FAAM HAARLEM'S DAGBLAD UIT DEN RAAD. OM ONS HEEN DE UITLEVERING VAN DE NEDERLANDSCHE BANKDIEVEN. MARKTNIEUWS. DONDERDAG 20 DEC. 1928 DERDE BLAD DeFonteinlaan met Hobbelig-Bobbelig Veld blijven voorloopig zooals ze zijn. Status quo gehandhaafd. Krotwoningen en Volkshuisvesting. Zóóveelste duel Reinalda-Visser. Oudejaarsavond en de kellners De Fonteinlaan, door iemand in een ingezonden stuk in dit blad vereenzel vigd met de overblijfselen van „het Hobbelig-Bobbelig Veld, een historisch natuurmonument"de Fontsinlaan zal voorloopig nog niet verbeterd worden- B. en W. hadden voorgesteld om er f 80.000 aan te besteden, met den wethouder van financiën als tegenstan der. Een erg duur plan. Er moest een breeder asphaltweg komen, en zoo. Als iemand boosaardig wilde wezen zou hij veronderstellen dat dit de ma nier is om een eigen voorstel om zeep te helpen. Eerst zet je de zaak vreeselijk duur op, zoodat de wethouder van finan ciën er tegen is, en het plan krachtig aanvalt, waarna je het zeer lauw ver dedigt en tenslotte loslaat op een for maliteit. Ik ben evenwel niet boosaardig en zou den wethouder van Openbare Wer ken. mr. J. Gerritsz, niet gaarne van een dergelijke Fonteinlaan-défaitisme willen beschuldigen. Wel kom ik, mede namens honderden andere Heemstedere en geannexeerde Haarlemmers, die ge doemd zijn om dagelijks dezen weg te berijden, tegen mr. Slingenberg's bewe ring op dat verbetering niet urgent zou zijn. Dat verbetering van den weg van de Fonteinlaan naar den Kleinen Hout weg nog urgenter zou zijn, heeft er niets mee te maken, Dan hadden B. en W. die nog eerder moeten voorstellen, maar nu was die niet aan de orde. Er wordt nu al jarenlang over die Fon teinlaan geklaagd, de vorige wethouder van Openbare Werken heeft al herhaal delijk toezegging gedaan, en er gebeurt nog maar altijd niets. De wethouder van Financiën opperde nog het bezwaar dat men, door een as phaltweg te maken, te veel snelverkeer in den Hout zou krijgen. Dit kan beter over den Wagenweg worden geleid. Hiervoor kan men voelen, maar waar om moest het ook juist een asphaltweg wezen? De dagelyksche slachtoffers van de Fonteinlaan zouden al heel tevreden zijn, als hun weg naar de stad in een normaal-begaanbaren toestand werd gebracht. Tenslotte werd de heele zaak aan gehouden, omdat de Gewestelijke com missie haar oordeel er nog over geven moest. Het was trouwens al duidelijk dat er geen meerderheid was voor dat 80-milleplan. Bij tijd en wijle zullen B. en W. misschien nog wel eens met een Fonteinlaan-voorstel rn den Raad ko men. Maar het zal wel niet spoedig we zen. Het natuurhistorisch «monument ge zegd Hobbelig-Bobbelig Veld, „tusschen de paaltjes", is derhalve gered. En de modder zal er ons om de ooren blijven vliegen. Tot in lengte van dagen. Een voorstel tot verlenging van den ter mijn voor eenige onbewoonbaar ver klaarde weningen lokte een langdurige discussie uit, maar werd tenslotte toch aangenomen met 21 stemmen voor en 15 tegen. Niet alleen kwam het heele krotwoningen-probleem weer eens on der beschouwing, maar bovendien werd hetgeen overbodig mocht heeten 'het ganscbe hoofdstuk Volkshuisvesting er bij gehaald. Het was net alsof wij al in de bsgrooting zaten, en het gaf geen erg veelbelovenden indruk van de be staande schoone voornemens om de be- grcotingsdiscussies door systematischer voorbereiding te beperken. De heer Van Lïemt. die het debat opende, was als immer kort en zakelijk. Als de andere heeren hem allen hierin evenaarden zouden de raadsvergaderin gen al tot één achtste bekort worden. Hij voelde er niets voor om de menschen nog langer in de bewuste twaalf krot woningen te laten, vond ze schandelijk slecht, betreurde het dat er noodwo ningen waren afgebroken die althans foeter waren dan deze; zou tegen het voorstel van B. en W. stemmen en vroeg maatregelen om de menschen beter onder dak te brengen. Toen- kwam de heer Visser los, in vele Instanties, en was heel boos omdat er nog geen praeadvies was op zijn voor stellen van 1 1/2 jaar geleden, en begon