NICO J. Wat had je een mooi rapport. Ga zoo voort. PRINSES LIBELLE. 'k Ben blij, dat het met moeder zooveel beter gaat. Nu hoop ik maar, dat het zoo door blijft gaan. Leuk, dat je het zoo prettig vindt aan de Rubriek. MICHAEL STROGOFF. Je raad sels zijn goed. MEJ. H. W.—G. Mijn vriende lijken dank voor uw berichten aan gaande Sneilvoetje. Wat jammer, dat ze er nu Roodvonk bij gekregen heeft Ik hoop, dat de koorts weer is afge nomen. Hoe gaat het met uw jon gen? Van harte beterschap voor bei den toegewenscht. BERLINER BOL. Als 't mij mo gelijk is, kom ik eens op die bazar kijken. Zou je kussen op tijd klaar komen? VADERS HULP. Het pak wacht zeker op mooi, zonnig weer. 't Zou ook jammer zijn. als je daar een re genbui op loreeg. Zijn alle vlekjes van de roode Hond verdwenen? Je treft het maar, dat je zoo'n vrien delijken melkboer hebt, die je mee- vraagt naar de boerderij. Hoe heb ben jullie gespeeld met de school- wedstrijden? HET GROENTJE. Ik hoop Zon dag eens op jullie Tentoonstelling te komen kijken. Prettig, dat jullie alle drie verhoogd zijn. DE SCHIPPERIN. De tee is eigenlijk altijd mooi en meestal op haar mooist, als het slecht we:r is. Ben je blij, dat het schoolleven weer geregeld zijn gang gaat? HELIANTE. 'k Wil graag geloo- ven, dat dat 'n gezellige logeerpartij was, vooral nu Attalanta er ook was. ZWARTKIJKERTJE. In welke klas zit je op school? In de 5de? JUPITER. Je strikvragen zijn goed. 's Woensdags moeten de in zendingen in mijn bezit zijn. Breng ze daarom liever op Dinsdag naar de Groote Houtstraat. PIANISTE. Dat gouden ringetje zal zeker altijd een prettige herin nering voor Je zijn, omdat Je moeder zoo goed hebt opgepast. Ik hoop, dat je Zondag met Je vriendin weer een heerlijke wandeling kunt maken. Je kunt de raadsels veel beknopter op schrijven. BOSCHWACHTER. Je hebt ge lijk: het geregelde leven is het pret tigste leven. VROUWTJE ULEBUUT. Ik heb 't raadsel maar goed gerekend, hoe wel er een klein foutje in zat. Je raadsel is goed. IJ SMANN ET JE't Slot van jouw vacantie was allesbehalve plezierig. Moeder zal wel niet vroolijk geke ken hebben, toen je als een modder mannetje thuis kwam. Ben je niet verkouden van 't ongewenschte bad geworden? ZEEUWINNETJE. Het Zeeuw- sche neefje moest zeker ook weer naar school? Hebben jullie al weer bericht van hem gehad? 'k Kan me begrijpen, dat hij bij jullie genoten heeft. Hoe vond je de Zwitsersche film? Jullie kunnen zeker wel een winkeltje opzetten van de lijstjes, die je in de vacantie gemaakt hebt. Ik heb ook wel eens zoo'n clivia gezien niet verschillende bloemen. Dat is een prachtig gezicht. GOUDKOPJE. Komt er al Iets op in je tuintje? Wat zou het heer lijk zijn, als jullie straks uit je eigen tuintje de aardbeien kunnen pluk- ken. Juist voor de Vervolgverhalen zou ik altijd maar de krantjes be waren. Wordt Jullie kamertje al be hangen? Ik dacht, dat dat nooit meer gebeurde, dat kinderen, die voor 't eerst op school kwamen, huilden. DE KLEINE TUINMAN.. Wat ga jij keurig schreven. Fijn, dat jij straks van Je eigen kropsla gaat smullen, 't Bevalt Je zeker steeds be ter op de Gymles. Mag Je ook aan de werktuigen? Veel groeten voor moeder. SNEEUWKLOKJE. Jij hebt heel wat gewonnen op die bazar. Ik ben zoo gelukkig niet geweest. IK Kan met je tante Nelly niet meer herin neren. Bevalt het Je neefjes aan de Postzegel-Rubriek? Hebben ze een mooie verzameling? INTERIEUR. Ik denk, dat jij van den zomer nog wel eens weer naar Beverwijk zult gaan. Is 't niet zoo? Heb je het boek al uit? CHAUFFEUR. Is de verkoud heid weer over? Na Woensdag komt je briefje altijd te laat. Al was Ik dus Donderdagavond thuis geweest, 't was toch te laat geweest. Je raad seloplossingen heb ik toch mee laten tellen. Gaat je autoped nog fijn? BREEROO. Leuk, dat je bij Wit- muis in de klas zit. Maken jullie wel eens pret samen? Was 't met Paschen mooi weer in Middelburg? ZEVENSTER. En zijn al de grootouders ook goed gezond? WITTE VAN HAEMSTEDE. 