det-fuuisl
BRIEVEN UIT BERLIJN.
STADSNIEUWS
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 30 MAART
Een Lentevleugje. Het eerste „season". De
Amerikaansche invloed. Berlijn's drie opera's.
Mengelberg en Toscanini.
(Van onzen correspondent.)
Be natuur is vol verrassingen.
Nog slechts drie weken geleden rilden we
bij een temperatuur van 32 graden onder
nul, die een oponthoud op straat zelfs onder
de dikste pelzen vrijwel ongenietbaar maakte.
En nu hebben we al drie dagen lang aan
onze Berlijnsche boulevards in het voorjaars
zonnetje kunnen zitten. Desnoods zonder
overjas. Het ontbrak er maar, aan, dat de
stroohoeden (die ook hier overigens sinds
jaren glad uit de mode zijn) zich tusschen
de honderdduizenden natuurgenieters gin
gen vertoonen. De kinderwagens waren min
stens even talrijk als de nieuwste automodel
len. Men kreeg den (wel zeer oppervlakkigen)
indruk, dat de goede Duitscher weer genoeg
geld verdient om zich beide luxe-artikelen te
veroorloven. En in elk geval is een Lentestem
ming te constateeren, die getuigenis aflegt
van de onoverwinbare levensvreugde van
den Berlijner, die zich niet door Daweslasten
en door bedreiging met hoogere belastingen
er onder laat krijgen.
Edoch, we weten maar al te goed, dat het
een korte vreugde zal zijn.
Vanochtend reeds merkten we, dat een
koude wind uit het oosten kwam opzetten.
De zon verborg zich achter dreigende regen
wolken. Het is midden Maart, en we mogen
niet meer verlangen, dan men ons schenken
kan. En dan zi^n daar nog de laatste over
blijfselen van een winter, die voor het le
vend geslacht zijn weerga niet had; groote
hoopen van zwarte sneeuw, een mengsel
van stof, sneeuw, zand en afval, dat over
heel deze wereldstad langs de trottoirranden
opgestapeld werd, en nu in grauw-zwarte
etralen langzaam naar ondcrgrondsche ge
westen wegsiepelt. «tl
Neen, cie ware lente is dat nog niet. Maar
we zijn toch dankbaar, dat we ons drie da
gen lang konden laten bruin branden, en even
de ellende van dezen winter vergeten
mochten!
Onze stad bereidt zich ïntusschen, onaf
hankelijk van de weersgesteldheid, op haar
eerste „season" voor. En men is hier zeer in
spanning of de proefneming lukken zal. Men
wil nu eenmaal tot eiken prijs vreemdelin
gen lokken, wat niet zoo gemakkelijk is, sinds
Rusland als achterland is weggevallen en
geen keizerlijk Hof in Berlijn en Potsdam
meer voor de noodige attracties zorgt. Wie
vroeger naar Moskou en nog liever naar het
mondaine St. Petersburg reisde, bleef vanzelf
eenige dagen in de Duitsche Rijkshoofdstad,
die voor den oorlog als zindelijk, rijk en
praalzuchtig bekend stond, die een opgewek
ter nachtleven had dan Parijs, en bovendien
het voordeel had, meer dan goedkoop te zijn.
Nu is alles wel heel anders geworden. Uiter
lijk vertoon is hier niet meer te gemeten.
Nuchter Is Berlijn geworden. Maar men
kan toch weer in ie stad leven. Zij heeft
de laatste jaren een Vroolijker aanzien ge
kregen. Wie nu door de straten van de City
en van het Westen wandelt, bij voorkeur des
avonds, als een waarlijk-verkwistende licht
reclame het oog alle zijden lokt, .zal moeten
bekennen, dat de sporen van oorlog en in
flatie met succes weggewischt worden. Ten
deele is 't echter buitenlandsch kapitaal, dat
al achter deze zoo Duitsch klinkende re
clame verborgen is. De ingewijde weet maar
al te goed, dat met aen dag meer Duitsche
firma's in het buitenland leentjebuur moeten
gaan spelen om hun zaken, op gang te kun
nen houden.
