EEN ONTWIKKELINGS- EN ONTSPANNINGSREIS HONDERDJARIG JUBILEUM. VOORHISTORISCHE PLANTEN EN DIEREN HANDELSBLAD HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 17 APRIL 1928 V. De vlakte van Memphis. Bezoek aan het apis- mausoleum. Het graf van Thi. De oude Egyptische kunst. Hotelleven in het Oosten. Per trein van Ca'iro naar Jeruzalem- Eerste indrukken. Voort gaat het weer. We bereiken de vlakte, waar eertijds Memph's stor.d. Memphis, de hoofdstad van het oude Egypte, omstreeks 1000 Jaar voor Chris tus middelpunt der Ap'.s-cverêcring. Thans liggen er vruchtbare akkers, door sneden. door irrigatie-kanalen, beffen palmen hun trotschc kruinen hemel waarts. Als vrijwel cenige overblijfsels een kolossaal standbeeld, op den rug liggend. voor Ramses II aan den rijweg tusschen Badrashfin cn Mit-Rahinah. Vlak erbij een heerlijke Alaboster Sphinx. Ze is nagenoeg gaaf. We bereiken ons eindpunt, den ToestiJnrar.d. Kameelen, ezels, zand- karren. Ik ga te voet de woestijn in naar het Serapeum of Apis-mausoleum, waar de heilige aplssen bijgezet werden. Geen gebouw te zien, E:n uitgegraven gang leidt naar berieden, 2 deuren, daarvoor een handophoudend type roo- verhoofdman. We gaan binnen en slaan een hoek om. Al dadelijk wordt ons de weg be moeilijkt door een kolossale sarcophaag waar we maar nauwelijks voorbij kun nen gaan. Geen gids te zien, we gaan met enkelen in het pikduister met recht een Egyptische duisternis ver der in de onder woestijnzand uitge graven grotten, af en toe door het af strijken van een lucifer onzen weg be spiedend. Ik tippel vooruit in het ab soluut duister. MUn geestcs-oog ziet het gebeuren van vóór eeuwen. Ik zie de sarcophaag op vele lage rollen voort glijden op met vet ingesmeerde glU- planken. omwikkeld met vele touwen door honderde, wellicht dulzende slaven getrokken. die hun krachten daarbij uitputten, gedreven door de felle zweep slagen der opzichtersDan hoor ik weer stemmen in mijn nabijheid, een lucifer vlamt op en slechts enkele pas sen scheiden ons van een enorme sarco phaag In een nis, de rustplaats van een apis. Ieder in zijn grot, aan weerszijden van de gang, staan de massieve op G4000 K.G. zwaarte geschatte granieten kis ten. Een gids achterhaalt ons met een magnesium lont, terwijl de rest van het gezelschap met kaarsen volgt. We krij gen de gelegenheid een kist, die in een ietwat ruimere grot staat van nabij en van binnen tc zien. Op de kist van buiten hieroglyphen, juweeltjes van beeldhouwwerk, de binnenkant en voor al de hoeken voor 100 pot. en zuiver en haaks afgewerkt. De apissen hebben klaarblijkelijk een ander verhief op gericht, of Juister: ze zijn geroofd, één enkele van de 64 hebben de dieven zeker bU vergissing gespaard. We verlaten het serapeum langs een ande ren uitgang. Een niet al te lange wan deling door de woestijn brengt ons naar het graf va nThl, dateerende van pl.m. 3500 v. Christus, een hoog amb tenaar tijdens de 5e dynastie. Buiten niets te zien dan enkele glazen lichtkastjes van hoogstens 1/2 Meter ln het vierkant. Een gang voert naar. be neden. 2 deuren, type rooverhoofdman. Een vierkante ruimte gesteund door vier kante zuilen, in het midden een in de rotsen ui'tgehouwen trap, die gaat naar een grot, vermoedelijk in verbinding staande met de als ik goed ben in gelicht nog steeds niet gevonden grafkamer. Men zou bUna kunnen spre ken van een mausoleum, de wanden zijn geheel bedekt met hleropglyphen en voorstellingen uit het leven van Thl. De pracht van de meeste dier voorstel lingen zoo niet alle is buitenge woon. neen. slaat mU met stomme ver wondering. Het blUkt maar al te duide lijk dat de 20e eeuw, alleen of liever hoogstens in de techniek vooruit is ge gaan. De voorstellingen op de wanden van den voorhof, zoowel als van de andere zalen zijn de geperfectionneerde perfectie, elk dier. elke bloem is zuiver gestyleerd, de figuren bewaren mathe matisch denzelfden afstand ten opzichte van elkaar, de uitdrukking der gezich ten is verschillend, de houding der af gebeelde dieren de meest natuurlijke Dat waren eerst kunstenaars! Klaarblijkelijk is de mastoba niet af gewerkt