HAARLEM'S DAGBLAD
EERSTE KAMER.
STADSNIEUWS
BINNENLAND
BIOSCOOP
ZATERDAG 22 JUNI 1929 TWEEDE BLAD
21 JunL
De financiëele verhouding. Zuiderzee-tegenvaller»,
Een gelukkig minister.
REMBRANDT-THEATER.
Het Huwelijksnest.
Wie gaarne het spel van Harry Liedtke
ziet, moet van de week naar het Rembrandt
Theater aan de Groote Markt gaan, want
daar kunnen ze hem aan het werk zien in
een dol-vermakelijke film, getiteld „Het Hu-
welijksnest". De inhoud daarvan laat zich
niet met een enkel woord vertellen, maar
het komt vrijwel hierop neer, dat de vrou
wen het met hun lieftalligheid altijd win
nen, zelfs als het betreft een vreeselijk
strengen overste of een dito minister van
oorlog te verteederen, wanneer een paar on
deugende luitenants wegens hun uitspattin
gen gestraft moeten worden. Ritmeester
Von Spahn en luitenant Lanow worden we
gens plichtsverzaking overgeplaatst van
Weenen naar het vijfde regiment Uhlanen
in het provinciestadje Kutlice, waar het
voor de meeste officieren zóó vervelend is;
dat zij maar in vredesnaam gaan trouwen
Daarom wordt dit stadje „Het Huwelijks-
nest" genoemd. Welk een oproer er onder de
eerbare inwoonsters van Kutlice ontstaat,
als het chique Weensche cabaret „Salon
Rosa" daar gastvoorstellingen komt geven,
is bijna niet denkbaar. En als de dames van
dit vroolijke gezelschap op. last van den
burgemeester van Kutlice „uit naam der
burgerlijke ordentelijkheid" deze gemeente
moeten verlaten, maar zich om daaraan te
ontkomen in luitenantsuniformen steken,
kent de woede van de Kutlicer vrouwen geen
grenzen meer. De onschuldige 16-jarige
prins August wordt daar de dupe van. De
inwoonsters zien hem namelijk ook voor
zulk een verkleede danseres aan en zij gaan
hemennfln, wat ze met hem nog wel
midden op straat gaan doen, moeten de le
zers vooral eens gaan zien.
Vóór de pauze draait de hoogst interes
eante UFA-filra „Een opleidingsschool voor
verkeersvliegeniers", waarbij men kan zien,
wat de aanstaande vliegeniers moeten lee-
ren ïn een cursus, die vier jaar duurt. Poly-
goon's Hollandsch nieuws is als steeds ac
tueel.
Een welkome afleiding in de voorstelling
gaven de gladiatoren Les Omero's. Wat deze
twee lenige en sterke mannen laten zien, is
bijna onbegrijpelijk. De toeschouwers hou
den van spanning den adem in. Een luid
applaus is hun welverdiend loon.
Vermelden we nog, dat een geestige twee-
acter, genaamd „Schei maar uit! Wat een
baby!", telkens een lach-salvo ontlokt.
Een. mooi programma!
CINEMA-PALACE.
Fred Thomson met „Silver
King" en „De IJzeren Klauw".
Het is jammer, dat dit mooie programma
maar 3 dagen gaat. Het mooie, uitgebreide
„Wereldnieuws" wordt gevolgd door de zeld
zaam leuke klucht „Spuit XI", waarin Wal
lace Bury en Ramond Hatton de hoofdrol
len vervullen. De vriendschap van deze
twee helden va,n het witte doek vindt in
verschillende films zijn oorsprong in een ge
meenschappelijke onaangename situatie,
waarin zij door een onderlinge ruzie komen,
Zoodra zij in bovengenoemde situatie komen
verandert hun aanvankelijke vijandschap in
een vriendschap door dik en dun van twee
gezworen kameraden. Het is een film, waar
om geschaterd wordt.
„De IJzeren Klauw" is van geheel ander
gehalte. Het is een film, die speelt in den
tijd, dat de karavanen nog met huifkarren
door de woestijn trokken en niet zelden
door de Indianen aangevallen en uitgeplun
derd werden. Fred Thomson, die met zijn
prachtig paard, Silver King, de rol heeft
van den onverschrokken held, die altijd als
overwinaar uit den strijd komt. zorgt met
de andere medespelenden voor veel span
ning. Vooral in de race met de zes paarden
spannen en aan het slot in het gevecht met
zijn tegenstander en vijand, zitten de toe
schouwers, om een populair» schooluitdruk-
king te gebruiken, hem te knijpen. Al we
ten we, dat in de film, ten lange leste de
deugd altijd zegeviert en den kwade zijn
straf krijgt, is het ons lang niet onverschil
lig hoe het verloop van een en ander is en
zijn we dolblij, dat de film afloopt, zooals
hij afloopt.
