BUITENLANDSCH OVERZICHT DE BELANGSTELLING TOT BENEDEN HET NULPUNT GEEN AFSCHAFFING VAN ALGEMEENEN DIENSTPLICHT BEKENTENISSEN VAN EEN TOEWAN BAROE. r? ARR'S OUTBROOD L0URENS COSTER n HAARLEM'S DAGBLAD JViwenAO 30 APRIL 1929 De formule waarmede Genève schermt Het Chineesche voorstel verworpen. De Legende van de Hoogvlakte van Bandoeng. T BELANGRIJKSTE NIEUWS. Zooals wij gisteren reeds onder telegram men mededeelden, heeft de voorbereidende Ontwapeningscommissie besloten het Chi neesche voorstel tot afschaffing van den al- gemeenen dienstplicht toe te voegen aan het rapport der commissie, (waarbij de Chineesche gedelegeerde, generaal Tsjang Tso-ping, zich echter volkomen vrijheid van handelen voorbehield, het voorstel opnieuw bij de conferentie in te dienen en zijn definitief standpunt pas mede te deelen, zoodra hij van zijn regeering instructies zal hebben ontvangen). Die is de gebruikelijke formule voor het in den doofpot doen verdwijnen van ver strekkende voorstellen. Het is deze formule, die bij wijze van spreken de vlag is, waar onder het schip van de „Voorbereidende" vaart. Litwinof vooral is de dupe van den vasthoudenden geest, die deze commssie bezielt, zoo vermeldt de correspondent van de Tel. Vervolgens zette de commissie de beraad slagingen over de effectieven voort. Hierbij kwam een door de Sovjet-delegatie inge diend amendement ter sprake, beoogende het woord ,-limiteeren" in de conventie door ..aanzienlijk verminderen" te vervangen. Bij zijn verdediging van dit amendement beriep Litwinof zich op den Amerikaanschen ge delegeerde Gibson die verleden week uiting had gegeven aan de opvatting, die men beter deed voortaan van vermindering in plaats van limiteering der bewapeningen te spre ken. Het amendement werd van verschillende zijden bestreden. Het werd daarentegen door graaf Bernstorff gesteund, die betoogde dat Duitschland met groot ongeduld de con cessies verbeidt, die de overige continentale staten bereid zijn te doen, nu de zeemogend heden reeds te kennen hebben gegeven, dat zij tot beperking harer bewapeningen be reid zijn. De Dultsche regeering, aldus Bern storff, wenscht niet, dat de ontwapenings conventie tot een instrument van weder zij dsche bescherming tegen de ontwape ning zal worden. Jhr. Loudon was van oordeel, dat het woord „limiteeren" in de conventie gehand haafd dient te worden, waarmede de com missie zich stilzwijgend vereenigde. Inmiddels is de belangstelling voor wat er te Genève door de ijverige ont(?)wape naars wordt gewrocht tot beneden het nul punt gedaald. En dat is voorwaar geen wonder! F. A. De nieuwe Deensche regeering Wolff meldt uit Kopenhagen, dat de koning de lijst der nieuwe ministers heeft goedgekeurd. Op de lijst staan 9 sociaal democraten en 3 radicalen. Minister-president Stauning belast zich ook met de portefeuille van zeescheepvaart en vlsseherlj. De portefeuille van buiteu- landsche zaken, justitie en bïnnenlandsche zaken zijn onderscheidenlijk voor de radica len Munch (oud-minister van oorlog). Zahle (vroeger minister-president') en Dahlgaard. Het nieuwe ministerie heeft in het nieuwe Folketlng een meerderheid van 77 vair de 149 mandaten. Volgens een nader bericht van den Deen- schen draadloozen dienst is het kabinet als volgt samengesteld: Minister-president en minister van scheep vaart en visscherij: T. Stauning (soc.- dem.) Buitenlandsche zaken: P. Munch (radi caal) Financiën: C. V. Bramsnaes (soc.-dem.) Binnenlandsche zaken: B. Dahlgaard (radicaal). Defensie: L. Rasmussen (soc.-dem.) Handel en Nijverheid: C. N. Hauge soc.- dem.). Justitie: C. T. Zahle (radicaal). Sociale zaken: K. Steincke (soc.-dem.) Onderwijs: F. Borgbjerg (soc.-dem.) Eeredienst: ds. N. P. L. Dahl (soc.