ALLES BEGRIJPEN. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 29 NOV. 1928 VROUWENKRONIEK. Over kraagjes, halsdoeken en shawl-kraagjes. Mogen we bet woord van een mode- schrijfster uit het Mekka der mode: Parijs, gelooven. dan is het succes van een mode elk seizoen afhankelijk van slechts een enkel détail. Dat kleine onderdeel, overgenomen door de massa, geeft den algemeenen stijl van 'n toilet aan. En dit seizoen nu is de hoofdzaak het voornaamste détail, dat de alge- meene sty! aangeeft: de kraagjes, hals doeken, shawl-kragen, enfin, alles, wat de omkleeding vormt van den hals. Een hoogst belangrijk punt in onze vrouwen- moede. Men onderscheidt twee verschil lende soorten hierin. I>e losse foulards halsdoeken enz. die cm den hals en de schouders gestrikt worden,'en de kraag jes en shawl, die aan de japon vast zitten. De eerste zijn de meer „spor tieve" van ruiten stof. stippen van kasha wollen stof, zijden mousseline en de zeer lange, om den hals gestrikte en afhangende linten. De andere zijn de kanten kraagjes, kraagjes van crêpe de chine en satijn, met bybehcorende strik ken of dasjes. Vooral in de losse halsdoeken enz. heeft men een zeer uitgebreide sor teering in de mode-winkels. Men kan ze te kust en te keurkoopen. De teekening geeft er verschillende modellen van aan. Schotsche ruiten ziet men zeer veel, vooral zwart met rood. Men zij echter voorzichtig. Deze combinatie is wel heel aardig, maar doet vooral op een donkere tailleur een beetje bal- masqué-achtig aan. "We kunnen beter een mooie Schotsche foulard nemen met allerlei kleuren, waarin echter geen een al te sterk domineert. Of nog beter, een van beige met zwart, die al heel fijn en „modieus" is. De foulards met stip pen zien we al veel minder, dan in het begin van het seizoen Het was te ver wachten, dat, als eenmaal de noppen en stippenmoae „er in kwam", we er weldra een vloedgolf van zouden krij gen. En dat is de doodsteek voor zulk een .nouveauté". Als „iedereen" er mee loopt, is de aardigheid er al heel gauw af. Geen vrouw wil „algemeen" zyn En voor de rest? Wel, bekijkt u het plaatje maar eens. Het spreekt voor zich zelf. En er zijn heel wat leuke ideetjes van over te nemen. MADELEINE. HOE MEN DE KINDEREN BEZIGHOUDT. EEN BEURSJE VAN RAFFIA. Hebt u wel eens met raffia gewerkt? U kunt er alleraardigste voorwerpen van maken. Uw dochtertje zal den eersten keer 't werkje niet zonder moe- der's hulp kunnen vol brengen^ maar ze ker na eenige tijd het leeren en dan zal borduren met raffia tot haar liefste be zigheden behoaren. Voor het vervaardigen van het beursje hebt u maar weinig raffia noodig. E: Zijn verscheidene soorten verkrijgbaar n.l. zijden, ongeprepareerd en geprepa reerd raffia. Voor het beursje kunt u alle soorten gebruiken. Toch wil ik u aanraden ongeprepareerde raffia te ne men, deze komt het meest met echt stroo overeen en geeft het beursje een aardig aanzien. Ten einde een artistiek geheel te ver krijgen, hebt u verschillende kleuren noodig en wel: naturel, blauw, rooa, groen en geel, terwijl u raffia borduurt op een klein stukje gaas of stramien van 20 bij 11 cM. Wel geef ik in over weging fijn gaas te gebruiken, daar de raffiadraden dan beter naast elkaar ko men te liggen. Voor u begint met het borduren wil ik nog even op het volgen de wijzen. De raffiadraden zijn grof, zeer ongelijk en daarbij véél te breed. Wanneer u dus raffia gebruikt, moet u de draad eerst splitsen en daarna, de ge. splitste draad met duim en wysvingc glad strijken; voor zijden raffia is dit niet noodig. Gebruikt u dus geprepa reerde of ongeprepareerde raffia, dan moet u de kinderen wel op het splitsen der draden attent maken. Nu beginnen wij met het borduren en nemer, een donkerbruine draad in de naald. Wij la-ten aar. 4 kanten 1 c.M. van het gaas over, en maken een rand van 1 c.M, breedte. De hoeken leveren nog al eens een moeilijkheid op. maar wan neer u naar den hoek toe, de steek tei- k'ns één gaatje kleiner maakt, terwijl