H. D. VERTELLINGEN FLITSEN Ge Mae mat dee Horrelvoet Aspirin" j FEUILLETON. HAARLEM'S DAGBLAD WOENSDAG 16 JANUARI 1929 (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.) door E. TEMPLE THURSTON. Feeën. Men zei me, dat er iemand was, die mij spreken wilde. „Wie is het?" vroeg ik. Ze zeiden, dat het een oude dame was, die haar naam niet wilde zeggen. „Het is een oude dame", antwoordden ze, „en ze is klein, heel klein". Ik denk, dat ik het toen al raad de, want ik vroeg niet verder en zei, dat ze haar binnen moesten laten. Ik wilde, dat ik de manier kon beschrij-* ven, waarop ze de kamer binnen kwam. Ze was zoo klein en fijn. Haar oogen schitter den zoo, dat het wel leek of ze zeven was in plaats van zeventig. Zooals ze daar de kamer binnen kwam en een knlks maakte, zou ik hebben kunnen gelooven, dat ze een fee was, die heelemaal van het andere eind van aarde was gekomen om bij een doop feest haar goede gaven te schenken. En er was reden voor mij zoo iets te gelooven, want het was de laatste April. In Ierland, zooals u misschien weet, durven de menschen op den avond van dien dag niet in het donker uit te gaan. Want dan zijn de feeën in de weer, goede feeën, slechte feeën, en de hemel weet, wat Je zou kunnen overkomen, als je door eenzame paadjes en over heuvelhellingen liep te dwalen als de avond eenmaal haar grijze mantel had aan getrokken. En je ontmoet ze niet alleen buiten in de velden, neen, ze komen zelfs aan je deur kloppen en vragen je om melk, en om vuur en water. En mijn kleine bezoekster had een fee kunnen zijn, uit het land, dat oneindiger is dan de oneindigheid. Een fee die een verre reis van millioenen mijlen had afgelegd om naar mijn oude boerderij te komen, die daar zoo knus tusschen twee heuvels ligt, als ze niet iets was komen brengen in plaats van Iets te vragen. Even voelde ik mijn hart ln mijn keel kloppen. Dit alles was zoo gauw door mij heen gegaan, dat ik vast en zeker geloofde dat ze een fee was. De laatste April des avonds, als de grijze mist over de wellanden kruipt en de rivier zacht kabbelend praat met de rietstengels de vreemde, jeugdige glans in haar helderbruine oogen, die diep in haar oud, gerimpeld gezichtje lagen; en dan haar ouderwetsche kniks en de manier, waarop ze me toe-glimlachte, alsof ze een zegen voor me in haar zak had dat alles nam ik bliksemsnel in me op. En ik moest er wel uit besluiten, dat ze een fee was. Het le ven speelt iemand wel parten; want, hoe wel ik vroeger in feeën had geloofd, had ik er nooit een gezien. Mijn geloof was tever- geefsch geweest. Ik had alleen maar gezegd, dat ik er in geloofde, omdat ik wist, dat ik er nooit een zien zou, die het laatste restje twijfel uit mijn hart zou kunnen wegnemen. Dat is de manier, waarop wij menschen meestal ons geloof belijden. „Ik heb u uw reisdeken gebracht", zei ze, en ze maakte weer een kniks. „Wat voor reisdeken?" vroeg ik. En wat denkt u, dat er toen gebeurde? Ik kon mijn oogen nauwelijks gelooven. Ze nam lets van haar arm, dat ik eerst voor het één of ander kleedingstuk had gehouden, rijk gevoerd met oranje satijn. Mijn oogen gin gen wijder en wijder open, toen ze het neer legde en uitspreidde op den grond. Het was een lappendeken! O, nog nooit in uw leven hebt u zoo'n warme overdaad van kleuren bijeen gezien! Blauw en rood, geel en purper, verdrongen zich om een plaats op dat vierkant van oranjekleurig