De overgang van een der grootste Duitsche
autofabrieken, die van de gebroeders Opel in
het Rijnland, aan het machtige '„General
Motors"-Concern in Amerika, is slechts een
naar bulten bijzonder werkzaam voorbeeld
van deze „Ueberfremdung", die de eerstvol
gende jaren waarschijnlijk nog heel andere
afmetingen zal gaan aannemen.
Maar wat wilt ge? De burgerij moet ten
slotte in leven blijven. En terecht wil men
hier liever met geleend geld werken en voor
waarts komen, dan door zoogenaamde spaar
zaamheid, die ten slotte op hongerdood zou
uitloopen, de nauwelijks herwonnen krach
ten uitputten. Het komende geslacht zal clan
inaar moeten zien, hoe het zich uit de bui-
tenlandsche schuldeischers-overheersching
weer loswerkt.
Men weet nu eenmaal, dat men zonder het
Amerikaansche kapitaal niets moer bereiken
kan. Althans in de naaste toekomst. Kapitaal
is er in Duitschland uit eigen kracht slechts
zeer onvoldoende. Nauwelijks de helft van
het bedrag, dat Staat en industrie op z'n
minst noodig hebben. De nog altijd zeer
hooge procenten, die de Duitsche banken
voor vast geld uitkeeren, zijn een oer vele be
wijzen daarvoor. Geld uit de Nieuwe Wereld
schuilt achter alles, dat in Duitschland de
laatste jaren tot stand is gekomen. De groote
gemeenten hebben haar enewne bouwwerken
sportstadia, abattoirs, koelhuizen, markthal
len, de kleinere haar havenvergrootingen,
bruggenbouw en woonhulzenvermeerderïng
grootendeels met AmerLkaansche millloenen
tot stand gebracht.
Komt str/ks de wereldbank, waarover men
in Parijs vergadert, dan zal blijken, dat nog
heel wat grooter bedragen aan Yankee-dui
ten in Duitschland vastgelegd zullen worden.
Er zijn hier knappe menschen, die daarin
het begin van het einde zien.
Maar ze geven zelf toe, dat ze heusch niet
weten, hoe het dan anders aangepakt zou
moeten worden.
Even pijnlijk wordit het ondervonden, dat
Amerika sinds jaar en dag op de beste Duit
sche kunstenaars beslag legt. Dat filmacteurs
en actrices de levensmogelijkheden in Hol
lywood aantrekkelijker vinden dan 'in Berlijn
is heusch geen geheim meer, ofschoon ze
nu en dan toch ook weer in deze stad plegen
op te duiken en dan aan de journalisten ver
tellen. dat ze eerlijk gezegd, sterk heimwee
hadden naar het vaderland, dat wel niet
zulke bedragen betalen kan. maar daarom
des te meer artistieke voldoening in ruil
geeft.
En leest men nu. dat Conrad Veidt. die on
langs met „vacantie" hier is teruggekeerd,
,100.000 Mark voor één enkele Xlim krijgt,
waarin hij voor de Duitsche „Ufa" zal optre
den, dan kan men zelfs met de mogelijkheid
rekenen, dat hij zich laat overhalen, zijn
huis in Hollywood van de hand te doen, en
weer een villa in het Grunewaid te betrekken.
Ten slotte zijn het immers weer dezelfde
Yankee's, die ook hier voor zijn hooge hono
rarium zorgen!
Ernstiger is intusschen de omstandigheid,
dat nog altijd de beste operazangers in hun
Berlijnsche contracten vastgelegd hebben.,
dat ze een deel van den wir.ter in Amerika
mogen optreden. V/ij hebben hier drie groote
Opera's, met mannen van wereldreputatie
als Bruno Walter, Erich Kleïber en Otto
Klemperer als vaste dirigent-en. Twee worden
door den staat Pruisen, de derde coor de stad
Berlijn (met artistieken steun van Walter)
geëxploiteerd. En de commercieeie leiding is
sinds verleden jaar aan een enKelen inten
dant toevertrouwd.
Natuurlijk zijn drie groote gezelschappen
op operagebied alleen maar in een wereld
stad mogelijk. Maar zelfs dan is het een
waagstuk, voor een dergelijk kunstgenre
eiken avond, een heel seizoen lang,,'voldoen
de belangstelling aan te nemen.