dus op den hoek de steek over 2 gaatjes loopt, dan kunt u zich niet zoo spoe dig vergissen. Op de afbeelding staat één hoek aangegeven. Is ae rand klaar, dan deelen wij het lapje in drieën en op 1/3 gedeelte bor duurt u weer een rond van 1 cM., dit wordt de voorkant van het beursje. U maakt hierop een patroon van bloempjes en bloderen. U kunt stellig zelf wel iets aardigs bedenken. Het patroontje, dat u hier op het beursje ziet is heel gemak kelijk 'over te nemen; het is eenvoudig, niet moeilijk te bewerken. De bloempjes zijn rood en blauw, ae bladeren groen, de hartjes der bloemen geel; deze laat ste zijn wel het aa.rd'gst van kleine knoopjes naast elkaar. Werk de bloemen vanuit het midden naar de kanten toe. De opengebleven ruimte vullen wü nu ook met naturel raffia, de ingrijpsteek lc-ent zich hirr het berte voor. U vult dus op met lange steken, van pl.m. c.M. en laat de steken, aan b.v. 2 gaatjes verspringen. Zoo wordt ook het overige gedccix ya*" 'beursje opgevuld en u zult zien, hoe lief dat staat. Nu volgt nog het voeren van het beursje, dit is voor de kinders wel heel erg moeilijk; maar misschien wil moeder dit wel even op zich nemen. U legt de goede kanten van voering in raffia op elkaar, stikt deze beide lapjes en laat een klein eind je open om het beursje door te halen, opdat de beide goede kanten naar buiten Komen, Daarna neemt u een warm ijzer en perst 't beursje op den voeringkant. Nu wordt nog 2/3 gedeelte van het beursje aan de zijkanten op elkaar ge naaid en de geborduurde kant valt er nu netjes over heen. Voor de sluiting omwerkt u een houten knoopje met raffia en voor den anderen kant haakt u een lusje. Het beursje is nu heelemaal klaar, maakt u het 2 keer zoo groot dan krijgt u een alleraardigst taschje. Het werken met raffia is voor moeder en voor de kinderen een heel prettig tijdverdrijf W. R. MEUBELWENKEN. In vele huizen nemen de meuibelen een heel belangrijke plaats in en daardoor ook een groot deel van den tijd van de huisvrouw in beslag. Alles wat dus kan leiden tot een vergemakkelijking van dat werk, is van voordeel voor de huisvrouw. Bijvoorbeeld: wanneer de meubelen ge wreven worden, dos dan een paar drup pels petroleum bij ujw wrijf was. De meu belen zullen dan nog veel mooier glim men ener zullen geen „vingers" op te zien zijn. Kringen enz. op gepolitoerd of gevernist hout kan men verwijderen door te wrijven met een doorgesneden citroen en daarna met een doekje met gewoon schoon water. Om kringen (van bloempotten enz.) te voorkomen, ga men evenwel aldus te werk. Men verwarmt den pot of vaas door kokend water er in te gieten, weer te ledigen en droog te wrijven. Dan giet men er een paar le- pens vloeibare, gesmolten paraffine-was in, draait den vaas of pot wat rond, zoodat de binnenkant geheel van een dun laagje was voorzien is. De vaas of pot is dan waterproof. De oorzaak van vele krassen op zeil, linolsum enz. is dikwijls de onbeschermde poot van stoelen en meubelen. Lym daarom kleine rondjes vilt onder aan de poo- ten van de meubelen, en u zult kras sen voorkomen. Maar de goede huis vrouw is ook op zuinigheid bedacht. Werp daarom uw theebladen niet weg. maar maak er.... meubelwryfwas van! Neem een kan met gebruikte theebladen en giet daarop een kan kokend water. Laat een uur staan. Giet dan de bruine vloeistof af. Dit vocht namelijk is een pracht glans-middel voor spiegels, rui ten, glaswerk, meubelen en zeil. Het moet gebruik; worden met een zachte fanellen doek. Op een gladden houten vloer brengt het een prachtige glans, net zoo mooi als van gewone wrijfwas, maar.... zonder de glibberigheid! RECEPT. Voor pikante kalfslapjes (1 pond), elk van ongeveer 3/4 or.s, neemt men 1/4 ons spek (of vette ham), 1/4 ons boter, 1/2 uitje, een weinig Cayenne peper en 11/2 kopje bouillon. De lapjes worden gewasschen, geklopt en met zout ingewreven. Dan wentelt men ze luchtig in wat bloem en bakt ze aan weers kanten lichtbruin, in de boter. Het spek (of ham) snijdt