weer als van ouds over zijn voorgestelde minuscule huisjes die een oneerbiedig lid indertijd als „moderne krotwoningen" heeft bestempeld. Hij slaagde er in om zijn ouden tegenstander, den heer Rei nalda, uit diens tent te lokken, en de ex-wethouder nam den handschoen op met blijkbare vreugde. De duels ReinaldaVisser op het krot. woning-chapiter zijn even traditioneel geworden als de steekspelen Slingen- bergJoosten op het gebied der finan ciën. Ook geloof ik dat verscheidene oudere S.DAJP.'ers altyd hun jeugd voe len herleven als de heer Johan Visser tegen hen begint te sputteren. Het oog der Herinnering ziet de vele openbare metings waarin hij hardnekkig en ver woed in debat placht te komen. Tweede Kamer-usances deden zich ook weer gelden, want de heer Reinalda kuierde naar den heer Visser toe en ging vlak voor hem op tafel leunen terwijl hy het woord voerde. Het verloop van de zaak was intus- schen nogal merkwaardig. Als de voor zitter de algemeene beschouwingen over Volkshuisvesting in den beginne dadelijk voorkomen had. zou hij den heer Rei nalda later niet hebben behoeven te verzoeken om zich tot de aanhangige voordracht te bepalen. Wat die twaalf krotwoningen betreft de wethouder van de Volkshuisvesting, mr. Gerritsz, bleek er zelf voor te zijn om het voor stel van B. en W. niet aan re nemen en de menschen een toeslag op de huur te geven. Zijn partijgenoot de heer Joosten steice voor om met dit deel een creciet van f 3000 ter beschikking van B. cn W. te stellen, de heer Visser wou dit uit een bestaanden post bestrijden, cn hel slot was eer. poütiek-nogal-verwarde stem ming over het voorstel van E. en W.. dat zooals gezegd werd aangenomen met 21 15 stemmen. Tegen waren de heeren Visser, Joosten, van de Kamp. Keerwolf. Groenendaal, de Vcs, Koppen. Van Kes- sel, Peper, Oversteegen. Scholl, Bartels. Castricum, Van Liemt en mevrouw Maarschalk Waarna de voorstellen- Joosten en -Visser werden ingetrokken. De onbewoonbaarverklaring is dus weer zes maanden langer uitgesteld. Daarna nog een heel debat over een verzoek van den Bond van Hotel-, Café. en Restaurantpersoneel om maatregelen te nemen die leiden tot de sluiting van de hotels, cafés en restaurants op Oude jaarsavond om halftien. B. en W. had den hierop afwijzend gepraeadviseerd. de heeren eD Braai c.s. hadden voorgesteld om het verzoek in te willigen, en de heer Groenendaal stelde een onmiddel lijke desbetreffende wijziging van de verordening voor. De burgemeester zette uiteen dat de zaak moeilijk te regelen is met het oog op de bepalingen van de winkelslui- ting&ver,ordening en van de bioscoopwet. Bij informatie in Den Haag en Rotter, dam bleek dat men er daar- ook geen oplossing voor had kunnen vinden, maar in Den Haag was een goede rege ling bereikt buit enfoet gemeentebestuur om, door overleg van werknemers en werkgevers. De heer Groenendaal bleef na bespre king van mogelijke bemiddeling dooi den burgeareester aan zijn voorstel tot herziening der verordening vasthouden, en dit werd tenslotte met 22—11 stem men verworpen. Bij de rondvraag deed mr. Gerritsz, naar aanleiding van vragen van. den heer De Breuk, eenige mededeelingen omtrent de onderhandelingen -met de N. Z. H. T. M„ die geen nieuwe gezichts punten konden openen. R. p: HET TOONEEL. CREMER. DE JUBILEUM-VOORSTELLING van C. CROMBOITW In 't Gouden Haantje. In de rubriek „Onze Tooneel-Dilet- tanten" wijdde ik in ons blad van 9 Oc tober 1925 een artikel over C. Crom- bouw, het zoo verdienstelijke lid van Cremer, dat gisteren zijn vijf-en-twintig jarig jubileum als tooneel-dilettant vierde. „Wie Crombouw ziet spelen" schreef ik, „weet onmiddellijk, dat daar iemand van „het echte timmerhout" op de plan ken staat. Men merkt dat. aan alles. Hij is een speler, die atmosfeer om zich heen schept, die het tooneel vult en da delijk door zijn natuurlijk en krachtig speeltalent de aandacht tot zich trekt. Crombouw is op het tooneel volkomen „thuis"; hij voelt er zich als een visoh in het water. Evenals mejuffrouw Bus- quet is hij