't Lijkt me ook nog wel heel moei lijk om dat geheimschrift goed te kennen. Dat is me daar een heele drukte in jullie straat met het zand treintje. Wat kranig, dat jij mee ge holpen hebt om te lossen, 't Was maar een heerlijke belooning voor je, dat je mee mocht varen. PADDESTOELTJE. Je hebt maar reuze toekomstplannen. Nu maar op school flink je best gedaan. Jullie zullen Dinsdag zeker wel een fijn dagje hebben. Feliciteer jij Herman dan maar van me. Je raadsels zijn goed. ZANGVOGELTJE. Dat Poesie- Album van jou zal wel gauw vol zijn. Vast wel gefeliciteerd met je ver jaardag. De volgende week vertel je me zeker wel, wat je allemaal ge kregen hebt. BLAUWOOG JE. Hoe is het nu met moeder? Is de hoofdpijn wat minder? Ben je een flinke hulp voor moeder? JUFFERTJE SCHRIJFGRAAG. Je hebt nog al eerlijk opgebiecht, dat je de naamoloze was, daarom zal ik het maar vergeven en vergeten. Ben je al in de Postzegel-Rubriek? Heb je een mooie verzameling of- moet je er nog mee beginnen? FABRIEKSMONTEURTJE. Door het vrije leventje waren er wel meer telaatkomers. Nu gaat alles weer geregeld. PIET HEIN. 't Is niets erg, dat je een poosje vacantie hebt genomen. Ik ben blij, dat je er weer bent. DAMIAATJE. Wat zullen jullie straks zingen op het concours? 't Is toch maar heerlijk kind, dat je nog een jaartje kunt blijven. OlhSRVENER. Is de prijs naar je zin? Ben je dadelijk aan het lezen gegaan? Begrijp je nu alle raadsels? SOERAYA. Jij hebt maar heer lijke dagen gehad. Zoo'n dagje in den Haag is altijd gezellig. Vond je die roltrap niet een beetje griezelig? Was het feest in den Schouwburg ook fijn? En toen weer "de verjaar dag van Ans. Er kwam geen eind aan 't fuiven bij jou. ROMPELSTEELTJE. In Benne- broek wonen ook heel wat Rubrleker- tjes van me. Ben je er geen tegen gekomen, toen je er logeerde? ROODWANGETJE. Grootmoe der zal 't zeker ook plezierig gevon den hebben, toen jullie bij haar wa ren. Schrijf je wel eens een brief naar grootmoeder? TILBURGERTJE. Als de 'olgen- de keer de vijfjes zessen worden, zal je raoport er goed uitzien. PIOENROOS. Knappe meld, dat jij zoo'n mooi rapport oad. HUISHEN. De paaschkippetjes en paascheitjes zullen nu op raken. Is jullie clivia nu in bloei? Je raad sels zijn goed. DE KLEINE LORD. Heb je Woensdag fijn gevoetbald? Zit je in een club? KNAGELIJNTJE. Ben jij Woens dag naar een gezellige verjaarsvisite geweest? Had de ongeluksdag nog een gelukkig einde? 't Was toch wel aardig van de juffrouw, dat je naam toch werd uitgeveegd. ALPEN VIOOLTJE. Vervoeg je Maandagavond maar aan 't Gr. Hei ligland. dan zal je wel ingeschre ven worden en een boek ontvangen. ROETKOPJE. •- Jij bent al weer geholpen. Het doet me plezier voor je. Jc raadsels zijn goed. KWHLSTAARTJE. Ik kon wel zien, dat je goed je best had ge daan. G anu maar zoo door. Heb je Woensdagmiddag nog gevoetbald? Wat heb je al zoo getimmerd? Ik hoop dat je je belofte houdt en met St. Nicolaas wat maakt voor de kin deren In de Ziekenhuizen, 't Hindert niets, of de raadsels niet in volgorde staan. BRILLANTSTERIs Je onder wijzer nog ziek? 