RUILRUBRIEK HUISVLIJT JL-. POSTZEGELRUBRIEK 1" RAADSELS Raadseloplossingen DE DEN EN DE BEUK. Het was In het begin van November. Wilde stormen woedden over het land en rukten aan de takken der boomen, zoodat de bladeren bij duizenden tegelijk dooreen warreldein en weldra den grond geheel bedekten. Dit ondervond tot zijn verdriet ook een beuk, die aan den rand van het bosch stond. De wind had hem niet ge spaard en aan zün takken hingen dan ook nog maar een paar gele blaadjes; het overschot van zijn eens zoo rüke pracht. Ook de regen had hem bezocht hetgeen duidelijk aan zijn kalen stam te zien was. Zoo stond dan de trotsche beuk daar en zuchtte diep. Dit zuchten gold echter niet alleen het verlies van zijn mooie bladeren, neen, want de beuk wist heel goed, dat hij die in het voorjaar weer terug zou krijgen en dus kon hü Eich tenslotte in dit verlies wel troosten, maar don vorigen nacht had dc storm hem zoo heftig aangevallen, dat er een prachtige groote tak van zijn stam ge broken was en hij nu veel pijn te ver duren had, door de ontstane verwonding. Met een klein stukje van den bast hing de afgebroken tak nog aan den stam en elk oogenbllk kon een rukwind hem vol komen doen losscheuren. De beuk kreun de van smart. Dit merkte eindelijk een den op, die dicht in zijn nabijheid stond, en vroeg: „Waarom klaag je toch zoo? Dat zijn we van Jou niet gewend!" „Zie Je dan niet, dat mijn grootste en mooiste tak afgebroken is?" „Och ja, nu zie ik het ook!" liet de den Bicli hooren. „Hoe is dat gekomen?" Dezen nacht woedde er immers zoo'n geweldige storm? Die heeft myn tak, die een beetje ziek was en niet zooveel weerstand kon bieden afgebroken. Nu heb ik vreeselfjk veel pijn en.boven dien. hoe zie ik ei- uit!" „Ach zoo! Ja, dat zal wel de hoofd taak zijn, waarom Je zoo jammert!" ■potte de den „De lieve üdelheid is het .Waarschijnlijk, die je zoo doet klagen". kan Je zoo iets zeggen," ant woordde de beuk geraakt, „wie van ons beiden zou wel de üdelste zijn?" "^Ch' fchci «N! Laten we toch geen luue maken lachte de den. „een beetje üdel zijn wy allemaal wel; de een met meer recht dan de ander!" zeker niet zeggen, dat ik o- om Mn weini8; ijdel te *Un? riep de beuk beleedigd uit .-En jy verbeeldt je toch zeker niet «at je er mooi uit ziet met Je verregen den stam en kale takken?" schold de den terug. Dat was toch wel verregaand, dat die •rmzahge den den trotschen beuk zoo durfde beleedigen en buiten zichzelve .Van woede riep de beuk dan ook terug: „Wat zeg je wel in het voorjaar, hè, Ws ik mijn prachtige nieuwe bladeren heb en zoo mooi ben, dat de menschen biyven staan, om van myn aanblik te genieten?" „O, dat is allemaal goed en wel, maar dat Ls allang geleden. Het gaat er maar om hoe Je er nu uit ziet!" lachte de den Vol ironie. "En jy? Dacht je, dat men het jou niet kon aanzien, dat je lang zoo jeugdig niet meer bent als je het doet voor komen?" „Ik word niet zoo snel oud, als jullie denken," sprak de den kalm, „In den zo mer en winter ben ik groen, alhoewel ik niet onder stoelen of banken zal steken, dat myn stam van onderen af met mos bedekt raakt. Maar zie Je, mijn groene takken verbergen dat voor het oog van Iedereen, dus is het niet zoo erg. En als het gaat sneeuwen ziet men er in het geheel niets meer van!" „Je vergeet te zeggen, dat je onderste takken, die van ouderdom zoo zwak zyn, dat zy ter aarde bulgen, al heelemaal uitgedroogd zyn," spotte nu de beuH op ■yn beurt, „zooiots kan my niet gebeuren Myn stam en myn takken zyn in den zomer zoowel