De kosten dezer drie groote gebouwen
de Opera Uniter den Linden is de laatste ja
ren voor tientallen millioenen gerestaureerd
zijn natuurlijk geweldig. De prestaties dei-
drie gezelschappen zijn echer vaak beneden
peil, en wel doordat de beste zangers en zan
geressen meer in New-York dan in Berlijn
optreden, en nooit te vinden zijn als men ze
voor hoofdrollen noodig heeft.
Het is dan ook geen wonder, dat een mu
sicus van den rang van Bruno Walter, op
den duur van deze toestanden genoeg had, en
thans eischen gesteld heeft, die het hem
moeten mogelijk maken, de drie Berlijnsche
opera's weer op peil te brengen. Dat brengt
dan echter mede, dat zijn invloed ten koste
van zijn beide collega's vergroot wordt. Wie
weet, hoe moeilijk het ook in dit kunstvak is,
de kopstukken met elkaar in harmonie te
brengen, twijfelt er aan of Walter voor het
Berlijnsche kunstleven behouden kan blij
ven. Er is op dit oogenblik groote kans, dat
men hem spoedig naar Leipzig zal zien ver
huizen, waar hij als leider van het wereldbe
roemde „Gewandhaus"-orkest, dat door den
grooten Artur Nikisch tot een der beste en
sembles op aarde gemaakt is, een welver
diende reputatie geniet.
De eerste Berlijnsche „season" zal -intus
schen hors concours Mengelberg en het or
kest van het Amsterdarnsche concertgebouw
brengen, die hier op een en drie Mei concer
ten zullen geven, een attractie, die echter
ditmaal overschaduwd wordt door de komst
van Toscanl met het volledige ensemble van
de Milaansche Scala! Men zegt, dat de goed
koopste rangen nog altijd vijftig mark per
plaats zullen kosten, wel het hoogste bedrag,
dat ooit voor een voorstelling uitgegeven is
fancyprijzen, die in Nèw-York betaald
worden, natuurlijk uitgezonderd.
Maar onze landgenooten zullen
meer belangstellen in de komst van Men
gelberg, die hier sinds zeven jaren niet meer
geweest is.
Moge zijn wederoptreden een even groot
succes worden als zijn eerste verschijnen met
het prachtig orkest in 1922 is geweest!
(Zie ook elders in dit nummer).
ARROND.-RECHTBANK.
De aangereden loopknecht.
Drie weken geleden behandelde de Recht
bank de zaak tegen een 22-jarig student uit
Driebergen, die op 1 December op den Hee-
renweg bij de Van Hogendorpstraat met zijn
auto een 38-jarigen loopknecht van een
meubelzaak heeft aangereden. Deze kreeg
een hersenschudding en heeft twee maanden
in het ziekenhuis gelegen. Den student was
ten laste gelegd te hebben gereden met een
onvoldoend werkende stuurinrichting,
slecht werkende remmen en zonder ruiten-
wisscher, terwijl het regenachtig- was.
Uit het getuigen verhoor kwam vast te
staan, dat de auto niet harder dan 35 K.M.,
maar met gedempte lichten moet hebben
gereden. De handwagen, welke de loop
knecht duwde was voorzien van een re
flector. De inzittenden van de auto wer
den ten zeerste verrast door de aanrijding.
Teneinde nog een deskundige te hooren werd
de zaak op verzoek van den Officier van
Justitie aangehouden. De getuige werd Don
derdagmiddag gehoord-
Deze, een werktuigkundig ingenieur heeft
proeven genomen met de remmen. Hij con
cludeerde dat verdachte met goede remmen
8 meter eerder had kunnen stoppen. Getuige
veronderstelde dat verdachte de reflector
van den handwagen niet heeft gezien. De
natheid van een asphaltweg met als gevolg
spiegeling achtte hij juist bevorderlijk aan
een duidelijk zicht. HU meende, dat de re
flector op den handwagen niet voldoende
heeft weerkaatst, aangezien verdachte het
„stadslicht" gebruikte, dat diffuus is.
De aangeredene werd nogmaals gehoord.