geworden, de eene zijde van den voorhof vertoont slechts de ruwe omtrekken, de ruwe teekening. Wij toe ven lang ln dit grafgewelf, elke voor stelling is zoo heerlijk van harmonie en perfectie dat het scheiden moeilijk valt Ten slotte gaan we, we moeten vóór de donker invalt in bewoonde straten zijn. De wegen 4Jn niet verlicht de bevolking is onbetrouwbaar. Wij rijden las>gs het kanna!, zien aan den horizon de bergen, die het materiaal ".everden voor de Pyramiden van Sah- karah. waarvan de trappen-pyramide van Tcheser of Soser (3e dynastie) ver reweg de voornaamste is. De zon is dalende, het landvolk maakt zich op huiswaarts te keeren. zU ver zamelen zich, zij drijven hun vee voor zich uit runderen, karbouwen, ka meelen, ezels, schapen en zwarte geiten :n bonte mengeling, de grootere dieren b.-'.ast met een voer gras voor den vol genden morgen. Het geheel is van een zeldzame bekoring, de groene weiden, ds bruine akkers, dieren, de bonte kle derdrachten, de grijs-grauwe dorpen van leem. de witte tenten; in de verdrijven de verte, de pyramide en de eeuwige on eindigheid. dit allo? overgoten door de laatste stralen van de ondergaande zon. We naderen Oiseh op weg naar Cairo; de koningsgraven steken sterk af tegen den purperen avondhemel. Ik kijk. ik moet kijken, ik Wijf kijkende laatste zonnestraal kust teederlijk mijn sphinx. De duisternis zet in. We treden het Egyptische museum binnen, hoofdzakelijk om de schatter, te zien uit het graf van Toeth Ank Amen Waar de couranten en vooral de tijd schriften als „The Illustrated London News" en ..1" Illustration", ik meen ook Het Leven" zulke goede beschrijvingen on afbeeldingen hebben gegeven, -geloof lk hier te kunnen volstaan met de ver melding dat zelfs de best geredigeerde opsomming en de beste illustratie de werkelijkheid slechts in de aller verste verte nabijkomen. Het is eenvoudig superbe. Ik neem den tijd eens om op mijn ge mak het leven op het terras, en in de hall van mijn hotel gade te slaan. Hoe wei onder dezelfde directie en identiek van inrichting als he* bekende Shep- pard's Hotel, is het Continental-Savoy beslist beter gelegen, schuin tegenover de opera. Een prachtig ruiterstandbeeld met uitgestrekte n arm bevelend wijzend: de eerste Egyptische verkeersagent te paard. .Tuinen met Arabische ingangs poort vlak over ons. Een breede mar meren stoep, ter schouderhoogte het terras, rieten meubelen, parasols, pal men in kuipan. Breede reede loopers, warm doende in de zon. slaven in roode en mokka-kleurige costuums van onder tot boven bestikt met goud en zilver. Weer anderen in witte enkelpantalons met roede of blauwe jakjes, de geheele bende rood befezt. Dragomannen zelf de soort van wezens loopen met kar watsen en stokken om het gespuis te kunnen bewerken. Heldere klare lucht, zonovergoten. Geschreeuw. Harder ge schreeuw. Stokslagen. Afdemzend ge spuis. De Amerikaansche gezant rijdt voor in auto. Twee vlaggetjes ter zijde van den auto. Motorrijder vooruit, 2 idem achter. Begrafenis met wit laken overdekte kist waarop papieren bloe men 4 dragers, voorop zangers, achter de baar zwarte weeklagende vrouwen Studenten-optccht, demonstratie, bloed rood vaandel voorop, schreeuwen, doen verder geen kwaad. Weer begrafenis. Veel gelelde, achter de baar rijden de vrouwen, gehurkt op platte karren door versierd ezeltje getrokken. Weer ge schreeuw, 2 straatdieven hebben het met elkaar aan den stok, vermoedelijk heeft de een wat meer gegapt dan de ander. Doodclijke concurrentie. Ik houd niet van geschreeuw, en ga naar binnen. Hall. Zeer groot. Witte kolommen, heerlijke roode tapijten, Tieten meubilair, green. Ook clubfauteuils ln de intiemere hoeken. In een hoek een strijkje. Zachte me- lodleuse oude melodieën klinken op in de ruimte, weldadig aandoende ln den tegenwoordlgen tijd van jazz-idiotlsme. Vooral veel Engelschen en Americans. Schoone dochteren. Eva's leuke toiletjes. Gentlemen ln smoking, cocktail, old Tom Gin, Have another. Thanks. Good bye. Hallo Daddy, Freddy darling. How lovely. In een hoek een sheik, Burnoes, brui ne snuit, zonverbrand. witte hoofd doek. Etensgong klink