H. D. VERTELLINGEN De Man met den Horrelvoet STADSNIEUWS FEUILLETON. HAARLEM'S DAGBLAD WOENSDAG 6 FEBRUARI 1929 (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.) Voorbijgaande Schepen Naar het Amerikaansch van O. HENRY. Mr. Towers Chandler was in zijn kale slaap kamer bezig zijn rokcostuum op te persen. Het ecne strijkijzer stond op een klein gascom- foor, het andere werd met kracht heen en weer bewogen om den onberispelijken vouw aan te brengen, die later op den avond van den onderkant van Mr. Chandler's laag-ult- gesneden vest zou loopen tot op zijn lakschoe nen, als hij zou uitgaan in elk opzicht de goedgekleede, verzorgde knappe jongeman uit de New-Yorksche uitgaande werelddie hij niet was! Chandler's honorarium bedroeg 18 dollar per week. Hij had een betrekking op een ar chitectenbureau, was twee en twintig jaar en was nog naïef genoeg om architectuur als een kunst te beschouwen. Zoo geloofde hij in ge- moede al zou hij zich wel hebben gewacht deze meening in New-York openlijk uit te spreken, dat de wolkenkrabbers in deze we reldstad niet zoo volkomen'schoon waren als bijvoorbeeld de Dom in Milaan. Van zijn wekelijksch inkomen legde Mr. Chandler één dollar op zij en aan het einde van iedere tien weken kocht hij zich van het al dus opgespaarde geld 'n avond in de kon- trelen van millionairs en bankmagnaten, een avond waarop hij zich voor enkele luttele uren op end'op een rijke jonge nietsdoener kon voelen. Hij koos zich met smaak 'n weelderig menu en een flesch met een étiket, dat gezien mocht wordenen de negen en zestig vol gende avonden consumeerde hij getroost zijn karigen maaltijd in een zooveelste rangs lunchroom, of als zijn kasmiddelen al te zeer geslonken waren, een paar boterhammen met een glas bier op zijn kale slaapkamer. En het periodiek terugkeerend evenement van het zitten tusschen „bon vivants" en modieuze vrouwen met zachte streelende muziek die van achter de palmen klonk, de droom van en kele uren dat hij een-van-hen-was, blééf hem een feest. Die ééne avond van schittering woog ruim schoots op tegen vele van bekrompenheid en duisternis. Hij wandelde door de drukke straten van de kontreien van weelde, genoot van het-voorbij - suizen der weelderige auto's en van de pan toffelparade van wei-verzorgde heeren of mondaine vrouwen, merkte op, en werd op gemerkt, door menig blauw of donker meisjes oog, want hij was een knappe, goed-gekleede jongeman! Op een hoek bleef hij stilstaan, weifelend of hij nu reeds zou teruggaan naar het keurige, luxueuse restaurant, waar hij gewoonlijk zijn tien-weeksche feestmaaltijden gebruikte. Juist' op dat oogenblik schoot haastig een meisje den hoek om, gleed uit over een be vroren plasje en viel met een smak op het trottoir. Chandler hielp haar onmiddellijk op de been. Het meisje strompelde naar den muur van het dichtsbijzijnde huis, leunde er tegen en bedankte hem. Ik geloof dat ik mijn enkel een beetje verstuikt heb, zei ze. Doet het erge pijn? vroeg Chandler be langstellend. Alleen als ik er met mijn lichaamsge wicht op rast. Ik denk dat ik over een paar minuten wel verder zal kunnen gaan. Als ik u verder van dienst kan zijn.... zei de jongeman beleefd. Zal ik een taxi voor u halen of Dank u, antwoordde het meisje. Ik weet zeker, dat ik verder geen last hoef te veroorzaken. Wat dom. van me om zoo slecht uit te kijken. Chaidler nam 't nieise eens goed op en hij voelde zijn belangstelling gewekt.Ze was mooi met iets verfijnds in haar schoonheid en haar oogen waren vroolijk en vriendelijk. Ze was niet bijster opvallend