satijn. En alle mogelijke soor, ten weefsels waren het; fluweel en zijde, en brokaat. Het was of de kelders van Aladdin zich plotseling voor mij geopend hadden, en of ik voor een kort oogenblikje naar bnnen mocht gluren. Maar dat was niet alles. Want toen ik zei; „Hij is dus klaar?" zag ik waarom ze hem naar mij gebracht had. Midden in al die verblindende stukjes kleur was een vierkant van purper purper, dat keizers en koningen dragen en er dwars over heen stonden in vorstelijke gouden let ters mijn eigen initialen. Ik staarde er zwijgend naar. Ik viel op mijn knieën, en bekeek alles van dichtbij om me er van te overtuigen, dat ik me niet vergiste. Toen keek ik naar haar op. „Is dat voor mij?" zei ik. Ze knikte, en haar heele kleine gezichtje straalde van trots en voldoening. Haar oogen dansten van opgewondenheid. U weet wel, wat een typische verdraaide houdingen kin deren soms aannemen, als ze je een eigen gemaakt geschenk geven, ze zijn half bang, dat je ze zult uitlachen, en aan den anderen kant zijn ze o zoo trotsch op hun werk. En zij was precies zoo. Misschien wist u nog niet, dat ik haar een klein pensioentje gaf, om haar in staat te stellen rustig de rest van haar leven door te gaan en deze lappendeken te maken, zoo dat degenen, die er onder zouden slapen als zij voor eeuwig ingeslapen was, haar niet zouden vergeten. Maar ik had bij mezelf gedacht, dat hij zeker in de familie zou blij ven, en ik was erg benieuwd geweest, wie er de trotsche bezitter van zou worden. En stel u nu eens mijn verbazing voor, toen ik besefte dat hij voor mij was! „En u zult aan mij denken, als ik weg ben als u 's avonds naar bed gaat?" zei ze. „Aan u denken?" zei ik. „U hebt groot gelijk met het een reisdeken te noemen. Ik hoef er me alleen maar in te wikkelen, en een wensch te doen, en dan zal ik in droo- menland zijn mijlen en mijlen ver weg". „Misschien zal ik daar dan ook zijn", zei ze, terwijl ze haar handen in elkaar sloeg. „En dan zullen we elkaar ontmoeten", zei ik. Ze begon de deken op te vouwen met evenveel zorg als waarmee ze haar gemaakt had. Ze sloeg haar dubbel. „Ze is heerlijk warm", zei ze. Ze sloeg haar nog eens dubbel. „Alle vlerkanten zijn apart gevoerd met satijn". En nog eens sloeg ze haar dubbel. ,.En zij is heelemaal met watten gevuld". Toen ze dat gezegd had, stond ze op met een stralend gezicht en legde de deken in mijn armen. En toen deed ik, wat ik van het eerste oogenbük af had willen doen. Ik nam haar gezichtje tusschen mijn handen en kuste de zachte, warme, gerimpelde wangen. „Toen ik heel ongelukkig was", zei ik, ..dacht ik, dat ik in feeën geloofde. En nu ik gelukkig ben, vind ik ze. En dat is nog heel iets anders". Uit: „The Patchwork Papers". DE A.J.C. 10-JARIG BESTAAN DER AFD. HAARLEM. Op 1 Maart a.s. zal het 10 Jaar geleden zijn, dat de Ilaarlemsche af deeling der A. J. C. werd opgericht. In het jeugdblad van de A. J. C. schrijft „Jac." o.m.: „1 Maart 1919 werd door de Haarl. Jeugd commissie in het gebouw „Het Blauwe Kruis" de A. J. C. opgericht. Voor een 150-tal adspi- rantleden van verschillende vakbonden hield de heer A. H. Gerhard de oprichtingsrede. Na afloop der vergadering gaven 45 jongens zich op voor het lidmaatschap; de meisjes kwa men pas maanden daarna. Na tien lange jaren van werken Is de A. J. C. geworden wat men er nu van aanschou wen kan. Een sterke Jeugdbeweging met 270 