HAARLEM'S DAGBLAD
V!C
:toria-wat
ER
PUROL
FLITSEN
VERMIST
WOENSDAG 14 DEC. 1927DERDE BLAD
DE ZORGWEKKENDE FlNANClëELE TOESTAND
VAN DE GEMEENTE HAARLEMMERMEER.
Wethouder Knaap is er zeker van een debacle
te kunnen vermijden.
DE EIGEN BELASTINGHEFFING DE EENIGE UITWEG
geeft „één steek meer of minder op een
dood paard?" Toen het bij mij vast
stond dat de gemeente Haarlemmermeer
slechts op één manier op het goede fl-
nancieele spoor gebracht kon worden,
stelde ik my in verbinding met die N.-
Hollandsche gemeenten die ook een
eigen heffing hebben ingesteld namelijk
Enkhulzen en Edam (en eenige Friesche
gemeenten). Ik kreeg van die gemeenten
op de welwillendste wijze alle schrifte
lijke Inlichtingen die Ik gevraagd had
maar ben op een goeden dag toch met
een collega en met den gemeente-ont
vanger en den gemeente-secretaris naar
Edam getogen waar burgemeester Kolf
schoten ons op de lofwaardigste manier
met raad en daad heeft geholpen. Hy
was één en al enthousiasme en kwam
met de verbluffende verklaring dat
Edam haar aanzienlijk percentage on
inbare posten had weten terug te bren
gen dank zy de eigen heffing tot
slech ts 5 pet.!
De heer Knaap zette ons in korte
trekken uiteen dat Haarlemmermeer dit
doel ook kan bereiken, ondanks het feit
dat zy de begrooting moet openen met
als eersten post 50.000 nadeellg saldo
van het vorig Jaar. (Het verlies kan
namelijk over drie jaren verdeeld wor
den. Dit Jaar begon de begrooting met
een winstcUfer van 7000. Het verschil
is dus 57000. En nogmaals, ondanks
die handicap zelde de heer Knaap
heb ik kans gezien om, als de raad my
volgt (en daaraan behoef Ik geloof ik
niet te twyfelen) een evenwichtige reëele
begrooting samen te stellen, waarin ik
de inkomsten zoo pessimistisch mogelijk
heb geraamd, en de uitgaven zoo groot
mogeiyk heb gesteld. Het ongunstigste
geval dus".
Loco burgemeester O. A. A. Knaap
Dezer dagen berichtten wy dat het
college van B. en W. van de gemeente
Haarlemmermeer den raad zal voorstel
len over te gaan tot het heffen van een
eigen belasting. Naar aanleiding van dit
eenigszins alarmeerende wat den fi-
nanciëelen toestand betreft bericht
wendden wy ons tot wethouder (loco-
burgemeester) G. A. A. Knaap om in
lichtingen, die liy ons met de meeste
bereidwilligheid verstrekte.
De zaak komt op het volgende neer:
De gemeenterekening over dit Jaar sluit
met een nadeelig saldo van maar liefst
103000—. Ik heb my afgevraagd
aldus de heer Knaap wat is de oor
zaak van het ontstaan van dit gTOote
tekort? Ik kwam toen in de eerste plaats
tot de conclusie dat er geen sprake was
van een té royale leefwyze. By de uit
gaven waren de posten over het alge
meen zelfs lager dan de oorspronkeiyke
ramingen. Dus de oorzaak moest by de
inkomsten zitten. En by eenig naden
ken kwam ik al spoedig tot de volgende
üotsom: Op het budget van 320-000
inkomstenbelasting bleek114.000
oninbaar. Buiten de oorspronkelijk
als oninbaar geraamde posten, die ge
zamenlijk een bedrag van 30.000 be
droegen. Het totaal bedrag der oninbare
posten is dus honderd vier en
veertig duizend gulden.