-dem.) Verkeer: I. F. N. Friis-Skotte (soc.-dem.) Landbouw: Bording (soc.-dem.) Van de genoemden waren allen behalve de radicaal Dahlgaard, lid van de financieele commissie van het Folketing, reeds verte genwoordigd in de vroegere sociaal-demo cratische regeering Stauning of in het ka* binet-ZahlP. En haar programma De onderhandelingen tusschen de so ciaal-democraten e.n de radicalen hebben geleid tot een gemeenschappelijk arbeids- program, waarop als eerste en voornaam ste punt voorkomt het ten uitvoer brengen van de reeds onder het eerste kabinet Stauning in het Folketing behandelde ont- wanenings-vcorstellen. Verder behelst dit program de volgende punten: bestrijding van de werkloosheid en van de crisis van stad en land; bevorde ring van landbouwontginningen en van de visscherij; oplossing van het werkverschaf fingsprobleem door moderniseering van de industrie en het zoeken ban nieuw afzet gebied boor Deensclrc producten; crisis-steun aan langdurig werkloozen met ontlasting van de gemeenten: opheffing van de wet op de bedrijfs- en arbeidsvrijheid; de opheffing van de klesbeperkingen bij gemeenteraads verkiezingen; wijziging van het kiesrecht en in verband hiermede grondwetswijziging, ten doel hebbend opheffing van het Landsting. den Deenschen SenaaU ratificatie van de conventie van Washington betreffende den achturendag en van verschillende andere Volkenbondsconventies w.o. die betreffende den particulieren wapenhandel: moderni seering van de strafwetgeving; wijziging van de wetgeving betreffende banken en naara- looze vennootschappen; totstandkoming van een trust-wetgeving; voorbereiding van een hervorming van 'net schoolwezen en verbe tering van de onderwijzersopleiding. Wat de Engelsche arbeiders „zouden" doen. LONDEN, 28 April (Reuter.1 In een rede bij een groote betooging der arbeiderspartij in de Albert Hall te Londen verklaarde Mac Donald, dat een eventueele arbeidersregee- ring in de eerste plaats aan de werkloosheid haar aandacht zou wijden. De Labourpartij wenschte den buitenlandschen handel te be vorderen. Wij moeten, aldus spr., verzoening en arbi trage in internationale geschillen aanvaar den. Wij moeten de quaestie van de vrijheid der zee onder de oogen zien. met de Ver. Sta ten dient een vlootovereenkomst te worden gesloten. De Arbeiderspartij was voornemens meer huizen te doen bouwen en het bouwen zelf goedkooper te maken, ten einde het be staande tekort van een millioen woningen te doen verdwijnen. „Wij lijden", aldus spr., „onder een economisch parasitisme, dat tot uiting komt in de ontelbare vormen van in komens, welke geen diensten bewijzen aan en geen baten opleveren voor de gemeen schap. Een kanselier van de schatkist, die deze inkomens zou belasten, zou het vertrou wen verdienen van het land en de Arbeiders partij zal dit doen. Alles zal worden gedaan naar gelang van de mogelijkheden en de ge legenheden van het oogenblik." Mac. Donald kondigde ten slotte aan, dat er, indien zijn partij weer aan 'het bewind kwam, een commissie zou worden ingesteld, gepresideerd door den eersten minister, voor het coördineeren van alle officieele organi saties op het gebied van den arbeid en het industrieele leven des lands, welke commissie zou worden gevormd naar het model van de commissie voor de verdediging des rijks. De ïvanhooige pogingen in Parijs. De commissie van deskundigen kwam bij een. Zij nam bij den aanvang kennis van het rapport, opgesteld door de secretariaten over de eerste werkzaamheden der deskundigen, waarover zij het in beginsel eens zijn, in het bijzonder betreffende het onderzoek van het betalingsvermogen van Duitschland in de verdeeling van de Duitsche schuld. De com missie zal de studie van het rapport waar schijnlijk tot Donderdag voortzetten, wan neer naar men meent dr. Schacht uit Berlijn zal zijn teruggekeerd. De atmosfeer der con ferentie is sedert de vorige week niet veran derd. BERLIJN. 