II D. VERTELLINGEN Ce Ken met den Horrelvoet STADSNIEUWS FEUILLETON. HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 4 FEBRUARI 1929 VIERDE BLAD (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.) Het agentschap Vitelle Uit het Fransch door MAURICE DEKOBRA. Neergestreken in 't cafétje op den Boule vard Montparnasse, bladerde Gidion Picette onverschillig in den stapel couranten vóór hem. Plotseling trokken de volgende regels in de rubriek „aangeboden betrekkingen" zijn aandacht: „Wordt gevraagd een jonge man van 25 a 30 jaar, gedistingeerd en lcrijgshaftig van ui terlijk. Bijzondere bekwaamheden noch re ferenties vereischt. Zich aanmelden vóór 12 uur bij het agentschap Vitelle, rue du Cherche-Midi 181." Deze advertentie bracht Gidion Picette aan 't denken. Onwillekeurig keek hij in den spiegel. Had hij een krijgshaftig voorkomen? Nu, de Keizer van Duitschland zou 't van hem gewonnen hebben; maar als hij de borst vooruit-, de schouders achteruit bracht en de knieën strekte, leek hij nog vrij aardig op een leeraar in 't boksen. Den volgenden morgen belde Gidion aan het kantoor van t agentschap Vitelle. Men liet hem in de kamer van den directeur, die hem door zijn lorgnet opnam en tot hem zei: „Mijnheer, u bent de 72ste sollicitant, dien Ik vandaag ontvang. Ik neem u aan, niet omdat u me beter, maar omdat u me niet slechter lijkt dan de andere 71". Na deze bemoedigende inleiding noodigde de heer Vitelle Gidion uit, om tegenover hem te gaan zitten en ging voort: „Het agentschap Vitelle belast zich met het organiseeren en regelen van huwelijken. De menschen, die van alle zorg af willen zijn, wenden zich tot mij, en ik neem op mij, hun huwelijk in elkaar te zetten van af het rondzenden der annonces tot aan het diner met bal na. Bij extra betaling huur ik ik huwelijkscadeaux, om uit te stallen, waar op ik kaartjes van de deftigste Fransche families bevestig, ik laat door mijn corres pondent in Rome een telegram met den pau selijken zegen zenden, en ik zet de huwe lijksreis in elkaar. En nu kom ik aan mijn laatste vinding. Heeft u wel eens opgemerkt, mijnheer, dat er aan iedere deftige huwe lijksplechtigheid militairen in groot tenue te pas komen? Zoudt U willen gelooven, mijn heer, dat veel ouders het erg jammer vin den, dat ze in hun stoet een neef of vriend in uniform missen? Dat heeft mij op 't denk beeld gebracht, militairen te verschaffen aan de families, die er geen hebben. Ik heb zelfs het volgende tarief opgesteld, waarvan ik U verzoek kennis te nemen. Gidion las tot zijn verbazing: Huwelijk le klas een generaal 150 frs. 2e een kolonel 100 3e een kapitein 50 4e een luitenant 40 cavalerie luitenant 45 a 5e een adjudant- onderofficier 15 M dezelfde gedecoreerd 18 a 6e n een sergeant 12 U begrijpt wel, zei mijnheer Vitelle, dat ik €en jongen man noodig heb, om de uniform te dragen tot den rang van kapitein; voor de kolonels en generaals gebruik ik een oud politieagent. Mijn condities zijn: 150 frs. per maand, kost inbegrepen, daar U aan alle feestmalen deel neemt, en ik zorg voor de uniformen. Neemt U het aan? Gidion aarzel de geen oogenblik, want zijn ideaal was: zijn brood te verdienen, met de minst mogelijke moeite. Morgen kunt U dadelijk beginnen: ik heb ben huwelijk 6e klas, in de kerk Saint-Vin- cent-de-Paul, waarvoor ik een brigadier moet leveren. Om vergissingen te voorkomen moet U aan den kerkdienaar vragen naar het huwelijk Leconte-Detouchèle en als zij aankomen, moet U zich bij den stoet aanslui ten. De schoonmoeder zal U als de zoon van een van zijn vroegere kameraden voorstellen. De mis had precies om 12 uur