men in kleine stukjes en laat die uitsmelten, doet er de fijngesnipperde uit en de Cayenne peper bij. waarna men de ui lichtbruin fruit (en gaar), er den bouillon bijdost, en alles in een stcofpan gist, waarin men de lapjes dart. die men cp een zacht vuur laat gaar stoven (ruim een kwartier). Hoe ver moeten wij daarmee gaan? Er is een Fransch, spreekwoord, dat zegt: Alles begrijpen is alles vergeven. Dat mag misschien in zijn algemeen heid wel wat overdreven zijn: het zou aanleiding kunnen geven tot een week hartigheid, waarmee de wereld en de menschen niet zyn gebaat. Allerlei lee- lyke dingen en gebeurtenissen kunnen op een dergelijke wijze worden veront schuldigd door vèrgezochte motieven die er aan ten grondslag lir.gen, of door karaktereigenschappen van betreffende personen. „waarmee deze dan toch maar geboren zijn". En zoo is voor al les wel een verontschuldiging te vinden. Maar aan den anderen kant zou het niet kwaad zyn, wanneer de menschen rich eens wat méér toelegden op de toepassing van het hierboven genoem de spreekwoord Wat zyn we spoedig met onze con clusies klaar en wet weten we altyd precies, waarom deze of gene de een of andere daad wel of niet heeft gedaan. Hoe vaak noemen wij eimand die niet doet wat wij venvachten: bangelijk, en een ander die juist wel doet wat we allerminst verwacht hadden: roekdoos. En dat alles omdat we niet begrijpen of niet weten wat de motieven voor ait alles zijn. terwijl we toch direct met ons oordeel klaar staan. Er bestaan in onze menschen-naaat- schappU vaste, ongeschreven wetten, die wij elkander opleggen, en die een groot gelul; beteekenen omdat zij voor komen dat wij in een warwinkel ko men te leven, waaruit niemand meer gced weg weet. Maar de toepassing van die onge schreven wetten kan op allerlei ver schillende manieren worden opgevat, en daarin ligt nu juist de groote af stand die er bestaat tusschen dat „alles begrijpen" en aan den anderen kant: alles veroordeélón. Tot de laatste groep behooren zij die deze wetten binnen de engst mogelijke grenzen hebben getrokken, en die in edele verontwaardiging ontbranden, zoodra men zich daar een centimeter ver buiten waagt. Zij maken het leven noodeloos ingewikkeld en zij missen allen vroolykcn levensmoed die voor een mensch toch zoo noodzakelijk is. Maar hun tegenvoeters stellen die grenzen zóó wijd, dat ze eigenlijk in de wijde verte vervagen, en wanneer zij die dan zelfs nog overschrijden, staat een ander verstomd over de handigheid waarmee zij weten aan te toonen, dat dit alles toch nog binnen de grenzen valt. Wie deze twee uitersten bestu deert. komt dan ook tot de slotsom dat het nog niet zoo eenvoudig is om zul ke grenzen te bepalen. Zij, die zichzelf eenigermate kennen, kunnen beginnen zich af te vragen, wanneer zij een ander beoordeelei. willen: hoe zou ik dat zelf in dergelij ke omstandigheden gedaan hebben Daarmee zijn velen al een heel eind op streek, want menigeen die tot een hef tige veroordeeling geneigd was, moet in zijn hart toegeven, dat hij niet-veei anders zou hebben gehandeld. In andere gevallen kent men de om standigheden niet, of is niet in staat zich in de situatie van den ander in te denken Is het dan zóó noodzakelijk dat wij een oordeel vellen over alles er. nog wat, dat het niet mogelijk zou zijn om te zeggen: hoor eens, daar kan ik me niet indenken, ik kan er dus ook geen oordeel over hebben. Maar geen oordeel hebben, be teekent voor velen: dom zijn, en voor dom willen we in geen geval worden aangezien. Of ook beteekent geen oordeel hebben wel: uitgepraat zijn over dit onderwerp en dan is de aardigheid er Immers heelemaal af. Er moet langdu rig over gepraat worden, het onderwerp moet in de lengte en in ae breedte worden uitgesponnen en daarbij moet eigen voortreffelijkheid en eigen deugd zaamheid ook nog eens eventjes op den voorgrond worden geplaatst. Dat laat ste is wel een zeer belangrijke reden, waarom sommigen juist de grenzen der ongeschreven wetten zoo