ultnoodigend. De trein brengt ons van Cairo naar Je ruzalem. Nauwelijks en route klinkt de bel voor den restauratiewagen-slaaf door de gangen. We nemen plaats en terwijl de gerechten elkaar regelmatig opvolgen, neigt de zon ter kimme. Het land ia overgoten door een heerlijk purperen gloed op een plaats ls zelfs de hemel zeegroen. De attentie ls meer bij de lichtacha- keerlngen en kleur-effecten, dan bij het overigens goede diner. Dan verdwijnt de zon, het wordt nacht ln Egypteland. Wie eenmaal het water van den Nijl gedronken heeft, zegt een oud spreek woord. zal het wederom drinken. Egyp- teland, ik groet u. Tot ziens, We naderen El KantAra. het laatste station ln Azië. Het is 10 uur 's avonds. In ccn langrij gaan we het smalle, slecht verlichte pad af, dat naar he: Suez-Kanaal leidt. Daar gooit de pont reeds los. We varen over. In de verte zoeklicht van een stoomschip dat zijn weg door het niet verlicht kanaal zoekt. In het douanekantoor wordt een Syriër even te grazen genomen door de autoriteiten. We moeten op onze baga ge wachten, die met de volgende pont overkomt, dus hebben we gelegenheid het gedoe gade te slaan. De man heeft een kameelzak. twee manden en een groot pak bij zich. Uitpakken maar Jon gens. De onmogelijks te combinatie komt te voorsohijn, oud touw, nieuwe brulnleeren kinderschoèntjes, nieuwe katoentjes, apenootjes en dadels. Ge- pa laveer waar het einde van weg is. De Syriër beweert het eene en de autori teiten beweren natuurlijk het andere. Eindelijk'zijn ze het eens geworden, de fiscale honger wordt bevredigd. Tegenover den uitgang van het douanekantoor staat de trein met de slaapwagens. Ik ben weer tijdig bij de hand om de zon te zien opgaan over liet beloofde land. De spoorlijn gaat ln allerlei bochten bergopwaarts; we stijgen 2400 roe1- Berglandschap, roode anemonen steken schitterend af tegen de grijze steen. We passeeren Gaza. een vroegere vesting der Filistijnen, w gaan door de vallei van So rek, sinaas- appelboomen ln velden omringd met cactusheggene dan Saara (het bijbelsche Zora), geboorteplaats van Slmson. In Leudd (vroeger Lljdda) wisselen wij van trein, akkers die beploegd worden door een span ossen met een kameel voorop. Ramleh. olijfboomen, palmen, sycomoreboomen. Tenslotte Bittlr. Ein delijk Jerusalem. Jerusalem. De trein rolt binnen. Daar heb je het weer; het gespuis, dat lk meende goed en wel in de duis ternis van den Egyptischeu nacht te hebben achtergelaten, schijnt opge staan. Het roepen om ..Bakshish" m.a. w. het bedelen schijnt ln deze landen universeel. Buiten de kap een ijskoude regen dlc ons ln het gezicht zwiept. We rillen en beven. De auto's rijden door genoci den teerd e stratenoveral n leuwe hulzen, op straat, neer straat. We stappen op de markt waar de boeren cn boerinnen uit den omtrek hun dieren en land bouwproducten te koop bieden. Lam metjes en kleine geitjes staan dicht op elkaar gedrongen hun noodlot af te wachten. Alvorens naar ons hotel te gaan, de regen ls intusschen opgehou den. gaan we naar de plaats waar de Tempel gestaan heeft. Een smalle ta melijk helende en door den regen glad de weg leidt naar de zooveel lager ge legen Poort van Damascus. Telken/ trapjes af. ter weerszijden van den weg echte spelonken waarin öf goe deren zijn opgeborgen of dieren. Kan nen verkoopers, dc waren op tapijten op straat uitgestald, stalletjes met zuurtjes en dergelilk goed maken den toch al zoo smallen verkeersweg nog nauwer. Daar tusschen bewegen zich vrijelijk ezels, kameelen, schoone jonk vrouwen met totaal versluierde gezich ten. Het Tempelplein is door 8 poorten toegankelijk, waarvan een al Jaren ls gesloten. Thans staat op de heilige rots, die wordt beschouwd als die waarop Abra ham zijn zoon lo-aac wilde offeren een 8-hoekIg koepelgsbo-.iw, dat ten on rechte moskee wordt genoemd. Een dubbele marmeren zuilengang rondom de heilige plaats, belegd met kostbare tapijten. In een der hoeken van het plein was ln den muur een trap uitgehouwen, dir voerde naar een groote ruimet. met vierkante pijlers. Tijdens de kruistoch ten dienden deze ruimten onder het terras als stallen voor de paarden