of kostbaar gekleed, ze kon wel een winkeljuffrouw of een kantoor meisje zijn, oordeelde hij. Ze had een'eenvou dige donkere mantel aan en haar donkerbruin haar, waarvan enkele weerbarstige krulletjes zichtbaar werden aan de slapen, ging groo- tendeeJs schuil onder een goedkoop blauw hoedje. Het type van een „jonge werkende" vrouw van de beste soort. Een idee schoot omhoog in het brein van don jongen bouwkundige. Hij zou het meisje vragen om met hem te eten! Hier was het ele ment dat aan zijn schitterende, maar eenzame festijnen ontbrak. I-Iet meisje was een dame haar manieren en spraak bewezen dat vol doende. En hij voelde dat hij het ondanks haar simpele kleedy prettig zou vinden met haar aan tafel te zitten. Het was natuurlijk een inbreuk op de éti quette om het haar te vragen, bedacht hij, maar dikwijls zijn meisjes die hun eiger. brood verdienen niet zoo ei-g conventioneel. En zijn tien dollars oordeelkundig be steed. zouden een uitstekende maaltijd voor hen beiden mogelijk maken. Het diner zou na tuurlijk ook een prettige afwisseling zijn ir. ha*- monotoon bestaan en de uitingen van haar genoegens, zouden aanmerkelijk bijdra gen tot het zijne. Ik denk, begon hij ernstig, dat uw voet langer rust noodig heeft dan u denkt. Nu ik weet een middel dat u die rust krijg*, terwijl u tegelijkertijd mij een plezier doet. Ik was juist op weg naar een eenzaam middag maal. Als u met mij meegaat, zullen we sa men eer gezellig diner en een prettige con versatie hebben en daarna zal uw enkel wc' weer geschikt zijn om u naar huis te dragen. Het meisje keek met een snellen blik ir. Chandler's open, knap gezicht. Er was een oolijke tinteling in haar oogen toen ze ant woordde: Maar we kennen elkaar heelemaal niet. het is niet zooals het hoort, vind u wel? Er steekt niets kwaads in. Ik zal mij even voorstellen. Mijn naam is Towers Chand- lerJNa ons aiener dat ik probeeren zal zoo uret- tig mogriijk te maken, zal ik afscheid van u nemen, of u netjes aan uw huisdeur afleve ren, net zooals u verkiest. Meer, protesteerde het meisje, met eer: blik op Chandler's onberispelijke kleedij, ik zie er zoo uit met den ouden hoed en man tel! Hindert niet, stelde Chandler haar opge wekt gerust. Ik ben overtuigd dat u er in deze kleeren aardiger uitziet dan welke dame ook, die we zullen aantreffen, in het kost baarste avondtoilet. Mijn enkel doet mij nog pijn, erkende het meisje, nadat ze geprobeerd had ee.i stap te doen. Ik geloof dat ik uw Invitatie maar moest aannemen, mr. Chandler. Noem* u me miss Marian. Gaat u dan maar met me mee, miss Marian. U hoeft niet ver te loopen. Er is een uitstekend restaurant 'n paar huizen verder U hoeft alleen maar op mijn arm te leunen zooen voetje voor voetje te wandelen. Het is erg eenzaam om alleen te moeten eten. Ik ben eigenlijk wel een beetje blij dat u over die plas bent uitgegleden. Het restaurant was niet van een zóó ver fijnde weelde als dat verderop in Broadway, waar hij anders zijn Lucullus-maaltijden nar: maar het scheelde toch niet veel. Aan de ta feltjes zat een publiek dat tot dezelfde wereld behoorde als dat in het andere établisse ment; er was een goed strijkje, dat zacht genoeg speelde om een prettig gesprek moge lijk te- maken en welks melodieën een ver fijnd-droomerig element in de atmosfeer brachten en keuken en bediening waren bo ven alle lof verheven. Zijn gezellin, ze hal haar mantel uitgetrokken en was nu in een eenvoudige blouse (die wel van opmerkelijk fijn maaksel was en haar heel goed zat en kleurdei en rok, viel in geen enkel opzicht uit den