de dilettant voor het „groote werk" Een speler, die houdt van sterke speelscènes en ln die scènes dan ook in zijn volle kracht is. Iemand, die zich op het tooneel durft laten gaan en daar door vooral in een milieu van dilet tanten zijn publiek weet te fasrinee- ren". En aan het slot: ..Een kracht als Crombouw kan Cre mer slechts heel noode missen. Sterke spelers, die als hij gloed en warmte op het tooneel brengen, moet men onder de dilettanten met een lantaarntje zoe ken. Laten wij daarom hopen, dat Crombouw eens weer zijn oude plaats op 't dilettanten-tooneel zal kunnen in nemen en dat hij al is het dan niet dit jaar nog de hulde in ontvangst moge nemen, die het Cremer-publiek hem bij zijn jubileum had willen bren gen". Zcc schreef ik drie jaar geleden tij dens de ziekte van Crombouw en zie. gisteren is deze wensch in vervulling ge gaan. Het was de avond van Crombouw! Cremer heeft hem gehuldigd zoo har telijk en zoo warm. als hij dit maar wenschen kon. De heer Kruyshoop. de voorzitter van onze Koninklijke Letter lievende Vereeniging, zei het in zijn van groote waardeering getuigende toespraak. Wij hebben gemerkt bij dit jubileum, hoe groot de sympathie by Cremer voor jou is! "De bijdragen stroomden ons toe en instede van één der drie wenschen. welke je vrouw uitsprak, kunnen wij je hedenavond alle drie vervullen!" De heer Kruyshoop ging in het kort de loopbaan van Crombouw als tooneel- dilettant na; hij herinnerde er aan. dat Crombouw na eerst bij Vondel en Jacob van Lennep gespeeld te hebben, bij Cremer kwam en nu reeds vele jaren een der beproefde en sterkste spelers der vereeniging was. Als voorzitter sprak hij den wensch uit, dat Crom bouw nog 2eer lang aan Cremer ver bonden zou blijven en bood hij hem na mens de leden een divan met kleed, een lamp en een haard en bloemen aan. Henk Bakker sprak namens de wer kende leden. Bakker haalde herinne ringen op uit den ty'd. toen zij voor het eerst samen in Fiat Justitia nu 11 jaar geleden speelden, en hy Bakker, zoo veel van Crombouw had geleerd Blijf nog lang een voorbeeld van het dilet tanten-tooneel tot heil V3n Cremer!" zeide Bakker aan het slot van zijn rede. waarby hij hem namens de „confraters en confrateressen" een bloemenmand overhandigde. Toen volgden in de sprekerslijst de hee ren Van Deinum uit Zandvoort en An ton Meier, die Crombouw voornamelijk als prettig, trouw vriend prezen en wer den telegrammen voorgelezen o.a. van mej. Busquet en de zustervereen'i- ging Jacob van Lennep waarna het woord aan Crombouw zelf was. Hij zeide, dat de belangstelling en de hartelijkheid al zijn verwachtingen hadden overtrof fen en hij sprak in het bijzonder een woord van sympathie tot de dochter van den heer Van Gasteren, zijn ouden vriend, opdat zij dienzelfden avond den oud-voorzitter nog zou kannen zeggen, hoe de gedachten van alle Cremerlcden en van hem, Crombouw, in het bijzen der ook thans weer bij Van Gasteren waren geweest. Crombouw dankte ook namens zijn vrouw hartelijk voor alles, wat men op dezen feestavond voor hem had gedaan en sprak zijn beste wenschen uit voor de vereeniging Cre mer, waarin hij nog heel vele jaren hoopte te mogen spelenI Een hartelijk applaus en het doek sloot zich voor het fleurige tooneel,, hetwelk een jubileum in een schouwburg altijd weer biedt. En nu de voorstelling? Wij hebben er eerlijk gezegd wel eens betere van Cremer gezien, maar zy bracht jolijt en vroolijkheiö in de zaal en de ware stem ming om in volle feestvreugde te hul digen. En dat was toch dezen avond de hoofdzaak. Crombouw had het zich bij zijn jubileum niet al te moeilijk ge maakt,, door de oude rol van Hans de Koek, die hij reeds eenige jaren geleden bij Cremer had gespeeld, nog eens op te nemen. Hij speelde hem met de zelfde gemakkelijkheid en opgewektheid als de 1NGEZONDFN MEDEDEELINGEN a 60 cents per regel. xoordt dagelijks door duuenden gerookt om. den fynai geurenhecr- lijk zochten smaak. II rooit toch ookSaam? SteeltUoadiueueapsfysh je! LOUIS D0BBELHAMN-ROTTERDAM eerste maal, vulde als