als in den winter zilver grijs en glad. KUk maar eens hoe dik en mooi rond mijn stam is. De houtvester ls er wat trotsch op! Maar jij, met Je sprieterige twijgen wordt niet eens opge merkt!" Dat was voor den armen den te veel. Als liy nu maar van zijn plaats gekund had dan zou liU zeker den beuk hebben aangevallen en hem met zijn naalden ge stoken hebben. Maar dat ging nu een maal niet en dus moest hu zyn wraak- gedachten wel opgeven en stond hij een oogenblik in diep nadenken verzonken. „Ja, daar weet je natuurliik veen ant woord op, hè?" spotte de beuk, die trachtte den denneboom nog meer te tarten. „Ik zal je eens wat zeggen," kwam ein- deiyk het antwoord. „Ons geslacht is se dert lange tyden altijd bevoorrecht ge weest en is dat ook heden nog. Welke boom is het, die door de menschen voor de viering van het Kerstfeest gebruikt wordt en ruk versierd in hun kamers een plaats vindt, zoodat jong en oud en ryk en arm er zich aan verheugen kun nen? Is het een beuk of een den? En waarom doen de menschen dat? Waarom kiezen zy elk jaar opnieuw een den en waarom nooit eens een beuk? Kun je my daarop antwoorden?" Nu was de beurt van zwügen aan den beuk. „Ik zal je zelf het antwoord geven," ging de den voort, „ofschoon ik weet dat je het zelf ook wel kunt, doch dat je het alleen maar niet bekennen wilt. De reden daarvoor is dat wü ook in den winter groen zun, terwyi Ju er in dien tyd als een bezemsteel bü staat en ner- :ns voor te gebruiken bent!" „Halt! Geen verdere beleedigingen!" riep de beuk uit. „Ik geef toe. dat je ook in den winter groen biyft. Wat echter het pimt „gebruiken" betreft, zul je toch niet kunnen ontkennen, dat ik je in dat opzicht afgezien nog van myn grootte verre overtref?" „Of dat werkelük het geval is, weet ik nog niet!" antwoordde de den. „Myn hout wordt toch ook voor allerlei nut tige dingen aangewend. Denk by voor beeld maar eens even aan een vlagge- stok. Die maakt men van ons, dennen, en dan bekleedt men ons met prachtig gekleurde doeken. Dat doet men met beukenhout toch niet!" „Bali! Vlaggestokken!" hekelde de beuk. „Stel je voor! Hoe vaak in het jaar gebruikt men vlaggestokken? Wü daar entegen worden in de gansche industrie gebruikt. Men maakt meubels van ons en nog vele andere dingen, die jaren lang in gebruik blijven. En wat je niet vergeten moet, ons hout is duur, terwyi dennenhout goedkoop is. Dat moet je toch zelf toegeven, als je eeriyk bent!" Maar de den wide het niet toegeven, ofschoon hu in zün binnenste den beuk geluk moest geven. Hij zweeg. En ook de beuk zeide niets meer in de overtuiging dat de den verslagen was. Maar daar sloeg opeens met krakend en huilend geluid de wilde storm door de takken der boomen en ritste ook de afgebroken tak van den beuk los. De arme beuk slaakte een kreet van smart, doch het dennetje keek zelfs niet eens naar hem om, en dat smartte hem nog het meest. Hü vermande zich en sprak: „Den willen wü niet liever onzen strüd vergeten en weer vriendschap sluiten? Wü hebben belde in vele opzichten ge lijk maar ook ln veel weer ongeiyk. Ik zie het nu zoo: ieder van ons heeft zyn eigen waarde en wu kunnen ons daarom niet met elkaar vergeiyken. Ieder van ons doet zyn plicht en is voor de natuur en voor de menschen nuttig op zyn eigen wUs. Zullen we dus maar weer goede vrienden worden?" En de den was büj, dat de beuk het verlossende en verzoenende woord ge vonden had, want ook hem had het leed gedaan, dat zü om zulke nietige redenen twist gekregen hadden, Samen gingen zy nu den winter tegemoet, den tyd waarih zij uitsluitend op elkander aangewezen waren, omdat er nu eenmaal niets an ders was. En zy bleven goede vrienden en goede buren voor elkaar en raakten niet opnieuw in twist over de vraag wie nu eigeniyk wel het meeste waard was. zy hadden begrepen dat ieder volle ach ting waard is, als hy op zyn eigen plaats en in zijn eigen omstandigheden zün plicht doet. RUBRIEKERTJES-LIJST. 