toon van deze mondaine omgeving in tegendeel, de aantrekkelijkheid van haar gezicht cn figuur werd nog verhoogd door een aangeboren distinctie. En ze keek naar Chandler, met zijn aangename, maar zelfbe wuste manieren en zijn vriendelijke donker blauwe, schrandere oogen, met iets dat niet ver was van bewondering. Toen steeg de bravour van het glorieuze toeval hem als bruisende champagne naar het hoofd. Hij was op Broadway, hij zag er in zijn rok uit als een welgestelde jongeman, was omringd door kostbare pracht, twee mooie meisjesoogen die belangstellend naar hem keken. En al zijn goede engelen kon den hem er niet van terughouden om de rol van den rijken jongen dandy te spelen. Hij vertelde miss Marion van clubs, teas, van golf en paardrijden, en mooie honden en cotillons en buitenlandsche reizen en maakte zelfs toespelingen op een jacht dat in Larch- ment lag. Het v/as Chandler's groote dag. De manier van leven, waar u het over hebt, lijkt me zoo klein en doelloos, zei het meisje. Hebt u niets geen werk of iets anders dat u een doel zou kunnen geven? Li^e miss Marion, riep hij uit, werk 's morgens sport, een half-dozijn visites des middags, dan kleeden voor het diner, des av-nds theater of een partijwij zoogenaam de doe-nieten zijn de hardste werkers van het land! Het dmer was afgeloopen en de man en hec meisje wandelden naar den hoek, waai hun kennismaking had plaats gehad. Miss Marion kon alweer een heeleboel beter loo pen, ze hinkte nauwelijks meer. Ik dank n wel voor uw prettig samen zijn, zei ze hartelijk. Ik moet nu gauw naar huis. Ik vond het diner heel lekker en gezellig, mr. Chandler. Hij diukte haar de hand, terwijl hij genoe- gehjk glimlachte en zei iets over een spelletje bridge in een club. Hij keek haar een oogen blik na, terwijl ze zoo snel als haar bezeerde enkel het toeliet, wegwandelde en riep toen een taxi aan om hem naar huis te rijden. In zijn kamer borg Chandler zijn avondcostuum weg vooi een rust van negen-en-zestig dagen. In gepeins keek hij er naar. Dat was een allemachtig aardig meisje, zei hi'j tegrn zichzelf, 't Goeie soort. Misschien als ik haar de waarheid verteld had, in plaats van al die onzin.... hadden we... maar ver duiveld ik moet mijn kleeren toch eer aan doen! Het meisje spoedde zich, nadat ze haar ca valier verlaten had, door de straten, tot ze een mooi statig huis bereikte, gelegen aan de Avenue waar Mammon troont met zijn goden van lageren rang. Vlug ging ze naar binnen en liep haastig naar boven, naar een kamer waar een andere knap jong meisje, gespan nen uit het raam stond te turen. Jij lijkt wel mal! riep het andere meisje toen ze haar zusje zag, om ons zoo in doodsangst te laten zitten. Het is al twee uur geleden dat je de deur bent uitgeloopen in die armoedige oude mantel en met Marie's hoed op. Mama weet zich geen raad van angst. Ze heeft Louis in de auto uitgestuurd om je te zoeken. Je bent eigenlijk nog een ondeu gend kind. De andere zuster drukte op een knopje en een oogenblik later verscheen een kamer meisje. -r- Marie, wil je aan Mama zeggen dat miss Marion terug is? Wees toch niet boos, zus, zei Marion. Ik ben alleen maar even uitgegaan om aan madame Theo te zeggen dat ze mauve gar neering op mijn jurk moest zetten inplaats van rose. Mijn oude mantel en de hoed van Marie waren net geschikt voor zoo'n bood schapje. Alle menschen zullen wel gedacht hebben dat ik een winkelmeisje was! Het andere meisje scheen alweer verzoend Het diner is al afgeloopen zei ze, nu veel vriendelijker. Je bleef zoo lang uit. Ja, ik kon er niets