Hij is nog niet in staat tot werken en moet
leven van f 9 per week van het Burgerlijk
Armbestuur.
De officier van justitie noemde het een
schande, dat iemand met een onvoldoende
reminrichtlng rijdt en tevens met een be
slagen voorruit. Het eenige verzuim van den
aangeredene, dat een gedeelte van de schuld
op dezen doet rusten, is het niet geheel
rechts rijden van dezen. Daarom wil spr.
geen hechtenis maar een boete vragen
nl. f 500 of 2 maanden hechtenis met ont
zegging van de bevoegdheid om een motor
rijtuig te besturen voor den tijd van 6 maan
den.
De verdediger mr. F. J. D. Theysse miste
in de dagvaarding een taalkundig "juiste mo
tiveering van de kwalificatie „hoogst roeke
loos en onvoorzichtig".. Ten laste is gelegd,
dat het ongeluk een gevolg was van niet
voldoende werken der remmen. Dat betwist
pl. omdat ook bij goede remmen de loop
knecht aangereden zou zijn, daar de automo
INGEZONDEN MFDFDFFT INOFN a fifi Cts. per regel
bilist hem slechts op eenige meters afstand
zag.
Het tenlaste leggen van geen voldoende
aandacht geschonken te hebben aan den
weg noemde pl. omkéeren van den bewijs
last.
Op deze dagvaarding kan moeilijk een
veroordcelirig volgen. Mr. Theysse schetste
de moeilyke omstandigheden, waaronder
verdachte reed en haalde analoge gevallen
aan om te bewijzen, dat ongelukken dik
wijls onmogelyk zyn te voorkomen.
Pl. concludeerde dus tot ontslag van
rechtsvervolging subsidiair vrijspraak.
Uitspraak Donderdag.
UITSPRAKEN.
A. R., monteur, wonende te 's Bosch, thans
gedetineerd, diefstal door middel van in-
l'limming en verbreking, zes maanden ge
vangenisstraf.
D. R., expediteur, wonend, te Eóam, appel
overtreding motor- en rijwielwet. f 75 boete
subs. 25 dagen hechtenis.
UITREIKIG EINDDIPLOMA'S
AAN DE AMBACHTSSCHOOL.
WELGEMEENDE TOESPRAKEN BIJ
HET AFSCHEID.
In de aula van de ambachtsschool aan den
Kleverparkweg heeft Donderdagmiddag om
twee uur de uitreiking plaats gehad van de
einddiploma's aan leerlingen der ambachts
school en der avond-vakteekenschool.
Alvorens zijn rede tot de jongens uit te
spreken, bedankte de directeur, de heer Hen-
geveld het onderwijzend personeel recht har-
telyk voor het blijk van waardeering, voor
de schitterende bloemen, hem geschonken
nu hU op dezen dag tien jaren directeur der
school is.
Vervolgens sprak hij o.a. het volgende tot
de scheidende leerlingen:
Wederom is de dag aangebroken, dat een
groot aantal onzer leerlingen ons gaat ver
laten. Tot nu toe jongelui bezocht je immer
een school en verrichtte daar steeds arbeid
onder toezicht, onder leiding van menschen
wiens taak het is je daarbij datgene te lee-
ren, wat noodig is om op voort te bouwen in
de maatschappij en tot her bereiken van een
doel, hetwelk moot zijn een bekwaam vak
man, een flink mensch en een goed burger
te worden.
De tijd is dus aangebroken, dat jullie je
gaat begeven onder hen, waarmede ge in de
toekomst hebt te werken en nu zal vooral je
eerste optreden een stempel drukken op je
verdere leven. Dit optreden moet zijn vrien
delijk en onderdanig voor ieder die je meer
dere is. Als je soms denkt dat je al een heele
Piet bent, dan is dit absoluut verkeerd en
dan ls het thans nog tijd deze meening te
herzien en Je zelf er goed van te doordrin
gen, dat je nog een pas beginnend leerling
bent, die zich geen oogenblik moet schamen
om aan hen waarmede hij werkt, inlichtin
gen te vragen. Wees niet arrogant, niet ver
waand en werk hard, vooral het laatste is
een uitstekend recept om vooruit te komen.