plaats. Gi dion zag bij het wakker worden met schrik, dat het half twaalf was. Hij had juist tijd genoeg, om zijn brigadiersuniform: aan te schieten en in de omnibus te springen. Hij wist eigenlijk in 't geheel niet, waar de St. Vincent-de-Paul kerk was, maar een van zijn vrienden had hem den vorigen avond gezegd: :St. Vincent-de-Paul? Wacht eens even. Die is in de buurt van de Etoile, rue de Chaillot. Op de place de FEtoïle aangekomen, merkte Gidion, dat het half één was. Hij had geen minuut te verliezen! Hij holde de Ave nue Marceau af, sloeg de rue de Chaillot in, aldoor in draf, en ontdekte eindelijk een kerk, waarvoor talrijke equipages en prach tige auto's stonden. Er lag een roode looper tot op 't trottoir, en groene planten versier den den ingang. Gidion drong door de haag van toeschou wers, stormde de trappen op en keek vol ver bazing naar het geheel verlichte koor. Is dit een huwelijk 6e klas? dacht hij. Hij zag een prachtig uitgedoste kerkedienaar en vroeg hem: „Pardon, mijnheer, dit is toch wel 't huwelijk Leconte-Detouchèle?" „Ja," antwoordde de verbaasde kerkedie naar, „dit is 't huwelijk van den comte de Touchel." Gidion haastte zich naar 't koor en wacht te het eind van de mis af. Toen het orgel de bruiloftsmarsch inzette, liet hij zijn sporen kletteren, baande zich een weg tusschen de ontstelde dames door, en, krijgshaftig, in drukwekkend, de borst vooruit en met opge heven hoofd, betrad hij het koor. Nauwelijks had het jonge vrouwtje den brigadier in 't oog gekregen, of zij gar een gil, en aan den arm van haar man riep ze: „een brigadier! O, mama!" Reeds kwam haar schoonvader naar haar toe, om haar in zijn armen op te vangen, toen Gidion, begrijpende dat hij den zoon van den vroegeren kameraad van den ouden heer moest voorstellen, hem vriendschappelijk op den schouder klopte, wat de moeder van het jonge vrouwtje deed uitroepen: „O mijn God, je schoonvader wordt gearresteerd, arm kind!" Het orgel had opgehouden. Er ontstond een verward geschreeuw. Men klom op de stoelen, om beter te kunnen zien. De bruids meisjes fluisterden: Waarom wordt hij gearresteerd? Hij heeft valsche wissels uitgegeven. Met den zoon van een schurk trou wen't is wat moois. Men beweert, dat hij een parelsnoer van 100.000 frs. verduisterd heeft. Neen, het is een zedenkwestie. Het verwondert me niets. Het lawaai en de verwarring werden hoe langer hoe grooter. Plotseling riep men: „een dokter, gauw een dokter!" Het jonge vrouwtje was flauw gevallen onder een wolk van gekreukelde tulle. Men droeg haar naar de sacristie, terwijl de vader van den jongen man, rood als een kalkoen- sche haan, brulde: „Het is verschrikkelijk! .mij arresteeren, wiens eer onbevlekt is! Het is een schandaal, het is een complot! Het is een politieke wraak! De genoodigden, de kerkedienaren, de koorknapen keken elkaar aan. De brigadier was verdwenen. BUREAU VOOR ARBEIDSRECHT. MEER DAN 1000 ZAKEN IN ééN JAAR. Verschenen is het verslag van het Bureau voor Arbeidsrecht (zooals bekend een in stelling van den Haarl. Bestuurdersbond) over het jaar 1928. Het 'aantal in behandeling genomen zaken is sinds 1924 meer dan verdubbeld. In 1928 werd voor het eerst subsidie van de gemeente Haarlem verkregen. Ook werd in het afgeloopen jaar een overeenkomst afgesloten met de bestuurdersbonden te Be verwijk en Zandvoort, teneinde den advi seur, den heer F. C. Gies, ook voor de arbei ders in die plaatsen te doen optreden. Volgens het verslag van den adviseur be droeg het aantal behandelde zaken en ad viezen 1006. In 1924 was ditzelfde aantal 500. Het bedrag wat voor cliënten door het Bureau