aan doen. Ik ben uit gegleden over een bevroren plas en verstuikt? mijn enkel. Toen ben ik naar een restaurant gestrompeld en ben daar blijven zitten tot de pijn bedaard was. Daarom ben ik zoolang weggebleven. De twee meisjes zaten in de vensterbank en keken uit in den avond naar den stroom van auto's in de Avenue, die in de richting van de theaterbuurt gingen. De jongste van de twee nestelde zich tegen haar zuster aan, met het hoofd op haar schouder. Eens op een dag, zei ze droomerig, zullen we moeten trouwen, allebei. We heb ben zooveel geld, dat het ons niet is toege staan het publiek teleur te stellen. Zal ik je eens vertellen van wat voor soort man ik zou houden, zus? Ga je gang, babbelkous, zei het oudste meisje lachend. Ik zou kunnen houden van een man met donkerblauwe, vriendelijke oogen, die zacht en voorkomend is tegen arme meisjes, die er knap uitziet en een goed hart heeft en de meisjes niet beschouwt als voorwerpen voor flirt en voor niets beters. Maar ik zou alleen van hem kunnen houden als hij een ambitie had, een doel om voor te werken. Het zou me niets kunnen schelen of hij arm was, als ik hem kon helpen zijn werk op te bouwen. Maar je weet, zus, het soort mannen dat wij altijd ontmoeten.... die jongelui die niets an ders weten dan sport en clubsvan zoo een zou ik niet kunnen houden, al had hij ver standige. vriendelijke, donkerblauwe oogen en al was hij nog zoo vriendelijk tegen arme meisjes die hij op straat ontmoette BOND VAN NED. ONDERWIJZERS. Dezer dagen hield de afdeeling Haarlem van den Bond van Ned. Onderwijzers haar jaarvergadering. De heer Panman bracht verslag uit van de Algemeene vergadering, welke in de Kerst vacantie te Arnhem is gehouden. Daarna kwamen de jaarverslagen van de afdeeling en de verschillende commissies in behandeling. Na een paar opmerkingen werden ze met algemeene stemmen goedge keurd. Het ledental steeg van 216 tot 221. Van het vaste personeel in Haarlem is de groote meerderheid in den Bond georganiseerd. Herdacht worden in het verslag de overle den collega's mevr. Bouwman-Klots en mej. Van Santé. Een paar keer had bet bestuur een on derhoud ten stadhuize, o.a. om te bespre ken, waar de nieuwe school in Schoten moet komen. Vier adviezen aan het gemeentebestuur werden uitgebracht, nl. over de splitsing aan de H.B.S. in Fransehé en Franschlooze klas sen; de reorganisatie van het Vervolgonder wijs; de jaarlijksche reorganisatie na de aangifte van nieuwe leerlingen, en de reor ganisatie der Handelsavondschool. Op het Bondsadres tot stichting van een nieuwe U. L. O. nam de Raad een gunstige beschikking. Verzonden werden verschillen de adressen, nl. over het aanstellen van schoolbewaarders; het benoemen van tegen standers van het Openbaar onderwijs; de school en de aubade van Koninginnedag. Aan den Raad van Heemstede werd een adres gezonden tegen het ontslag van de huwende onderwijzeres. Verschillende vereenigingen werden dóór een subsidie gesteund. Aan de Ondersteu ningskas werd afgedragen 209.50 en aan het Herstellingsoord in Lunteren 446.34. De begrooting werd vastgesteld tot een be drag van 4952.27. Het bestuur werd herkozen. Dit bestaat dus voor 1929 uit: F. Wynia, voorzitter; G. Brouwer, Overtonstraat 9, secretaris; J. Stolp, penningmeester, E. H. Dik; C. J. Rij kers, P. Schaft en J. L. Munnik. VEREENIGING „OOST EN WEST" INDISCHE FILMAVOND. De afdeeling Haarlem en Omstreken van de Vereeniging „Oost en West" liet Dinsdag avond in den Schouwburg aan den Jansweg weer eens een Indische film vertoonen, na melijk „De Tabakscultuur in