HAARLEM'S DAGBLAD
H. D. VERTELLINGEN
ZATERDAG 7 JULI 1928 DERDE BLAD
(Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.)
Fetisch
door
N. V.—
Het goot-lnééns. Na de uit loodzware
wolkenmassa neerstriemende bliksem
flits. gevolgd door een dreunenden slag.
die daverde door eindelooze ruimten en
de aarde scheen te verpletteren, plens
de de regen in wel wat overdadig om
vangrijke vonden we stralen neer.
Een douche was er niets bij. konden we
constateeren toen we in snelle vaart van
het tennisveld, waar we een genoegelijk
partijtje hadden moeten afbreken, in
letterlijken zin afdropen naar het ge
zellige zomerhuisje, waar Jimmy z'n
vacantie in rust en vrede hoopten we
sleet; met z'n, niemand wist waar
opgeduikeld, mooi. donker en „exotisch"
aardeend vrouwtje, dat. volgens vage
geruchten, de plastische danskunst op
zeer intense wijze had beoefend
Een genoegelijk brandend gashaardje
en veel gloeiende thee bracht ons al
gauw weer in de stemming toen een
lang gerekte kreet van Dolly. 't blonde
tennis ..keitje", ens eenigszins onthutst
deed opkijken: ..J-S-ï-i-mH waar heb je
in 's hemelsnaam dat monster van
daan?" Ze stond voor een. zagen we nu.
soort masker, of liever, de aan elkaar
geplakte stukken ervan, dat met een
niet te beschrijven uitdrukking van hoog
hartige onverschilligheid en vermoeide
verveling uit z'n dcode oogen op ons
neerkeekJ-i-i-i-m, zei niet dadelijk
wat. Hij fronste z'n wenkbrauwen en
scheen onrustig, dan met een glimlach
tegen z'n vrouwtje, zei hij vaderlijk te
gen Dolly: Ga maar zitten, kind. dan
zal ik je dat eens precies vertellen". We
gingen zitten, in afwachting, en Jim be
gon met z'n buigzame stem z'n ver
haal: ..Zooals jullie nog wel weten
moest ik een paar jaar geleden ineens
die danseres begeleiden omdat haar
pianist ziek was geworden je weet. ik
6peel een beetje piano„Beschei
denheidbegon Dolly, maar na een
bestraffenden blik en niet malsche be
dreiging van Hans hield ze haar mond.
Jim ging onverstoorbaar door: „Nu.
alles ging best. ik raakte er niet ,.uit"
en slceg geen regels over al had ik
'l wel eens tameliik benauwd maar
was toch blij. toen het geval afgeloopen
was. D.w.z. mijn afdeel mg, want tot slot
kwam er nog een soort: „vlammendans"
waarin ze met het bewuste masker tus-
schen wild oplaaiende vlammen door
danste, begeleid door een dof roffelende
trommel en hooge snerpende fluiten
Ik stond door een gaatje in de coulissen
te gluren en vend het werkelijk bar-
baarsch-interessantEn toen in
eens. zag ik, op de eerste rij in de zaal
twee oogenJim hield op. stak een
nieuwe cigaret op, ging toen, met da
ling van z'n stem voort: „twee vreese-
lijke oogen glinsterend als van een
roofdier, raadselachtig, waanzinnig bij
na, die iedere beweging van de danse
res schenen te beloerenIk moc-t je
zeggen, dat een griezelige rilling over
m'n rug kroonhet ergste was, dat
de danseres ze ook gezien scheen te heb
ben en er van geschrokken was. ten
minste haar bewegingen werden al va
ger en loomer, dan. met een ruk. veerde
ze op en beëindigde haar dans in wilde
vaart, extatisch bijnaHet was een
groot succes, maar toen 't scherm ge
zakt was, viel ze flauw in haar kleed
kamer. nadat ze met uiterste inspanning
vafi 't tooneel afgewankeld was en haar
masker had afgeruktik zag haar ge
zicht. doodsbleek, met wanhopige oogen.
die staarden als in vreeselijken angst.
Toer. ze bijkwam, smeekte ze me om
Haarlemmer Halletjes
EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE
De dagen gingen voorbij. Rustig
naar het uiterlijk. Maar van binnen
heerschte er geen kalmte in het gemoed
van de vier personen, die een rol speel
den in dit kleine drama. Schijnbaar was
de rust teruggekeerd. De gemeente-ont
vanger had op den dag na zijn uitbar
sting bij Bosch excuus gemaakt, die deze
natuurlijk aanvaar<Ale; toch gevoelden
beiden, dat er in hun vriendschappe
lijke verhouding een verandering geko
men was. Wel prste Jansen, na de scène
die hij tegenover zijn medebewoner ge
maakt had. voortaan beter op zijn tong,
maar wantrouwen was in de plaats ge
komen van den lossen, aixicalen toon
van de eerste dagen en hoe Bosch zijn
best ook deed. de prettige stemming te
rug te vinden, het baatte niet.
