DE ARC DE TRIOMPHE
TE PARIJS.
aan-
Door
Neuf-
Chateau
bedacht
Door
Napoleon
begonnen
Maar
door geen
van belden
voltooid
--jF?
- M-' schouwd.
Morreen, die van z'n leven wel eens in
Parijs geweest is, kent de Are de
Triomphe, aan het einde der Champs
Elysées, op de Place de l'Etoile als het
ware van aangezicht tot aangezicht. Het
is een monument niet alleen, dat je als
behoorlijk toerist, gezien moet hebben,
maar dat Je niet kunt missen te zien,
ook al dringt het zich niet op in ma
jestueuze hoogte als de Eifel toren.
De Are de Triomphe te ParUs is mis
schien wel het bekendste bouwwerk
der wereld en toch valt er uit zijn ge
schiedenis genoeg te vertellen, dat den
lezer onbekend zal zijn.
Het eerste plan tot oprichting van
deze permanente eerepoort werd ge
maakt doorneen. niet door Napo
leon, maar door Frangois de Neufcha-
teau, die tusschen 1797 en 1799 een
tweetal malen minister was. Op den
eersten Brumaire van het jaar VII der
Fransche revolutie werd een prijsvraag
uitgeschreven voor bouwkundige ont
werpen, maar deze bleef zonder gevol
gen door den slechten toestand van
's rijks schatkist.
Op 18 Februari 1806 vatte Napoleon
echter het terzijde gelegde plan weer op
en aangezien zijn positie wel eenigszins
verschilde van die van een minister,
voegde hij bij het plan tevens kort en
goed het besluit tot uitvoering. Na ein-
delooze discussies werd het Einde der
Champs Elysées als de meest geschikte
plaats aangewezen, en de architect
Chalgrln. geassisteerd door zijn collega
Raymond deden op 15 Augustus 1806
den eersten steen van de trotsche poort
leggen. De kosten waren begroot op
meer dan 9 millioen franken.
Het schoot in den beginne niet erg op
met den bouw en toen Napoleon op 2
April 1819 zijn intocht in de hoofdstad
moest houden met zijn Oostenrijksche
bruid Marie Louise, was het werk nog
lang niet voltooid. Met, hout en zeildoek
completeerde men het gedeelte dat reeds
stond, waardoor de Parijzenaars voor
het eerst den indruk kregen hoe het
lang verbelde bouwwerk er voltooid uit
zou zien. Nog eens vier jaar later en nog
is de Are de Triomphe niet klaar. Door
Haarlemmer Halletjes
KEM EATKBDAGAVONDPRAATJ*
„Waar gaan we heen?" vroeg de
Zwart, toen wij afscheid genomen had
den van de familie Brinkman en Klin
ker den motor opdraaide.
„Natuurlijk naar Utrecht", zei onze
bestuurder. Ik zei niemendal. Veel liever
was ik te Abkou gebleven, in de nabij
heid van de schattige Ada, maar dat kon
nu niet. Op den eersten dag van ons
vacantiereisje mocht ik toch de kame
raden niet in den steek laten. Later
och. dan zouden wij verder zien. Ik had
cr al voor gezorgd, dat ik ieder oogen-
bilk een voorwendsel had om de familie
Brinkman een tweede bezoek te brengen.
Abkoude is een vrij uitgestrekt dorp,
maar onze Ford had het goed in den sfln.
„Wordt het geen tijd, onzen wagen eens
een naam te geven?" Wie het voorstelde,
weet ik niet meer, maar het denkbeeld
viel algemeen in den smaak. Het is zoo
vervélend, altijd maar weer te spreken
van de auto, den motor of den wagen.
