HAARLEM'S DAGBLAD OM ONS HEEN Dam iatevtmiel fes FLITSEN STADSNIEUWS WOENSDAG 16 MEI 1928 DERDE BLAD No. 3763 PRACTISCH WERK EN AMBTENAARLIJKHEID. Een van de redenen en wel een van de voornaamste, waarom het publiek vaak critiek heeft op ambtelijke instel lingen en er als een berg tegen opziet, dat er weer een nieuwe zal worden ge sticht, een van die redenen is dat dezen vaak den vorm voor het. wezen aanzien on niet begrijpen, dat het hun roeping nooit kan zijn, zich achter de formeele voorschriften te verschuilen maar zich nuttig te maken voor het algemeen. Wij hebben daarvan een eigenaard-g staal tje ondervonden in ons eigen bedrijf en zullen dat hier eens vertellen. Niet om dat het op zichzelf van zoo groot be lang is, maar omdat het een bewijs levert van de noodlottige opvatting, dat wanneer de vorm maar in orde is, de zaak zeil er weinig toe doet. Op Maandag 23 Apr zouden wij een pakje clichés over een sportwedstrijd zenden naar een collega te Leiden. Die samenwerking komt wel meer voor. Wij betalen dan de kosten samen en zijn dus beiden gebaat. In andere gevallen stuurde onze Leidsche collega iemand om de clichés te halen, dezen keer had hü verzocht hem die te zenden. Zoo spoedig mogelijk lieten wij dus het pakje naar 't station brengen en daar aanbieden als besbelgoed snelvervoer. Hot pakje kwam te laat te Leidon aan. Onze collega kon de clichés dus niet meer plaatsen. Zijn blad miste de attractie, doe daarin voor zijn abonnés gelegen was-, wij hadden de schade dat ons de helft van de kos ten niet vergoed werd en zoo besloten wü een klacht ln te dienen bij den Sta tionschef, hetgeen wij deden met den navolgenden brief: Clichés, bestemd voor het Leidsch Dagblad z\jn van onzentwege Maandag 1.05 aan het station bezorgd. De bi-en ger was MO uur weer op het Stations plein teruggekeerd, zoodat er ruim schoots tijd was geweest, het pakje mede te geven met den trein van 1.15 uur. Dit is niet geschied en daarmede is aan het Leidsch Dagblad en aan ons belang rijke schade berokkend. De beambte bij wien ik naar de reden Tan de vertraging heb laten informeeren geeft ten antwoord, dat zoodanige pakjes een half uur van te voren aan het sta tion moeten zijn. Formeel is dit mis schien juist, maar uit het oogpunt van practisch werken niets anders dan een uitvlucht. wy verzoeken derhalve ons de schade te vergoeden, die wy door dit verzuim geleden hebben. De schade van het Leidsch Dagblad, die de clichés van dien dag heeft gemist, kan natuuriyk met meer vergoed worden. Het duurde lang vóórdat er een ant woord kwam. De spoor, zou je zeggen, is op snelheid geoefend en vooral wanneer de quaes tie loopt over bsstelgoed-soel- vervoer, het neusje van den snelheids zalm, verwacht je eerder bescheid dan ii® 14 dagen. Niettemin kwam er op 9 Mei een brief, gedateerd van den 8sten. De vorm van dat antw-oord was even- wr onberispeiyk. Links stond, keurig a a .