Hij was ontevreden met zichzelf en
eigenlijk ook met zijn omgeving. Het was
niet te ontkennen, dat de toestand van
volkomen rust. die hij in Laag Groene-
woud gehoopt had te vinden, achterwege
gebleven was; minder dan in de stad
kon hij zijn innerlijk evenwicht vinden.
Af en toe dacht hij er over, maar liever
te vertrekken en zijn werk weer op te
vatten, waarnaar hij alweer begon te
verlangen. Een gewaarwording waarvan
hij zich geen rekenschap wist te geven,
hield hem evenwel terug.
Mevrouw van den Berg vertoonde zich
weinig en haar dochter in het geheel
niet. Op zekeren dag ontmoette hij de
oude dame in de gang en vond het
oogenblik gunstig om haar aan te spre
ken. De aanleiding daartoe lag voor de
hand. Niet alleen de eerste, maar ook de
tweede muziekavond was overgeslagen.
Jansen had hem met een strak gezicht
en een soort van verwijt in zijn stem
verteld, dat juffrouw Lena zich nog altijd
niet goed genoeg gevoelde om muziek te
maken.
„Hoe maakt het uw dochter, mevrouw?"
kon Bosch dus met reden vragen, toen
hij haar in de gang tegenkwam.
Zij schrikte zichtbaar bij de onver
wachte vraag en had niet dadelijk haar
antwoord klaar. „Dank u. meneer Bosch,
dat wordt wat beter", zei ze ten slotte na
m'n jas en m'n hoed. met verbazing zag
ik. hoe ze uit haar garderobe een soort
soldatenbroek te voorschijn haalde, aan
trok en als door duizend duivels bezeten
met mijn kleeren aan. verdween een
gewone huls- of turn-,,jongen"Ik
stond haar verdwaasd na te kijken.
maar vend gelukkig een taxien ging
tamelijk ontnuchterd naar huis. 't Gek
ste was, dat ze van den aardbodem ver
dwenen scheen te zijn, niets hoorde ik
meer van haar
Tot ineens ik een paar maanden
geleden een briefje van haar kreeg, waar
in ze me om een onderhoud verzocht
Nou, je begrijpt, Ik gingwaarom ook
niet? Ze ontving me. wat verlegen, leek
me en begon dadelijk haar excuses te
maken over haar vreemd gedragEn
toen vertelde ze me het verhaal van
het „Masker", dat midden aan den
muur hing. tegenover ons. geflankeerd
door een paar prachtige antieke shawls.
Het was nl. een zeer buitengewoon
.iets", dat schijnbaar zoo onaanzienlijke
en leelijke ding het was een Fetisch
die ze uit dankbaarheid van eer.
Oosterschen prins had gekregen, waar
voor ze gedanst haden afkomstig
uit een geheimzinnige en half vervallen
tempel ergens in het Oosten het won
derlijkste was. dat het (volgens dien
prins dan altijd), de eigenschap had.
driemaal het leven van zijn bezitter te
kunnen reddenEn teen ik wat on-
geloovig keek. vertelde se me. dat het de
mysterieuse invloed van dat masker was
geweest, dat haar juist dien eenen avond
en dat nummer gedwongen had de
„Vlammendans" te dansen
En toenvertelde ze me van de
„Man-met-de-oogen"hoe ze hem
had leeren kennen in een Parijsche
Apachen-kroeg, waar ze studies maakte
voor haar volksdansen en waar hij. als
schilder modellen zocht. Ze raakten be
vriend, er ging een vreemde bekoring
van hem uit, als een geur, die bedwelmt...
Hij trok haar aan en stootte haar af
maar er was iets fascineerends in hem.
dat ze niet kon weerstaan.... Hij hield
zich op met hypnotisme en suggestie
deed wonderlijke proeven, ook met haar.
Dan. kwam de ontnuchtering op een
goeden morgen kreeg ze bezoek van de.
politie!die haar uitvroeg over hem..
Wat bleek nl.? hij was een bekend zak
kenroller en oplichter, die van z'n hyp
notische macht misbruik makte en ook
haar tot volkomen onbewust medeplich
tige had gemaakt. Hij „draaide er in"
dank zij haar naive verklaringen en
z'n schijnbare genegenheid voor haar
veranderde in een feilen en woesten
haatZe wist dit.... en van toen af
begon er een hel voor haar. Ze veran
derde haar naam en haar uiterlijk, all-es
deed ze om aan de greep van het verle
den te ontsnappen, dat haar zou trach
ten in z'n macht te krijgen, als die man
vrij kwamen waartegen ze weerloos
zou zijn„Hoe ijzig", interumpeerde
Dolly, die haar mond niet kon houden
en bang was voor een muis.
