HAARLEM'S DAGBLAD
BERLIJNSCHE BRIEVEN.
STADSNIEUWS
FEUILLETON
Anthony Marston
Dolende Ridder
DINSDAG 13 NOV. 1928 DERDE BLAD
(Van onzen oorrespondent)
De Automobieltentoonstelling. Het conflict in de
metaalindustrie. Weelde-hausse te Berlijn.
In hei Roergebied rooken de tallooze
schoorsteenen nog altijd niet. De hoog
ovens zijn koud, de arbeiders spelen
voetbal in de straten.
Men is het weer eens niet over loons-
verhoogingen eens kunnen worden. Tech
nische bijzonderheden daarover interes-
seeren ons natuurlijk niet. Maar van
beteekenis is de mentaliteit der werk
gevers, die ditmaal wel heel onaange
naam op den voorgrond dringt. Ook de
arbeiders hebben in de laatste jaren
wel eens overdreven eischen gesteld en
zün niet altijd verstandig genoeg ge
weest om zich bij besluiten van de of-
ficieéle bemiddelaars neer te leggen.
Maar van arbeiderszijde had men ten
slotte steeds voldoende discipline om,
als volgens de wet de uitspraak van
een bemiddelaar eenmaal bindend ver
klaard was, ook geen verdere sabotage
te plegen maar weer aan het werk te
gaan. Ditmaal hebben de werkgevers,
die over onwilligheid van hun arbeiders
zoo vaak geklaagd hebben, zelf veel
erger dingen gedaan. Zij hebben zich
zelfs aan de verbindend-verklaring niet
gestoord en tienduizenden arbeiders uit
gesloten, die nu op straat staan en ook
geen werkloozenuitkeering krügen, en
zij hebben tegen de beslissing van den
(ditmaal toevallig socialistischen) rijks
minister van arbeid bij den gewonen
rechter geprotesteerd. Een wijze van
doen. die voor de eerste maal toegepast
wordt, en die zelfs in de politieke par
tijen, die anders steeds op de hand der
werkgevers zijn, zeer veel kwaad bloed
gezet heeft. Erger: ook een deel van de
patroons gaat slechts onder protest met
deze dwaze actie mede.
Ten slotte zal alles wel weer in der
minne geschikt worden, gelijk we dat
in Duitschland bij arbeidsconflicten
tegenwoordig gewend zijn. Maar na
tuurlijk zijn intusschen tientallen mil-
lioenen verloren gegaan, en dat dit
maal dank zij de stijfkoppigheid van
eenïge leiders der patroonsorganisatie.
Een en ander toont wel aan, dat we
langzaam maar zeker weer in een
periode van conflicten verzeild geraakt
zijn. Het feit, dat de sociaal-democra
ten hun invloed sinds de jongste rijks
dagverkiezingen hebben zien toenemen
en dat arbeidersleiders weer in de rijks-
regeering zitten, schijnt de werkgevers
meer dan verstandig is. geprikkeld, en
aan den anderen kant de arbeiders
weer moediger gemaakt te hebben.
Zien we deze dingen in grooter ver
band, dan merken we op, dat waar ook
de Dawesbetalingen dit jaar een ge
weldige afmeting hebben aangenomen,
wat weer den kringloop van hoogere
belastingen, hoogere loonen, hoogere
prijzen voor levensmiddelen enz. ten
gevolge zal hebben, in Duitschland de
eerstvolgende jaren crisesverschijnselen
te verwachten zijn welke het vertrouwen
in Duitsche ondernemingen stellig niet
zal doen toenemen.
Berlijn, 11 November.
5rezer dagen is in de groote tentoon
stellingshallen van de stad Berlijn de
na zeventien Jaren voor het eerst weer
werkelijk internationale autoshow ge
opend. En het moet al dadelijk gezegd
worden: met schitterend resultaat. De»
expositie overtreft inderdaad alle derge
lijke, die men de laatste jaren in Parijs,
Londen en andere centra genieten kon.
en het is dan ook geen wonder dat vele
duizenden vreemdelingen naar de Duit
sche rijkshoofdstad gestroomd zijn, om
dit schouwspel te genieten en bestellin,
gen te doen.
Immers, de auto is met den dag meer
gebruiksvoorwerp geworden Luxewa
gens worden, vooral ook in Duitschland
dat steeds een zwak voor dit genre heeft
gehad, nog altijd in ruime mate ge-,
bouwd. Maar men tracht hier toch ook
het voorbeeld van Amerika te volgen en
seriewagens van betrekkelijk lagen prijs
te maken. En werkelijk is voor 2 tot
3000 mark al een aardige keuze aan
bruikbare auto's voorhanden.