^geven van welke inspecti e het kw met bijvoeging van voor ons ge heimzinnige letters en cijfers, rechts het adres van afzending tot a&n het num mer van het telefoon to e s t e 1 toe, kortom formeel was de brief prach tig in orde. Practisch gesproken ont brak er alles aan. zooals wy door het antw-oord hier af te drukken en het na der te beschouwen, zullen aantoonen. De brief dan (wij laten adres en aan hef maaor weg) luidde aldus: Ter beantwoording van aangehaald schryven heb ik de eer U te berichten, dat door den afzender van een zending bestelgoed snelvervoer kan worden ver langd. dat verzonding plaats heeft met een bepaalden door hem te kiezen trein uit de onder goedkeuring van den Mi nister van Waterstaat voor dit vervoer vastgestelde treinen, indien de zending uiterlyk een half uur voor het vertrek van den gewcnschten trein aan het sta tion bezorgd is en mits het goed ge schikt is, om in den bagagewagen van den trein te worden vervoerd. Niettemin wordt steeds getracht der gelijke zendingen met den c-erstvolgen den trein te verzenden, ook al is het tijdsverloop tusschen aanbieding en ver trek van den trein korter dan een half uur Voor verzending van het door op 23 April naar Leiden aangeboden pakje was UvverzUds geen trein voorge schreven of opgegeven; het werd ten 13-05 ten vervoer aangeboden en met den trein van 13-31 verzonden. De be schikbare tydruimte tusschen tydstip van aanbieding cn vertrek van den trein was mede in verband met andere nood- zakeiyk te verrichten werkzaamheden te kort. om het pakje nog met den trein van 13-15 te kunnen verzenden. Tot zoover het antwoord van den dienst van het vervoer. Plechtig is het begin Door ons mocht dus worden ver langd, dat verzending plaats heeft met een bepaalden, door ons te klazen trein, Natuuriyk is dit in de practyk larie. Als een mensch haast heeft, met welken trein gaat hij dan op reis? Met den eerstvolgenden. Wanneer hy een pakje als snelvervoer wil meegeven, welken trein verlangt hij dan? Den eerstvolgen den. Maar zóó eenvoudig als wy, publiek ons dat voorstellen is het niet- De af- deeling „vervoer" maakt ons er attent op. dat de zending uiterlyk een halfuur vóór het vertrek van den gewenschten trein aan het station bezorgd moet zijn. De Minister van Waterstaat heeft het zelf gezeid. Voor dezen machthebber zouden wy eerbiedig buigen, wanneer hy niet ja renlang dood was. Dat half uur dateert namelyk uit den tijd, toen de eerste bel ter aankondiging van een trein een kwartier van te voren geluid werd; dan kon je een kaartje aan 't loket koopen. Vyf minuten vóór de aankomst van den trein werd de bel nog eens geluid. Dan ging het loket dicht en kon je geen kaartje meer krijgen. Zóó was 't i mijn jeugd. Verstandige menschen hebben die dwaasheid later afgeschaft, de lieele bellerij en het kaartjesnemengëbod en verbod incluis. Als je nu een kaartje koopt, laat de loketbeambte aan je zelf over. uit te maken met welken trein je wilt of denkt te kunnen vertrekken. Ten opzichte van het snelvervoer, let wel, is de trekschuitbepaling van den Minister van Waterstaat nog altyd van kracht. Maar de afdeeling „Vervoer" stelt er prys op, aan te toonen dat zy niet oudbakken is, aLs wy wel zouden den ken. „Niettemin wordt steeds getracht der. geiyke zendingen met den eerstvolgen den trein te verzenden, ook al is het tijdsverloop tusschen aanbieding en ver trek van den trein korter, dan een half uur". Dankbaar aanvaarden wy deze verzekering van moderne activiteit. Maar ook niet met al te groote erkente lijkheid, want onmiddellyk daarna klemt „vervoer", zich weer vast aan het feit, dat door ons geen trein was voorgeschre- een of opgegeven. „Het werd ten 13.05 ten vervoer aangeboden en met den trein van 13.31 verzonden". „Jammer, dat hier het woordje „dus" niet tusschen staat: ..dus met den trein..." enz. Want dit is de logica van den volzin. U vroeg niet om een bepaalden trein. Het kon heel best wezen, dat u met het pakje volstrekt niet zooveel haast had. 