ctD
HAARLEM'S DAGBLAD
UIT DEN RAAD.
KINADRUPPELS
FEUILLETON
Het Meisje uit de Stad
VRIJDAG 25 JANUARI 1929
DERDE BLAD
Het Einde bereikt. De begrooting met 283 stem
men aangenomen. In de laatste zitting: bedryven,
tarievenpolitiek G. E. B. Salarisverhoogingen aan
twee directeuren onthouden, zelfs aan den heer Van
Hees.
den heer Van Liemt, die zich inderdaad
daarbij beriep op een toezegging, die inder
tijd door mr. Bruch, als waarnemend bur
gemeester, aan den directeur zou zijn ge
daan. Ook de heer Baas pleitte er voor en
wethouder mr. Heerkens rhijssen stak zelfs
een complete lofrede op den directeur af,
wiens belangen in deze hij warm verdedig
de. Het hielp evenwel niet want er waren
te veel voorstanders van „tusschentydsche
salarisverhoogingen" afwezig. Als de begroo
ting iets sneller was afgehandeld, en de sa-
larisverhooging van den heer Van Driel
Woensdagavond al aan de orde was geko
men, zou hij haar zeker gekregen hebben.
Want toen ontbraken er eenige tegenstan
ders. Nu werd het voorstel met 1812 stem
men verworpen, terwijl eenige dagen geleden
de directeur van den Hout en Plantsoenen
de eenige die succes heeft gehad, en die
zich dus wel mag gelukwenschen op pre
cies dezelfde gronden als ue heer Van Driel
zijn salarisverhooging met 1918 stemmen
zag verleend.
Een speculatieve zaak die salarissen.
..ethouder Mr. Heerkens Thijssen.
In dertien zittingen, dus twee minder dan
verleden jaar, heeft de gemeenteraad de
begrooting afgehandeld. Donderdagmiddag
om. kwart voor vijf werd de eindstemming
bereikt. Het resultaat was dat de begrooting
met 283 stemmen werd aangenomen. Te
gen stemden de heeren Castricum (R.-K.),
Peper (C. P.) en Oversteegen (A.S.P.). De
heer Joosten (S.D.A.P.) verliet de zaal en
kwam onmiddellijk na de stemming terug,
zoodat aangenomen mag worden dat hij er
zich opzettelijk aan onttrok. Verder waren
er niet minder dan zeven leden afwezig.
Het was een slot zonder eenige plechtig
heid. Vroeger bestond de usance dat de
nestor van den Raad een woord van dank
tot B. en W. en de ambtenaren richtte, dat
dan door den voorzitter beantwoord werd.
Maar deze kleine ceremonie schijnt afge
schaft te zijn.
Toen de laatste zitting begon bleek nie
mand meer iets over het hoofdstuk Armen
zorg, dat den vorigen avond zooveel discus
sie had uitgelokt, te zeggen te hebben. De
drie volgende hoofdstukken werden vlot af
gehamerd en pas bij hoofdstuk XIII der
uitgaven (de Bedrijven) kwamen de tongen
weer los. De tariefspolitiek van het Gemeen
telijk Electriciteits Bedrijf vorderde nog
geruimen tijd, in hoofdzaak omdat de heer
Castricum terugkwam op zijn bij de alge-
meene beschouwingen gehouden rede, en
deze thans in breeder opzet herhaalde. Zoo-
als men weet is de heer Castricum scherp
gekant tegen de tariefspolitiek van het G.
E. B., omdat hij vindt dat de kleine gebrui
kers teveel moeten betalen in verhouding
tot de groote afnemers (de industrie), die
z.i. te weinig betalen.