werd ontvangen bedroeg plus minus 5700. In vele gevallen moest de hulp van den Kantonrechter worden ingeroepen, waardoor de adviseur in totaal 1047 maal in diverse zaken voor het Kantongerecht gedurende 1928 moest compareeren en 116 getuigen- verhooren werden vastgesteld. Het aantal bezoekers bedroeg gedurende het verslagjaar ruim 2300. Voorts werd on derscheidene malen door den adviseur ge pleit voor den Raad van Beroep, Ongevallen wet te Amsterdam en 's-Gravenhage en voor het scheidsgerecht der ambtenaren van Noord-Holland. Voor het eerst in 1928 werd zitting ge houden te Zandvoort en Beverwijk. De proef is geslaagd. Zoo is dan eigenlijk het districtsbureau voor Arbeidsrecht tot stand gekomen. NED. VEREEN. VAN SPOOR- EN TRAM WEGPERSONEEL. Dooi1 deze organisatie wordt op 5 Februari in het Blauwe Kruis de jaarvergadering be legd. Naast de behandeling" der jaarversla gen van secretaris en penningmeester komt de bestuursverkiezing aan de orde, waarvoor aftredend zijn de heeren H. v. d. Berg, Joh. Vonkenberg, C. Bos, H. v. d. Vecht, J. Roos, N. de Kruijf. ENGLISH ASSOCIATION. MAJOR WORSWICK OVER SCHOTLAND. Voor de afd. Haarlem van de English As sociation hield Vrijdagavond Major T. Worswick, directeur van The Polytechnic in Regent Street. Londen, een zeer geslaagde lezing met lichtbeelden over „Bonnie Scot land". Deze Engelschman bleek Schotland te ver eeren als de geboren Schotten zelf, die er geweldig trotsch op plegen te zijn. En door zijn warme enthousiasme voor zijn onder werp werd het een buitengewoon boeiende lezing. De prachtige collectie lichtbeelden gaf daarbij een voortreffelijken indruk van de soms lyrische, soihs ruige schoonheid van dit door Hollanders veel te weinig bezochte land. Mr. Worswick bleek het ook historisch grondig te kennen, en releveerde Schotland's rijke geschiedenis voortdurend tijdens zijn voordracht, terwijl de anecdoten over de vermaarde schrielheid der Schotten, waar onder enkele zêer goede, natuurlijk niet ont braken. Schotlands grootste dichter, Robbie Burns, en grootste romanschrijver, Sir Walter Scott, werden niet vergeten, evenmin als die tragische hoogtepunten uit Schot land's historie: de val van Mary, Queen of Scots en de massamoord die de Campbells pleegden op de Mac Donald clan. Hartelijk applaus beloonde den spreker van dezen avond toen de voorzitter, de heer C. B. A. Proper, hem dank betuigde voor de wijze waarop hij er in geslaagd was om ons naar Schotland te verplaatsen en met hem een reis door dat prachtige land te maken. VRIJZINNIG-DEMOCRATISCHE BOND. Herdenking 25-jarig bestaan afd. Haarlem. Goed geslaagde feestavond. Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan der afdeeling Haarlem van den Vrijzinnig Democratischen Bond is Zaterdag in de be nedenzalen van het Gemeentelijk Concert gebouw een feestavond gegeven. De Voorzitter der afdeeling, de heer A. G Boes, deelde in het openingswoord mede, dat dat afdeeling op 25 Januari 25 jaar bestond, maar dat de omstandigheden hadden ge maakt, dat de viering van het jubileum niet. eerder kon plaats hebben. Onze afdeeling is nu, vervolgde spr., de zilveren bruid. Bij een bruid behoort een bruidegom. Dat is de heer H. van Brederode, die van de oprichting der afdeeling af lid der afdeeling is geweest en die aan haar steeds zijn beste krachten gaf. De heer Brederode is de eenige der oprich ters der afdeeling, die dit samenzijn mag bij wonen. Hem willen we hulde brengen voor alles wat door hem voor de afdeeling is ge daan. We hebben gemeend hem een bloem stuk te moeten aanbieden. Nadat onder applaus den heer Brederode het bloemstuk was