LUXOR-THEATER.
„De Hemel in pyjama" en „De
Gele Taverne" met Myrna
Lay en Anna May Wong,
Het programma opent met een uitstekend
gespeeld muzieknummer van Mendelssohn,
waarna we een bezoek brengen aan Oud-
Heidelberg, de oudste universiteitsstad van
Duitschland. We kunnen weer genieten van
het vele schoone dat natuur en kunst ons
schenkt.
„De Hemel in pyjama" is een werk met
vele leuke tafereelen, vooral wat het komi
sche betreft willen we eerst noemen de ar
tist die de rol van Dr. Pinner vervult. Het
geheel is anders nogal zonderling. Twee ar
me slokkers besluiten bij elkaar te gaan wo
nen en alles eerlijk te deelen, totdat er een
bericht komt dat „de" oud-oom is overleden
en al zijn geld aan zijn neef nalaat onder
voorwaarde echter dat deze niet met een
meisje mag trouwen, maar het toeval wil
juist dat hij pas een aanzoek om de hand
van een meisje gedaan heeft. Er ontstaan
heel wat verwikkelingen, totdat de raad van
Dr. Pinner wordt opgevolgd en de vriend
met het bewuste meisje zal trouwen, maar
zij wordt de vrouw van den ander. Dat dit
tot veel malle situaties aanleiding geeft is
te begrijpen en we geven de(n) lezer(es) in
overweging de knoopen zelf te gaan ont
warren.
„De Gele Taverne" Is van geheel anderen
Inhoud en voert ons naar Singapore, de stad
waar blank en geel, bruin en zwart, door
elkaar krioelt. Daar brengen we een bezoek
aan de Gele Taverne waar Su en Bill de
Steker regeeren. In de Amerikaansche am
bassade is ook majoor Nowells en zijn doch
ter Barbara aanwezig. Dit meisje heeft Lon
den verlaten voor een geschiedenis met
haar verloofde, Grr-gory Kent Deze is ook al
in Singapore, ziek naar lichaam en geest en
als hij in overspannen toestand er een eind
aan wil maken, wordt hij gered door Nan
Toy, een Chineesch meisje. Zij verbergt en
verpleegt hem, totdat Bill het merkt en nu
moet Nan Toy met Sing Yoy huwen. Om dit
te beletten belooft Gregory alles te doen om
het meisje te redden en nu wordt hij uitge-
ponden een diefstal te plegen; toevallig de
bewijzen van zijn eigen onschuld. Nan Toy
brengt ze aan Barbara wel wetende dat ze
hierdoor zelf alles zou verliezen. Een heel
mooie en goede speelfilm.
Het programma van deze week verdient
weer veel belangstelling.
STANDAARD -THEATER.
Tijger Roos.
Het is „last not least" (het laatste niet het
minste) in het Standaard Theater, dat Vrij
dagavond in de benedenrangen behoorlijk
bezet was.
„Tijger Roos" is inderdaad een mooie,
spannende film, die voortdurend boeit en de
toeschouwers van de eene verrassing in de
andere doet vallen. Hoe een misdaad be
gaan wordt door iemand die niets van een
misdadiger heeft, maar door edele gevoe
lens van broederliefde tot zijn daad wordt
gedreven; hoe hij daarna allerlei pogingen
doet om uit de handen der wrekende gerech
tigheid te blijven en hoe zijn meisje en een
dokter hem daarbij helpen, dat alles kan
men dezer dagen in het filmhuis in de Klei
ne Houtstraat zien. Voegen we hierbij, dat
vele tooneelen spelen in de schoone en woes
te Canadeesche natuur, dan is verdere aan
beveling overbodig.
Het Wild West Drama ,De Weg der Wra
ke" geeft ook heel wat te genieten.
Big Boy Williams, die er de hoofdrol In
vervult toont zich een vechtersbaas bij uit
nemendheid (zóó zelfs dat zijn slachtoffer
uit het publiek toegeroepen werd: „Heb je
nou genoeg?) en daarbij een onverschrok
ken en behendig ruiter.
Dan zijn er natuurlijk nog een paar aar
dige komisohe dingen: een klucht „Trouw
lustige Vrouwtjes", waarin de held danig in
het gedrang komt en een aardige teeken
film: „Clowntje's kleine broer".
Het Wereldnieuws geeft van alles wat van
hier, daar en overaL
DE LOTING VOOR DEN
DIENSTPLICHT.
HOE HET NU GAAT.