29 April (W.B.) Dr. Schacht hêeft heden een conferentie gehad met den rijks kanselier en den minister van Buitenlandsche Zaken, Financiën en Economie. Uit goede bron wordt gemeld, dat in de houding der Duitsche deskundigen geen verandering zal komen. De Duitsche deskundigen hebben van begin af aan hun taak zoo ernstig opgevat, dat een verandering van hun standpunt met deze taak niet wel te vereenigen zou zijn. De wenschen der minderheden. Het memorandum van het bestuur van het Europeesche nationaliteiten-congres, het welk aan de raadscommissie voor het min derhedenvraagstuk, die te Londen bijeen komt, overhandigd is en door Adatcl als stu diemateriaal is aanvaard, houdt de volgende wenschen van de vertegenwoordigers der minderheden in: aldus de N. R. Ct.: 1. het geven van publiciteit aan iedere con crete klacht van een minderheid bij den Volkenbond en tevens de publicatie van een jaarlijksch overzicht van hetgeen de raads commissie voor het minderhedenvraagstuk in het afgeloopen jaar heeft volbracht. 2. het geregeld op de hoogte houden van de petitionarissen omtrent den loon van de behandeling van de petities in de Raadscom missie. 3. Uitbreiding van de tegenwoordige Raads commissie van drie leden in den zin van het voorstel van Dandurand, dat ieder raadslid in de commissie zal vertegenwoordigd zijn. 4. Benoeming van een deskundigencom missie voor bestudeering van algemeens pro blemen met betrekking tot de minderheden- kwesties. 5. Het uitoefenen door den Volkenbond van moreelen druk op zijn leden, opdat deze naleven de resolutie van de Volkenbonds vergadering van 1922, welke zeide dat ook de staten die zelf niet door minderhedenverdra- gen juridisch gebonden zijn, de verplichtin gen der minderhedenverdragen als moreele verplichting zullen nakomen. WAT IN TONGERLOO VERLOREN GING. Omtrent den brand te Tongeloo schrijft de N.R.Ct. nog: De kerk en twee vleugels op een lengte van zoowat tweemaal 25 meters en een diepte van ongeveer dertig meters werden de prooi der vlammen. De toren brandde langzaam uit, zonder echter groote vlammen te geven. Van heel ver reeds zagen wij hem in het vuur opgaan. De klokken smolten weg. Ook het groote orgel een prachtstuk, is gansch vernield. Verder brandden af het zoo rijk koloniaal museum, de cellen der paters, het gasthuis voor de bezoekers, en de groote bibliotheek. Deze gedeelten zijn van de oudste van het kloo?fer en dagteekenen voor een groot part van 1690. De kerk werd ln 1862 gebouwd en gewijd in 1885. Daar schiet niets meer van over, tenzij de tragische rechtstaande muren. In de duisternis die rondom de abdij hangt ziet men duizenden en duizenden bladeren van uiteeneevlogen boeken alom op het gras en op de slijkerige aarde verspreid. HVr lig gen gebeeldhouwde heiligenbeelden. v|Kt ver eer stapels boeken, alles beschadigd. Het Is een beeld van verwoesting die pijn aandoet. Zooals men weet had de abdij onlangs talrijke schilderijen gekregen voorkomstig uit het museum van Antwerpen o.m. Zij waren lange jaren geleden weggenomen geworden uit de abdijen van Tongerloo en van Sint MichleL Daaronder bevonden zich onder meer twee prachtwerken van Quellin. Die kunstwerken van niet te schatten waarde bevonden zich in het gedeelte van den bouw dat in de vlammen opging. De schilderijen van den Hollandschen pa ter Esser, waarover onlangs veel gewaagd werd, zijn misschien gered. Met zekerheid weet men dit echter niet. De zeldzame oude handschriften en wiege- drukken, die zich in de bibliotheek bevonden, konden meestendeels In veiligheid gebracht worden. De kleine