HAARïWS DAGBLAD DEN UST BINNENLAND DONDERDAG 24 JANUARI 1929 DERDE BLAD Elfde en Twaalfde Begrootingszittingen. Onder wijs en Armenzorg. Weinig voortgang. Motie- Scholl inzake de aubade aangenomen. De salarissen van hoofden van diensten. Woekerbestrijding en werkverruiming. Voorstel-Van Vliet inzake Blindenzorg aangenomen. Driemaal één stem meerderheid. Een matte dag, met weinig voortgang. De eindstemming is nog niet in zicht. Loom dobberden wij voort, in het Schip van Stad, op den reeds eerder genoemden tragen woordenstroom. Viermaal werd een oorlam uitgereikt schrikt u niet, het was zooals altijd slechts de stadsthee en éénmaal een amandel- of saucijzenbroodje, naar keuze. De kapitein was van boord gegaan om een beleefheidsbezoek aan een bevriend eiland te brengen (viering van de Unie van Utrecht) en de oudste stuurman, mr. Heer- kens Thijssen, had de leiding aan boord overgenomen. Soms zat de halve beman ning in het vooronder te rooken. Geen kans op storm, of stroomversnellingen. De heeren Joosten en Klein, erkende stroomversnel- lers van verschillende richting, zwegen in alle talen. De wethouder van Onenbare Wer ken verscheen maar even tijdens de middag zitting en gaf het toen weer op, wegens on gesteldheid. 's Avonds ontbraken bovendien nog de fractieleiders van de S.D.A.P. en den Vrijheidsbond, plus eenige andere leden. Maar de heer Reinalda kwam om vijf mi nuten over elven nog per taxi (terwille van de beeldspraak: per motorboot) aanstor men, opgejaagd door de intuïtie die den wa ren politicus ten allen tijde bezielt. Hij praai de het Schip van Stad en kwam precies op tijd aan boord om te stemmen vóór een voorstel van zijn partijgenoote mej. Van Vliet, dat met 1716 werd aangenomen. Waarop de heer Joosten, eindelijk zijn som ber zwijgen verbrekend, hem luide prees, en wij allemaal onze kooien opzochten. In de middagzitting werd de aubade op Koninginnedag door twee voorstellen be stookt. In het debat bleek al dat een meer derheid in den Raad van meening was dat het niet juist was dat een particuliere in stelling de Vereeniging Koninginnedag de organisatie der openbare school tijdens de lesuren gebruikte voor haar feestviering. Dit zwaar-theoretische standpunt gold de renetities voor de aubade. Zooals u zich herinneren zult had de heer Scholl de heele zaak aan het rollen gebracht. Zijn partij, de SD.A.P. is er tegen dat de kinderen van ouders, die niet voor de te zingen liederen voelen, gedwongen worden om ze mee te repeteeren. De heer Scholl diende een motie in waarbij B. en W. wer den uitgenoodigd om met de Vereeniging Koninginnedag onderhandelingen te voeren, opdat van de organisatie der openbare school voor de uitvoering van haar pro gramma geen gebruik meer worde gemaakt. Daarop diende heer Castricum (R.-K.) een tweede motie in waarin B. en W. werden uitgenoodigd om maatregelen te treffen waardoor het instudeeren der liederen tij dens de lesuren uitgesloten zou zijn. Het. resultaat was nogal merkwaardig. De voorzitter bracht de motie-Castricum het eerst in stemming, omdat deze de verste strekking had. Zij werd met 1918 stemmen verworpen. De motie-Scholl werd daarop met 1918 stemmen aangenomen. Welke houding de Vereeniging Koningin nedag nu zal aannemen is nog niet bekend. Het bestuur moet er natuurlijk eerst nog over vergaderen. Ongetwijfeld is door de aanneming van deze motie de verdere deel neming van de kinderen der openbare school aan de aubade op Koninginnedag zeer on zeker geworden. Vóór de motie-Scholl stem den de leden mevr. Maarschall, mej. van Vliet, Stam, Koppen, Meijers, mr. Gerritsz, Scholl, Reinalda, Joosten. de Vos, Groenen- daal, Keerwolf (allen SD.A.P.), Boes en Heidstra (V. D.), mej. Berdenis van Berle- kom (V. B.), Wolff en Loerakker (R.