HAARïWS DAGBLAD
DEN
UST
BINNENLAND
DONDERDAG 24 JANUARI 1929 DERDE BLAD
Elfde en Twaalfde Begrootingszittingen. Onder
wijs en Armenzorg. Weinig voortgang. Motie-
Scholl inzake de aubade aangenomen. De salarissen
van hoofden van diensten. Woekerbestrijding en
werkverruiming. Voorstel-Van Vliet inzake
Blindenzorg aangenomen. Driemaal één stem
meerderheid.
Een matte dag, met weinig voortgang. De
eindstemming is nog niet in zicht. Loom
dobberden wij voort, in het Schip van Stad,
op den reeds eerder genoemden tragen
woordenstroom. Viermaal werd een oorlam
uitgereikt schrikt u niet, het was zooals
altijd slechts de stadsthee en éénmaal
een amandel- of saucijzenbroodje, naar
keuze.
De kapitein was van boord gegaan om
een beleefheidsbezoek aan een bevriend
eiland te brengen (viering van de Unie van
Utrecht) en de oudste stuurman, mr. Heer-
kens Thijssen, had de leiding aan boord
overgenomen. Soms zat de halve beman
ning in het vooronder te rooken. Geen kans
op storm, of stroomversnellingen. De heeren
Joosten en Klein, erkende stroomversnel-
lers van verschillende richting, zwegen in
alle talen. De wethouder van Onenbare Wer
ken verscheen maar even tijdens de middag
zitting en gaf het toen weer op, wegens on
gesteldheid. 's Avonds ontbraken bovendien
nog de fractieleiders van de S.D.A.P. en den
Vrijheidsbond, plus eenige andere leden.
Maar de heer Reinalda kwam om vijf mi
nuten over elven nog per taxi (terwille van
de beeldspraak: per motorboot) aanstor
men, opgejaagd door de intuïtie die den wa
ren politicus ten allen tijde bezielt. Hij praai
de het Schip van Stad en kwam precies op
tijd aan boord om te stemmen vóór een
voorstel van zijn partijgenoote mej. Van
Vliet, dat met 1716 werd aangenomen.
Waarop de heer Joosten, eindelijk zijn som
ber zwijgen verbrekend, hem luide prees,
en wij allemaal onze kooien opzochten.
In de middagzitting werd de aubade op
Koninginnedag door twee voorstellen be
stookt. In het debat bleek al dat een meer
derheid in den Raad van meening was dat
het niet juist was dat een particuliere in
stelling de Vereeniging Koninginnedag
de organisatie der openbare school tijdens
de lesuren gebruikte voor haar feestviering.
Dit zwaar-theoretische standpunt gold de
renetities voor de aubade.
Zooals u zich herinneren zult had de heer
Scholl de heele zaak aan het rollen gebracht.
Zijn partij, de SD.A.P. is er tegen dat de
kinderen van ouders, die niet voor de te
zingen liederen voelen, gedwongen worden
om ze mee te repeteeren. De heer Scholl
diende een motie in waarbij B. en W. wer
den uitgenoodigd om met de Vereeniging
Koninginnedag onderhandelingen te voeren,
opdat van de organisatie der openbare
school voor de uitvoering van haar pro
gramma geen gebruik meer worde gemaakt.
Daarop diende heer Castricum (R.-K.)
een tweede motie in waarin B. en W. werden
uitgenoodigd om maatregelen te treffen
waardoor het instudeeren der liederen tij
dens de lesuren uitgesloten zou zijn.
Het. resultaat was nogal merkwaardig. De
voorzitter bracht de motie-Castricum het
eerst in stemming, omdat deze de verste
strekking had. Zij werd met 1918 stemmen
verworpen. De motie-Scholl werd daarop met
1918 stemmen aangenomen.
Welke houding de Vereeniging Koningin
nedag nu zal aannemen is nog niet bekend.