altijd het tooneel en deed door zijn fleurig doen bijna ver geten. dat hij een vyf en twintig jarig jubileum vierde., wat voor een jonge minnaarsrol wel eenigszins een handi cap beteekent. Overigens stond de vertooning als geheel niet op dezelfde hoogte als vijl jaar geleden. Bakker, die Frederik Boll- man een lesje in het kluchtspel spelen gaf, handhaafde zich als Schwanneke volkomen. Deze Schwanneke bleef ook in deze dolle klucht een ..figuur!" Het was weer uitstekend van Bakker, grappig geestig zelfs en altijd door bestudeerd en beheerscht. De heer Boon, die den tweeden pantoffelheld in nood speelde, lijkt mij wel talent voor een klucht te bezitten, want hU had aardige momen ten! Maar over het algemeen speelt hy er te veel op los en wat erger is aldoor op de zaal. De regisseur mag dezen ouderwetsch spelenden dilettant wel geducht remmen. De heer Boon gaf niet één, maar wel tien Bollmans, wat precies negen te veel was. Ook in een klucht moet de figuur worden vast gehouden en niet een stuk zijn. Wie wij gisteren aldoor hebben gemist was Jo Stam! Wat maakte zij van Elli indertijd niet een frisch. aardig en natuurlijk persoontje! Mies Grooten- boer de Elli van gisteren heeft een allerliefst gezichtje en het ..wat 'n snoesje!" van Crombouw, was de mee ning van de heele zaal. Maar dat is voor Elli niet voldoende! Het gemar.iereerde in haar spel hinderde zeer en wij hadden in deze rol dan ook liever Jeanne de Groot gezien, die het frissche en na tuurlijke in haar actie heeft, dat voor Elli verlangd wordt. En dan mej. de Lugt in de rol van Theo, mej. Grooten- boer op de plaats van Annie de Lugt en wij waren er waarschijnlijk geweest. Het spel der vele medewerkenden willen wij dit maal niet te veel onder de loupe bekyken. In het algemeen leek het mij toe. dat de regie en de spelers wel een weinig over het hoofd hebben gezien, dat wij in het milieu van een wethouder moesten zyn. De heer Van Rossum du Chattel vergat dat niet, maar Mittler aardig overigens gespeeld door Hirs en Lempke leken meer op ge- gageerde korporaals van het Indisch leger dan op een burgemeester en een apotheker. En ook de dames der soep commissie hadden te veel vergeten, dat zij toch representanten van den kring der notabelen waren. Een woord van hulde eohter aan mej. Cor Visser, die mevrouw Schwanneke zeer vermakelijk in den kluchtspelstyl typeerde. Er waren dus ook in het soms al te droge tempo nog al vlekjes, maar het publiek heeft geschaterd en gegierd en dat is op zoo'r. avond het, doel van de beweging. Toch hopen wij Cremer spoedig in beter werk te kunnen waar- deeren en ik weet, dat de werkende leden zelfs niets liever wenschen. Tot den volgenden keer dus, dames en heeren, in een stuk waarin werkelijk te spelen en te creëeren valt. J. B. SCHUIL. No. 3802 AAN DE ZEEKUST. Als je iederen dag te Zandvoort kwam dan zou je al de overgangen bywonen en de verschillen zoo niet opmerken, maar wanneer je er zoo eens gaat kijken om de maand of de paar maanden, dan kryg je den indrink of het dezelfde plaats niet meer is. Mijn hemel, was het giste ren niet dat het strand wemelde van menschen en kinderen en het zand le vend geworden scheen te zijn als een mierennest? Was het niet verleden week. toen de zor. zoo warm-overvloedig straalde over de altijd beweeglijke zee? En vandaag hangt er een grijze mist als een natkil gordijn, waarin een heele vloot van kleine visschersscheepjes ligt te dobberen! Zandvoorters zyn het niet. want Zandvoort heeft maar een of twee bommen. Zandvoort is geen visschers- plaats meer. Dat werd liistorie. Zand voort ls nog maar alleen een badplaats, waar het seizoen wordt bepraat ln Maart en April, voorbereid in Mei en Juni en uitgevoerd in Juli en Augustus, met een zwak verlengstuk, een trillend staartje om zoo te zeggen in September. Dan komt October om gelegenheid te geven tot het opmaken van de winst (of van het verlies) en ten slotte komt de natte sluier van mist en regen ln November en December de humeuren bederven want dan beginnen, zegt men. de