-K.), Peper CC. P.). en Oversteegen (A.S.P.). Mej. Berdenis had verklaard dat zij vóór de motie-Scholl zou stemmen vanwege het (in dertijd reeds bestreden) liedje van de Hol- landsche weiden en duinen die wij verdedi gen moeten tegen „kapers ter kust". Ook mej. Berdenis bleek van meening te zijn dat dit een te oorlogszuchtig liedje was. Zij ver onderstelde dat ook onderwijzers die natio naal voelen en de Koningin eeren tegen het zingen van zulke liedjes bezwaar zouden kunnen hebben, wilde herhaling in de toe komst voorkomen en stemde daarom vóór de motie der socialistische fractie. De heer Loosjes oefende aandrang op B. en W. uit tot spoedige voorziening in de betere huisvesting van de Meisjes H. B. S. (voor stellen in te dienen vóór 1 Juli) en diende met de heeren Boes en Scholl een desbe treffende motie in, die door B. en W. werd overgenomen. De post subsidie 750> aan de Vereeni ging Koninginnedag werd aangenomen met de stemmen der S.D.A.P. tegen, plus die van de heeren Peper en Oversteegen. Een voorstel van den heer Joh. Visser om het salaris van den directeur van het Frans Hals Museum te verhoogen werd met 288 stemmen verworpen, en dit geeft mij aan leiding om nog even op de voorstellen in zake de hoofden van diensten terug te ko men. Er moeten er nog twee worden be handeld, nl. voor den heer Van Hees, di recteur van den Stadsschouwburg en den heer Van Driel, directeur van de Gemeente- reiniging. Deze laatste verkeert in hetzelfde geval als de directeur van den Hout en Plantsoenen, aan wien reeds (met éen stem meerderheid) 500 salarisverhooging ver leend is. ornaat hij er het beheer van de Be graafplaats bij had gekregen. De heer Van Driel heeft er het Marktwezen bij, en de Raad zou zichzelf dus in principe tegen spreken als zij hem de verhooging nu niet gaf. Wat den directeur van den Stadsschouw burg betreft: wij zijn van meening dat er alle reden is om hem de voorgestelde salaris- verhooging te geven, en dat het al veel eer der had moeten gebeuren. Van den heer Van Hees wordt de nogal zeldzame combinatie van den kunstenaar en zakenman geëischt, terwijl hij bovendien zelf het boekhouders- werk moet doen dat normaliter aan een on dergeschikte wordt opgedragen. Hij vervult een moeilijke taak met succes en groote toe wijding, en m.i. heeft de gemeente hem er tot dusver schandelijk slecht voor betaald. Mij is niet bekend of bij de nog hangende voorstellen misschien opnieuw de quaestie van „gedane mondelinge toezeggingen" ter sprake zal komen. Die is aan de orde ge weest in het geval van den directeur van Bouw- en Woningtoezicht en in dat van den' directeur van den Hout en Plantsoenen. De wethouder van financiën heeft te kennen ge geven dat toezeggingen van een enkelen wet houder feitelijk geen waarde hadden omdat hij niet voor het college van B. en W. kan spreken, en toezeggingen van het college niet, omdat dit niet voor den Raad kan be slissen. Dit is alleen theoretisch juist. Als iemand een kans krijgt om in een andere gemeente benoemd te worden, naar zijn wethouder gaat en een voorloopige toezeg ging van hem krijgt, dan weet hij zelf heel goed dat deze niet alleen beslissen kan. Maar hij heeft het recht te verwachten dat de wethouder een voorstel bij B. en