der ridders, de oorspronkelijke toegang ln het Zuiden Ls thans geblokkeerd. wy maken een rondgang om het tempel plein en beklimmen de muren. Th. SANTPOORT. „ONS GENOECEN". Het laatste optreden van bovenge noemde tooncelvereeniging mocht zich in een groote belangstelling verheugen. D:ze flinke belangstelling was ten volle verdiend, want er werd over 't gehsel gced spel te zien gegeven, vooral als men bsder.kt, dat zoowel in „Een Kerstavond" als ir. ..De Oom uit Amerika" een plaats vervangster vcor één der dames, die plotseling wegens ziekte verhinderd was, moest aangewezen worden. Met een gezellig bal werd de avond gesloten. VELSEN. WIJZIGING RETRIBUTTFC-ELDEN Door de leden van den gemeenteraad de heeren P. F. C. Roelse, W. F Visser en P. Schaar is een voorstel ingediend tot wijziging van de verordening op de hef fing van retributiagéld voor de toelating van leerlingen uit deze gemeente op het Gymnasium en hot Lyceum der ge meente Haarlem en het Kennemer Ly ceum te B'oemendaak Volgens dit voor stel zal het retrlbutiageld bedragen bij een belastbaar inkomen van 1(50018ÖC gld voor één leerling 10 per jaar, moor leerlingen uit één gezin vrij. 180120CC gld. ]e leerling 20 gld, 2e leerling 10 gld meer leerlingen vrij. 20012200 gld. 1 e. 2e en ?e leerling reap 30 2 en 10 enz. tot een maximum van 400 voor eiken leerling bij een inkomen var. 80G0 gld. en meer. GEVONDEN VOORWERPEN Z fcveren damesbeursje, kinderpor* tcmonnaie met inhoud, werkjas, kinderportcmonnaic. HAARLEMMERMEER OORKONDE NIEUWE KERK. Naar wy vernemen, zal op Zaterdag 21 April des namiddags te 3 uur in de te Hoofddorp in aanbouw zijnde nieuwe Gereformeerde keTk ingemetseld wor den. AFSCHEID ORGANLSTE. De blinde Organiste, mej. C. van Pelt die gedurende vele Jaren in de Ned Hervormde Kerk te Hoofddorp het ge meenschappelijk gezang met haar or gelspel heeft mogen leiden en Zondag wegens haar vertrek naar Ermelo voor 't laatst aldaar het kerkorgel be speelde. werd door Ds. Bax hartelijk toe gesproken en dank gebracht voor de vele goede diensten die zij in het belang van de kerk en de stichting van den open baren eeredlenst heeft bewezen. De gemeente zong haar staande toe de bekende zegenbede: „dat 's Heeren zegen op u daal". Het feest van de Firma Van Houten te Weesp. Holland ls, van tijd tot wyle, een gezellig land. Zoo nu en dan vaart een vlaag van leven, van genoegelijkheid, van enthousiasme zelfs door dit land van chronische langzaamheid, bedachtzaam heid en lankmoedig, verdraagzaam ge duld..,. Deze acute aanvallen doen zich voor bv. op 't (overigens spaarzame) ijs, in den bloemboUentUd en ook bij de zoo nu en dan voorkomende feestelijkheden. En het werd ons weer duidelijk ge demonstreerd bij ons bezoek aan Weesp het oude stadje, dat ten tijde van Bonifacius al bestaan moet hebben. Weesp, dat feestviert met veel over tuiging en ter eere van de firma var. Houten, die zijn honderd-jarig jubileum viert en het stille, vergeten stadje te midden van de groene weilanden be kend heeft gemaakt tot ver over de gren zen van ons land. Wanneer wU, na een snelle rit door de nu vrooiykdoor de zon bestraalde weilanden, langs het met schuimkoppen bedekte water, dat dansend en klotsend toont, ook wel „net écht" te kunnen doen, door de bulderende en fluitende windvlagen, die ons dapper voortjagend „huisje op wielen" bestoken, 't stadje binnenkomen, is 't eerste wat we zien de mooie villa var. de familie van Houten, waarvoor prijkt esn eenije meters hoog conterfeitsel van den stichter van dit nu zoo bloeiend bedrijf: de cacao-fabrlek. gesymboliseerd door een reusachtigen adelaar die met uitgespreide vleugels boven zijn hoofd schijnt te zweven Wanneer we verder rijden, behoeft er geen twijfel over te blijven aan de fees telijke bedoeling van de dankbare Wees- penaren. Overal, waar we kijken, wap peren groote en kleine vlaggen, onaf zienbare rijen heel kleine vlaggetjes in alle bonte kleuren als lekkende tonge tjes, palen, omwonden door vlaggen, zijn verbonden door lange slingers den-" negroen; langs en over de straat han gen tallooze lampions, afgewisseld door electrische lampjes en