Zijn fractieleider de heer Van Liemt, gaf
opnieuw te kennen dat hij het met de be-
drijfs-economische inzichten van den heer
Castricum, die inderdaad wel een zeer in
dividueel karakterdragen, vierkant oneens
is. De heer Johan Visser, wiens moed nim
mer versaagt, deed zijnerzijds nog een held
haftige poging om den onwrikbaren heer
Castricum op de hiaten in zijn redeneering
te wijzen. De heer Joosten zelf voorstander
van tariefsverlaging voor de kleine gebrui
kers, wees er nochtans op dat men aan de
industrie tegen concurreerenden prijs moet
leveren en dus niet aan verhooging van
dien prijs kan denken.
Wethouder Mr. Slingenberg ging heelemaal
niet meer in op de rede van den heer Castri
cum, omdat hij deze zaak afgedaan achtte
bij de algemeene beschouwingen. Mr. Bijvoet
deed een poging om den wethouder tot
andere gedachten te brengen, maar deze
stond op zijn stuk, hetgeen den Raad wel
licht een veertiende zitting bespaard heeft.
Het bekende voorstel van B. en W. inzake
invoering van een nachttarief werd daarop
aangenomen met 18 tegen 13 stemmen.
Verder kregen diverse bedrijven elk nog
een korte beurt.
De heer Joosten geloofde niet dat het drei
gende tekort bij het grondbedrijf een mil-
lioen zou bedragen maar hij drong aan op
overzichtelijker administratief beheer, waar
op mr. Slingenberg antwoordde dat men
nog niet kan voorspellen of er in 1930 een
belangrijk tekort bij het grondbedrijf zal
zijn, en aanried om eerst de schatting eens
af te wachten. Er dient-voor te worden ge
zorgd dat de gronden niet te lang vrij lig
gen, en voor een overzichtelijker administra
tief beheer zal worden gezorgd.
Het voorstel om het salaris van den di
recteur der Gemeentereiniging met 500 te
verhoogen, en het maximum derhalve op
6500 te brengen, werd eerst verdedigd door
Zóo ongunstig was de conjunctuur, dat
zelfs de heer Van Hees, directeur van den
Stadsschouwburg, zijn verhooging van 3800
tot 4500 niet kreeg. Ook dit voorstel werd
door den heer Van Liemt ingediend, en op
nieuw viel de heer Baas hem bij. Ook de
heer De Breuk snelde ditmaal te hulp, en
ten tweeden male hield wethouder mr. Heer
kens Thijssen een warm pleidooi voor den
belanghebbende. De S. D. A. P. stemde even
wel tegen alle verhoogingen omdat zij het
principieele standpunt innam dat de zaak
van de salarissen der hoofden van dienst als
geheel behandeld moest worden en niet op
deze wijze. De heer Johan Visser stelde zich
op het zonderlinge standpunt, dat hij na
de verwerping van de salarisverhooging voor
den directeur van het Frans Halsmuseum
verder tegen alle verhoogingen stemde.
Misschien ligt het aan mij, maar van zoo'n
houding begrijp ik niets.
Het resultaat was, dat dit voorstel werd
verworpen met 1614 stemmen, een voor den
heer Van Hees wel zeer onverdiend resul
taat. Ik kan slechts herhalen wat ik reeds
in het vorige overzicht heb gezegd: dat de
gemeente Haarlem dezen directeur voor den
door hem zoo uitstekend verrichten zooveel
initiatief en toewijding eischenden arbeid
schandelijk slecht betaalt. Het zou voor het
gemeentebestuur een welverdiende straf zijn
als vandaag of morgen eenige andere ge
meente hem een behoorlijk salaris bood en
uit Haarlem Weg haalde. Het is evenwel te
hopen dat dit niet gebeuren zal, want de
gemeente zou een groot verlies lijden.
Er is m den gemeenteraad zonder twijfel
een meerderheid voor een salarisverhooging
voor den heer Van Hees, maar door de af
wezigheid van niet minder dan negen leden,
vermoedelijk bijna allen voorstanders, kwam
die niet tot uiting. De meerderheid zal ho
pelijk inzien dat zij verplicht is om het hier
bij niet te laten, en zoo spoedig mogelijk op
de zaak terug te komen.
