TflKINT Kif A.VR.O. PCTITIONNIMINT i HAARLEM'S DAGBLAD FLITSEN BIOSCOOP INGEZONDEN. FEUILLETON. HET MEDAILLON VAN LORD STAIR ZATERDAG 6 APRIL 1929 ZESDE BLAD LUXOR THEATER „De Ridder van den Grijzen Adelaar" en „De gevangene van Shanghai", een lach en sensatie. Dit programma biedt weer heel veel goeds. Eerst brengen we op onze Daitsche reisjes een bezoek aan Lübeck. De komische film die daarop volgt is vol van dolle wederwaardig heden, doet ons dikwijls schudden van het lachen en is getiteld: Autohelden". Als eerste hoofdnummer draait dan: „De Ridder van den Grijzen Adelaar". Aan den titel en het begin van dit nummer zou men niet zeggen dat het een cowboy-film is. Toch is dit zoo. De hoofdpersonen zijn de bekende Ken Maynard en zijn paard Tarzan. Deze Maynard Is een droomer en bij 't lezen van een boek verbeeldt hij zich de hoofdpersoon te wezen en is er op uit, zooveel mogelijk de zwakken en onschuldigen te helpen. In zijn verbeelding redt hij jonkvrouw Guurtje uit de handen van roovers. Als cowboy verijdelt hij een aanval op een postkoets en vervalt van het eene avontuur in het andere. Het gewone cowboy-recept ontbreekt niet in den vorm van woeste rennen en hevige vecht partijtjes. Toch een interessante film. „De gevangene van Shanghai" voert ons naar China, waar de burgeroorlog woedt en de Engelsche consul (Ralph Sinclair) gevan gen genomen wordt. Deze wordt opgesloten in de bovenverdieping van de legatie, in welks benedenwoning de generaal der op standelingen, Hai Dung, (Bernhardt Goetzhe) zijn hoofdkwartier gevestigd heeft. Mevrouw Sinclair (Carmen Boni; is op weg naar haar man en bij haar aankomst wordt ze dadelijk voor Hai Dung geleid. Als zij zich voor een Sovjet-agente uitgeeft wordt haar eenige "vrijheid toegestaan, hoewel de Chinees haar dadelijk herkend heeft. Eindelijk we ten de echtelieden elkaar te vinden en pro- beeren ze te ontvluchten. Dit mislukt en ze vallen in handen van generaal Hai Dung. Ralf zal worden doodgeschoten en zijn vrouw kan hem slechts redden door bij den gene raal te blijven. Dit weigert ze natuurlijk en als de nood op het hoogst ls, begint juist het bombardement door de oorlogschepen van de verbonden mogendheden. We krijgen nu een tooneel van groote verwoesting, maar het slot is toch dat Sinclair en vrouw ge red worden en naar Engeland terugkeeren om weer wat op verhaal te komen. Het is een echte speel-sensatie. Maar ook op de lach spieren wordt gewerkt door den persoon en de handelingen van den oorlogs- en foto journalist Ted Knickerbocker. Een mooi programma dat niet zal nalaten yeel belangstelling te trekken. ft CINEMA PALACE. Jacques, de knappe kellner van een restaurant van Montmartre, is tevens graaf Leisky, vóór de revolutie officier van de Russische garde te St. Petersburg. Uiterlijk is hij nog geheel de gentleman, innerlijk is er, zouden wij zoo zeggen, wel iets in hem veranderd, als wij zien dat hij tenslotte, na zich eerst heel mannelijk enz. te hebben gedragen tegenover de „madame", die hem grof heeft beleedigd, haar tenslotte toch „de hand kust" en het in een steeds op en neer gaande hotellift, zelfs bij die hand al leen niet laat. Maar het programma zegt, dat hij „hopeloos verliefd" was en dit ver klaart veel, indien niet alles.. Die op en neer gaande lift en ook de opeenvolging van lift- Ibeelden die ons op zeer suggestieve wijze van de derde naar de eerste étage van een hotel brengen, zijn aardige moderne vond sten in deze film aangekondigd als de eerste Schlager der „Franco Film", die Harry Liedtke zeer zeker gelegenheid geeft zijn italent te toonen, waarvan hij een dankbaar gebruik maakt. Mariene Dietrich zoekt het erg in het langnissante; wij hadden ook wel eens graag een andere uitdi*ukking