Het bestuur moet er natuurlijk eerst nog
over vergaderen. Ongetwijfeld is door de
aanneming van deze motie de verdere deel
neming van de kinderen der openbare school
aan de aubade op Koninginnedag zeer on
zeker geworden. Vóór de motie-Scholl stem
den de leden mevr. Maarschall, mej. van
Vliet, Stam, Koppen, Meijers, mr. Gerritsz,
Scholl, Reinalda, Joosten. de Vos, Groenen-
daal, Keerwolf (allen SD.A.P.), Boes en
Heidstra (V. D.), mej. Berdenis van Berle-
kom (V. B.), Wolff en Loerakker (R.-K.),
Peper CC. P.). en Oversteegen (A.S.P.). Mej.
Berdenis had verklaard dat zij vóór de
motie-Scholl zou stemmen vanwege het (in
dertijd reeds bestreden) liedje van de Hol-
landsche weiden en duinen die wij verdedi
gen moeten tegen „kapers ter kust". Ook
mej. Berdenis bleek van meening te zijn dat
dit een te oorlogszuchtig liedje was. Zij ver
onderstelde dat ook onderwijzers die natio
naal voelen en de Koningin eeren tegen het
zingen van zulke liedjes bezwaar zouden
kunnen hebben, wilde herhaling in de toe
komst voorkomen en stemde daarom vóór
de motie der socialistische fractie.
De heer Loosjes oefende aandrang op B. en
W. uit tot spoedige voorziening in de betere
huisvesting van de Meisjes H. B. S. (voor
stellen in te dienen vóór 1 Juli) en diende
met de heeren Boes en Scholl een desbe
treffende motie in, die door B. en W. werd
overgenomen.
De post subsidie 750> aan de Vereeni
ging Koninginnedag werd aangenomen met
de stemmen der S.D.A.P. tegen, plus die van
de heeren Peper en Oversteegen.
Een voorstel van den heer Joh. Visser om
het salaris van den directeur van het Frans
Hals Museum te verhoogen werd met 288
stemmen verworpen, en dit geeft mij aan
leiding om nog even op de voorstellen in
zake de hoofden van diensten terug te ko
men. Er moeten er nog twee worden be
handeld, nl. voor den heer Van Hees, di
recteur van den Stadsschouwburg en den
heer Van Driel, directeur van de Gemeente-
reiniging. Deze laatste verkeert in hetzelfde
geval als de directeur van den Hout en
Plantsoenen, aan wien reeds (met éen stem
meerderheid) 500 salarisverhooging ver
leend is. ornaat hij er het beheer van de Be
graafplaats bij had gekregen. De heer Van
Driel heeft er het Marktwezen bij, en de
Raad zou zichzelf dus in principe tegen
spreken als zij hem de verhooging nu niet
gaf.
Wat den directeur van den Stadsschouw
burg betreft: wij zijn van meening dat er
alle reden is om hem de voorgestelde salaris-
verhooging te geven, en dat het al veel eer
der had moeten gebeuren. Van den heer Van
Hees wordt de nogal zeldzame combinatie
van den kunstenaar en zakenman geëischt,
terwijl hij bovendien zelf het boekhouders-
werk moet doen dat normaliter aan een on
dergeschikte wordt opgedragen. Hij vervult
een moeilijke taak met succes en groote toe
wijding, en m.i. heeft de gemeente hem er
tot dusver schandelijk slecht voor betaald.
Mij is niet bekend of bij de nog hangende
voorstellen misschien opnieuw de quaestie
van „gedane mondelinge toezeggingen" ter
sprake zal komen. Die is aan de orde ge
weest in het geval van den directeur van
Bouw- en Woningtoezicht en in dat van den'
directeur van den Hout en Plantsoenen. De
wethouder van financiën heeft te kennen ge
geven dat toezeggingen van een enkelen wet
houder feitelijk geen waarde hadden omdat
hij niet voor het college van B. en W. kan
spreken, en toezeggingen van het college
niet, omdat dit niet voor den Raad kan be
slissen. Dit is alleen theoretisch juist. Als
iemand een kans krijgt om in een andere
gemeente benoemd te worden, naar zijn
wethouder gaat en een voorloopige toezeg
ging van hem krijgt, dan weet hij zelf heel
goed dat deze niet alleen beslissen kan.
Maar hij heeft het recht te verwachten dat
de wethouder een voorstel bij B. en W. in
dient, en, als dat geen succes heeft, het bij
de volgende begrooting in den Raad doet.