Deli" van het Amsterdamsch Tabaksbureau. Het bestuur heeft hiermede weer vélen aan zich ver plicht, want wat op het witte doek vertoond werd was hoogst interessant. Wij zagen de uitgebreide tabakscultuur van de allereerste werkzaamheden af, namelijk het kappen van de boomen in het oerbosch om ruimte voor den aanplant te verkrijgen. Op de daar voor geschiktste gronden worden de zaad bedden aangelegd. Getoond wordt hoe de plantjes er uitzien tien dagen na het zaaien, vervolgens twintig dagen daarna, totdat zij na ongeveer 38 dagen voor de verplanting gereed gemaakt worden. De voorbereidende werkzaamheden daarvoor zien we in het tweede deel, zooals het maken der plant- gaten en de bemesting daarvan, en vervol gens het planten. De vrouwen zorgen voor de plant en de nabemesting. Van hoeveel beteekenis ook hier het mesten is, wordt aanschouwelijk voorgesteld: een weelderige groei van een bemest bed cn achterlijke planten waar niet gemest is. Het is evenwel niet alles goud wat blinkt, want we zien hoe ook de tabakscultuur door ziekten en plagen bedreigd wordt. Dit eischt een intensieve bestrijding. Het gewichtigste moment In de tabakscul tuur is de pluk, die door koelies verricht wordt, waarna de planten op een tamelijk omslachtige wijze naar de droogschuren ge bracht worden. Als die tenminste op tijd ge reed zijn. In het derde deel kan men zien op welk een handige manier deze groote schuren gebouwd worden, waarbij stokken en bladeren de belangrijkste materialen zijn. In de schuren worden de bladeren op mat ten neergelegd, waarna ze door vrouwen met tachtig tegelijk aan een touwtje geregen en opgehangen worden. Na ongeveer 20 a 22 dagen zijn ze droog genoeg om aan bun dels gebonden te worden en in de transport- kisten te worden verpakt. Zoo zien we alle werkzaamheden, die eerst verricht moeten worden, voordat de liefheb ber van rooken zijn sigaartje of pijp tabak aan den mond kan brengen. Een buitengewoon leerzame film. Belangwekkend is ook o.m. het werk van het Europeesch, Javaansch, Chineesch en ander personeel op de verschillende tabaks ondernemingen, waarvan vele afbeeldingen na de pauze op het doek kwamen. DE TRAM. VERANDERING IN HET ééNMANSSYSTEEM. Het is bekend, dat de vakvereenlgingen van het personeel der N.Z.H.T.M. een actie begonnen zijn voor de afschaffing van het éénmanssysteem. Nu het vervoer door het vermeerderen van de overstapjes toegeno men is en de wagenvoerders en conducteurs meer tijd moeten besteden aan het afgeven van kaartjes, blijkt herhaaldelijk, dat door den éénmanswagen vertragingen ontstaan. De vakvereenigingen zijn van meening, dat het belang van de maatschappij en van het personeel de afschaffing van den éénmans wagen eischt. Het blijkt evenwel uit een pas ingevoerde maatregel, dat de tramdirectie niet genegen is om het éénmanssysteem geheel op te ge ven. De groote motorrijtuigen met midden- balcon zijn thans ook tot éénmanswagens verbouwd. Nabij dè plaats van den wagen bestuurder is een deur gemaakt. De deuren van het midden-balcon blijven dan gesloten. Op niet-drukke uren laat de directie deze wagens door één man bedienen. Maar alleen als er een volgwagen is. Het heeft nog niet tot veel oponthoud geleid, omdat de passa giers meenend, dat de motorwagen geen passagiers opneemt in den volgwagen stappen. De tramdirgetie zendt ons de volgende mededeeling: Tengevolge van de opheffing van de Cein- tuurlijn en de tariefswijziging van 1 Januari ji. is het aantal reizigers op lijn (1) „Scho- ten-Heemstede" aanmerkelijk toegenomen. In verband daarmede zal, ter