't Was even een te leurstelling, toen je op school kwam. Ik denk, dat die onderwijzeres ook wel aardig was. Is 't niet zoo? SNIBBELAARTJE. Hebben Jul lie al goede berichten van den klei nen Metselaar gehad? Hij zit in een mooie streek en ik hoop, dat het hem goed zal doen. Misschien 'eert hij daar ook wel flink eten. SARINA. Op 't Gelukskind volgt Joost Boschboom. Is dat soms in jul lie schoolbibliotheek? KRULLEBOL STEILHAAR. Hoe gaat het er mee? Ik hoop, dat je me de volgendse week kimt schrijven, dat je weer zoo frisch als een hoentje bent. MARGRIET. Hebben jullie nog meer planten in huis? Is de prijs naar je zin? ZONSONDERGANG. Die lose jurk zal Doortje wel snoezig staan. Wacht je nog niet met 't zomergoed tot het wat zachter weer is? 't Zou verdrietig zijn, als pop ziek werd. Heb je het nieuwe dekentje al ge kregen? Dek je poppekind dan des avonds maar lekker toe. ROOMSOES. Hoe gaat het met de kleine poesjes? Als je uit school komt, loop je er zeker dadelijk naar toe. Mag je ze nog een poosje hou den Hoe is 't nu met moeder? BELLEFLEUR. Bevalt het nu weer goed op school? Is de schilder thuis nog bezig om alles keurig op te knappen Moet nu de behanger nog komen? Niet pruttelen over den rommel. Straks wordt het dubbel netjes. Gaat het trommelen mooi? ROODBORSTJE. Wat leuk, dat je een jaar geleden ook een prijs hebt gekregen. Nu hoop ik maar, dat Koekoek gauw ook eens tot de ge lukkigen behoort. Volhouden en moed houden. POESENMOEDERTJE. Is de teekendoos al in gebruik? Ieder, die geregeld meedoet, loot ook mee om een raadselprijs. Ben je Woensdag naar de grootouders geweest? En speelje nu alle dagen in den speel tuin? DE KLEINE KWEEKER 'k Kan me best begrijpen, dat je in de va cantie de heele Rubriek vergat. Ee- valt het de kleine Monteur nog goed op de Ambachtsschool? Prettig Jon gen. dat je zoo'n mooi rapport had. En wat kranig, dat die kleine broer een negen had. Had moeder zoo net jes je briefje geschreven? PAPAVERTJE. Hoe is 't nu met jou? Is de maag weer in orde? Heb ben jullie paarse crocussen Dat zal een mooi gezicht zijn, nu ze bloeien. Komen de tulpen en narcissen ook al boven den grond? JUFFERTJE WILDZANG. Ik Had zelf den ruiltijd al veranderd, omdat de tijd me ongeschikt voor de schoolkinderen leek. ROSETTE. Ben je weer heele- maal beter? 't Doet me genoegen, dat je 't zoo prettig vindt in de Ru briek. Dat spreekwoord was lezen keer nog al moeilijk, 't Hindert ook niets, of je eens een raadsel niet weet. Nog wel gefeliciteerd met den verjaardag van kleine zus. Kind. wat heb je een best rapport. Schuilna men zijn Rubriekgeheim, daarom mag ik je niet zeggen, wie Eenigst Kind is. KORENBLOEMPJE. Alle raad sels zijn door Rubriekertjes Inge zonden. Jij mag ze ook inzenden. Stuur er maar, zooveel als je wilt. Als de bladeren geel worden, heb je van den winter misschien te veel water gegeven. CRACO. Ben je niet in je nop jes met je prijs? Hoe kwam het zoo, dat je twee keer achter elkaar een vrijen middag had? Gelukkig, dat het met Old Firehand goed blijft gaan. WITMUIS. Jij had dus nog wel een weekje langer vacantie willen hebben. Zoo zullen er wei meer zijn. Is je onderwijzer nog ziek? Heb je al een rapport gehad? 'T KLOPPERTJE. Je raadsel is goed. KRIELKIP. Jij vindt 't maar prettig hè, dat de schooldeuren weer open zijn. Ben je al aan 't fietsen leeren? Zoo'n dapper klein ding zal het gauw genoeg kunnen. LENTEBODE. 