TflKINT Kif A.VR.O. PCTITIONNIMINT
i
HAARLEM'S DAGBLAD
FLITSEN
BIOSCOOP
INGEZONDEN.
FEUILLETON.
HET MEDAILLON VAN
LORD STAIR
ZATERDAG 6 APRIL 1929
ZESDE BLAD
LUXOR THEATER
„De Ridder van den Grijzen
Adelaar" en „De gevangene van
Shanghai", een lach en sensatie.
Dit programma biedt weer heel veel goeds.
Eerst brengen we op onze Daitsche reisjes
een bezoek aan Lübeck. De komische film die
daarop volgt is vol van dolle wederwaardig
heden, doet ons dikwijls schudden van het
lachen en is getiteld: Autohelden".
Als eerste hoofdnummer draait dan: „De
Ridder van den Grijzen Adelaar". Aan den
titel en het begin van dit nummer zou men
niet zeggen dat het een cowboy-film is. Toch
is dit zoo. De hoofdpersonen zijn de bekende
Ken Maynard en zijn paard Tarzan. Deze
Maynard Is een droomer en bij 't lezen van
een boek verbeeldt hij zich de hoofdpersoon
te wezen en is er op uit, zooveel mogelijk de
zwakken en onschuldigen te helpen. In zijn
verbeelding redt hij jonkvrouw Guurtje uit
de handen van roovers. Als cowboy verijdelt
hij een aanval op een postkoets en vervalt
van het eene avontuur in het andere. Het
gewone cowboy-recept ontbreekt niet in den
vorm van woeste rennen en hevige vecht
partijtjes. Toch een interessante film.
„De gevangene van Shanghai" voert ons
naar China, waar de burgeroorlog woedt en
de Engelsche consul (Ralph Sinclair) gevan
gen genomen wordt. Deze wordt opgesloten
in de bovenverdieping van de legatie, in
welks benedenwoning de generaal der op
standelingen, Hai Dung, (Bernhardt
Goetzhe) zijn hoofdkwartier gevestigd heeft.
Mevrouw Sinclair (Carmen Boni; is op weg
naar haar man en bij haar aankomst wordt
ze dadelijk voor Hai Dung geleid. Als zij zich
voor een Sovjet-agente uitgeeft wordt haar
eenige "vrijheid toegestaan, hoewel de Chinees
haar dadelijk herkend heeft. Eindelijk we
ten de echtelieden elkaar te vinden en pro-
beeren ze te ontvluchten. Dit mislukt en ze
vallen in handen van generaal Hai Dung.
Ralf zal worden doodgeschoten en zijn vrouw
kan hem slechts redden door bij den gene
raal te blijven. Dit weigert ze natuurlijk en
als de nood op het hoogst ls, begint juist het
bombardement door de oorlogschepen van
de verbonden mogendheden. We krijgen nu
een tooneel van groote verwoesting, maar
het slot is toch dat Sinclair en vrouw ge
red worden en naar Engeland terugkeeren
om weer wat op verhaal te komen. Het is een
echte speel-sensatie. Maar ook op de lach
spieren wordt gewerkt door den persoon en
de handelingen van den oorlogs- en foto
journalist Ted Knickerbocker.
Een mooi programma dat niet zal nalaten
yeel belangstelling te trekken.
ft CINEMA PALACE.