Mocht hij inmiddels afgetreden zijn, dan
kan hij zijn opvolger of een voorstander in
den Raad verzoeken om de gedane toezeg
ging als een feit te vermelden.
Ik weet niet of dit onderwerp bij de hee
ren Van Hees en Van Driel weer aan de
orde zal komen misschien niet - maar
de houding van den wethouder van finan
ciën ten deze is m.i. niet juist, met alle
respect voor zijn voortdurend streven om de
gemeentekas te beveiligen tegen nieuwe jaar-
lijks-weerkeerende uitgaven die hij over
bodig acht.
Over de behandeling van hoofdstuk EX
(Ondersteuning aan behoeftigen en werkloo-
zen) die nog niet is afgeloopen, zal ik van
daag maar heel kort zijn, in omgekeerde
evenredigheid tot de lengte der debatten.
Van vele zijden werden B. en W. aange
vallen over hun lijst van uitgevoerde werken
behoorend tot werkverruiming, omdat daar
veel op stond dat noodzakelijkerwijze moest
gebeuren, en er dus niet bij hoort. De voor
zitter aanvaardde dit verwijt niet, en ant
woordde op aanvallen van den heer Peper,
inzake de gevoerde administratie bij het
Burgerlijk Armbestuur, dat er geen sprake
van was dat er iets niet in orde zou zijn,
maar dat het B. A. zelf tenvolle vóór een
overzichtelijker beheer is en dat voorstellen
binnenkort te wachten zijn.
Mr. Slingenberg, die bij afwezigheid van
den burgemeester en den wethouder van
Openbare Werken ook een aantal gemaakte
opmerkingen beantwoordde, verklaarde o.a-
in antwoord aan den heer Groenendaal, dat
het verleenen van voorschotten aan ge-
meentepersoneel in de practük uitstekend
werkt, en dat nagenoeg alle aanvragen zijn
ingewilligd en vlot verloopen. B. en W. heb
ben meer tijd noodig ter bestudeering van
de woekerbestrijding en zullen met voorstel
len komen. De heer Groenendaal berustte,
maar drong aan op instelling van een com
missie van onderzoek aangaande dit onder
werp.
Bij den post Kosten van Blindenzorg
7000) stelde mej. Van Vliet voor om deze
tót 10.000 te verhoogen opdat de verzor
ging van de blinden geheel zal kunnen ge
schieden door de Blindencommissie. en de
thans bestaande bijslagen van het Burgerlijk
Armbestuur zullen kunnen vervallen. Of
schoon de voorzitter erop wees dat de men-
schen niet zelf voor dien bijslag naar het
B. A.-bestuur behoeven te gaan bleken ver
scheidene leden op het standpunt te staan,
dat de blindenverzorging, als sociale zaak
zijnde, geheel van het instituut, dat armen
zorg voor zün rekening heeft, losgemaakt
moest worden. De heeren Boes, Keerwolf en
Baas (deze laatste in tegenstelling met zijn
A. R. partijgenoot den heer Wolzak, die het
voorstel bestreed als z-i. zijnde in strijd met
de Armenwet) vielen allen mej. Van Vliet
bij.
Zooals reeds gezegd snelde de heer Rei
nalda op het laatste moment toe, en zijn
stem besliste, want het voorstel-Van Vliet
werd met 17—16 stemmen aangenomen.
De voorzitter verklaarde daarop, dat hij
zou voorstellen om den post subsidie aan het
Burgerlijk Armbestuur met 3000 te vermin
deren.
Vanmiddag voortzetting. Dertiende zitting.
Verleden jaar vorderde de begrooting ei-
vijftien. Dat is het beste dat men nog op dit
moment van de vlotheid der behandeling
kan zeggen. Het is overigens nog lang niet uit.
R. P.
DE ROOFOVERVAL TE
DEVENTER.
S. AAN DE JUSTITIE OVER
GELEVERD.
Het onderzoek van de politie te Deventer
in den raadselachtigen roofoverval op den
kantoorbediende S. heeft nog geen licht ge
bracht. S. blijft alle schuld aan het ge
beurde pertinent ontkennen. Gistermorgen
is hij naar Zutphen gebracht en ter beschik
king van de justitie gesteld, meldt de TeL
KINDERVOEDING.