op haar gezicht gelezen, dan de smachtende die zij bijna voortdurend te aanschouwen geeft. Ook Pierre de Guingand is veel te veel te onbewogen en strak. Karl Huszar als Tal- lander, de komieke aanbidder van de pas gescheiden vrouw die tenslotte toch niet voor hem naar voor den kellnerenden graaf os, geeft veel genuanceerder speL Er waren velen naar het Cinema Palace opgegaan om ,Jch küsse ihre Hand Madame" te zien. Hopen wij dat zij in him verwach tingen niet zijn teleurgesteld en tevreden zijn geweest met hetgeen geboden werd: een aardige, hier en daar zeer amusante speel film, opgeluisterd door uitstekenden zang van den Haarlemschen zanger Jan Hensen. Maar wij moeten eerlijk bekennen dat het wilde, eerlijke, hartstochtelijke natuurkind dat Clara Bon in „Hula, de dolle maagd" zoo prachtig uitbeeldt, ons heel wat meer geboeid heeft. Gaat Clara Bon zien en het uitmuntende tegenspel dat Clive Brook haar geeft! Het Wereldnieuws toont zoo buitengewoon veel en zooveel interessants, dat wij hierop tot slot nog eens speciaal de aandacht wil len vestigen. REMBRANDT-THEATER. Schitterende Ufa-fflra „Manege". Welke tooverfonnule trok Vrijdagavond voor beide voorstellingen drommen en drom men naar de Groote Markt? Vormde Kees Pruis, de bekende humorist de attractie of de hoofdfilm „Manege"? Hoewel Kees, zooals we hem voor hem mogen noemen, uitstekend op dreef was en in zijn liedje „Mijn beste vriend", een heel gevv .lige snaar bij het publiek wist te tref fen en hoewel Kees krachtig en luidruchtig toegejuicht werd, in de (vergeefsche) hoop op een klein toegiftje, de film „Manége" is- hét nummer van den avond. Deze film, die in de circus zelf moet zijn opgenomen, is in den opzet, de afwerking en inhoud een prachtfilm. We leven voor een deel het leven vóór en achter de coulissen van de circus- artisten mee, de circusvoorstelling met het paardrijden, de grollen van de clowns, het berennummer, het „Flamingo"-nummer, mét het nummer van Eve, (één der hoofdfiguren uit de roman van „Manége") het hoofdnum mer van het programma, deze geheele voor stelling wonen we bij met al de emoties, die een circusbezoek met zich brengt. Er wordt door allen schitterend gespeeld. Bijzonder goed wordt de rol van den stiefvader van Eve, de onsympathieke verloopen artist, ver tolkt. Den geheelen avond houdt „Manége" de toeschouwers in spanning en aandacht. Het is geen film meer, wanneer Eve zich naar de auto sleept om de „doodenreis" aan te vangen, die haar stiefvader haar dwingt te maken, niettegenstaande hij weet, aan welk gevaar zij zich bloot stelt. Men ziet het ln werkelijkheid gebeuren en zou In staat zijn, zich er mee te gaan bemoeien, den ke rel te beletten, dat Eve haar levensgevaar lijken tocht gaat doen. Veler handen jeuken dan ook om hem zijn verdiende straf te ge ven. Wanneer de moeder van Eve dan ook ein delijk (voor het gevoel-der toeschouwers veel te laat) naar de revolver grijpt en den on verlaat neerschiet, om haar dochter te red den, dan voelt men zich pas voldaan en kan men rustiger ademhalen tot het happy end, dat de twee geliefden als bruid en bruigom brengt. Deze behoort ongetwijfeld tot de beste pro ducten der Ufa. Het grappige 110. 