'k Was blij je nette handje weer eens te zien. maar wat Je me schreef, was nu juist geen goed nieuws. Hoe gaat het met Sneeuwballetje? Bezoek je haar ge regeld? Groet haar vooral eens van me. Misschien mag ze de Rubriek wel lezen. Jij wordt zeker een knap naaistertje. Leuk, dat je onze Ru briek nog geregeld leest. Ik hoop, dat ik spoedig goede berichten van zus krijg. VIOLENBLOEMPJE. Knappe meid, dat je je eigen speelgoedkast schoon hebt gemaakt. Schiet moeder al op met de schoonmaak? Heb je al wat in je tuintje gezaaid? En hoe gaat'het met Ans? ORCHIDEE. Misschien word je wel honderd jaar. Daar kan een. mensch vooruit niets van zeggen. Ik zal den meneer van de Drukkerij nog eens vragen om een kiekje in de Foto-Rubriek af te drukken. KURKENBREISTERTJE. Voor taan je krantje maar dadelijk goed opbergen. Je raadsel is goed. TOONEELSPEELSTERTJE. Ja, ik heb je lang gemist. Waar heb je het zoo druk mee gehad Ik zal eens kijken, of- je je belofte om trouw mee te doen, nakomt. OLD FIREHAND. 't Doet me zoo'n plezier jongen, dat je nu voor uit gaat. Als nu 't windje maar den goeden kant uit wil draaien, dat mag je zeker naar^buiten, hè. Ik hoop, dat 't zonnetje je gauw op zal knappen. BLOEMENFEE. Wat jammer, dat de andere twee poesjes ook ge storven zijn. Hoe gaat het nu met je hoofdpijn? Gelukkig maar, dat je er nog zoo'n goede secretaresse op nahoudt. Hoe was je rapport? DIEREN VRIEND JE. Heb je een prettig dagje in IJmuiden gehad? DRAAITOL. 't Was een aardig feest hè? Ik wist niet, dat je moe der vroeger nog bij mij in de klas had gezeten. Je raadsels zijn goed. LEZERESJE. Als dit je laatste school jaartje is, dan je beste been tje nog maar eens voorgezet. Die me neer in den winkel had groot gelijk. Als je schooljaren voorbij zijn, dan komt het eigenlijke leven pas om ccn hoekje kijken. BOEKENVERSLINDSTER. Dat was maar een klein beetje raadsels. Wat een teleurstelling dat jullie op je Blaricumsche reisje leelijk weer had. Dat film-middagje was al weer een heele vergoeding. De kleine Lord blijft altijd een mooi ven-haal. GOUDELSJE. Kon je zoo maar vrij van school krijgen? Ik kan me voorstellen dat je 't heerlijk vindt naar de Grootouders te gaan. Moer- capclle ligt zeker in een mooie Bra- bantsche streek. Spijt het je niet een beetje van kleinen broer af scheid te moeten nemen? Ik wensch je heel veel plezier en vooral mooi weer. GOUDSBLOEM. 't Speet moe der zeker wel, dat ze haar hulpje missen moest. Wil je later graag in de huishouding komen? Doe de laat ste schooljaartjes dan nog maar eens extra je best. SCHAATSENRIJDER. Gefelici teerd met je overgang, jongen. Nu voortaan altijd om je naam denken, hoor! PRINSES ROZEMOND. Is 't spreitje klaar gekomen? Heb Je het gehaakt? Vond je Onder Moeders Vleugels geen mooi boek? Nu moet je 't vervolg vragen: Op eigen Wie ken. DE KLEINE CELLIST. Ik dacht: die zit al maar cello te spelen en voor de Rubriek blijft geen tijd over. Je huiswerk neemt natuurlijk ook veel tijd. Mijn dank voor je plaatjes en bons, Dus als je tijd hebt, hoor ik weer wat van je. Hoe is 't met Droer? WIPNEUSJE. Je mag altijd raadsels insturen. Ik ben blij, dat jij Vrijdags zoo naar de krant ver langt. TRAMSTUDENT. Zoo. ben jij er ook weer. Wat ben jij ook aan 't feestvieren geweest. Peter Pan is een mooi verhaal. Waren de plaatjes ook mooi? Gefeliciteerd met je overgang. W. L. Prettig, dat je weer een succesvollen avond kunt boeken. Zoo zie je ai weer, dat je nooit op een en kele ervaring af moet gaan. Ik ga 1 Mei verhuizen, maar daar schrijf ik nog wel over in de Rubriek. *k Her inner me nog best, dat je in de Srne- destraat woonde. HAGENAAR. Jullie hebben heel wat