groote ronde cel- luloid-bollen, die als verbaasde oogen deze kleuren-wemeling schUnen te be staren. Bonte, aardig ontworpen schil den hangen aan alle boomen, die op eindeloos gevarieerde wt:en de kleuren van 't stadswapen combineeren met de voorletters van de firma van Houten tot zelfs een kippenhok is volgehangen met papieren vlaggetjes, vermoedelijk tot grcot ongerief van de onthutst uit ziende kippen.... Het ls in-genoegelijk. Plotseling verrijst in een nauw straatje een aardige, oude stadspoort, waarop eer. uil slaperig schijnt te knikkebollen 't blijkt echter een „opgezette", even als de poort een handige imitatie, waarin een groote bel ijverig klingelt. De straten srtroomen vol. zoo dadelijk za! in 't versierde gemeentehuls de In stallatie van de Jury ter beoordee ling van den étalage-wedstrijd plaats hebben, met de gebruikelyke toespra ken en in tegenwoordigeheid van de Jubileerende firma het wordt tijd dat 't carillon bespeeld wordt ter verhooging van de plechtigheid- We wringen ons naar boven, naar de spits van 't oude torentje. Als we halverwege zijn beginnen dreunend de klokken te lui den en even omvangt ons de romanti sche sfeer van een ver verleden dan' „pang" zegt Iets tegen myn hoofd, het blükt een bovenmate solide balk, die de eeuwen trotseerde en zijn aanwezigheid daar op nadrukkelijke wyze demon streert mijn hoofd echter trotseert óók en moedig hyschen we ons verder naar boven langs de steile laddertjes, ons voelende als een konUn in de gan gen naar zijn hol. Als we boven geko men zijn blijkt echter, dat het carillon niet te bespelen is en al sinds twee Jaar ln een staat van verregaande verwaar- 1 oozing verkeert. We dalen dus maar weer af. na eer. blik naar buiten te hebben geworpen waar we de Zuiderzee kunnen zien als een reusachtige bruinvisch, met glinste rende schubben, en de heuvels van 'c Gooi, die herinneringen opwekken aan zomersche geneugten van bosch en hei zien het vroolUke, kleurige winderige landschap.... Dan naar 't Stadhuis als we bin nenstappen in de ruime hal, klinkt een daverende marsch door de gewelven waar anders niets getolereerd wordt dan plechtige ernst en traditioneele formu les.... De officieeïe installatie ls juist af- geloopen. Er wordt thee gedronken, er worden (natuurlijk) Weesper moppen gegeten, een verdienstelijk gebak uit den tijd, dat de mensoh nog over de ze geningen van een gezond gebit be schikteburgemeester en wethouders verontschuldigen zich over het mis lukte carillon-concert (niemand kon er wat aan doen, maar 't wordt nu hèusch in orde gemaakt, na anderhalf jaar waohten op een Rijkssubsidie, die niet kwam!) de vrouw van den con cierge kijkt ontzet naar den vreemden toestand waarin de gemeente-zalen ver- keeren een fograaf snuffelt ijverig als een speurhond naar den dop van z'n toestel, die hy kwyt is, een contrabas ligt, als bezwijmd, op den grond, rood- gebeenrie muzikanten waren rond goud- gegalonneerd.... Het is een gezellige herrie, we be wonderen nog, en passant den Coenraad Johannes wisselbeker, versierd met zil veren cacao-boonen, beschikbaar gesteld door de jubileerende firma als wissel- prys in den étalage-wedstrijd en eznige mooie plaquettes, vermoedeiyk voor 'tzelfde doel. Dan vertrekken we weer scharrelen door de overvolle straten, een agent wenkt gewichtig: stoppen! De étalagecommissie wandelt rond. bekijkt ernstig en critisch de uitstallingen. Keurt.... In een speelgoed-winkel draait in enthousiaste vaart een electrisch ver licht treintje, arrogant als een goud- visch in z'n kom, die het perpetuum mobile denkt uitgevonden te hebben. Buiten Weesp: de brug. Die, ten tweede male open is. Sleepbooten, me: onafzienbare hoeveelheden schuiten achter zich (waarender etteiyke met den naam: Otliehckomen van belde zUden aanzetten met een sukkelgange- tje van zeker nog geen 5 K.M. We zuch ten, berustend en besbeden onzen tyd nuttig met het lezen van den „feest gids". Dit is een uiterma te boeiend en leerzaam geschrift en hot is te betreuren, dat de firma Van Houten hiervan niet een minia tuur uitgave in iedere bus cacao de poneert. Want wie denkt, onder 't ge not