Wie op zijn gemak door Berlijn wan
delt en het verkeer gadzslaat. merkt al
dadelijk dat het aantal zelfbestuurders
geweldig is toegenomen. Kleine wagens
zijn bij tienduizenden in het verkeer, er.
ook (femes ziet men reeds, ook in het
drukste gewoel der wereldstad, in groo
ten getale aan het stuurrad. De auto is
hier populair geworden, en de verkeers
politie en de bouwautoriteiten hebben
handen vol werk om te trachten, zich
aan te passen. Wat niet verhindert, dat
de verkeers toes tanden toch reeds volko;
men onhoudbaar geworden zijn.
Onder deze omstandigheden is het
geen wonder, dat xnillioenen menschen
zich tot deze eerste internationale auto
tentoonstelling na den wereldoorlog aan.
getrokken gevoelen. Ook tal van Neder-
landsche belangstellenden ziin hier aan
gekomen en verdringen zich om de
prachtige stands, terwiil bijzondere
sportverslaggevers uit het vaderland
hun oogen den kost geven om straks
geleerde technische verslagen voor den
iezer op te maken
Een en ander behoort niet tot mijn
departement en ik zal er u ook niet
mee lastig vallen. Ofschoon ik aanneem
dat vele lezers gaarne het een en ander
van de ditmaal talrijke interessante
technische nieuwigheden waaronder
de automatische koppeling der Protos-
N.A.G- wel de meest belangwekkende is
zouden willen vernemen. Waarvoor
zij dan maar de vakbladen moeten op:
slaan!
Ik wil mij hier bepalen tot eenige al-
gemeene opmerkingen. In de eerste
plaats is mij gebleken diat de Duitsche
wagens nog altüd te duur zijn en te
weinig aan seriefabricatie wordt gedaan.
Zs zijn niet alleen te duur. maar ook te
zwaar. Al zij toegegeven, dat de nieuwe
achtcylinders schitterende voord-selen
Dieden en het op den duur van de zes,
cylinders wel winnen zullen Maar de
gemiddelde burger koopt zulke wagens
niet. En het moet er toch, bii de gewel
dige afstanden in dit groote land, naar
toe, dat de auto even populair wordt als
in de Vereenigde Staten Natuurlijk is-
dat ook een kwestie, die met de koop
kracht samenhangt. En het mag als be
kend verondersteld worden, dat die in
Duitschland nog altijd bitter klein is.
Het gevolg daarvan is dat de toestam
den in ae Duitsche auto-industrie lang
niet zoo schitterend ziin als men bij
een wandeling rondom de tallooze weel,
óerige Duitsche stands misschien zou
vermoeden Dat is al net dezelfde
schijn, die tegenwoordig overal in
Duitschland den oningewijde op een
dwaalspoor brengt. De Duitsche autofa
brikanten bouwen wel groote nieuwe fa
brieken, geven him auto's wel trotsciie
Duitsche namen, winnen wel eerste prij
zen op internationale rennen en tooien
hun wagens dan met Duitsche kleuren
maar in werkelijkheid ziin de bezit;
ters van de aandeelenkanitalen zelfs
van de meest beroemde fabrieken
buitenlanders, of zullen het binnenkort
vvorden, en ziin de nieuwe fabrieken
met vreemd kapitaal tot stand geko
men.
De „Ueberfremdung" neemt ook op
dit gebied met zoo geweldige snelheid
toe, dat zelfs de trustplannen in deze
branche waarschijnlijk tot nader order
zullen uitgesteld moeten worden. Het
staat wel vast, dat Duitschland met
den dag meer werkstaat. technische on=
dei-neming in dienst van buitenlandsch
kapitaal wordt. En het mag daar niet
eens al te zeer over klagen, al wordt het
nationaal bewustzijn van zekere kringen
er dan ook wellicht door versomberd.
Want dit buitenlandsche kauitaal is nu
eenmaal onmisbaar, willen de schoor
steenen blijven rooken en de arbeiders
hun loon ontvangen.
Intusschen is de energie der Duirt-
schers aan den anderen kant niet klein
te krijgen En dat is voor Europa ten
minste een verheugend verschijnsel. Van
alle kanten komen berichten over
nieuwe plannen. Berlijn, dat steeds vol
wilskracht geweest is, geeft het voor
beeld. Het wil wereldcentrum worden,
al is voorloopig nog niet geheel duidelijk,
waar de tientallen millioenen voor de
uitvoering van reeksen kostbare plan
nen vandaan zullen moeten komen.
Men wil bouwen, wil een geweldig ten
toonstellingscentrum maken, wil zelfs
Amerika overbluffen, zij het dan ook
wellicht met Amerikaansch geld! En het
moet erkend worden: wat men tegen
woordig bouwt, wordt op schitterende
en smaakvolle moderne wijze uitgevoerd.