Men doelt ons van bevoegde zijde mede:
Op Vrijdag 28 Juni a.s., 's namiddags 2 uur
zal in de Rolzaal op het Binnenhof te 's-Gra-
venhage de loting voor den dienstplicht
plaats hebben voor twee lichtingen, voor de
lichting 1930 en voor de lichting 1931. Dit zal
de eerste loting zijn, die naar het nieuwe
stelsel wordt gehouden. De toekomstige
dienstplichtigen trekken niet meer zelf een
nummer, ook wordt niet voor eike gemeente
afzonderlijk een loting gehouden, doch
voortaan zal er door e encommissie waarvan
de leden voor dit jaar reeds zijn benoemd,
in het openbaar een centrale loting worden
gehouden, welke voor alle gemeenten te za-
men geldt. Bovendien bestaat de loting uit
niets anders dan het trekken van slechts één
nummer voor een geheele lichting. Dit ge
schiedt op de volgende wijze.
In de lotingsbus worden zooveel genum
merde biljetten gedaan als er personen voor
een zekere lichting te Amsterdam, zijn inge
schreven; dat zijn er ongeveer 7000. Nadat
deze biljetten ter dege dooreengemengd zijn,
wordt één er van uit de bus genomen. Ver
volgens wordt nagegaan, hoe de persoon heet
die onder dit nummer in het Amsterdamsche
alphabetische register van bedoelde lichting
vermeld staat, en op welken datum hij gebo
ren is. De aldus gevonden naam en geboor
tedatum zullen dan niet alleen voor Am
sterdam, maar tevens voor alle andere ge
meenten den persoon aanwijzen, die lotings-
nummer één krijgt, en de verdere nummers
2, 3, 4 enz. worden dan aan de overige inge
schrevenen gegeven in de volgorde, waarin
zij in het alphabetisch register vermeld
staan.
Het spreekt vanzelf, dat men niet in elke
gemeente een ingeschrevene zal hebben met
den hierbedoelden naam en die bovendien op
den hierbedoelden datum is geboren. Dit ge
val zal zich vermoedelijk haast nooit voor
doen. Daarom bepalen de voorschriften, dat
nummer één dan ten deel valt aan den inge
schrevene, die naar de regelen voor het al
phabetisch register zou volgen op den per
soon, die dezen naam en geboortedatum zou
hebben.
Gesteld, dat een nummer wordt getrok
ken, waarbij in het Amsterdamsche register
de naam Leendert Pen vermeld staat. De ge
boortedatum, die alleen invloed neeft bij
personen met denzelfden naam, blijft hier
eenvoudigheidshalve buiten beschouwing. In
dien nu in een gemeente onder de P 2 per
sonen zijn ingeschreven: Arnold Peek en
Frederik Poort, zou Pen tusschen deze twee
in moeten staan. Zooals men weet, wordt bij
het alphabetiseeren eerst met den geslacht-s -
of familienaam en daarna pas met de voor
namen rekening gehouden. De eerste, die op
Pen zou volgen, is Poort. Dus krijgt Poort
nummer één. Die op hem volgt, krijgt num
mer twee en zoo verder. De A wordt gerekend
te volgen op de Z en zoo krijgt Peek, die vlak
vóór Poort staat, het hoogste nummer.
Bij dit stelsel kan het van groote beteekc-
nis zijn, welke plaat-s iemand in hét alphabe
tisch register krijgt. Bij de meeste namen
is het gemakkelijk uit te maken, waar zij li.
dat register moeten staan, doch er zijn ook
namen, waaromtrent men verschillend zou
kunnen handelen. Dit moet natuurlijk wor
den buitengesloten. Daarom is een regeling
getroffen, die voor alle gevallen, welke zich
kunnen voordoen, precies aanwijst, waar de
naam geplaatst moet worden.
Ook ten aanzien van mogelijke naamsver
andering zijn maatregelen getroffen om te
voorkomen, dat iemand invloed op de rang
schikking zou kunnen hebben.
Er wordt thans geloot voor twee lichtin
gen, doch dit is een overgangstoestand.
De loting voor de lichting 1930 dat is
in het algemeen voor degenen, die onlangs
gekeurd zijn zal spoedig gevolgd worden
door de beslissing, wie tot gewoon en wie tot
buitengewoon dienstplichtige bestemd wor
den. en een #aar maanden later wordt voor
de gewone dienstplichtigen uitgemaakt,
waarbij ze moeten dienen en wanneer ze
moeten opkomen.
De loting voor de lichting 1931 dient voor
personen, die voor het meerendeel in 191!
geboren zijn en in Januari 1930 voor den
dienstplicht worden ingeschreven. Voor deze
lichting heeft de loting al zoo vroeg plaats,
om de toekomstige dienstplichtigen er
eenigszins van op de hoogte te brengen, of
er voor hen belang in gelegen kan zijn. zich
op te geven voor de vooroefeningen, die in
October aanstaande beginnen.
