ROOFMOORD TE AMSTELVEEN.
Waar de ramp geschiedde.
De Graf Zeppelin'heeft pech.
:®Èp
36e Jaargang No. 14079
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
Vrüdag 17 Mei 1929
HAARLEM S DAGBLAD
DIRECTEUREN! J. C. PEEREBOOM EN P. W. PEEREBOOM.
UITGAVE DER N.V. LOURENS COSTER
HOOFDREDACTEUR: ROBERT PEEREBOOM
ABONNEMENTEN: per week 102714, met Geïjlusteerd Zondagsblad 0.32.
Per 3 maanden: Haarlem en plaatsen waar een agent gevestigd is (kom der
gemeentel f 3.5754. Franco per post door Nederland 3.S7& Losse nummer»
0.06. GeïlL Zondagsblad per 3 maanden f 0.5754. franco per post.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Administratie 10724, 14825 Drukkery 10122, 12713 Postgiro No. 38810
ADVERTENTIENl 1—5 regels 1 1.75. elke regel meer 1 0.35. Reclames
70.60 per regeL Reductie bij abonnement Vraag en Aanbcd 14 regel» f 0.60t
elke regel meer /0 15, buiten Arrondissement dubbele prijs- Onze Groentje»
(Woensd- en Zaterd.) 14 regels 0 25. elke regel meer /0.10. uitsl. a contant
Gratis Ongevallenverzekering voor Weekabonnés. Uitkeeringen: Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog f 400.-, Duim f 250.-, Wijsvinger f 150.-, Elke andere vinger f 50.-, Arm- of Beenbreuk f 100.»
DIT NUMMER BESTAAT UIT ZESTIEN BLADZIJDEN.
EERSTE BLAD
Bejaarde vrouw gewurgd.
SLECHTS f 60.— ONTVREEMD.
E...I SMIDSJONGEN AANGEHOUDEN, MAAR WEER IN VRIJHEID GESTELD.
Nieuwe Meerlaan No. 2 te Amstelveen is
een kleine boerderij, die bewoond wordt door
den heer Hoogeveen. Bij he min woont de 66-
jarige juffrouw G., die voor hem het huis
houden waarneemt. Hoogeveen was tegen
half tien Donderdagmorgen naar het ge
meentehuis gegaan om belasting te betalen.
Bij zijn thuiskomst vond hij juffrouw G. in
de woonkamer op den vloer liggen met een
touw om den hals en met gebonden handen.
Zij bleek geworgd *te zijn. Een ontboden ge
neesheer kon geen hulp meer bieden. Uit den
toestand in de kamer bleek, dat aan de mis
daad een worsteling was voorafgegaan. Ook
de doode droeg daarvan de teekenen op het
lichaam. Aan de marechaussee te Amstel
veen werd kermis gegeven. De opperwacht
meester begaf zich dadelijk naar de boer
derij. Het bleek bij zijn ingesteld onderzoek,
dat het geld een bedrag van 60 was ver
dwenen.
Donderdagmiddag is ook het parket uit
Amsterdam ter plaatse geweest. Het lijk van
de 66-jarige vrouw is in beslag genomen en
naar het gemeentehuis overgebracht. Heden
zou er een sectie op verricht worden.
Naar de daders van dezen roofoverval werd
een onderzoek ingesteld. Een jonge man werd
gearresteerd, maar weer vrij gelaten, omdat
hij zijn onschuld volkomen kon bewijzen.
Donderdagavond zijn echter in Amsterdam
twee mannen gearresteerd, in wie men de
vermoedelijke daders meent gevonden te
hebben. Zij zijn nog gisteren naar Amstel
veen overgebracht.
De buren hadden niets ge
merkt.
Het Hbld. meldt nog-, dat Hoogeveen de
buren van de slechts door een dunnen wand
van zijne woning gescheiden, andere behui
zing riep, toen hij thuis was gekomen. Deze
menschen waren in den voormiddag buitens
huis en hebben niets verdachts gehoord noch
bespeurd.
Het werken met den politiehond uit Am
sterdam. had geen resultaat. De justitie, die
het. géval als „roofmoord" beschouwt, hoorde
enkele personen ter plaatse, nam eenige
voorwerpen en hét lijk van de verslagene in
beslag, dat nog gisteravond naar het Wil-
helminagasthuis te Amsterdam werd over
gebracht.
De strop van te voren klaar
gemaakt?