't Was wel voor snelvervoer opgegeven, maar daaruit volgde toch niet, dat u den eerstvolgen den trein verlangde. Waar dient al die haast toch voor? Zoo of zoo ongeveer kan de redenee ring van „vervoer" binnenskamers mis schien wel geweest zyn. Maar dat s c h r ij f je zoo niet want daar worden de afzenders boos om. Je schrijft, dat de beschikbare tydruimte tusschen tyd stip van aanbieding en vertrek van den trein van 13.15 te kort is. om het pakje nog met den trein van 13.15 te kunnen verzenden. Die tijdruimte was minstens vijf minu ten. Feitelijk nog iets meer. Als w ij vijf minuten voor het vertrek van een trein aan 't station komen, hebben wy den tijd op ons gemak een kaartje te nemen, naar boven te gaan-, reislectuur te koopsn, een sigaar op te steken en een praatje te maken met een kennis op 't perron. Dat kan allemaal in vijf minu ten. Als men- aan t station in vijf mi nuten geen kans ziet, met de lift een onnoczel pakje naar het perron te ver voeren en aan den trein af te geven, dan wordt het tyd om de organisatie eens duchtig te herzien. Dat voelt „Vervoer" natuurlijk ook wel. Het geeft dus een reden van die langzaamheid op: ,in verband met an dere noodzakelijk te verrichten werk zaamheden". Kunnen er werkzaamheden zyn, die méér haast hebben dan hei transporteeren van een pakje in snel vervoer? Let wel SNELVERVOER! Deze slappe, F.auwe uitvlucht, heeft na tuurlijk niet de minste bsteekenis. Op ons verzoek om schadevergoeding geeft „Vervoer" in 't geheel geen antwoord en tcch staat de door ons geleden schade vast. wy kunnen die aantoonen per vier kanten centimeter cliché, en gezamenlijk Maar „Vervoer" schuilt weg achter de malle bepaling van den Minister var. Waterstaat en praat over schadevergoe ding maar liever heelemaa-1 niet. „Ver voer" weet wel, dat er aan een dagblad bureau ander en beter werk te doen is, dan protesten voeren tegen een bureau cratisch spoorwegbestuur en rekent er op, dat het er niet meer van hooren zal. Dezen keer hebben wy er evenwel eens een uur of wat voor over, zooda: wy ons gericht hebben tot een Raad van Toezicht op de spoorwegen, in de hoop dat die zyn aandacht aan de zaak zal willen geven. Want het gaat niet om een pakje clichés alleen, het loopt over de vraag, of „vervoer" in het alge meen zUn taak begrijpt, coulant is bij fouten, geen uitvluchten .efct en op eer. behoorlijk ingediende klacht een be hoorlijk antwoord geeft. Welk antwoord? Het eenige dat paste. Iets van dezen aard: In antwoord op uw klacht deelen wy u mede, dat de door u bedoelde vertraging het gevolg is van onop lettendheid van een met dit werk belasten beambte, die daarover ern stig is onderhouden. Terwijl wij u onze verontschul diging aanbieden, verzoeken wy u de door u geleden schade, behoor lijk door bewysstukken gestaafd op te geven, wy zullen u die ver goeden. Zoo gebeurt het ln particuliere onder nemingen, en zoo behoort het. Deed „Vervoer" ook zoo. dan zou er aanleiding bestaan de Spoorwegen aan te bevelen voor goederen vervoer, waarvoor zij zich in sierlijke reclameplaten zoo dringend aanbevelen. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1205 DE MINUUT DIE EEN EEUW LIJKT HET JAARVERSLAG DER KAMER VAN KOOP HANDEL. DE TOESTAND VAN HANDEL EN NIJVERHEID. Verschenen is het jaarverslag van de Kamer van Koophandel voor Haarlem en omstreken. Daarin Is opgenomen een uitvoerig cwazicht van Handel en Nijverheid in dit gewest. Daaraan ontieenen wy: De ruwyzerproductie van het Hoogovenbedrijf en de Staalfabricage te Velsen was in het afgeloopen jaar 175.615 ton. By een tweetal punten dient in het bijzonder te worden stilgestaan. Het eer ste betreft de neiging tot het vormen van internatoinale overeenkomsten, die ten doel hebben overmatige concurren tie uit te schakelen en invloed uit te oefenen op de pryzen. Het tweede punt staat nauw met het voorgaande in verband. Aangezien d< groote Internationale conventies faal den in hunne poging om de export-pril zen te beïnvloeden, dient er op gewezen te worden, dat deze conventies daaren tegen slaagden in hun streven om de pryzen in het binnenland te dicteercn. Het gevolg hiervan is. dat èn mDuitsch- land èn in FrankrUk mede met den steun van hooge invoerrechten, de bin nenlandsche pryzen 25 a 30 pet. hooger kunnen zijn dan de exportprijzen van gelijke artikelen. Ket is voor het bedrijf, dat 80 a 90 pet. van de productie moet exporteeren en dat voor de rest der productie even zeer aan de volle concurrentie van het buitenland is blootgesteld, weinig ver blijdend te weten, dat de concurrenten het grootste gedeelte hunner productie- met voordeel in het eigen land kunnen verkoopen en met het i"esteerende ge deelte den verkoopsprijs van het Neder- landsche product bepalen. De rijtuigen- en spoorwagensfabricag» had nog nimmer zooveel opdrachten op korten levertyd te verwerken als gedu rende het afgeloopen jaar. De Schcepsbouwinduslrie was in het algemeen gedurende 1927 van meer or ders voorzien dan in 1926, deels echter tegen prijzen, welke geen winst lieten. In de scheepswerktuigbouw was meer werk dan in het vorig Jaar. De toestand in de ketelmakerij werd ongunstiger door een onvoldoende aan tal orders. Het laat zich aanzien dat deze toestand tengevolge van het toene mend aantal motorschepen niet zal ver beteren. De vriendelijke oude heer, die dacht, dat hij zich vermaken zou, ala hij als scheids rechter bij het spel van de jeugd optrad, heeft zoojuist een strafschop toegekend. (Nadruk verboden) Machine-industrie. - In 1927 viel wat meer levendigheid dan in het voor afgaande jaar te bespeuren, hoewel door de scherpe concurrentie de prijzen nog tot het uiterste gedrukt zyn en zelfs voor een gedeelte niet loonend waren te noemen. Opdrachten voor en kele grootere rijkswerken, o.a. voor de drooglegging der Zuiderzee, en de gesta dige ontwikkeling van den scheepsbouw hebben er toe medegewerkt dat geen werkloosheid heer^chte en er regelmatig behoefte bestond aan vaklieden. De opleving in deze industrie doet .le vooruitzichten voor 1928 gunstig zyn. De omzet in de ijzergieterij bleef, ver geleken met die van het vorig jaar, vrywel gelijk, met nog steeds onbevre digende pryzen. Concurrentie zoowel van binnen- als buitenland deed zioh by voortduring in scherpe mate gevoelen. Cacao en chocolade. De heftige concurrentie en de zeer hooge pryzen der grondstoffen hebben in dezen be- dryfstak geleid tot een voorloopige en zeer voorzichtig ingestelde poging om 'je komen tot een prijsbepaling door de fa brikanten. In het broodbakkersbedryf waren meel- en bloemprysen tameiyk statio nair, zoodat ook de brood pryzen onver anderd bleven. In het banketbakkersbedrijf ken merkte de zomer zich door een bUzon- dere stilte in zaken, vooral ln de seizoen en badplaatsen was tengevolge van het ongunstige weder het seizoen slecht. In het najaar en vooral in de bUzonder drukke periode van St.