quaes- ties, de ruzies en de oneenigheden, die hun uitlaat vinden in persooniyke ge schillen en in de debatten over de ge- meentebegroot ing, Ach ja. die begrooting! Ze staat er verre van mooi voor, al hebben Gedepu- teerde Staten goedgevonden dat het te kort een beetje verschoven kan worden, zoo ongeveer als een huishouden dat niet toekomt en nog een poosje op haar cre- diet weet te teren. Vandaag ls het. of de heele plaats daarover in den rouw is. Of staan ze niet somber, die zwarte luiken voor de plaatsen des vermaaks. de scheeve papieren, die voor vele ra men de droefenis van het interieur moe ten verbergen. ZUn dit dezelfde gevels, die ons toelachten in den uitbundigen zonneschyn vanwas het niet eer gisteren? En waar zyn de menschen ge bleven die het prachtige strand bevolk ten? Weggevaagd door regenbuien woeste stormen het schynt nu een leeg tooneel vóór een verlaten schouw burgzaal, waar op het onverwachtst een yseiyk drama werd opgevoerd. Is dit klamme zeetje wel dezelfde schrikke lijke watermassa, die nog maar een paar weken geleden zich stortte op on gelukkige schepen en die verjoeg van de veilige oppervlakte naar den onpeil- baren bodem, ten aanschouwe van drommen menschen op de duinen, rillend zich gelukkig prezen dat zy den vasten wal onder de voeten hadden en tegelyk hunne medemenschcn op nauweiyks een boogschot afstand moes ten zien ondergaan, omdat de goede wil en de kracht van don menscli in zulke momenten niet tegen de woede van de wateren opgewassen is. Achter de ruiten van leege hotels en verlaten pensions waart 'een enkele schim met een stofdoek rond. Op den boulevard één wandelaar met een kof fertje waar gaat hy heen, waar komt hy van daan? Het is, alsof de zo mer hem hier by vergissing achterliet en hij den weg naar huis niet meer terug vinden kan. Op het strand hobbelt een eenzame schelpenkar. En ik laat Zand voort met zyn winterdroefenis en zyn financieele zwarigheden achter en ga op weg naar de zusterbadpiaats Noord wyk en verwonder mij er over, waarom langs ons Noordzeestrand nog niet, zoo als in België, een boulevaid is aange legd, die Zandvoort, Noordwyk en Sche- veningen verbindt. Nu draait de auto noodgedwongen den straatweg naar Curieuse details over hun aanhouding. DOORTASTENDHEID. Onze Parijsche correspondent sohryft: Een actueel nieuwtje waarvan we nog voor de Parysche bladen er van kunnen reppen, melding kunnen maken: een half uur geleden heeft de Prociu-eur van de Republiek uit Amsterdam het ver zoek gekregen om uitlevering van de twee Roemenen Lupescu en Fromiescu, die zoo talrijke banken in Nederland, Duitschland, Engeland, Zwitserland etc. voor duizenden hebben bestolen, door het vervaardigen van valsche wissels. Zooals men zioh zal herinneren, werden deze beide heeren. van wie Lu pescu zich Dupont de la Tour noemde, enkele weken geleden gearresteerd in een klein hotelletje op de rive gauohe. Uitvoerig is toen in alle Nederlandsche bladen vermeld hoe die heeren ope reerden, hoe ze er b.v. in slaagden om op één dag een chèque van 3000 dollars met 29.000 dollars betaald te krygen aan de kas van een bank in Amsterdam, een in Den Haag en één in Utrecht. Maar we zyn er in geslaagd om byzonderhe- den te vernemen welke niet algemeen bekend zyn. Zoo b.v. dat de Fransche politie byna gedwongen werd om de eindelijk gevan gen misdadigers weer op vrije voeten te stellen en dat men zelfs de wet heeft, overtreden met hen langer vast te hou den. Pikante by zonderheid. Want, de heeren Lupescu en Fromiescu hebben niet in Frankrijk geopereerd en maar steeds bleef van het buitenland het ver zoek tot uitlevering uit. Ondanks de talryike telegrammen cn telephoontjes van het Nederlandsche gezantschap om er nu toch wat haast by te maken. Ge lukkig heeft de Fransche Justitie, zeker, na de bekentenissen, twee van de ge- vaarlykste oplichters van dezen tyd vast te hebben de verantwoording maar op zich genomen om de heeren langer nog vast te houden tot eindelijk nu het verzoek tot uitlevering afkwam. Zonder dat zouden de