leden, drie jeugdgebouwen, die het aan schouwen waard zijn, en een werkprogram ma dat er zijn mag. Door velen is er gear beid aan de A. J. C.; de vroegere jeugdcom missie is haar arbeid begonnen toen de be slaande Jeugdorganisatie niet meer aan de noodzakelijke eischen voldeed. Langzaam maar zeker hebben de jongeren de leiding der ouderen overgenomen, al was het niet zonder strijd. De laatste vijf Jaren echter zijn wel de Ja ren van groei geweest. Na 1923 kon de A. J. C. de resultaten stuk voor stuk boeken en on derging in die jaren een geweldige verande ring. Mede door de meerdere interesse, die de jongeren voor het werk kregen, mede door de krachtige hulp van Klaas van den Berg, is de afdeeling in getal en invloed sterk ge worden". AFSCHEID D. W. VONK Men schrijft ons: Het was Maandag voor den heer D. W. Vonk, chef bij de N.Z.H.T.M., afdeeling exploitatie (technische afdeeling) een onvergetelijk moment. Daar hij op 1 Fe bruari de maatschappij met pensioen gaat verlaten, had het personeel dat onder hem werkzaam is, besloten hem op dezen laatsten avond van den zoogenaamden laten dienst een herinnering mede te geven. Hij werd door een paar leden van het personeel hartelijk toegesproken, waarin bleek dat men hem noo- de zag heengaan. Gewezen werd op zijn rechtvaardigheid en plichtsbetrachting zoo wel tegenover de directie als tegenover het personeel. Hem werd, namens het personeel dat onder hem gewerkt heeft en nog werkt, een gouden horloge met inscriptie overhan digd met een oorkonde in lijst, voorstellende het trambedrijf en dragend de namen der schenkers. Deze oorkonde was door een der leden van het personeel ontworpen. Ook werd hem nog een barnsteen sigarenpijpje, een ta bakspijp en rookgerei aangeboden. De heer Vonk dankte zichtbaar ontroerd voor de blijken van erkentelijkheid. EEN NEDERLANDSCH DIPLOMAAT AANGEHOUDEN? PIJNLIJK INCIDENT OP POOLSCH GRENSSTATION. De Telegraphen Union meldt uit Hirschau. volgens V. D.: Een pijnlijk incident heeft Zondag plaats gehad bij de controle van den D-trein, die uit Polen over Mariënberg naar Duitsch- land rijdt. Een Nederlandsch diplomaat, die met dezen trein reisde, werd door Poolsche beambten aangehouden, omdat hij geen Poolsch visum op zijn pas had. Alle protesten en zijn bewering, dat de visa tusschen Ne derland en Polen zijn afgeschaft, waren vergeefsch. Hij moest den trein verlaten en zou met den volgenden trein naar Mariën- burg terugkeeren Hij mocht r.iet in de wacht kamer gaan. Toen de diplomaat zich bleef verzetten en bletf protesteeren, werden de Starostei (bureau van den landvoogd) en de commissaris van politie op de hoogte ge steld. Eerst hier werd de fout van de be ambten ontdekt. De Starostei en de commis saris van politie begaven zich naar het. station, waar zij tegenover den Nederlander hun verontschuldigingen aanboden. Zij wil den bovendien voor de verdere reis een auto tot zijn beschikking stellen, hetgeen even wel geweigerd werd. Met den volgenden trein begaf de diplomaat zich naar Danzlg om vandaar uit naar Duitschland verder te reizen. V. D. teekent Herbij aan, dat tusschen Polen en Nederland de visa nog niet zijn afgeschaft, en zij laat het bericht geheel voor rekening van T. U. „VERNIETIGING VAN HET BIOSCOOP BEDRIJF IN HET ZUIDEN". De Ned. bioscoopbond contra de Zuidelijke nakeuring. Het hoofdbestuur van den Nederlandschen bioscoopbond zendt ons ter publicatie