Hij hoorde toch by ons reisgezelschap en
je noemt een van vrienden toch ook
niet Dinges. Maar hoe moest die
naam zijn! Klinker stelde Vulcanus
voor, maar dat vonden wij te geweldig
voor een klem Fordje; de Zwart had de
onhebbelijkheid Ada in overweging te
nemen, „naar het liefste meisje van ae
wereld en van Abkou". zei hij er bij. Als
ik naar mijn gemoed te werk gegaan
was. zou ik hem een klap op zUn gezicht
gegeven hebben. Verbeeld je. een ma
chine die rammelt en rommelt en naar
benzine ruikt. Ada te noemen maar ik
had vel gezien, dat dc Zwart een knip
oogje gaf naar Klinker, het was er om
te doen mij op te bitten. Ik liep er niet
Jn. Ten slotte werd de naam aangeno
men die door mij voorgesteld werd;
de gebeurtenissen van 1814 dreigde zelfs
een geheele stopzetting der werkzaam
heden, toen alles wat Napoleon betrof
werd verworpen. Er gebeurde inderdaad
langen tijd niets, tot op 9 October 1823
Lodewyk de Achttiende decreteerde, dat
de triomipoort zou worden voltooid als
een glorierijk getuigenis van den oorlog
tegen Spanje. Eindelijk en ten laatste op
30 Juli 1836, dus 30 jaar na de eerste
steenlegging werd het monument plech
tig ingewijd.
De "irc de Triomphe verheft zich tot
een hoogte van 491/2 Meter, is 44,8
Meter breed en 22.2 Meter diep. Zij
draagt in bas-relief voorstellingen die
herinneren aan de begrafenis van den
generaal Narceau, den slag bij Aboukir,
het gevecht op de Pont d'Arcole, de
inneming van Alexandrië, de veldslag
bij Austerlitz en bij Gemmapes. Verder
in hout relief symbolische beeldhouw
werken, die het vertrek, de zegepraal,
de volhard-ng en de vrede voorstellen.
Op 9 November 1920 werd een wet uit
gevaardigd waarin word vastgesteld dat
het stoffelijk overschot van een onbe
kend soldaat, tijdens den Europeeschen
oorlog Op het veld van eer gevallen,
plechtig onder de Are de Triomphe ter
aarde zou worden besteld.
GESLOTEN KAMERS.
Engeland is het land van de spook
geschiedenissen. Overal worden verha
len verteld, van kamers die altijd afge
sloten blijven en waarvan de deuren
slechts door enkele ingewijden mogen
geopend worden.
Zulk een kamer is er ook in Castle
Glamis, in Forfarshire. Wat dat ver
trek bevat is en blijft een mysterie, be
halve voor den eigenaar. Lord Strath-
more, zijn erfgenaam en den rentmees
ter van de bezitting.
Een van de vele pogingen om te we
ten te komen wat in die kamerte vin
den is, werd eenige jaren geleden ge
daan gedurende een tijdelijke afwezig
heid van Lord Strathmore. Eenige gas
ten gingen elke kamer van het kasteel
Volante, de vliegende. Den volgenden
dag zouden we den naam <op den wagen
schilderen, het begon nu al te sche
meren.
Helaas, onze beste bedoelingen stuiten
gewoonlijk op de grillen des Noodlots ar.
Nauwelijks hadden wij in koor uitgeroe
pen: „Volante zal het zijn! Hiep, hiep,
hoera!" met een kracht van longen,
waar de koeien in de wei over het wa
ter wakker van werden, of de wagen
stond stil en wou niet verder. We spra
ken Volante om beurten toe. ik als peet
vader eerst: „och lieve Volante, toe
breng ons nog wat verder!" op vrïende-
lÜk-overredenden toon, de Zwart gema
tigd maar pvactisch, zoo als een goeden
boekhouder past: „Volante, je werk is
nog niet afgeloopen, we moeten van
avond in Utrecht, zijn" en Klinker op
krachtige manier: „Volante, geen
kunsten, versta je, vooruit en zoo gauw
als de bliksem!" maar geen van deze
methodes had het gewenschte resultaat.
Volante stond als een paal en bleet
staan. Het hielp niemendal, of Simson
de vijf en zeventig redenen van haar
verzet een voor een onderzocht. Hij kon
hei niet vinden en gaf ten slotte den
strijd op.
Dus hielden we krijgsraad. Mijn denk
beeld om den wagen te laten staan en
het beste logement in de buurt op te
zoeken, werd door myn kameraden- een
parig verworpen. „Dan gaat in den
nacht de een of ander er met Volante
vandoor, dank je wel." Dat was natuur
lijk Klinker. De Zwart was er tegen om
dat slapen in een hótel zooveel geld zon
kosten „en we hebben nog geen cent
ontvangen." Dat was een toespeling op
het mislukken van onzen prentkaarthan-
del. waar we immers op reis van leven
zouden! Moesten we den eersten dag
ons kapitaaltje al aanspreken?