De Tel. meldt nog:
Het touw, voor deze gewelddaad gebruikt,
was bruinachtig, grof en vezelig paktouw.
Aan het eind van dit touw was het leder van
den slag van èen zweep bevestigd en dit was
dusdanig geknoopt, dat de lus van de strop
door het leder gevormd werd. Dit zou er op
kunnen wijzen, dat deze strep niet voorbe
dachten rade tevoren was klaargemaakt. Hij
was met kracht om den hals van de vrouw
geknoopt en hierdoor waren bloedende ver
wondingen ontstaan. Trouwens ook het ge
laat van de weduwe G. vertoonde letsels,
waaruit gevoegelijk de gevolgtrekking ge
maakt kan worden dat de bejaarde vrouw
zich krachtdadig tegen haar aanrander, mo
gelijk tegen haar aam-anders, heeft verzet.
De wijze van binden doet de vraag rijzen of
dit het werk is van één persoon.
Ook het vertrek vertoonde de. gevolgen van
een verwoede worsteling. De meubelen wa
ren van de plaats geschoven. De grond was
bedekt met den inhoud der kasten die door
de daders waren omgetrokken. Over de wijze
waarop alles in het vertrek op den vloer lag
was duidelijk te zien, dat de dader in groote
haast had gehandeld.
De smidsjongen is nog bij
het huis geweest.
Het onderzoek met een politiehond dat met
de bekende accuratesse plaats vond, bracht
aan het licht, dat tijdens de afwezigheid van
Hoogeveen, de zoon van den smid aan de
hoeve was geweest. Hoogeveen had eenigen
tijd geleden nl. aan de smederij een zeis ge
bracht, met de opdracht deze te doen slijpen.
Deze zeis werd in de hoeve aangetroffen:
zij was daar nog niet toen de landbouwer de
deur uitging, zoodat zij daar in den loop van
den ochtend gebracht moet zijn. Nu wilde
bovendien het toeval wij zouden haast zeg
gen het noodlot dat Hoogeveen, toen ïij
geheel van streek naar den dokter ijlde den
18-jarigen zoon van den smid ter hocgte van
het bruggetje had ontmoet. De voorzichtig
heid gebood dus, dat deze jongeman werd op
gezocht.
Het duurde niet lang, of de politie had
hem gevonden. De jongeman schrok merk
baar, toen hij in het vertrek werd gebracht.
Hij ontkende iets van het misdrijf af te we
ten en zeide, dat hij de zeis gewoon aan de
hoeve had afgegeven. Hij had niets verdachts
bemerkt en het slachtoffer had in levenden
lijve de geslepen zeis aangepakt. Met het
oog op de vermoedens van worsteling liet
men den jongen zich ontkleeden en onder
zocht men hem.
Bezwarende feiten.
Het bleek, dat de knaap in het linker borst
gedeelte een vex-wonding vertoonde, die eeni
gen tijd geleden moest hebben gebloed. In
zijn hemd op de correspondserende plaats
was een gat, dat aanvankelijk niet ten gun
ste van den jongen was. En om de verden
king nog stei-ker te maken rapporteerde een
der politiebeambten, die in de woning van
den smid een onderzoek had ingesteld, dat
in het bed van den knaap een met bloed be
vlekte zakdoek was aangetroffen.
Op deze bezwarende feiten deelde de jeug
dige arrestant echter mede, dat die zakdoek
het eigendom was van zijn broertje. In den
loop van den dag werd zijn verklaring nog
nader onderzocht; de jongeman werd zoo
lang ondergebracht in de marechausséeka-
zerne nabij het stationnetje. Een nader on
derzoek werd ook ingesteld naar de wond,
die hij in de borst geki-egen had. Het is zeer
waarschijnlijk, dat deze veroorzaakt werd
door een stomp voorwei-p, hetgeen klopt met
de verklaring van den jongen, die zeide. dat
hij het letsel in de smedex-ij had opgedaan.
De bebloede zakdoek bleek voorts inderdaad
van zijn kleine broertje te zijn. Niettemin
werd hij voorloopig in bewaring gehouden,
maar later weer in vrijheid gesteld, daar de
voorloopige algemeene indruk was, dat de
jongexi niet schuldig is aan den moord en- er
ook niets van weet.
VOOR DE AGENDA
wij naar de tweede -pagina van
verwijzen
dit blad.
Gezicht op Cleveland,
Het woord is aan
Ralph Waldo Trine
Slechts datgene dat uit het hart komt kan
het hart bereiken.