3 van het programma, de klucht „Mevrouw's Liefdesbrieven" zorgt met Kees Pruis voor de vroolijke noot van den avond en dat niet in geringe mate, DE LUTHERFILM. Zoo heeft dan Vrijdagavond in de Gemeen telijke concertzaal de eerste vertooning hier ter stede van de Lutherfihn plaats gevonden. De zaal was tamelijk goed bezet doch het kon beter. Ds. Drijver die op dezen avond de film zou toelichten sprak een inleidend woord over Luther. Wij zien in zijn leven, aldus spreker, een logische ontwikkeling, alle feiten vor men met elkaar een netwerk van gebeurte nissen die een noodzakelijken samenhang vertoonen. De film Ls niet bij machte het ernstige, stille, vrome In Luther's gemoed uit te beel den, evenmin geeft zij het verband tusschen de gebeurtenissen en de tijdsomstandighe den te zien. Maar de film kan wel bekende tafereelen, bekende momenten uit Luther's leven en 't ontstaan der hervorming voor d§n geest brengen. Maar deze uiterlijke om standigheden zijn hoogstens aanleiding tot, nooit oorzaak van de hervorming. Ook wees spreker er nog op, dat het ma ken van een film bijzondere eischen stelt, men moest den kunstenaar vrijheid laten, om gebeurtenissen die dicht bij elkander lagen, nu samen te vatten in een scène, om techni sche redenen moesten wijzigingen aange bracht worden, om tot een goede film te ge raken. Vervolgens vertelde Ds. Drijver den In houd van de eerste acte, hetgeen hij vóór de andere acten eveneens deed. Misschien is het mogelijk deze toelichtingen in te korten, de film „spreekt voor zich zelf", en de voor stelling werd er zoo door gerekt, dat zij eerst tegen half twaalf geëindigd was. De heer George Robert begeleidde de film met orgelspel op prijzenswaardige wijze. NA DEN DOOD DER DIENST- WEIGERAARS. PROTESTVERGADERING TE HAARLEM. In gebouw „Caecilla" werd Vrijdagavond door verschillende anti-militairistische orga nisaties een vergadering gehouden als pro test tegen „De mishandeling der Dienstwei geraars", gelijk aangekondigd was. De vergadering was vrij goed bezocht. De heer C. Groenendaal sprak een ope ningswoord ter herinnering aan het overlij den van de dienstweigeraars Roos en Jur- riaans in de Bijzondere Strafgevangenis te Scheveningen, ten gevolge van hun z.i. door de doktoren verwaarloosde ziekten. De eer ste stierf na gratie gekregen te hebben thuis na een straftijd van 4 maanden 7 dagen en 14 dagen vrijheid. De tweede stierf na 4 maanden. De voorzitter gaf voorts het woord aan den heer Gerhard Rijnders uit Zandvoort. Deze vestigde er om te beginnen de aandacht op, dat het geen zucht naar roem is die de dienstweigeraars meer drijft, want zij blij ven onopgemerkt. Ondanks dit laatste blij ven zij voor het anti-militairisme van groote waarde en als er binnen enkele maanden twee hunner vallen is dat een groot verlies. Zoo de slechte behandèling hun dood niet veroorzaakt heeft, zoo heef# zij dien toch verhaast. Spr. wil niet zeggen, dat deze twee jongens vermoord zijn of met opzet slecht behandeld, maar de jongens zijn niet be handeld zooals het behoort, zooals het thuis geweest zou zijn, of militairisten behandeld zouden zijn. Welk mensch zou willen ontkennen, dat de drijfveer edel was bij deze jongens? Men mag hun streven dan als een dwaling be schouwen; een dwaling mag dan toch zoo niet gestraft worden. Hoeveel wordt niet ge daan voor een militairist, een Foch, die voor de maatschappij nooit iets meer beteekend heeft dan een ramp, zij het te goeder trouw? vroeg spr. en bezag daarentegen de verdien ste van de dienstweigeraars. Hun beteekenis is nu nog niet groot, maar ten dage van de catastrophe, van de mobilisatie zal hun aantal groeien. Propagandisten van de daad zijn zij. De climax in het militairisme zal volgens den heer Rijnders den oorlog in zich zelf vernietigen. Boven ontwapening wil hij stel len verloochening van het vaderland. Het criterium oorlog of geen oorlog ligt in han den van onze organisatie. En als op het psy chologisch moment ons de moed ontbreekt, dan vinden wij in het voorbeeld vai. de twee thans gestorven jongens kracht. De menschen van heden zijn de ^ijnigers van de menschen van morgen, maar de laat- sten hebben altijd getriomfeerd, de invloed der martelaren is steeds groot geweest na hun dood. Met woorden van propaganda en een ver