-Nicolaas. Kerst mis, Oud-'en Nieuwjaar herstelde de gang van zaken zich, zooda*. men het jaar 1927 nog wel bevredigend kan noe men. De omzetten ln de margarine-in dustrie zijn in 1927 vrijwel constant ge bleven. In den loop van dit Jaar ont stond in de margarine-Industrie een ongekende en ongemotiveerde concur rentiestrijd. die van nadeeligen in vloed op de algemeene bodryferesul- taten is geweest. Y/at de Zeep betreft wordt opgemerkt De invoer van bultenlandsch product gaat nog regelmatig voort tegen zeer la ge pryzen, waardoor de blnnenlandsche concurrentie meer en meer toeneemt. Het verkoopen met cadeaux werkt zeer nadeelig. In het geheele Jaar was er be hoorlijk werk. Over de typografische bedrijven wordt Het aantal kleine bedrijven, opgericht door hen, die als werknemer geen emplooi konden vinden, nam sinds 1921 dermate toe, dat de vraag naar druk werk niet meer in overeenstemming met het aanbod. De slapte in het bï- INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CENTS PER REGEL. B-k GR. HOUT5TR. I01-I03 QERZISCHE gin van het Jaar maakte later plaats voor grootere bedryvlgheid, waardoor de werkloosheid in de groote ondernemingen sterk verminderde. Dientengevolge was liet %-erloop der zaken niet onbevredi gend, al werd nog steeds niet het nor male peil bereikt. De toekomst laat zich echter veel beter aanzien. In de steendrukkery was men gedu rende het geheele jaar overvloedig met orders bezet. De de veranderde zettechniek bleef de omzet in de lettergieterij zich in dalen de lijn bewegen. In de eerste helft van hot jaar 1927 was de toestand in de papierindustrie bevredigend. Daarna liepen de pryzen van vele artikelen achteruit, voorname- iyk tengevolge van overproductie. Het bleef echter mogelijk het bedrijf op volle capaciteit te houden en kwam bechyissloorms niet voor. De vooruitzichten voor 1928 zyn, wat het prijsniveau betreft, niet gunstig. De industrie Kil echter de eerste maanden nog wel in vol bedrijf kunnen werken. De kousen- en handschoenen-industrie De cmzet ln 1927 was grooter dan die in 1926, de bedongen pryzen waren echter lager dan ln het voorafgaande Jaar. Het publiek toont in zyn voorkeur voor bultenlandsch fabrikaat een kente ring. Het laat zich aanzien dat de Hol- landsChe markt meer en meer door de inheemsefhe Industrie zal worden be diend. Ilct winkelbedryf. Daarover wordt gezegd: In het algemeen moet de toestand van de winkelbedrijven ln het district tier Kamer in het jaar 1927 ongunstig worden genoemd, slechts ln enkele bran ches kan van een niet onbevredlgcaden en iets gunstiger gang van zaken wor den gespreken. De hooge belastingen te Haarlem zyn niet bevorderlijk voor de vestiging van nieuwe industrieën welke aan de winkelzaken aldaar ten goede zou kunnen komen. Het stUgend aantal dlstribuanten wordt zeker met gemoti veerd door even sterk toenemende be hoeften. Een algemeene klacht geldt de moordende mededinging van liet groot bedrijf. A] moet worden toegegeven, dat de groote zaken van thans soms nog niet langer dan een kwart eeuw geleden een beschenden begin gekend hebben en door ondernemingsgeest vakkennis en goeden koopmanszin tot de tegenwoor