De hernieuwde winkelstraten zijn een
lust voor het oog. Weeldestraten zijn
ontstaan, die den opperviakkigen be
zoeker den indruk geven alsof we hier
in geld zwemmen en de hoogste eischen
ook aan de wijze van aanbieding stel
len. En toch: wie achter de schermen
vermag te zien, weet maar al te goed,
dat zulke luxe-winkels in de meeste
gevallen een kort leven hebben, en ver
wondert er zich over, dat steeds weer
de handeldrijvende middenstand er het
geld voor over heeft om zooveel uiter
lijkheid te betalen, waar men toch
weten moest, dat klanten ontbreken om
alleen reeds de enorme huren in deze
allerdrukste straten goed te maken.
Een ongezonde weeldehausse over-
heerscht de gemoederen. Op gezette
tijden volgen dan ook de faillissementen
en ik ken zelfs gebouwen, waar bijna
elke drie maanden nieuwe winkels in
verschenen, van welke men met wis
kunstige zekerheid zeggen kan, dat ze
een even kort leven zullen hebben als
de voorgangers.
Slechts die winkels in Beriijnsche
luxe-wijken kunnen in leven blijven,
die filialen zyn van groo tere en reeds
gevestigde goed-beklante zaken i^ oudere
stadsgedeelten.
Men wil nu echter tot eiken prijs het
vreemdelingenverkeer doen toenemen.
Een streven, dat waarlijk niet alleen
in Duitschland te bemerken is, maar dat
van dit land uit dan toch wél met bij
zondere energie aangepakt wordt. En
ook wel met zichtbaar succes! Al zie
ik er voorloopig het geld niet uitkomen,
dat er in gestoken wordt. De Duitscher
schynt echter beter dan de Neder
lander de juistheid van het spreekwoord
in te zien, dat „de cost voor de baet
uitgaet", en ziet er niet tegen op, poli
tiek op langen termijn te voeren. Daar
om zullen we ook in Nederland in de
toekomst nog heel wat landelijke en
stedelijke leeningen van Duitsche zijde
op de markt zien brengen. Het zal
dan steeds geraden zijn, eerst eens duch
tig naar de soliditeit van een en ander
te informeeren!
Duitschland gaat zienderoogen vooruit.
Maar er zouden wel eens onverwachte
teleurstellingen kunnen komen. En wee
dengene. die daar met zijn spaarduiten
ln betrokken is!
H. V. B.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN
60 Cents per regel.
FEESTAVOND K ADERL AND STORM-
VEREENIGING.
De Wapenstilstand herdacht.
De boven-voorzaaltjes van „De Kroon"
zijn altijd gezellig voor een feestavond
en de Haarlemsche Kaderlandstorm-
vereeniging Kennemerland heeft een
reputatie hoog te houden. Kan het dus
anders dan dat de fuif van Zaterdag
avond er een werd. waar ieder zich
amuseerde? Natuurlijk werd er ge
danst en met animo, maar dat toch niet
alleen. Even nadat de heer A. Haccou
als voorzitter met een hartelijk welkom
vooral tot den garnizoenscommandant,
majoor Gorter, en luitenant Hooy, den
avond geopend had, kregen de heeren
J. Eggink. O. Houwen en C. Steffelaar
gelegenheid om hun publiek te amu
seeren met het eerste bedrijf van „Een
nieuwe Manier van Poffen", een blij
spelletje in twee bedrijven door D. B.
van Heuven. De voorzitter had cle
mentie ingeroepen voor dit stukje, omdat
er maar drie weken gestudeerd kon
worden. Dat was niet noodig geweest.
Vooral niet voor zijn eigen spel als
kastelein Watervrees in het tweede be
drijf, waarin hij de dankbaarste, maar
ook de moeilijkste rol vervulde. De
anderen speelden nu travesti, en met
den heer De Vries als Watervrees' zoon
gaven zy een zeer vlotte omlijsting van
de leuke typeering van Watervrees. Het
stukje was ingestudeerd onder leiding
van den heer J. van Dommelen.
Tusschen beide bedrijven blies de heer
Van Tienhoven een trompet-solo waar
bij de heer H. Wiersma hem begeleidde
op den vleugel. Het was de gloednieuwe
Amerikaansohe „Trumpet-blues" vanH.
Lindney, een nummer, dat wij hopen
nog eens te hooren. tenminste als het
even gced vertolkt wordt als door deze
heeren.