600. Guusje Kion, oud 9 jaar, Voor helmstraat 65. Guusje mag Woensdag bü my een verrassing komen halen. 601. Jan Smit, oud 10 jaar, Haltestr. 5c., Zandvoort. 602. M. Heerschap, Brouwersplein 42, oud 13 jaar. 603. Marguérite Damave, oud 14 Jaar, 604. H. Damave, oud? beiden Nic. v. d. Laanstraat 1 605. Johanna Vergers, van Zeggelen- straat 4, oud 14 jaar. 606. Jaantje Vergers, oud 13 Jaar, Slachthuisstraat 6 rood. 607. Betsie Schrander, oud 12 jaar, Brouwersstraat 56. 608. GUsbertha Harkmans, oud 11 jaar, L. Heerenvest 16. WENDA bedankt een vriendelijke on bekende heel hartelük voor de ontvangen Sickesz-omslagen. MEVR. M. S. K.v. d. B. Vriende- lük dank voor de ontvangen plaatjes en bonnen. W. LASSCHUIT. Gr. Houtstraat 155 z. heeft 55 Pleines duifjes, 60 van Delft bonnen en pl., 20 Faambonnen, 25 Ada- mas bonnen. 20 Miss Blanche bonnen, 30 Sneeuwwit-chloor bonnen. Dit alles wil hy ruilen voor Sickesz-punten 1 te gen 1. Ruiltüd Maandag en Woensdag van half 7—9. M. NIESTEN, Lourens Costerstraat 5 (by St. Bavo) heeft 88 Kwatta-sterren, 43 Hillebonnen, 15 spaarbonnen Hille, 7 Texelpl., 5 Bensdorpomsl. 30 halve Sickesz-wapens 20 Karnemelkzeep Bloe- menpl. 2 Haas-azünpl., 3 „Hoe heet die vogel? 11 Mecobonnen. 2 Adamaspunten 13 Nof Wapenbonnen, 11 Lux-bonnen, 3 Plelnes-bonnen, 3 Koffie-IIag-wapens, 15 Miss Blanche-punten, 12 H. O. pun ten, 5 Drostebonnên, 12 Ter Wee's thee bonnen. Dit alles wil ze graag ruilen voor Verkade's Kamerplantenbonnen en pl. Sunlightstrooken en Vim-cartons. MEJ. II. DREUNING—BAKKER, Rol landstraat li vraagt 46 pl. van Verkades Mün Aquarium. Ze geeft ervoor terug 84 bonnen van Verkades Bloemen in on zen tuin. HAGENAAR dankt „St. Nicolaas Aer- denhout" vriendelijk voor de ontvangen Karnemelkzeepplaatjes. BQSCIIF.T/FJE, Olycanstraat 11 (of 4?) heeft Roodbandpl. en wil die rullen voor Amstelpenningen of HUlesbonnen. Ruiltüd van 4—8. EEN REKEN-OPGAVE. Een matroos komt in een schoenma kerswinkel en koopt daar een paar schoenen voor twaalf gulden. Hü betaalt met een biljet van vüfentwlntig gulden. Maar. angezien de schoenmaker op dat oogenblik niet voldoende wsiselgeld heeft, om terug te betalen stuurt hü zün leerjongen met het biljet naar zün buur man, den kleermaker, om het te wisselen Nadat de jongen terug gekomen is, be taalt de schoenmaker den matroos der tien gulden terug en geeft hem de schoe nen. Kort daarna komt de kleermaker ver schrikt by den schoenmaker in den win kel en vertelt hem, dat het zooeven ge wisselde biljet valsch is. De schoenma ker kükt nu ook het biljet wat aandach tiger na en ziet, dat de kleermaker ge- lük heeft. Als eeriyk mensch neemt hü dus het biljet terug en betaalt den kleer maker vüf en twintig gulden voor het waardelooze papier. Zeg nu eens vlug hoeveel schade de schoenmaker door dezen handel geleden heeft. Vergis Jc niet, hoor! BOERDERIJ De serie van de boerderü zetten we voort door eenige huisdieren uit te za gen. Twee koeien, waarvan een gra zende geven al wat afwisseling in 't welland. We maken er maar echt Hol- landsch vee van. Ook de varkens mogen niet vergeten worden. Voor de kleuren bekyken