van z'n elf-uursch kopje choco lade, aan het feit, dat onder koning Montezuma (koning van Mexico ten tyde van de verovering van dat ge west door de Spanjaarden) belasting werd betaald in: cacaoboonen? Dat men voor 10 cacaoboonen (géldaman- delen geheefcen) eigenaar werd van een: konyn. voor 25 van een Jacht hond, voor 150 van een slaaf! Dat bovengenoemd heer z'n kopje choco lade niet verkoos te savoueeren dan uit gouden schalen en met gouden lepels..... Al deze wetenswaardigheden en nog véél meer. worden uitgebeeld in oen optocht die Zaterdag gehou den zal worden. Hierin zullen ook voorkomen verschillende groepen, al le natuurlyk betrekking hebbend op de cacaoboon en haar verwerking, o.a. zal één groep in beeld brengen de herinnering aan het feit. dat de firma Van Houten de eerste was. die de tegenwoordige blikverpakking van de cacao toepaste (vroeger geschied de dit in flesschen). Eén beschrUving van alle voorkomende feesteiykheden. die de geheele week van 1420 April dm*en zullen, zou ons be ver voeren. Behalve de reeds genoemde étalage- wedstryd zullen plaats hebben een ballon-vaart door kapt. Pottum. raarby 2000 kleine ballons door kin deren worden opgelaten, uitgebreide Illuminatie, waaraan zéér veel zorg wordt besteed met een grootsch vuur werk en een fakkeltocht, een wed strijd tusschen motor-giybooten. een pushbal-wedstryd enz. enz. Laat chocolade-drinkend Nederland zUn hellwcnschen voegen by de zéér vele. die aangeboden zullen worden laten wy hopen op een week van zonneschyn. van vroolijkhcid. vr.n ge- noeglyk enthousiasme voor de Jubi leerende firma. Leve de cacaoboon!I N. V. N, Venen. De venen dateeren pas uit later tyd. De planten, die nu verrot en vergaan, tot turf geperst en ln onze kachels ver brand worden, waren eens een sieraad voor hun omgeving. Ongeveer 4000 jaar geleden, dus toen er reeds menschen waren, groeiden deze planten op Nedsr- landschen bodem, een bodem echter, die anders was dan de tegenwoordige. Wat byna van zelf spreekt, daar het veen nog moest ontstaan en wy nu byna niets anders dan veen hebben. Het was er4000 Jaar geleden heer- iyk warm. een sccrt subtropisch klimaat, zooals aar. de Rivièra. Het ys, U zult het zich uit een myner vorige artike len nog wel herinneren, dat byna ens ge heele land had bedekt, was verdwenen en de vinnige, snerpende koude had plaats mee ten maken voor een oosten wind, zacht en warm, die de laatste sporen van dien guren tyd vernietigde. Langzaam werd d-e oude toestand weer hersteld. De planten, die door de koude Mer niet hadden kunnen gedyen, kwamen weer terug; de dieren, aangetrokken door het milde klimaat, zochten onze noordelijke streken op en vestigden hier voor goed hun woonplaats. En zoo kre gen we weer een lustoord van het echte oude type, waar alles wild door edkaar groeide en waax geen menschelijke hand nog zyn verwoestend werk had gedaan om al dat natuurlijk gegroeide in kunst matige banen te leiden. De boomen domineerden over de heesters en lagere planten. Boomen waren er zooveel, dat zy oerwouden vormden van kolossale afmeting, die donker en somber, slechts aan het al lerellendigste onkruid (paddestoelen, schimmels e.d.) groeiplaats verschaften. De bosschen vormden eigenlijk het uit gangspunt voor ons veen, hoewel zy zelf niet een groot aandeel in die vor ming hebben. Maar zy maken de onder ste laag der venen uit en daarom moeten wy daar beginnen om een goed begrip van haar ontwikkeling te bebben. Zooals reeds gezegd was het warm en droog, een ideaal klimaat vcor sommige soorten boomen, die dan ook in rijke - ïyke hoeveelheid daar te vinden waren, zy waren met weinig voedsel tevreden en met dat weinige konden zy in zeer ma gere tyden en deze waren niet zeld zaam nog lang toekomen, omdat zy zeer economisch de voedingstoffen kon den opstapelen. Ook verstonden zy de kunst zeer zuinig met water om te gaan; van de enkele keeren dat het regende en dan meesbal ook goed verzamel den zij het water in hun reserveorganen om in schaarsche tyden op rantsoen lang te kunnen toekomen. Het spreekt van zelf. dat deze boomen ook maar een beperkten leeftijd hadden dat zy dus