W. in dient, en, als dat geen succes heeft, het bij de volgende begrooting in den Raad doet. Mocht hij inmiddels afgetreden zijn, dan kan hij zijn opvolger of een voorstander in den Raad verzoeken om de gedane toezeg ging als een feit te vermelden. Ik weet niet of dit onderwerp bij de hee ren Van Hees en Van Driel weer aan de orde zal komen misschien niet - maar de houding van den wethouder van finan ciën ten deze is m.i. niet juist, met alle respect voor zijn voortdurend streven om de gemeentekas te beveiligen tegen nieuwe jaar- lijks-weerkeerende uitgaven die hij over bodig acht. Over de behandeling van hoofdstuk EX (Ondersteuning aan behoeftigen en werkloo- zen) die nog niet is afgeloopen, zal ik van daag maar heel kort zijn, in omgekeerde evenredigheid tot de lengte der debatten. Van vele zijden werden B. en W. aange vallen over hun lijst van uitgevoerde werken behoorend tot werkverruiming, omdat daar veel op stond dat noodzakelijkerwijze moest gebeuren, en er dus niet bij hoort. De voor zitter aanvaardde dit verwijt niet, en ant woordde op aanvallen van den heer Peper, inzake de gevoerde administratie bij het Burgerlijk Armbestuur, dat er geen sprake van was dat er iets niet in orde zou zijn, maar dat het B. A. zelf tenvolle vóór een overzichtelijker beheer is en dat voorstellen binnenkort te wachten zijn. Mr. Slingenberg, die bij afwezigheid van den burgemeester en den wethouder van Openbare Werken ook een aantal gemaakte opmerkingen beantwoordde, verklaarde o.a- in antwoord aan den heer Groenendaal, dat het verleenen van voorschotten aan ge- meentepersoneel in de practük uitstekend werkt, en dat nagenoeg alle aanvragen zijn ingewilligd en vlot verloopen. B. en W. heb ben meer tijd noodig ter bestudeering van de woekerbestrijding en zullen met voorstel len komen. De heer Groenendaal berustte, maar drong aan op instelling van een com missie van onderzoek aangaande dit onder werp. Bij den post Kosten van Blindenzorg 7000) stelde mej. Van Vliet voor om deze tót 10.000 te verhoogen opdat de verzor ging van de blinden geheel zal kunnen ge schieden door de Blindencommissie. en de thans bestaande bijslagen van het Burgerlijk Armbestuur zullen kunnen vervallen. Of schoon de voorzitter erop wees dat de men- schen niet zelf voor dien bijslag naar het B. A.-bestuur behoeven te gaan bleken ver scheidene leden op het standpunt te staan, dat de blindenverzorging, als sociale zaak zijnde, geheel van het instituut, dat armen zorg voor zün rekening heeft, losgemaakt moest worden. De heeren Boes, Keerwolf en Baas (deze laatste in tegenstelling met zijn A. R. partijgenoot den heer Wolzak, die het voorstel bestreed als z-i. zijnde in strijd met de Armenwet) vielen allen mej. Van Vliet bij. Zooals reeds gezegd snelde de heer Rei nalda op het laatste moment toe, en zijn stem besliste, want het voorstel-Van Vliet werd met 17—16 stemmen aangenomen. De voorzitter verklaarde daarop, dat hij zou voorstellen om den post subsidie aan het Burgerlijk Armbestuur met 3000 te vermin deren. Vanmiddag voortzetting. Dertiende zitting. Verleden jaar vorderde de begrooting ei- vijftien. Dat is het beste dat men nog op dit moment van de vlotheid der behandeling kan zeggen. Het is overigens nog lang niet uit. R. P. DE ROOFOVERVAL TE DEVENTER. S. AAN DE JUSTITIE OVER GELEVERD. Het onderzoek van de politie te Deventer in den raadselachtigen roofoverval op den kantoorbediende S. heeft nog geen licht ge bracht. S. blijft alle schuld aan het ge beurde