Jullie de modellen maar eens, die de zaalwachter je wel zal willen too- nen. Volgende week gaan we verder met onze huisdieren. Wanneer de verbou wing gereed en de nieuwo tijdingzaal ge opend is, hoop ik de complete boerderij tentoon te stellen. Wie een plankje noo- dig heeft, kan dat bü mü komen halen. Maandagmiddag na 4 uur. Bloemhof straat 29rd. EEN KNUTSELPLAATJE. Op ons eerste plaatje ziet men een man, die over de onderdeur van zün huis geleund staat. Naast het huis staat een appelboom, waarvan hij zooeven nog appels geplukt schünt te hebben. gemaakt worden. Dit doet men met be hulp van het tweede plaatje. Nadat men het eerste plaatje op een stevig stukje karton geplakt heeft doet men hetzelfde ook met het tweede plaatje. Als de gom Over de schutting komen twee jongens hoofden uitkyken. Men kan het de jon gelui aanzien, dat zü de schutting ln het geheel niet hoog vinden en dat zü straks gemakkeiyk bij den appelboom kunnen komen. Dat schünt de man ook te den ken, althans hü heft dreigend de vin ger op. Nu moeten de beide over de schut ting hangende jongens beweegbaar goed droog geworden is, knipt men de strook met de twee hoofden er op zorg vuldig uit. Dan houdt men den strook achter de schutting en wel zoo, dat als men hem op en neer beweegt dan eens het eene en dan weer het andere hoofd te voorschyn komt. Heeft men zoo de goede plaats gevonden, dan maakt men het strookje met een stukje üzer- draad door het karton aan de schutting vast. LORRE. Lorre, zoo heet onze papagaai. HU zit ln zün groote roode kooi en leidt een rustig leventje. Hij kan natuuriyk ook spreken en doet dit te pas en te onpas, al naar het hem lükt. wy hebben hem van een zeeman gekocht, die hem uit tropische oorden heeft medegebracht. Helaas heeft Lorre op het schip nu niet bepaald de fünste uitdrukkingen geleerd en daar schünt hy juist erg trotsch op te zyn. Als er b.v. iemand in de kamer komt roept hü: „Goeden dag ezel!" en als Iemand hem verbieden wil, roept hü •woedend: „Zwüg domoor!" Toch hebben wy daarom natuuriyk veel pret en in hoofdzaak zUn het de kinderen, die büna eiken dag om zün kooi staan en hem aan het spreken maken; maar in de meeste gevallen hebben zij dan Juist geen succes. Rustig zit hü op zyn stok en bekijkt vol aandacht de kinderen en soms krüscht hü opeens luid op of lacht min achtend, doch hy spreekt don zelden. Maar zoodra zü de kamer gaan verlaten roept hü heel hard: „Goeden dag ezel!" En op die manier krügen de kinderen dan toch nog hun zin, Hebben Jullie nu al eens een papegaal gezien? Zün veeren zün meestal zeer bont gekleurd en zyn snavel ls, zooals je op de teekening duideiyk zien kan, krom en naar onderen gebogen. Met kleursel of waterverf kim je nu onzen Lorre kleuren. De staartjeeren zün groen en rood, maar zyn lichaam is grüs en rood. Zün snavel ls zwart evenals zyn pooten. De tak waarop hü zit is na tuuriyk bruin. CURASAO. /i SC SC /i' /0C /Jie /sc Mie Gedurende 1903'04 verscheen een ge heel nieuwe serie. De lage waarden tot en met 7 1/2 cent verschenen in 't cüfer- type in de teekening als de Indische zei gels van 1902—'04. De waardecyfers staan in een gearceerd ovaal. De hooge- re waarden zijn evenal3 de Indische ze gels van genoemde serie n.l. Buste van de koningin in een cirkel, waarom een smalle witte band met landsnaam en 't woord „postzegel". Onderaan staat de waarde, De twee hoogste waarden ver schenen in groot formaat. Uitgegeven werden: 1 cent (oiyf), 2 cent (bruin), 21/2 cent (groen), 3 cent (oranje), 5 cent (karnüjn), 71/2 cent (grüs). Groot te van de vakjes 2.3 bij 2.8 cM. 10 cent (zwart-grüs). 