gebracht, herdacht de heer Boes verscheidene anderen, die hun krachten aan de afdeeling hadden gegeven. In de eerste plaats Mr. J. H. Thiel, die de af deeling met raad en daad bijstond en voorts Mr. M. Slingenberg, die de afdeeling steeds van zijn schat van kennis deed profiteeren en die 9 jaar voorzitter der afdeeling is ge weest. Mr. Slingenberg deed als lid van den Raad en als wethouder een uitnemend werk, waarvoor we hem gaarne hulde en dank be tuigen, verklaarde spr. Het doet ons leed dat hij, evenals de heer Thiel, verhinderd is hiei aanwezig te zijn. Hulde en dank bracht spr. voorts ook aan diegenen die onderscheidenlijk secretaris der afdeeling zijn geweest, de heeren J. A. Matla Ls. van der Have en J. Over, welke laatstge noemde thans nog secretaris is en die altijd bereid is de leiding van het verkiezingswerk op zich te nemen. Eveneens werd dank ge bracht aan den vorigen penningmeester, den heer Houtschilt, die als penningmeester won deren deed en die wegens ziekte niet aanwe zig kan zijn. Onder applaus werd besloten den heer Houtschilt een heilgroet te zenden en hem beterschap toe te wenschen. Tenslot te volgden nog woorden van dank aan den tegenv oordigen penningmeester den heer G. van Eek. Na.de mededeeling, dat de heer Brederode op de eerstkomende ledenvergadering der af deeling een overzicht van de geschiedenis der afaeelïng geven zal, memoreerde spr. nog de samensmeiting der afdeeling Schoten met de afdeeling Haarlem, waardoor, aldus spr., de afdeeling Haarlem niet alléén quantitatief maar ook qualitatief is vooruitgegaan. De wensch werd uitgedrukt dat de leden van de voormalige afdeeling Schoten zich meer en nieer in de afdeeling groot Haarlem mochten gaan thuis gevoelen. Na den feestavond staat weder veel werk voor de deur; mogen dan allen medewerking verleenen, besloot spr. Na het openingswoord werd voorlezing ge daan van ontvangen brieven en telegrammen van gelukwensch. De gelukwenschen waren van de vrijzinnig democratische jongeren te Haarlem, van de afdeeling Bussum en Am sterdam van den Bond en van Mr. Slingen berg, die een telegram uit Zwitserland had gezonden. De heer J. Over, de secretaris der afdeeling huldigde onder applaus de verdiensten van den heer Boes als voorzitter der afdeeling. Spr. zeide dat de heer Boes 13 jaar voorzitter der afdeeling is geweest en dat hij de man is die steeds gemoedelijk en amicaal met den secretaris omgaat. Mr. P. J. Oud, secretaris van het Hoofdbe stuur van den Vrijz.-Dem. bond, bracht na mens het Hoofdbestuur aan de feestvieren de afdeeling woorden van gelukwensch over. Het gebeurt wel eens dat een afdeeling wordt opgericht, en dan spoedig weder verdwijnt, ol dat een afdeeling een kwijnend bestaan leidt, zeide spr. Anders is het met. de afdee ling Haarlem. De afdeeling Haarlem is een afdeeling, die steeds krachtiger wordt en een in wier midden het goed gaat. Uit den aard der zaak voert spr., die behalve secretaris ook penningmeester van den Bond is, het meest correspondentie met den secretaris en den penningmeester der afdeeling. Spr wenscht beiden te huldigen. Hadden alle af- deelingen maar zulk een secretaris en zulk een penningmeester, verklaarde spr., dan zou mijn tr.-'k heel wat gemakkelijker zijn. Aan t wcord van gelukwensch werd toe gevoegd eer. kort woord van propagandisti sche strekking. Gpr. ging na de oprichting van den Eond die zooais hij betoogde noodig was, omdat „in de liberale partij de vrijzin nige democratie niet meer veilig was. „De voormannen en diegenen die den Bond stichtten, voegde spr. daaraan toe, wensch - ten hoog de vaan der democratie te gaan op heffen en den weg aanwijzen die kan leider tot den vooruitgang. Aan die taak is de Bond steeds getrouw gebleven. De vrijz. dem. vormen nog een kleine groep. Maar, aldus spr.. veel is sinds de stichting van den Bond gebeurd wat ons werk was, er werden vrijz.