„Heel ijzig", zei Jim bedaard en raad
de haar ironisch, wat dichter bij den
haard te gaan zitten vanwege die „ijzig
heid"; vervolgde toen: „Jullie snappen
nu, hoop ik, 't drama van dien bewusten
dansavonddie man, die misschien
wist of vermoedde, wie zij was. kwam
(gelukkig, op 't laatste nippertje) om te
constateeren of z'n vermoedens juist
waren, maar dank zij het masker, bleef
ze een raadsel voor hemhij trachtte
toen door hypnose haar in z'n macht te
krijgen.zij voelde dat en vocht ach
ter het masker haar vertwijfelden
strijden volgens haar eigen ver
klaring. heeft ze alleen kunnen winnen
door de geheimzinnige krachten, die in
haar masker werkten en haar bescherm
denAuto-suggestie? misschien
maar merkwaardig blijft het. Enfin, ze
verdween, onherkenbaar en zonder een
spoor na te laten Je begrijpt, ze wil
de haar kansen sparen En nu was ze
teruggekomen, vrij en in het rustige be
sef, dat ze nu weer haar eigen leven kon
leven, want de „man niet de oogen" was
in een krankzinnigengesticht opgeborgen
verteerd door z'n haat en wraakge
voel was hij geworden een geestelijk en
lichamelijk wrak
Wij praatten nog even na en ik ver
liet haar. peinzend over het zonderling
verloop van sommige levensdingen, die
men „toeval" noemt. Op straat voor
haar huis, stond een man een zon
derling wezen, met gloeiende, dieplig
gende oogen. Ik liep hem onverscliillig
voorbij, maar keek: toevallig(?) om en
zaghem in haar huis verdwijnen.
Instinctiet en met een vage onrust liep
ik 'terug, hem achterna en vreemd
genoeg, steeds harder rende ik de trap
pen op naar har kamerboven ge
komen. hoorde ik een kreet ik smeet
de deur open en daar stond de „Man"
met een van haat vertrokken gezicht
voor haar een mes flikkerde ik
sprong op hem toe en trachtte hem het
wapen te ontwringen, maar hij was on-
geloofelijk sterk en lenig een wild
dier gelijk.*... toen in onze worsteling
rakte hij den muur onder het masker,
een shawl raakte los en het Masker viel
door de schok op z'n schedel aan stuk
kenhij was even* verdoofd en ik
nam m'r. kans warDezelfden dag
kwamen ze hem halen hij was uit 't
krankzinnigengesticht met duivelsch
overleg ontsnaptJe ziet. het Masker
had ter. tweeden male z'n plicht vervuld.
„Reusachtig. Jim", riep Dolly „en
de derde keer, hoe ging het toen?" Jim
glimlachte en zei drcog: „Er was geen
derde keer, kleintje, ik nam z'n taak
namelijk overik trouwde met haar...
Z'n blik zocht, in verstandhouding, z'n
vrouwtje, dat drocmcrig en afgetrokken
had zitten luisteren. Maar er kwam een
spot-lichtje in haar donkere oogen. toen
ze ironisch zei: ..Een mooi verhaal.
Jimmy, prachtig! Alleen jammer, dat er
geen voord van waar is! Herinner je je
onze uitermate prozaïsche kennismaking
niet meer? Op 't achterbalcon van de
tram? Jij werd bijna platgedrukt door
een juffrouw met een mand met zeer
onwelriekenden inhoud, vermoedelijk
bokking en ik vei-dween achter den
zeer breeden rug van een omvangrijken
meneer, die aan vier gewone plaatsen
nog niet genoeg had Jimmy's
oogen waren ondoorgrondelijk, toen hij,
de rook van z'n cigaret nastarend be-
weerde.dat hij er zich niets, maar dan
ook niets, van herinnerde.
„O. kinderen, de zon galmde Dolly
verrukt we keken, wat verdwaasd.
naaT bulten waar alles sprankelde en
schitterde van uitbundig licht en
diep in mij. voelde ik dat het. mysterie
van Jimmy's liefde een mysterie zou
blijven
Als verheugde kinderen liepen we naar
buiten, waar de schoongewasschen aar
de ons verrukte met haar zuivere, fris-
sche geuren
Verlaten hing het „masker", peinzend
en gelaten met zijn niet-ziende oogen.
'n Fetisch?....
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cent» per regeL
BIJ VALE, GRIJSGEELACHTIGE
GELAATSKLEUR, vermoeidheid der
cogen, zich onwel voelen, bedroefde ge*
moedsstcniming, zwaar droomen, maag*
pijn, drukking op 't hoofd en wanneer
men meent ziek te zijn, is bet raadzaam,
gedurende ccnige dagen 'sochtends op
de nuchtere maag een glas natuurlijk
,,Franz-Josef"*bittcrwater te drinken. In
hun praktijk wenden de genccsheercn
hij voorkeur het ,,FranzjJoscf'Vwater
aan. omdat het dc oorzaken van vele
ziekteverschijnselen op zachte wijze, zon*
der dat de lijder er hinder van heeft,
wegneemt. Bij Apoth. cn Drog. verkr.b.
HET
„GRAND HOTEL"
AMSTERDAM.
TE
een verlegenheidspauze die Bosch niet
verklaren kon.
„Mag ik hopen, dat wij binnenkort
weer van een heerlijk muziekavondje
mogen genieten?"