Tracht in je werk voldoening te vinden, en
tracht tevens aan de je gestelde eischen te
voldoen; als je dit doet, is succes verzekerd.
En thans nu je de school verlaat en velen
van jullie tot steun van je ouders wordt, is
het plicht te bedenken, wat je vader en voor
al je moeder voor je hebben gedaan en wan
neer je dat dan goed begrijpt, zal dit een
spoorslag zijn om voor hen, die alles voor
jullie hebben gedaan, thans ook iets te doen.
Een van hun allerhoogste idealen is steeds
geweest hun jongens een flinken man in de
maatschappy te zien worden. Aan jullie
thans de daad om te toonen of je je vader
en moeder voldoende zult waardeeren.
Ik weet zeker dat er ook onder jelui zullen
zijn, die dat niet In die mate deden tot nu
toe zooals 'dit wel gewenscht is. Maar neem
je dan nu bij dit keerpunt in je leven voor,
thans beter te werken en je ouders te geven,
datgene waarop zij recht hebben. Wanneer
je dit doet jongens en al was het slechts
alleen dit dan was ons werk hierdoor be
loond.
Hij bracht voorts dank aan het onderwij
zend personeel, die steeds zijn beste krach
ten heeft gegeven, aan het bestuur en aan
de jongens, het administratief en ander per
soneel en aan de pers welker medewerking
spreker waardeerde.
Ik wensch jullie allen van harte een goe
de toekomst, een slagen in de maatschappij
en een aangenamen werkkring.
Toespraak van den heer
Bogtman.
Namens het bestuur sprak de heer W.
Bogtman. Van zijn groote waardeering, wilde
hij getuigen voor de jongens der avondschool,
die na hun dagtaak nog willen leeren.
Ingrijpender, aldus spreker, is dit afscheid
voor de jongens van de dagschool, een pe
riode in hun leven is afgesloten, thans ko
men zij in het volle leven te staan.
Verlieten zy de lagere school als kind,
thans verlaten zij de ambachtsschool als
jongeling. Spreker ried hen aan voorzichtig
te zyn, zich niet als vol te beschouwen, voor
zichtig te zijn en er om te denken, dat zij
nog veel ervaring moeten opdoen.
Jongelui, na jullio een succesvol leven toe
te wenschen, wil ik danken de leeraren die
steeds al hun krachten hebben gegeven, om
het onderwijs zoo hoog mogelijk op te voe
ren.
De diploma's uitgereikt.
Door den directeur werden vervolgens de
diploma's uitgereikt aan de volgende leer
lingen der avond-vakteekenschool:
Smeden: G. J. Baak, A. J. Boeree, G.
Bcnke, H. Bouman, F. Gigengack, M. C. v.
d. Goes, J. Ph. v. 't Hof, L. Homan, J. C.
Huisman, J. P. v. d. Kamp. J. Kome, C. Kui
per, J. Mullens, J. H. Ie Noble, F. Nooy, H.
Rodrigues, P. A. Siben, A. J. v. d. Slikkè en
H. de Vries.
Timerlied en: J. Prins, J. Boon, A. M. van
Amerongen, W. A. Beers. H. Bloemzaad, H.
B. Beting, C. Bruin. J. W. Dirks. A. Godvliet.
B. Klaassen, J. J. Kloos, L. J. F. Knaao, J.
J. v. Leersum, A. C. Schuurman. J. H.*van
Teerling, A. Verscliure, P. v. d. Vlerk en J. H.
Willemse.
Electriciens: H. J. Cassee, J. L. Desïa, II.
y. Gooi, cn J. J. y. Kordelaar,
Meubelmakers: C. J. Blazer, C. Ph. v. Esch,
G. de Jong en A. Pool.
Schilders: G. C. Botbijl, H. Munsterman,
M. Timerman en H. P. Vergers.
Loodgieters: H. Veenhof.
Metselaar: G. J. Bolsenbroek.
Diverse ambachten:- G. Buwalda, W. A.
Keyzer en W. Willemse.
Stucadoor: F. v. d. Valk.
Cursus voor schoenmakers: J. Booms, F.
Hermes, T. Kerkman. H. v. d. Klugt, C. J.
