HAARLEM'S DAGBLAD
VP I ID AG 11 JANUARI 192?
VERGADERING VAN DEN HAARLEMSCHEN
GEMEENTERAAD.
Behandeling Begrooting. Steeds de wethouders-
(verkiezing. Het vloekverbod. Hoe de soc.-dem.
wethouder Roodenburg tegemoet treden. Over de
personeelsformatie. Wethouder Slingenberg over de
financiële politiek. Voor een object, dat duurzaam
is, mag geleend worden. Verdere wijziging der tarie
ven kan niet worden in overweging genomen. Een
gunstig perspectief voor de gemeente. Avond van
{replieken.
'Aan de orde is de verdere behandeling der
GEMEENTEBEGROOTING
VOOR 1929.
.Voortgegaan wordt met de
Algcmeene beschouwingen.
De heer Reinalda gaat voort met te be-
loogen. dat de S. D. A. P. tegenover den
heer Roodenburg een afwachtende houding
wenscht aan ic nemen en na te gaan of de
ze- de voetstappen van zijn voorganger zal
drukken. Gezien zijn verleden treedt de S.
D. A. P. hem met vol vertrouwen tegemoet.
Daarna tredende in het financleele beleid
zegt spr., dat te veel geboekt wordt op de
kapitaalsuitgavendat komt omdat men bij
ieder ding bang is voor een belastingvcrhoo-
ging. De interlngs-politlek van Haarlem rs
een gevolg er van, dat men niet de belasting
■wil gaan verhoogen uit vrees voor den trek
naar bulten. Te Haarlem dient men voor
zichtig te zijn met te veel te gaan brengen
op de kapitaalsuitgaven. Maar, indien men
niet te veel op die uitgaven gaat brengen,
dan is niet t,e ontkomen aan een belasting-
verhooging. Ncodig is verder te gaan reser
veeren voor de groote uitgaven in de toe
komst, die dan noodig zijn. Onder meer
denkt spr. daarbij aan den bruggenbouw.
De aandacht vestigt spr. op de personeels
formatie. Laat men daar niet allerlei kleme
zaken bij gaan halen. Want op die manier
houdt men dc formatie tegen. Noodig is die
formatie, want aan de oude promotiejacht
dient een einde te komen. Tenslotte maakt
spr. nog enkele opmerkingen over het voor
stel Joosten ter zake van de electriciteits-
tarievcn.
Dc heer Van Kessel gaat de quaestie
van de belastingen behandelen. Er is niet ge
komen een verlaging van de belasting na de
annexatie. De winst uit de bedrijven is ab
normaal hoog geweest en van een verlaging
van cic tarieven is niets kunnen komen. De
annexatie bracht aan de inwoners van Haar
lem geen voordeel, alleen gaf ze meer be
moeienis aan het gemeentebestuur. Indien
het nu aanhangige wetsontwerp ter zake van
de financleele verhouding tusschcn het Rijk
en de gemeenten mocht aangenomen wor
den, dan zal, naar spr. meent, Haarlem daar
geen zijde bij spinnen. Er volgt daarna een
aandrang om met de asi'alteering voort te
gaan. Ook deze spr. maakt eindelijk de op
merking dat men niet aan een belastingver-
hooging zal kunnen ontkomen.
De heer Wolzak gevoelt zich genoopt
een opmerking te maken, naar aanleiding
van de laatste wethoudersverkiezlng. Indien
riü eens niet een man van reehtsch maar een
lid van den Vrijheidsbond was gekozen tot
wethouder, was dan daarmede alleen het
gemeentebelang gediend? Immers mede van
den kant van den Vrijheidsbond werd een
zetel in het college van B. en W. verlangd om
de partij. Spr. kan zich vereenigen met het
advies van B. en W. inzake het vloekverbod.
Dat is niet een zaak van een gemeentelijke
verordening. Kon het worden opgenomen in
het Wetboek van strafrecht dan was dat wat
anders. Daar hoort 't in. Het gaat er niet om
het misbruik maken van des Heeren Heili
gen Naam slechts met een geringe straf te
straffen.
De heer Oversteegen gaat ditmaal,
maar dan onder protest, nu de heer Reinalda
hem ln den steek het, staande spreken. Spr.
betoogt dat hij geen heil verwacht van het
parlementarisme maar alleen van de revo
lutie.