De heer Chr. Overweg speelde vlot
uit zijn hoofd, een potpourri van opera
motieven, een stuk uit La Favorita van
Donizetti, en een Faust-fantasie. Waar
mee hij bewees een virtuoos te zijn. en
de toehoorders aangenaam bezig hield
Daarna werd de avond gevuld met
dansen, om echter te twaalf uur nog
even aan den ernst gewijd te zijn. De
Wapenstilstandsdag begon immers, en
onder stille aandacht hield de heer M.
van Voolen een korte herdenkingsrede,
waarin hij constateerde hoe na den
oorlog een streven ontstond naar ver-
duurzaming van den vrede. In de her
innering der gruwelen van den wereld-
krijg, die wij ons heden allen voor
oogen moeten brengen, moeten wy een
aansporing vinden tot vredeswerk. Over
de middelen, over nationael of inter
nationale ontwapening mag verschil
van meening bestaan, de wereldvrede
moet einddoel blijven, want dat is een
internationaal zoowel als eon nationaal
belang.
Nadat deze rede gehouden was zongen
allen het Wilhelmus. De avond was
verder voor dansen met véle attracties
bestemd, onder leiding van den heer J.
R. Kuyk. De besturen van school- en
zustervereenigingen hadden hun verte
genwoordigers gezonden.
MELAWAN GELAP.
MOOI INDIë EN DE ZENDING.
In de gemeentelijke concertzaal werd
gisteren onder groote belangstelling voor
t eerst hier ter stede een vertooning
gegeven van de film „Melawan Gelap".
De strijd tegen de duisternis, welke
voor de Nederlandsche zending in Indië
gemaakt werd door de Ned Ind. Film
Mpy. te Buitenzorg, een tweelingzuster
van de Polygoon. Dinsdag zal terzelf
der plaatse een tweede voorstelling ge
geven worden.
De film welke vier lange acten groot
is, bestaat feitelijk uit twee gedeelten.
Het eerste, "t werk der zending in de
Bataklanden op Sumatra in beeld bren
gend. is 't spijt ons dit te moeten
zeggen slecht. Louter bewegende
prentbriefkaarten, losse kijkjes op een
se fie kerkjes en wat scholen, in de le
prozerie Lao-Si-Momo bij Kaoan-Djahé.
portretten van blinden aan den arbeid,
enz. Maar van het schitterende land
waar i n de zending haar mooi werk ver
richt, niets!
Doch genoeg.
Na deze teleurstelling want wij zijn
van den operateur J. A. Ochse beter
gewend het tweede deel: drie acten
die opgenomen zijn op Borneo, Celebes
en Noord-Nieuw-Guinea.
Wanneer men het werk der zending
zuiver objectief beschouwt, moet met
vreugde geconstateerd worden, van welk
een machtig cultureel belang Jiet zen
dingswerk is voor de inlandsche bevol
king, het Peronella-hospitaal te Djocja
met zijn uitgebreiaen dienst van hulp-
hospitaaltjes en inlandsche verplegers is
hier wel een schoon getuigenis van. En
is het, wat de buitengewesten betreft,
niet voor een belangrijk deel te danken
aan mannen als Adriani en Kruyt, dat
daar in hun ressorten de maatschappe
lijke toestanden zeer veel verbeterd zijn.
Verdwenen dwaze uitwassen van de hei-
aensche godsdiensten, als bijvoorbeeld
het koppensnellen, niet door hun toe
doen?
Borneo met zijn machtige stroomen
en zijn forschen tropischen woudopslag,
de kampongs langs de rivieroevers on
der schaduwende klappen:, Borneo zien
wij op deze film van de „hekwieler" af.
Ranke prauwen glijden over *t water,
op een zendingsschool voor onderwijzers
werken lenige, schrandere jongens. Da-
jaks voeren hun dansen uit by rythmi-
schen trommelslag. Dat alles is op het-
celluloid vastgelegd en hoe mooi weet
Ochse de wijdheid van het landschap in
enkele beelden naar voren te brengen.
Celebes: waar Adriani onder de To-
radja's zijn bewonderenswaardig werk
verrichtte en Kruyt het nog doet, het
schoone Poso-meer, de paalwoningen,
het berglandschap. Nieuw-Guinea waar
de primitieve Papoea's ook de zegenin
gen der westersche mentaliteit onder
vinden en beseffen. waar zendeling
Schneider moedig en volhardend ar
beidt, de film toont het ons allemaal
op het witte doek.
De resultaten van het zendingswerk
zijn te constateeren in de orde die er
heerscht. in de wel wat vreemd aan
doende vreugdesbetuigingen der Pa
poea's als „hun" zendeling van verlof te
rug keert naar zijn woning onder de
klappers.
Dat is een der belangrijke eigenschap
pen van deze film.
Een andere is, dat Ochse op bewon
derenswaardige wijze het volksleven
heeft gefilmd en de schoone Indische
natuur. Wij hebben reeds heel wat In
dische films gezien, maar nog geen die
zoo ondorhoi.dend en technisch zoo
mooi land en volk in velerlei schakee
ringen weergeeft. Want er zijn vele
beelden in Melawan Gelap" die elleen
gekozen konden worden door een knap
pen operateur, beelden die je Indië lee-
ren kennen als een land, niet alleen van
palmen en bruine menschen maar als
een land met een wondere schoonheid in
alles.