„Tif weet het nietdat is te zeggen
ik geloof het niet", zei mevrouw van den
Berg onzeker. Plotseling kwam zij tot
het besef, dat zij wel heel onbeleefd was
door van den Bosch te woord te staan
in de gang, ^terwijl de deur van haar
huiskamer aanstond; daar Bosch geen
aanstalten maakte, het gesprek spoedig
te eindigen kon zij wel niet anders dan
hem uitnoodigen binnen te komen.
Lena zat in de kamer er. ontving der.
bezceker met een koelheid, die hij niet
nalaten kon op te merken. Zij mengde
zich in het geheel r.iet in het gesprek en
gaf op de vragen die hij deed zoo kort
mogelijk bescheid. Zoo duidelijk werd
het den bezoeker dat hij niet welkom
was. dat hij spoedig opstond en afscheid
nam. Anders bracht de groote wande
ling die hij eiken morgen deed, hem
nog wel eens rust, maar dezen keer
bleef hij onvoldaan en ontevreden met
alles en iedereen. Maar plotseling schoot
een denkbeeld hem door het hoofd, een
gedachte zóó onverwacht, dat hij midden
op zijn wandeling op eens bleef stilstaan.
In de buurt stond een bank op een
kleine hoogte, waarop hij werktuigelijk
ging zitten om rustig na te denken.
Hier in de landelijke stilte kwam hij
er voor de eerste maal toe om te denken
san de toekomst en zich voor te stellen,
wat die voor hem zou kunnen zijn. Hij
zag zichzelf ouder worden, voortdurend
meer geld verdienende, rijker worden
zonder doel.
„Waarvoor! Waarvoor!" zei hij hardop.
Deze toekomst leek hem dor en een
zaam. Van zijn eigen positie in de we
reld kwamen zijn gedachten op Lena.
In een soort van helderziende stemnjing
begreep hij op eens, hoe geheel anders
die toekomst zijn zou. wanneer zij daar
een rol in zou spelen, een voorname
rol„Mijn vrouw", zei hij. weer hard
op en keek toen om zich heen of iemand
hem had kunnen hooren. Maar ver in
het rond was er geen levend wezen te
zien.
Een gewaarwording van ongekende
vreugde kwam over hem. Zijn verleden,
met niets dan zaken doen en geld ver
dienen, altijd maar geld verdienen, leek
hem nu bijna verachtelijk, maar de toe
komst zou het goed maken. Hij voelde
zich vr ooi ijk en opgewekt, alsof een
nieuw leven op het punt was voor hem
open te gaan totdat op eens het denk
beeld bij hem opkwam, dat ?fj hem mis
schien niet zou willen hebben. Uit de
hoogte van zijn vreugde viel hij op eens
neer in de diepte van den twijfel. De
verwende man van zaken, die door zijn
tact en energie- in den omgang met re
laties op het kantoor bijna altijd be
reikt had wat hij wenschte, gevoelde
zich nu voor het eerst zwak en onzeker.
Neer., zij zou hem niet willen hebben.
Welke eigenschappen konden hem aan
trekkelijk maken in de oogen van Lena!
't Was waar. zij was hem dankbaar ge
weest omdat hij haar indertijd te hulp
had kur.nen komen, maar wat had dit
ten slotte te beteekenen gehad z.jj was
het nu al weer vergeten. Had zij hem.
dienzelfden morgen nog. n:et behandeld
met een koelheid, die bijna aan vijand
schap grensde?
Met loome schreden ging hij verder.
Neen. deze droom was te mooi, die zou
nooit verwezenlijkt worden. Ontmoedigd
keerde hy op zijn schreden terug en ging
in zijn kamer zitten nadenken. Hjj was
op het punt. zyn koffers te pakken en
dit huls. dat hem inplaats van kalmte
en rust tweestrijd en kwelling bracht, te
ontvluchten: toen op eens herinnerde
hij zich. wat zijn vader hem toen hij
voor het eerst de wereld zou ingaan, had
gezegd: „En nu r.og dit. Jongen: Wees
nooit moedeloos. Als je een doel najaagt,
doe het dan met alle kracht. Geef niet
toe aan slapheid. Streef er r.aar. totdat
Je zeker weet dat het onbereikbaar is.
maar ook geen seconde korter. Wat on
bereikbaar schijnt, is vaak nabij voor
wie durft volhouden".
Bij de herinnering aan die wijze woor
den kwam «en gevoel var. diepe schaam
te over hem. Neen. hy kon niet heen
gaan, zoolang er nog een glimp van
hoop bestond. Eenergie en zelfvertrou
wen keerden als bij tooverslag terug.
Dadelijk 20u hU handelen. De trap af
gaande vond hij de blonde dienstmaagd
in de keuken en droeg haar op. aan
mevrouw \*3n den Berg te vragen of
zy hem een oogenblik zou kunnen ont
vangen. Toen gir.g hy. in afwachting
van het antwoord, r.aar zijn kamer
terug. Maar zijn hart bonsde, nu hy
HOE HET NU WORDT.