De heer Visser betoogt, dat het niet al
leen voor de hoogere maar ook voor de la-
gerere inkomens slecht is indien er mocht
komen een belastingverhooging. Dit naar
aanleiding van het betoog van den heer
Joosten. Het gaat niet slechts met enkele
centen doch met enkele guldens bij een be
lastingverhooging voegt spr. daaraan toe.
Het gaat niet aan, dat de arbeiders nog meer
belasting moeten gaan betalen. Nog zegt spr.
dat hij weinig gevoelt voor een verhooging
van jaarwedden van de Hoofdambtenaren.
Wat aangaat het beleid aan Openbare Wer
ken merkt spr. op, dat het vaak voorkomt,
dat terreinen te duur gekocht worden. Bijna
steeds is het vooruit bekend, dat de gemeen
te lots wil gaan koopen en dan is de ge
meente duur uit. Wat aangaat het vloekver
bod is spr. het eens met den heer Wolzak.
Echter men zou in gemeentegebouwen kun
nen ophangen kaarten met een verzoek niet
te vloeken.
De heer Klein drukt den wensch uit, dat
nu toch eens spoedig de personeelsformatie
er moge komen. Er gaan nu ondragelijke
toestanden komen. Zoo wordt nu reeds aan
den Incassodienst gespionneerd. En vele
ambtenaren wachten reeds lang op een vas
te aanstelling. Wat aangaat de ambtenaren,
dient er te komen een codificatie van de
bestaande verordeningen en daarnaast een
scheidsgerecht. Voordat het jaar is geëindigd
dient er tc komen het ambtenarenreglement.
Antwoord van B. en W..
De heer Slingenberg wenscht, alvo
rens te komen tot de opmerkingen, gemaakt
ter zake van de Begrooting, eerst als Raads
lid een enkel woord omtrent de laatste wet
houdersverkiezing te zeggen. De vrijz. dem.
meenden dat het gewonscht is, gezien de po
litieke constellatie mede te werken aan de
tot standkoming van een college van B. en
W. bestaande uit twee man van rechtsch en
twee man van linksch. Dat standpunt is door
hen in 1927 na de Raadsverkiezing ingeno
men en dat standpunt wenschten ze nu te
handhaven. Do Vrijheidsbond nam een an
der standpunt in. De vertegenwoordiger van i
den Vrijheidsbond zeicle op cle vergadering
van de vertegenwoordigers van de RaadS'
fracties, dat haar de mcenlng van den Vrij
heidsbond in de vacature Bruch een Vrij-
hcidsbonder diende te worden gekozen. Maar
toen bleek dat dit geen instemming vond
zeide die vertegenwoordiger: goed dan 5
wethouders en dan ook een R.K. er bij. Noch
de soc. dem.. die nu niet alleen de linksche.
gelijk vroeger, maar allo- fracties van den
Raad ter conferentie noodigden, noch de
Vrijheidsbond handhaafden hun standpunt
van 1927. Wat de vrijz. dem. in 1931 zullen
doen is nu nog niet te zeggen. Het kan zijn
dat ze dan medegaan met het standpunt
van den lieer Reinalda dat de twee grootste
partijen in den Raad tot de regeer taak zijn
geroepen maar dat is zooals gezegd nu nog
niet te verklaren.
Thans de gemeentebegrootlng. Er kwam
van onderschelden kant de klacht dat ze nu
te laat worden behandeld en is ingediend. B.
en W. zullen zich beijveren dat de begroo
ting er het volgende Jaar eerder komt, zoo
dat ze dan voor het einde van het jaar kan
behandeld worden. Of dat echter in de
maand November kan geschieden, is de
vraag. Ditmaal ging het niet de Begrooting
zoo tijdig klaar te hebben. Naar aanleiding
van de opmerkingen van den heer Joosten
zegt spr., dat hij in de 3e afdeeling niet als
wethouder van financiën, maar als raadslid
zit. Verder in de afdcellngen wordt niet zoo
zeer de begrooting als technisch stuk behan
deld maar wordt meer het algemeen beleid
van het college van B. en W. besproken en
dan doet het niet ter zake of de wethouder
al dan niet in de afdeeling aanwezig is. De
opmerking omtrent den kapitaaldienst had
cle heer Joosten behooren te maken in de fi
nancleele commissie. Als er een Begrooting
is voor den dienst van het bedrijf Openbare
Werken, die er spoedig komt, dan komt alles
aangaande den kapitaaldienst en de uitga
ven voor openbare werken in orde.