nauw trekken: om te kunnen afgeven op an deren en daardoor de eigen begaafd heid des te glorierijker te doen uitko men. Er zijn massa's redenen waarom wij moeilijk tot begrijpen kunnen komen van de motieven onzer medemensclien de anderen zijn eenvoudiger van ge moed dan wij, of zij zijn gecompliceer der; zij zijn vrooiijker dan wy, of zwaar moediger; ook wel zyn zij luchthartiger, of misschien zwaartillender. en dan kunnen zij armer van geest zijn of rij ker dan wy. Zoo kunnen wij nog wel voortgaan, allemaal redenen die ma ken, dat wij de motieven tot hun daden moeilijk kunnen begrijpen. Maar een eerste vereischte voor ons zelf is, dat wij een eerlyken geest hebben en een zuiveren kijk op het leven: dan zien wy de grenzen waarbinnen wij be hooren te blijven, ook zuiver, dan -kun nen wij ons van veel noodeloos veroor- deelen onthouden, maar dan zyn er toch oogenblikken waarop wij zeggen: dit kan niet goed zijn. En wie weet wat een op bouwende critiek dan nog voor goeds kan uitwerken. MENU Gestoofde lamskarbonadc. Roode kool. Aardappelen. Appelkoek. De lamskarbonade wordt gewasschen met peper en zout bestrooid, door pa neermeel gewenteld en in de koekepan in boter mooi bruin gebakken. Daarna worden de stukken vleesch in een vuur vast schoteltje gedaan, de jus wordt met wat water afgemaakt, over de coteletten gegoten en deze verder belegd met uit- getande schijfjes citroen en een paar gesnipperde uitjes. In een matig warme oven moet het vleesch, onder af en toe bedruipen, verder gaar worden. Voor de appelkoek nemen wy: 1 pond zwara handappelen, 3 eieren, boter om te bakken. suiker en kaneel. De appelen worden geschild, geboord en in dikke plakken gesneden. Deze worden in de boter in een koekepan zacht gaar gefruit, waarna de losge klopte eieren die met een lepel water vermengd zijn, erover worden gegoten. Dit laat men samen zacht bakken, zon der keeren, want de bovenkant van de koek behoort vochtig te blijven. Men dient het gerecht op een verwarmden schotel en bestrooit het vóór het op doen nog met een mengsel van suiker en kaneel. E. E. J.—P. DRAAG EEN DISTEL. Dit is het allernieuwste op het ge bied van wollen corsages voor dames en meisjes. Ge kunt de distel maken van overgeschoten stukjes wol of kunst zijde. Groene wol is het beste om mee te beginnen. Men wikkelt deze tien maal om een stukje carton van twee en pen halven centimeter breedte en knipt de einden zoodanig af. dat zy beide naar onderen hangen en elk zes centi meter lang zyn. Nu haalt men een ander stukje groene wol tusschen carton en wol-hoepehjes door, trekt- dit strak aan (aan den onderkant, dus daar waar de beide einden van zes centimeter eik hangen) en legt er een knoop in. Nu trekt men het cartonnetje weg en men heeft een waaiertje van tien groene lusjes, waaraan een steeltje bestaande uit vier draadjes wol elk van zes centi meter. Nu worden de bloemen gemaakt. Doe een draad keurige wol in een stopnaald en wikkel de wol vyf keer om den top van den voorvinger. Haal er de naald door van achter naar voren en pak dan op de naald ae twee eerste lusjes van den stengel, welke men van greene wol ge maakt heeft. Zoo haalt men de naald een paar keer door de lusjes op den vinger en de twee lusjes van den stengel. Daarna- goed aantrekken en afhechten door de naald door het vanzelf ontstane knoopje te steken. Men trekt nu den vinger uit de vyf lusjes en pakt deze samen tusschen duim en wysvinger om te zorgen, dat zij niet teveel uitspringen. Het restant wol dat in de naald is, wikkelt men nu een paar keer om het knoopje heen, waardoor er tevens een soort muurtje ontstaat tegen de wol van de vijf lusjes aan, zoodat deze rechtop blijven staan. Nu knipt men de vyf lusjes op hun hoogste middenpunt door en borstelt de draadjes uit zoodat zij een beetje rafelen. De bloem gaat van zelf iets uitstaan door het borstelen. Op deze wijze gaat men door met zoo veel mogelijk verschillende kleuren wol totdat men vyf bloemen aan den stengel