Schroders, C. v. d. Werff, I. Zwaneveld en
J. A. Schoonderwoerd.
Cursus voor behangers en stoffeerders: J.
Boeying, F. Bijlsma en J. Nederkoorn.
Vervolgens reikte de heer Hengeveld de
diploma's uit aan de volgende leerlingen der
ambachtsschool:
Smeden: D. den Adel, J. G. Bosse, J. Bijl,
G .C. Egas, A. van Erk, J. Germans, H. H.
Hagemeier, J. van Huis, J. Jurriens, C. H.
Kampinga, Ch. J. Luitjes, J. Tiggelman, P.
van Vuuren, H. Wempe, D. W. Bakker, J. v.
Boven, W. I. H. Brinkman, P. v. Deursen, J.
J. Koppen, Th. F. Liebregs, H. v. d. Meer, J.
M. Panbakker, H. J. M. Rhee, J. Roede, E.
Roskam, J. W. Steen, J. C. A. Swaalf, J. F.
Visser, L. v. d. Weele en C. C. H. v. Zonne
veld.
Electriciens: A. Deutekom, J. Freriks, M.
K. de Graaf, J. Lennings, A. D. A. Scholten,
J. Veuger, A. W. v. d. Wal en J. Zeepvat.
Timmerlieden: J. J. Castien, A. J. Cornet,
W. J. Dieben, J. Elskamp, F. Groeneveld, A.
G. Hazelaar, B. J. v. Herwerden, R. de Hol
lander, T. Kooy, J. G. de Mey, G. A. Perquin,
S. R. Schrama, W. J. Serno, E. Timmermans,
G. G. Verwey, J. A. v. d. Vlugt, R. van Wet
ter-, C. Boekei, E. de Bruyn, H. Ph. Captijn,
P. J. van Gaaien, J. Heuperman, P. Jongens,
R. A. Kuyn, L. H. v. Meeteren, A. Meyers, C.
Molenaars, A. J. Mulder, Th. C. Rees. J.
Spruyt, B. I. A. Buurland, H. J. Visser, B. H.
v. Zanten en D. Zwitser.
Meubelmakers: H. J. de Bruyn, H. W. Don-
kei, J. W. de Graaf, Th. J. Loerakker en T.
Vermeer.
Schilders: A. F. Dernison, P. B. Hagebout,
A. Koper en J. Vooren.
Tot zijn genoegen constateerde de heer
Hengeveld, dat negentig procent der leerlin
gen thans reeds een betreklc^-g heeft ge
vonden, hij hoopte, dat de elf „werkloozen"
spoedig zouden slagen.
Een der leerlingen, B. I. A. Suurland
bracht hartelijk dank aan de leeraren voor
al de moeite aan de opleiding der leerlingen
besteed. Hij beloofde, dat allen hun best
zullen doen om een flink werker te worden,
en zeide dat allen steeds met genoegen aan
de schooljaren terug zullen denken.
NEDERLANBSCHE. REISVEREENIGING.
Donderdagavond werd voor de leden Haar
lem (en geïntroaueeerden), een lezing met
lichtbeelden gehouden over het onderwerp:
de groote gemeenschappelijke voetreis naar
het Dolomietengebied. De spreker van dezen
avond, de heer J. G. Beurs uit Utrecht, har-
telyk welkom geheeten door den voorzitter
der afdeeling, den heer Sabel, begon met een
inleiding over de indeeling van deze reis,
waarvoor door 2 3 van het gestelde maxi
mum aantal wandelaars is ingeschreven. De
reis is ingedeeld voor diverse groepen: ge
wone wandelaars, geoefende wandelaars en
beoefenaars der bergsport. Aan deze laatste
groepen kunnen alleen deelnemen zij, die
reeds eerder eenvoudige bergtochten heb
ben gemaakt en volkomen vrij zijn van duize
ligheid. De bergtochten geschieden onder
leiding van beproefde gidsen.