pertinent ontkennen. Gistermorgen is hij naar Zutphen gebracht en ter beschik king van de justitie gesteld, meldt de TeL KINDERVOEDING. De vereeniging Kindervoeding reikte In de afgeloopen week aan warm voedsel uit, in de Zoetestraat: Maandag 225, Dinsdag 212, Woensdag 205, Donderdag 207, Vrijdag 217. Zaterdag 195 porties: en in de Cronjéstraat Maandag 88 Dinsdag 92, Woensdag 83, Donderdag 87, Vrijdag 82, Zaterdag 79 porties. NOG TWEE VELDWACHTERS VAN GROOTEGAST BEGRAVEN GROOTE BELANGSTELLING TE GRONINGER-OPENDE EN GROOTEGAST. Het was gisteren geweldig druk te Groote- gast, nu de begrafenis zou plaats hebben van het stoffelijk overschot van de ge meenteveldwachters Meyer en Van der Moo- len. Het centrum van de drukte was, volgens de Tel., het gemeentehuis, waar telkens vrachtauto's stilhielden om stapels rouw kransen en bloemstukken binnen te brengen, welsprekende getuigen van de deelneming in geheel het land. De tuinkamer van het gemeentehuis was als het ware herschapen in een chapelle ardente waar één meter hoog de rouwkransen waren opgestapeld op de kist, die het stoffelijk overschot bevatte van den chef-gemeenteveldwachter Van der Mo len. De gemeentenaren van Grootegast had den geld te zamen gebracht voor een krans als blijk van meeleven. Te Groningen-Opende had de begrafenis plaats van veldwachter Meyer. Voordat de stoet gevormd werd, werd on der leiding van ds. Adema een rouwdienst gehouden in de Geref. Kerk. Hier spraken de burgemeester van Grootegast, ds. Pol en vele vertegenwoordigers van Politiebonden. Daarna werd de stoet gevormd met het Rot- terdamsch Politiemuziekcorps voorop. Te on geveer half twee bereikte de stoet het kerk hof. De naaste collega's van den overledene droegen de kist onder klokgelui naar her graf. Ds. Adema leidde ook hier den dienst,. Hierbij waren de politiecorpsen van Soest, de Bildt, Zeist, Baarn, Amersfoort en Mij- delburg vertegenwoordigd, zoomede de ver tegenwoordigers van politiecorpsen, die ooi: gisteren te Groningen de plechtigheid had den bijgewoond. Het woord werd nog ge voerd door mr. Lisman, namens de Groning- sche rechtbank. Vervolgens spraken nog enkele vertegenwoordigers van stedelijke politiecorpsen in den lande. Ds. Adema dankte namens de familie. De begrafenis was ongeveer 3 uur afgeloopen. Te Grootegast. Door onvoorziene buitengewone belang stelling bij de teraardebestelling van veld wachter Meyer te Groninger-Opende werd de begrafenis van den chef-veldwachter. Van der Molen, meer dan een uur verlaat. Een onafzienbare rij van auto's, autobussen en wielrijders bewoog zich van Opende naar Grootegast Een zoo mogelijk nog ontzaglij- ker belangstelling dan bij de begrafenis van Meyer bestond voor de teraardebestelling van Van der Molen. Duizenden en nogmaals duizenden stonden langs den weg ge schaard welken de stoet, die bijna een K.M. lang was, volgde. Tal van vrouwen schreiden toen de rouwstoet passeerde. Meer dan 50 rouwkransen werden op een specialen wagen naar de begraafplaats vervoerd. Ook hier werd het woord gevoerd door den vertegenwoordiger van den minister van Justitie, den burgemeester van Grootegast en vertegenwoordigers van de Rechtbank en van de verschillende politievereenigingen. Tevens sprak nog notaris Bruins, namens de burgerij van Grootegast en ds. Noest. Te half zes was de plechtigheid afgeloopen en was ook de laatste der vier slachtoffers van het afschuwelijke drama te Grootegast ter aarde besteld. DRONKEN MAN TE UTRECHT. VAN EEN TRAM GEVALLEN EN OVERLEDEN. Dezer dagen viel een man in beschonken toestand uit een wagen van lijn 2 te Utrecht, meldt het Volk. Hij kwam met het hoofd op de steenen terecht en bleef bewusteloos lig gen. Hij werd met een auto naar de rijkskli nieken vervoerd: de wachthebbende dokter vond, na onderzoek, de beste oplossing om den man per auto naar het politiebureau te laten brengen. Daar werd hij in een cel ge borgen. 