Jacques, de knappe kellner van een
restaurant van Montmartre, is tevens graaf
Leisky, vóór de revolutie officier van de
Russische garde te St. Petersburg. Uiterlijk
is hij nog geheel de gentleman, innerlijk is
er, zouden wij zoo zeggen, wel iets in hem
veranderd, als wij zien dat hij tenslotte, na
zich eerst heel mannelijk enz. te hebben
gedragen tegenover de „madame", die hem
grof heeft beleedigd, haar tenslotte toch
„de hand kust" en het in een steeds op en
neer gaande hotellift, zelfs bij die hand al
leen niet laat. Maar het programma zegt,
dat hij „hopeloos verliefd" was en dit ver
klaart veel, indien niet alles.. Die op en neer
gaande lift en ook de opeenvolging van lift-
Ibeelden die ons op zeer suggestieve wijze
van de derde naar de eerste étage van een
hotel brengen, zijn aardige moderne vond
sten in deze film aangekondigd als de eerste
Schlager der „Franco Film", die Harry
Liedtke zeer zeker gelegenheid geeft zijn
italent te toonen, waarvan hij een dankbaar
gebruik maakt. Mariene Dietrich zoekt het
erg in het langnissante; wij hadden ook wel
eens graag een andere uitdi*ukking op haar
gezicht gelezen, dan de smachtende die zij
bijna voortdurend te aanschouwen geeft.
Ook Pierre de Guingand is veel te veel te
onbewogen en strak. Karl Huszar als Tal-
lander, de komieke aanbidder van de pas
gescheiden vrouw die tenslotte toch niet
voor hem naar voor den kellnerenden graaf
os, geeft veel genuanceerder speL
Er waren velen naar het Cinema Palace
opgegaan om ,Jch küsse ihre Hand Madame"
te zien. Hopen wij dat zij in him verwach
tingen niet zijn teleurgesteld en tevreden
zijn geweest met hetgeen geboden werd: een
aardige, hier en daar zeer amusante speel
film, opgeluisterd door uitstekenden zang
van den Haarlemschen zanger Jan Hensen.
Maar wij moeten eerlijk bekennen dat het
wilde, eerlijke, hartstochtelijke natuurkind
dat Clara Bon in „Hula, de dolle maagd"
zoo prachtig uitbeeldt, ons heel wat meer
geboeid heeft. Gaat Clara Bon zien en het
uitmuntende tegenspel dat Clive Brook
haar geeft!
Het Wereldnieuws toont zoo buitengewoon
veel en zooveel interessants, dat wij hierop
tot slot nog eens speciaal de aandacht wil
len vestigen.
REMBRANDT-THEATER.
Schitterende Ufa-fflra
„Manege".
Welke tooverfonnule trok Vrijdagavond
voor beide voorstellingen drommen en drom
men naar de Groote Markt? Vormde Kees
Pruis, de bekende humorist de attractie of
de hoofdfilm „Manege"?
Hoewel Kees, zooals we hem voor hem
mogen noemen, uitstekend op dreef was en
in zijn liedje „Mijn beste vriend", een heel
gevv .lige snaar bij het publiek wist te tref
fen en hoewel Kees krachtig en luidruchtig
toegejuicht werd, in de (vergeefsche) hoop
op een klein toegiftje, de film „Manége" is-
hét nummer van den avond. Deze film, die
in de circus zelf moet zijn opgenomen, is in
den opzet, de afwerking en inhoud een
prachtfilm. We leven voor een deel het leven
vóór en achter de coulissen van de circus-
artisten mee, de circusvoorstelling met het
paardrijden, de grollen van de clowns, het
berennummer, het „Flamingo"-nummer, mét
het nummer van Eve, (één der hoofdfiguren
uit de roman van „Manége") het hoofdnum
mer van het programma, deze geheele voor
stelling wonen we bij met al de emoties, die
een circusbezoek met zich brengt. Er wordt
door allen schitterend gespeeld. Bijzonder
goed wordt de rol van den stiefvader van
Eve, de onsympathieke verloopen artist, ver
tolkt. Den geheelen avond houdt „Manége"
de toeschouwers in spanning en aandacht.
Het is geen film meer, wanneer Eve zich
naar de auto sleept om de „doodenreis" aan
te vangen, die haar stiefvader haar dwingt
te maken, niettegenstaande hij weet, aan
welk gevaar zij zich bloot stelt. Men ziet het
ln werkelijkheid gebeuren en zou In staat
zijn, zich er mee te gaan bemoeien, den ke
rel te beletten, dat Eve haar levensgevaar
lijken tocht gaat doen. Veler handen jeuken
dan ook om hem zijn verdiende straf te ge
ven.