De vereeniging Kindervoeding reikte In de
afgeloopen week aan warm voedsel uit, in
de Zoetestraat:
Maandag 225, Dinsdag 212, Woensdag 205,
Donderdag 207, Vrijdag 217. Zaterdag 195
porties: en in de Cronjéstraat Maandag 88
Dinsdag 92, Woensdag 83, Donderdag 87,
Vrijdag 82, Zaterdag 79 porties.
NOG TWEE VELDWACHTERS
VAN GROOTEGAST BEGRAVEN
GROOTE BELANGSTELLING TE
GRONINGER-OPENDE EN
GROOTEGAST.
Het was gisteren geweldig druk te Groote-
gast, nu de begrafenis zou plaats hebben
van het stoffelijk overschot van de ge
meenteveldwachters Meyer en Van der Moo-
len.
Het centrum van de drukte was, volgens
de Tel., het gemeentehuis, waar telkens
vrachtauto's stilhielden om stapels rouw
kransen en bloemstukken binnen te brengen,
welsprekende getuigen van de deelneming
in geheel het land. De tuinkamer van het
gemeentehuis was als het ware herschapen
in een chapelle ardente waar één meter hoog
de rouwkransen waren opgestapeld op de
kist, die het stoffelijk overschot bevatte van
den chef-gemeenteveldwachter Van der Mo
len. De gemeentenaren van Grootegast had
den geld te zamen gebracht voor een krans
als blijk van meeleven.
Te Groningen-Opende had de begrafenis
plaats van veldwachter Meyer.
Voordat de stoet gevormd werd, werd on
der leiding van ds. Adema een rouwdienst
gehouden in de Geref. Kerk. Hier spraken
de burgemeester van Grootegast, ds. Pol en
vele vertegenwoordigers van Politiebonden.
Daarna werd de stoet gevormd met het Rot-
terdamsch Politiemuziekcorps voorop. Te on
geveer half twee bereikte de stoet het kerk
hof. De naaste collega's van den overledene
droegen de kist onder klokgelui naar her
graf. Ds. Adema leidde ook hier den dienst,.
Hierbij waren de politiecorpsen van Soest,
de Bildt, Zeist, Baarn, Amersfoort en Mij-
delburg vertegenwoordigd, zoomede de ver
tegenwoordigers van politiecorpsen, die ooi:
gisteren te Groningen de plechtigheid had
den bijgewoond. Het woord werd nog ge
voerd door mr. Lisman, namens de Groning-
sche rechtbank. Vervolgens spraken nog
enkele vertegenwoordigers van stedelijke
politiecorpsen in den lande.
Ds. Adema dankte namens de familie. De
begrafenis was ongeveer 3 uur afgeloopen.
Te Grootegast.
Door onvoorziene buitengewone belang
stelling bij de teraardebestelling van veld
wachter Meyer te Groninger-Opende werd
de begrafenis van den chef-veldwachter.
Van der Molen, meer dan een uur verlaat.
Een onafzienbare rij van auto's, autobussen
en wielrijders bewoog zich van Opende naar
Grootegast Een zoo mogelijk nog ontzaglij-
ker belangstelling dan bij de begrafenis van
Meyer bestond voor de teraardebestelling
van Van der Molen. Duizenden en nogmaals
duizenden stonden langs den weg ge
schaard welken de stoet, die bijna een K.M.
lang was, volgde. Tal van vrouwen schreiden
toen de rouwstoet passeerde. Meer dan 50
rouwkransen werden op een specialen wagen
naar de begraafplaats vervoerd.
Ook hier werd het woord gevoerd door den
vertegenwoordiger van den minister van
Justitie, den burgemeester van Grootegast
en vertegenwoordigers van de Rechtbank en
van de verschillende politievereenigingen.
Tevens sprak nog notaris Bruins, namens de
burgerij van Grootegast en ds. Noest.
Te half zes was de plechtigheid afgeloopen
en was ook de laatste der vier slachtoffers
van het afschuwelijke drama te Grootegast
ter aarde besteld.
DRONKEN MAN TE UTRECHT.
VAN EEN TRAM GEVALLEN EN
OVERLEDEN.