's Nachts heeft men een paar maal naar hem gekeken, maar hij sliep steeds. Toen de man des morgens nog niet wak ker was of bij bewustzijn, heeft men den Gem. Geneesk. Dienst opgebeld. Er kwam een broeder, die ook niets bijzonders kon vaststellen. De man bleef echter bewusteloos. De broeder stuurde een dokter, die onmid dellijke overbrenging naar de klinieken noo dig achtte. De man is daar 's avonds laat, aan inwendige hoofdverwondingen overle den. DE HEER VAN BURINK VOOR HET IIAAGSCHE HOF. Van rechtsvervolging ont slagen. Het Gerechtshof te 's-Gravenhage heeft uitspraak gedaan in de zaak tegen het ge meenteraadslid G. van Burink, te Rotterdam. Aan verdachte was ten laste gelegd, dat hij in de raadszitting van 28 Maart 1928 op schudding heeft veroorzaakt en door schreeu wen en schelden een stemming onmogelijk heeft gemaakt. Voorts zou verdachte de zaal niet terstond op last van den voorzit ter hebben verlaten. Het Hof overwoog, dat de feiten wel zijn begaan doch niet onder een strafbepaling vallen en dus niet strafbaar zijn. Het Hof besloot daarom tot vernietiging van het vonnis van de Rotterdamsche rechtbank (50 cent boete subs. 1 dag hechtenis) en ontsloeg verdachte van alle rechtsvervolging, meldt de TeL BENZINE BIJ EEN KACHEL. JONGEN KREEG BRANDWONDEN. In de blikfabriek te Zeist werd Dinsdagmid dag een bus met benzine bij een brandende kachel geplaatst. De bus werd omvergeloo- pen door een jongen, met het gevolg, dat de benzine vlam vatte en ook de broekspijpen van den 18-jarigen knaap in brand geraak ten, meldt het Hbld. Door den schrik ver zuimden de omstanders dadelijk hulp te bieden, waardoor de jonge leerling werd gewond. Toen het vuur met een overjas was gedoofd, bleken beide beenen van den ge troffene ernstig verbrand te zijn. Hij werd naar het ziekenhuis overgebracht. DE GASKETEL-ONTPLOFFING BIJ JURGENS TE ZWIJNDRECHT WAARSCHIJNLIJK LUCHT BIJ CARBIDGAS GEKOMEN. Omtrent de ontploffing op de fabriek van Jurgens te Zwijndrecht welke aan twee ar beiders, Goudsbloem en Van Eyk, het leven kostte, deelde de technische bedrijfsleider, ir. M. Frey aan de Tel. nog het volgende mede: Op bepaalde tijden moeten de lasch- apparaten schoon gemaakt worden, dit werk dient steeds voorzichtig te geschieden, daar een mengsel van carbidgas met lucht uiterst explosief is. Daarom werd eerst de carbid in den ketel onder water gezet. Onder leiding van den lasscher Opmeer, die al vijftien jaar in onzen dienst is, werd door eenige arbeiders de klok van het ap paraat afgetild. Van Eijk en Goudsbloem, stonden daarbij in half gebogen houding bo ven de klok. Plotseling had in het apparaat een geweldige ontploffing plaats, waardoor de klok ongeveer dertig meter in de lucht werd geslingerd. Van Eijk en Goudsbloem kregen het gevaarte tegen het hoofd, waar door Goudsbloem geheel werd onthoofd en Van Eijk ook een stuk van het hoofd werd afgeslagen. Beiden waren op slag dood. De klok viel een eind verder met groot geraas neer, doch materieele schade werd er ver der niet veroorzaakt. De oorzaak. Omtrent de oorzaak van het ongeluk, kan