Wanneer de moeder van Eve dan ook ein
delijk (voor het gevoel-der toeschouwers veel
te laat) naar de revolver grijpt en den on
verlaat neerschiet, om haar dochter te red
den, dan voelt men zich pas voldaan en kan
men rustiger ademhalen tot het happy end,
dat de twee geliefden als bruid en bruigom
brengt.
Deze behoort ongetwijfeld tot de beste pro
ducten der Ufa.
Het grappige 110. 3 van het programma, de
klucht „Mevrouw's Liefdesbrieven" zorgt met
Kees Pruis voor de vroolijke noot van den
avond en dat niet in geringe mate,
DE LUTHERFILM.
Zoo heeft dan Vrijdagavond in de Gemeen
telijke concertzaal de eerste vertooning hier
ter stede van de Lutherfihn plaats gevonden.
De zaal was tamelijk goed bezet doch het
kon beter.
Ds. Drijver die op dezen avond de film zou
toelichten sprak een inleidend woord over
Luther. Wij zien in zijn leven, aldus spreker,
een logische ontwikkeling, alle feiten vor
men met elkaar een netwerk van gebeurte
nissen die een noodzakelijken samenhang
vertoonen.
De film Ls niet bij machte het ernstige,
stille, vrome In Luther's gemoed uit te beel
den, evenmin geeft zij het verband tusschen
de gebeurtenissen en de tijdsomstandighe
den te zien. Maar de film kan wel bekende
tafereelen, bekende momenten uit Luther's
leven en 't ontstaan der hervorming voor
d§n geest brengen. Maar deze uiterlijke om
standigheden zijn hoogstens aanleiding tot,
nooit oorzaak van de hervorming.
Ook wees spreker er nog op, dat het ma
ken van een film bijzondere eischen stelt,
men moest den kunstenaar vrijheid laten, om
gebeurtenissen die dicht bij elkander lagen,
nu samen te vatten in een scène, om techni
sche redenen moesten wijzigingen aange
bracht worden, om tot een goede film te ge
raken.
Vervolgens vertelde Ds. Drijver den In
houd van de eerste acte, hetgeen hij vóór de
andere acten eveneens deed. Misschien is het
mogelijk deze toelichtingen in te korten, de
film „spreekt voor zich zelf", en de voor
stelling werd er zoo door gerekt, dat zij eerst
tegen half twaalf geëindigd was.
De heer George Robert begeleidde de film
met orgelspel op prijzenswaardige wijze.
NA DEN DOOD DER DIENST-
WEIGERAARS.
PROTESTVERGADERING TE
HAARLEM.
In gebouw „Caecilla" werd Vrijdagavond
door verschillende anti-militairistische orga
nisaties een vergadering gehouden als pro
test tegen „De mishandeling der Dienstwei
geraars", gelijk aangekondigd was.
De vergadering was vrij goed bezocht.
De heer C. Groenendaal sprak een ope
ningswoord ter herinnering aan het overlij
den van de dienstweigeraars Roos en Jur-
riaans in de Bijzondere Strafgevangenis te
Scheveningen, ten gevolge van hun z.i. door
de doktoren verwaarloosde ziekten. De eer
ste stierf na gratie gekregen te hebben thuis
na een straftijd van 4 maanden 7 dagen en
14 dagen vrijheid.
De tweede stierf na 4 maanden.
De voorzitter gaf voorts het woord aan den
heer Gerhard Rijnders uit Zandvoort. Deze
vestigde er om te beginnen de aandacht op,
dat het geen zucht naar roem is die de
dienstweigeraars meer drijft, want zij blij
ven onopgemerkt. Ondanks dit laatste blij
ven zij voor het anti-militairisme van groote
waarde en als er binnen enkele maanden
twee hunner vallen is dat een groot verlies.