heeren boeven weer vry uitgaan, zou al de moeite en doortas tendheid van de Fransche recherche weer voor niets zijn geweest. Passons. En dat die arrestatie werkelijk niet zoo gemakkelyk was, ook al bezat men be- het signalement van de heeren wijst het volgende: Zooals men weet bestaat er een detectivebureau .American Express", dat in ongeveer alle steden vertegen woordigers heeft. Een maand gele den nu kwam een van de Parysche ver tegenwoordigers van dat bureau langs café de la Paix en hy zag daar op het terras een man, die als een tweeling broeder op Lupescu leek. De detective, vast er van overtuigd, hield den man in de gaten en volgde hem per taxi toen hy in een particulieren auto weg reed. De meneer stapte uit. liet zyn wa gen buitenstaan en "de detective haastte zich om het nummer en den naam van den eigenaar- (op het gegraveerde plaatje, dat tevens het adres vermeldt) op te nemen, Het bleek een meneer Manucian te zyn. De detective spoedde zich naar de Prefecture en vroeg om liet tweede exemplaar met photo van het rijbewys van een meneer Manucian. De photo kwam en ook by de politie kon men niet ontkennen dat deze beeltenis heel veel overeenkwam met die welke men van Lupescu had-In allerhaast begaf men zich toen naar de woning van dien meneer en men nam hem daar een ver hoor af. Meneer Manucian moest vertel len dat hij in Constantinopel was gebo ren. Dat klopte precies met de gegevens welke men over Lupescu bezat, want ook hy" aanschouwde het levenslicht in Constantinopel. Meneer Manucian ver klaarde vervolgens familie te hebben in Marseille. Ook Lupescu heeft dat. Maar het meest typisch was nog dat men op Manucian een opschrijfboekje met kalender vond en dat al de data waarop het stel Lupescu-Frcmiescu een slag had geslagen (uitgezonderd de laatste dief stallen in Nederland) met rood waren aangeteeker.d. De zaak zag er dus hoogst verdacht uit. Manucian, ondanks zijn protesten werd meegenomen en men te legrafeerde naar Nederland. Dienzelfden dag neg kwam uit Amsterdam het ant woord cat men drie getuigen, die de oplichters hadden gezien en met hen gesproken, n3ar Parijs zou zenden, opdat de gearresteerde met hen konden worden geconfronteerd. De ontmoeting had plaats in het politiebureau aan de Gare du Nord. De eerste getuige, een kassier, riep dadelyk uit: 't is 'm! De tweede, een Amsterdamsche hotelportier waar het stel was afgestapt, verklaarde: ik zie zooveel menschen en heb dus wel geleerd gezichten te onthouden, ik ver klaar dat hy het is. Maar de derde, de kassier van de bestolen bank in Utrecht zeide: nee, hy is het niet. En zoo moest men, na hem vier dagen gevangen te hebben gehouden weer in vrijheid stel len. Gelukkig maar.... want achteraf bleek dat de heer Manucian geheel on schuldig was en nimmer zelfs van de affaire-Dupont. de la Tour had gehoord. Een week later, door een toeval, was de agent van de American Express ge lukkiger. Ditmaal volgde hy iemand die eveneens héél veel op Lupescu leek. Er. toen hij zyn bevindingen ging meöe- aeelen op de Prefecture, kon men hem daar meaedeelen dat men dezen vreem deling die in een klein hotelletje op de rive gauche was afgestapt al eenige dagen lang in het oog had en volgde. De tusschenkomst van den detective be spoedigde echter de feiten én een uur later arresteerde men Lupescu in zyn hotelkamer. Op hem vond men een flinke som geld. Een van de inspec teurs kwam toen op een gelukkigen in val. Men had nu wel Lupescu, maar de politie hier wist wel dat hy eigen lijk niet de hoofddader was, doch dat zyn komuit Fromiescu. nog veel meer te duchten is. Natuurlijk verklaarde Lupescu niet te weten waar zyn vriend uithing. Maar toen vroeg ce inspec teur aan een van de kamermeisjes of Lupesco wel eens bezoek kreeg. Bezoek? Jawel, zyn vriend met wien hy altyd samen is, heeft op de zelfde ver dieping, twee kamers verder, zyn in trek genomen. Lupescu werd haastig weggebracht en twee andere inspecteurs verscholen zich in de kamer van Fro miescu. die natuurlijk dadelijk in zyn kraag werd