Voorwaar geen kleinigheid op een bud
get van 320.000! By een verder onder
zoek bemerkte de heer Knaap dat het
euvel ook zyn oorzaak vond in het aan-
merkeiyk groote bedrag der kasgeldlee-
ningen. Het ryk betaalt telkenmale aan
de gemeente 10 pCt. uit van de na in
ning ontvangen belastinggelden. De aan
slagen van het ryk zUn echter veel te
laat binnengekomen. Nameiyk op een
tijdstip dat de heffing der oude biljet
ten nog niet eens geschied is. Het aan
tal der biljetten dat op 't oogenblik nog
niet eens geschreven is is zelfs legio!
Wat is daar het gevolg van?
Dat de belastingplichtigen betalen
moeten in dien tijd van het jaar dat zy
niet betalen kunnen. Als zy in Mei of
Juni waren gekomen, op het platteland
de tyd der inkomsten, zou er wel be
taald kunnen worden. Maar in November
of December is de kans buitengewoon
klein, zooals gebleken is. dat men het
grootste deel van de belastingpenningen
binnen krygt.
Nu begryp ik heel goed dat men de
opmerking zal maken: „Maar spaart
men dan niet in het voorjaar om zyn
belastingschuld in het najaar te kun
nen voldoen?
Neen dat doet men niet. Theoretisch
kan men dezen regel als eisch heel goed
aanvaarden, maar in de practyk is hy.
een leugen.
Dit Iff de psychologische reden van het
ontstaan van het tekort.
Na dit oordeel vroeg ik my af, aldus
de heer Knaap, wat er gedaan moest
worden om een evenwichtige begrooting
samen te stellen. Ik heb alle schynbare
uitwegen bewandeld, en kwam tot de
gevolgtrekking dat er maar één oplos
sing ls: De eigen belastingheffing. Na-
tuuriyk. ik zie in dat dit het eerste jaar
moeilijkheden zal brengen. De menschen
krijgen nu twee biljetten. Maar op al
die oninbare posten zal dit geen nadee-
ligen invloed uitoefenen. Niet waar, wat
.Aan het tot stand komen dier be
grooting is heel wat voorafe—raam. Ik
mag u wel zeggen dait er dagen en
nachten aan gewerkt is. en dat de laat
ste begrooting ontstaan is uit 6 of 7
voorafgaande ontwerpen. Ik heb geluk
kig yverige medewerking van ontvanger
en secretaris genoten en in het college
van B. en W. is na vele discussies
eeensluidend de begrooting goedgekeurd.
De heer Knaap zette ons nog uit
voerig uiteen een bijkomstige omstan
digheid die van groot gewicht is. Be
halve dat door het te laat komen der
aanslagen de belastingplichtigen als *t
ware van hoogerhand tot niet betalen
gedwongen worden, moet de ryks fiscus
zyn schattingen maken over inkomsten
die dikwyis in het geheel niet bekend
zijn Het ryk kent nu nog niet by
schatting het belastbaar inkomen over
dit Jaar. De hoogere hand schrijft
voor dat de belasting-inspecteur een
schatting maakt van onmisbare posten,
welk bedrag de gemeenten moeten stor
ten alvorens het rijk begint met de uit
betaling van de voorgeschreven 10% der
inkomstenbelasting. Ik bezocht al
dus de heer Knaap den belasting
inspecteur te Amsterdam die my zeer
vriendelijk te woord stond. Op myn
vraag hoe hy toch die raming van dat
bewuste bedrag samenstelt antwoordde
hy dat hy het voorschrift volgen moet.
Doch daar hy over te weinig authen
tieke gegevens beschikt is hy verplicht
er maar een gat in te slaan. Over 1927
te dit f 69.000 groot.
De heer Knaap antwoordde op het
betoog van den inspecteur dat dit
systeem voor een gemeente als Haar
lemmermeer op den duur zeer funeste
gevolgen zou kunnen hebben. Namelijk
als de tyd aangebroken is datdie
te betalen schatting het bedrag dat de
gemeente van het ryk uit de respeotieve-
lyk te betalen tiende deelen ontvangt,
overtreft. In dat geval zou de gemeente
dus een bepaalde som aan het ryk moe
ten restitueeren. Om deze en nog vele
andere redenen van plaatselijken aard
(byvoorbeeld dat de gemeente beter
dan het ryk de afzonderlijke belasting
gevallen uit den boeren- en boeren -
arbeidersstand kan beoor deelen, op
't oogenblik toch geschiedt de geheele
behandeling absoluut buiten de gemeen
te om) achtte de heer Knaap, de eigen
heffing de eenige uitkomst.