Zoo de slechte behandèling hun dood niet
veroorzaakt heeft, zoo heef# zij dien toch
verhaast. Spr. wil niet zeggen, dat deze twee
jongens vermoord zijn of met opzet slecht
behandeld, maar de jongens zijn niet be
handeld zooals het behoort, zooals het thuis
geweest zou zijn, of militairisten behandeld
zouden zijn.
Welk mensch zou willen ontkennen, dat de
drijfveer edel was bij deze jongens? Men
mag hun streven dan als een dwaling be
schouwen; een dwaling mag dan toch zoo
niet gestraft worden. Hoeveel wordt niet ge
daan voor een militairist, een Foch, die voor
de maatschappij nooit iets meer beteekend
heeft dan een ramp, zij het te goeder trouw?
vroeg spr. en bezag daarentegen de verdien
ste van de dienstweigeraars. Hun beteekenis
is nu nog niet groot, maar ten dage van de
catastrophe, van de mobilisatie zal hun
aantal groeien. Propagandisten van de daad
zijn zij.
De climax in het militairisme zal volgens
den heer Rijnders den oorlog in zich zelf
vernietigen. Boven ontwapening wil hij stel
len verloochening van het vaderland. Het
criterium oorlog of geen oorlog ligt in han
den van onze organisatie. En als op het psy
chologisch moment ons de moed ontbreekt,
dan vinden wij in het voorbeeld vai. de twee
thans gestorven jongens kracht.
De menschen van heden zijn de ^ijnigers
van de menschen van morgen, maar de laat-
sten hebben altijd getriomfeerd, de invloed
der martelaren is steeds groot geweest na
hun dood.
Met woorden van propaganda en een ver
zoek om de makkers te wreken besloot spr.
De heer Groenendaal sloot, daar de tweede
spreker de heer Albert de Jong niet geko
men was, hierop de bijeenkomst.
DE VRIJHEIDSBOND
Men schrijft ons:
Naar wij vernemen zal de heer Mr. J. M.
Schultz van Haegen, Oud-Voorzitter van de
afdeeling Haarlem en van de Onder-Cen
trale Haarlem van de liberale Staatspartij
„De Vrijheidsbond", binnen eenige dagen in
eene, bij de Firma Buijten en Schipperheijm
te Amsterdam verschijnende brochure, de
redenen uiteenzetten, waarom zij zich ge
drongen heeft gevoeld genoemde Partij te
verlaten.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1420
DE WERELD OP HAAR FRGST
Wanneer je trotsch je zoon en erfgenaam
rondrjjdt en er komt een kennis, die aller»
liefst vraagt hoe het schattige meisje heet
(Nadruk verbodenj
OVEREENKOMST BOUW-
BEDRIJVEN.
WEER EEN CONFERENTIE.
Van werknemerszijde meldt men aan het
Persbureau Vaz Dias:
In de pers heeft het bericht de ronde ge
daan, als zou de overeenkomst in de bouw
bedrijven reeds zijn afgesloten, ook met den
Patroonsbond voor de Bouwbedrijven in Ne
derland. Dit is niet Juist.
In een bespreking tusschen enkele verte
genwoordigers was een compromis getroffen,
hetwelk in de respectieve bondsinstanties
zou worden verdedigd. Nadien zijn echter
moeilijkheden gerezen, die het voor de werk
nemersorganisaties onmogelijk maken, deze
voorstellen te aanvaarden.
In een Donderdag te Utrecht gehouden
gecombineerde Hooldbesturenvergadering is
deze zaak uitvoerig besproken. Besloten werd
den Patroonsbond voor de Bouwbedrijven
hiervan in kennis te stellen en alsnog een
bespreking aan te vragen om een en ander
onder de oögen te zien. Gevraagd is de werk
zaamheden inzake genoemd compromis zoo
lang niet voort te zetten. Misschien dat in de
komende week deze conferentie kan plaats
hebben.
GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN.