zoek om de makkers te wreken besloot spr. De heer Groenendaal sloot, daar de tweede spreker de heer Albert de Jong niet geko men was, hierop de bijeenkomst. DE VRIJHEIDSBOND Men schrijft ons: Naar wij vernemen zal de heer Mr. J. M. Schultz van Haegen, Oud-Voorzitter van de afdeeling Haarlem en van de Onder-Cen trale Haarlem van de liberale Staatspartij „De Vrijheidsbond", binnen eenige dagen in eene, bij de Firma Buijten en Schipperheijm te Amsterdam verschijnende brochure, de redenen uiteenzetten, waarom zij zich ge drongen heeft gevoeld genoemde Partij te verlaten. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1420 DE WERELD OP HAAR FRGST Wanneer je trotsch je zoon en erfgenaam rondrjjdt en er komt een kennis, die aller» liefst vraagt hoe het schattige meisje heet (Nadruk verbodenj OVEREENKOMST BOUW- BEDRIJVEN. WEER EEN CONFERENTIE. Van werknemerszijde meldt men aan het Persbureau Vaz Dias: In de pers heeft het bericht de ronde ge daan, als zou de overeenkomst in de bouw bedrijven reeds zijn afgesloten, ook met den Patroonsbond voor de Bouwbedrijven in Ne derland. Dit is niet Juist. In een bespreking tusschen enkele verte genwoordigers was een compromis getroffen, hetwelk in de respectieve bondsinstanties zou worden verdedigd. Nadien zijn echter moeilijkheden gerezen, die het voor de werk nemersorganisaties onmogelijk maken, deze voorstellen te aanvaarden. In een Donderdag te Utrecht gehouden gecombineerde Hooldbesturenvergadering is deze zaak uitvoerig besproken. Besloten werd den Patroonsbond voor de Bouwbedrijven hiervan in kennis te stellen en alsnog een bespreking aan te vragen om een en ander onder de oögen te zien. Gevraagd is de werk zaamheden inzake genoemd compromis zoo lang niet voort te zetten. Misschien dat in de komende week deze conferentie kan plaats hebben. GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN. Terug te bekomen bij M. v. Nlnwegen, Saenredamstraat 6, hondenhalsband, Politie bureau, Smedestraat 9, handschoen, gevon den door de Braver, Jacobstraat 9, J. Droog Magdalenasteeg 5, kat, R. v. d. Broek, L. An- nastraat 16, kat, W. W. Petergein, Busken Huetstraat 7, portemonnaie, v. Orden, Spaan- schevaartstraat 33, plaat (nummer-), Bastvaar Kolkstraat 12, schoen, J. Kondijs, Wester- houtpark 25 zak met inhoud. J. Konijnen burg. Hoofddorp, Stationsweg 37, zegels, W. van Wiegen, Vier Sterrenstraat 21, zilveren gulden, (thuis na 7 uur av.) Fauna Kena- park, hond, gevonden door Coté, Klopper- singel 165, kat. gevonden door Geerts, Vrou- wehekstraat 73. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 C«at* per regel. STOFZUIGERHUIS MAERTENS BARTELJORISSTRAAT IS TELEF. No. 10756 Apex Klop-Veeg-Stolzuigers.f175.— Voor den inhoud dezer rubriek «telt de Rcdactl* zich niet verin wi ordelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of oief geplaatst, wordt de kopij den inzender niet terug-» gegeven. OPROEPING. Vrouwen en Meisjes van Haar* Icm en Omstreken. Het Comité voor de jaarlijksche Emma- bloem-Collecte doet hiermede wederom een ernstig beroep op uw bekende hulpvaardig heid. Helpt ons dezen bloemendag tot een schitterend resultaat brengen, want helaas zijn er nog velen van onze medemenschen, die hulp noodig hebben om gezondheid en kracht terug te winnen. Laat ons zorgen dat in Haarlem en Omstreken niemand behoeft te worden afgewezen, door gebrek aan geld en de opbrengst der collecte hiervoor een ongekende hoogte bereikt. Geeft u allen daarom nog heden op als bloemverkoopster aan het Consultatie- Bureau Ged. Oude Gracht 41. Het comité voor de Emma- bloemcollecte: Mevr. A. DEL BAERE—JISKOOT, Presidente. G. v. WAARD, Secretaris. Wijkpresidenten: Mevr. Heerkens Thljs- senv. d. Kun; Mevr. Tademade Breuk; Mevr. HoogGuldensteeden Egeling; Mevr. Maarschalkv. Coppenaal; Mevr. Ozlngav. Dusseldorp; Mevr WoltersonPlet; Mej. Blooker; Mevr. LevenkampPlanten; Mevr. Bootde Ruyter de Wildt; Mevr. Smit—v. Krieken; Mevr. v. Riemsdijkdela Basse- cour Caan; Mevr. Quarles v. Ufford—Arnt- zenius; Mevr. BornwaterEldering. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cu. per regel. DE VRIEND VAN UW HUIS VRAAGT UW HANDTEEKEN1NG VOOR ZIJN BEHOUD Naar het Engelsch van CHARLOTTE M. BRAME. 24) En hij was verliefd op Jennie, hij schreef haar hartstochtelijke iiedesbrieven, brieven zooals zij te voren alleen in boeken had ge lezen. Wanneer ze een boodschap ging doen, was hij vrijwel steeds in de buurt, hij behan- derde haar alsof ze een prinses was en noemde haar miss Dane. In den laatsten tijd had Jennie voortdurend geleefd in een roes van geluk. Ze had hem het eerst ontmoet in een win kel in Clavering. Ze zag zijn bewonderende blikken, en toen ze den winkel uitging had ze 'n pakje laten vallen.Hij had 't opgemerkt en was liaar gevolgd om het haar terug te geven. Toen hij voor haar boog bloosde ze van verrukking. Den tweeden keer dat ze hem ontmoette had hij haar aangesproken haar thuis te mogeen brengen. Hij zei, dat 't niet veilig was voor jonge meisjes, als zij, om alleen te gaan. Ze was verrukt. Ze bedacht voortdurend uitvluchten om naar Clavering te gaan en altijd zag ze hem. Natuurlijk had Michael dit gehoord en het was even natuurlijk dat hij half waanzinnig van jaloezie was. Een heer, spotte Michael. Jij denkt dat hij een heer is omdat hij een mooi pak draagt. Je kunt het aan zijn handen wel zien, dat hij een heer is, antwoordde Jennie boos. Ze zijn even wit en zacht als die van den hertog. Hoe weet jij dat, vroeg hij fel Jaloersch. Dacht je soms, dat ik hem nooit een hand heb gegeven? was het tartende ant woord. Jennie wees voorzichtig, vertrouw een vreemde toch niet. Je weet immers niet wie hij is. Dat denk je maar! Wie ls hij dan Jennie? Wat doet hij ln Clavering? Hij kijkt uit naar een boerderij; zei Jennie gewichtig. Hij heeft me alles ver teld. Een oom van hem is niet lang geleden gestorven en heeft hem meer dan tweedui zend pond nagelaten en nu gaat hij zich hier in de buurt als boer vestigen. En dan wil hij zeker, dat jij als boerin op de boerderij komt? Ja, dat heeft hij mij gevraagd, zei ze. En wat heb je hem geantwoord? vroeg Michael. Dat ik voorloopig nog bij de hertogin wilde blijven! Michael zweeg. Voor een coquet meisje als Jennie was dit spel een genot. Twee aanbidders te hebben, die jaloersch op elkaar waren. Het was wer kelijk het hoogste levensgeluk! Je wilt zeker geen raad van me aanne men, Jennie? vroeg Michael. Neen antwoordde ze. En toch moet je voorzichtig zijn. Nie mand weet iets van hem af; je bent toe vallig met hem in kennis gekomen en zelf weet je ook niets anders van hem dan dat hij logeert in de „Clavering Arms" en dat hij Charles Nesbitt heet. Hij vertelt je, dat hij rijk is en een boerderij wil koopen. Maar hoe weet jij, dat dit waar is? Die man kan wel een bedrieger zijn of een dief. Zoo twistten ze. Er waren scherpe woor den van beide kanten gevallen, totdat Jen nie wegging en zei dat ze geen woord verder tegen hem zou zeggen. Na drie dagen van nosch zwijgen, had Michael haar dit briefje gestuurd en Jennie ging naar de af gesproken plaats. In haar hart wist Jennie dat de knappe, jonge jachtopziener een niet te versmaden partij was. Maar hij was geen heer. Hij droeg een pak van bruin fluweel met wijde, korte broek- Toen zij hem dezen avond ontmoette wa ren zijn eerste woorden: Ik moet met je praten; je weet dat ik van je houd zooveel als een man van een meisje houden kan. Nu en wat heb je mij te zeggen, Mi chael? Je hebt me