Al deze beschouwingen liggen dus ten
grondslag aan de begrooting het werk
van den heer Knaap die deze week
by den raad In behandeling komt.
i De héér Knaap b steTTlg van meenfng,
dat als B. en de begrooting niet al
leen met ernst voorstellen, maar haar
ook met ernst willen bandhaven, zoo
dat geen cent wordt uitgegeven die niet
op de posten is verantwoord, een débaclc
vermeden zal worden. Doch hy zon dan
ook geen enkele principieele wijziging
in de begrooting kannen dulden. Zij
zal, principieel gesproken, onveranderd
aangenomen moeten worden. Wordt
zy dat niet, dan zal de heer Knaap de
door hem ontworpen begrooting terug
trekken.
Dan moet een oommissie uit den raad
maar een andere samenstellen. De loco
burgemeester is zich tenslotte bewust,
dat er nu veel zaken van gemeentebe
lang. die hy zelf ook gaarne spoediger
had uitgevoerd gezien, moeten wachten.
Doch dat is, in het belang der ge
meente on verm Udell jk. Dat belang is in
de eerste plaats: een normale gezonde
financteele toestand.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1077
DE PET
STADSNIEUWS
HET VIERDE GEMEENTE
LIJK ORGELCONCERT.
Mevrouw NoordewierReddingtas
Voor het vierde gemeentelijk Orgel
concert dat VrUdag as. gegeven wordt
heeft de heer George Robert zich de
medewerking weten te verzekeren van
Nederland's eerste sopraanzangeres: me
vrouw Noordewier-Reddinglus.
Er is voor dit concert een buitenge
woon aantrekkelijk programma samen
gesteld: een Kerstprogram ma.
De zangeres zingt vóór de pauze twee
liederen van An toon v. d. Horst: „Er
viel een hemeldauwe", „Welk vreugde
klonk", het Driekoningenlied van Wil
lem PUper, benevens een „Geistllches
Conzert" van H. Sütz, den genialen
voorlooper van J. S. Bach.
Na de pauze de cyclus „Weihnachts-
Iieder" van Peter Cornelius.
Het concert wordt geopend met de
Pastorale-Suite van Bach voor orgel,
terwijl tevens diens Toccate en Fuga
d moil op het programma voorkomt.
César Franck's blanke Fantalsie C ma
jeur besluit het programma.
PROF. DR. H. OORT. t
Een bekend Theoloog is heengegaan
In den ouderdom van bijna 91 Jaar is
te Leiden overleden prof dr. H. Oori,
oud-hoogleeraar ln de faculteit der god
geleerdheid, aan de RUks-unlverslteit
aldaar,
H. Oort werd 27 December 1836 te
Eemnes geboren en ging na het gymna
sium te 's-Gravenhage te hebben door-
loopen. aan de Universiteit te Leiden in
de godgeleerdheid studeeren.
Hy promoveerde aldaar 1 October
1860 op een proefschrift, getiteld: De
periscope Num. XXII 2—XXIV his to
ri am Bileami continenta.
Achtereenvolgens was hy predikant
by de Ned. Herv. Gemeente te Sant
poort en Harlingen. In 1873 werd hy be
noemd tot hoogleeraar in de Seinle-
tische letteren aan het Athenaeum te
Amsterdam en in 1875 tot hoogleeraar
in de Hebree uwsche taal en letterkunde
en de Israëüetische oudheden aan de
Leidsche Universiteit.
Een groot aantal werken is van zyn
hand verschenen. Vooral blijft zyn naam
onafscheidelijk verbonden aan de be
kende Leidsche Bijbelvertaling. In we
tenschappelijke kringen stond Prof. Oort
zeer hoog aangeschreven.
De crematie van het stoffelijk over
schot zal plaatshebben in het crema
torium op de begraafplaats Wester-
veld. VrUdag na aankomst van den
trein van 1J5 uur.