Terug te bekomen bij M. v. Nlnwegen,
Saenredamstraat 6, hondenhalsband, Politie
bureau, Smedestraat 9, handschoen, gevon
den door de Braver, Jacobstraat 9, J. Droog
Magdalenasteeg 5, kat, R. v. d. Broek, L. An-
nastraat 16, kat, W. W. Petergein, Busken
Huetstraat 7, portemonnaie, v. Orden, Spaan-
schevaartstraat 33, plaat (nummer-), Bastvaar
Kolkstraat 12, schoen, J. Kondijs, Wester-
houtpark 25 zak met inhoud. J. Konijnen
burg. Hoofddorp, Stationsweg 37, zegels, W.
van Wiegen, Vier Sterrenstraat 21, zilveren
gulden, (thuis na 7 uur av.) Fauna Kena-
park, hond, gevonden door Coté, Klopper-
singel 165, kat. gevonden door Geerts, Vrou-
wehekstraat 73.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 C«at*
per regel.
STOFZUIGERHUIS MAERTENS
BARTELJORISSTRAAT IS
TELEF. No. 10756
Apex Klop-Veeg-Stolzuigers.f175.—
Voor den inhoud dezer rubriek «telt de Rcdactl*
zich niet verin wi ordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of oief
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet terug-»
gegeven.
OPROEPING.
Vrouwen en Meisjes van Haar*
Icm en Omstreken.
Het Comité voor de jaarlijksche Emma-
bloem-Collecte doet hiermede wederom een
ernstig beroep op uw bekende hulpvaardig
heid. Helpt ons dezen bloemendag tot een
schitterend resultaat brengen, want helaas
zijn er nog velen van onze medemenschen,
die hulp noodig hebben om gezondheid en
kracht terug te winnen. Laat ons zorgen dat
in Haarlem en Omstreken niemand behoeft
te worden afgewezen, door gebrek aan geld
en de opbrengst der collecte hiervoor een
ongekende hoogte bereikt.
Geeft u allen daarom nog heden op als
bloemverkoopster aan het Consultatie-
Bureau Ged. Oude Gracht 41.
Het comité voor de Emma-
bloemcollecte:
Mevr. A. DEL BAERE—JISKOOT,
Presidente.
G. v. WAARD, Secretaris.
Wijkpresidenten: Mevr. Heerkens Thljs-
senv. d. Kun; Mevr. Tademade Breuk;
Mevr. HoogGuldensteeden Egeling; Mevr.
Maarschalkv. Coppenaal; Mevr. Ozlngav.
Dusseldorp; Mevr WoltersonPlet; Mej.
Blooker; Mevr. LevenkampPlanten; Mevr.
Bootde Ruyter de Wildt; Mevr. Smit—v.
Krieken; Mevr. v. Riemsdijkdela Basse-
cour Caan; Mevr. Quarles v. Ufford—Arnt-
zenius; Mevr. BornwaterEldering.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cu. per regel.
DE VRIEND VAN UW HUIS VRAAGT UW HANDTEEKEN1NG VOOR ZIJN BEHOUD
Naar het Engelsch van
CHARLOTTE M. BRAME.
24)
En hij was verliefd op Jennie, hij schreef
haar hartstochtelijke iiedesbrieven, brieven
zooals zij te voren alleen in boeken had ge
lezen. Wanneer ze een boodschap ging doen,
was hij vrijwel steeds in de buurt, hij behan-
derde haar alsof ze een prinses was en
noemde haar miss Dane. In den laatsten
tijd had Jennie voortdurend geleefd in een
roes van geluk.
Ze had hem het eerst ontmoet in een win
kel in Clavering. Ze zag zijn bewonderende
blikken, en toen ze den winkel uitging had
ze 'n pakje laten vallen.Hij had 't opgemerkt
en was liaar gevolgd om het haar terug te
geven. Toen hij voor haar boog bloosde ze
van verrukking. Den tweeden keer dat ze
hem ontmoette had hij haar aangesproken
haar thuis te mogeen brengen. Hij zei, dat 't
niet veilig was voor jonge meisjes, als zij, om
alleen te gaan.