Daarna treedt spr. in de critielc op het al-
gemeene financleele beleid van B. en W. De
heer Joosten was nu tevreden over den op
zet van cle Begrooting. Welnu als de heer
Joosten tevreden ls, dan springen B. en W.
in de lucht zegt spr. Er werden door den heer
Joosten vergelijkingen gemaakt tusschen het
jaar 1924 en nu, voegt spr. daaraan toe. In
1929 nog slechter dan in 1924 was de slotsom
van den heer Joosten, wat aangaat de reser
veering. Echter, men dient indien men wil
gaan vergelijken, jaren te gaan vergelijken,
die met elkander zijn te vergelijken. Spr. wil
ook een vergelijking gaan maken tusschen
beide jaren, nu de heer Joosten dat deed.
In 1924 begon het jaar met een batig saldo
van den vcrigen dienst van 389.000.
Er werden toen geheven 40 opcenten op
de hoofdsom der personeele belasting, thans
worden er geheven 5 opcenten, toen was het
belastingpercentage de eerste vier maanden
nul en de volgende acht maanden 3; thans
is het l'/2. Dat alles te zamen maakt, dat
thans op de begrooting van 1929 een mil-
lioen wordt gemist. Had men dezelfde situa
tie als in 1924, dan had men nu een mil-
lioen meer. Er wordt nu minder belasting ge
heven, dat is een goede kant van het beleid
van B. en W. Het is gemakkelijk te gaan re
serveeren en dan maar belasting te laten
betalen. Maar gewenschter is dat men de
burgerij niet meer belasting laat betalen dan
strikt noodzakelijk is. Opmerkingen zijn ge
daan omtrent hetgeen wordt geboekt op bui-
tegenwoon. Naar aanleiding -daarvan haalt
spr. aan hetgeen Mr. Doorninck schreef
in de Statistische Berichten. Men kan alles
zetten op gewoon maar dan wordt het bud
get te zwaar belast, dan kan een gemeente
slechts weinig doen gaan, dan kan de ge
meente weinig doen voor haar sociale taak,
Dat wilde juist iemand als de heer Door
ninck die zcide, als nu de heer Joosten deed.
belast den kapitaaldienst niet te zwaar.
Iemand als Dr. Wibaut kwam op tegen het
betoog van Mr. Doorninck. Als men op de
Begrooting alles gaat boeken op gewoon,
dan kan een gemeente niet haar sociale
taak gaan uitvoeren, tenzij men de belas-
tingschroef aanmerkelijk moet gaan aan
draaien.
Spr. denkt er zoo over: voor een object dat
duurzaam is voor de burgerij mag geleend
worden en dan over een tijd als de econo
mische duur van het object is. Als bijv. gere
kend wordt, dat een school 40 jaar duren
zal, dan mag voor een school die te bou
wen is over 40 jaar geleend worden. Als men
voor alles, ook voor bruggen, moest boeken
op den gewonen dienst, dan zou dat geven
een ondi-agelijken last op den gewonen
dienst. Zeker, men kan meer belasting gaar.
heffen. Maar als dat niet noodig is moet het
niet geschieden. Tot de soc. dem. zegt spr.:
geef aan hoe ik met een heffing van V/3 per
cent een betere financiering kan bewerken.
De belasting is te Haarlem gunstig voor de
lagere inkomens, gaat spr. voort, maar druk
kend voor de hoogere inkomens, als men
gaat vergelijken de heffing in plaatsen als.
Groningen, Utrecht, Amsterdam en Arnhem.
De heer Joosten gebruikte een boekje van
het Statistisch Bureau. Maar spr. wenscht
dat niet te gebruiken. Dat Bureau geeft al
léén gegevens van belasting die gezinnen
zonder kinderen moeten betalen. Maar ge-
wenscht is gegevens omtrent gezinnen met
vier kinderen, dus normale gezinnen, of van
gezinnen met meer kinderen. Spr. heeft ge
maakt een eigen statistiek.
En wat ziet men dan? Te Den Haag is de
belasting het laagst over de geheele linie,
doch bij een gezin van 6 kinderen, dat is de
ecnigste uitzondering, wordt te Haarlem
minder belasting dan te Den Haag betaald.