dige hoogte werden opgewerkt, de vraag rijst of de natuurwet van „the survival of the fittest" niet allengs ook goed geleide zaken gaat bedreigen om ten slotte enkel de allerbeste te sparen. Inmiddels kan wel worden vastgesteld dat de uitbreiding van het aantal win kelzaken afnemende is. Bedroeg in 1925 het aantal nieuw Ingeschreven handels zaken in de afdeeling kleinbedrijf van het Handelsregister der Kamer 750 en in 1926 753, in 1927 daalde dit cyfer tot 450 Bezwaariyk worden nog In het bijzon der voor Haarlem genoemd de zake lijke belasting op het bedryf, de hooge haven- en kodegelden en de hooge hu ren. Ook hapert er nog wel Iets aan de INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cent* per regel. KELLER&MACD0NALD Haarlem N.S.F. Radio-Specialiteiten. bedryven zei ven. Erkend wordt dat een betrouwbare en Juiste boekhouding nog vaak ontbreekt en liet is duidelijk dat het bezit hiervan een allereerste ver- elschte Is voor een gezonde ontwikkeling van een bedryf. Uit de overige gemeenten ln het ge bied der Kamer worden eveneens weinig opgewekte berichten ontvangen. In de Haarlemmermeer ondervond het winkel- bedryf den terugslag van de slechte uitkomsten van den landbouw, waardoor ook de ftnar.cieekt toestand van de ge meente Haarlemmermeer te lijden heeft, In Hlllegom en Llsse is het wi kel- bedryf. ondanks den algemeenen wel vaart der streek. niet vooruitgaande. Werklocxsen geconcurreeren daar als venters ran allerhande artikelen den winkelstand. Ook de gemakkeiyker ver- weersmiddelen met de steden zijn niet in het voordcel der winkels ln deze plaatsen. In Kennemerland wordt de toestand van het winkelbedrijf als zeer ongunstig gekwalificeerd. In Zandvoort klaagt de winkelstand over don invloed der hooge belastingen en de hooge Haarlemse he s.'.ioolgddon. Zoodra de kinderen H.B.S. of Gymna sium moeten bezoeken verlaten vele ge zinnen Zandvoort. Algemeen is de opmerking, dat het publiek ln zUn inkoopen meer soberheid gaat betrachten en de voorkeur wordt gegeven aan goedkoopere kwaliteit. HET OLYMriSCn POSTSTEMPEL. Zooals bekend, zal op het Stadion postkantoor te Amsterdam voor het stempelen van de aldaar ter post be zorgde correspondentie een speciaal stempel worden gebruikt, waarvan do afdruk een vijfhoek vertoont met het randschrift: Negende Olympiade, Am sterdam Stadion MCMXXVUI. In de punten der daarbinnen geplaatste ster zijn de aanwijzingen 1928. D(datum). M(maand), U(uur) en N (nummer van het stempel) opgenomen. Er zal met Ingang van 17 dezer van een drietal stompels gebruik worden ge maakt. SCHAKEN. WEDSTRIJD TE ALKMAAR. De Schaakclub V.V.V. te Alkmaar houdt op Hemelvaartsdag 17 Me: as. een natlonalcn schaakwedstrijd ln Café „Centraal", Hofplein. Er wordt gespeeld van 9.30—12.30, 1 "0—4.30 en 5.308.30, in groepen van 4 spelers. De pryzen bestaan uit kunstvoor werpen, inleggeld 1.50. FEUILLETON DF LOTGEVALLEN VAN ESMÉE (Naar het Engelsch, van C N. en A M. WILLIAMSON.) 