- dem. beginselen in de wetgeving gebracht; onder meer werd gereleveerd de tot stand ko ming van het arbeidscontract en hetgeen is geschied ten opzichte van de belasting-wet geving. Al werden dan geen vrijz. dem. minister, wij kunnen tevreden zijn, concludeerde naar aanleiding daarvan spr-, over wat we met onze kleine groep hebben bereikt. Gebeurd is wat we wilden. Uit dat verleden mogen de vrijz. dem. kracht putten om voort te gaan. Spr. wekte op steeds pal te staan voor dc vrijz. dern. beginselen om recht te doen aan iedere groep der samenleving. „De afdeeling Haarlem wensch ik geluk met haar feest", eindigde spr. „Ik dank het Bestuur der afdeeling voor wat het gedaan heeft voor de toepassing van onze beginse len. Ik wensch de afdeeling toe nog een lang en gelukkig leven tot heil van de toepassing der vrijz. dem. beginselen in het algemeen en de toepassing van die beginselen te Haar lem in het bijzonder". Daarmede was het meer officieele gedeelte van den avond geëindigd. In het overige ge deelte van den avond zorgde het Concert en Theaterbureau Jac. Kolderie, dat de aan wezigen aangenaam werden bezig gehouden Aan de goede zorgen van dit Bureau was dit uitnemend toevertrouwd. De heer Jac. Kolde rie bracht met zijn praatje en met zijn door hem gezongen liederen de goede stemming er in. „Poor Billy", de komische muzikale excen triek. deed meermalen de aanwezigen van het lachen schateren en Antonini wekte be wondering door zijn toeren. Nog bracht de heer S. J. Paartman fluit- solo's ten gehoore. Ter afwisseling muziek, echter niet van een jazz-band. maar muziek gereproduceerd floor de His Master's Voice Gramophone en platen in samenwerking met Telefunken Arcophori luidsprekers. Een en ander maakte dat het werd een welgeslaagde feestavond. Een groot gedeelte van den avond werd bijgewoond door der. heer Herman Snijders, oud-voorzitter van het Hoofdbestuur van den Vrijz. dem. bond en den heer C. A. Zelvelder, oud lid van het Hoofdbestuur van den Bond. OVER ACOUSTIEK. HOE KRIJGT MEN GOED BESPREEK BARE ZALEN EN KERKEN? Zaterdagmiddag hield Prof: Dr. A. D. Fok ker in de gehoorzaal van Teyler's Stichting de eerste van een drietal voordrachten (met demonstraties! over acoustiek. Er was zeer veel belangstelling voor deze eerste voordracht, waarvan een beknopt overzicht hier volgt. Reeds bij de Ouden waren er in openbare spreekplaatsen moeilijkheden op het gebied der acoustiek te overwinnen. Deze spreek plaatsen waren in de open lucht en het ge luid ging daar dus gemakkelijk verloren. Daarom werden de Grieksche theaters am- phiteatersgewijze gebouwd: de volgende zit plaatsen telkens hooger dan de voorgaande, zoodat het geluid op zijn weg naar den hoorder zoo weinig mogelijk werd gehinderd. Ook werden wel steil opgaande wanden ge bouwd om het geluid tegen te houden. Bo vendien droegen de tooneelspelers vaak in hun maskers kleine scheepsroepers. Lr een zaal bestaan natuurlijk ten- op zichte van de geluid-opvanging betere con dities dan in de open lucht. Maar in een be sloten ruimte ontstaat weer een ander be zwaar: wij krijgen een teveel aan geluid, nagalm, die het goed verstaan bemoeilijkt. De wanden van de zaal absorbeeren ir. meerdere of mindere mate het geluid; een fractie van het geluid wordt vastgehouden. De acoustiek van een zaal nu wordt be paald door het volume van die zaal en