een afschrift van den brief, dien het aan de „Vereeniging van Noord-Brabantsche en Limburgsche Gemeenten voor Gemeenschap pelijke Filmkeuring", gevestigd te Eindho ven heeft doen toekomen. Aan dezen brief ontleenen wij, dat de Nederlandsche bioscoopbond allereerst for- meele bedenkingen oppert, tegen de nakeu ring van films in centraal verband door genoemde vereeniging, daar dit in strijd is met de wet, gelijk ook de minister van Bin- nenlandsche Zaken indertijd moet hebben te kennen gegeven. De bond, die er tegen opkomt, dat de Zuidelijke keuringsvereeniging de beschik king van den minister volkomen negeert en in strijd met de wet handelt, erkent als cen trale keuring uitsluitend de Rijkskeuring en geen andere keuring in centraal verband. Bovendien heeft de bond onoverkomelijke practische bezwaren tegen de voor de Zui delijke keuringsvereeniging gedachte rege ling met betrekking tot de gecentraliseerde nakeuring van films voor het Zuiden en wel deze, dat bij het inwerking treden op 16 Januari a.s. zooals het «n de bedoeling ligt de meeste van de circa 60 bioscopen in de bij deze vereeniging aangesloten gemeen ten van films verstoken zullen zijn. Het hoofdbestuur van den bioscoopbond laat aan het slot van den brief uitkomen, dat het de Zuidelijke gemeentebesturen aan sprakelijk zal stellen voor alle nadeelige ge volgen, voortvloeiende uit de uitvoering van de door de Zuidelijke keuringsvereeniging ontworpen regeling, die volgens dit hoofdbestuur geen andere uitwerking kan hebben dan een volkomen vernietiging van het bioscoopbedrijf in de Zuidelijke ge^- meenten. VEILINGEN. De uitslag van de veilingen ïfa het Alge meen Verkooplokaal gehouden zijn: No. 1. Burgerwoonhuis, Oosterstraat 28, Haarlem Noord, Opgehouden. No. 2. Hotel en lunchroom „Valkenburg" aan het Valkenburgerplein te Heemstede, Brou wer, f 25.015. No. 3. Heerenhuis Bronsteeweg 19 te Heem stede. Opgehouden. No. 4—16, perceelen welland aan den Kruld- bergerweg en het Kerkpad te Santpoort. 45 Kockse, f 8705. 6. Postma en van Nieuwenhoven f 3400. 7. Dezelfde, f 3325. 8. Thunisse, f 3375. 9. Dezelfde f 3500. 10. Balm, f 3625. 11. Dezelfdef f 4150. 12. Verdonschot f 3400. 13. N. van Duin. f 3425. 14. Dezelfde f 3500. 15. Nljman, f 3275. 16. Notaris Dolleman f 11.000. 17. Een perceel bouwterrein aan den Hof- geesterweg te Santpoort, Mooyen, f 1490. 1823. Zes perceelen bouwterrein nabij den Rijksstraatweg te Santpoort, opgehouden. 24. Een woonhuis Overbildtweg te Sant poort, D. Bus f 4335. JUBILé Vrijdag 25 Januari a.s. herdenkt de heer F. Hurkmans den dag dat hij 25 jaar geleden als stoker bij het gemeente-gasbedrijf in dienst trad. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1382 LIMONADE SORBET Jantje wou dat die juffrouw wat haast maakte met het brengen van zijn .limonade-sorbet eindelijk! on derzoekt of er voldoende vruchten in ge daan zijn .vraagt zich af of hij eerst de vruchten zal op eten of eerst de limonade drin ken besluit tot af wisselend sa- voüreéren van een vrucht en eèn slok hoort met diep leedwezen het gepruttel dat het einde betee- kent achterhaalt met zijn lepel de laatste sporen van vruchten neemt eenigs- zins weemoedig afscheid van het leege glas beseft dat deze wijze te onver schillig is en kust den rand voor de laatste maal. (Nadruk verboden). INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cent» per regel. STOFZUIGERHUIS MAERTENS BARTELJOR1SSTR AAT 16 Telefoon No. 10756 APEX ELECTR SCHE WASCHMACHINES f275 GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN. Terug te bekomen bij: v. d. Beek, Sumatrastraat 8. bril; Bureau van Politie Smedestraat, boekje; Eeken Oran jestraat 27, Idem; Klonderman Indischestr. 