121/2 cent (blauw), 15 cent (bruin), 22 12 cent (bruin en olüf), 25 cent (violet), 30 cent (bruin oranje), 50 cent (roodbruin). Grootte van de vakjes 2.8 by 2.3 cJJ. 11/2 gul den (roodbruin) en 21/2 gulden (grijs zwart). Grootte van de vakjes 3.5 bij 2.8 c.M. Zie voor de indeeling 't schetsje Bloemhofstraat 29rd. S. (Drae raaaseis zün ingezonden door Jongens en Meisjes die Onze Jeugd lezen.) Iedere maand worden onder de beste oplossers vier boeken verloot. AFDEELING I (Leeftijd 16 jaar en ouder.) 1. (Ingez. door Orchidee.) Wat doet An toon Dereindek? 2. (Ingez. door den kleinen Violist.) Haal uit eiken zin een woord of let tergreep. zoodat ge een bekende plaats op Java krügt. a. De mees bouwt zijn nest. b. Beter benijd dan beklaagd. c. Moeder nam cornedbeaf op het brood. d. Terhome is een plaats in Fries land. e. Claudius Civilis is een bekend per soon in onze geschiedenis. 3. (Ingez. door Roetkopje.) 5 6 7 8 is niet prettig. 1 2 7 8 is een deel van 't lichaam. 1 2 5 5 6 is een meisjesnaam. 5 4 3 4 5 is een getal. 4 4 5 is een lidwoord. 4. (Ingez. door Zwemstertje.) 1 2 3 de koe. 4 5 zeggen kleine kindertjes. 6 7 8 9 is een gevaariyke ziekte. Mün geheel is een stad in Hongarye. 5. (Ingez. door Arretje Noff.) 2 maal e en 1 maal a, 1 maal n en 1 maal V, dan 1 maal r, 1 maal d en 1 maal 1. heusch je kent dat plaatsje wel. 6. (Ingez. door Bloemenfee.) Strik vragen. a. Wie kan er vijf dagen achter elkaar noemen zonder a, 1 b. (Ingez. door Vaders Hulp.) In welk land loopt de vader achter de moeder? c. Welke Bübelsche figuur van 5 let ters, houdt er zes over, als men er twee afneemt. AFDEELING II (Leeftijd 9 jaar en jongerJ 1. (Ingez. door Roetkopje.) Neem telkens één letter uit de vol gende schuilnamen, zoodat ge een nieu wen schuilnaam krügt. Duivenvrlend, Vogelvriend, Wenda, Prikkebeen, Huishen, Roetkopje, Libra, Krielkip, Appeltje, Hebatje. 2. (Ingez. door Orchidee.) Met b kort ik den tüd, met d. geef ik warmte. Met h ben ik in iedere kamer, met k smaak ik lekker. Als ge me vindt, ben ik niet meer met z. 3. (Ingez. door Hagenaar.) Ik ben een Rubriekertjesnaam van 18 letters. 12 13 is versterkend. 17 18 ziet men op sneeuw en üs. 15 16 17 18 hebben we allen. 8 9 13 12 gebruikt men wel om de kachel aan te maken. 11 15 12 8 is een verkorte jongensnaam 7 6 5 zit aan ieder huis. 1 2 3 4 hebben sommigen in 't haar. 10 11 12 13 14 kan een berg zün. 4. (Ingez. door Condor.) Ik ben een drank. Zet de eerste letter achteraan, dan ben ik een ander woord voor warm. 5. (Ingez. door Arretje Noff). Ik ben een Rubriekertjesnaam van 8 letters. 5 4 3 4 5 is een getal. 1 2 7 3 is een stad in Nederland. 6 7 8 is een bloeiwüze. 6. (Ingez. door Roetkopje.) Met T ben ik een lichaamsdeel. Met P ben ik groente. Met B ben ik tractatie voor een hond. De raadseloplossingen der vorige week zün: AFDEELING I 1. Moskou. 2. Hooge boomen vangen veel wind. 3. Dahlia, crocus, sering, viool, roos, lelie, geranium. 4. Appeltje. 5. Frankfort. 6. Varken. AFDEELING II 1. Jas en broek en vest is een heeren- pak. 2. Koedieflaan. 3. Hij springt verder dan zün stok lang is. 4. Assendelft. 