Bij de behandeling van de Inkomsten sprak
de heer Baas nog een woordje voor de af
schaffing van de zakelijke belasting op het
bedrijf, maar vond natuurlijk geen troost bij
den wethouder van financiën. Er is voorloo-
pig blijkbaar geen kans op.
Tenslotte bleek, dat tijdens de behande
ling der begrooting de uitgaven vermeerderd
waren met 11.120 zoo ongeveer een
tiende procent, hetgeen bescheiden mag
heeten van welk bedrag f 3000 in minde
ring werd gebracht op het Burgerlijk Arm
bestuur en de rest op den post Onvoorzien.
Deze werd daardoor verminderd tot 234.571,
waarop de eindstemming plaats had.
Wethouder Mr. Slingenberg.
Toen werd nog even besloten om een half
miilioen af te lossen in vijftig annuïteiten en
rentende 4 12 pet., te leenen voor den douw
van arbeiderswoningen aan de Pijlsiaan, en
daarna viel eindelijk des voorzitters hamer.
Het groote jaarnjksche Raadspraatfeest
behoort weer tot het verleden, en alleen de
analytische verslaggevers zullen er nog da
gen op na-zwoegen.
Den wethouder van financiën, mr. Slin
genberg, zij vacantia gegund.
R. P.
MUZIEK.
H. O. V. LEDENCONCERT.
Het eerste concert onder Eduard van Beinum
op dien gedenkwaardigen elfden October
1927 was tevens het laatste dat ik bijwoonde.
De indrukken die zijn directie mij toen gaf
brachten mij de overtuiging dat het met
de H.O.V. in artistiek opzicht den goeden weg
moest opgaan. Die indrukken vervaagden in
middels niet en het was alzoo met onge
wone belangstelling, dat ik thans de ver
richtingen van het orkest en zijn leider volg
de.
Het mag waar zijn dat bedoeld concert
een bijzonder gelukkige avond was voor den
dirigent en zijn ensemble. Maar even waar
is het, dat een uitnemende vertolking van
een Brahms-symphonie iets meer vraagt dan
geluk alleen. Zij gaf ons toen gelegenheid.
Van Beinum's dirigeercapaciteiten te belich
ten: het concert van heden doet ons zien.
dat wij bij zijn debuut in Haarlem ons niet
vei-gisten.
Van Beinum moet ook Artistiek sterk staan
tegenover zijn musici, om van hen te ver
krijgen een weergave van Beethoven's eerste
symphonie, waarin niets is te merken van
sleur, of een speelwijze die slechts de opper
vlakte raakt. Immers, ieder orkestman kent
zijn partij zóó dat hij ze zonder schroom uit
het hoofd zal spelen. Maar men behoefde
slechts het coda van het finale te hooren
(de laatste herhaling van het Rondo-thema)
om zich een oordeel te vormen, hoe er ge
arbeid wordt om tot een vitale weergave van
Beethovens muziek te komen. De vast in el
kaar grijpende aflossing der onderscheidene
instrumentengroepen stelt voorop: een her
haald en ambitieus studeeren en hier mag
letterlijk niets aan het toeval worden over
gelaten. Een kleine vergissing van de hobo
hi het Andante, een ontijdige inzet, mogen
wij gerust op rekening stellen van een on
juist begrepen afspraak betreffende het al
of niet „nemen" der reprise. Beethoven's
muziek schonk ons een klaren blik in de wijze
waarop men bij de H.O.V. werkt., doch wij
kregen ook hier, later bij Mahler nog veel
meer, den indruk dat deze uitvoering niet was
een stereotype herhaling van wat op de
repetities beter of minder goed werd gege
ven: zij was een levende, want artistiek
sterke, daad. Dat, moet opvallen aan ieder die
anders luistert dan met het oor alleen.