bibliotheek met zoowat drieduizend boeken bleef gespaard. Maar de kamer van den pater archivaris, waar zich naar gewoonte vele zeldzame werken bevon den is totaal met gansch den inhoud ver woest. Ter bespoediging cn voor het gemak van belanghebbenden verzoeken wij voor de verschillende af deelingen van ons dagblad de volgende nummers op te bellen: Voor berichten en andere mededee- lingen of vragen voor de Redactie: 10609 Voor de Hoofdredactie: 15054. Voor advertenties, abonnementen en bezorging: 10724; Voor aangelegenheden van de direc tie: 13082. UITGAAN. ,^So, no, Nanette" in den Stadsschouwburg. Jarenlang reeds is de operette „No, no, Nanette" een succes en dat blijft ook steeds zoo. Meer dan vijf maanden nu al gaat zij in Amsterdam in het Grand Theater nog steeds voor uitverkochte zalen. Nu zal ook Haarlem „No, No, Nanette" binnenkort aan schouwen. Het gezelschap onder directie van de heeren Sylvain Poons en Kees van Weer denburg komt 4, 5. 6 en 7 Mei in den Stads schouwburg. De bezetting is dezelfde als die te Amsterdam, nl. met de dames Berthe VerswiJver, Odette Ramone, Cor Smit, Corrie Pinksen, Berry Kievits, Nelly Ernst, Lya Bos en de heeren Sylvain Poons, Matthieu van Eysden, Henk Didama, Louis Zegwaard, eigen koor en ballet, nieuwe decors en licht effecten. Het gezelschap brengt verder zijn eigen Jazz-band mede onder leiding van den be kenden jazz-^omponist Louis Metz, terwijl in het orkest de belde vleugels bespeeld wor den door Metz en Metz. Het feit, dat alle medewerkenden, zoowel solisten, koor en ballet als de jazz-band „No, No, Nanette" reeds meer dan 170 achtereen volgende malen gespeeld hebben, kan niet anders dan aan de vlotte opvoering ten goede komen. Het geheel staat onder leiding van den populairen komiek Sylvain Poons, regis seur-directeur van het gezelschap. De chansons uit ,.No, No. Nanette", zooals „I want to be happy" en „Tea for Two" zijn in New-York al vier en een half jaar popu lair en in Londen en Parijs meer dan drie jaar. In Holland zijn ze evenmin verouderd en door gramofoon en radio genoeg bekend gemaakt. DE SNELLE RJJDERS. Proces-verbaal is opgemaakt tegen een automobilist, die op de Amsterdamsche vaart met een snelheid van 65 KK.M. reed, en tegen een, die op de Raamvest 45 KLM. reed. VRIJZINNIG DEMOCRATTSCHE JONGEREN ORGANISATIE. Hedenavond houdt bovengenoemde orga nisatie een ledenvergadering in „De Nijver heid". Na afloop der vergadering zou een in leiding worden gehouden over het onderwerp „Staatspensioen". Dit moest echter worden uitgesteld tot nader aan te kondigen datum. In plaats hiervan zal nu door mej. H. v. Dam een inleiding worden gehouden over: „Coöperatie". PERSONALIA. Ds. P. A. E. Sillevis Smit te Haarlem, is beroepen als predikant bij de Gereformeer de Kerk (Hersteld verband) te Bussum. Ik schreef reeds enkele malen over deze heerlijke vlakten, aan alle kanten door hooge vulkanische gebergten omgeven. Gril lig verheffen vuurspuwende bergen boven de vlakte hun grillige wanden, tot de krater randen door dicht oerwoud begroeid. Dien ingesneden zijn hun flanken. Het zacht*- vulkanische gesteente is niet bestand tegen de sterke erosie en zon en regen hebben diepe voren uitgegraven, zoodat op de hel lingen het eene diepe ravijn op het andere volgt. In deze ravijnen stroomen de mod derige beken, donker bruin van kleur. Ter nauwernood lijkt het nog op water, wat zij meevoeren en' vormen zij een waterval, jt, dan lijkt het meer of een breede stroom modder naar beneden valt. Die watervallen ontstaan op de plaatsen waar het oudere gesteente, het graniet, dat beter tegen den tand des tijds bestand is, onder het vulka nische tufsteen uitkomt en blijft staan, ter wijl rondom het overige gesteente verweert en