gepakt. Men had liet stel Maar daar verklaarde Lupescu dat het bedrag dat men op hem had gevonden toebehoorde aan iemand in Parys. iemand die van een zekere protectie ge niet en dat die aan hem, Lupescu. dat geld had gegeven om er mede te specu- leeren. Onder die omstandigheden achtten de Fransche autoriteiten het rechtvaardig om dat geld aan den ge noemde terug te zenden, temeer caa: deze het bevestigde. Maar dit heeft na tuurlijk aanleiding gegeven tot een zeer krachtig protest van den energieken Nedertandschen Yice-consul in Parijs, den heer G. P. Luden, die wil trachten om zooveel mogelijk te redden voor de zoo zwaar benadeelde Nederlandsche bahken. Het is dan ook in tegenwoordigheid van de vertegenwoordigers van het Ne derlandsche Gezantschap en Consulaat, aan wie het te danken is dat de Fran sche autoriteiten ten slotte wel hebben willen wachten om de heeren weer op vrye voeten te stellen tot een verzoek tot uitlevering kwam, dat men den bei den Roemenen een eerste verhoor heeft afgenomen. 21e bekennen alles en Lupesco vertelt zelfs kleine byzonderheden, zoo ais deze: op de bank in Utrecht waar hy een vervalschte chèque aanbood speelde hy zelfs tegen den kassier op dat hij maar zoo'n lagen wisselkoers gaf. Toch blijven er nog vele duistere pun ten in zyn verklaringen. Want men weet dat de ber.de uit vier personen bestond. Twee ervan loopen nog rond en zoowel Lupescu als Fromiescu weige ren om zich over hun medevervalschers uit te laten. Het zyn een zekere Fanlco. van wien men slechts een zeer vaag signalement heeft, en Hans Neumann. Lupescu die in Boekarest zyn ingenieurs titel behaalde, heeft met den vervai- soher Fanlco. advocaat kennis gemaakt in het Wiemercafé op den Kurfürsten- damm in Beriyn. Hij is toen mc-t hem naar Ger.ève gereisd, maar hy heeft aan den ondervrager hier gezegd, dat hy verder niets van zijn reiscompagnon af wist. Hetgeen al héél onwaarschijnlijk is. Met Neumann, eveneens yverig ge zocht door de politie van nagenoeg alle landen, maakte Fromiescu kennis in 1924, in Monte Carlo. De heeren frequenteerden dus chique milieus. En werkelijk, wanneer men hen ziet, keurig gekleed, met goede manieren, ontwikkeld, wei-bespraakt, dan zou men niet denken te doen te hebben met de gevaarlijkste oplichters, die voor mil- lioenen hebben gestolen. Van de Con- ciergerie zyn de heeren nu naar La Santé overgebracht in afwachting dat ze op transport worden gesteld naar Ne derland. 'A3ar ze zich zullen hebben te verantwoorden tegenover de Nederland sche rechters. De formaliteiten daarvoor als de officieelc aanvrage er eenmaal is, duren gewoonlijk zes weken. Parüs, 18 December. HENRY A. TH. LESTURGEON. Haarlem op. slaat even voorby het Naaldenveld de zuideiyke richting in en rolt langs verlaten winterwegen door de duinen op Noordwyk af. Hoe is de geest verschillend, by de badplaatsen als by dc menschen. Zand voort ls trotsch op de duizenden die uit Amsterdam en Haarlem en van overal voor een enkelen dag verf rissching komen zoeken aan zee: Noordwyk daartegen over gaat juist groot op haar badgasten, die niet.moet ik zeggen gehinderd of gestoord of vermengd worden met wat met zekere minachting ..dagjes- menschen" genoemd worden. Waarvoor die geringschatting dient kon hy, die alle menschen vredig en rustig in de zelfde tram ziet zitten, niet begrypcu. Zandvoorts standpunt is zeker ruimer en moderner, dan dat van Noordwyk. Maar nu. in den winter, zyn ze ge- ïyk en geiykvormig. Over verlaten villa's stryk* in Noordwyk de mistige atmosfeer. Gesloten ook liier de plaat sen der uitspanning van den zomer, waarby de weidsche namen een zonder linge tegenstelling leveren met hun grauwe omgeving Palace kan dit in den winter nog een paleis heeten? Ter- wyl het leeg is van de deftige dames en de heeren in avondkleeding, die ztch ln van zomerdagen van straks hebben kun nen verbeelden, dat het een werkeiyk paleis was waarin zy mee mochten wo nen. terwyi zij toch wisten dat elk ver zoek, elk gebaar straks door een dood- nuchteren boekhouder op hunne