men, aldus vervolgde de heer Freij, twee hypothesen opzetten. Zoo kan verondersteld worden, dat de carbid niet geheel „verdron ken" was en nog aan het blusschen was, hetgeen gelijk bekend met een aanmerkelijke temperatuursverhooging gepaard gaat. Hier-, door kan een ontvlambaar mengsel van acetyleengas en lucht tot een explosie zijn gekomen. Ook kan men het ongeval aldus verkla ren, dat door het optrekken van de klok een vonk is ontstaan bij het wrijven van de me talen deelen, waardoor liet gasmengsel even eens kan zijn geëxplodeerd. De juiste oor zaak zal wel nimmer bekend worden, want tenslotte zal er niemand in den ketel gezien kunnen hebben wat er geschiedde. Onder doodsche stilte verlieten de twee lijkkoetsen om kwart voor drie het fabrieks terrein. De leden der directie en eenige hooge functionarissen volgden de koetsen te voet. Een groot deel van het fabriekspersoneel volgde de droeve uitvaart met ontbloote hoofden. Langs den weg en op de begraaf plaats stonden talrijke belangstellenden. Op de vraag, of de acetyleenapparaten, waarmee elders reeds vaker ongelukken zijn geschied, niet afgeschaft kunnen wor den. antwoordde men, dat dit niet mo gelijk is. Wel wordt het gebruik er van zoo veel als doenlijk is beperkt Voorts schrijft het blad nog, dat het toe stel vlak naast een gashouder met waterstof werd schoongemaakt! De lasscher Opmeer werd door den luchtdruk van de ontploffing zoo tegen den grond gesmakt, dat hij giste ren zijn werkzaamheden niet kon voortzet ten. LAFFE STREEK TE GOUDA. VROUW OVERVALLEN EN MISHANDELD. Baldadige feestvierders hebben des nachts van een ,in de Steynkade de Gouda liggen de woonschuit een handwagen van boord ge haald en onder Reeuwijk in een sloot gere den. De vrouw die op het vaartuig woonde, had de verdwijning van den wagen bemerkt en ging op zoek naar haar eigendom. Op den Zwarteweg is zij door een der mannen over vallen, geslagen en getrapt, tengevolge waarvan zij verwondingen aan gezicht en knie opliep. Den laffen aanrander is de po litie op het spoor, meldt de TeL DE HEER WIJNKOOP WIL AMSTERDAM f 10.000 LATEN STUREN NAAR BOVEN- DIGOEL. Dc burgemeester zou het moeten uitbetalen. De burgemeester zit toch in Indië, rede neerde de heer Wijnkoop in de gisteren ge houden vergadering van den Amsterdam- schen raad, laten wij aan de stakkers in het interneeringskamp aan den Boven-Di- goel nu eens 10.000 schenken en den bur gemeester vragen, dat bedrag eventjes te gaan uitbetalen, meldt de Tel. De raad lachte wat, en zoo werd het kwart voor vier, want de heer Wijnkoop wil een zelfde bedrag beschikbaar stellen voor de nagelaten betrekkingen der omgekomen redders van den Hoek. Ten bewijze dat Am sterdam ernstig bestuurd wordt, zullen deze voorstellen ook in het Gemeenteblad ver schijnen en t.z.t. behandeld worden. DE UTRECHTSCHE DOM WEER IN DE OUDE GLORIE. De koninklijke familie woonde de plechtigheid bij. Een enthousiaste menigte juichte gisteren te Utrecht de koninklijke familie toe, toen deze zich van de aula der universiteit waar de plechtige herdenking van de Unie van Utrecht had plaats gevonden, begaf naar het Domplein om een krans te leggen bij het standbeeld van Jan van Nassau. Des middags was de koninklijke familie aanwezig bij de plechtige inwijding van de Michaëlskapel. Burgemeester dr. J. P. Focke- ma Andreae zelde in zijn rede, zich gelukkig te achten de koninklijke familie en zoovele autoriteiten aanwezig te zien bij de geden king van dit £<it. Door de thans voltooide