weggespoeld wordt. U begrijpt hoe grillig juist daardoor de vorm van het gebergte moet worden en vooral 's avonds in de sche mering. doet het fantastisch, sprookjesachtig aan. Vol met sagen en legenden zijn dan ook de Soendalanden en een van de meest dich terlijke is die welke het ontstaan van de hoogvlakte van Bandoeng beschrijft. Vreemd is het dat hier de sage zoo dicht bij de waarheid komt. Deze sage zegt toch, dat eertijds de vlakte een meer is geweest en geologisch gesproken is het welhaast zeker, dat hier in vroegeren tijd werkelijk ook een beremeer bestond. Doch laat ik u de sage vertellen, zooals deze uit den mond der be volking ongeteekend werd. „In legendarische tijden werd het Westen in Java en speciaal Boven-Prlangan (Pre- anger) beheerseht door Sri Pamekas. vorst van Galoeh. die een dochter had Dajang Soembi of Njai Dajang Soembi geheeten. Deze laatste had een zoon Sang-Koeriang een voortreffelijk jager. Od een goeden dag twistte Njai Dajang Soembi hevig met haar zoon en sloeg zij hem met een hard voor werp. wat een diepe wonde veroorzaakte. Hevig vertoornd verliet Sangkoeriang het ouderlijk huis en begon een zwervend leven te lelden, waarbij hfj zich over geheel Java een sterke aanhang verwierf. Na lange Jaren voerden zijn zwerftochten hem terug naar Priangan. Ondertusschen was Dajang Soembi bij den vorst van Galoeh in ongenade ge vallen en was rij meer naar het Westen gevlucht, naar de vlakte van Bandoeng. Al daar ontmoetten moeder en zoon elkaar zonder elkaar weder te herkennen. Nog altijd was Dajang Soembi zeer schoon en het geviel dus, dat Sangkoeriang verliefd werd en een aanzoek deed naai de hand van Daiang Soembi. Onbekend met de nauwe bloed verwantschap nam zij dit aanzoek aan. Op een goeden dag zat het verliefde paar gezellig bij elkaar en Dajang Soembi was al liefkoozend bezig het hoofd van de aangebedene van ongedierte te reinigen, toen zij plotseling een l'tteeken daarop ontdekte waardoor de waarheid haar geopenbaard werd. Vol schaamte en vrees trachtte zij nu het aanstaande huwelijk te verhinderen, en daar Sangkoeriang steeds heftiger aandrong zocht zij haar toevlucht tot een list. Derhalve stelde zij aan Sangkoering den eisch, dat hij een dam door de rivier de Tjl- taroem zou leggen, waardoor de hoogvlakte van Bandoeng in een meer zou veranderen. Op de vlakte van dit meer zouden zij dan in een prauw gaan spelevaren. Daarbij zorgde hij, dat haar wensch onuitvoerbaar werd, doordat zij wenschte. dat alles in een nacht gereed zoude zijn, dan zouden zij den vol genden morgen 'runnen trouwen. Nu be schikt een Javaansche held altijd over een heirleger van behulpzame geesten en hij riep zijn dewata's dus bijeen en zette hen aan het werk. Een gedeelte zijner soldaten zond hü naar de plaats waar de TJitaroem zich bruisend een weg baant, door een nauwe kloof en ge lastte hen met behulp der dewata's een stee- nen dam op de nauwste plaats te maken. Geheele heuvels moesten daarbij verzet wor den, maar dat is in een legende geen be zwaar. De overige soldaten werden de bosschen In gezonden om van de lichtste houtsoorten een reusachtige prauw te bouwen, zoo groot, dat daarin het geheele leger zich zou kunnen inschepen. De vrouwen der soldaten legden vuren aan en zorgden voor het klaar maken van het bruiloftsmaal. Ondertusschen was Dajang Soembi, niet meer gekweld door zorgen, rus- vm. tig gaan slapen, overtuigd als rij was van de onmogelijkheid van de door haar geëischte taak. Maar zij zorgde or toch *or. de vlakte van een naburigen heuveltop af te doen be spieden. Tegen middernacht brachten boodschap pers haar het bericht dat Sangkoeriang zeer gesteund in zijn werk door zijn geestenleger en door de stralende maneschijn in zijn werk