„Dan stel ik voor om onder den bloo-
tcn hemel te overnachten." Daar gingen
binnen, die zij konden vinden en hingen
een handdoek uit elk venster. Zij kon
den echter, hoe zij ook zochten, de ge
heime kamer niet ontdekken. Juist wa
ren zij bezig met elkaar de zaak te be
spreken en middelen te beramen om
tóch achter het geheim te komen, toen
Lord Strathmore onverwachts terug
keerde. Een zeer onaangename scène
volgde. En na dezen keer werd, voor
zoover bekend, geen weloverlegde poging
meer gedaan om te ontdekken welk ver
trek in het kasteel nu eigenlijk de veel
besproken „geheime kamer" is en wat
zij bevat.
Natuurlijk bestaan hierover vele theo
rieën.
Gezegd wordt o.a. dat in de kamer een
groot aantal gebalsemde lyken liggen
in de afschrikwekkendste houdingen.
Volgens een andere veronderstelling
zou in deze kamer eens kaart gespeeld
zyn door een der voorouders van de
tegenwoordige bewoners Graaf Fat ie
en een geheimzinnigen vreemdeling
die, naar geloofd wordt, een booze geest
was en naar aanleiding van wat er dier.
avond gebeurde zou de deur voor altijd
verzegeld zijn.
Nog een theorie veronderstelt dat de
kamer een monster bevat, half mensch
en half dier en dat van een fabelaohti-
gen leeftijd zou zijn.
Wat hiervan waar mag zyn kan niet
worden vastgesteld maar er is zeker iets
zeer „unheimisch" aan het geheele
kasteel en Op zekere nachten van het
jaar worden er vreemde dingen geziei
en vreemde geluiden gehoord, die door
geen natuurwet kunnen verklaard
worden.
Ook Cullaby Castle, in Norihumoer-
land, had een verzegelde kamer. De
vrouw van den eigenaar, die haar
nieuwsgierigheid niet langer kon be
dwingen, liet het vertrek gedurende de
afwezigheid van haar man openbreken
Er was niets in de kamer, tenminste
niets zichtbaars maar van dat oogen-
blik af wordt des nachts de stilte in het
kasteel verbroken door vreemde en
angstaanjagende geluiden
Tenslotte wordt melding gemaakt van
een beruchte kamer in een groot huls
in Berkeley Square, Londen. Gedurende
vele jaren bleef dit vertrek gesloten
omdat het iets gruwelijks bevatte da:
schade kon toebrengen aan lichaam en
geest. Vóórdat de kamer afgesloten
werd vond men er op een avond een
dienstbode in, liggend op den grond en
zóó zeer overmand door schrik, dat zi;
sprakeloos en bewegingloos was. Zi,
stierf kort daarop, zonder aan iemand
te hebben kunnen zeggen, wat zij gezien
had.
Iemand die de vermetelheid had ge
had, één nacht in de verschrikkingska
mer door te brengen vond men den vol
genden morgen, zittend in zijn bed en
met een nog rookende revolver in dp
rechterhand. Hij was dood.
Van twee matrozen die in een over
moedige bui in het beruchte vertrek ge
tracht hadden te slapen, werd de een
gedood bij een poging om uit öe kamer
te ontsnappen; de ander werd en bleef
krankzinnig.
Engeland is het land der spookge
schiedenissen
HET VERMISTE
TESTAMENT.
Toen de wereldvermaarde Engelsche
circus-clown Little Tich overleden was,
nu een aantal maanden geleden, meld-
den zich uit alle deelen der wereld erf
genamen, ten totale van twintig perso
nen aan. Little Tich heeft bij zijn leven
een groot fortuin verdiend en de nabe
staanden rekenden al op een aardig
rendement.
Maar hoe men ook zocht en snuffelde
in de papieren en het meubilair van het
sterfhuis, nergens kon men ook maar
iets ontdekken, dat op een testament
van den beroemden clown leelc. En even-
ihin vond men eenig bewijs van bezit
bij een bank of dergelijke. Men zoekt tot
den huidlgen dag nog steeds door, doch
zonder veel hoop en de bloedverwanten
zijn langzamerhand de wanhoop nabij.
Dit zijn zei, op de teleurgestelde
erfenistrekkers doelende, een Londensch
advocaat de eenige Engelschen. die
Little Tich niet aan het lachen heeft ge.
bracht.
Alle zakelijk initiatief moet aange
moedigd worden zegt een schrijver.