restauratie van den Dom deze grootsche schepping uit de 14e eeuw 'hebben Rijk en Gemeente Utrecht samen een eereschuld gedelgd jegens de mannen, die dezen toren deden oprijzen en gepoogd goed te maken wat men in latere tijden tegenover zulk een geweldig bouw werk heeft misdreven in den vorm van ver- waarloozing of onoordeelkundige, smakeloo- ze z.g. herstellingen. Spreker ging vervol gens uitvoerig de geschiedenis van den Domtoren na. Eenige nummers klassieke muziek werden uitgevoerd. Vervolgens gingen de gasten door de voornaamste straten naar het sta tion. Er was, geen doorkomen aan. Omstreeks 'acht uur werd evenals Zater dag en Maandag j.l. de Domtoren' zoowel binnen als buiten verlicht. Het imposante kleurenspel werd door duizenden gadegesla gen. SANTPOORT HET ONGELUK TE SPAARNDAM DE TERAARDEBESTELLING. Woensdagmiddag werd onder overgroots belangstelling ter aarde besteld het stoffelijk overschot van den 13-jarigen Gijs Har tog, die Zondag bij een poging een vriendje te redden zelf het leven verloor. Toen de kist in de groeve was nedergelat.cn, strooide de moeder witte tulpen op de kist, waarbij ze zei'de: „Hier mijn kleine held, dit is het laatste wat ik je meegeef". Na deze plechtigheid trad Prof. Dr. G. A. v. d. Bergh v. Eysinga naar voren. Zich wen dende tot de diep bedroefde familieleden, zei. de hij o.m. het volgende: „Ongeveer 11/2 jaar geleden vertrouwden wij hier aan den schoot der aarde toe het stoffelijk omhulsel van een jeugdig leven. Thans doen we dat weer, doch gold het toen een verkeersongeval, op het moment staan we aan de groeve van een slachtoffer van het ijs. wien echter geen on voorzichtigheid verweten mag worden. Hij heeft zijn vriendje willen redden en heelt daarvoor zich zelf opgeofferd. Daar leefden illusies bij dezen knaap, die eigenaardig af staken bij zijn rustig en kinderlijk gedrag van alle dagen. In dat zelfde zachte hartje leefde de begeerte om te gaan naar zee, naar de marine. HU had echter op het veld van eer ln den kryg tusschen de volkeren niet de eer en roem kunnen behalen, die hij zich thans verworven heeft. Menschelyke troost bij het verlies van den benjamin is te zwak. Daar moet hooger troost voor neder dalen. Welnu, ouders, de liefde Gods heeft zich geopenbaard ln het kind. dat gij hebt mogen koesteren, dat gij hebt opge voed en ln welks kinderziel gij motreüik hebt doen rijpen, het verlangen om een vriendje te helpen. Hij is gevallen als de mannen, die de vorige 'veek hun leven waarden, om dat van hun medemenschen te redden. Uw kind staat deze zeehelden naar de kroon. Moge Gijs de levende band zün, welke a met God verbindt. God zegene u!" Voorts werd, het woord gevoerd door hefc hoofd van school F, den heer C. G. Dekker. Deze zeide in korten tijd twee leerlingen naar hun laatste rustplaats te hebben geleid, iets, wat hem vóór dien tijd nog nimmer was over komen Onze GUs is gestorven fn edele zelf opoffering. Moge dit voor de ouders een troost zijn. Gijs laat op school een ledige plaats achter. Als ik 's morgens op school kom, zie ik met deernis naar deze leege plaats. Moge dit tragisch gebeuren voor alle kinderen een les zf'n steeds naar ouders en onderwij zers te luisteren." Namens de ouders dankte een familielid. Hiermee was de droeve plechtigheid ge ëindigd en verlieten de talrijke aanwezigen, waaronder Gijs' schoolkameraadjes, den doo- denakker. HET VERKEER. VOERTUIGEN RECHTS. Een lezer schrijft ons: In Haarlem zijn verschillende straten waar het éénrichtingsverkeer is