verkrijging van een meer regelmatigen dienst, op het tramwegge'deelte „Schotenden Hout" zoo mogelijk van Maandag 11 Februari af gedurende de drukste gedeelten van den dag een z.g.n. „opstapwagenvoerders-dienst" worden ingevoerd. Om zoo groot mogelijke eenvormigheid te hebben zal op die lijn bij alle motorwagens met eindbalkons onverschillig of zij mét of zonder aanhangwagens loopen over het voorbalkon zoowel worden in- als uitge stapt. Daarom vervalt het bord met het op schrift: „Eenmanswagen, gepast geld of plaatsbewijs gereedhouden". Elk motorrijtuig met voor- en achterbal kon wordt aan de voorzijde voorzien van een bord met het opschrift: „voorbalkon instappen". Tusschen Schoten en den Hout neemt de opstapwagenvoerder het besturen van de tram over van den wagenvoerder-conduc teur en treedt deze laatste dan op als con ducteur. Tusschen den Hout en Heemstede verricht de conducteur wederom de volledi ge taak van wagenvoerder-conducteur van den éénmanswagen, heeft de hulpwagenvoer- der de tram verlaten en moeten de reizigers gepast geld, of plaatsbewijs gereed houden. Opmerking verdient dat-het vorenstaande niet geldt ten aanzien van de motorwagens met middenbalkon". FAILLISSEMENTEN. Door de Haarlemsche r.echtbank zijn in staat van faillissement verklaard: 1. G. van Eerden, van beroep koopman in. boter en kaas wonende te Bloemendaal. Zo- merzorgerlaan 40. Curator Mr. J. Hoog. 2. C. P. Oudenjans, van beroep timmer man, wonende te Zaandam, Nieuwe Heeren gracht 1, Curator Mr. L. V. Hoog. 3. H. M. P. Martinot, van beroep koopman, wonende te Haarlem, Bosch en Vaartstraat 5. Curator Mr. L. J. Venhuizen. 4. A. van Schie, van beroep bouwman, wo nende te Hillegom, Rijksstraatweg, Curator Mr. A. A. Huizenga. 5. D. Bosch, van beroep bloemist en win kelier, wonende te Heemstede, Zandv. laan 175, Curator Mr. G. E. Mellema. 6. N. J. Sondorp, van beroep winkelier in feestartikelen, wonende te Haarlem, Kleine Houtstraat 113, Curator Mr. J. A. P. C. ten Bokkel. 7. J. van der Spruyt, van beroep slager, wonende te Zandvoort, Haltestraat la. Cura tor Mr. J. H. J. Simons. Rechter-commissaris in deze faillissemen ten is: Jhr. mr. E. J. Strick van Linschoten. Opgeheven faillissementen: 1. H. la Grand, van beroep manufacturier, wonende te Edam. 2. P. J. van der Linden, van beroep win kelbediende, wonende te Heemstede. 3. N.V. Haarl. Stoomververij en Chemisch® Wasscherij J. Wulf, gevestigd te Haarlem. GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN. Terug te bekomen bij Hillebrand, P. Bolwerk 34, armband; De Boer, Hoof manstraat 34, autoband; Oudolf Oranpjeboomstraat 76, bril in étui; Mok, Spaarnwouderstraat 9 d, rood, broche; v. Bog- get, M. v. Heemskerkstraat 29, cahier met aanteekeningen; mings, M. v. Heemskerk straat 34, handschoen; Timmermans, Lelie straat 29, handschoen; Buitink, Nagtzaam- straat 14 r, handschoen; Bur. van Politie, Smedestraat, handschoen; Consent, Schee- perstraat 19 R., harspeld; De Liefde, Oranje straat 189, horloge; Cassee, Ternatestraat 7, knipmes; v. d. Rostijne, Besoekistraat 24, kous; Mient, Zonnebloemstraat 20, kat (grijsj, v. Kempen, Gen. Bothastraat 47, portemón- naie met inhoud; Valk, T. v. Berkhoutstraat 58, portemonnaie met inhoud; v. El, A. L. Dy- serlnckstraat 92, handpomp; Tervoort, Hage- lingerweg 224, Santpoort, rijwielbelasting- merk in étui; Geldorp, Soendaplein 28, ring; Schenkel, Karolingenstraat 13, reticule; Por ren, Timorstraat 19 d, stopsleutel; Konings, M. v. Heemskerkstraat 34, sleutel; Booy, Bar- revoetestraat 17, schaats; Handgraaf, St.