Maar dezer dagen hoorden wij van een
man die een juwelierswinkel had ge
opend. Hy kreeg voor dit initiatief een
jaar gevangenisstraf.
de kameraden mee accoord. Het was een
prachtige zomeravond, de sterren ston
den aan den hemel, er stond geen
wind, de lucht was zoel alsof het mid
den op den dag was en dan: we vonden
er ook iets avontuurlijks in. want nie
mand van ons had ooit in de open
lucht geslapen.
Onze eerste zorg was den wagen op
den berm van den weg'te zetten, zoodat
niemand er tegen aanrijden kon. Toen
besloten wij den omtrek te verkennen en
een geschikte slaapplaats te zoeken voor
den nacht. Wij stedelingen weten dat
zoo niet. maar buiten wordt het eigen
lijk nooit donker. In het begin ziet het
er- zóó uit: als z\vai*te duisternis.
maar binnen een kwartier begin je den
omtrek hoe langer hoe beter te onder
scheiden, alsof de sterren de vriende
lijkheid hebben voortdurend meer licht
te geven en geen half uur latei- hadden
wy de omgeving volkomen verkend. Wij
waren vlak by een hek, waarop met
groote letters geschilderd stond: MON
REPOS, hetgeen zooals iedereen weet
Myn Rust bcteekent, een bijzonder toe
passelijke naam als je van plan bent in
de open lucht tc gaan slapen. Het was
de naam van een vrij groot landhuis,
dat blijkbaar op dit oogenblik niet be
woond werd. Voor een van de ramen
hing een groot- papier met de woorden
TIJDELIJK AFWEZIG, zooals we kon
den lezen bij het licht van een paar lu
cifers. die wij afstaken.
..Een vriendelijke uitnoodlglng voor
inbrekers die hierlangs komen" zei de
Zwart, practisch als altoos.
Vlak naast het huis stond oen klein
gebouwtje, blijkbaar een garage, met een
DE NIEUWE STIJL.
Er is gaandeweg een nieuwe stijl ont
staan in de literaire producten, die
speciaal de z.g. onderhoudende lectuur
in week- en maandbladen vormen. Een
vermoeiende stijl, een beetje, vtoral bij
systematisch gebruik. En nietwaar,, alles
wat waard is gebruikt te worden, ver
dient dat het ook systematisch wordt
toegepast. Maar misschien zal een
voorbeeld helpen:
Ik zei Karei van Stuiteren, ter
wijl hij zich in een luien stoel liet zak
ken, een diepe zucht van tevredenheid
slaakte en zijn vrouw glimlachend toe
knikte, ben blij, dat ik terug ben.
Je antwoordde mevrouw van
Stuiteren, terwijl ze zich naar de thee
tafel begaf, om een kop thee voor hem
in te schenken, bent een heelen tijd
weg geweest.
Het zei Karei weer, terwijl hy
de brandende luoifer, waarmee hy juist
zijn cigaret wilde aansteken, tusschen
de opgeheven vingers hield, lijkt
jaren.
Zoo fluisterde zijn vrouw, terwijl
zij het kopje thee voor hem op het ta
feltje zette, leek het mij ook.
Heusch riep Karei verheugd uit.
heur handen in de zijne nemende en
haar strak aanziende, waar?
Je ging zyn vrouw voort, terwijl
zij haar rechterhand uit de zijne los
maakte en liefkoozend over zijn haar
streek moet niet meer zoo lang weg
gaan.
Dat zei Karei vastberaden, ter
wijl hij opstond en haar teeder op het
voorhoofd kuste, waarbij zijn gestalte
zich hoog oprichtte en zij hem met
traanomfloerste oogen aanzag beloof
ik je.
GENEESKUNDIG ONDER-
ZOEK VAN EGYPTISCHE
MUMMIES.