toegepast; bordjes met „verboden in te rijden" geven zoowel inwoner als vreemdeling voldoende waarschuwing dat men bU evcntueele niet inachtneming van deze wettelijke regeling zich schuldig maakt aan een strafbaar feit. Maar in dezelfde stad ziet men ook verschil lende bordjes met het opschrift, „voertuigen rechts", wat voor den oningewijde minder duidelijk is, of liever, zoo vaak is gesteld, dat menigeen (ik doel hier inzonderheid op wiel rijders) een overtreding begaat zonder het zich bewust te zijn. Want die bordjes beteckenen hetzelfde als „verboden in te rijden". Men vindt bedoelde waarschuwings borden in straten waar in het midden een plein is gemaakt en aan beide zUden een straat is aangelegd. We noemen hier den Kleverparkweg, de Nassaulaan, het Schoter- boschplein e.a. De vorige week werd ik, komende per rU- wiel van de Kleverlaan langs Kleverparkweg, (links om de Begastraat in te gaan) aange houden door een agent van politic die mij wees op het bordje „voertuigen rechts" (wat blijkbaar ook van kracht is voor een rij wiel), en me duidelijk maakte dat ik door zoo te rijden de Haarlemsche Politieverorde ning overtrad en hij dus het recht had mij te verbaliseeren. Ik heb dezen polltie-agent gewezen op de vage aanduiding en hU deel de gelukkig mijn meening, zoodat het verder goed met mU afliep. Men zal my tegenwerpen dat een ieder moet weten dat links ryden verboden is, doch men rUdt hier niet links, want 't ls een aparte straat, maar goed laten we dit aan nemen, men moet dus, komende van de Klo- verlaan, de rechter straat van den Klever- parkweg Inrijden zoodat men de Begastraat of de Mr. Cornelisstraat niet anders kan be reiken, dan door om te rijden of het midden gedeelte, na van het rijwiel afgestapt te zijn, te voet oversteken om daarna z'n weg te kunnen vervolgen: een ingewikkelde metho de! Maar om mijn meening nog duidelUker te accentueeren, verwUs ik de politic-autori teiten naar het Schoterboschplcin. Komt men vanaf den Rijksstraatweg de Schoter- boschstraat in dan ziet men weer het bordje „voertuigen rechts" aan het begin van het Schoterboschplcin. Wie van de Schoterbosch- straat komt om de Eikenstraat te bereiken, moet volgens dit vage voorschrift het plant soentje orarUden, men moet mut.w. van den weg af en komt er voorbij het pleintje weer op. want dit was oorspronkelijk één weg, het pleintje is er later bygekomen. Wc vragen ons af, welke wielrijder, met de plaatselijke situatie onbekend, zal, vooral 's avonds, dit pleintje omrijden? Wij gcloo- ven van niemand! Het is te wenschen dat er spoedig duide lijker aanwijzing wordt gedaan ten opzichte van het verkeer. Voor het publiek dat niet langer voor raadselc-n staat, maar ook voor den politie-agent, die hier vaak met tegen zin en tot vervelens toe moet verbaliseeren, terwijl hij buiten zijn schuld, maar half in zijn recht staat. Wij brachten dit stuk onder de aandacht van den Commissaris van Politie, die ons zeide dat aan dat „omrijden" nu eenmaal niets te doen is. Het is de eenige afdoende manier om ongelukken te voorkomen. Dezelf de bepaling bestaat ook in verschillende an dere groote steden van ons land. Wat de bordjes aangaat: deze zijn al 11/2 jaar geleden geplaatst als waarschuwing voor en als beleefdheid tegenover het publick, toen de politic tot plaatsing er van niet verplicht was en uitvoerig is in de plaatselijke bladen bekend gemaakt dat onder voertuigen ook rijwielen begrepen zijn.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 9