door het absorbeerend vermogen der wanden. Beide factoren zijn door den architect met behulp van formules te berekenen. Tapijten en schilderijen hebben een groot absorbeerend vermogen en bij een audito rium blijft 96 pet. van het geluid steken! De nagalm heeft in verschillende zalen een verschillenden duur. Een nagalm van 2 3/10 seconde is gunstig voor orkestmuziek en voor 13/10 S 11/2 seconde voor zalen waarin het gesproken woord tot zijn recht moet komen. Zoo kan een zaal die zeer ge schikt is voor tooneel, niet voldoen voor opera-opvoeringen. Maar soms kan aan dit bezwaar tegemoet gekomen worden door met een gordijn of een versiering een tooneel- zaal geschikt te maken voor de opvoering van een opera. Het blijkt dus dat de nagalm eigenlijk: diffuus teruggekaatst geluid een zeer be langrijke factor is voor de acoustiek. Bij het bouwen van kerken moet, er op ge let worden dat er achter den prediker reen groote ruimte is. Er moet een wand zijn da delijk achter den spreker. Na de pauze besprak Prof. Fokker de mo gelijkheid het geluid te richten. Zoo kunnen bolle plafonds hinderlijk wer ken: verbetering is dan te verkrijgen door het reflectecrend bolle vlak te „breken", waardoor de geluidsgolven niet in „brand punten" samenkomen maar diffuus gaan loopen. De opgave voor den architect die een spreekzaal moet bouwen is: de wanden en het plafond zoo te bouwen dat door een oor deelkundige reflexie het geluld déar gebracht wordt waar het noodig is. De spreekzaal In het Palais des Nations te Genève is en de bekende Salie Plevel te Pa rijs was volgens hetzelfde systeem gebouwd n.l. volgens het principe dat het. geluid aan het eind van de zaal, tegenover den spreker of den musicus, wordt samengeknepen en „in het publiek- geworpen". Om kerken beter bespreekbaar te maken heeft men wel gebruik gemaakt van luid sprekers. Een bezwaar hiervan is dat elke luidspreker het geluld vermeerdert en dus ook den nagalm. Bovendien is deze oplossing er een door brute kracht en niet door het in tellect. Meer te waardeeren is dan ook liet aanbrengen van klankspiegcls (niet klank borden! achter den spreker. In zijn volgende voordracht zal Prof, Fok ker den vorm. voor zulke klankspiegels te kiezen, bespreken en de formules, noodig ~>m tot de constructie van deze spiegels te ge raken. De spreker verduidelijkte zijn zeer be langwekkende voordracht door verschillende demonstraties en lichtbeelden. DE KENNEMER JAGERS. Voor bescherming bij oproer en onlusten. Wij lezen Lu de Msb.: Ingeval van oproer of onlusten in de groote steden zal er groote kans bestaan, dat benden uit de laagste volksklassen zich op het platteland begeven om b.v. afgelegen hui zen en villa's te plunderen of anderszins zich misdadig te gedragen. Teneinde Kenno- merland (Noordzeekanaal, Noordzee. Oude Rijn, Haarlemmermeer) tegen dergelijke ga- varen te beschermen wordt, op initiatief van den commandant der vrijwillige burgerwacht te Amsterdam, met medewerking van voor aanstaande heeren een corps „Kennemer Ja gers" opgericht, bestaande uit vendels ruiters, wielrijders en automobilisten! Onder de Letdsche studenten worden po gingen aangewend een vendel „Kennemer jagers te paard" te vormen. JEUGDHERBERGEN. Van de 4 bestaande Jeugdherbergen in Nederland zijn er 2 gesloten tot Maart.. Het zijn de „Weideheuvel" te Amsterdam en de Jeugdherberg van het Duitsche Verbond te Rotterdam. De andere twee Jeugdherbergen nl. de „Zevensprong" te Petten en dc ..Dot ter" te Blaricum zijn de wintermaanden wel geopend. Dat de Jeugdherbergen aan hun doel be antwoorden, bewijst wel. dat de ..Dotter" ge durende de Kerstdagen 