DE „GRAF ZEPPELIN" KEERT
TERUG.
Krukas gebroken.
LANGZAAM TEGEN DEN MISTRAL
VOORUIT.
(Zie ook onder telegrammen).
FRIEDRICHSHAFEN, 16 Mei (V.D.) Vol
gens een draadloos bericht van boord van
„Graaf Zeppelin", is de vlucht naar Amerika
plotseling afgebroken, daar de machines on
regelmatig functionneerden, zoodat het niet
raadzaam is den tocht over de Oceaan voort
te zetten. Dr. Eckener heeft na overleg met
de passagiers besloten naar Friedrichshafen
terug te keeren en den tocht eerst na ophef
fing der storing te vervolgen.
BERLIJN, 16 Mei (VD.) Naar uit
Friedrichshafen gemeld wordt, wil de Graf
Zeppelin langs denzelfden weg terugkeeren
naar Friedx-ichshafen. Naar nader bericht
wordt zijn door het motordefect (het bre
ken van een krukas) 2 motoren buiten wer
king gesteld, dr. Eckener is van meening na
het uitvallen van deze motoren de verant
woording niet op zich te kunnen nemen van
een overtocht over den Oceaan. Op het mo
ment waarop de Zeppelin zich keerde, be
vond het luchtschip zich op oxxgeveer 20 zee
mijlen ten Z. O. van Kaap de la Nao (tus-
schen Valentia en Alicante). De weersom
standigheden schijnt voor den terugtocht
niet zoo gunstig te zijn als voor het vertrek.
De Tel. schrijft nog:
Tot zes uur was de tocht van de „Graf
Zeppelin" zeer voorspoedig het gevaar
te bereikte zelfs een i-ecordsnelheid. Na wes
telijk Marseille te zijn voorbijgevlogen, be
reikte het luchtschip de kust van de Mid-
dellandsche Zee en zette koers naar Perpig-
nan. Om 2 uur 45 verscheen het boven Bar
celona; de Zeppelin vloog zoo laag, dat de
menschen op stx-aat de passagiers van uit de
gondels koxiden zien wuiven, hetgeen met ge
juich beantwoord werd. Het luchtschip ging
in Zixidelijke richting verder; men hoopte
des avonds om ongeveer 8 uur Gibraltar te
bereiken. Tegen halfzeven begonnen echter
de motoren de storingen te vertoonen, die
dr. Eckener deden besluiten om te keeren en
naar Friedrichshafen terug te vliegen. Bij
onderzoek bleek te transmissie-as van twee
motoren gebroken te zijn! In vakkringen
wijst men er op, dat deze assen bij de tegen
woordige constx-uctie van de Zeppelin geheel
bloot liggen.
Het luchtschip zon met verminderde snel
heid de reis hebben kunnen voortzetten, in
dien zulks noodzakelijk ware geweest. Men
neemt daarom aan, dat de Zeppelin zonder
groote moeite naar Friedrichshafen zal kun
nen terugkeeren.
FRIEDRICHSHAFEN, 17 Mei (VD.) Bij
den Luchtscheepsbouw „Zeppelin" is van
boord van den „Graf Zeppelin" het volgende
radiobericht binnengekomen: 1 uur 30 tach
tig zeemijlen ten zuiden van de Rhonemond,
komen tegen den mistral langzaam vooruit."
DE RAMP IN CLEVELAND.
Reeds 125 dooden
GEHEIMZINNIGE VERSCHIJNSELEN.
LANGZAME VERNIELING DER
BLOEDLICHAAMPJES?
NEW-YORK, 16 Mei (V.D.) Het aantal
der slachtoffers van het ontploffingsongeluk
in Cleveland is gestegen tot 125. De deskun-
digexx zijn het er nog niet over eens welk
gas verantwoordelijk is voor de ontzettende
uitbreiding van de catastrophe. Het is opval
lend, dat vele betrokkenen eerst later over
lijden, terwijl het er eerst uitzag, alsof bij hexi
geen gasvergiftiging opgetreden was. Voor
het einde voelen zij zich heel goed. Plotseling
daarop treedt dan de dood in. Men vreest
daarom, dat er nog meer sterfgevallen zullen
voorkomen, ook onder degenen, die er thans
welvarend uitzien. Talrijke personen, die
naar den braxxd gekeken hebben zijn onder
weg naar huis overleden. Onder de dooden
bevinden zich behalve 6 dokters ook nog
matrozen, brandweerlieden en verplegers.