Met veel liefde werd ook gespec/d de orkest-
suite van Gerard von Brucken Fock, een
prachtig stuk impressionisme, dat, al neigt
het nergens naar de klankkleuren der jonge
ren, toch ook evenmin herinneringen wakker
roept aan „schon Dagewesenes". Een sterk in-
divïdueele muziek alzoo. De uitvoering riep
den grijzen kunstenaar naar het podium,
waar men hem warm huldigde.
Met de keuze der soliste was men niet ge
lukkig. Anna Ibald greep met Mahler's
„Lieder eines fahrenden Gesellen" enkele
armlengten te hoog, wat juist oorzaak werd
dat zij roerloos langs ons heen gingen. Het
moge waar zijn dat indispositie haai- remde,
maar wanneer het geluid niet goed „zit", be
hoeft het niet te verwonderen dat bij deze
uiterst zware muziek de zuiverheid zóózeer
in 't gedrang komt, dat elk kunstgenot is uit
gesloten. Bij Hugo Wolf werd alles ietwat
vrijer en viel er minder aan te merken.
Doch Mahler en Wolf mogen slechts onge
rept tot ons komen. Het lied „Neue Llebe"
werd zonder aankondiging vervangen door
„Schlafendes Jesuskind". Wij misten on
gaarne de rijke instrumentatie van het weg
gelaten lied, wijl die zulk een prachtig con
trast had gegeven tegen de uiterste soberheid
der bezetting van het eerst gezongene „Auf
ein aites Bild". Men weet het, de instrumen
tatie is van Wolf's hand.
Van den aan *t eind gespeelden Wagner
(Tannhauser-ouverture) mag men smalend
opmerken dat het niet bepaald een novum is
Hij was het wèl door de wijze waarop ook
hier veel, wat traditie werd, overboord werd
gesmeten. Het Pilgerchor, dat veelal wordt
gespeeld als werd het op een harmonium ge
jengeld, had hier een klare plastiek, het ge
heel was zeer klankschoon en de slotclimax,
al werd zij niet op vrachtauto's-met-rups-
wielen aangevoerd, kwam door de gereser
veerde directie van wat voorafging, zeer tot
zijn recht.
G. J. KALT.
P. S. In het verslag van Zang en Vriend
schap verbetere men enkele zetfouten. Over
Duvosels composities leze men: Daar is aan
gewerkt met het hart (de laatste drie woor
den waren weggevallen). Verder sprak ik niet
van: onvermoeide-, doch van onvermoede
emoties.
XEDERLANDSCH INSTITUUT TOOR DE
KENNIS VAN HET BUITENLAND.
De minister van onderwijs, kunsten en
wetenschappen, mr. M. A. M. Wasslnk, heeft
aan het bestuur der Vereeniging Neder-
landsch Centraal instituut voor de kennis
van het buitenland, medegedeeld, dat hij in
stemt mat het streven der vereeniging om in
Nederland een centraal instituut op te rich
ten ter verzameiihg en verspreiding van ob
jectief betrouwbare voorstellingen en over
zichten van de sociale, politieke en economi
sche instellingen en verhoudingen in andere
landen. De minister heeft zich tevens be
reid verklaard, zijn medewerking te verlea-
nen tot het verwezenlijken van genoemd
voornemen der vereeniging.
Intusschen werd het algemeen comité van
voorbereiding uitgebreid door toetreding
van o.a.: mr. A. K. de Block, commies
griffier der Eerste Kamer; H. Nijgh, direc
teur der Nieuwe Rott. Crt.; jhr. prof. dr. B.
C. de Savornln Lohnian, hoogleeraar aan de
Rijksuniversiteit te Utrecht en prof. dr. J. J.
Salverda de Grave, hoogleeraar aan de ge
meentelijke universiteit van Amsterdam,
voorzitter van het Genootschap Nederland-
Frankrijk, te Amsterdam.
ADOLPHE EXGFRS BIJ HET ROTTERD.
HOFSTAD TOONEEL.