63 overnachtingen boekte. In het a.s. voorjaar zullen zeer waarschijn lijk 3 nieuwe Jeugdherbergen geopend wor den en wel te Kampen, Twente en te Arn hem. GEVONDEtf VOORWERPEN EN DIEREN Terug te bekomen bij: Steenman. Eiken straat 8. bril in étui. Vos, Harmenjansstraat 21 bril in étui. Bur. van Politie, Smedestraat handschoen, rozenkrans, haarspeld, sleutels, vulpotlood, v. Hout, A. L. Dyserlnckstraat 64, handschoen, v. Dijk, Schoterweg 51 rood, handbeschermer, Kennel Fauna, hondje (herder-bast.) gebracht door: Politlepost- huis Bosch en Vaart, hond (zwart) gebracht door personeel van het gesticht Meer en Bosch, Heemstede, Bosman, Colterraanstraat llzw., kaart van een ijsclub, Decider, Stuver- straat 2, portemonnaie met inhoud, v. Wijn gaarden, Celebesstraat 13, jongenspet. de Graaf, Barmesteeg 4, tasch met inhoud.'Kel der, Geweerstraat 41. vulpotlood, v. Waard, Ged. Oude Gracht 41, vulpotlood. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN k 60 CL per regel. STOFZUIGERHUIS MAERTENS BARTELJORISSTRAAT 16 TELEF. No. 10756 5 Apex Kïop-Veeg-Stofzuiger*. f 175. <puap ósilcft,: <&itan,4*.clocaa*.t*5c*£5c& EEN GESCHIEDENIS VAN DEN GEHEIMEN DIENST. Uit het Engelsch van DOUGLAS VALENTINE. 31) Ze kleurde als een jong meisje. Het is lang geleden dat iemand dat gedaan heeft, lachte ze. Toen ging ik heen. Ik bereikte de vestibule zonder een le vende ziel te ontmoeten. Maar daar was het stampvol, officieren in uniform vol decora ties, dames in avondtoilet, koetsiers, livrei knechten, chauffeurs, kellners. Het was een stemgegons van belang en het was er zoo vol dat ik Monica eerst niet zag. Twee agenten stonden bij de groote deuren, die naar de straat voerden en iemand in burger, waar schijnlijk een rechercheur, stond er bij. Ein delijk zag ik Monica die vlak achter den rechercheur met twee jonge officieren stond te praten. O. ben jii daar Carter, zei ze. Goeden nacht Herr Baron! Tot ziens, Hoogheid! De twee officieren kuste haar de hand, terwijl ik haar de cape omsloeg. Toen liep ik vóór haar de deuren uit, zonder links of rechts te kijken, vlak langs den rechercheur en de twee agenten. Het is mogelijk dat ze me zagen; ik keek strak voor me. Buiten nam Monica de leicting en bracht me naar e'en chocolade-kleurige limousine en even daarna gleden we geruischloos over het asphalt den donkeren nacht in. De Bendlerstrasse is rechts van de Tier- garten niet ver van Hotel Esplanade en ik vond den weg heel gemakkelijk. Ze bewoon de een étage en toen ik haar veilig en wel naar huis gebracht had, keerde ik naar den wagen terug en reed dien naar de garage die zich achter op het erf bevond. Toen ik de dubbele deuren van de garage opende, daalde een man van een ladder naar beneden. Is het gelukt? vroeg hij. Ben jij daar Carter? vroeg ik. Jawel meneer, kwam het vroolijke ant woord. Gaat u even aan den kant, dan zal ik den wagen naar binnen rijden, daarna zal ik u uw slaapplaats wijzen. Even later nam hij me mee naar zijn re sidentie, een vroolijk klein kamertje met electrisch licht en een tafel met een rood ta felkleed, een knappend open vuur en twee bedden. De muren waren vol georikt met uitknipsels van Amerikaansche tijdschriften, meest foto's. Het is hier eenvoudig, meneer, zei Carter, maar ik zal het u zoo goed mogelijk naar den zin maken. U ziet er zoo doodop uit, dat u overal wel zoudt fcurmen slapen, ge loof ik Het was een vriendelijke jongen met een leelijk gezicht en eerlijke oogen. Daar is uw bed, zei hij, de huisknecht sliep hier, maar ze hadden hem voor den oorlog noodig. Hier liggen een paar pyama's van meneer Gerry en bij het vuur