Alle groepen vertrekken tegelijk, in extra
treinen naar Bazel, vandaar gaat elke groep
los van elkander, de vooraf aangewezen
route volgen. Zoo zijn er de Misurina-, Dur-
renstein-, Tierser-, Kronolatz-, Dreizinnen-,
Pragser-, Wildsee, Marmolatagroep en andere
Spreker vertoonde daarop een prachtige col
lectie lichtbeelden van de Dolomieten, met
de routes, door elke groep te maken, en de
Hotels of Hütten, waar zal worden gelogeerd.
De mooie beelden met de woeste natuur in
de Dolomieten wekten algemeen bewonde
ring.
Nadat elke groep zijn reis heeft volbracht
komen alle deelnemers te zamen ln Meran.
Na de pauze liet de heer Beurs verschillende
kieken zien van een reis naar de Dolomieten,
in 1927 door hem gemaakt. Op enkele daar
van zagen wij een groep deelnemers, die.
hoewel heelemaal niet ingesteld op het
maken van bergtochten, er toch een paar
hadden volbracht, waarbij de dames uitblon
ken. Het daar aanwezige zwakke geslacht
toonde hier meer uithoudingsvermogen dan
de heeren.
Aan het slot van dezen buitengewoon in
teressanten avond dankte de heer Sabel den
heer Beurs voor zijn keurige rede, een dank,
die zeker wel verdiend was en door krachtig
applaus van de toehoorders werd onder
streept.
HAARLEMSCHE BANK VEREENIG ING N.V.
In de buitengewone algemeen© vergadering
van aandeelhouders werden de voorgestelde
statutenwijzigingen goedgekeurd.
N.V. DOOR EENDRACHT STERK
TE SCHOTEN.
De jaarvergadering der aandeelhouders
had plaats onder voorzitterschap van den
heer J. Vink.
De jaarverslagen van secretaris, penning
meester en controlecommissie werden goed
gekeurd.
Door den administrateur wei-den balans
en winst- en verliesrekening aangeboden.
Na belangrijke afschrijvingen zal a^s di
vidend der aandeelen le serie 8 1 '2 pet. en
van de overige series 6 pet worden uitge
keerd..
Inplaats van den heer C. Boon Pz„ werd
als secretaris benoemd de heer R. Hoogland;
als commissarissen werden gekow de hee
ren P. Fransen en A. N. Cornelisse en tot lid
der commissie van advies do heer S. v. d.
Zee,
BESTRIJDING VAN DJPHTERIE.
DOOR DE GEMEENTE, MET RIJKS-
STEUN.
GEEN DWANG.
Zooals wij reeds hebben gemeld is in de
jongste vergadering van den Gemeenteraad
het voorstel van B. en W. aangenomen een
crediet van ten hoogste f 3700 te hunner
beschikking te stellen ten behoeve van het
openstellen van de gelegenheid van in
enting van kinderen der scholen voor lager
onderwys, voorioopig alleen tegen diphterie
en onder voorbehoud dat het Rijke bijdraagt
in de kosten op den voet van de regeling
vervat in den brief van den Hoofdinspecteur
voor de Volksgezondheid (Besmettelijke
Ziekten) gericht aan B. en W. op 27 Februari
1928.
Daar het hier een zeer gevreesde ziekte
geldt, waarvan de bestryding van het hoog
ste belang mag worden geacht, hebben wij
ons tot dr. J. van Konijnenburg, den direc
teur van den Geneeskundigen Dienst, alhier
gewend, om nadere inlichtingen, die ons met
de grootste welwillendheid werden ver-
verschaft.
„Laat ik beginnen met uw aandacht er
op te vestigen", aldus de Directeur, „dat in
deze gëheele zaak geen sprake is van dwang.
Elke vader en elke moeder, verzorger of
verzorgster, is volkomen vrij om een kind te
laten inenten of niet.
Verder kan ik u zeggen dat ik gaarne zou
zien dat eerst een groote vergadering werd
bijeengeroepen voor allen die iets met het
onderwys te maken hebben: hoofden, onder
wijzers, schoolbesturen en natuurlijk ook
ouders en verdere belangstellenden. Ik zou
het zeer op prijs stellen, indien de Inspecteur
van de Volksgezondheid op deze vergadering
een uiteenzetting zou willen komen geven.