Zooals wij reeds meldden zal het
„Grand Hotel" In de VyzeLstraai te Am
sterdam rijker worden afgebouwd dar.
oorspronkelijk het plan was, o.a. zul
len aüe betimmeringen, door de firma
Reens te leveren, in Cuba-mahoniehout
worden uitgevoerd. De eetzalen, restau
rant. groote hall, alle gelegen op de bel
étage. verder de halls, trappen en gan
gen zullen lambriseeringen in gekleurd
marmer krygen. de eerstgenoemde zalen
zullen een tapijt vloerbekleeding bezit
ten, de overige marmeren vloeren en
treebekleeding.
De verbinding van de verschOende
verdiepingen onderling zal geschieden
door drie doorlooper.de trappen en 8
liften, n.l. voor 5 personen vervoer,
waarvan 2 met wisselende snelheid en
3 uitsluitend voorgoederen. De hotel
kamers en appartementen, welke zich
op de vyf verdiepingen boven de bel
etage bevinden, zyn alle door tusschen-
gangen verbonden met de hoofdin
gangen. welke direct op de lief thaHs
uitloopen.
De hotelkamers zullen door haar prac-
tische ïndeeling en meubileering. naar
aan de Tel. werd medegedeeld, eer. zeer
aangenaam verblijf bieden aan de toe
komstige gasten, dit te meer daar bij
elke kamer eer., in marmer uitgevoerde
badkamer komt, voorzien van wasch-
tafel. enz. Ook voor inwonend perso
neel is goed gezorgd.
Boven de vijfde verdieping wordt een
daktuin ingericht, welke direct met de
lift bereikbaar is en waarvan men een
fraai uitzicht over de stad heeft. De
vy'fde verdieping is voorzien van een
dubbelen vloer, zcodat deze verdieping
geen hinder heeft van de bezoekers van
den daktuin.
De keuken komt op de eerste entre
sol onder de bel-étage. voorzien van een
li ften-batterij van 8 liften, een lucht-
afblaascirculatie, welke ver boven het
dak uitmondt, zoodat geen hinder zal
worden ondervonden van kooklucht ir.
of bij het hotel. Deze keuken zal geheel
modern worden ingericht, voorzien van
electrisch aangedreven machines, koel
cellen, stoomkookketels, electrische- en
gasfornuizen. terwijl op advies ven
kookkunstspecialisten de spijzen op
kolen fornuizen bereid zullen worden.
Alle zalen, kamers, badkamers en gan
gen zullen electrisch centraal geventi
leerd worden. De zalen en kamers
krygen een centraal klok-systeem. en
uit alle kamers kan directe aansluiting
met de gemeente-telefoon worden ver
kregen.
Ey het gereed komen op het einde
van dit jaar zal dit hotel, wat inrich
ting en accommodatie betreft, ongetwij
feld tot een der meest moderne van
Europa behooren.
TWEE JUBILEA BIJ DE CENTRALE
WERKPLAATS.
Vrydag jubileerden twee leden van het
personeel der Centrale Werkplaats, de
ploegbaas A. van Duyn, en de veeren-
smid J. Brouwer.
De heer Van Duyn werd op hartelijke
wyze door zijn collega's aan de pcort
van het terrein der Werkplaats ontvan
gen, en gehuldigd. Namens de directie
sprak hem toe de hoofdwerktuigkundige
de heer Kumel. die hem de gebruikelijke
gratificatie van de Maatschappy. een
enveloppe met inhoud schonk. De heer
Van Duyn was 25 jaar in dienst by de
Nederlandsche Spoorwegen, wat ook cp
de hem geschonken oorkonde vermeld
stond.
Een zilveren jubileum vierde ook de
heer J. Brouwer, die eveneens door de
directie gehuldigt werd met 'n gratifica
tie en 'n oorkonde. Hij werd toegesproken
door den chef de bureau den heer Su-
rendonk. Een schriftelUke gelukwensch
ontving hy van den heer De Koningh,
chef der Werkplaatsen. In de vuurwer
ker y sprak de opzichter Van Zwieten
aan het adres van den jubilaris de beste
wenschen uit.
De collega's huldigden den heer Brou
wer door hem een doublé horloge-ket
ting te schenken, waarmee de jubilaris
zeer ingenomen was.
ASTRONOMISCH
CONGRES.
DE OPENING.
Het congres van de Internationale
Astronomische Unie. dat van 613 Juli
te Leiden wordt gehouden, het groots;
astronomisch congres dat ooit is gehou
den. is heden met zijn werkzaamheden
begonnen.
Prof. dr. W. de Sitter, de voorzitter
van het congres, sprak de openingsrede
uit. In den aanvang zUner rede her
dacht hy hen. die sinds de laatste ver
gadering waren heengegaan.
Na een oogenblik van stilte aan de
nagedachtenis der dooden gewyd. ver
volgde prof. De Sitter zijn rede.