Tc Haarlem betaalt men bij een gezin met
vier kinderen en bij oen inkomen van 2500
aan belasting het bedrag van 23 en te Am
sterdam het bedrag van 26.39. Bij een in
komen van 2000 betaalt men onderschei
denlijk te Haarlem 22.50 en te Amsterdam
36, bij een gezin van 6 kinderen onder
scheidenlijk 24 en 7.50. Tc Haarlem is de
belastingheffing dus gunstiger dan in andere
gemeenten voor gezinnen met kinderen. Wat
echter aangaat do hoogere inkomens die van
60.000, 70.000, 80.000 en hooger moet
men te Haarlem meer belasting betalen dan
ln iedere andere gemeente, waarmede Haar
lem kan vergeleken worden. Bij de belasting-
quaestie dient men echter niet alleen te
zien naar de groote gemeenten, maar ook
naar gemeenten als Heemstede en Bloemen-
daal. Gezorgd moet worden dat niet meer
nog dan tot nu de zuigkracht van omlig
gende gemeenten voor Haarlem noodlottige
gevolgen heeft. Spr. deelt mede dat de zaak
van den huurkoop gereed ls en dat spoedig
het voorstel inzake het nachttarief komen
zal.
Thans de quaestie der tarieven, die der re-
serven en der winsten uit de bedrijven.
Reeds ten vorlgen jare heeft spr. betoogd dat
de winsten die te Haarlem uit de bedrijven
gehaald worden, niet hooger zijn dan in an
dere gemeenten en dat de reserven gunsti
ger zijn dan in eenige andere gemeente. Wat
aangaat dc tarieven die kunnen den toets
der vergelijking met andere gemeenten ten
volle doorstaan. Daar het zoo met de tarie
ven ls gesteld, is het geoorloofd uit de bedrij
ven te incasseeren die winsten die er nu uit
gehaald worden. B. en W. kunnen niet
aan denken ten aanzien der tarieven eeni
ge verdere wijziging in overweging te ne
men. De heer Castricum die een voorstel in
diende ter zake van de tarieven stelt zich
daarmede tegen de tarieven en de finan
cleele politiek van het college van B. en W,
Als de heer Castricum dat deed namens de
R. K. Raadsfractie.
De heer Van Liemt: neen, niet namens
de geheele fractie.
De heer Slingenber g gaat voort met
te memoreeren dat in 1927 het geheele col
lege van B. en W. is herkozen met de mede
werking mede van ae RK. onder voorwaar
de dat het financleele beleid, de belasting en
de bedrijvenpolitiek zouden bestendigd blij
ven. Maar als de heer Castricum nu anders
gaat optreden, wat is dan in de toekomst de
beteekenis van een dergelijke samenwer
king?
Spr. deelt mede dat indien het de bedoe
ling van het voorstel Castricum ter zake van
de tarieven is dat een ieder vast recht gaat
nemen, het dan aan de gemeente tonnen zal
gaan kosten. Het tarief voor electrlclteit is
te Haarlem niet te hoog, becijfert spr. Bij
zekere afneming is electrische stroom te ver
krijgen tegen 12 of zelfs tegen 9y2 cent. Het
tarief van het gas is ook niet aan den hoo-
gen kant. Als de voorstellen van B. en W.
worden aangenomen dan zal het gas ver
krijgbaar zijn bij een zekere afneming tegen
een prijs van 9 cents per M3. Als men in
aanmerking neemt dat het voor den oorlog
was 7 cents per M3. dan is het dus niet hoog.
Spr. maakt aan het einde van zijn betoog
nog enkele opmerkingen omtrent de begroo
ting in haar geheel. De Begrooting voor 1929
is er een die staat op eigen beenen. In 1930
zullen we geheel van crisisleeningen vrij
zijn. Wat aangaat de schuldenlast der ge
meente die bedroeg op 1 Januari 1924 per
hoofd en per inwoner 430, thans is deze
320 per hool'd en per inwoner. Het kohier-
van de opcenten op de Rijksinkomstenbelas
ting wijst op 1 Januari aan een bedrag van
1.912.000, het kohier van de gemeentelijke
inkomstenbelasting een van 742.000. De
kohieren staan er niet slecht voor. De in
specteur verzekerde aan spreker, dat de op
brengst der kohieren thans hooger zal zijn
dan die van het vorige. Namens B. en W.
kan spr. den Raad gerust aanraden de be
grooting te aanvaarden. De toekomst van de
gemeente Haarlem is niet somber, eindigt
spr. en zelfs vrij gunstig, indien het aan
hangige wetsontwerp ter zake van de fi
nancleele verhouding tusschen het Rijk en
de gemeenten mocht worden aangenomen.