heeft. Zoo maakt- men vyf stengels eik met vyf bloemen. Deze worden tot eer- geheel gegroepeerd met- smaakvolle ver- deelir.g der kleuren en daarna met een draadje groene wol samengebonden. Tot besluit maakt men er een kleine veiligheidsspeld aan en de corsage is klaar! HET GELUKKIGE HUISGEZIN. Een groote prijsvraag, .ingesteld door een Amerikaansch dagblad, heeft uit gewezen. dat, naar de meening der meeste inzendsters, de vier noodzake lijke factoren' voor het vormen van een gelukkig gezin achtereenvolgens zyn: vrede, ridderlijkheid, vroolijkheid en levensmoed. He; spreekt natuurlijk van zelf. dat „liefde" niet by de antwoorden inbegrepen moest zijn. Het ging erom vast te stellen welke eigenschappen de beste waarborg voor geluk vormen voor een man en een vrouw, van wie a priori wordt a3r.ger.cmsn. dat zij elkander liefhebben Vrede, ridderlijkheid, vroolyk- hein en levensmoed sün inderdaad vier eigenschappen, waarmee in het leven zeer vee! te bereiken is. SPECULAAS. Op 3 ons bloem neemt men 1 ons bo ter. 1/4 ons amandelen, 5 gr. gestampte kruidnagelen, 1 theelepeltje fyne kaneel, nootmuskaat, 10 gr. gesnipperde sucade, 2 lepels melk en 2 ons donkere bruine suiker. Men lost de suiker in de melk op hakt de gepelde amandelen en kneed alles dooreen tot een bal, dien men in 'n met rijstemeel bestrooide speculaas- plank drukt. Met een scherp dun mes snydt men het overtollige deeg af, licht de koekjes uit de plank en deponeert ze op een met meel bestrooid bakblik, op een afstandje van elkaar. In een tame lijk heeten oven bakt men de koekjes lichtbruin en gaar, wat ongeveer een kwartier kan duren. Van het blik ne men en bekoelen iaten. HUISVBOUW. EEN JAPON VOOR THUIS. Een gezellige, warme japon om ln huis gekleed te zyn is ongetwijfeld een welkom ontwerp voor onze lezeressen Hier is een mantel-japon van zeer gracieuzen pasvorm en toch economisch ornaat men maar een korte lap noodig heeft voor het maken. De lichtelijk klokkende rok is onder het ceintuurtje aan het eenvoudige strakke lUfje ge zet. Een kleine afwisseling wordt ge vormd door afneembare en waschbare manchetjes en kraagje, waarvoor men 40 centimeter crêpe de chine noodig heeft per stel, als de crêpe 90 breed is. De japon maakt men van ongeveer 2.75 meter rips of wollen crêpe de chlne van 125 breed. Men lette speciaal op het geborduurde puntje aan het voor pand var. de blouse en den stolpplooi in het midden van den voorkant der rok. Het knippatroon is onder no. 264 verkrygbaar voor de maten 42, 44, 46 en 48 en kost 55 cent. EEN MIDDAGJAPON. Een aantrekkelijke namiddagjapor. welke zonder veel moeite te maken ls. hebben wij hier onder no. 263 afgebeeld. De rok wordt gevormd door twee ronde banen, welke op een onderstuk van voering (saiyn of zyde) gehecht zyn. De banen zyn voor het patroon op het kruis geknipt, zoodat men by het maken naar dit patroon altyd zeker is, dat de plooien op de goede plaats komen te vallen. Het vestje is in harmonleerende kleur crêpe de chine en van deze stof worden ook smalle zoompjes langs de banen van de rok gemaakt. Kunstzyde leeni zich byzonder voor dit japonnetje. Het knippatroon is voor de maten 42, 44, 46 en 48 verkrygbaar tegen inzending van 55 cent onder no. 263. KLEINE HANDIGHEID GROOT GEMAK. Als u iets snel wilt afkoelen, hetzy eigengemaakte limonade of vla, melk, pudding enz., neemt een bak koud wa fer. Knyp daarin het zakje blauw uit, tot het water donkerblauw ls. Dan doet men er een handvol zout ln. In dit mengsel zet men de kan of kom, die men wil afkoelen. Sinaasappelschillen, citroenschillen enz., goed gedroogd ln den oven, tot ze hard en droog zijn, kunnen uitstekend dienst doen als vuurmakers voor kachels enz. Zeemleer moet gewasschen worden in warm water, waarin een snuifje dubbel koolzure soda is opgelost. Daardoor wordt het zeemleer niet alleen schoon gemaakt, maar het blijft er tevens prachtig zacht door. Oude gloeikousjes zUn een uitste kend poetsmiddel voor lepels. Breng de poeder er