geslaagd was. dat de vlakte *'an Bandoeng bezig was over te gaan in een meer. terwijl hij zelf zich gereed maakte om zich in te schepen om zyn b-uid te gaan afhalen. Vo! ar.gst riep Dajang Poembt de almach tige goden aan en smeekte Bram ah. den schepper, haar te willen helpen. Dc-ze zond een geest, een doekoen, die haar de blade ren gaf van een Soenjadjajaboom. welke be giftigd waren met geheime krachten. Vlak om den dam wierp zij deze bladeren in het meer, het water begon te koken en te brui sen, ondermijnde den dam en zocht met reuzenkracht een uitweg uit de hoogvlakte, aldus de Sangkiang Tlkoro vormende. De vorst Sankoerlang. die zich ondertus schen met zijn heirscharen op de prauw begeven had. werd midden op het meer door den plotseling opkomenden storm overval len. de volgeladen prauw kantelde en zoo wel Sangkoeriang als het hem vergezellende leger kwamen in den razenden stroom om. De prauw veranderde in een berg, nog steeds Tangkoeban Prahoe genoemd (het Soendaneesche tangkoep beteekent omkeerco of kantelen). Dajang Soembi had het ongeluk aan schouwd en vol wanhoop stortte zij zich ven de Prauw naar beneden en werd in den dood hereenigd met Sangkoeriang. Op de plaats waar zij zieltogend ter aarde viel ontstond een der kraters de Kawah Ratoe. Ondertusschen waren de offer- en brul- loftsvuren in de Prauw blijven branden en zij doen dit nog ten huidieen dage, en rook en damp stijgt op uit de tallooze sulfatoren langs de hellingen der prauw. Deze legende stemt vrij goed overeen met. de geologische waarnemingen waaruit met vrij groote zekerheid valt af te leiden, dat de Bandoengsche hoogvlakte inderdaar in voorhistorische tijden een meer geweest moe zijn. Men apnrecieert de legende nog te m°er als men on de n'aats zelve vertoeft en ziet. hoe duidelilk de bovenkant, van de vulkaan on een omgekeerd bootje lijkt De legende gaat nog vp^°r pn vertelt dat nog ♦a''-i'ke andere overblijfselen van deze tragische his torie hertaan. Volgens de overlevering dan had Sangkoediang zijn boot uit een enkelen stam doen hakken. Natuurlijk is dat een knaap van een boom geweest het onderstuk bleef staan, de stronk dus (Soendaneesch toenggoel). De overb'Mfseien zijn te zien in de Boekit Toengeoe De bladerenkroon (boe- rantrrang) die afgehakt werd is nog weer te vinden in de Goenoeng Nu leggen de drie bergen Boekit Toenggoel. Prahoe en Boerang- rang precies in een rechte lijn. Het meest Oostelijk vindt men de Boekit Toenggoel, waarvan de eene kant bijzon der steil, terwijl de andere kant lang zaam glooiend afloopt. De geheele vorm van den berg is zeer in t oog vallend. In het ll«+ rt» Dnuw wanr reeds over ge sproken werd. Het meest Westelijk ligt de Boerangrang, een uitgedoofde vulkaan, waarvan de kraterbodem en een gedeelte der machtige omwalling daarvan ingestort is, zoodat haar voorkomen al bijzonder grillig en onregelmatig is. De groote slijpsteen waarvan de gedien stige geesten de dewata's zich bedienden ver anderde in water en vormde een rivier die zich onder den naam Tjikapoendoeng in de Tjitaroem stort. De voorwerpen, die voor het huwelijk be stemd waren veranderden eveneens in ber gen en zoo ontstonden Koekoesan of rijst— koker. TJientaleig of Uefdetranen, Roed- jang of Kapnees, Goenoeng-Wanji, de wel riekende berg, Tjipengasahan of slijpsteen- water. De aardhoopen en steenklompen van den dam veranderden in de heuvels Fasir Ajam. Goenoeng Tjanoeng en Goenoeng Sinang. De legende zoóals ik die u hfer met en kele wijzigingen weergeef, is opgeteekend in verschillende gidsen over Bandoeng. Verschillende andere lezingen over hef verhaal zijn te vinden fn de Gids van Ban doeng en Midden-Priangan, door 6. A. Reits- ma en W. H. Hoogland. E. A. KR EIKEN. WAARSCHUWING