Voor de aan de gemeenten, waarvan gebie
den zijn geannexeerd uit te keer en schade
vergoeding zijn de grootst mogelijke bedra
gen gereserveerd. De conclusie is dat de
grenswijziging voor de gemeente Haarlem
nuttige gevolgen hebben zal.
De heer Gerritsz betoogt, dat de vrijz.
dem. Raadsfractie de volle verantwoordelijk
heid draagt voor de samenstelling van het
college van B. en W. Wat aangaat de perso
neelsformatie dit is een zaak, die reeds eeni
ge jaren aanhangig is. Het Georganiseerd
Overleg heeft besloten verschillende takken
van dienst te gaan onderzoeken en daarvoor
een personeelsformatie voor te stellen. In
1928 werden pas een paar commissiën daar
voor ingesteld; eenige weken nadat spreker
wethouder was geworden kwam de eerste
van die commissiën bijeen. De organisaties
wilden niet voor iederen tak van dienst
eerst de formatie regelen, maar alles tegelijk
gaan behandelen. Inmiddels moesten, vol
gens het besluit van 't Georganiseerd Over
leg, commissiën worden ingesteld en wel 20.
Naar een gemaakte berekening zou men met
Mei 1929 klaar kunnen zijn. Echter spr. ls
van meening dat, Indien de commissiën gaan
werken op die manier als ze het nu doen, dat
ze dan wel tot Mei 1930 zouden jmoeten bezig
zijn. B. en W. oordeelen daarom dat het
goed is, dat een paar commissiën, die nu,
aan den gang zijn, hun werk afdoen, en dat
daarna B. en W. rekening met dien arbeid
houdende, een geheele personeelsformatie
gaan maken en die gaan brengen in het
Georganiseerd Overleg.
Dan kan de geheele zaak nog voor den zo
mer in kruiken en kannen zijn. Na de groote
vacantie kan pas de zaak van het ambtena
ren-regiement in behandeling genomen wor
den, maar of dat klaar kan zijn voor 1 Ja
nuari 1930 is de vraag. Men kan niet vergen,
dat dit reglement vóór dien datum klaar
moet zijn. B. en W. zullen hun best doen.
Daar het kwart over vijven is geworden
verzoekt de Voorzitter den heer Gerritsz
zijn rede af' te breken om haar des avonds
voort te zetten. De zitting wordt geschorst
tot des avonds acht uur.
In de
AVONDZITTING.
deelt de heer Gerritsz mede van het
woord af te zien.
De heer Roodenburg zegt dat er moet
bezuinigd worden, maar dat daaronder het
onderwijs niet mag leiden. Er zal gejaagd
worden naar een eerlijke nakoming van de
financleele gelijkstelling op onderwijsgebied.
Spr. zet uiteen dat Haarlem heeft een voor
treffelijke schoolgeldregeling met een groote
progressie, spoedig na de begrooting zal ae
raad worden in de gelegenheid gesteld om
te nemen een beslissing aangaande een bui
tenschool op een terrein te Bloemendaal, in
samenwerking met de Haarlemsche vereeni-
ging of dat de gemeente er alléén een moet
gaan stichten. De vereeniging diende plan
nen in voor een school met 100 kinderen,
die tot 200 kinderen kan worden opgevoerd
De heer Heerkens Thijssen betoogt
aan 't adres van den heer Peper dat diege
nen, die zich aanmelden bij het armbestuur,
niet onaangenaam worden bejegend. Verder
zegt spreker dat getracht zal worden werk-
loozen werkzaamheden te laten doen die in
de wintermaanden kunnen worden verricht.
Aan de invalide arbeiders zal mede gepoogd
worden werk tc gaan verschaffen. In het
vóórjaar is 't plan te maken, dat een aantal
bij de Rijkswerkverschaffing onder dak ge
bracht worden om aldus dan werklooheid in
een komend seizoen te voorkomen. De Minis
ter van Blnnenlandsche Zaken zal dienaan
gaande medewerking verleenen.
De Replieken.
De heer Van Liemt deelt mede dat de
heer Castricum niet sprak namens de R.K.
Raadsfractie, althans niet namens het
grootste deel van de fractie. Spr. zet uiteen
dat het hem voorkomt dat de jaarwedden
van eenige Hoofdambtenaren moeten wor
den verhoogd.