Dezer dagen viel een man in beschonken
toestand uit een wagen van lijn 2 te Utrecht,
meldt het Volk. Hij kwam met het hoofd op
de steenen terecht en bleef bewusteloos lig
gen. Hij werd met een auto naar de rijkskli
nieken vervoerd: de wachthebbende dokter
vond, na onderzoek, de beste oplossing om
den man per auto naar het politiebureau te
laten brengen. Daar werd hij in een cel ge
borgen. 's Nachts heeft men een paar maal
naar hem gekeken, maar hij sliep steeds.
Toen de man des morgens nog niet wak
ker was of bij bewustzijn, heeft men den
Gem. Geneesk. Dienst opgebeld. Er kwam
een broeder, die ook niets bijzonders kon
vaststellen. De man bleef echter bewusteloos.
De broeder stuurde een dokter, die onmid
dellijke overbrenging naar de klinieken noo
dig achtte. De man is daar 's avonds laat,
aan inwendige hoofdverwondingen overle
den.
DE HEER VAN BURINK VOOR HET
IIAAGSCHE HOF.
Van rechtsvervolging ont
slagen.
Het Gerechtshof te 's-Gravenhage heeft
uitspraak gedaan in de zaak tegen het ge
meenteraadslid G. van Burink, te Rotterdam.
Aan verdachte was ten laste gelegd, dat hij
in de raadszitting van 28 Maart 1928 op
schudding heeft veroorzaakt en door schreeu
wen en schelden een stemming onmogelijk
heeft gemaakt. Voorts zou verdachte de
zaal niet terstond op last van den voorzit
ter hebben verlaten.
Het Hof overwoog, dat de feiten wel zijn
begaan doch niet onder een strafbepaling
vallen en dus niet strafbaar zijn. Het Hof
besloot daarom tot vernietiging van het
vonnis van de Rotterdamsche rechtbank
(50 cent boete subs. 1 dag hechtenis) en
ontsloeg verdachte van alle rechtsvervolging,
meldt de TeL
BENZINE BIJ EEN KACHEL.
JONGEN KREEG BRANDWONDEN.
In de blikfabriek te Zeist werd Dinsdagmid
dag een bus met benzine bij een brandende
kachel geplaatst. De bus werd omvergeloo-
pen door een jongen, met het gevolg, dat de
benzine vlam vatte en ook de broekspijpen
van den 18-jarigen knaap in brand geraak
ten, meldt het Hbld. Door den schrik ver
zuimden de omstanders dadelijk hulp te
bieden, waardoor de jonge leerling werd
gewond. Toen het vuur met een overjas was
gedoofd, bleken beide beenen van den ge
troffene ernstig verbrand te zijn. Hij werd
naar het ziekenhuis overgebracht.
DE GASKETEL-ONTPLOFFING
BIJ JURGENS TE ZWIJNDRECHT
WAARSCHIJNLIJK LUCHT BIJ
CARBIDGAS GEKOMEN.
Omtrent de ontploffing op de fabriek van
Jurgens te Zwijndrecht welke aan twee ar
beiders, Goudsbloem en Van Eyk, het leven
kostte, deelde de technische bedrijfsleider,
ir. M. Frey aan de Tel. nog het volgende
mede: Op bepaalde tijden moeten de lasch-
apparaten schoon gemaakt worden, dit werk
dient steeds voorzichtig te geschieden, daar
een mengsel van carbidgas met lucht uiterst
explosief is. Daarom werd eerst de carbid
in den ketel onder water gezet.
Onder leiding van den lasscher Opmeer,
die al vijftien jaar in onzen dienst is, werd
door eenige arbeiders de klok van het ap
paraat afgetild. Van Eijk en Goudsbloem,
stonden daarbij in half gebogen houding bo
ven de klok. Plotseling had in het apparaat
een geweldige ontploffing plaats, waardoor
de klok ongeveer dertig meter in de lucht
werd geslingerd. Van Eijk en Goudsbloem
kregen het gevaarte tegen het hoofd, waar
door Goudsbloem geheel werd onthoofd en
Van Eijk ook een stuk van het hoofd werd
afgeslagen. Beiden waren op slag dood. De
klok viel een eind verder met groot geraas
neer, doch materieele schade werd er ver
der niet veroorzaakt.