op met een eenigsrins vochtige doek. Spoel de lepels af in kokend water waarin men een weinig ammonia heeft gedaan. Droogwrljven met een zeem- leeren lap. Men kan de naald ook tegen den rand van een gebroken schoteltje af bord wrijven. Als de naald van uw naaimachine stomp Is geworden, kunt u die scherpen, door een eindje door een klein stukje fUn schuurpapier te stik ken en de punt dan twee minuten in een vlammetje van een lucifer te houden. Prikt u zich bU het naaien en komt er een klein bloedvlekje op het goed, doe daar dan een beetj: natte styfsel op. Drogen laten en daarna afborstelen, LEUK PAKJE VOOR JONGENS. Den laatsten tyd hebben wy nu ftl zooveel aardige ontwerpjes gegeven voor meisjes, dat het nu werkelijk tyd wordt ook voor de „heertjes eer schepping" eens iets te doen. En zie hier dan, viyt'.ge moeders, een costuum voor heertjes van zoo ongeveer twee tot zes jaar. Het is een tuniek-pakje, waarby wy met het oog op den winter besloten hebben u zelf de keus te laten of u lange of korte mouwen wenscht. By elk patroon is namelijk een. model voor een langen en een voor een korten mouw gevoegd. Ingeval de lange mouw gemaakt moet worden, heeft men 1.60 meter stof noodig van 90 breed, maar met korte mouwen kan men 15 centimeter minder koopen. Het patroon is ongeveer voor den leef- tyd van 2 tot 6 jaar en is tegen in zending van 55 cent te verkrygen onder no. 265. EEN TASCHJE OM TROTSCH OP TE ZIJN. Slechts het in gebruik nemen van een nieuw taschje of een andere soort en kleur corsage, kan uw gansche ver- schyning opfrisschen en den indruk ver sterken, dat ge van top tot teen in het nieuw gestoken zyt. zy. die dus dezen winter haar mantel van het vorige jaar zullen doordragen. gevoelen er zeer waarschynlijk veel voor om een paar uurtjes te besteden aan het maken van een aardig modieus liand-taschje om daarmee een frisschen, nieuwen toon te kunnen geven aan het niet-nieuwe kleedingstuk. Voor het maken heeft men noodig een Stukje cretonne of sits ter grootte van de klep van het taschje, waarvan men de maat natuurlijk naar eigen goed vinden kan vaststellen, een bal wol en wat loovertjes in verschillende kleuren, zooals wel gebruikt worden voor het garneeren van camaval-costuums. Op de cretonne moeten groote bloemen voor komen welke men bedekt met de loover tjes en men zoodoende opliggenae bloe men en blaadjes op den klep van het taschje krygt zonder zelf een teekening of ontwerp te behoeven maken. Daarna vult men den achterkant met wol in een rechte, doorloopende steek: voor sterk- be is het aan te raden eerst de klep te voeren met kleermakerslinnen. Als de klep op deze wyze voltooid is. naait men hem aan een stuk laken of eenige andere stof, welke men gekozen heeft voor het taschje zelf. De lap hiervan moet natuurlijk twee maal zoo groot zijn als de klep omdat zy dubbel geslagen wordt cm een taschje te vor men. Ook deze lap wordt geheel ge voerd met sterk kleermakerslinnen en daarna met zijde of satyn. Dan wordt de lap dubbelgeslagen. nadat de korte kant, welke niet aan de klep genaaid zal worden gezoomd is met een strookje lint, en wordt links en rechts dicht genaaid. De onderkant is dus de vouw van dé stof en boven is het taschje open: de vóórkant is gezoomd en de achterkant onafgewerkt om er de klep aan te maken Tenslotte wordt het taschje zoowel als de klep rondom met lint afgewerkt. Men kan de tasch natuurlijk nog mooier maken door er zystukjes in te zetten, waardoor zy meer bevatten kan. De maten, welke zeer passend be vonden werden, zijn: cretonne 25 bij 20 centimeter; laken voor tasch 25 bjj 40 centimeter; anderhalve meter lint van 2 centimeter breed voor het af werken en 75 centimeter zyde van 67.5 centimeter breed voor het vceren, plus een paar stukjes kleermakers linnen. De kosten van loovertjes en wol speelden geen rol, daar de eerste van een oude japon getarnd worden er. de tweede gevonden werd in bet naai- Biandje.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 15