De heer Joosten zegt dat, als de tech
niek der Begrooting niet in de afdeelingen
moet behandeld worden hij vermoedelijk
niet meer in dc afdeelingen zal komen bij
de behandeling van de Begrooting. Want
spr. gevoelt er geen behoefte aan in de af
deelingen een politieke geloofsbelijdenis te
gaan afleggen. Dit naar aanleiding van een
opmerking van den wethouder van finan
ciën ter zake van zijn niet aanwezig zijn in
de 3e afdeeling. De theorie van den wet
houder dat geleend mag v/orden voor objec
ten van duurzamen aard gaat spr. bestrij
den. Dat is een theorie die niet past in de
gemeente-administratie. Spr. houdt vol dat
de gemeente moet gaan sparen wil zij niet
op den duur op te groote lasten gaan ko
men. Hetgeen de wethouder aangaande de
schulden zeide onderwerpt spr. aan critiek.
De heer Peper maakt naar aanleiding
van 't incident in de zitting van Woensdag
de opmerking dat volgens art. 53 der Ge
meentewet '.t Reglement van Or^e ter ken
nisneming aan Ged. Staten moét gezonden
worden. Het is nog de vraag of 't Reglement
van Orde rechtsgeldig is. Spr. maant den
Voorzitter aan de teugels niet al te strak in
handen te nemen. Anders zal een minder
heid in den Raad moeten gaan optreden.
Verder zegt spr. naar aanleiding van de
rede van den heer Reinalda dat de soc.-
dem. te Haarlem meer reformistisch zijn
dan die in t land. De heer Reinalda sprak
van een meerderheid van R.-K. en SD.A.P.
die samen moeten gaan regeeren, maar niet
eenige voorwaarden werden genoemd. Trou
wens 't zitting hebben van de soc.-dem. in
't college van B. en W. baat den arbeiders
niet veeL
Van de hoogere inkomens kan men meer
belasting gaan heffen. Van iemand die een
inkomen van 35000 heeft kan men gerust
f 25000 aan belasting gaan heffen, aldus spr.
onder gelach. Al wat men meer aan geld
heeft dan men noodig heeft, leidt slechts
tot ontaarding, voegt spr. daaraan toe. Spr.
houdt vol dat van een buitenschool als de
raad indertijd bedoelde niets komen zaL
Spr. dient de volgende drie moties in:
Ten eerste deze:
De Raad der Gemeente Haarlem,
kennis genomen hebbend van de gunstige
gezindheid van B. en W. wat betreft het
stichten van gemeentewege van een arbei
derstehuis annex restaurant;
van meening dat deze gezindheid van B.
en W. de erkenning inhoudt van de nood
zakelijkheid en de mogelijkheid van een der
gelijk instituut;
noodigt B. en W. uit binnen enkele maan
den plannen voor de stichting van een
dergelijk instituut, bij den Raad in te die
nen.
Ten tweede de volgende:
De Raad der Gemeente Haarlem, van
oordeel dat het onderwijs op alle van ge
meentewege beheerde onderwijsinrichtingen,
kosteloos behoort te zijn;
verzoekt B. en W. bij den raad voorstellen
in te dienen om bovenstaand beginsel te
verwerkelijken.
Ten derde de volgende:
De Raad der Gemeente Haarlem,
van meening dat de aard der huidige werk
loosheid zoodanig is, dat groote groepen ar
beiders duurzaam buiten het productiepro
ces geplaatst zijn;
dat deswege werkloozen steun minstens
zoo hoog moet zijn, dat daarmede een ar
beidersbestaan gewaarborgd is, dus minstens
zoo hoog moet zijn als een gemiddeld ar
beidersinkomen;
verzoekt B. en W. aan bovenstaande uit
spraak onmiddellijk uitvoering te geven.
Van deze moties wordt alleen de eerste
voldoende ondersteund om in behandeling te
kunnen komen.
De heer D e Braai behandelt de zaak
van het vloekverbod en zet in dc a breede
uiteen dat hij voor het voorstel van B. en W.
zal stemmen. Een enkele opmerking nog
maakt spr. over de we oudersverkiezing.
De heer Castricum gaat de finan-
cieele politiek van 1924 behandelen en daar
over een retrospectieve beschouwing houden.
Dan komt spr. op 't geen de wethouder van
financiën zeide. In verband ïaarmsde ver
dedigt spr. ziin voorstel tot een verlaging
van de electriciteitstarieven. Als dat niet
aanvaard wordt dan zal spr. stemmen voor
het voorstel van den heer Joosten. Meer
malen ondersteunde spr. de financieele poli
tiek van B. en W. maar nadat is besloten
tot de aanschaffing van een nieuwe turbine
voor het electriciteitsbedrijf, waardoor
stroom nog goedkooper aan de industrie
kan geleverd worden en oo de burgerij nog
meer een indirecte belasting kan worden
gelegd, kan spr. dat niet meer doen.