- Bavostraat 8, idem (kinder); v. d. Meij, v. Marumstraat 36 rood, shawl; v. Waard, Ba- kenesserstraat 11, schroef van as; v. d. Linden T. v. Berkhoutstraat 25 rood, taschje met in houd; Jutting, Jan Steenstraat 95, vulpotlood, v. Westerhoven, P. Krugerstraat 58. vouw- wagentje; Nijman, K. v. Manderstraat 99, werkjas. NGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CenU per regel. STOFZUIGERHUIS MAERTENS BARTELJOR1SSTRA AT 16 Telefoon No. 10756 APEX ELECTRiSCHE WASCHMACHINES f275 School - epidemieën vormen een gevaar, waarmede alle ouders rekening moeten houden - welk gevaar echter be duidend geringer wordt, wanneer den kinderen PASTILLES meegegeven worden Panflavin-Pastilles vor men een voortreffelijk voorbehoedmiddel tegen die verschillende aan vallen, welke zoo licht een besmetting bevorderen Bli apothekers on drueistoc 'orkriiiibaar. Prij» W ets EEN GESCHIEDENIS VAN DEN GEHEIMEN DIENST. Uit het Engelseh van DOUGLAS VALENTINE. 33) Ik zal heel voorzichtig omspringen met je broer, Monica, zei ik. Hij heeft me maar eenmaal gezien, maar je moet er wel aan donken dat ik heel veel op Francis lijk en die kent hij tamelijk goed. Ben je niet bang dat hij mij herkennen zal? Wel. het is jaren geleden dat hij je ge zien heeft. En nu je snor er af is, lijk je niet zooveel op Francis. Als je maar oppast, kan er niets gebeuren en het is niet voor lang, moet je denken. Laten we nu maar naar binnen gaan. Toen de deur open g!ng, riep een onge duldige, geprikkelde stem: Ben jij daar. Monica? Zeg, ls het de bedoeling dut ik den heelen morgen alleen moet blijven? - Gerry-lief, ik heb juist gezorgd dat ik iemand kreeg om een beetje op Je te letten. Kom, hier. Mayer! Dit is Frederik Mayer. Ik zou den knappen jongen dien ik vroe ger ééns ontmoet had, %ooit hebben herkend in den bleeken man met pijnlijke gezichts trekken die me met gefronst voorhoofd uit het bed aankeek. Wie is hij? Hoe kom je aan hem? Kent hij Duitsch? Monica antwoordde met onverstoorbaar geduld op de reeks vragen die hij op haar afvuurde. Hij scheen tevreden gesteld, want toen Monica de kamer uitging, duwde hij me een stapel Duitsche kranten toe en vroeg mij hem voor te lezen. Maar na tien minuten wist ik al wat voor vleesch ik in de kuip had. Monica had geen woord teveel gezegd. Hij was met niets te vreden. Hij beweerde dat hij me niet kon verslaan, schold op mijn Engelsch accent en de Engelschen, ging te keer op de Ameri- kaansche doctoren die hem hadden afgezet, maar niet hadden kunnen genezen en ba zuinde den lof van de Duitsche geneesheeren die hem voor driekwart van hetzelfde geld al een heel ander mensch hadden gemaakt. Hij scheen een groot bewonderaar van de Duitschers en Duitschland. Ten slotte moest ik toch maar weer voor lezen. Lees me voor wat er in de kranten staat over die geschiedenis in Hotel Esplanade gis teravond, commandeerde hij. Monica had gezegd dat er niets over in de bladen stond en Ik vroeg me af hoe Gerry er iets van kon weten. Monica had het hem zeker niet verteld. Wat voor geschiedenis bedoelt u? Ik heb niets in de kranten zien staan, ant woordde ik onschuldig. Natuurlijk staat er wat over in. Wat heb ik er aan dat je me de kranten voor leest, als je niet eens het nieuws kunt vin den waar iedereen vol van is. Dan zal Jozef het wel weten! Een bediende was geruischloos de kamer binnengekomen met wat kleeren over den arm. Gerry draalde zich naar hem toe. Josef, waar heb je dat verhaal gelezen over den aanval van een Engelschen spion op een heer in Hotel Esplanade? Dat heb ik niet gelezen, meneer. Er