Moeder adviseert Jantje Jantje informeert of hy
zijn pet op te zetten als I heusch moet
hy buiten gaat spelen I
het is koud
en tracht uit te leggen I bovendien hoeft Kees
dat het niet koud is, al- I Kommer nooit een pet op
leen maar zoo lijkt
en zyn pet is te klein, overigens
doet 'm pyn aan zUn I waar ie is
hoofd, heusch waar
be- waarna hy verdwijnt en
op het veld zyn pet af
staat om dienst tc doen
als goal paal.
(Nadruk verboden).
I. O. G. T.
EEN CAUSERIE VAN
MR. P. TIDEMAN.
In een „Open Loge-zitting" hield
Dinsdagavond Mr. P. Tideman een ge-
nocgeiyke vertelling over het onderwerp
„Na den val van Antwerpen 4 dagen in
België". Ter inleiding sprak de voorzit
ter, de heer Jac. van Dam, eenige woor
den van propaganda, die hy vooral van
beteekenis achtte met het oog op de
naderende feestdagen, welke naar hy
hoopte, ieder prettig zou vieren, maar
zonder sterken drank.
Mr. Tideman vertelde van een auto
tocht, dien hy van Holland uit. in de
oorlogsdagen door België maakte met
eenige andere heeren. Hy deed daarby
tal van psychologische indrukken op,
o a. hoe een stemming de waarnemin
gen van den mensch by voorbaat kan
beïnvloeden, iets waarmee een rechter
terdege rekening moet houden.
De gedachte aan dood en angst had
spr. en de andere reizigers zóó te pak
ken, dat zy in alles gevaar en stryd
vermoedden.
Mr. Tideman vertelde van zyn erva
ringen in Turnhout. Lier en Mechelen,
en gaf een goed beeld van de vernieti
ging van kapitaal, die een oorlog teweeg
brengt. Het trof sprdat vele Bel
gen. die er den kans toe zagen, hun
landgenooten bestalen.
Dit was wellicht een gevolg van de
oorlogspsyche. Van Mechelen ging de
reis naar Antwerpen, dat juist gevallen
was. Van verwoestingen was daar niet
veel te zien, toch heeft zich daar ty-
dens een bombardement van 20 uur een
tragedie afgespeeld. De angst had alle
zorg voor de dagelyksche behoeften
weggenomen.
Tenslotte was de gerezen argwaan van
de Duitschers oorzaak, dat de reis ge
ëindigd moest worden. Men had den ge-
heelen tocht op de auto de Hollandsche
vlag voorop gevoerd, waardoor de rei
zigers weinig tegenstand ondervonden.
Spr. had den zeer sterken Indruk, dat
oorlog den mensch verwildert tot hy een
roofdier gelyk is, wat voor hem een
aanwyzing is, dat de mensch wer-
keiyk afstamt van het dier. Spr. wekte
op. de anti-oorlogpropaganda onver
moeid te biyven voeren, want niets is
zoo'n groote teruggang in beschaving
als het stelselmatig elkaar bestryden
der volkeren.
Aan de vluchtellngenkaravanen had
Mr. Tideman gemerkt, hoe de oor logs-
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CENTS PER REGEL.
OBERLAMNSTEIN
Uitstekend te vermengen met wijn of vruchtensappen
16
angst de menschen schier waanzinnig
maakte. Dat waren waardevolle in
drukken.
Aan het slot van zyn vertelling legde
Mr. Tideman hier nog eens den na
druk op:
Laat ieder toch van den geest bezield
biyven, dat nooit en nooit meer oorlog
mogeiyk mag zyn, om welke reden ook,
al wordt men er ook laf om genoemd
T# amusante en geestige vertelling
werd door alle aanwezigen met plezier
aangehoord. De voorzitter bedankte Mr
Tideman voor zUn groote welwillend
heid, om deze causerie te houden.
HAARLEM'S GEMENGD
KOOR.
WEIHNACHTS-ORATORIUM.
Haarlem's Gemengd Koor. dirigent
Jan Booda, zal op jen Kerstdag (des
middags) in het Gemeenteiyk Concert
gebouw wederom een uitvoering van het
„WeihMichts-Oratorium" van Bach ge
ven.