De oorzaak.
Omtrent de oorzaak van het ongeluk, kan
men, aldus vervolgde de heer Freij, twee
hypothesen opzetten. Zoo kan verondersteld
worden, dat de carbid niet geheel „verdron
ken" was en nog aan het blusschen was,
hetgeen gelijk bekend met een aanmerkelijke
temperatuursverhooging gepaard gaat. Hier-,
door kan een ontvlambaar mengsel van
acetyleengas en lucht tot een explosie zijn
gekomen.
Ook kan men het ongeval aldus verkla
ren, dat door het optrekken van de klok een
vonk is ontstaan bij het wrijven van de me
talen deelen, waardoor liet gasmengsel even
eens kan zijn geëxplodeerd. De juiste oor
zaak zal wel nimmer bekend worden, want
tenslotte zal er niemand in den ketel gezien
kunnen hebben wat er geschiedde.
Onder doodsche stilte verlieten de twee
lijkkoetsen om kwart voor drie het fabrieks
terrein. De leden der directie en eenige hooge
functionarissen volgden de koetsen te voet.
Een groot deel van het fabriekspersoneel
volgde de droeve uitvaart met ontbloote
hoofden. Langs den weg en op de begraaf
plaats stonden talrijke belangstellenden.
Op de vraag, of de acetyleenapparaten,
waarmee elders reeds vaker ongelukken zijn
geschied, niet afgeschaft kunnen wor
den. antwoordde men, dat dit niet mo
gelijk is. Wel wordt het gebruik er van zoo
veel als doenlijk is beperkt
Voorts schrijft het blad nog, dat het toe
stel vlak naast een gashouder met waterstof
werd schoongemaakt! De lasscher Opmeer
werd door den luchtdruk van de ontploffing
zoo tegen den grond gesmakt, dat hij giste
ren zijn werkzaamheden niet kon voortzet
ten.
LAFFE STREEK TE GOUDA.
VROUW OVERVALLEN EN
MISHANDELD.
Baldadige feestvierders hebben des nachts
van een ,in de Steynkade de Gouda liggen
de woonschuit een handwagen van boord ge
haald en onder Reeuwijk in een sloot gere
den. De vrouw die op het vaartuig woonde,
had de verdwijning van den wagen bemerkt
en ging op zoek naar haar eigendom. Op den
Zwarteweg is zij door een der mannen over
vallen, geslagen en getrapt, tengevolge
waarvan zij verwondingen aan gezicht en
knie opliep. Den laffen aanrander is de po
litie op het spoor, meldt de TeL
DE HEER WIJNKOOP WIL AMSTERDAM
f 10.000 LATEN STUREN NAAR BOVEN-
DIGOEL.
Dc burgemeester zou het moeten
uitbetalen.
De burgemeester zit toch in Indië, rede
neerde de heer Wijnkoop in de gisteren ge
houden vergadering van den Amsterdam-
schen raad, laten wij aan de stakkers in
het interneeringskamp aan den Boven-Di-
goel nu eens 10.000 schenken en den bur
gemeester vragen, dat bedrag eventjes te
gaan uitbetalen, meldt de Tel.
De raad lachte wat, en zoo werd het
kwart voor vier, want de heer Wijnkoop wil
een zelfde bedrag beschikbaar stellen voor
de nagelaten betrekkingen der omgekomen
redders van den Hoek. Ten bewijze dat Am
sterdam ernstig bestuurd wordt, zullen deze
voorstellen ook in het Gemeenteblad ver
schijnen en t.z.t. behandeld worden.
DE UTRECHTSCHE DOM WEER IN DE
OUDE GLORIE.
De koninklijke familie woonde
de plechtigheid bij.
Een enthousiaste menigte juichte gisteren
te Utrecht de koninklijke familie toe, toen
deze zich van de aula der universiteit waar
de plechtige herdenking van de Unie van
Utrecht had plaats gevonden, begaf naar het
Domplein om een krans te leggen bij het
standbeeld van Jan van Nassau.