staat niets over in de krant. Ik heb het ge hoord van den chauffeur van de Bieder- manns hiernaast. Hij was in het hotel om zijn patroon van de danspartij af te halen. Ze willen niet dat er wat van in de kranten komt. En de man haalde veelbeteekenend de schouders op. Ijc voelde mij tijdens dit gesprek niet be paald op mijn gemak en was opgelucht toen ik order kreeg om „voor den duivel" dan maar verder te lezen. Ik las den jongen Amerikaan den gehee- len verderen morgen voor. Zijn humeur bleef allesbehalve zonnig. Hij scheen zich vooral aan mijn Engelsch accent te ergeren en sprak telkens smalend over „je Engelsche vrienden", zoodat ik bijna iets achter deze toespeling begon te zoeken. Maar het was uitsluitend een uiting van zijn prikkelbare stemming, want toen Jozef binnenkwam met de lunch, maakte de patiënt zijn excuses over zijn gedrag. Je moet maar denken, Mayer, zei hij voor zijn doen buitengewoon vriendelijk, dat als ik af en toe vreeselijk onhebbelijk ben, dat komt omdat ik me niet verroeren kan. Maar je bent een beste kerel hoor; ga nu maar koffiedrinken. Je hoeft voor vieren niet tërug te komen; ik slaap altijd na de lunch. Hier heb je e?n sigaar! Ik accepteerde de sigaar met gepaste be scheidenheid, zooals dat bij mijn rol hoorde en volgde den dienaar in de aangrenzende kleine kamer, waar de tafel voor mij gedekt was. Ik ben buitengewoon gevoelig voor in vloeden van buiten en voelde bij intuïtie achterdocht tegen dien Josef. Ik vermoedde dat mijn binnendringen in een sfeer, waar zijn invloed tot nu toe onaangetast heeïsch- te en waar hij zich van de vette kluifjes ver zekerd had, hem allesbehalve aangenaam was. Hij liet mij alleen met een uitstekende lunch, die besproeid werd door een bijzonder goeden rooden wijn. Toen ik klaar was met eten en van een boek en mijn sigaar zat te genieten, verscheen Jozef weer. Frau Grafin wenscht dat Je beneden bij haar komt, kondigde hij aan. Monica wachtte me in een ruime ontvang kamer (het appartement had twee verdie pingen). Ze was opgewonden en scheen haar gewone kalmte heelemaal kwijt te zijn. Des, begon ze, von Boden is hier geweest. Wel? vroeg ik gretig. Ik heb niet veel succes gehad. Ik heb den Generaal nog nooit gezien zooals hij vandaag was. Hij is een geweldige bullebak en een afschuwelijke tyran, maar zijn groot ste vijand kan hem niet beschuldigen van lafheid. Maar vandaag was de man bepaald bang, bang voor zijn hachje, zou ik zeggen en het kostte me de grootste moeite om ook maar één woord uit hem te krijgen over de geschiedenis van gisterenavond. Ik maak te er een humoristische toespeling op en toen zei hij somber: Gisterenavonddat kon wel eens niet alleen de ruïne beteekenen van mijn eigen carrière, maar ook van die van mijn zoon. De dag van gisteren heeft mij iemand tot vijand gemaakt, Madame en het betee- kent ondergang, misschien wel den dood, dien man tot vijand te hebben. U bedoelt den Keizer? De Keizer? zei hij. O natuurlijk, hij is bulten zichzelf. Neen, den Keizer bedoel de ik niet. Toen begon hij over wat anders en het was een heele toer om hem weer op het cha piter terug te krijgen. Ik vroeg hem of ze den man die den aanslag In „Esvilanade" gep'eegd had, al hadden gepakt. Nog niet, zei hij. maar dat ls alleen maar 'n kwestie van tijd. De kerel kan niet ontsnappen. Ik opperde de veronderstelling dat ze het sig nalement van den aanvaller wel door het heele land zouden verspreiden, maar ik kreeg ten antwoord dat ze iets dergelijks zeker niet zouden doen. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 8