De begeleiding is in handen van de
Haart ernsche Orkestvereeniglng, mej.
Bets Nederkoorn, Cembalo en den beer
Piet Halsema, orgel.
FAILLISSEMENTEN.
Door de Haarlemsche rechtbank zyn
in staat van faillissement verklaard:
1. G. W. van IJsseldyk, kruidenier,
wonende te Haarlem. Schoterweg 59.
curator Mr. W. A. J. Stortenbeker te
Haarlem.
2. P. D. Margadant. handelaar in ver
lichtingsartikelen, wonende te Haarlem.
Parklaan 75 (pension mevr. van der
Zon) curator Mr. L. G. van Dam alhier.
Opgeheven werden de faillissementen
van:
1. E. J. de Vries, koopman in groente
en fruit. Kleine Houtstraat 123; cura
tor Mr. H. Ph. Visser 't Hooft alhier.
2, A. van Smeerdyk, groentehandelaar
te Haarlemmermeer. Lynderdijk 6 A.
curator Mr. dr. A. F. H. Schreurs al
hier.
Geëindigd zijn de faillissementen door
het verbindend worden der ultdeelings-
iyst van:
1. Th. Veerman, eendenhouder te Vo-
lendara, curator Mr. H. H. Riepma te
Edam.
2. G. van Nlcl, commissionair in effec
ten. vroeger te Haarlem thans te Am
sterdam; curator Mr. S. Goen alhier.
3 W, VessJes, vr ach try der en sleeper
te Haarlem; curator Mr. P. Tideman.
4 J. J. Th. Kodde, te Heemstede;
curator Mr. T. A. M. A. van Löben Seis.
alhier,
LEZING DS. J. C. A ALDERS.
Hedenavond zal voor het Comité voor
winterlezingen Ds. J. C. Aaldere uit
Amsterdam in het kerkgebouw in de
Zuiderstraat een lezing houden over
.Babel's val of de ondergang der cul
tuur".
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
60 Cents per regel.
winterhanden-wintervoeten
schrale lippen-ruwe huid
verzacht en geneest-
TUBERCULOSE-
BESTRIJDING.
Verschenen is het verslag der com-
mi ;e uit de Provinciale Staten die had
te onderzoeken de voordracht van Ged.
Staten ter zake van de tuberculosebe-
stryding, Blijkens dat verslag werd de
voordracht ln de commissie gekarakte
riseerd als een stap vooruit op een lan
gen en moeilijken weg. Het verslag
meldt:
Het einddoel, aldus betoogde een der
leden, ls er echter geenszins mede be
reikt. Belangryke groepen van ïyder*
aan tuberculose vinden nog niet de voor
hen geëigende verpleging, omdat het
daarvoor noodlg© geld ontbreekt. Dit
geldt vooral voor de grootere steden cn
met name voor Amsterdam. Voor de
toekomst mag men niet met verminde
ring van het aantal patiënten, voor wie
verpleging gevraagd wordt, rekenen. Eer
ls het tegendeel het gevaL Want zoowel
by de medici als by het volk is belang
stelling voor de tuberculose-bestrijding
groeiende.
Bovendien moet een krachtige bestri
ding der z.g. chirurgische tuberculose
nog begonnen worden. Juist een dezer
dagen is opgericht do Nederlandsche
vereeniging ter behartiging van de belan
gen van ïyders aan been- en gewrichta-
tuberculose. die een groot terrein van
werkzaamheid voor zich heeft liggen.
Zoo zal de behoefte aan behandeling
en verpleging nog grooter worden dan
zy reeds Is en by de voorziening in die
stUgcnde behoefte zal de steun ook van
het provinciaal bestuur niet kunnen
worden gemist. Vertrouwd werd, dat die
steun, ook als hU grooter zal moeten zyn
dan thans wordt voorgesteld, niet zal
worden geweigerd.
De Commissie beveelt eenstemmig
goedkeuring van de voordracht aan.
GEEN BADIOPOLEMTFK.
Op 8 Dec. 1.L heeft de directeur-
generaal der P.T.T. in een brief aan de
omroepende vereenigingen nog eens na
drukkelijk herinnerd aan het verbod
am ..by radiouitzendingen de beginselen
cm gedragingen van (andere) omroep
organisaties" voce den microfoon te be
handelen.