38) „Ja. Miss Alton „Voorwendsel!" Ik be greep het toen niet. Nu weet ik het. Maar ik ben nog evenzeer overtuigd, dat het een voorwendsel was. Charles Rogers stelt belang in u om dezelfde reden als ik dat doe. Ik bedoel, om dezelfde re den. als ik eerst belang in u stelde. Heel speed g deed ik dat om u zelve. Indien u een gevaar dre.gde. zou ik u gaarne besr'- -md heb'en. zooris een man een v. ':w kan beschermen. Die Rogers heeft d - e oei niet HU heeft u in d3 klau- w van -?n tijger geworpen". „V/at bedoelt u daarmee?" vroeg Es rr 'e verschrikt, p>e vige'ante hield stil. Ze hadden het huis van Mrs. Jennings bereikt. Maar ondanks haar haast van zooeven om van Lvons ontslagen te worden, bleef het meisje stil zitten. „Wat bedoelt u?" her haalde zij. j* ben geen Engelschman of een sportliefhebber", aeide hij, .jnaar ik weet hoe die in Indië doen. als zy een gevaariyken tijger willen vangen, zy binden een lam of een jong geitje op de plek vast. waar ze den tyger heen willen lokken waar zy op wacht lig gen om hem te dooden. Mr. Charles Rogers is een Engelschman. Misschien doet hy ook aan sport. Dit is Londen, niet Indië. Maar hy heeft zUn lam ge kregen en het vastgebonden, waar hy hoopt den tyger te vangen. Begrijpt u het?" „Ik weet. wat u my wilt doen be grijpen. Maar u zult duldeiyker moeten zUn. voor uw verhaal eenige uitwer king op my zal hebben". Lyons glimlachte. Esmée zag zijn oog en en zUn witte tanden glinsteren. „Ik ge loof, naar uw gelaat en uw stem te oor- deelen. mijn jonge dame. dat ik eenig effect heb bereikt", zeid? hy. ..Genoeg voor heden avond, tenzij u mU uitnoo- d'gt in uw zitkamer voor een langer on derhoud". Ket meisje schudde het hoofd. ..Het am nood gt niet nog meer tijgers uit", zeide zij. ,.Eén tijger is voldoende voor éen dag. Leg het my nu uit als u wilt". ..Dat wil ik niet", antwoordde Lyons. ,.Tk wil niet meer zeggen, nu ik u ge waarschuwd heb. tenzij u my vraagt als uw vriend u te komen bezoeken". „In dat geval", zeide het meisje, zal ik zelf moeten ontdekken, wat u be doelt". „Dat zult u mogelijk maar al te spoa- dig doen". ..Het kan niet te spoedig zijn". „U weet niet wat u zegt. Voor uw eigen bestwil zou u goeddoen die op dracht. van Mr. Charles Rogers m den steek te laten ze terstond op te ge ven". Esmée antwoordde niet. Zy stond op om uit de vigelante te stappen en zou den dikken man in die pelsjas op zy hebb» gedrongen, als de „Ellendeling van Nummer negen* den wenk niet had begrepen en er haastig was uitgeklom men. In haar binnenste dacht zU ech ter. dat het Noodlot haar had gedwon gen Lyons' raad te volgen. Zij kon nooit meer terug gaan naar Cannon Wood! HOOFDSTUK XVIII. Den volgenden morgen. Mrs. Jennings was niet naar bed ge gaan. ZQ had zich bezorgd gemaakt over het meisje, wetende welk een be lang Rogers ln haar stelde, en vermoe dende, dat de ..heer met h:t voorkomen van een buitenlander" (die voor de tweede was gekomen, alle hoop niet zoo spoedig had opgegeven, als Miss Alton had verwacht. Het geratel van wielen en het stilhouden van een rijtuig bracht het kleine vrouwtje haastig naar de deur. Zy opende die voorzichtig op een kier, juist ver genoeg om te kunnen zien, wat er voorviel op de door de maan verlichte straat, en een paar woorden van het gesprek op te vangen. Het waren nauwelijks meer dan een paar woorden, die ze hoorde, maar de toon van het meisje zeide haar. dat de aanwezigheid van een derden persoon misschien niet onwelkom zou zyn. Nu wierp zy de deur wyd open en kwam te voorschyr. met een gezicht, alsof ze juist de komst van Miss Alton had verno men. „O! Miss Alton. Ik ben blij. dat u terug is!" riep zU uit. „Ik maakte mU wat bezorgd". Toen. alsof ze nu plotse ling bemerkte, dat het meisje niet alleen was gekomen, verontschuldigde zU ridh. „Ik had niet gezien, dat u een