De astronomer, van alle landen zUr.
uitgenoodigd het Leldsche congres by
te wonen, aldus spr. Het is voor mU
een groote voldoening te kunnen zeg
gen. dat zeer velen van hen ongeveer
een achtste gedeelte van ons totaal
aantal leden deze uitnooaiging heb
ben aanvaard. Bijna de helft van hen
behoort tot het groote Duitsche volk.
groot, meen ik. in het aantal en de
beteekenis van zyn bydragen tot de as
tronomie.
Spr. richtte zich nu tot de Duitsche
astronomen Uit naam van alle leden
van het congres en van de Unie zelf
heette hU hen hartelijk welkom; ver
der sprak prof. De Sitter vriendelijke
woorden van welkom tot de vertegen
woordigers van alle andere naties, de
talryke astronomen, die gekomen zyn
uit Rusland, uit Hor.earUe. Roemenië.
China, uit Australië, Estland en
Lithauen.
Andere punter, welke uw aandacht
zullen vragen, zyn o.m. de maatregelen
welke moeten worden genomen me*, be
trekking tot de weinige nog onvoltooide
gedeelten van de Carte du Ciel en de
kwestie of de bepalingen voor het
Bureau de l'Heure. welke in 1931 moeten
worden hernieuwd, zullen worden her
zien.
Indien het belang van de besluiten
evenredig zou zijn aan het aantal per
sonen. dat ze neemt, dan zullen de re
sultaten van deze vergadering de be-
langrykste zyn. welke ooit werden ver
kregen. In Rome. zes jaar geleden, wa
ren 83 astronomen bycen. In Cambridge
waren er 189 en nu zijn er meer dar.
260.
Pref. De Sitter sprak ten slotte den
wensch uit. dat het congres Sn ieder op
zicht zal slagen.
GEVONDEN DIEREN EN VOOR
WERPEN.
Terug te bekomen bij: Koster. Van
Loostraat 8, bril in etui; J. H. Knoop
Oosterstraat 24. zakje doperwten: H.
Rol-, Ged. Schalkburgergracht, 83. zilve
ren geldstuk; De Zwart. Papentoren
vest 27. pakje gordynkoord; Kennel
„Fauna", Parklaan: gele keeshond, ge
bracht door Barends. K. v Mander
straat 7 zw.grijswitte kat. gebracht
door Sala. Wilhelminastraat 5: Nyssen.
Botermarkt 1. blauwe kiel en handdoek
gemerkt Ned. Spoorw.; Van ZUp, Assen-
delverstraat 27, roode kindermuts; M.
Winkel. KI. Houtstraat 53, damesporte-
monnaie m. inh.; v. d. Ploeg, Zomer
straat 25. damesportemonnale m. inh.:
Balte. De Clercqstraat 118. kinderpor-
temonnaie; Bakker, Kolkstraat 7. por-
temonnaie met inhoud; Bur. v. Politie
Smedestraat, rljw^lbelnstingmerk en
een heerenrywiel; Van Straten. Spoor
wegstraat 20, rUwielbelasttngmerk;
Hoenderdos. L. Begijnestraat 14 zw„ da
mesregenmantel en een blauwe muts:
Dijkstra. Leldschestraat 100, rozenkrans
Groenendaal. Brouwersstraat 9 zw.. on
derdeel rywiellantaarn; Kruiswyk. Bak
kerstraat 22. gabardine regenjas (beige)
Oerlemans, Rijkstraatweg 334. regenjas
v. d. Zalm. De Clercqstraat 141. knijp
tang; De Mooy. Vrouwehekstraat 55.
grUs damestaschje; Van Maasdam,
Oude Groenmarkt 7. doublé vulpotlood:
v. d. Pavoort, zyiweg 293, vulpenhouder:
Roozen. Brouwersstraat 3. 6 vaatdoe
ken: Bakker. Oranjeboomstraat 135 e.
reserve autowiel; Polak. IJselstraat 6.
15 plakzegels: P. v. d. Water, Lijster
straat 10 plakzegels.
den stap ging doen die over zyn toe
komst beslissen zcu.
„Binnen!" riep hy, toen een schuch
ter klopje op de deur aankondigde, dat
het meisje hem het antwoord kwam
brengen.
„Mevrouw heit bezoek", zei het blo
zende dorpskind. „Of uwe even wachten
wil".
Juist drong een bekend geluid uit
de huiskamer beneden tot hem door;
de kuch van den ontvanger, dien hy
zoo goed kende. En zonder te letten op
het vriendelijke groetje van het meisje,
dat meteen weer heenging, bleef Bosch
roerloos op zijn stoel zitten. Zyn mede
dinger was hem voor. Hy had te lang
getalmd.
Hoelang hy daar gezeten had. vol
tegenstrijdige gedachten, zou hy zelf
r.iet hebben kunr.en zeggen
Er werd geklopt. Mevrouw van den
Berg zelf stond op den drempel.
„U wenscht mij te spreken, meneer
Bosch?"
„Ais het mogelijk is. mevrouw".
„Zou het misschien kunnen wachten
tot morgen?"
Hij was op het punt een toestemmend
antwoord le geven. Toen schoot de raad
van zyn vader hem weer te binnen.