EEN HULDIGING.
In de stampvolle zaal van hotel Ro-
zencaal te Overveen werd Zondagavond
de heer J. C. Stolwijk gehuldigd door
een daartoe samengestelde commissie en
het publiek. De commissie bestond uit de
heeren A. v. Schooten, J. Stol, G. de Vos
J. v. d. Broek. 'J. Klinkenberg en den
heer v. Ween. De heer Stolwijk, die se
dert 12 12 jaar pianist is wend door
verschillende aanwezigen toegesproken.
Hij ontving een lauwertak, een stoel,
een vulpen, bloemen, fruit, enz. De be
zoekers zongen den Jubilaris tenslotte
een huldigingslied toe dat door den heer
G. de Vos vervaardigd was.
PERSONALIA
Aan de Vrije Universiteit te Amster
dam is voor het doctoraal examen rech
ten geslaagd de heer P. Okma uit Haar
lem.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 Ct». PER REGEL.
MUZIEK.
NIET ALTIJD WERKT ZIJ VEREDE
LEND.
In onze goede stad woont een vuur
werker. die ir. zijn vrijen tijd de muziek
beoefent. Hij is nL lid van een muziek -
vereeniging en speelt klarinet. Dan heeft
hij een zoontje, dat cornet-a-piston leert
blazen, iet wel: léért blazen en nóg een
zoontje dat niet onverdienstelijk ,,«n
piepertje van Vroom en Dreesmann"
bespeelt. De vader zelf, de vuurwerker,
noemde dit laatste instrument zoo (toen
Maandag zUn zaak voor den Politierech
ter werd behandeld), zonder een verdere
aanduiding te geven. Wij vermoeden dat
hij er zoo'n rood houten pijpje mee be
doelde. aan welks uiteinde een slap.
onschuldig uitziend zakje van ragfijne,
dunne stof pleegt te hangen. Door in
het houten pijpje te blazen kan men
het zoo onschuldig uitziende zakje ge
weldige afmetingen doen aannemen,
aoodat het tenslotte groeit ton een af
schrikwekkende worst. Volgens de al-
meen geldende ofschoon nooit op
schrift gestelde gebruiksaanwijzing
neemt men daarna het pijpje uit den
mond en dan blijkt pas dat het geheel
een muziekinstrument is. want onder
een erbarmelijk gejammer herneemt de
reusachtige worst dan zijn vroegere
slappe en karakteriooze gedaante.
Het is voor buren niet prettig wan
neer naast hen de tonen van een klari
net. een comet-a-piston of een piepert je
alle tegelijk of in afwisseling klinken. De
buren van den vuurwerker maakten dan
ook bezwaar en dit veroorzaakte op den
duur een gespannen verhouding.
„Deze menschen", zoo sprak de vuur
werker. doelende op zyn twee buren
die beiden als getuigen aanwezig waren,
.hebben mij van mijn vrijheid willen
berooven."
„Hebben zij u willen opsluiten?" infor
meerde de rechter.
„Neen", antwoordde verdachte, „ma3r
ik ben lid van een muziekvereeniging
en als ik thuis ben dan blaas ik."
En daartegen stelden dan, volgens
verklaring van den vuurwerker, de bu
ren hün muziek. Als wij hem goed ver
staan hebben begiftigden zy ook hun
kroost met piepertjes en moedigden de
kinderen aan, daarvan in den tuin of op
het erf een ruim gebruik te maken. Ook
sloeg by wijze van begeleiding de vrouw
van een der getuigen blikken déksels
tegen elkaar.
Het moet daar in die buurt stans een
vroolijke boel zijn geweest.
,.ïk kan niet zeggen", zoo merkte de
Politierechter op, „dat de muziek in dit
geval een veredelenden invloed heeft
gehad!"
Ach neen: niet veredelend. Want het
liep tenslotte heelemaal spaak. Verdach
te verklaarde tenminste dat hij wel
11/2 jaar lang gesard was en eindelijk
trok hij zich terug in zyn vesting en
blies. Maar in deze houding kon hij niet
blijven volharden. Op 2 October had zijn
zoontje een klap gekregen van den
knecht van een der buren en daarop
liet verdachte zijn isolement varen, leg
de zijn klarinet- neer en ging verhaul
halen. Het gesprek kwam natuurlijk
spoedig op de wederzijdsche muzikale
prestaties, ook kwam de opvoeding dei-
kinderen ter sprake en dart- alles niet op
de zachtzinnigste wyze. De getuige ge
waagde van harde woorden die gevallen
waren.