interessants in Umuiden ge zien. Mocht je ook op een van de schepen? Prettig, dat je fiets zoo is opgeknapt. Je raadsels zijn goed. W, BLOMBERG—ZEEMAN, v. d. Vlnnestraat 21r. Haarlem, 12 April 1929. BIJVOEGSEL VRIJDAG 12 APRIL 1929 No. 121' AAN ALLEN! Wat al klachten krijg ik toch over de maand April. Die laatste Maart dagen waren zoo mooi en we geioof- den heusch, dat 't nu Lente was ge worden. Maar die humeurige maand April liet ons weer een heel eindje teruggaan naar den winter. Ja, het oude rijmpje is altijd nog waar: April, doet wat ze wil. Soms geeft ze mooie dagen, Soms geeft ze regenvlagen, En Aprilleke-zoet, Geeft ook wel een witten hoed. Dien witten hoed hebben we al ge kregen en we verlangen niet naar een tweeden. En toch is April de grasmaand. De natuur is aan 't ont waken. Kijk maar naar de struiken en boomen. De knoppen zwellen langzaam, maar zeker. Het woord April is afgeleid van het Latljnsche woord aperire, dat openen ber.ee- kent. Alles, wat groeit opent zich, komt tot wasdom. Wij noemen April grasmaand. In Noorwegen zegt men eggeidh, dat is eiertijd. En in Denemarken spreekt men van Faaremaaned, dat betee- kent lammerenmaand. In Polen noemt men de Aprilmaand Kwiecien, dat is bloeimaa.vd. In al deze bena mingen zit iets van het opengaan, van het ontwaken tot een nieuw le ven. Voor den landbouwer kan de maand April voor- of tegensnoed brengen. Wat een boer graag wil, is een natte April. De regen moet *'oor- al het gras doen grnp'pn. Anders ge zegd: „Eend roge April is niet der boeren wil." Al wil de boer dan graag een natte Aprilmaand hebben, op warmte is hij nog niet gesteld, Warmte doet het gezaaide te spoedig ontkiemen. En de boer weet het wel, dat in ons kikkerlandje op warmte toch weer kou volgt. Als April warm is, dan is de Mei koel. 't Hindert ook niet, dat April als een ware bulderbast begint met wind en regen, storm en hagel, want: Wanneer April komt gelijk een leeuw dan gaat hij heen als een lam. Er zijn ook allerlei voorspellingen voor de maand April. Op 14 April moeten alle weiden groen zijn! Als het op 23 en 25 April onweert, is het met vriezen gedaan. Wat vóór 23 April bloeit, wordt toch minderwaar dig gewas. Zien we April met vreugde komen, met nog meer plezier zien wij haar gaan. Want van haar zusje Mei verwachten we veel meer schoons. Omdat de Aprilmaand zoo'n won derlijke snuiter is, worden er in alle landen granies eemaakt on den Ien April. Duitschland, Engeland, Dene marken. Frankrijk en België hebben allemaal hun Aprilrijmpjes en* grap pen. die met de onze overeenkomen. Heel eigenaardig is het zeker, dat men in Indië elkaar op 31 Maart fopt. Laten we nu maar hopen, dat April ons verder wat zonneschijn geeft. Dan zeggen we: Eind goed, al goed. W. B.Z, ZOO GAAT HET! De jongen en het meisje, dat je op dit plaatje ziet, zijn eigenlijk rare snuiters/Weet je wat zij gedaan heb ben? O, 't is allang geleden hoor, maar 't is toch echt gebeurd. Nu zij wilden de kabouters eens gadeslaan bij hun werk op 't veld en heel stil letjes zijn zij de kleine mannetjes nageslopen, om hen van heel dicht bij te zien. En zij zagen hoe de kabouters na hun werk in het bosch verdwenen en door de nieuwsgierigheid gedre ven volgden zij hen tot zelfs tus- schen de boomen. Opeens echter sprong een der kabouters van uit het dichte hout te voorschijn en keek de beide kinderen woedend aan. En nu zul je denken, hadden zij hun zin en konden zij een kabouter van heel dicht bij zien. Maar inplaats daarvan werden zij zoo bang, aat zij hals