5-Hoevelaken, 6. alepel. b. ketel. c. mes. d. schotel, e. pan, f. emmer, g. lamp, li. schaal, i mat, j. tafel k. kan. Goede oplossingen ontvangen van: De een en twintigste 6 Koolmees 6 Dn Fries 6 De kleine Vogelvriend 6 Dc kleino Violist 6 Turnstcrtje 6 Juffertje Onge duld 6 Huishen 6 Zwemstertje 6 Hage naar 6 Spiraa 6 Jan Smit 6 Roetkopje 6 Wenda 6 Arretje Noff G Attalanta 6. Zevenster 6 Obione 6 Hansje Teddy beer 6 De klein Bakker 6 Hebatjo 6 Boschwachter 0 Goudlokje 6 Rozc- koontje 6 Een naamloozc 5 Appeltje 6 Appelmootje 6 Franschmannetje 5 Den- appeltje 6 On7as Jongste C Pinokkio 6 Bloemenmeisje C Rompelsteeltje 6 Blozo Krlekske 6 Verkeersagentjc 6 Brillant- ster 6 Krielkip 6 Darwintulp 4 Krulle- mie 6 Bart zonder barst 5 Wilgenroosje Aboe Do 5 Robbedoes 6 Caprlcornus 0 Libra 6 Bloemenelfje 5 Kaatsballetjc 5 Krullebol Steilhaar 5 Sarina 6 Teekc- naarster 6 Piet Hein 6 Knageiyntje 6 De kleine Lord 6 Vaders Hulp 5 Bloemengo din 6 Heliante 6 Breeroo 6 Monteur 6 Zeewinnetje 6 Goudkopje 6 De kleino Tuinman 6 Groenling G Marianne G Jeanne d'Arc 6 Meidoorntje 4 Madelief je 3 Boschviooltje 4 Bloemenfee 3 Bloe menvriend 3 De piccoloblazcr 4 Mlep 5 Boterbloempje 6 Popje 6 Schaar 6 Naalcl 6 Goudhartje 5 Mcelmutsje 6 Crocusje 6 Floris V 6 H. Damave 6 Marguerite Da mave 6 Mannetje 5 Amico 6 Zangvo geltje 6 Eekhoorntje 5 Rüstepikkertje 6 Woudnimf 6 De Schipperin 6 Waterrat G Mechanicus 6 Boschelfje 6 Toneclspeel- stertje 6 Alba 5 Don Frederik 6 Rood wangetje 4 Tilburgertje 4 Papavertje 6 Snibbelaartje 6 De kleine Metselaar 6 Sering 6 Een naamlooze 6 Kleine Ulbo 6 Moeders Hulp 6 Prikkebeen 6. Duiven- vriend 6 Sultan el Kheblr 6 Zilverklokjo 6 Appelsnoctje 4, 't Groentje 4 Mientje L. 6 Mignon 6 Poppenmoedertjc 6 Kleine Gymnast 6 Koekoek 6 Roodborstje 6 ONZE BIBLIOTHEEK. Nieuwe boeken: 32: Robinson Crusoë, van Defoe. 33. Zonder Moeder van E. de Présensée 34 en 35 verschijnen met December. Opgave dageiyks aan Wim Lasschuit, Groote Houtstraat 155z. OVER DEN ST. NICOLAAS- WEDSTRIJD. EEN VRIENDELIJKE, OUDE DAME dank ik heel hartelük voor de ontvan gen keledlngstukjs. Wat vind ik uw me deleven ieder jaar toch buitengewoon aardig. Zuster Schouten zal zeker graag de babykleertjes willen hebben. Haar adres is: St. Elisabeth's Gasthuis. JONGENS EN MEISJES, die nog graag iets maken willen en niet weten wat, kunnen b.v. bloempotjes beschilde ren, of kunnen om ee* bloempotje een smaakvol cache-potje maken. Voor een mooi hangplantje mogen ze zich dan vervoegen bü MEVR. MEYERINCK, Crucquiusstraat 10, by den Koninginne weg. Onze hartelüke dank aan Mevr. Meye- rinck G. Reynholt, Djambistr. 4, vraagt een celluloid popje om aan te kleed en als gelukspop. MEVR. DIJKSTRA, Gasthuisvest 19, bracht me een pakje lappen, waarvoor wc zeer dankbaar zün. Die vriendeiyke dame wil nog meer voor ons doen. Meisjes, dio een pop aankleeden en daarvoor graag een manteltje hadden, mogen zich wen den tot Mevr. Dükstra. Mevr. D. wü niet alleen stof geven voor den poppenman- tel, maar zü wil den mantel ook knip pen. De pop moet als maat dus wor den meegenomen. Ook heeft mevr. D. nog sigarenkistjes. KOOLMEES en haar zusje brachten me een heel mooie collecte geschüderdc busjes, reukzakjes, handwerkmandje, theepotwarmcr, enz. enz. Keurig hoor, kinders. Straks op de tentoonstelling moeten we toch eens kennis maken. Orchidee, oud 12 jaar, naaldoosjc, twee Zwartjes-albums en een boek, Van Kna- gelüntje en Kleine Lord een doos baby- goed. Ik ontving nog een collectie jongens speelgoed (hüschkranen, palen lan taarns enz.) Aan alles mankeert iets. Wie kranig soldeeren kan, komt het maar bü mü halen. Voor wie een keukentje maakt, heb ik nog een aanrecht met gootsteen. Ik ontving nog een mooi lapje voor een kinderjurkje. Een knap naaistertje mag het komen halen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 20