De te Berlijn gevestigde Nederlandsche
tooneel- en filmacteur Adolphe Engers, die
op het oogenblik by Barnowsky speelt in
„Das Geld ligt auf der Strasse" (Geld ligt
op straat), zal einde Maart als gast optre
den in een nieuw stuk bij het Ver. Rotter-
damsch Hofstad Tooneel, meldt het Hbld.
MGR. STROOMER OVERLEDEN.
Deken van Amsterdam en
kanunnik van het bisdom
Haarlem.
Monseigneur Stroomer, deken van Amster
dam is gisterenmiddag te ruim 12 uur in
het Mariapaviljoen overleden, meldt de N.
R. C.
Mgr. Stroomer was te Schagen 7 April
1864 geboren. Hij studeerde op de seminaries
te Hageveld en te Warmond en is in 1890 tot
priester gewijd. Hij werd vervolgens tot deken
van Gouda benoemd en in 1923 volgde zijn
benoeming tot deken der hoofdstad als op
volger van mgr. Bosman. Hij was voorzitter
van het locaal comité, dat het internationaal
eucharistisch congres van 1924 te Amsterdam
voorbereidde en werd, als erkenning van zijn
verdiensten, benoemd tot huisprelaat van den
Paus. Het iaar daarop volgde zijn benoeming
tot kanunik van net kathedraal kapittel van
Haarlem. De overledene was o.m. officier in
de Orde van Oranje-Nassau. Voor enkele
weken werd de oogenschijnlijk stoere man
door een ziekte overvallen, die hem binnen
enkele weken ten grave sleepte.
DE ZAKELIJKE BEDRIJFSBELASTING.
Adres van het Verbond van
werkgevers aan den minister.
Het Verbond van Nederlandsche Werk
gevers heeft zich met een uitvoerig adres
tot den minister van Financiën gewend,
waarin o.m. werd bepleit een wijziging van
de gemeentewet tot afschaffing van de Za
kelijke Bedrijfsbelasting, meldt de Msb.
Gewezen werd op het onzakelijk karakter
van deze belasting, omdat geen rekening
wordt gehouden met de draagkracht. Deze
belasting werkt bovendien onbillijk, omdat,
zij geheven wordt naar het aantal arbeiders.
Het spreekt immers vanzelf, dat sommige
bedrijven van groot gewicht zijn en noch
tans met een betrekkelijk gering aantal ar
beiders werken, terwijl daarentegen andere
bedrijven een groot aantal arbeiders in
dienst moeten hebben.
Deze belasting werkt voorts onbillijk, om
dat zij in de eene gemeente wel. in de andere
niet wordt gelieven. Het bedrijf, dat toeval
lig ligt in een gemeente, waar de zakelijke
bedrijfsbelasting geheven wordt, komt daar
door in een ongunstige positie tegenover den
concurrent.
De wijze van belastingheffing verschilt
voorts in diverse gemeenten. In de eene ge
meente wordt het maximum der, belasting
geheven, in andere gemeenten heft men
haar progressief naar het aantal arbeiders.
Tenslotte wijst ververbond erop, dat de
loongrenzen, waarnaar de zakelijke bedrijfs
belasting berekend wordt, te hoog zijn. Deze
loon grenzen zijn thans resp. f 2500—f 2300
en I' 2000 per jaar, resp. Ie en 2e en 3e klasse,
zij werden vastgesteld in 1921. Sedert 1921
zijn de loonen echter gedaald. Dit betee-
kent, dat thans voor de berekening der zake
lijke bedrijfsbelasting een aanzienlijk groo-
ter aantal personen meetellen dan in 1921,
omdat sedert, dat jaar hunne loonen of
salarissen beneden de in het K. B. van 1921
gestelde grenzen zijn gedaald.
Resumeerende kan worden gezegd, dat
deze belasting geen rekening houdt met 1e
draagkracht, op onjuiste motieven is vast
gesteld, onbillijk werkt door ongelijksoor
tige en ongelijkmatige heffing en door de
sedoert 1921 ingetreden loonbepalingen
zwaarder drukt, dan door dezen wetgever
was bedoeld.