staat een kop warme chocolade voor u. Ik denk dat u het liefst dadelijk onder de wol gaat, dus ik zal maar naar beneden gaan. Maar ik wil je niet uit je eigen kamer verdrijven, zei ik. Er zijn twee bedden, dus Bekommert u zich maar niet om mij, antwoordde hij. Ik maak het me wel behagelijk beneden in de garage; ik weet hoe ik een Engelschman behandelen moet. Hij wilde niet naar mijn protesteeren luisteren, maar daalde de ladder af. Ik dronk de heerlijke cacao en warmde me bij het vuur. Toen kroop ik met een dankbaar hart in bed en viel in een diepe, droomelooze slaap. HOOFDSTUK XII. Zijne Excellentie de Generaal is van streek. Ik zat met Monica in haar boudoir dat iets hee! ongewoons voor een kamer in een Duitsche woning een open haard had. waarin een vroolijk vuur brandde. Ze was een alleraardigste verschijning zooals ze daar in een verrukkelijke zijden kimono op de leeren bank bij het vuur zat; ze deed me bijna de menigvuldige gevaren vergeten die me omringden. Met behulp van scheergerei en diverse artikelen uit Gerry's garderobe, mij door den onvergelijkelijken Carter ver schaft en na een verkwikkende nachtrust, kon ik mij als een verjongd menschenkind bij de „Frau Graf in" laten aandienen. Op advies van voornoemden heer had ik mijn snor verwijderd; en mijn glad-geschoren ge zicht en overjas droegen er niet weinig toe bij om mij aannemelijk te maken in mijn nieuwe rol van ziekenoppasser. Ik zal je straks meenemen naar Gerry, zei Monica, toen ik zooeven naar hem vroeg sliep hij. Die deur daar gaat naar zijn kamer. Vertel me nu eens wat van jezelf en van Francis! Ik vertelde haar. uitvoeriger dan ik haar den vorigen avond had kunnen doen; alles wat ik van Francis wist, van zijn zending in Duitschland, van den langen tijd dat we niets van hem hadden gehoord. Ik heb gehandeld in een opwelling, ein digde ik, maar ik weet zeker dat ik niet anders handelen kon. Maar alles schijnt te gen me samen te spannen. Het lijkt wel alsof ik in een wespennest ben terechtgeko men en ik moet maar zien dat ik me er weer uitred. Trek het je niet aan Des, zei Monica, terwijl ze een eindje naar voren leunde en een kleine hand op mijn arm legde. Het is terwillé van Francis; jij en ik zouden alles doen om hem te helpen, niet waar?als hij nog in leven is. Het is niet zoo verkeerd om naar je opwellingen te luisteren. Als ik dat ook gedaan had. zou Francis misschien niet in zulke moeilijkheden zijn op bet oogenblik Ze zuchtte. Het ziet er anders donker genoeg uit, vervolgde ze. Her kan wel zijn Des. dat we voorloopig niet zoo rustig en ongestoord met. elkaar kunnen praten en daarom wil ik je een en ander vertellen, waarover ik tot nu toe nog nooit met iemand gesproken heb. Ik vertel het ,1e aUeen daarom, dat je weten zult wat er ook gcbc-urt, je aan mij een bondgenoote hebt bij het zoeken naar Fran cis. Ofschoon, voegde ze er peinzend aan toe, ik misschien te veel gebonden ben dan dat je veel aan mij zult hebben. .Je broer hield van me en ik Meld méér van hem dan van wien ook dien ik tevoren had ontmoetof die ik later ontmoette. Vader was gestorven ik was "olkomen onaf hankelijk dus er was niets wal ons huwhtk in den weg stond. Maa^ Francis was trotse»! zijn trots was grooter dan zijn liefde voor mij. dat zei lk hem toen we van elkaar gingen. Hij wilde niets van trouwen honren voordat hij zelf heelemaal onafhankeMjlc was, ofschoon ik meer dan genoeg had voor ons beiden. Hij wilde dat ik een paar jaar zou wachten tot zijn zaak zich voldoende ontwikkeld had, maar zijn trots prikkelde mij en ik weigerde. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 11