Des middags was de koninklijke familie
aanwezig bij de plechtige inwijding van de
Michaëlskapel. Burgemeester dr. J. P. Focke-
ma Andreae zelde in zijn rede, zich gelukkig
te achten de koninklijke familie en zoovele
autoriteiten aanwezig te zien bij de geden
king van dit £<it.
Door de thans voltooide restauratie van
den Dom deze grootsche schepping uit de
14e eeuw 'hebben Rijk en Gemeente Utrecht
samen een eereschuld gedelgd jegens de
mannen, die dezen toren deden oprijzen en
gepoogd goed te maken wat men in latere
tijden tegenover zulk een geweldig bouw
werk heeft misdreven in den vorm van ver-
waarloozing of onoordeelkundige, smakeloo-
ze z.g. herstellingen. Spreker ging vervol
gens uitvoerig de geschiedenis van den
Domtoren na.
Eenige nummers klassieke muziek werden
uitgevoerd. Vervolgens gingen de gasten
door de voornaamste straten naar het sta
tion. Er was, geen doorkomen aan.
Omstreeks 'acht uur werd evenals Zater
dag en Maandag j.l. de Domtoren' zoowel
binnen als buiten verlicht. Het imposante
kleurenspel werd door duizenden gadegesla
gen.
SANTPOORT
HET ONGELUK TE SPAARNDAM
DE TERAARDEBESTELLING.
Woensdagmiddag werd onder overgroots
belangstelling ter aarde besteld het stoffelijk
overschot van den 13-jarigen Gijs Har tog,
die Zondag bij een poging een vriendje te
redden zelf het leven verloor.
Toen de kist in de groeve was nedergelat.cn,
strooide de moeder witte tulpen op de kist,
waarbij ze zei'de: „Hier mijn kleine held, dit
is het laatste wat ik je meegeef".
Na deze plechtigheid trad Prof. Dr. G. A.
v. d. Bergh v. Eysinga naar voren. Zich wen
dende tot de diep bedroefde familieleden, zei.
de hij o.m. het volgende: „Ongeveer 11/2 jaar
geleden vertrouwden wij hier aan den schoot
der aarde toe het stoffelijk omhulsel van een
jeugdig leven. Thans doen we dat weer, doch
gold het toen een verkeersongeval, op het
moment staan we aan de groeve van een
slachtoffer van het ijs. wien echter geen on
voorzichtigheid verweten mag worden. Hij
heeft zijn vriendje willen redden en heelt
daarvoor zich zelf opgeofferd. Daar leefden
illusies bij dezen knaap, die eigenaardig af
staken bij zijn rustig en kinderlijk gedrag
van alle dagen. In dat zelfde zachte hartje
leefde de begeerte om te gaan naar zee, naar
de marine. HU had echter op het veld van
eer ln den kryg tusschen de volkeren niet de
eer en roem kunnen behalen, die hij zich
thans verworven heeft.
Menschelyke troost bij het verlies van den
benjamin is te zwak. Daar moet hooger troost
voor neder dalen. Welnu, ouders, de liefde
Gods heeft zich geopenbaard ln het kind. dat
gij hebt mogen koesteren, dat gij hebt opge
voed en ln welks kinderziel gij motreüik hebt
doen rijpen, het verlangen om een vriendje te
helpen. Hij is gevallen als de mannen, die de
vorige 'veek hun leven waarden, om dat
van hun medemenschen te redden. Uw kind
staat deze zeehelden naar de kroon. Moge
Gijs de levende band zün, welke a met God
verbindt. God zegene u!"
Voorts werd, het woord gevoerd door hefc
hoofd van school F, den heer C. G. Dekker.
Deze zeide in korten tijd twee leerlingen naar
hun laatste rustplaats te hebben geleid, iets,
wat hem vóór dien tijd nog nimmer was over
komen Onze GUs is gestorven fn edele zelf
opoffering. Moge dit voor de ouders een
troost zijn. Gijs laat op school een ledige
plaats achter. Als ik 's morgens op school
kom, zie ik met deernis naar deze leege plaats.
Moge dit tragisch gebeuren voor alle kinderen
een les zf'n steeds naar ouders en onderwij
zers te luisteren."
Namens de ouders dankte een familielid.
Hiermee was de droeve plechtigheid ge
ëindigd en verlieten de talrijke aanwezigen,
waaronder Gijs' schoolkameraadjes, den doo-
denakker.