De commissaris van politie, 2e afd., te Utrecht vestigt de aandacht op een onbekend manspersoon, zich o.a. noemende Box, J. Bosch Azn. en J. A. de Vos. Signalement: lengte ong. 1.70 M., mager, bleek gelaat, grof gebouwd, loopt hoog in de schouders, leeftijd ong. 40 jaar. Hij is gekleed met grijs colbertcostuum, grijze pet (ook wel slappen hoed) en donkere overjas. Hij maakt den indruk een buitenman te zijn. Als bij zonderheid wordt nog opgemerkt, dat zijn gebit opvallend is afgesleten. Hij bezocht te Utrecht o.a, een bouwkun dig teekenaar wien hij verzocht een plan te maken voor een vereenigiugsgebouw te Westbroek; een musicus, wien h\j verzocht op te treden als jurylid bij een zangconcours te Vlanen; een kunstschilder, wien hij ver zocht een schilderij te maken voor den r-jjs van 500.hetwelk moest dienen om aan ds. Hoek, predikant te Oudewater, aan te bie den bij gelegenheid van diens 50-jarig jubi leum. Ook heeft zich al eens uitgegeven voor opzichter van den Rijks-Waterstaat. Voor zoover bekend heeft hij tot heden nog niet getracht zich op een of andere wijze te bevoordeeien, zoodat niet bekend is, met wel ke bedoelingen hij deze verhalen, welke bij onderzoek onjuist zijn gebleken, heeft ge daan. HEEMSTEDE HUISVLIJT ALS HULPMIDDEL BIJ DRANKBESTRIJDING. Reeds kort nadat de afdeeling Heemstede van den Volksbond tegen Drankmisbruik zich was gaan bezig houden met het geven van huisvlijtcursussen teneinde de menschen zooveel mogelijk aan den hulselijken haard te binden, richtte zij tentoonstellingen van het gemaakte in. De oorlog bracht hierin verandering, maar na den oorlog werd in 1926 weer ee.n tentoonstelling gehouden en ook dit jaar is er weer een, die Zaterdag INGEZONDEN MEDEDEEI.INGEN a 60 Cta. per regel BLIJFT JONG, KWIEK en STERK door goed voedsel: eet geopend werd in de gymnastiekzaal van de openbare lagere school aan den Voorweg. Jammer genoeg waren de inzendingen van door de dames vervaardigde handwerken n|et talrijk, maar de kwaliteit van het houtsnij werk blijkt steeds beter te worden. Er is groot verschil in stijl tusschen wat vroeger en wat nu gemaakt wordt, het eer ste was niet altijd practisch, het laatste past zich aan bij moderne interieurs. Er was ook heel mooi reliefwerk in linoleumsnede, voor het meerendeel gemaakt door leerlingen van den heer F. H. van Emmerik, houfczaagwork teeken- en schilderwerk, zooals de water- verfteekenlngen van drie leerlingen der hoogste klassen van iedere school, naar een vast motief, de brug van het oude slot, vlechtwerk. Veel belangstelling trok ook een zelfver- vaardigd weefgetouw, een inzending van den heer L. v. d. Hoovaart. Een groot deel dei- ruimte was ingenomen door de collectieve inzendingen van de St. Jozepsgezellcn cn het Patronaat, studenten van Hageveld en de St. Augustinusschool. Onder de vele belangstellenden merkten wij Zondag op den burgemeester jhr. J. P. W. van Doorn en wethouder dr. E. A. M. Droog, en verschillende raadsleden. De jury, bestaande uit de heeren Jan Wiegman, teekenaar, D. Kikkert, hoofd der O. L. School, H. Vermeer, leeraar in siöjd en voor handwerken de dames: mevr. C. Buiten huisvan Ouselen en mevr. E. Quarles van UffordDolleman kende een groot aantal prijzen toe. bestaande in medailles en bekers Den heeren F. H. v. Emmerik en H. Vermeer werd een herinneringsbeker aangeboden, mevr. De VoogU-de Vogel reikte de prij zen uit met toepasselijke woorden tot ;der, die een aand.ee! heeft gehad in het welsla gen der toonstelling. Vereenigings-Drukwerk Handels-Drukwerk Familie-Drukwerk Massa-Oplagen Periodieken IDRUKKERIJ1 IHAARLEM Uitsluitend goed verzorgd druk werk. Od den tijd die wij beloven. Tegen billijke prijzen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 7