan we vooral willen aanstippen: de Mode, zeer actueel voor de dames, na- tuurtooneelen uit Bretagne, de vervaar diging van macaroni enz. Ook het Luxor-Nieuws bevat weer veel bezienswaardigs. Als voornaamste gedeelten noemen we: de vorderingen aan het nieuwe stadion en de plech tige overbrenging van het stoffeiyk overschot van Jhr. Van Vredenburch. Voorts brengen we een kort bezoek aan verschillende werelddeelen. Voor de echte liefhebbers een pro gramma om te watertanden. We verwachten een druk bezoek. 8cala-Th eater. De gebroeders Chanson, alias Mie en Ko. treden deze week zelf niet op in het Scala-theater, maar zy zyn vertegen woordigd door een revue-gezelschap, dat hun nieuwste revue ten tooneele voert, 't Is voor de gebroeders Chanson moel- ïyk om eens wat nieuws op revuegebled te bedenken, en zy zyn er dan ook niet ln geslaagd. Mauple de Vries ls de ko miek in de revue, maar hy is niet altyd komiek. Het ls ook maar een water- en melkrevue. een allegaartje van wat wy in andere revues al zoo dikwyis aan troffen. en niet altyd konden appreciee- ren. Er zyn wel aardige stukjes uit te lichten, zooals dat van de bekeuring van een kwajongen, waarby zyn moeder hem te hulp komt. Daarin herkennen bouwing van de serre of koperen knop pen aan alle deuren. Heb JU daar niets van gehoord?" Keek myn vrouw mU Inderdaad bU- zonder scherp aan? Of dacht lk dat maar? In de verte is een beetje Jok ken gemakkeiyk genoeg, maar als je er voor staat, dan valt het zwaar. Ik wist dus geen ander antwoord te ver zinnen dan: „wat zou ik nou van het nieuwe meubilair van de Hopma's we ten?" „Enfin, we zullen het gauw genoeg weten", zei myn vrouw en daarmee liep het examen gelukkig af. Den volgenden avond toen we by de Hopma's binnen kwamen, kneep myn vrouw my ln myn arm en siste mij toe: „Heb lk het Je niet gezeld? Een nieuw kleed op den vloer. Echt Smyrna!" Hoe zag ze het zoo gauw! Ik had er nog geen vierkanten centi meter van ln myn oog gekregen. Nauweiyks hadden wy ons eerste kopje thee gekregen, of de goeie tante Koosje zei met ongeveinsdo hartelijk heid: „Emma. wat heb Je «laar <en prachtig kleed." „Ja. vind je niet?" zei Emma en keek den kring trotsch rond. .Je man ls goed op Je geweest." zei mevrouw van Stuiteren en drie angstige mannen hielden den adem in. Wouter niet. Die was niet in 't complot Geen nood. dat zyn vrouw ooit zoo maar een mooi cadeau van hem zal krygen, om dat een krnnsvriendln het ook heeft. Hopma telegrafeerde zoo duldeiyk naar zyn vrouw, dat ik myn hart vast hield. Ze moesten het zien. En terwyi er aldus drie harten werden vastgehou den, zei Err.ma Hopma langzaam: „Van myn man? Wel nee. Het Ls een cadeau van oom Louis." Toen was er een oogenblik stilte, het moment waarin het vonnis over drie be vende mannen werd geveld. Daama was het de ietwat lyzige stem van mevrouw Hnpstra die zei: „Daar beleef Je r.og eens plezier van. zoo'n aardige oom. Heb je mij vroeger wel niet eens verteld, dat hy nogal zuinig was?" Weer getelegrafeer met de oogen. Dezen keer van Emma Hopma naar haar man. Drie samenzweerders lazen zoo duldeiyk ln haar boozen blik alsof ze het uitgesproken had: „daar zitten we nou met die Jokkens van Jou, help me er nu maar uit!" En onmiddellijk snelde Hopma, precies als vroeger in bet zee gevecht tegen de Engelschen. de Ruy.er deed met Tromp (dat ls dan Emma) te hulp en zei: „Oom Zebe oom Louis zuinig? Ja anders wel!" wy duldeiyk Mie en Ko als dr schep pers. De Jordaan is voor die twee de eeuwige bron vcor inspiratie cn ,.kopU". Mauple de Vries speelt vc: diens*lUk den kwajongen, maar toch niet sympa thiek. De echte conférencier ls hy als hy de heele Scala laat zingen van „Myn oome Arle, heeft een kanarie", op de wyze van „Je suis Nature", uit Parijs. Het orkest zorgde voor een prompte be geleiding ln jazz-styL Het Spookhuis Ls niet een film van grootvsche allure, maar een gcnoegeiyk geheimzinnig, zoomede ondoorgrondeiyk drama. Stel u voor. dat een mynheer zoo maar met een motorfiets een huwe- ïykiinzegening ln de war rydt. omdat hU de ware bruidegom ls. Dat ls het slot, cn het voorgaande ls ln dien zelfden gcesk al draagt het een minder resoluut ka rakter. De wederwaardigheden