Bij woorden bleef het niet. Er kwa
men twee vuistslagen by, voor eiken
buurman één. De eene getuige kreeg, op
den drempel van zijn winkel staande,
van den vurigen vuurwerker-klarinettist
een flinke n stomp op den neus en toen
de andere buurman daar juist op aan
kwam en infoi-meerde: „Zoo, zijn ze weer
aan den gang?" ontving ook hy van ver
dachte een stomp op het hoofd.
Met deze vuistslagen had verdachte
blijkbaar zijn woede nog niet voldoende
gekoeld, want de tweece getuige maakte
melding van deze tot hem door den vuur
werker gerichte uiting: „He: spijt me.
dat ik je nog niet meer op je duvel ge
slagen heb". Ook werd door denzelfden
buurman de volgende onlogische belofte
aan verdachte toegeschreven„Voor
iederen guldon boete dien ik krijg ver
zuip ik hem!"
De verklaringen van den vuurwerker
werden nu en dan geaccompagneerd
door langgerekte óóó's van de pu
blieke tribune waar eenige familieleden
of vrienden van de getuigen deze zaak
met intense belangstelling volgden. De
öóö's duidden blijkbaar sterken twij
fel aan en groote verwondering over de
beweringen van den klarinettist, die ten
slotte veroordeeld werd tot f 15 boete of
10 dagen heohtenis.
HAARLEM's MUZIEK INSTITUUT
De directie van het Haarlems Mu
ziek Instituut deelt ons mede. dat Vrij
dagavond a.s. in het gebouw Caecllia
Jansstraat, een piano;avond zal worden
gegeven door den heer Jan Couvée.
hoofdleeraar voor Piano-onderwijs aan
het instituut. Medewerking verleent de
heer R. Grin, hoofdleeraar voor viool.
In den loop van dezen winter zullen
nog 5 avonden gegeven worden, waarbij
jonge Hollandsche kunstenaars hun mc:
dewerking zullen verleenen
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
60 Cts. per regel.
En wat zegt U wel
van dat artikel in
het ochtendblad met die uitvoe
rige bespreking van de nieuwe
mode? Leve het mooie en gezonde
in de richting der model
Maar, hemeltje, wat had ik
gisteren een
hevige migraine.
fis heb toen dadelijk COFFIE-
ASPIRIN ingenomen, en dat heeft
mij uitstekend geholpen, want
even later voelde ik mij weer
frisch en opgeknapt Natuurlijk,
Mevrouw, want U weet toch dat
Coffieaspirin niet alleen bij uitstek
pijnstillend, maar tevens ook
opwekkend en verkwikkend werkt
Neem ook gij dus, zoodra zich
ongesteldheden voordoen, met
vol vertrouwen Coffieaspirin te
baat
Men lette op de origineele ver»
lakking „Qoyek" en weigere losse
Tabletten,
LIEFDADIGHEIDSUITVOERING.
Voor .Nazorg".
Maandag 17 December as. geeft de
Mannen-Zangvereeniging „Proza en
Poëzie", directeur de heer J. Booda, een
uitvoering in de Gem. Conceertzaal al
hier, met medewerking van mej. De
Petit, sopraan en den heer Jan Hoebcn
(viool).
De baten van dit concert komen ten
goede aan de vorming van het fonds
voor nazorg ten behoeve van geestelijk
en lichamelijk gebrekkïgen.
Gaarne bevelen wij dit concert aan
in de aandacht van onze stadgenooten.
ASJRAMA-LEZINGEN
De afdeeüng Haarlem van de Neder»
landsche Associatie voor de Theosophi-
sche Werelduniversiteit deelt ons het
volgende mede:
Zoowel in het verleden als heden ten
dage is de medische wetenschap In haar
practische toepassing van ongeëvenaard
vitaal belang voor de menschhcid. Van
daar dat men rusteloos langs verschil
lende banen deze wetenschap tracht te
verdiepen, om zoodoende haar prakti
sche waarde te vergrooten.
Waar vroeger de psychologie in de
medische wetenschap minder op den
voorgrond trad, begint deze tegenwoor
dig hierin een belangrijke rol te spelen.
Het is voornamelijk uit dit nieuwe ge
zichtspunt dat het Asjrama de genees
kunde in zijn bijeenkomsten wenscht te
belichten en het heeft daartoe reeds
de heeren Dr. F. W. Zeylmans van Em-
michoven uit den Haag en Drs. W. H.
C. Tenhaeff uit Utrecht bereid gevonden
om hun zienswijze te komen uiteen
zetten.
Dr. Zeylmans van Emmichoven. arts,
spreekt op 21 November over: „Het
ware mcnschenbeeld" en op 28 Novem
ber over: „De beteekenis van ziekte en
gezondheid".