HET VERKEER.
VOERTUIGEN RECHTS.
Een lezer schrijft ons:
In Haarlem zijn verschillende straten
waar het éénrichtingsverkeer is toegepast;
bordjes met „verboden in te rijden" geven
zoowel inwoner als vreemdeling voldoende
waarschuwing dat men bU evcntueele niet
inachtneming van deze wettelijke regeling
zich schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Maar in dezelfde stad ziet men ook verschil
lende bordjes met het opschrift, „voertuigen
rechts", wat voor den oningewijde minder
duidelijk is, of liever, zoo vaak is gesteld, dat
menigeen (ik doel hier inzonderheid op wiel
rijders) een overtreding begaat zonder
het zich bewust te zijn. Want die bordjes
beteckenen hetzelfde als „verboden in te
rijden". Men vindt bedoelde waarschuwings
borden in straten waar in het midden een
plein is gemaakt en aan beide zUden een
straat is aangelegd. We noemen hier den
Kleverparkweg, de Nassaulaan, het Schoter-
boschplein e.a.
De vorige week werd ik, komende per rU-
wiel van de Kleverlaan langs Kleverparkweg,
(links om de Begastraat in te gaan) aange
houden door een agent van politic die mij
wees op het bordje „voertuigen rechts" (wat
blijkbaar ook van kracht is voor een rij
wiel), en me duidelijk maakte dat ik door
zoo te rijden de Haarlemsche Politieverorde
ning overtrad en hij dus het recht had mij
te verbaliseeren. Ik heb dezen polltie-agent
gewezen op de vage aanduiding en hU deel
de gelukkig mijn meening, zoodat het verder
goed met mU afliep.
Men zal my tegenwerpen dat een ieder
moet weten dat links ryden verboden is,
doch men rUdt hier niet links, want 't ls een
aparte straat, maar goed laten we dit aan
nemen, men moet dus, komende van de Klo-
verlaan, de rechter straat van den Klever-
parkweg Inrijden zoodat men de Begastraat
of de Mr. Cornelisstraat niet anders kan be
reiken, dan door om te rijden of het midden
gedeelte, na van het rijwiel afgestapt te zijn,
te voet oversteken om daarna z'n weg te
kunnen vervolgen: een ingewikkelde metho
de! Maar om mijn meening nog duidelUker
te accentueeren, verwUs ik de politic-autori
teiten naar het Schoterboschplcin. Komt
men vanaf den Rijksstraatweg de Schoter-
boschstraat in dan ziet men weer het bordje
„voertuigen rechts" aan het begin van het
Schoterboschplcin. Wie van de Schoterbosch-
straat komt om de Eikenstraat te bereiken,
moet volgens dit vage voorschrift het plant
soentje orarUden, men moet mut.w. van den
weg af en komt er voorbij het pleintje weer
op. want dit was oorspronkelijk één weg,
het pleintje is er later bygekomen.
Wc vragen ons af, welke wielrijder, met
de plaatselijke situatie onbekend, zal, vooral
's avonds, dit pleintje omrijden? Wij gcloo-
ven van niemand!
Het is te wenschen dat er spoedig duide
lijker aanwijzing wordt gedaan ten opzichte
van het verkeer. Voor het publiek dat niet
langer voor raadselc-n staat, maar ook voor
den politie-agent, die hier vaak met tegen
zin en tot vervelens toe moet verbaliseeren,
terwijl hij buiten zijn schuld, maar half in
zijn recht staat.
Wij brachten dit stuk onder de aandacht
van den Commissaris van Politie, die ons
zeide dat aan dat „omrijden" nu eenmaal
niets te doen is. Het is de eenige afdoende
manier om ongelukken te voorkomen. Dezelf
de bepaling bestaat ook in verschillende an
dere groote steden van ons land.
Wat de bordjes aangaat: deze zijn al 11/2
jaar geleden geplaatst als waarschuwing voor
en als beleefdheid tegenover het publick, toen
de politic tot plaatsing er van niet verplicht
was en uitvoerig is in de plaatselijke bladen
bekend gemaakt dat onder voertuigen ook
rijwielen begrepen zijn.