toch zeker niet hier laten komen, alleen om me te vertellen dat je van me houdt? Neen maar, ik houd zooveel van je, dat ik het niet zou kunnen verdragen als je zou trouwen met den één of anderen ellendeling, die je zou verwaarloozen of mishandelen. Denk je misschien dat ik dat prettig zou vinden? spotte zij. Ik wil je waarschuwen. Ik ben gisteren naar „Cla-ering Arms" geweest on h-b ge praat met den eigenaar, Mr. Hill. Hij is er niet zoo zeker van als jij dat deze Charles Nesbitt een heer is. Luister, het is terwille van jezelf dat ik dit allemaal vertel. Hill zegt, dat hij speelt en drinkt. Wees voorzichtig Jennie. Het is heel mooi om met een heer te trouwen en geld genoeg te hebben, maar als hij een slecht mensch is en jij ontdekt dat te laat, wat dan? Zou het geen zonde zijn, zoo je mooie jonge leven te vergooien? Natuurlijk zei het meisje vroolijk. Je bedoelt het allemaal heel goed, Michael, en lk ben ook niet meer boos op je, maar je bent jaloersch en daarom zie Je de dingen verkeerd. Hill Is er niet eens zeker van of hij wel Charles Nesbitt heet, hield Michael aan. Dat is alleen een bewijs wat een achter dochtig dwaas mensch die Hill is, zei Jennie en ze keek hem recht in zijn oogen, Michael, je zegt, dat je van mij houdt? Ja, klonk het ernstig. Denk je nu eens in, dat iedereen Je zou vertellen, dat ik ij del, lui en verkwis tend was, en nog veel meer slechte dingen, zou je dat dan allemaal gelooven? Natuurlijk niet! riep hij verontwaar digd. En zou Je minder van me houden? Dat zou ik toch niet kunnen, antwoord de Michael hartelijk. Het ls met andere menschen net zoo, zei het meisje. Ik heb Charles Nesbitt lief en niets van wat ze van hem vertellen kan mijn liefde voor hem verminderen. Is dit waar, Jennie? Ja Michael. Toen keerde zij zich om en haastte zich weg. Hij riep haar nog, maar tevergeefs. HOOFDSTUK XXXILL Je schijnt veel belang te stellen in die vrouw, Ethel, zei de Hertog. Het lijkt wel of je haar onder je bijzondere bescherming hebt genomen. Bescherfming is misschien het juiste woord niet, Fulke. Als ik bij haar ben heb ik juist dikwijls het gevoel of ik beschermd wordt door haar; ze schijnt zoo verre mijn meerdere te zijn. De hertog lachte. Dat verraadt de nederigheid van Je eigen hart, Ethel, zei hij. Toch is het waar; wanneer ik in haar kamer kom ontvangt ze me met die rustige waardigheid en ontroerende gratie, dan heb ik altijd het gevoel of ik bij een verbannen koningin op bezoek ben. Je hebt er geen idee van hoe mooi en gracieus ze is. De hertog en zijn jongste vrouw stonden op het grasveld en keken naar de duiven. Hoe oud is ze? vroeg hij met belang stelling. Ik denk vijf of zes en dertig. Ze zou er zeker jonger uitzien als ze niet die droevige trekken op haar gezicht had. Ik denk dat ze weduwe is. Ze praat nooit over zichzelf. Is ze getrouwd geweest? Ik hoop dat het geen avonturierster ls. Shel, zei de hertog ernstig. O, Fulke, wat vreeselijk, om dat te zeg gen. Dit is het eerste onvriendelijke woord, dat ik ooit van je gehoord heb. De hertog kuste haar. Ik ken de wereld, zei hij, en jij niet. Maar Fulke, zei ze. Ze lijkt eerder op een heilige dan op een avonturierster. Vrouwen hebben soms de meest tegen strijdige eigenschappen in hun karakter, zei hij laconiek. Ik zou voor niets ter wereld Je willen belemmeren ln Je liefdadigheid, maar je moet voorzichtig zijn, Ethel. Ga met me mee, Fulke cn oordeel zelf, zei dè hertogin met vuur. Als Je haar gespro ken hebt en je vertrouwt haar nog niet dan zal ik me bij je oordeel neerleggen en niet meer naar haar toegaan, maar lk weet zeker dat als Jij er geweest bent, je even veel van haar zult houden als ik. (Wordt vervolgd.);

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 19