niet voor eeuwig daar bleven staan. Te meer nog, daar er weldra slechte tyden zouden komen. Hevige wieden kwamen opzetten, stormen zelfs en de regen begon in groote stroomen neer te vallen. Het warme, droge kli maat veranlerde in een nat klimaat. ZU kregen ineens te veel van het goede en daar konden zU niet tegen. We zien dan ook da groote wouden langzamerhand verdwUnen. Niet overal, maar op talrUke plaatsen. De maje- stueuse woudreuzen konden het tegen het geweldige noodweer niet uithouden, zy zwiepten en bogen onophoudelijk tot dicht by den grond tot dat zy ten slotte braken en met luid gekraak om laag stortten. Slechts korte stompen ble ven boven dan grond bestaan; zy waren de eenigste herinneringen aan een ver gane grootheid. Daar kwam nog bU, dat die aanhou dende regen en daarmee gepaard gaande overstroomingen, zoowel van rivieren als van de zee, den grond drassig maakte en later zelfs moerassig. De wind ver plaatste zoo geweldig veel zand. dat er diepe kommen werden uitgeschuurd waar het water zich voornamelijk in verza melde. Dit werden dan de moerassen en zy waren juist daar. waar de overblijf selen der wouden, de boomstompjes als armzalige resten boven den grond uit staken. Een moeras Is altijd het eerste be gin geweest van veenvorming. Daar wa ren oe voorwaarden het gunstigst, om d; alleronderste lagen te kunnen vormen, om dan van zelf de voorwaarden voor een' verdere vegetatie te geven. Laten wU nu eens zien, hoe zich het proces der veenvorming heeft afgespeeLd. In de moerassen en veenkommen waaraan ons land ln dien tyd zoo rijk was, leefden ontelbare kleine diertjes. Zy waren nauwelijks een honderdste milimeter groot; doch ln zulk een over wegend aantal konden zU in het water voorkomen, dat de oppervlakte er door gekleurd werd. Deze kleine ddertjes nu vielen wanneer zy stierven, op den bo dem. Heft pleitte zeker wel voor het groote aantal dier organismen, dat er een aanhoudende „lijkjesregen" in het water was. dat dus die lijkjes als een aanhoudende fUne stofregen door het water neerzonken. Op den b^dem vorm den zU een laag. die eerst dim; later steeds meer ln dikte toenam om ten slotte byna het geheele meertje op te vullen. Dat was de dikke, mulle, in rotting verkeerende onderlaag, een mas sa-opstapeling van doode plantjes en diertjes, die zelfs eenige meters dik kan worden. Doch begrijpelijkerwijs was hier tyd voor noodig en ook veel tyd. Het eerste stadium der veenvorming ls hiermee volbracht. De taak is echter nog niet afgeloopen. want het geweldige' werk moet nog komen. Het meertje moet verdwUnen; er mag geen water meer zyn Want heidegrond is droog, kurkdroog zelfs en er is dus wel hee! wat te veranderen, wil er uit een moeras- Je heidegrond ontstaan. De oevers dezer meertjes en venen waren in de meeste gevallen zeer dicht begroeid. Boomen en heesters, natuur lijk planten, die op een natten doch niet c'rassigen bodem goed willen gedU'en ston den op de glooiingen tot dicht by het water en menige scheefgegroeide boom zal zUn bladerkroon zocals wy dat nu nog dlkwyis kunnen zien boven den waterspiegel gehad hebben. Hoe onbelangrijk deze mededeeling ook schynt. zoo briangryk is zU in wer kelijkheid. Want Juist docr de dichte be groeiingen der kanten en door het scheef overhellen der boomen boven hst water, kunnen we gemakkelijk inzien, dat de afgevallen bladeren en takken het gewone verschynsel in den herfst in het meertje vielen boven op die mulle, half verrotte massa. En zelfs kunnen we ons voorstellen, dat geheele boomen denzelfden weg gingen; dat door stor men en zelfs orkanen de boomen af knapten en vcor zoover zU heel dicht aan den rand groeiden in het water vielen. Er kwam dientengevolge een tweede laag, een laag van takken en bladeren, die de eerste laag, bedekte. Vooral zal dit het geval zyn aan de kanten, waardoor Juist hier he-: eerst de oppervlakte van het water wordt be reikt en de demping van het meertje van hieruit voortgaat naar het midden. WU zeggen dan dat het meertje „ver- landt". ZUn wateroppervlak word: steeds kleiner en als een dlaphragma knUpt het land zich om dit kwijnende stukje water