„Als 't mogelijk is. mevrouw, liefst nu.
He: gaat om een zeer belangrijke
zaak".
„Wanneer u het wenscht
Zij ging hem voor naar de huiskamer.
Lena was er niet.
„Mevrouw", zei hy, al zyn moed ver
zamelend. „ik heb u een vraag te doen.
waarop het antwoord voor mU van het
allergrootste belar.g is. Ik heb uw doch
ter nog maar éénmaal in uw huis ont
meet. Zij heeft een diepen indruk op
my gemaakt. Wilt u mjj vergunning
geven om haar te vragen of zij myn
".touw wil worden. Enenzou
ik mogen weten, of my'n aanzoek eenige
kar.s van slagen hebben zou"
Hy stamelde en stotterde, de ener
gieke. de fiere Bosch. Hadden zijn
vrienden te Amsterdam hem zóó kun
nen zien. zy zouden hem niet herkend
hebben. HU voelde zich ook zoo klein,
elk oogenblik verwachtte hy van me
vrouw van den Berg te hooren: „zoo
even heeft meneer Jansen myn doch
ter gevraagd, zU is verloofd". Maar da!
antwoord bleef uit. Hy haalde ruimer
adem. Zij was dus nog vry.
„Meneer Bosch", zei mevrouw van
den Berg. „ik heb geen recht om u te
weigeren, met myn dochter te spre
ken. Zy heeft den leeftyd om voor zich
zelf te beslissen. Maar op uw tweede
vraag moet ik het antwoord schuldig
blijven".
„Mag ik uw dochter dan nu spreken?"
„Liever vraag ik u even te wachten.
Zy heeft pas eer. bezoek gehad, dat haar
r.cgal sterk heeft aangegrepen
„In dat geval voeg ik my naar uw
wensch", antwoordde Bosch en stond
op om heen te gaan.
Toen gir.g de suite-deur open en ver
scheen Lina zelf doodsbleek, maar met
het hoofd rechtop.
„Meneer Bosch", zei ze. duidelijk maar
met nauwelijks hoorbare stem. „ik heb
in deze kamer alies wel moeten hooren
wat u met mUn moeder besproken
heeft. Ik ik ben u dankbaar voor uw
vereerend aanzoek, maarmaar
tk kan uw vrouw nooit worden".
..Lena!" riep de moeder. Want haar
dochter leunde tegen de deur. alsof zU
op het ptnr. was flauw te vallen.
Een. oogenblik aarzelde Bosch Maar
toen de moeder haar dochter steunde
en hem smeekenö aankeek, miste hy
toch den moed om voort te gaan; hier
zou energie onbescheidenheid zUn gewor
den. HU maakte dus een zwygcndc bui
ging tegen de twee dames en ging met
een bezwaard bart naar 2Un kamer.
„Na deze afwyzing kan ik hier niet
blijven", zes hy hardop en keek vol wee
moed naar zyn koffers. Maar hU miste
den moed om nu al te gaan pakken,
misschien klemde hU zich nog aan een
schemer van hoop vast. Dus nam hy
zyn toevlucht tot het geneesmiddel dat
hem zoo vaak geholpen had en maakte
hij een lange wandeling. „Voor den
laatsten keer", dacht hy droevig maar
iets in hem zei. dat er toch nog hoop
moest zijn. Kon het zóó eindigen?
Midden in zyn gepeins hoorde hy
het geluld van wielen en opkijkende
zag hy zUn ouden kennis weer. het
jongmaatje van den slager. HU had
weer een passagier opgedaan. dezen
keer een Jonge dame. die hem bekend
voorkwam Met een korten groet wilde
hij voorbij gaan, toen ztt opeens tot
VAN RUZIE EN DIEFSTAL'
EN KLAPPEN.
EN WAT DE POLITIERECHTER
ER VAN ZEIDE.
Vroeger schUnen de families N. B. en
H. H. te Zandvoort met elkaar in re
latie gestaan te hebben maar sedert ge
ruim en tijd zUn die relaties verbroken
cr. botert het niet al te best.
Op 27 Mei van dit Jaar kwam het
zelfs tot een scheldpartytje op straat.
De heer H.. die VrUaag met zUn huis
houdster J. B.. wed. B. v. D.. voor den
Politierechter moes'. verschUncn. zou
den heer N. B. daarbij hebben uitge
scholden voor dief en oplichter. Ook de
dame zou zich niet onbetuigd gelaten
hebben, zy ontkende evenwel iets tegen
get. B. gezegd te hebben en daar ook
uit getuigenverklaringen haar schuld
niet kwam vast te staan, vroeg de Of
ficier voor haar vrijspraak, waarmede
de Politierechter het eens was.
D? heer H. beweerde dat hU de ge
ïncrimineerde woorden niet gebruikt
had. maar een getuige had ze wel ge
hoord He' O.M. requlreerde daarom
f 25 of 15 dager., eer. elsch waaraan
de Politierechter zich hield. .En als u
zoo doorgaat, wordt het gevangenis
straf!"