INSTITUUT VOOR ARB.
ONTWIKKELING EN H. B. B
„DE LAATSTE DAGEN VAN
ST. PETERSBURG".
Er zit een goede climax in de films welko
het Instituut voor arbeidersontwikkeling en
de Haarlemsche bestuurdersbond in de Con
certzaal vertoonen. Eerst was er de ietwat
drakerige „Uriel Acosta", daarna „Het gele
paspoort", een weinig beteekenend Russisch
product, en gisteravond „De laatste dagen
van Sint Petersburg".
De zaal was stampvol. En als het publiek
deze film op waarde weet te schatten dan
hebben ruim 1300 piensc-hen genoten, de
wonderlijke, stoere schoonheid van Pudow-
kin's meesterwerk ondergaan.
Het ls onmogelijk thans in details te tre
den bij het bespreken van deze film, dat ls
bovendien in ons blad reeds geschied.
Maar wéér moet geconstateerd wor
den, dat de Russen toch verbazend knap
film-werk kunnen leveren, wat heeft Pu-
dowkin het troostlooze leven van de men-
scben- op-het-land niet schoon gerealiseerd,
hoe brengt hij bij het verdere afrollen van
de film niet langzaam-aan de spanning dio
haar hoogtepunt bereikt bij de ontmoeting
van Lenin en Kerinskl voor de opgestelde
troepen. En het slot is mooi:: het gaan van
de vrouw, een kleine gestalte, onder de
hooge, pralende gewelven van het Winter
paleis. En wat is de opgeschroefde vreugde
om het uitbreken van den oorlog prachtig
ver-beeld, met de bloemen omwonden ka
nonnen de massa's vlaggen in de straten en
de vrouwen die bloemen strooien over de
weg-trekkende troepen. Méér is te roemen,
de staking die zich krachtig manifesteert
in het vliegwiel dat stokt, de beursscènes en
de oorlogstafereelen, de kortstondige glorie
van Kerinski.
Een film zooals er maar een enkele te vin
den is.
SNELDIENST EUROPA—XEDERLANDSCH
OOST-INDIë.
Duitschc plannen.
Aneta sein uit Soerabaja dd. 23 Jan.:
Het „Soer. Hbld." meldt, dat de heer Lacsch.
lid van den directie van de Hamburg-Amc-
rikanisc-he Packetfaart A. G„ speciaal voor
zaken, de Deutsch-Austr. Dampfschiffahrt-
GeselLschaft, betreffende, na een bezoek aan
Ned.-Indië eergisteren van Makassar naar
Australië vertrokken is. De DAD.C. zou he*
voornemen hebben een uitgebreiöen snel-
vaartdienst van Europa naar Ncd.-Indiö
in te stellen, met nieuwe schepen van 10.000
ton. Er worden acht schepen van dit type
aangebouwd.
DE RECHTSPOSITIE VAN GEVANGENIS
PERSONEEL.
Naar aanleiding van de rechtzaak tegen
den gevangenbewaarder uit de Bijz. Strafge
vangenis te Scheveningen heeft dezer dagen
de groepsraad Justitiepersoneel in een door
den C.N.A.B. belegde vergadering te Amers
foort als zijn meening uitgesproken, dat door
die rechtszaak overduidelijk is gebleken, dat
de rechtspositie van den gevangenbewaarder
feitelijk geheel op losse schroeven staat oo
dat een simpele klacht van gevangenen over
zijn ambtelijk in buiten-ambtelijk optreden
ertoe kan leiden, dat tegenover den bewaar
der de meest scherpe maatregelen genomen
worden. Hierdoor is diepgaande onrust onder
het gevangenispersoneel ontstaan, meldt het
Hbld.
Daarom heeft de vergadering er bij den
minister op aangedrongen maatregelen te wil
len beramen, waardoor herhaling van het
geen is geschied zal kunnen worden voorko
men.