Ze was verrukt. Ze bedacht voortdurend
uitvluchten om naar Clavering te gaan en
altijd zag ze hem. Natuurlijk had Michael
dit gehoord en het was even natuurlijk dat
hij half waanzinnig van jaloezie was.
Een heer, spotte Michael. Jij denkt dat
hij een heer is omdat hij een mooi pak
draagt.
Je kunt het aan zijn handen wel zien,
dat hij een heer is, antwoordde Jennie boos.
Ze zijn even wit en zacht als die van den
hertog.
Hoe weet jij dat, vroeg hij fel Jaloersch.
Dacht je soms, dat ik hem nooit een
hand heb gegeven? was het tartende ant
woord.
Jennie wees voorzichtig, vertrouw een
vreemde toch niet. Je weet immers niet wie
hij is.
Dat denk je maar!
Wie ls hij dan Jennie? Wat doet hij ln
Clavering?
Hij kijkt uit naar een boerderij; zei
Jennie gewichtig. Hij heeft me alles ver
teld. Een oom van hem is niet lang geleden
gestorven en heeft hem meer dan tweedui
zend pond nagelaten en nu gaat hij zich hier
in de buurt als boer vestigen.
En dan wil hij zeker, dat jij als boerin
op de boerderij komt?
Ja, dat heeft hij mij gevraagd, zei ze.
En wat heb je hem geantwoord? vroeg
Michael.
Dat ik voorloopig nog bij de hertogin
wilde blijven!
Michael zweeg.
Voor een coquet meisje als Jennie was dit
spel een genot. Twee aanbidders te hebben,
die jaloersch op elkaar waren. Het was wer
kelijk het hoogste levensgeluk!
Je wilt zeker geen raad van me aanne
men, Jennie? vroeg Michael.
Neen antwoordde ze.
En toch moet je voorzichtig zijn. Nie
mand weet iets van hem af; je bent toe
vallig met hem in kennis gekomen en zelf
weet je ook niets anders van hem dan dat
hij logeert in de „Clavering Arms" en dat
hij Charles Nesbitt heet. Hij vertelt je, dat
hij rijk is en een boerderij wil koopen. Maar
hoe weet jij, dat dit waar is? Die man kan
wel een bedrieger zijn of een dief.
Zoo twistten ze. Er waren scherpe woor
den van beide kanten gevallen, totdat Jen
nie wegging en zei dat ze geen woord verder
tegen hem zou zeggen. Na drie dagen van
nosch zwijgen, had Michael haar dit
briefje gestuurd en Jennie ging naar de af
gesproken plaats.
In haar hart wist Jennie dat de knappe,
jonge jachtopziener een niet te versmaden
partij was. Maar hij was geen heer. Hij droeg
een pak van bruin fluweel met wijde, korte
broek-
Toen zij hem dezen avond ontmoette wa
ren zijn eerste woorden: Ik moet met je
praten; je weet dat ik van je houd zooveel
als een man van een meisje houden kan.
Nu en wat heb je mij te zeggen, Mi
chael? Je hebt me toch zeker niet hier laten
komen, alleen om me te vertellen dat je van
me houdt?
Neen maar, ik houd zooveel van je, dat
ik het niet zou kunnen verdragen als je zou
trouwen met den één of anderen ellendeling,
die je zou verwaarloozen of mishandelen.
Denk je misschien dat ik dat prettig
zou vinden? spotte zij.
Ik wil je waarschuwen. Ik ben gisteren
naar „Cla-ering Arms" geweest on h-b ge
praat met den eigenaar, Mr. Hill. Hij is er
niet zoo zeker van als jij dat deze Charles
Nesbitt een heer is.