71, das; v. d. Bosch Smedestraat 37, étui met kam; Braaksma, Hoogerwoerdstraat 25. handschoen; v. d. Aar Nic. v d. Laanstraat 2, idem; Bur. van Politie Smedestraat, idem; Bruin Palmstraat 17rd., idem, Kooper, Een- drachtstraat 36 idem; v. Bruggen, Arnulfstr. 23, idem; v. d. Meer, Emmalaan 39, hond (herder); Kennel Haerlem hond (geel) ge bracht door v. d. Meer, Emmalaan 29; kat (grijs) gebracht door v. Meerten, Anslijn- straat 3; Kennel Fauna katje (zwart) ge bracht door Zwart, v. Oosten de Bruinstraat 202; idem (zwart-wit) gebracht door Boer Paul Krugerstraat 7 zw.; kat grijs) gebracht door Keijzer Kleverlaan 68. Koert Godfr. v. Bouillonstraat 19ra., tramkaart; Sweekhorst Rijksstraatweg 145, lorgnet in étui; Zeg waard, Klaverstraat, portemonnaie met in houd; Bureau van Politie Smedestraat idem; v. Eis, Boerensteeg 27 portefeuille met in houd; Kruijswijk Bakkerstraat 22, rijwielbe- lastingmerk; Braaksma, Hoogerwoerdstraat 25, schaats; v. Bruggen Arnulfstraat 23, idem; v. Zeist, Teding van Berkhoutstraat 8 rood, sleutels. Kolte, Leliestraat 10rd., abonnement; Grootes, Brouwersstraat 30 rd., bril in étui; Postema, Semarangstraat 2, ceintuur; Chris- tiaans, Romolenstraat 27, duimstok; Druij- ver, Haitsma Mulierstraat 32, geld; Riedijk, Brouwersplein 34, handschoen; Westrik, v. Loostraat 18, idem; Druiven, Reitzstraat 44, idem; Koelemij, Amsterdamsche vaart 34rd., idem; Bur. van Politie, Smedestraat, idem; Bultman, Boekerodestraat 10, idem; Lof mans Borneostraat 12, idem; Sebrandi, Lijsterstr. 34, halsdoek; Kolk, Leliestraat 10 rd., kwi tantie; Bur. van Politie, Smedestraat, lak- stempel; Ruijs, Wouwermanstraat 65, porte monnaie met inhoud; v. d. Steijle, Melkboe- rensteeg 3, idem; v. d. Burg, Allanstraat 68, pet; Bur. v. Politie. Smedestraat, penning; v. Keulen, KI. Heiligland 54, rijwielbelastlng- merk; de Best, Thomsonlaan 80, Idem; van Eerden, Kedoestraat 42, idem; Milatz, Ba- kenessergracht 75, idem; v. d. Horst, Groen- daalsteeg 11, rozenkrans in étui; Bur. van Politie, Smedestraat, rijwiel; v. d. Steeg, Roos veldstraat 24, ring; v. Wijk, 't Krom 26, sleutel van schaats; v. Gennep, Oranjestr. 66, sleutel; de Graaf, Jacob Geelstraat 18, schijnwerper; Kersten, Gasthuislaan 157 r., overschoenen; Britson, Soutmanstraat 43, schaats; v. d. Heuvel, Dhaliastraat 7, tasch- je; Bur. van Politie, Smedestraat, idem. DE STADSAPOTHEEK. Tengevolge van de vergrooting van de ge meente is zoo schrijven B. en W. aan den raad de afstand voor een gedeelte vaii hen, die de recepten aan de Stadsapotheek moeten aanbieden van dien aard, dat nij vooral voor oude en zwakke menschen te be zwaarlijk moet worden geacht. Dit bezwaar geldt voornamelijk voor de bewoners van het noordelijk gedeelte der gemeente, vroeger de gemeente Schoten. Na daaromtrent overleg te hebben gepleegd met Commissarissen van de Stadsapotheek en den directeur van den gemeentelijken genees kundigen dienst stellen B. en W. voor de ver strekking van medicijnen in dat stadsgedeel te te doen geschieden door een daar gevestigd apotheker, namelijk door den heer H. Cohen, Schoterbosch-apotheek, Rijksstraatweg 19. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cu. per regel. doet zich weer gelden! Wij wachten echter niet, tot- p dat de ziekte uitbreekt, maar p wapenen ons, om het eerste het s beste verschijnsel te bestrijden; J| dat moet ons wachtwoord zijn. Onze helper daarbij zijn de Jp tabletten li P Devan ouds bekende Aspirin- p tabletten voorkomen en genezen hoofdpijn en verkoudheden; 0 bij rechttijdig gebruik verhin- deren zij het uitbreken van griep. Men eischc steeds de origi- neelc verpakking met oranje J band en hel Bayerkruis. EEN GESCHIEDENIS VAN DEN GEHEIMEN DIENST. Uit het Engelsch van DOUGLAS VALEN - INE. 15) HOOFDSTUK VIL Waarin een zilveren ster als toovermiddel werkt. Ik heb dikwijls opgemerkt dat er dagen in het ie ven zijn dat een goede genie onze schreden leidt. Wat men ook op zoo'n dag onderneemt, alles loopt vlot. Toen de Ber- lijnsche trein over de bruggen en viaduc ten van Rotterdam en door het polderland met zijn windmolens daverde dacht lk er over na hoe goedgezind mij de goden van daag waren geweest. En hoe prachtig was alles afgeloopen! Ik had mijn kaartje voor uit gekocht; ik had mijn overjas en tasch aan een kruier gegeven die mijn reddende engel bleek' te zijn geweest; ik had buiten het station een kleine expeditie ondernomen en hem duardoor gelegenheid gegeven op de bost-denkbare manier voor mij te zorgen, pe voorteekenen waren goed; met groot ver trouwen zag ik de komende gebeurtenissen tegemoet. Ik was de eenige reiziger in de eerste-klas coupé. Op het venster was een plakkaat be vestigd waarop in het Hollandsch en in het Duitsch „gereserveerd" stond. Plotseling dacht ik aan mijn tasch en mijn overjas, nergens waren ze te bekennen, maar nadat ik eens goed rondgekeken had. vond ik ze onder de zitbank. In den zak van mijn overjas bevond zich een zwarte das! Ik haastte mij die aan te doen en deed de oude de bezwarende op de spoorbaan ver dwijnen. Toen viel ik, uitgeput door de vermoeienissen van den vorigen nacht in een diepen slaap, mijn groene regenjas trok ik om me heen en Semlin's overjas legde ik over mijn knieën. Ik droomde juist dat ik door een woeste bende gidsen achternagezeten werd onder bevel van Karl den kellner, toen het aan zetten van de remmen mij deed ontwaken. De trein verminderde vaart. De zon scheen over uitgestrekte helde- veMen; hier en daar stond de helde nog in vollen bloei. Voor lk heelemaal wakker was, stond de trein al stil. Ik hoorde roeoen „Allen uitstappen!" we waren aan het Hol- landsche grensstation. De visitage van mijn bagage had uiteraard weinig te beteekenen; dat mijn kleine hand- tasch of beter gezegd die van Semiin geen contrabande bevatte bleek gauw ge noeg. Maar de commandant van den grenspost keek me met gefronste wenkbrauwen aan: er ontbrak een visum van den Dultschen consul te Rotterdam aan mijn Amerikaan- sche pas! Daar had ik niet aan gedacht, maar tegelijk drong het tot me door dat ik me daar wel op de een of andere manier aan de overzij van de grens zou uitliegen. Ik beschikte nog over andere geloofsbrieven dan een simpel visum! Maar daar vertelde ik den Hollandschen luitenant natuurlijk niets van en ik hoorde gelaten zijn opmerking aan dat ze me met den volgenden trein wel weer zouden terug zien als ik tenminste ooit terugkwam en me dan zouden moeten vasthouden, om dat ik evenmin een Hollandsch visum