heer by u had", zeide zij beleefd, „anders zou ik niet bulten zUn gekomen". ..Ik ben heel biy, dat u gekomen is", zeide Esmée. „Ik ben zoo moe, en nu behoef ik niet te bellen! Ik was op weg naar hu!s van Cannoon Wood. toer. ik Mr. Lyons in zijn rijtu!g ontmoette", ging zU voort, om een behooriyke ver- k'aring te geven. Onder het spreken g!ng zij de stoep op. die glinsterde in het maanlicht, Zy keek niet om en nam ook niet de moeite Lyons goeden nacht te wenschen; maar hy volgde haar. nam een kaartje uit een leeren étui en over hand gde het Mrs. Jennings. „Wilt u zco goed zijn dit aan te ne men cn te bewaren, juffrouw?" vroeg hy met een zekere waardigheid. .Het is mijn adres, waar ik altijd te vinden ben. als ik noodig mocht zyn. Ik kan Miss Alton niet noodzaken mijn kaartje aan te nemen, maar de tyd kan komen, dat zy mijn hulp verlangt. Dan zal ik ge heel tot haar dienst zijn. Inderdaad, ik denk. dat die tijd spoedig zal komen!" Esmée was het huis reeds binnen ge gaan. toen Mrs. Jennings het kaartje aannam, en Lyons maakte dus een bui ging en nam weer plaats in de vigelante. Mrs. Jennings was vriendelijk en vol medelijden met Miss Altons vermoeid heid. en bood haar warme melk, of een ei ln wUn gsklopt aan. Maar het eeni ge. waar Esmee naar verlangde, was haar bed. Dat leek haar een toevluchts oord, een plaats, waar zy de wreede ge dachten kon ontvluchten en misschien een poos vergeten. De vreeseiyke slag. dien Richard Power het meisje had toe gebracht. had haar geheel gebroken, zy kon haast niet denken aan Lyon's toe- spsllingen en waarschuwingen. Zy was alleen maar vaag benieuwd naar zUn bedoeling; en over hei geheel was zy geneigd te denken, dat hij eenvoudig een va' voor haar had opgezet om haar ver trouwen te winner, of haar te compro- mitieeren. Zy geloofde zonder verwaand te zijn. dat Lyons op haar verliefd was; maar voor dien tijd had hy zeker «en ander doel. waarom hU kennis met haar wilde maker.. De dikke vreemdeling leek zoo tergstootend. zoo onbeteekenend. vergeleken by Richard Power en zijn wreede ruwheid, dat het haar niet de moeite waard scheen haar brein te ver moeien met gedachten aan hem. Mrs. Jennings had vuur aangelegd ln Miss Alton's miniatuurhaord, en de hel dere gloed der flikkerende vlammen kleurde zoldering en muren rood. Het meisje viel haast in bed en lag daar als verdoofd naar het roode licht tc sta ren door een nevel van or.vergoten tra nen. „Mijn hart Is gebroken." snikte zU zacht .gebroken!" Met de hevige wanhoop der Jeugd wensehte zij. dat zij mocht sterven en niet weer behoefde op te staan om treu rig voort te leven in eer. ellendige we reld. waar geen ridderlijke Graaf Rl- cardo bestond. Maar zU was sterk te tserk. ZU moest verder leven. En zU moest terstond een besluit nenwat zU nu zou doen. Als zij had kunnen slapen en een poos alles vergeten cn den volgenden dag verder nadenken over alles, als het morgenlicht haar meer moed zou geven, dan zoj zu dankbaar zUn geweest. Maar de slaap wilde n'et komen. Het was. of haar cogen werden open gehouden door kleine, onzichtbare Uzerdraadjes. die ze deden branden en gloeien. Urenlang lag zij te kijken naar de vlammen ln de haard: urenlang, tot 741 uitdoofden cn slechts twee gloeiende vonken op den haard overlieten, twee groote drakenoogen, die haar aaneaar- den. CWordt vervoïgdJ

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 9