Om den gezondheidstoestand van de
oude Egyptenaren te onderzoeken die,
zooals bekend is, een hoog ontwikkelde
geneeskunde bezaten heeft Dr. Sach
van de Heidelbergsche universiteit,
30.000 Egyptische mummies onderzocht-
met behulp van Röntgenstralen. Voor
eerst werden misvormingen en beende-
renbreuken opgezocht en gevonden:
soms bleken kunstmatige ledematen te
zyn aangebracht. Tot in de vroegste
tijden werden blaassteenen in de mum
mies gevonden, terwijl steenen in de le
ver van het jaar 3200 voor Christus af
verschenen. In de oudste perioden van
de Egyptische geschiedenis waren slech
te tanden en kiezen zeer zeldzaam en
kwamen deze bij de armere bevolking
in 't geheel niet voor. Ook hier blykt.
dat ontaarding der tanden het voort
schrijden der beschaving begeleidt,
want de tanden van 500 Egyptenaren
van de hoogste maatschappelijke klas
sen, waarvan de mummies in de nabij
heid van Gizeh uitgegraven werden,
vertoonden bijna in dezelfde mate de
vorming van tandsteen en caries als de
moderne Europeanen.
Beweerd wordt dat een Italiaan on
breekbaar aardewerk uitgevonden heeft,
Ze gaan er nu echte antieke vazen van
maken.
overstekend dak. Toen Klinker even aan
de deur ramme fc'e ging die open. Wij
staken een paar lucifers aan en zagen,
dat de auto er uit was. maai- de ruimte
diende overigens voor berging van aller
lei dingen: een ladder, een strijkplank,
wat touw en dergelijke huishoudelijke
benoodigdheden meer. De familie was
dus blijkbaar met de auto uit. De Zwart,
die het toch blijkbaar op het overnach
ten onder den blooten hemel niet zoo
bijzonder begrepen had. stelde voor van
de garage onze slaapzaal te maken,
maar Klinker en ik wezen dat af. Bui
ten zouden we slapen, de garage kon
dienen in geval van regen of slecht weer.
Onze overjassen werden uit den wa
gen gehaald, een paar gevulde koeken te
Amsterdam gekocht, dienden tot
avondeten en toen zaten wy nog een
halfuurtje onder het overstekende dak
van de garage te praten bij wijze van
spreken, want telkens kwamen er gapin
gen in "t gesprek, die wij door ons eigen
gegaap aanvulden. Het was een lange
dag geweest, wy hadden al heelwat on
dervonden en verlangden naar rust.
„Maf ze", zei Klinker op een oogen
blik, legde zijn jas op het gras neer.
DE VROOLIJKE
KANT
Een fabrikant verklaarde: „Wanneer
de vrouwen haar japonnen een paar
centimeter langer droegen zouden de fa
brikanten van dameskleeding er wel bi)
varen."
En wanneer de vrouwen haar japon
nen een paar jaar langer droegen zou
den de mannen er wel bij varen.
Dienstmeisje: O, mevrouw! Ik moet
me vergist hebben met de schakelaars.
De radio is zoo gloeiend warm dat ik er
wel op koken kan en het electrisch
broodrooster speelt een fox-trot!
Een kleeding-deskundige heeft uitge
rekend dat twintig jaar geleden de
vrouwenkleeding tien a twintig maal
zooveel woog als tegenwoordig.
Maar de rekeningen er voor zijn even
zwaar gebleven!
Student: Ik heb een encyclopaedie
gekocht. Daarin kun je alles vinden wat
je wilt weten.
Hospita: Kijkt u dan eens even na
wanneer ik de kamerhuur van u krijg!
Mevrouw (tot dienstmeisje dat haar
dienst presenteert): Ik heb mijn vorig
meisje moeten ontslaan omdat zy mijn
japonnen droeg terwijl ik ziek was. Zoo
iets zal jy toch hoop ik niet doen?
Dienstbode: Dan zou ik eerst uw gar
derobe even moeten zien!
Moeder: Foei Nelly, hoe kun je nu
zoo onbeleefd zijn tegen tante te zeggen
dat zij dom is. Ga gauw naar haar toe
en zeg dat het je spijt.
Nelly (gehoorzaam): Tante, het
spijt me dat u dom bent!
Mevrouw: Als je je werk niet beter
kunt doen. Marie, zal ik een ander
meisje moeten nemen.
Dienstbode: O ja, asjeblieft mevrouw.
Ik kan er best wat hulp bij gebruiken!
Patroon: Smit, gisteren heb je mij
gevraagd om je schoonmoeder te gaan
begraven en vandaag heb ik haar zien
wandelen
Smit: Zeker meneer. Maar ik heb' ook
niet gezegd dat ik naar haar begrafenis
ging. Ik heb gezegd dat ik graag naar
haar begrafenis zou willen gaan!
Hij: Ik zou voor je kunnen sterven!