van de vreemdsoortige personen, die ln hel Spookhuis logeeren. zyn seer beziens waard. DE UITBREIDING VAN HET SLACHTHUIS. EEN AANBESTEDINGS. QUAESTIE. De Haarlemsche gemeenteraad heeft 3 Augustus op voorstel van B. en W. een credlet van 250.000 voor de uit breiding van het Openbaar Slachthui* en installatie van de machinekamer toe gestaan. Biykens het dezer dagen verschonen overzicht van den stand der door den raad verleende crodieten. Is dit bedrag nog niet gebruikt. Het bleek ons, bij onderzoek, dat eer. onderhandsehc aan besteding voor dit werk gehouden ls. Daaraan hebben 4 firma's deelgenomen, een u't Haarlem, twee uit andere ste den van ons land en een uit BeriUn. Een firma uit Amsterdam was dc laagste in schrijver. Het verschil mot de Haarlem- sche firma is evenwel slechts f 900. By de verleening van het crodict doo" den raad is door verschillende leden er op aangedrongen om. indien het moge lijk was. een Nedcrlardsohe firma to laten voorgaan. B. en W. hebben dal toen toegezegd. zyn wy we! tngelle'v. dsn moet la de j aadscoi i .ias' en in het college »n B. cn V/. r.og geen besluit gevallen r,.jn aan reïks firma hot werk sal wer den cj «c.rav*n. We! moet het vrUwel zeker ziln. dat de order niet naar het buitenland giü.t. Er is evenwel aandrang geoefend om de order aan do Haarlem sche firma te geven. Daarby is gewezen op 't betrekkeiyk geringe verschil ln de inschrijvingssommen f 900 op een werk van 2 1/2 ton ls van weinig beleekenla. Onpetwyfeld zou er veel voor to zeg gen zUn, als B. en W. vryheld kunn*n vindon om het werk aan de Haarlem- sche firma te geren. Het aantal werk- looaen ln de metaal-Industrie to Haar lem is groot. Einde September waren (biykens de statistische gegevens der gemeente Haarlem) 107 metaalbewerker hier 'or stede werkloos. Indien zoo'n be lan .jke order, ook al wordt daaraan veel matertaai verwerkt dat van bul* tenlandschen ooroprong ls, te Haarlem geplaatst wordt, dan zou dat zeker van invloed zUn op de arbeidsmarkt en da werkloosheid. Natuurlijk ls het hier aoo werd om» verzekerd niet een quaestle die beslis? Ral worden door het luttele verschil 1» inschrijvingssom maar door de vraag bU welke opdracht worden de belangen van het Openbaar Slachthuis het beet.» gediend. Drie benauwde mannen herademden. Er werd dien avond nog menig woord over het mooie Smyrnasche kleed ge- zegd. maar wy liepen geen gevaar meer. Als Hopma de gever was geweest! Maar een man kan toch niet helpen, dat hü geen rijken oom bezit dat is een toe val. Zoo kan er op een dorren bodem plotseling een wilde roos opbloeien, een enkele maar, terwyi er driehonderd me. ter ln den omtrek geen tweede t» vinden ls. Zoo ls het met ryke ooms. Maar ls de leugen nog zoo snel. de waarheid achterhaalt hem wel. Geen vier weken later zegt myn vrouw op eens: „Je weet wel. dat Srayr- naasch kleed by de Hopma's, weet Jt wel?" „Ja. wat zou dat?" zei Oc flauwtjes „Dat ls niet van oom Louis. Wouter heeft hem toevallig ontmoet en hy be gon luid te lachen, toen Wouter er wat van zei. „Ik ben niet mal om aan ten ryken neef een duur kleed cadeau te doen", 't Is dus een cadeau van Hopma. Waarom hebben ze gejokt?" „Vraag het hun zelf" mompelde lk. „Dank Je wel. Ik wil geen ruzie ma- ken. Maar als Hopma zoo royaal ls, zou jy dan niet. Het draaide op een slaapkamern meu blement neer. „Het oude kan eenvou dig niet meer." Mevrouw van Stuiteren kreeg op eens behoefte aan een r.iouw tuln-aneuble- ment en mevrouw Hupstra ran ten !on-amcublemcnt wat blief je! Als ?<s al dat moois straks van elkaar zien. kan het heel goed wezen, dat onze vrou wen alle drie die ameublementen v il- len hebben. Ik wil dus maar ze-"-- d»t Jokken niet alleen laag cn biecht is. maar bovendien nog veel duurder dan de waarheid. En dan die verrader Wouter, die blijk baar de zaak Sn den neus beo!. .ve gen en grinnikt, wanneer hy het Laiyr- na&sch kic-ed maar in 't oog kryge. Dat ls 't verhaal van de Smyrnaasche verwikkelingen cn ze zyn erg genoeg. Maar ik zie daar. dat ik mijn Praatje begonnen ben met een opmerking over radio. Daar heb ik ook wat over te zeg gen. maar dat dan maar de volgende v.eek. ..Goeien nacht, dames en heeren. cn wel te