BALMASQUé HAARL. KEGELBOND
Op Maandag 4 Februari geeft de Ilaarl. Ke
gelbond hi zijn gebouw in de Tempeliersstraat
een balmasqué.
Er zijn twee orkesten: Mr. Stoeken's H. K. B.
Band en het bekende Accordeon Gezelschap
„The Happy Band".
De jury zal bestaan uit de heeren Jos. Jos-
seaud, kunstschilder; Herm. Moerkerk, kunst
schilder en Huib. Tunlnga, architect.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN a 60 Cu.
per rcrrel.
Dr H.MANNING'S
EETUJ5T-0PWEKKEND. ƒ1.30 p.fl.
Winterteeneny
U behoeft niet met wlntertecnen te bll|ven
o pen. Maar U moet er wat tegen doen.
E i U künt er wat tegen doen. Akker's
K oosterbalscra herstelt de cellen der
huid. verzacht onmiddelli(k dc pijn en
voorkomt ernstiger ontstekingen. Akker s
Kloosterhalsem
„Geen goud
zoo goed"
Naar het Engelsch van
H. A. VACHSLL.
21)
- Zoo gaat het mij ook! zei Samantha.
En ze heeft zich vast in het hoofd ge
haald, dat ze George hier vandaan wil heb
ben.
Tantelief, wat bedoelt u?
Ze heeft een hekel aan de hoeve. Dat
kan ik haar niet kwalijk nemen!
Een hekel aan Spragge's vallet
Een doodelijken hekel!
Dat heeft ze u toch niet verteld?
Natuurlijk niet, maar ik weet het. Nu
vraag ik maar: zal ze het winnen? Zal
ze de baas worden over mij en jou en George?
Misschien wel. zei Samantha. En zenuw
achtig voegde zij er aan toe:
George heeft het zwaar te pakken!
We zouden niet wijs zijn, als we het ont
kenden!
Kunnen we er niets aan doen?
Niets anders dan waken. En in het waken
heb ik vertrouwen! Bovendien, ik ken George
en zij kent hem niet.
Ze heeft zulke verschrikkeljik aantrek
kelijke manieren!
Dat heeft ze!.
Als ze echt van George houdt....
Je kunt van mij aannemen, dat zij meer
van Hazel Goodrich, dan van George houdt.
Daarmee zal ze tegen de lamp loopen. Daar
mee loopen veel vrouwen tegen de lamp,
wanneer ze met een sterken man te doen
hebben. Ik reken op George's kracht!
Intusschen zwierven George en zijn aan
gebedene over een zomersche zee, één blauwe
gloed boven en beneden. Daarin en daaruit
flitsten de witte meeuwen. De man leerde
het meisje, hoe ze moest sturea, en vond haar
een flinke leerling.
Hou je ervan? vroeg hij.
Het is zalig!
We boffen. Het is niet altijd zoo kalm
om dezen tijd van het jaar Het is ge
woonlijk kalmer in den laten herfst en ln
den winter. Ook minder mist. Maar die mist
is goed voor het gras. Beter dan de dauw.
Onze vallei houdt de mist vast en haalt er
het vocht uit.
Jij komt altijd weer op de Canyon
terug!
Dat Is waar!, maar het is heel natuur
lijk ook. Het is heerlijk, is het niet, om een
tehuis te hebben, dat je na aan het hart
ligt!
Zij fluisterde onderzoekend:
Heb je nooit het gevoel, dat er Iets
meer is, dan je boerderij je kan geven?
Voor den drommel! Als ik naar jou kijk,
dan wel!
Ik bedoelde wat anders. Verlang je niet
naar wat meer omgang met menschen, naar
wrijving met andere geesten?
We gaan om met onze buren. Er wonen
aardige menschen in Aguila. Ik zou je graag
in kevnis brengen met professor Bungard en
zijn vrouw. Zij is vroeger onderwijzeres ge
weest.