FEUILLETON
Naar hetDuitsch van
F. ARNEFELDT.
Vertaald door
JAC. VAN EMDEN.
8)
Kummer vond de beide chefs in het
privé-kantoor ln een belangrijke confe
rentie en biykbar onaangenaam ge
troffen door het feit, dat de kassier
Juist Ln het drukste uur zijn verantwoor
delijke plaats verlaten had. De bood
schap die hy bracht, droeg er niet toe
by. hun stemming te verbeteren.
Wat zegt u. Forberg nog niet te
rug? riep Julius Graupner, terwyi hy
van zijn plaats aan het groote bureau
opsurong en zijn gouden horloge uit den
zak haalde: het is nu bUna twee uur.
En wanneer hebt u hem wegge
stuurd? vroeg Eduard Graupner. die op
de met Toen leer bekleed e canapé zat
die een deel van den achtermuur var
het ruime vertrek, dat uitzag op eer
groote met schaduwrijke noteboomer
beplante binnenplaats, besloeg.
Even vóór elven, luidde het bedees
de antwoord.
Drie uur! Waarheen hebt u hem
dan gestuurd? riepen de beide heeren
tegeiyk.
Kummer bekende dat hU Forberg naar
de Ryksbank en naar de Nationale Bank
gestuurd had en nu sprong ook Eduard
Graupner op en trad naderby.
U hebt hem in éénzelfden loop de
chèques, die ik vandaag heb uitgeschre
ven, laten innen en de aandeelen bU de
Nationale Bank laten afhalen? riep
hy uit.
De kassier antwoordde bevestigend.
Maar dat is bUna 300.000 Mark!
Hoe kon u zooiets doen? riep Julius
Graupner en trad eveneens naar voren.
Forberg heeft al zoo dikwyis nog
groofcere bedragen in handen gehad, ant
woordde Kummer.
Maar wy hebben u uitdrukkelijk
gezegd, dat wy dit niet meer willen
hebben. Nu riet u het zelf!
Forberg ls een eeriyk man, ik ben
zoo zeker van hem als van myzelf, ver
dedigde de kassier zich.
U begrypt toch zelf wel. dat dat
lange wegblyven niet in den haak kar.
zyn, gaf Julius Graupner ten antwoord
Ik vrees, dat hem eea ongeluk
overkomen is.
Het resultaat zou voor ons hetzelfde
biyven, ons geld te in ieder geval in
gevaar. hernam Eduard Graupner
barsch. Lieve hemel, er komen van
daag wissels, die ieder oogenblik aange
boden kunnen worden; hebt u daarvoor
dan nog geld genoeg ln kas?
De oude kassier schudde het hoofd.
Men zal van be talingsmoe liykhe-
den spreken; onze naam staat op het
spel! riep Julius Graupner uit, terwyi
hy naar de telefoon ging en zich met
een bevriende bankzaak verbinden liet.
Metzier heeft het bedrag in kas.
zei hy na een paar minuten, terwyi hy
door een nydigen druk op de bel
Schmidt naar binnne riep. Welke
maatregelen hebt u genomen? vroeg hy
tegelijkertijd der. kassier.
Ik heb Schmidt naar de RUksbank
en de Nationale Bank gestuurd
En? vroegen de twee heeren.
Forberg heeft het geld en de aan
deelen in ontvangst genomen.
En verder hebt u niets gedaan, riep
Eduard Graupner. Hy liep naar de te
lefoon en vroeg het hoofdbureau van po
litie. Hy gaf het wegbiyven van zyn
banklooper aan en noemde de som, wel
ke deze by zich had. Onmlddeliyk kwam
het antwoord, dat dadeiyk alle politic-
bureaux van de stad gewaarschuwd zou
den worden en dat een commissaris van
de recherche al onderweg was om zich
op de hoogte te stellen.
Op dat c jenblik kwam Schmidt bin
nen en kreeg opdracht, by de firma
Metzier het geld te halen, dat deze be
schikbaar had gesteld om Graupner uit
de oogenblikkeiyke verlegenheid te hel
pen.