over kop de vlucht namen, ter wijl het kleine mannetje nen ver baasd nakeek. Zoo gaat het nu meestal. Men trekt heel dapper ergens op af, maar nog voor men het doel bereikt heeft komt de angst en kiest men het ha zenpad. Denk er aan vrienden en vriendinnen, dat jullie nooit zoo laf moet zijn. Als je werkelijk van olan bent iets te ondernemen, houdt dan vol tot aan het einde, maar twijfel je of je het zoo ver wel brengen kunt begin er dan liever niet aan! HET SILHOUET- Wat dit silhouet voorstelt is niet gemakkelijk te zien, maar de stUK- Jes passen zoo gemakkelijk in elkaar dat men er toch niet veel moeite mee hebben zal om het plaatje af t« maken. Als je het precies weten wilt: het stelt een heel ouderwetscne nand- slede voor, zoo een waarmede men vroeger de vrachten over het Ijs voortschoof. Eerst moet het vier kant op een dun stukje karton wor den geplakt en daarna moeten alle zwarte stukjes worden uitgeknipt. Met de legkaart die daardoor dan ontstaan is moet jullie maar net zoo lang passen en meten tot Ja het plaatje samengesteld hebt. Zijn jullie al aan 't zaaien ge weest? In de groenteafdeeling heb je nu al volop werk. vooral nu 't werkelijk lenteweer wordt. De ge wassen. die ik de vorige week heb genoemd en nu ga behandelen, kun. j egedurende deze maand nog met succes zaaien. Radijs. Er zullen maar weinigen zijn die geen radijsjes lusten. Die pittige knolletjes zijn een lekkernij bij je boterham. Maar als je ze bovendien, zelf hebt gekweekt, zijn ze dubbel lekker. Van radijs bestaan heel veel ver schillende soorten, verschillend in vorm en kleur. De gewone ronde wordt 't meest geteeld. Zorg, dat de grond goed doorgeweekt en voedzaam is geen versch bemeste grond). In slechten grond wordt ze voos. Het zaad wordt ruim uitgestrooid en moet ongeveer met een c.M. aarde worden bedekt. Wanneer je den grond dan nog flink aanslaat, ehb je ook geen last van vogels, die de zaadjes graag lusten. Tuinkers. Een zeer gemakkelijk gewas, dat haast niet kan mislukken, 't Is een smakelijk, prikkelend toekruld bij 't ontbijt. Een beschuitje met tuinkers met een weinig suiker is heerlijk. Het zaad moet dicht uitgestrooid worden, liefst op een regel. Bij zacht weer komt 't na een paar dagen al boven den grond. Voor de aardigheid kunnen jullie ook in lettor- of fi- guurvorm zaaien. Als Je regelmatig hebt gezaaid, krijg je de letter of figuur heel mooi terug. Na een week of drie worden de plantjes voorzich tig afgesneden. Ze loopen opnieuw uit. zoodat je 't later nog eens kunt herhalen. Je kunt„dit gewas ook in de ka mer kweeken. Aan moeder vraag 'e een oud stuk soons of co lapje. Je legt de spons of 't lapje op ene schoteltje, maakt dit flink nat en bedekt het mot een laagje tuin kerszaadjes. Als je nu zorgt, dat 't geregeld nat blijft, dan ontkiemen de tuinkerszaadjes en al heel spoedig Ls de spons of 't lapje met een groen kleedje overtrokken. Tuinboon. Deze kan reeds vroeg in 't voorjaar gelegd worden, daar de planten /eer sterk zijn. We kunnen 't nu ech ter nog best doen; we moeten zorgen dat de planten niet te dicht op elkaar staan, daar anders de onder ste bloesems geen vrucht zetten en wc dan de lange schecden alleen van het bovenstee deel van de plant krij gen. Vóór we gaan zaaien, wecken we eerst de boonon 24 uur in water. We maken een geul van 4 a 5 c.M. diep en leggen de booncn 20 cM. uit elkaar. Aan den kant van den moes tuin geplaatst, geven ze tevens be schutting voor lagere gewassen. TUINIER.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 15