Drs. W. H. C. Tenhaeff, assistent bi)
het psychologisch laboratorium der
Rijksuniversiteit te Utrecht, spreekt op
12 December over: „Wat is parapsycho
logie?" en op 9 Januari over: „De be
teekenis dei- parapsychologie voor dc
geneeskunde, ethnologie. cultuurhisto
rie. theologie en wijsbegeerte".
De voordrachten worden gehouden in
het gebouw van de Theosophia Stich
ting. Nassauplein.
10-JARIG BESTAAN VAN
HAARLEMS TOONEEL.
Dc fecstwcck.
Naar wij vernemen zijn in de data,
waarop dc feestelijkheden van Haarlem's
Toonecl zullen plaats vinden, eenige
wijzingen gebracht.
Thans zijn de volgende data defini
tief vastgesteld:
Tijdvak 1014 December: Tooneel-
voorstclling Vereenigd Tooneel, Dir.
Eduard Verkade en Dirk Verbeek.
Zaterdag 9 Maart: Mi Oarème.
Maandag 1 April (3e Paaschdag)
receptie.
Dinsdag 2 April: Weldadigheidsavond
(Tooneelvoorsteliing voor ouden van
dagen, hulpbehoevenden, verpleegden
van liefdadige instellingen, etc).
Woensdag 3 April: Kindermatlnée.
Vrijdag 5 April: Eere-avond (Tooneel-
wedstrijd voor één-aciers).
Zondag 7 April: Diner.
(Een verbaal uit den tijd van den
Spaanschen Successie-Oorlog.)
Naar het Engelsch van
MORICE GERARD.
2)
Mark Fagan had voor hy bij zijn te-
genwoordigen meester in dienst was ge
komen, zijn ervaringen opgedaan in
Noord-Amerika, waar liij gejaagd en in
de bosschen geleefd had en allerlei ge
varen doorstaan had.
Begiftigd met een geweldige slimheid,
met een haast abnormale scherpte van
gezicht en gehoor, die niet voor die der
Indianen, waartusschen hij geleefd had,
onderdeed, had hij zich gewoonten
eigen gemaakt, die hem ook in een meer
geciviliseerd land best te pas kwamen.
Verduiveld! Voor een paar roeden
van dit land zou ik wel verscheiden
morgen van het mijne in Kerry willen
geven, merkte Anthony op.
Fagan gromde. Dat geluid beteekende
bij hem dat hij iets belangrijks ontdekt
tfra/v Anthony hield de teugels van Moon
stone m keek zijn knecht ODóeraoe-
kend aan.
Wat is er? vroeg hij.
Dat zullen de vliegen zijn, ant
woordde Mark.
Waar zit- je nu over te broeden?
Ik verwachtte iets en ik geloof dat
ik het gevonden heb. De listige kleine
oogjes van den dienaar schitterden.
Waar de „Spin" op zit te wachten, dat
komt al naar het web toe.
Hij hief zijn rijzweep omhoog en wees
naar de rivier. De stralen van de on
dergaande zon schitterden op het wa
ter. dat wel bloedrood leek. In het mid
den van den stroom zagen zy een veer
boot die zoowel mannen als paarden
vervoeren kon en die van de eene zijde
naar de andere geroeid werd.
Marston hield zijn hand boven de oogen.
en keek scherp voor zich uit. Hij kon
niets anders onderscheiden dan dat
iemand of iets in het midden van de
boot was; hij wist wel dat zijn knecht
beter kon opmerken dan hij.
Wat zie je daar? vroeg hij.
Twee mannen en twee paarden en
wat roeiers.
Heeft dat iets te maken met onzen
man?
Zy zullen wel dezen kant uitkomen.
Dat is niet gezegd.
Mark haalde zijn schouders op; alsof
hij wilde zeggen: ik heb toch gelijk.
Daarbij, ais het er twee zijn, zal
>in zgn handea «ai beöbea
Zij bleven staan kijken. De boot be
reikte den oever en was weldra door hert
gebladerte aan hun oog onttrokken.
Eenige minuien verstreken, toen kwa
men twee ruitens den weg op. die van
de hooge standplaats die Anthony en
zijn knecht innamen op een wit hnt
leek.
Je hebt gelijk. Mark: ze komen
dezen kant uit. Ik geloof nu ook, dat
onze vriend uit dc herberg op ze wacht,
Die ruiters behooren tot het leger,
merkte Mark op: zy rijden als soldaten,
niet als kooplieden.
In dat geval behooren zy tot Marl
borough's troepen; wij zullen het hun
straks vragen.
Ik zou eigenlijk liever eerst willen
weten, sir, wat die man daarginds van
plan is. zei Fagan. Ik geloof dat het
wel de moeite is dat zaakje van dich
terbij te bekijken.