bezat. De officier schudde het hoofd over mijn vastberaden optimisme om het toch maar te probeeren. De trein zette zich In beweging om na een kwartiertje een kwartiertje van spanning en angstig hartgeklop ondanks mijn hoop volle stemming weer te stoppen. We waren in Duitschland. Ik was in het land van den vijand, onder valsche vlag en lk wist zoo ongeveer niets van den man wiens plaats ik ingenomen had en kon geen aannemelijk verhaal bedenken dat ik de grenswacht zou kunnen opdisschen. Hoe heette mijn firma? The Halewright Manufacturing Company! Wat fabriceerden wij? Ik had er geen flauw idee van. Waarom kwam ik naar Duitsch land? Ik was danig in 't nauw. Het geluid van met ijzer beslagen schoen zolen kwam nader en een officier gevolgd door twee minderen met het witte kruis van de Landweer op hun helmen stonden aan het portier. Uw papieren alstublieft zei hij kortaf, doch wel beleefd. Ik overhandigde hem mijn Amerikaansche paspoort. Het is niet geviseerd zei de officier. Die opmerking kwam niet onverwacht, na hetgeen ik van den Hollandschen grens wachter had gehoord en ik had mij er op geprepareerd. Ik had geen tijd meer, zei ik boudweg. Ik ben voor belangrijke zaken op weg naar BerlijnGisterenavond kwam ik pas in Rotterdam aan en toen was het Con sulaat gesloten. De officier wendde zich naar zijn man schappen. Neem dezen heer mee naar de douane loods, zei hij en ging naar de volgende coupé. De soldaat eigende zich mijn overjas toe en vroeg mij hem te volgen. Ik zag dat het perron afgezet was. Iedereen werd door een smalle passage geloodst die naar een geslo ten deur leidde met het opschrift: „Zoll- Revision". Ik wilde tusschen de rij menschen gaan staan toen de soldaat mij met zijn elleboog een duw gaf. Hij leidde me naar een zijdeur die uitkwam in de groote leege douaneloods met de lange rij tafels op schragen, waarop de koffers van de reizigers neergezet werden. In eén hoek achter een toonbank stond een groep officieren en min deren, allen in grasgroen uniform dat ik zoo goed kende door mijn verblijf in de loop graven. De commandant was een geweldig man, onmogelijk dik en groot met een opge blazen gezicht en een gouden bril op. Hij brulde met een luide woedende stem: Hij is niet meegekomen. Zie je wel! Weer hebben we al die moeite voor niets. Ik kreeg den indruk dat hij geweldig uit zijn humeur was en had maar één wensch; niet voor hém geleid te worden. De deuren werden opengeworpen. In een seconde was de loods gevuld met een hete rogene menschenmassa, die door een troep soldaten verder geholpen werden. Een uur lang heerschte er een Babel van stemmen. Officieren blaften tegen liet publiek; telkens hoorde men twistgesprekken. Nadat een man onder wild armgezwaai zijn woede geuit werd werd hij door twee soldaten wegge voerd. Ik heb nooit zoo'n grondig onderzoek meegemaakt. De koffers werden als 't ware ondersteboven gekeerd en ieder voorwerp werd besnuffeld. Nadat de koffers onder zocht waren, werden de vrouwen in een ver trek rechts, de mannen ln een vertrek links gevoerd voor onderzoek aan den lijve. De enorme commandant was in een bureau naast de douane-loods verdwenen. Hij vorm de blijkbaar de hoogste instantie, want ver scheidene passagiers, waaronder een deftig- gekleede oude dame werden het kantoor binnen geleid en ik zag ze niet weer. iWordt vervolgd.),

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 6