reke ning zou worden aangeteekend. Hier spelen nog een paar kinderen op het strand. Een groepje opgescho ten jongens komt luid pratend Tien hoek van den boulevard om en blUft d3ar staan, alsof ey verder niet wis ten wat nu te doen. Wat zouden ze dan ook anders, dan met de geringe belang stelling der gewoonte turen naar den schelpenvissoher. die voorzichtig zijn paard steunt terwyi het- van de hoog te van den boulevard afdaalt naar de laagte van het strand. Hier en daar komt een inwoner op den drempel van zyn huls cn kykt ver wonderd naar den voorby nolle nd en auto, verwonderd wat die hier midden in de week komt doen. Midden op den straatweg spelen kinderen, evenmin gevaarlUke voertuigen verwachtende, en roekeloos als spreeuwen ronddarte lend. wanneer de chauffeur met een scherpen stoot van den claxon waar schuwt voor zyn komst. Wy slaan de richting in van den Haag. verlaten zyn de wegen, die straks wemelden van verkeer. Vreemd' klinken de waarschuwingsslgnalen in de stille winterlucht. In de vaart snydb een schuit krakend door hot jonge ijs. Een jonge kerel trekt die door het win terlandschap voort-, een oude man staat in de schuit en heeft kleumend zyn handen diep in de zakken gestoken. Maar wij zyn al voorbij cn snellen door Wassenaar heen op den Haag aan. Plotseling wordt er door een groep mannen gewuifd met een rooden doek. Teeken van gevaar. Men haalt er boo- men om. Er staat er een op vallen. Voor zichtig daalt een man met een glin sterende bijl o>p zy naar beneden liy gaf den boom den genadeslag. Van weerskanten zamelen de auto's zich op; gestuit in hun vaart turen de chauffeurs naar hon. die voorzichtig trekken aan het touw, dat den reus te gronde dwingen moet. Hy buigt, hij kraakt, dan smakt hy neer. In een oogwenk is hy ter zijde geschoven en de wachtende wagens schuiven voort,. Scheveningen. Is dit de badplaats al of is het den Haag nog? Er is baast geen afscheiding meer tusschen stad en dorp, op den ouden SchevenIngschcm weg. waar een paar officieren 'cn en kele burger ruiters hun morgenrit ma ken. Hier te Scheveningen is de stads- ?.3rd nog het meest bewaard gebleven. Evengoed kan van de badplaats den Haag gesproken worden. In de straat tientallen kinderen die van school ko men, mannen die naar hun miöda«- maal stappen en volle trams met lie den die ter koffie gaan. Maar om den hoek. ginds op den zeeboulevard, daar liggen weer de stille zee in den win- termist en de leege hotels op de duinen en het verlaten strand. Nog gaan en kele wandelaars op den boulevard, ma-ar langs bet water waagt zich nie mand meer. dan een groep schelpenvis- schers; zie, in den mist staat één ervan midden in zyn wagen als een Romein op zijn zegekar, ofschoon zyn paard teu gel noch breidel noodlg heeft en uit eigen beweging voorwaarts galoppeert naar een bestemming, die het dier uit lange ervaring zelf wel kent. Maar toch is dit dc meest steedsche van onze Nederlandsche badplaatsen. Naast de uitgestorven hotels verwachten enkele restaurants, lunchrooms en win kels nog schaarsche gasten. Een enkele politieman beeft niets om op toe te zien en ik keer den somberen zeekant den rug toe om weer te kceren in do Haagsche drukte van trams, auto's, vrachtwagens en met kerstboomen be laden feestelingen. Kouwelyk duiken dc voorbygangers in hun kraag. Een lichte zucht strykt door de stille boomen alsof de winter zyn eigen komst betreurt. Oruier zün guren adem beven dc kleine plassen op straat samen tot ijs. J. O. P. GROENTEMARKT TE HAARLEM. Op dc op 18 Dcc. alhier gehouden greentenmarkt waren aangevoerd en verkocht: Appelen 2465 ct. per KG. Peren f 0.32— f 1 10 per KG. Bloemkool 726 ct. per stuk- Roodc kool 514 ct. per stuk Gele kool 512 ct. per stuk. Groene kool 28 ct. per stuk. Bocrekool 15—50 ct. per kist. Andijvie f 3.5O—f 5 per 100 struik. Spruiten f 2—f 2.75 per zak. Brussclsch lof 26—30 ct. per KG. Scldcry 3—8 ct. per bos. Pieterselie 612 et. per bos. Uien f 2—f 2.75 per 25 KG Prei 412 ct. per bos.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 9