Zij: Dat zeg je nu altijd, maar je doet
het nooit.
Reiziger: Wat zijn de prijzen voor de
kamers hier?
Hotelhouder: Gelijkvloers vijf gulden,
eerste verdieping vier gulden en tweede
verdieping drie gulden.
Reiziger: 'Goed, ik kom terug als u
nog een paar verdiepingen hebt bijge
bouwd.
Wilt gij reken
kunstenaar zijn?
In een gezelschap wou het gesprek
niet recht vlotten, niettegenstaande
de pogingen van den gastheer, A.
Tenslotte stelde deze voor een reken-
kunstje te laten zien, hetgeen met
applaus werd begroet. Hij nam pa
pier en potlood en verzocht een der
gasten een willekeurig getal van vier
cijfers op te schrijven.
Mijnheer B. schreef 4321.
„Ik zal nu op dit stukje papier
zei A. vervolgens, „het resultaat zet
ten, dat wij straks bij het optellen
zullen verkrijgen, als twee andere
heeren hierna nog twee willekeurige
getallen van vier cijfers onder het
eerste zetten en ook ik er nog twee
willekeurige getallen bijvoeg."
Mijnheer A. legde het papier met
de uitkomst opgevouwen op tafel.
Geen wonder, dat men zeer nieuws
gierig was, of het experiment zou ge
lukken.
B. had dus geschreven4321
Mijnheer C. schreef: 5829
Nu schreef A. zelf: 4170
Daarop Mijnheer D.: 3256
Dan weer A. zelf: 6743
..Hetgeen samen wordt: 24319
,fZoo, dames en heeren," zei A.
„Kijkt U nu maar eens wat op mijn
papiertje staat." Men vouwde het
papier, dat nog steeds midden op ta
fel lag open enwerkelijk, er
stond het zelfde getal: 24319.
Hoe kon A. dat resultaat weten?
't Is heel eenvoudig. Toen B. het
eerste getal 4321 opgeschreven had
en het aan A. gaf, trok deze er in
gedachten dadelijk 2 van af en zette
deze 2 vóór het opgegeven getal. Dus
4321 2 - 4319
2 ervoor 24319
Dit was dus de uitkomst, die op
het aparte papiertje geschreven
werd. Het papier met het eerste ge
tal (4321) werd aan C. gegeven, die
er zooals wij zeiden het getal 5829
onder plaatste.
A. kreeg het nu weer zelf en deed
alsof hij er een geheel willekeurig
getal van vier cijfers onder zette.
Maar in werkelijkheid schreef hij
onder die 5829 een getal, waarvan
de cijfers bij het vorige opgeteld een
uitkomst van vier negens gaf.
Dus C. 5829
A. 4170
9999
Vandaar het derde getal van 4170
op het lijstje.
.Nu kwam Mijnheer D. aan de
beurt, die bij de drie getallen 3256
voegde.
Wéér zette A. hieronder een schijn
baar willekeurig getal, dat echter op
geteld bij dat van Mijnheer D. weer
vier negens gaf.
Dus D. schreef.3256
en A:6743
9999
Uit de vijf getallen samen ópge-
teld, kwam nu het getal 24319.
.Doet men dus als Mijnheer A. dan
kan men overal voor rekenkunste-
?iaa,r doorgaati. Men behoeft slechts
2 van ieder willekeurig getal van
vier cijfers af te trekken en dit voor
het dan verkregen getal te zetten,
om de goede uitkomst te verkrijgen.
Tenoijl het papier rondgaat moet
men er dan nog slechts aan denken
onder het tweede en vierde getal een
derde en vijfde te plaatsen, dat op
geteld vier negens lot resultaat
geeft.
Wat is het beste te. doen. wanneer je
wijn gemorst hebt op een kanten kleed
je? vraagt iemand ons.
Zwijgend luisteren.
Er zijn plannen om radio dienstbaar
te maken aan de campagne tegen bac
teriën.
Het moeilijke lijkt ons, dat je nooit
met zekerheid weet, of bavteriën naar
de radio zitten te luisteren.
Profiteeren werkelijk veel menschen
van de adviezen van doctoren? vraagt
een dagbladschrijver.
Nou. toch in ieder geval alle dokters.
Verkoopster, in een fotografiewinkel:
Cliënte: Ik wou een vergrooting v<
- Wat is er van uw dienst, mevrouw?
mezelf hebben.