Verdachte gaat ln hooger beroep.
Toen A K.. caféhouder alhier na
sluitingstijd een luchtje stond te schep
pen op straat op den laatsten dag van
Mei. kwam E. S. voorby. die hem al
gcruimen tijd geld schuldig was.
„Wanneer betaal Je me nu eens?"
vroeg hy.
„Als je maar tyd van leven hebt!"
antwoordde S.
Daarop werd K.. die langzamerhand
manensmcede was geworden, zoo boos
dat hy S. een slag met een stok toe
diende.
S. heeft nog wel last van gonzingen
in zya hoofd, reide hy.
De Officier vond ook wel. dat het
vervelend is als je geld van iemand
moet hebben cn Je krUst het niet. maar
daarom mag er r.og niet geslagen wor
den f 25 boete of 15 dager, was de eisch
en het vonnis van den Kantonrechter
luidde conform.
Geld moet Je niet maar zoo los in
den zak van je jas stoppen en dan die
jas ophangen achter een schot in een
oude schuur.
Dat was de les die de tuinder H. J.
D kon trekken uit de behandeling van
de zaak van zUn vroegeren knecht J.
J. G.. die zich f 60 had toegeëigend
van de f 220 die D. in zUn niet zeer
veilige safe bewaarde. (Over de rest
hadden anderen zich ontfermd, wien
dar waren, was niet uitgemaakt).
Verdachte had er een jas voor ge
kocht. Toen had hU nog f 24 over. In
middels heeft hU het geld weer aan D.
teruggeven
De Officier wilde een boete opleggen
(omdat verd. nog niet met den straf
rechter in aanraking is geweest) en
elschte f 30. waarvan de Politierechter
f 35 maakte.
Commensaals houden is niet altyd
een pretje. Dat ondervond mej. R. M. G.
huisvrouw van H. B. die een kamerbe
woner. W. A. v. d. M.. wien zy niet
langer in haar huls wilde houden, met
zachten drong daaruit had verwyderd,
waarop v. d, M. haar met een zaag een
houw over het gelaat had gegeven. „Dc
ben voor mijn leven gelidteekend!" zei
de Juffrouw en het was dan ook dulde-
lUk te zien dat de slag leolijk was aan
gekomen.
De Officier vond deze mishandeling
van zeer ernstlgen aard en eischte by
verstek tegen den niet verschenen be
klaagde, die al meer veroordeeld is. 1
maand gevangenisstraf, waarmede de
Politierechter zich kon vereenigen.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cent» por regel.
Stofzuigerhuis MAERTENS
B AR TELJ ORIS STRAAT 16
TELEPOON NO. 10756 5
Apex Klop-Veeg-Stofzuigers f 175.—
den slager zei: „wacht even. kent u
mU niet meer, meneer Bosch? Sophie
van Garderen. U weet zeker wel, ol
Lena van den Berg thuis is".
„Juffrouw van Garderen". Koel boog
Bosch het hoofd. HU mocht haar niet
lUden. „Ik denk wel. dat u juffrouw
van den Berg thuLs trert".
„Dank u wel. Misschien zie ik a straks
r.og?"
..WaarschUniyk niet", zei hy weer
koel.
„Ik denk van wel. Vooruit slager!"
En met een luiden lach, die hem in
zyn tegenwoordige stemming byzondcr
hinderde, reed zij verder.
Toen hy een half uur later thuis
kwam. was de ontvanger al bezig to
verhuizen. De gang stond vol met zUn
kisten en koffers en hy zelf hield toe
zicht. Op den groet van Bosch ant
woordde hU niet. Het etensuur kwam.
Het diemtmelsje kwam Bosch waar
schuwen. Werktuigelijk ging hy naar
beneden en trof in de kamer, waar
hy met den ontvanger placht te mid
dagmalen. Sophie van Garderen aan.
„U is verwonderd my hier te zien",
zei ze ernstiger dan anders haar ge
woonte was. „Ik weet dat u niet van
mU houdt, u toont het duidelijk ge
noeg. Er zyn oogenblikken dat ik niet
van my zelf hou. Ik heb wat goed to
naken en dat zal ik doer.. U heeft
Tanmorgen Lena van den Berg gevraagd
en zy heeft u afgewezen neen vraag
my niet hoe ik dat weet. dat zal later
wel duidelijk worden. Ik wl! u maar één
ding zeggen: als u do vraag nog eens
aan Lena doet, zal het antwoord, denk
ik. anders zUn. Kom. wat staat u daar
aLs een zoutpilaar en treuzelt? Lena Is
daar. ga haar opzoeken".
En toen Bosch voorzichtig en met
kloppend hart binnenging, zat Lena
daar cn kreeg een vuurroodon blos. toen
zU opstond. ..Lena, kan het waar zUn?"
,MUn ridder", zei ze. Toen gaven die
twee. die beiden de lente van hun leven
voorby waren, elkaar de eerste kus. De
zomer beloofde vol geluk cn vreugde to
zUn.
FIDELIO.