Bij een verlaging van 't tarief voor de
burgerij zullen de gemeentefinanciën niet
geschaad worden omdat dan de afneming
zal vermeerderen. Spr. eindigt met te her
halen dat, indien èn het voorstel van hem
èn van den heer Joosten mocht worden
verworpen hij tegen de Begrooting zal stem
men.
De heer Adrian verdedigt Te houding
die de Vrijheidsbond innam bij de laatste
wet.houdersverkiezing. Linksch en Rcchtsch
bestaan nog en om die reden stemden de
leden van den V. B. in de vacature-Reinalda
weder op een soc.-dem. De soc.-dem. ver
langden laatst twee zetels in 't college maar
dat is een onderdrukken van de minderhe
den, want op die manier komt er nimmer
een vertegenwoordiger van de kleine min
derheden onder Linksch in 't college van
B. en W.
De heer Visser herhaalt den aandrang
om te maken dat men de gronden niet te
duur koopt.
De heer Reinalda geeft eenige cijfers
aangaande den belastingdruk voor de la
gere en de hoogere inkomens in eenige groo
te gemeenten. Bij de lage inkomens komt
Haarlem op de 5e plaats en b'j een zuiver
inkomen van 30.000 op de 2e plaats. In
verhouding werden de lagere inkomens te
Haarlem zwaarder dan de hoogere belast,
concludeert spr. mede naar aanleiding van
andere cijfers. Het is zaak dat men te Haar
lem aan de zaak van de belasting aandacht
blijft schenken. Als men een belasting naar
draagkracht wil gaan heffen dan dient men
op te passen. Met een percentage van een
evenredige heffing heeft men hier geen be
lasting naar draagkracht.
Spr. komt terug op de interingsDolitiek.
die hier wordt gevolgd. Hij doet opmerken
dat men bijv. voor bestratingen een fonds
kan gaan vormen en verder dat men niet
iedere uitgaaf moet gaan bezien in dat licht
is daarvan een gevolg een verhooging van
het belastingpercentage. Noodig is, aldus
spr. verder, dat de prijs van den electrischen
stroom voor den kleinen man en den klei-,
nen verbruiker wordt verlaagd.
Om die reden kan spr. zich aansluiten bij
het voorstel van den heer Castricum.
Naar aanleiding van het betoog van den
heer Castricum en van de verklaring ge
daan door den heer Van Liemt, betoogt spr.
dat overal het gaat koken onder de R.-K.
arbeiders. Het standpunt dat de heer Cas
tricum thans gaat innemen Is volkomen be
grijpelijk meent spr. Wat dc heer Peper zei
de aan het adres der soc.-Jf-m ter zake van
de laatste wethoudersverkiezing wil spr.
gaan beantwoorden. Daar het elf uur Is ge
worden, verzoekt de Voorzitter den heer
Reinalda daarmede te wachten tot de zit
ting van Vrijdag.
De zitting wordt verdaagd tot heden Vrij
dagmiddag half twee, ■-
INGEZONDEN MFD^DFFUNGEN a 60 -eat*
p«r regsL
Stofzuigerhuis MAET.RTENS
RTEL JORlSSTRAA T i* mÊÊÊÊ
TELEFOON No. 10750 E23
Verkoop, Verhuur, Inruilen, Reparaties
oranje
Weiger namaak en let er op dat op elk#
tablet het woord ..BAVER' staat Prïjs75cts
UIT DE OMSTREKEN
VELSEN
VLEESCHKEURINGSDIENST
Aangezien gebleken Is, dat de auto van.
den Vleeschkeuringsdienst in een dusdani-
gen staat verkeert, dat een grondige repara
tie noodig is, welke een bedrag van f 521,50
zal vorderen, stellen B. en W. voor, een
nieuwe 2-persoons auto, een Ford Sedan aan
te schaffen, waarvan de kosten f2060 be-'
dragen, bij levering waarvan voor den ouden
wagen f 550 wordt terugbetaald.
In verband hiermede stellen B. 'en W. den
Raad voor, hun hiervoor een crediet toe te
staan van f1510.
ONTSLAG LOSSE ARBEIDERS IN DIENST
DER GEMEENTE.