(Passing Show).
strekte zich daarop uit en was binnen
een paar minuten in diepe rust, want
hij snurkte met een diep. zwaar geluid.
„Net Volante", zei de Zwart, toen wij op
onze beurt een gemakkelijk plekje had
den uitgezocht, maar hij was ook al heel
gauw onder zeil gegaan en snurkte ook.
maar op een andere manier. Ik vond op
het oogenblik een nieuwe Hollandsen
spreekwoord uit: „zeg mij hoe gij snurkt
en ik zal u zeggen wie gij zijt." Klinker
snurkte luid en zwaar, als een sterk en
krachtig man, met nu en dan een groo-
ten uithaal; de Zwart snorkte beschei
den, maar regelmatig, den eenen keer
niet luider dan den anderen, kortom
als een man van de administratie die
hecht aan orde en preciesheid.
Ik zelf kon, hoe vermoeid ik mij ook
gevoelde, voorloopig nog niet slapen. De
herinnering aan de lieve Ada liet mij
niet los. Eerst de kennismaking, toen
de prettige uren in het huis van haar
ouders doorgebracht ik had naast
haar aan tafel gezeten en voor myn ge
voel een ongelukkig figuur gemaakt,
want hoewel ik anders zoo verlegen niet
ben. was het dezen keer alsof mijn tong
werd vastgehouden. Zij zei ook niet veel
en excuseerde zich daarvoor, omdat
haar voet nog al pijn deed. Maar haar
tegenwoordigheid alleen was al een
groot genot, dit was, dat gevoelde Ik,
liefde op het eerste gezicht. Maar hoe
was haar meening over mij! Mocht ik
hopen? Het was waar: toen wij wegreden,
had zij voor het raam gestaan en ons
vroolijk nagewuifd en daarbij mij aange
keken, dacht ik. Of was dat maar in
beelding geweest? Deed zij niets meer en
niets anders, dan wat ieder meisje dat
door drie jongelui uit een onaangename
moeilijkheid was gered, jegens alle drie
gedaan zou hebben? Ik wou het niet ge-
looven neen. die glimlach om haar
aanbiddelijk mondje, dat bevallige ge
baar van haar rechterhand ze \va-i
ren voor mij en niet voor ons allen be
stemd. En toch, als ik mij eens vergiste!
Als zij eens niets om mij gaf! Het zou
toch wel een wonder wezen, wanneer
een meisje als zij, een engel van schoon
heid en beminnelijkheid, zich zoo maar
op eens aangetrokken had gevoeld tot
iemand als, ik wat was ik, wie was ik.
om zooveel aanmatiging ie mogen
hebben!
Zoo peinsde ik voort, beurtelings vol
hoop en vol vrees. Ik moest haar weer
zien, ik zou haar weerzien. Als het kor.
morgen. Hoe verder wij en Volante uit
de buurt raakten, des te kleiner werd de
kans. En toch had ik mijn maatregelen
zoo goed genomen. Maar nu eindelij:;
voelde ik, dat de slaap mij overmande
strekte mij uit op mijn overjas en legde
het hoofd op myn zakdoek. Juist op dat
oogenblik verbeeldde is mij. dat er eer.
regendruppel op myn neus viel. Omhoog
kijkende zag ik dat de hemel niet hel
dor meer was, er waren nog wel stenen
maar gedeeltelijk was de lucht bewoil;:.
Daarover nadenkende viel ik in ecu die
pen slaap.
Plotseling werd ik heftig aan mUn
arm getrokken. „Sta op, het- regent-
Het was Klinker, die al overeind was en
nu bezig met de Zwart op te porren. F:
viel een malsche regen, een echte milde
zomerbui, die je in een paar minuten
doornat maakt. Tuimelend van slaa;
zochten wy op den tast naar de deur van
onze garage, om daar te gaan schuilen.
„Wie heeft er nog droge lucifers?"
vroeg Klinker, toen wij aenmaal binnen
waren, „de mijne zijn totaal verregend."
Gelukkig waren de mijne droog geble
ven, we staken er een aan en hadden al
dadelijk het geluk een blaker in een
hoek te zien staan, zoodat wy b ij het
kaarslicht een geschikt plekje konden
zoeken om onze gestoorde nachtrust te
yervolgen. Achter ecu houten afschel*