rusten', zooals cna aüer vriend Vogt van de A. N. R. O. met zooveel haiteiyken nadruk zeggen kan. FÏDET.IO. INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN I 60 CENTS PER REGEL ben ik niet; de jongste dan. nee dat ben ik ook niet. Dan de middelste. Hier Wouter." .Dank u meneer", aei Wouter en daar mee was de puzzle opgelost. Maar de samenzwering nog lang niet Daar moest nog heel wat voor gebeuren. Dus stapte den volgenden dag van Stuiteren naar Hopma toe en zei: „Ze- bedeus", (want dat is de voornaam van Hopma, ofschoon zijn vrouw hem Louis noemt .gemakshalve", zegt ze, maar in waarheid omdat ze dat een mooier naam vindt), „Zebedeus, lk kom Je 2en heel vertrouwelijke boodschap bren gen". „Ik hou niet erg van vertrouwelijke boodschappen", zei Hopma. .Dat vraag lk Je niet. Ik hou ook niet van belastingbiljetten, maar de fiscus stuurt me die toch." „Wat had Je dan?" vroeg Hopma met tegenzin. „Luister goed. Jy koopt voor Je vrouw een Smyrna vloerkleed." „Wat zou dat?" „Als je niet een beetje vriendelijke' kunt wezen, dan ga ik dadelijk weg", zei van Stuiteren en deed al een stap naar de kamerdeur. „Goed dan. Het ls waar". „Stom van Je. Waar dient dat nou voor?" „Gaat je niet aan". .Daar ls wel wat van waar. Maar er is kans op. dat nu onze vrouwen ook een Smyrna kleed willen hebben enwy hebben daar geen geld voor". „Moeten Jelui weten", zei Hopma balsturig. „Zal lk maar weer...?" en van Stui teren retireerde weer ln de richting van de kamerdeur. „Nee, biyf maar en zeg wat Je eigen- iyk wilt", zei Hopma, terwyi de stug heid om zyn hart op eens smolt, want hy was veel te nieuwsgierig om van Stuiteren te laten gaan. zonder dat hy wist wat die geheimzinnige boodschap nu eigeniyk was. .Duister. Je vrouw wil natuuriyk liefst de eenige wezen, die zoo'n Smyr na vloerkleed heeft." .Dat weet lk niet". ./Ben JU", zei van Stuiteren, „meer dan dertig Jaar getrouwd en weet je niet eens. dat een vrouw het plezierig vindt ieta alléén te hebben?" „Nou ja dan". „Goed. wy willen voor onze vrouwen zoo'n duur lor niet koopen.". .Dor?" vroeg Hopma. „Prachtstuk dan. Hupstra heeft er geen geld voor. Fldello wil het er niet voor besteden en lk wil het er niet voor uitleggen. Is dat duideiyk of niet?" „Natuuriyk". „Je zegt dus tegen Je vrouw: Em ma, zeg je, als Je het Smyr- naasch kleed alléén wilt hebben, dan zeg Je tot je vriendinnen van de krans, dat je het cadeau hebt gekregen van een oom heb Je een oom, die er warm inzit?" „Jawel", zei Hopma en zette een hooge borst op. „Bluf maar zoo niet. Hoe heet die oom?" „Louis, net als lk". .Dus Zebedeus. Dus heeft Je vrouw het kleed van oom Zebedeus gekregen." „Waarom?" vroeg Hopma onnoozel. „JU driemaal overgehaalde nachtuil. BegrUp Je dat niet? Als onze vrouwen denken, dat die oom de schenker ls. dan vallen ze ons er niet mee lastig en dat doen ze wel als ze weten, dat JU het gegeven hebt. Wordt het Je duidelUk?" „Jawel, maar lk heb er geen plezier in om voor jullie te Jokken. En Emma heelemaal niet. Daar hoef Je niet op te rekenen". „Ik reken er alleen maar op. dat je doet wat ik zeg. En wee Je gebeente, wanneer je zoo'n kleinen dienst niet voor Je kransvrlenden over hebt. En nou ga lk en Je zorgt er maar voor. Nee. ik zal geen sigaar opsteken. Ik rook nooit zoo vroeg". Terwyi Hopma beteuterd bleef staan, want hU had Inderdaad vergeten zUn bezoeker er een te presenteeren (Hop ma valt wat krenterig) had van Stuite ren de kamerdeur al opengedaan en was de gang Ingestapt, zoodat toen Hopma, elndeiyk aan de clschen van de be leefdheid denkende, achter hem aan kwam, hy precies de straatdeur tegen zyn neus kreeg, die van Stuiteren ach ter zich dichtsloeg. Den volgenden keer was het niet de beurt aan de Hopma's om de krans te ontvangen, maar Emma had gevraagd of het dezen keer haar beurt mocht wezen. Dat paste haar beter. „Het zal mU benieuwen", zei mUn vrouw, „wat Emma Hopma voor nieuws heeft". „Voor nieuws?" herhaalde lk onnoo zel. ofschoon lk de bedoeling wel be greep. ..Mannen zUn toch net kinderen. Als de Hopma's ons zoo uitdrukkelUk ult- noodigen, dan hebben ze wat nieuws. Een ameublementje of zoo, of oen ver

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 9