Marston, die nog niet over het verlies
van zijn geld heen was zei: Ik heb
wel lust om met dien .Meester Spin"
een appeltje te schillen. Hij heeft wat
van me te goed!
Laten we dan onze paarden vast
binden en kalm de gebeurtenissen af
wachten, stelde Fagan voor; er is
genoeg struikgewas hier om een heel
regiment te verbergen.
Anthony stemde toe.
Aan den linkerkant was een boom
gaard, <Rs aan den herbergier toebe
hoorde; een lage heg scheidde deze van
het pad. waarlangs Marston en zijn
knecht gereden hadden; een hek ver
derop gaf toegang tot den boomgaard.
Zij reden binnen. Maar spoedig werd het
rijden moeilijk door de lage takken van
de boomen Anthony steeg af en Mark
volgde zijn voorbeeld.
Zal ik de paarden nemen, sir en ze
vastbinden?
Ja en geef ze hun voederzakken
Mark verdween met de twee paarden
over den heuvel; Marston ging op de
afgebroken wortels van een boom zit
ten. Door de afhangende takken kon
hij op den weg zien, waar de twee rui
ters langs moesten komen om naar Sehr
te gaan. Na een poosje kwam Mark te
rug met de mededeeling dat hij een be
langrijke ontdekking had gedaan.
De „Spin" is niet alleen, sir; er
staan acht paarden in een schuur, ver
derop op een afgelegen terrein aan den
voet van den heuvel vlak bij een bosch,
waar een riviertje door loopt.
Drommels, dat wordt interessant
Wat heb Je met onze paarden gedaan?
Goed opgeborgen; het zal een hee
le toer zyn om ze te vinden, tenminste
voor anderen; ik zocht een plaats uit
en toen ontdekte ik die schuur. Ik heb
de paarden achtergelaten om eerst eens
op onderzoek uit te gaan. Die schuur is
ven ruwe blokken gemaakt, cöe slordig
op elkaar geplaatst zijn; fc boa er mak
kelijk doorheen zien. Ik heb de paar
den geteld; acht waren het er; twee
mannen waren er bij. de een was met
de paarden bezig, de andere hield de
wacht bij den ingang. De mannen wa
ren allebei gewapend; de paarden had
den een langen afstand afgelegd, dat
zag ik wel.
Verduiveld! riep Anthony vroolijk
uit. Dat wordt een avontuur! Ik
twijfel er nu niet meer aan of die bloed
zuiger wacht op die reizigers daar; wU
zullen eens zien of wij hem niet een
kleine verrassing kunnen bereiden.
Mark grinnikte.
Ik heb u nog iets te vertellen, sir.
zei hij. Toen ik door de reten stond
te loeren, kwam Meester Spinnekop in
eigen persoon en zei iets tegen den man,
die by den ingang stond. Ik kon niet
alles verstaan wat hij zei. maar twee
woorden hoorde ik heel duidelijk:
Ze komen!
HOOFDSTUK II.
Een gewichtige conferentie.
Het was alsof er iets van avontuur in
de lucht zweefde, of het tintelde in het
bloed en toch waren er geen uiterlijke
teekenen die er op wezen dat er spoe
dig iets bijzonders zou gebeuren.
Toch keken de beide mannen in den
boomgaard hun wapens na; rapieren I
werden Jcegemaak* m bsn scbedeaJ
Anthony inspecteerde de kruitpan van
liet pistool dat aan zyn rechterzijde
hing. in evenwicht met zijn zwaard aan
de linker.
Verderop is het geboomte dichter,
merkte Fagan op we kunnen den weg
afkijken zonder zelf gezien te worden.
Marston maakte een dankbaar gebruik
van den wenk. Langzaam Uiepen de
mannen de helling op, zorgend onder
dc bescherming van de haag te blijven,
totdat zy' een plaats bereikt hadden,
waar een dichte groep notenboomen de
grens van den boomgaard aan deze zijde
vormde. Hier vonden zij een prachtigen
schuilhoek: dichtoverhangende takken,
die het hun mogelijk maakten door een
netwerk van groen heen ongezien den
weg af te kijken. Daar waohtten zij.
Geen geluid verbrak de stilte om ko
mende dingen aan te kondigen. De tijd
scheen lang.
Ik geloof tenslotte dat ze hecle-
maal niet op den weg zijn, fluisterde
Marston. BU de gedachte dat hi) tijd
had verspild aan loos alarm, kwam een
ontstemde trek op zijn gezicht.
Mark antwoordde niet; alleen hief hij
zachtjes zijn hand op. Iedere trek op
zijn gezicht verried spanning; hij had
iets van een dier dat op zijn prooi loert.
Hij scheen dingen te bespeuren, gelui
den te liooren. die zijn meester blijk»
vervolgij