Luister, het is terwille van jezelf dat ik
dit allemaal vertel. Hill zegt, dat hij speelt
en drinkt. Wees voorzichtig Jennie. Het is
heel mooi om met een heer te trouwen en
geld genoeg te hebben, maar als hij een
slecht mensch is en jij ontdekt dat te laat,
wat dan? Zou het geen zonde zijn, zoo je
mooie jonge leven te vergooien?
Natuurlijk zei het meisje vroolijk. Je
bedoelt het allemaal heel goed, Michael,
en lk ben ook niet meer boos op je, maar
je bent jaloersch en daarom zie Je de dingen
verkeerd.
Hill Is er niet eens zeker van of hij wel
Charles Nesbitt heet, hield Michael aan.
Dat is alleen een bewijs wat een achter
dochtig dwaas mensch die Hill is, zei Jennie
en ze keek hem recht in zijn oogen, Michael,
je zegt, dat je van mij houdt?
Ja, klonk het ernstig.
Denk je nu eens in, dat iedereen Je
zou vertellen, dat ik ij del, lui en verkwis
tend was, en nog veel meer slechte dingen,
zou je dat dan allemaal gelooven?
Natuurlijk niet! riep hij verontwaar
digd.
En zou Je minder van me houden?
Dat zou ik toch niet kunnen, antwoord
de Michael hartelijk.
Het ls met andere menschen net zoo,
zei het meisje. Ik heb Charles Nesbitt lief en
niets van wat ze van hem vertellen kan mijn
liefde voor hem verminderen.
Is dit waar, Jennie?
Ja Michael.
Toen keerde zij zich om en haastte zich weg.
Hij riep haar nog, maar tevergeefs.
HOOFDSTUK XXXILL
Je schijnt veel belang te stellen in die
vrouw, Ethel, zei de Hertog. Het lijkt wel of
je haar onder je bijzondere bescherming hebt
genomen.
Bescherfming is misschien het juiste
woord niet, Fulke. Als ik bij haar ben heb
ik juist dikwijls het gevoel of ik beschermd
wordt door haar; ze schijnt zoo verre mijn
meerdere te zijn.
De hertog lachte.
Dat verraadt de nederigheid van Je
eigen hart, Ethel, zei hij.
Toch is het waar; wanneer ik in haar
kamer kom ontvangt ze me met die rustige
waardigheid en ontroerende gratie, dan heb
ik altijd het gevoel of ik bij een verbannen
koningin op bezoek ben. Je hebt er geen idee
van hoe mooi en gracieus ze is.
De hertog en zijn jongste vrouw stonden
op het grasveld en keken naar de duiven.
Hoe oud is ze? vroeg hij met belang
stelling.
Ik denk vijf of zes en dertig. Ze zou er
zeker jonger uitzien als ze niet die droevige
trekken op haar gezicht had.
Ik denk dat ze weduwe is. Ze praat nooit
over zichzelf.
Is ze getrouwd geweest?
Ik hoop dat het geen avonturierster ls.
Shel, zei de hertog ernstig.
O, Fulke, wat vreeselijk, om dat te zeg
gen. Dit is het eerste onvriendelijke woord,
dat ik ooit van je gehoord heb.
De hertog kuste haar. Ik ken de wereld,
zei hij, en jij niet.
Maar Fulke, zei ze. Ze lijkt eerder op
een heilige dan op een avonturierster.
Vrouwen hebben soms de meest tegen
strijdige eigenschappen in hun karakter, zei
hij laconiek.
Ik zou voor niets ter wereld Je willen
belemmeren ln Je liefdadigheid, maar je
moet voorzichtig zijn, Ethel.
Ga met me mee, Fulke cn oordeel zelf,
zei dè hertogin met vuur. Als Je haar gespro
ken hebt en je vertrouwt haar nog niet dan
zal ik me bij je oordeel neerleggen en niet
meer naar haar toegaan, maar lk weet zeker
dat als Jij er geweest bent, je even veel van
haar zult houden als ik.
(Wordt vervolgd.);