Maar kom vooral vlug weer en
neem een taxi heen en terug, gelastte
de bankier, Er is haast by.
Gaat u weer naar uw kas en zie
de aanbieders der wissels een oogenblik
aan de praat te houden: als de commis
saris van politie komt, laten wy u roe
pen, zei Julius Graupner tegen den kas
sier en zyn neef voegde er boos aan toe:
Een mooie toestand als Graupner <Sc
Zonen de wissels niet uit eigen kas kun
nen betelen!
Heel spoedig verscheen de commissa
ris van politie en telefoneerde dadc-
iyk het signalement van den banklooper
naar alle richtingen. Daarna liet hy
zich de nadere bijzonderheden van het
raadselachtig wegblijven van Forberg
vertellen. Veel viel daaromtrent niet
te zeggen.
Forberg was dien ochtend als gewoon-
lyk precies om acht uur present ge
weest, had zijn werk op kantoor verricht
en daarna verscheidene boodschappen
gedaan, tot hy om elf uur me: de chè
ques en de reoepisscn der aandeelen
op weg was gegaan. Gottsohalk. die
evenals Kummer werd verhoord, ver
klaarde dat zy iiem de stukken hadden
ter hand gesteld en dat hy die voor
him oogen ln zyn tasch had gesloten.
Schmidt, die Intusachen was teruggeko
men. vertelde nog. dat hy tegeiyk met
Forberg was weggegaan en een eindje
met hem was opgeloopen.
En heeft u niets bUzondere aan
hem gemerkt? vroeg de commissaris.
Ik zou niet weten wat.
Was hy niet zenuwachtig en voelde
hy rich ook niet onwel?
Hy was heel gewoon, verzekerde
Kummer en Schmidt voegde er met
een knipoogje naar Gottsohalk by:
Hy scheen me ook volkomen nuchter
toe.
De beide heeren Graupner keken
vreemd op en de commissaris vroeg:
Nuohter? Was hy dat dan niet
altyd? Had hy neiging tot drinken?
In het geheel niet, hy was zoo ma
tig als men zich maar denken kan.
haastte Kummer zich te verzekeren.
Hoe komt ge er dan toe om dat te
zeggen? vroeg de heer Graupner den
loopcr.
Schmidt keek beteuterd en zei, dat hel
hem ontvallen was. HU had er niet b'j
gedacht. Toen kwam hy echter met de
verklaring voor den dag. dat Forberg
vroeger wel altyd matig was geweest
en hy zou voor geen geld ter we
reld hem een dronkaard willen noemen
maar in den laats ten tyd had hy
toch wel eens „een glaasje voor den
dorst" gebruikt.
Waarom heb Jt dat stilgehouden?
voegde de bankier hem toe.
Schmidt trok dc schouders op. Je
verklikt je kameraden niet graag. Dc
dacht dat de heeren en mijnheer Kum
mer ook het zelf wel hadden gemerkt.
Ik heb er nooit iets van gemerkt
en het ls ook niet waar. v... klaarde
de kassier. Heb JU er ooit leks van
gemerkt, Gottschalk?
De boekhouder antwoordde ontken
nend, maar het kwam er aarzelend uit
cn tenslotte gaf hy toe, dat de loopcr
een paar maal een wat vreomden in
druk op hem gemaakt had.
Kan het zyn, dat dc man uit wan
hoop r.aar de fkech heeft gegrepen,
vroeg de commissaris en nu antwoord
de de bankier zelf, dat dit onmogeiyk
het geval kon zyn. In Forberg's gezin
ging alles naar wensch, hy had er be
hoorlijk kunnen komen en had zelfs
een eigen huls te Friedenau laten, bou
wen.
Kon hy zich dat dan veroorloven
vroeg de commissaris, thans een en al
aandacht.
Nu een deftige villa zal het we!
niet zyn; ik heb het huls nooit gezien,
zei de bankier goedig.
Toch wel. riep Schmidt; hy rweeg
echter direct, verschrikt en zei klein
tjes: Neemt u my niet kwal Uk. het
viel me zoo uit den mond.
(Wordt vervolgd.).