In verband met de ter raadsvergadering
van 19 December 1928 aangenomen motie in
zake schorsing van de ontslagaanzegging van
een aantal losse arbeiders in dienst der ge
meente, deelen B. en W. den Raad mede*
dat zaj aan de directeuren der bedrijven
hebben opgedragen te rap±. arteeren, of en
in hoeverre het getal in vasten dienst zijn
de werklieden onvoldoende is voor ae dage
lijks voorkomende werkzaamheden. Wan
neer uit de rapporten blijkt, dat het aantal
vaste arbeiders onvoldoende is, zal tot de
noodige uitbreiding worden overgegaan. Er
zal dan worden onderzocht, in hoeverre on
der het niet in vasten dienst zijnde perso
neel zich geschikte krachten bevinden, die
voor een aanstelling in aanmerking komen.
OPZICHTERS AAN DE BEDRIJVEN. 1
B. en W. stellen den Raad voor, in over
eenstemming met het advies der commissie
voor gas en water, in verband met de ziekte
van één der opzichters en met den snellen
groei der bedrijven, over te gaan tot uitbrei
ding van het aantal opzichters aan de be
drijven voor gas en water met een opzichter
die voldoende technisch onderlegd ris om de
uitbreiding van het buizennet tevens in
kaart te brengen.
NIEUWE BIJZONDERE U. L. O. SCHOOL.
In verband met een verzoek van de ver
eeniging voor Christelijk Onderwijs, namens
den Eerkeraad der Neaerl. Hervormde Kerk,
om de benoodigde gelden uit de gemeentekas
te verstrekken voer de stichting van een
bijzondere school voor u. I. o. in het gedeelte
van IJmuiden ten Zuiden var de spoorlijn,
welk verzoek in handen van B. en'w. was
gesteld om praeadvies, stelien B. er W. voor
de gevraagde medewerking te verleenen,
omdat de aanvrage aan de wet voldoet.
Het ligt in de bedoeling, de school te bou
wen op een terrein nabij het Kennemerplein
en deze te doen bestaan uit vier leslokalen,
een speciale zaal voor natuurkunde- en tee-
kenonderwijs benevens een gymnastieklo
kaal
IJMUIDEN.
WINKELIERS- EN HANDELSVEREENIGING
„GROOT IJMUIDEN".
Donderdagavond had een druk bezochte
vergadering plaats van de Winkeliers- en
Handelsvereniging „Groot IJmuiden". Het
mannenkwartet „Euphonla" van Haariem
zong eerst eenige liederen en oogstte daar
mede een welverdiend applaus.
Daarna was het woord aan den heer W.
Graadt van Roggen van Utrecht, die een
causerie hield over „de Jaarbeursinstelling
en haar beteekenis voor den handel". Hij
besprak de ontwikkeling, welke het inter
nationale jaarbeurswezen heeft ondergaan
in en na den oorlog.
Vele jaarbeurzen zijn later weer verdwe
nen, maar de jaarbeurs te Utrecht heeft
zich een blijvende positie weten te verove
ren.
Nadat een aantal lichtbeelden was ver
toond, betrad het kwartet wederom het po
dium, dat ditmaal eenige liedjes van vroo-
lijken aard zong, o.a. het bekende „O Pepi-
ta" en „Lied vom Apotheker" en daarmede
eveneens veel succes had.
De heer Graadt van Roggen vervolgde
daarna zijn lezing. Droegen de eerste jaar
beurzen een tentoonstellingskarakter, tegen
het streven van het jaarbeursbestuur in,
later kwam het gewenschte karakter naar
voren. Toen vastgesteld was, dat de jaarbeurs
in Utrecht gevestigd zou blijven, werd een
permanent jaarbeursgebouw gesticht. Van
nationaal werd de beurs internationaal. Na
September 1921 werd de beurs tweemaal per
jaar gehouden.
Tot slot vond een vertooning plaats van
de jaarbeursfilm.
De voorzitter deelde mede, dat van de ge
houden reclameweek een bedrag van l00 gld.
ter hand gesteld is aan Burgemeester en
Wethouders voor een liefdadig doel. (Ap
plaus)
HILLEGOM
OP HET IJS GEVALLEN.
Een dochtertje van den heer W. Is op het
Us gevallen. Eenige jongens die op eigen
houtje een hardrijderij hielden, reden het
meisje aan. De va. was zoo ernstig, dat reden
bestond om te vreezen voor een hersen
schudding