Het gas schijnt de bloedlichaampjes lang
zaam te vernielen. De deskundigen herinne
ren aan dergelijke verschijnselen aan het
Westelijk front tijdens den wereldoorlog.
Sommigen denken aan stikstof gassen, ande
ren aan Broomgas.
Dc oorzaak van het ongeluk schijnt kort
sluiting te zijn geweest. Volgens dc laatste
hier uit Clevelaixd binnengekomen berichten
kan men verwachten dat het aantal dooden
nog zal stijgen tot 160,
POTPOURRI PER RADIO.
Als de omroeper gaat zeggen:
„Nu een potpourri tot besluit",
Trek ik vóór het kan beginnen,
Resoluut 't contact eruit.
Een stuk van dit, een brok vaxi dat,
Fragmenten van ik weet niet wat,
Een wals, een nxarsch, niet afgemaakt
Een ouverture opeens gestaakt,
Een lied in 't midden doorgezaagd,
Daar wox-dt de luisteraar mee geplaagd.
Wie zelf zich in de rede valt.
Voortdurend van wat anders kalt,
Die maakt, als hij tot anderen praat,
Toch iederen hoorder desperaat.
't Is of hij maar voortdurend hikt,
Zich onophoudelijk verslikt,
Zoo is dan ook een potpoxxrri,
Onafgewerkte melodie.
Daarom zeg ik tot de heeren,
Die orkesten dirigeeren.
Potpourri's zijn uit den boozen,
Voortaan die dus niet gekomen.
Eerbied voor de scheppers, die
Schreven schoone melodie!
TOM DE RIJMER.
BRAND TE BEVERWIJK.
DE OUDE MOLEN DER BEVER-
WIJKSCHE EXPORTVEILING IN
ASCH GELEGD.
De Beverwijksche Export veiling, waar eiken
zomer groote hoeveelheden aardbeien wor
den geveild, oefent haar bedrijf uit in een
tweetal gebouwen nabij het station.
Een dezer gebouwen, het onderstuk van
een ouden molen diende voorhéén als veiling
gebouw doch na den bouw van de hal daar
naast, werd daarin allerlei materiaal opge
slagen. Reeds eenige malen heeft de brand
weer den ouden molen tegen het vuur moeten
beschermen, waarbij zij er steeds in slaagde
het gebouw te behouden. Steeds waren het
jongens die door het stoken van vuurtjes
den brand hadden veroorzaakt.
Donderdagmiddag werd de brandweer op
nieuw gealarmeerd voor een brand in den
molen. Ditmaal toog zij er met de nieuwe
motorspuit op uit, om daarmede den strijd
met het haar vijandige element aan te bin
den. Maar een goede brandspuit alléén kan
het bij een brand niet doen; daarbij is tevens
een goede organisatie noodig en deze was
ditmaal afwezig. Want toen men de slangen
had uitgerold bleek het, dat de boel niet
paste.
Inmiddels woedde het vuur hevig in het
grootendeels uit hout bestaande gebouw en
in de daarin aanwezige kisten, sloffen, er_z.,
zoodat toen men eindelijk water kon geven
er aan redding niet meer te denken viel.
De hevige vuurzee had inmiddels ook de
veilinghal, waarin het kostbare veilingtoestel
staat, aangetast. De brandweer brak de
deuren open en leverde thaxis het bewijs,
dat zij niet heelemaal voor niets kwam. aan
gezien dit gebouw gespaard bleef. Aan de
achterzijde is echter al het houtwerk ver
brand en zijn alle ruiten vernield terwijl ook
de aan dien kant gelegen kisten door hel
vuur beschadigd zijn.
Nadat de brandweer gedurende ongeveer
anderhalf uur met drie slangen het vuur had
bestreden, was het ergste leed geleden. De
oude molen was eindelijk ten onder gegaan
aan een onheil, dat hem zoo vele malen
heeft bedreigd.
Van een groote partij vaten pulp, die rond
om het verbrande gebouw lagen opgestapeld,
werd van een honderdtal de deksels door de
groote hitte vernield, zoodat de inhoud naar
buiten kwam. Alles is verzekerd.
De leiding van de brandweer was in han
den van den commandant A. Blom.
De heeren G. K. de Bie, gem. architect en
H. J. de Groot, directeur der Licht bedx-ijven
waren eveneens aanwezig.