Er moet dan ook gelegenheid zyn voor het
stellen van vragen. Ik behoef u wel niet te
zeggen dat ook in het bezoeken van deze
vergadering ieder geheel vrij gelaten wordt.
Is door deze vergadering de zaak goed
duidelyk geworden dan reken ik op de mede
werking der onderwijzers. Elk kind zal op
school een biljet ontvangen, waarop nog
eens het doel van den maatregel wordt uit
eengezet en dat voorzien is van geperforeer
de strook, waarop de ouders kunnen invul
len of zij hun toestemming tot inenting geven
op niet, want zonder de toestemming der
ouders wordt geen kind gevaccineerd
Het inenten geschiedt op de scholen. De
medewerking der onderwijzers zal moeten
worden ingeroepen voor de rouleering der
kinderen; een en ander is natuurlijk noodig
voor een goede administratie.
De kinderen moeten drie maal worden in
geënt, met korte tussdienpoozen. Het doet
geen pijn.
Na alle 10.000en inentingen, die reeds heb
ben plaats gehad, heeft zich nooit eenig be
zwaar, van welken aard ook, voorgedaan. En
de uitkomsten hebben bewezen dat- ihënting
uitstekend helpt. Wanneer op groote schaal
dit middel wordt toegepast, zal de diphtherie
zeker belangrijk verminderen".
Dr. van Konijnenburg deelde ons nog
mede dat, na een gunstige periode, zich in
den laatsten tijd vs'eer meer sterfgevallen
door diphtherie hebben voorgedaan en dus
de kans niet is uitgesloten dat er een ern
stige epidemie voor de deur staat, al kan
daar natuurlijk niets met zekerheid van ge
zegd worden.
DE CHRISTELIJK HISTORISCHEN EN
BEDRIJFSORGANISATIE
In een bijeenkomst van de Chr. Histori
sche Jongeren Organisatie heeft Donderdag
avond Mr. Dr. A. A. van Rhijn gesproken
over .Maatschappelijke Bedrijfsorganisatie".
Uitgaande van algemeene regelen, die de
Bijbel geeft, stelde spr. de lijn vast die de
Chr. Historischen volgen ten opzichte van
het sociale vraagstuk. Dat is geen indivi
dualistische richting, en evenmin een die
klassenstrijd propageert. Het laatste niet,
omdat zij de door den klassenstrijd gescha
pen sfeer als zondig beschouwen en omdat
er geen opbouw door mogelijk is. De Chris
telijk Historischen stellen aich op het stand
punt van het solidarisme, van samenwer
king. Als orgaan daarvoor willen zij bezigen
de collectieve Abeids Overeenkomst. Spreker
schetste de voordeelen daarvan, die z.i. groot
zijn doordat geregeld contact van werkne
mers met werkgevers eikaars zorgen en be
hoeften doet kennen.
Vervolgens besprak Mr. Van Rhijn mede
zeggenschap. De medezeggenschap v/at be
treft de arbeidsvoorwaarden is in Neder
land volkomen verwezenlijkt, meent spr.
Voor de commercieele en technische mede
zeggenschap zou hij dat niet gaarne wen
schen, omdat hij daarin een bedreiging ziet
van de positie van den ondernemer, die hij
wenscht te handhaven.
Voor meer invloed van de arbeiders
voelt spr. overigens wel, ai acht hij organisa
tie van het bedrijfsleven nu geen panacëe
tegen alle kwalen. Het scciale vraagstuk als
geheel acht hy onoplosbaar.
Met te wijzen op de taal der jongeren om
samenwerking te bevorderen besloot hij.
Na de pauze beantwoordde hij eenige vra
gen. De bijeenkomst werd opgeluisterd door
zang van mej. Eïa Vermeer en werd gehou
den in het wljkgebouw by de Noorderkerk.
De voorzitter, de heer R. Smit opende en
sloot haar op de gebruikelijke wijze.
INGEZONDEN MEDEDELL1NGEN a i
per regeL
PQIMA FRAN5CHE
TANDPASTA
paus pea Tuac 6o 'is
VIOLET
ifiPcartua voop mottLAta.
O.MIEZÉPLS
HAARLEM- FLORAfLE-N i.T-L.11635.-10625 l"