Ze heeft mij ook nog les gegeven. Ik
moet eens een pic-nic op touw zetten. Dan
zal ik je ook eens in aanraking brengen met
mevrouw Geldenheimer, de vrouw van den
winkelier, een erg bij de hand dametje. Ze
is vol spirit!
Natuurlijk, ls je Canyon een aardig
klein plekje.
Klem?
Is hij niet klein, soms?
Zoo heb je hem al eens meer genoemd,
en toen heb ik gezegd, dat ze mij al mijn tijd
kostte, om haar naar behooren te besturen.
Hij sprak een beetje kortaf. Hazel kon
niet aan de overtuiging ontkomen, dat
George vond, dat ze onnooze' praatte over
dingen, die ze niet begreep en niet kon be
grijpen.
Dat prikkelde haar strijdlust.
Spragge's hoeve is in elk geval te klein
voor jou!
Hazel glimlachte, toen ze zag, dat ze hem
geraakt had. Hij herhaalde de laatste woor
den.
Klein voor mij? Waarom voor mij?
Misschien, vervolgde Hazel langzaam,
terwijl haar oogen vrij en open zijn verbaas
den blik ontmoetten. Misschien heb ik een
te groot oordeel over je. Heb ik me vergist?
Ben je.... ben je even klein, als je bezit
ting?
Lieve help nog aan toe!
Neem alsjeblieft het roer. Ik moet al
mijn aandacht aan jou geven!
Hij nam het roer over, keek naax boven
naar het zeil, lette op de koers van ae boot
en keek het meisje toen recht in het ge
zicht.
Weet je het grondverschU tusschen een
groot man en een klein man?
Ik denk het wel, maar zeg me eens,
wat je bedoelt!
De woorden kwamen heel langzaam, één
voor één van haar lippen, terwijl ze achter
over lag en hem aankeek.
Een groot man drijft zijn zaken, wat
die dan ook zijn mogen.
Een klein man wordt door zijn zaken ge
dreven.
Hij begreep oogenblikkelijk. wat ze be
doelde.
Je denkt, dat Spragge's Canyon mij
drijft?
Nog niet, maar het kan zoover ko
men!
Waarom?
Ik voel het zoo, maar luister:
Je moeder is voor de helft geïnteres
seerd, hè?
Natuurlijk!
En ze is een baas van een vroüw?
En of!
Je zei, dat Samantha da boerderij aan
den gang kon houden in jouw afwezig
heid.
Bij wijze van spreken, ja!
Als er eens .ets met je gebeurde, zou d*
hoeve dan achteruit gaan?
Misschien niet!
Zou alles niet gewoon geregeld blijven
loopen? is het grootste werk al niet gedaan
door Je vader en moeder? Kun je beweren
zooals je vader dat kon, dat Spragge's Canyon
echt heelemaal van jou is. dat jij haar als
het ware geschapen hebt? Ben jij op jouw
manier er niet net zoo aan toe, als lk?
Als JU?
Ik ben niet bUzonder trotsch op wat lk
bezit. MUn vader begon zonder iets net
als de jouwe. HU was even trotsch op zUn
marmeren stoep, als JU op Spragge's Canvon.
Die was voor hem van groote beteekenis.
Voor mU betcekent ze niets. Ik heb goed
opgepast op wat hU me heeft nagelaten,
onder mijn beheer Ls zUn bezit niet achter
uit gegaan. Maar alles wat ik heb, ben lk
aan hem verschuldigd, nlst aan mezelf.
Ik begin je te begrUpen, zei George,
ga door!
Ik heb mUn eerzuchtige Idealen, zei
Hazel scherp. Ik zou mezelf verachten
Indien lk tevreden was. met wat een ander
me gegeven had. En jij bent een man, een
sterke intelligente man!
Goede hemel! riep George opeens, haar
in de rede vallend.
Wat ls er gebeurd?
Er korat een bul.... gauw!
(Wordt vervolgd.);