HAARLEM, 17 Mei
Een Verloren Veldslag.
Er heeft zich een kleine lapsus voorgedaan
bij ons Legerbestuur, die tot volledige uiting
is gekomexx in de volgende offlcieeie mede-
deelixig:
's-GRAVENHAGE, 8 Mei. - In antwoord
op desbetreffende schriftelijke vragen
van mr. Bijleveld zegt de minister ran
Defensie dat hem bekend is, dat door
tusscheixkomst van het Rljkslnkoopbu-
reau een hoeveelheid van plusminus
34.000 meter grijs kepilaken uit den
/■legervoorraad is verkocht. De verkoop
prijs bedraagt f 0.73 per meter, de ge
middelde kosten van aanschaffing (in
de jaren 1917, 1918 en 1919) bedroegen
f 13.62 per meter. Deze aankoopen zijn
geschied vóór de invoering van de hel
men als hoofdbedekking te veld: en bij
oefeningen. Het laken is verkocht, omdat
het niet ixx zoodanige coxxditie verkeerde
dat het voor een ander doel kon worden
aangewend.
Verder merkt de minister op, dat reeds
voor eenige jaren het voornemen be
stond om de kepi en de veldmuis voor
den soldaat door een vouwbaar hoofd
deksel te vervangen, dat zoowel in de da-
gelfjksche tenue gedragen als te velde
gevoerd kan worden. Tengevolge van da
voorhanden voorraden kepi's en veld-
mutsen kon daaraan tot nog toe geen
uitvoering worden gegeven. Nu de voor
raad kepi's en veldnxutsen zoodanig is
verminderd dat binnen afzienbaren tijd
dit nieuw model hoofddeksel moet wor
den aangemaakt, wox-dt binnenkort van
den hoofdintendant, na overleg met de
hoogste legerautorltelten een voorstel te
dien aanzien ingewacht.
De minister vertrouwt, dat dit model
zal voldoen aan den eisch van netheid
en uiterlijk voorkomen aan de Holland-
sche militairen te stellen.
Deze regeeringsverklaring is niet ontvan
gen met de cynische kalmte die zij zelf
ademt, en met den dankbaren eerbied die het
wijs beleid der overheid ten allen tijde be
hoorde te oogsten. Er is in de pers cenig
bitter sarcasme aan gewijd, en mr. Frans
Coenen wijdt er in De Groene een Kroniek
aan. waai'in hij er zich zeer boos over maakt.
Hij schrijft o.a.: ,,Zou men niet zeggen,
dat zorgvuldig eenige der voornaamste be
zwaren tegen het militairendom in dit ver
wonderlijk communiqué bijeengebracht
waren?
Onverstand, zorgeloosheid, onverantwoor
delijkheid, pietluttigheid en kindex-achtig
formalisme komen hier broederlijk te zamon
en bieden bovendien nog een staal van het
procédé, in de ambtelijke bureaux aange
wend. om. eenvoudig gezegd, „de kluit te be
duvelen". Hij besluit zijn beschouwing met:
„Zelden zag men wanbeheer, kwakzalverij
en onnoozele malligheid in zoo kort bestek
bijeen en, als 't ware, een symbool vormen
van hetgeen in vredestijd een leger telkens
weer blijkt te zijn: een ietwat hatelijk in
stituut ten bate van zeer middelmatige en
kinderlijk formalistische geesten".
Zoo schrijft Frans Coenen. Ik ben het in
zooverre niet met hem eens, dat dit al te
zeer op schelden lijkt. Het is niet fijn om
te schelden, en "net helpt bovendien niets.
Het maakt weinig indruk. Ook beschikt het
leger over een aantal functionarissen die,
als zij daartoe officieel werden aangezocht,
terug zouden kunnen schelden in een ter
minologie, die Fraxis Coenen's woorden verre
in der schaduw zou stellen. Ik weet niet
of hij ooit in dienst is geweest. Ik wel. Twee-
en-half jaar lang. Welnu, als hij deze levens
ervaring niet heeft opgedaan is hem een
gedeelte van de Nederkmdsche taal onbe
kend. waarbij vergeleken zijn booze taal uit
zoetige salontermpjes bestaat. Laat hij zich
niet in dezen ongelijken strijd begeven, exx
De Groene niet in de pijnlijke noodzaak
if IlfSSBF/
Hierboven een foto van den start van de Graf Zeppelin" die -Ach
geer, op den terugweg bevindt*
liddels reeds