meer en meer dicht. Het nieuw gewonnen land heeft een voor sommige planten vruchtbaren bo dem. Het wordt overstoven door zand en wat er onder zit verschaft den plan ten in ruime mate het voedsel, dat zy noodig hebben. WU zien dan ook spoedig dat er zich een vegetatie van paarden staarten op gaat ontwikkelen, de eigen aardige planten die wU langs alle velden van ons landje in verkwistend ruime mate kunnen tegenkomen. Terloops zy hier herinnerd aan het steenkolentyd- perk, waarover ik in een mUner vorige artikelen uitvoerig heb geschreven. Daar in kwamen we ook paardenstaarten tegen ln bouw niet van ds tegenwoordige ver schillend, maar wat hen typeerde waren de groote afmetingen, de kaarsrecht in de lucht stekende stammen, met van af stand tot afstand de kranrgewUs ge plaatste takken. Dit waren de woud reuzen uit dien lanzvervdegen tyd: en nu. na verloop van die mülioenen Jaren, zyn ze nog slechts zoo groot, dat ze nog net boven het gras uit komen ky- ken. De paardenstaarten krijgen op hun modderige standplaatsen al gauw gezel schap van het riet. Dit soort planten voelt zich bU voorkeur thuis op drassi- gen bodem en het behoeft ons daarom ook niet te verwonderen, wanneer zulk riet ook reeds eerder aanwezig was. In elk geval is het een voornaam be standdeel van het veen en samen met de paardenstaarten zorgen zy voor de al- geheele verlanding van het meertje. Met dat afsterven houdt de verhooging gelijken tred; want alles wat in het na jaar afsterft, valt op den grondv verrot en vormt den bodem van de vegetatie van het volgend jaar. Zoo wordt de grond dus geleidelijk aan hooger en daarmee natuurlijk ook minder drassig. En wan neer dit nog eenigen tyd doorgaat wordt dc grond Juist geschikt voor een vege tatie van zegge. Deze zegge r.u vormt met de paarden staarten en het riet het laagveen. Wan neer dit alles verrot en zoo hoog, dat het niet meer drassig is. dan kunnen we het gebruiken om er de turf uit te steken. Maar wanneer we dit niet doen en het veentje verder aan zfjn lot ovelaten dan zal zich op dit laagveen het hoogveen gaan vormen. Hoogveen, de naam zegt het al. te hooger gelegen dan het laagveen. Er zUn weer heel wat planten, heel wat stadia, die aan de vorming van dit hoog veen meedoen en vooraleer het zoover is, moeten er weer heel wat Jaartjes over heen gaan. Maar we kunnen kort zUn. Het laagveen wordt begroeid met boomen; de els, de den, de spar en de berk be nevens nog brandnetels gedyen uitste kend op zulk een grond en wanneer deze planten den bodem weer een heel stuk hebben verhoogd, is deze zoo droog, dat er geen fatsoenlijke plant meer op kan groeien. Dan neemt het veenmos bezit van den geheelen grond. Dit mosje heeft de eigenaardigheid al het water dat van boven komt want uit den grond is niet veel te putten in zich op te nemen, als reserve in droge tyden. Evenals een spons kan het buitengewoon veel water vasthuoden en daarom is het veenmos zoo weinig kieskeurig en kan het met evenveel plezier op kurkdrogen grond groeien als oen bodem, die altijd voorzien biyft a water. Dit Is dus het eindstadium van het hoogveen. Slechts heideplanten en het veenmos kunnen er groeien en hoe óuder dit wordt, hoe schraler de grond. Daarom zal het hoogveen hoe langer hoe onvruchtbaarder worden. Voor tuin bouw is het nooit of te nimmer ge schikt geweest. Daarom dient het eerst ontgonnen te worden. IJMUIDEN. GEVONDEN VOORWERPEN ÏJmuldcn (WiUemsplein): Porte# monnaic met inhoud, idem. vulpen, autoband met velg, hond. potlood. IJmuidcn (Engclmunduswcg): Bruine kindcrporteraonnaic. zwart konijn, nikkelen jongensbril. bruin lederen portcmonnaie, sleutel, vul* penhouder, ceintuur. BEVERWIJK. GEVONDEN VOORWERPEN Sleutel, broche, twee rijwiclmer» ken, Hollandsche herdershnod- INGEZONDEN MEDEDEFLINGEN a 60 Cent* per regel. Geeft uwe advertenties op ter plaatsing in het HET algemeene GROOTE dagblad der beschaafde kringen. ALLE soorten advertenties worden zonder prjjsverhooging aangenomen 22 bij het Bijkantoor Handelsblad (Wensing's Alg. Advert.-Bureau) TEMPELIERSSTR. 32 Telefoon 10209

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 10