VERGADERING DER ANTI-
STEMDWANG PARTIJ.
DE KAMERCANDIDAAT v. d. HORST
ALS SPREKER.
De Anti-Stemdwangpartij hield Vrijdag
avond in gebouw Caecilia een openbare ver
gadering. Deze was druk bezocht.
De voorzitter, de heer G. van Bilderbeek,
hield een openingstoespraak, waarin hij nog
eens het streven van de Anti-Stemdwang
partij uiteen zette, namelijk het verkiezen
van proteslcandidaten. Spr. zou alleen reeds
willen verzoeken op deze candidaten te stem
men, „omdat het gesjochte jongens zijn, die
geholpen moeten worden aan een baantje."
Het raadslid George Oversteegen, was de
eerste spreker. Hij begon met een historisch
overzicht te geven van het begin der actie
met de verkiezing van „Had je me maar",
en diens opvolging door Zuurbier, het candi-
daatsteUen van Klaas Driehuis. Op die eerste
actie volgde een daadwerkelijke sabotage
van den stemdwang, die gevolgd werd door
gevangenisstraffen.
Daarna besprak hij het verkiezingspro
gramma. Wij beloven niets, zei hij, en wij
doen ook niets en al zegt Oversteegen wat in
den Raad dan komt het niet in de pers, maar
wel in het stenografisch verslag. Spr. wil ech
ter in den raad geen ernstige voorstellen
doen, omdat hij dan zou medewerken aan
het parlementarisme. Aan den anderen
kant wil hij niet zoo optreden, dat hij zich
persoonlijk weggooit terwille van de sensatie.
Hij wil met den voorzitter van den Raad
geen scheldpartij opzetten, omdat hij niet
wenscht af te dalen naar de onderste lagen
der samenleving, tot het vulgaire. Het zou
voor hem niet moeilijk zijn om acceptabele
voorstellen te doen, maar dat doet spreker
niet, want dan was hij op den verkeerden
weg.
De heer Oversteegen critiseerde voorts de
houding van enkele raadsleden en noemde
enkele protest-middelen die aangewend kun
nen worden als men geen gevangenisstraf
wil ondergaan.
Het zou, zeide hij een kleine moeite voor
ons zijn, om veel stemmers te winnen door
het voeren van een verkiezingsleus of be
lofte, bij voorbeeld afschaffing van het rij
wielplaatje, maar wij willen dat uit prin
cipe niet. Omdat wij het ideaal toch nooit
bereiken in deze maatschappij, daarom
moeten wij dagelijks meewerken tot het
bereiden van de proletarische revolutie.
(Applaus).
Daarna sprak de candidaat J. H. van der
Horst, de schillenophaler uit Vijfhuizen. Hij
zeide alle mogelijke dingen te zullen doen om
het onmogelijk te maken, dat het parlement
voortbestaat. Fouten en leugens van de hee-
ren zal ik aan de kaak stellen, zei hij. Helpen
regeeren zal ik niet, want dat doet de Ka
mer niet en de ministers niet, maar het
groot-kapitaal, dat aan de touwtjes trekt en
dan dansen de marionetten. (Luid applaus.)
Noch SJD.AR., noch revolutionairen heb
ben ondanks alle anti-militairisme tegen de
oorlogsbegrooting gestemd. En wie betaalt
het staatspensioen? Dat betaal je zelf, want
het Burgerlijk Armbestuur verhaalt het toch
wel op je. (Luid applaus.)
Er ontstond achter in de zaal eenig rumoer
doch de voorzitter verzocht aan ieder om
zich kalm te houden.
Spreker zal niet probeeren, zooals zijn bu
ren in Vijfhuizen ve ronder stelden* om in de
Kamer „wat klaar te*hiaken", maar het eeni-
ge wat hij zal doen is te bereiken dat de
stemdwang wordt afgeschaft (zeer veel ap
plaus).
Er wilde iemand een opmerking maken,
toen daart-oe de gelegenheid geboden wertf,
doch ondanks herhaalde verzoeken en luid
hameren van den voorzitter was het gejoel en
gelach zoo luid, dat de spreker zich niet kon
verstaanbaar maken.
De debater: „Wat is het hier een rotzooi".
De heer Oversteegen wilde den debater
beantwoorden, doch kon evenmin aan het
woord komen
Daarna werd gepauzeerd.
Na de pauze sprak de heer C. Bonnet uit
Hilversum over „De volksbedriegers in actie,
of wie zullen wij kiezen?"
Reeds in 1888, toen Doraela Nieuwenhuis
gekozen werd, zeide deze spreker, wisten de
arbeiders dat deze in het parlement niets
zou kunnen bereiken. Zooiets beloofde Do-
mela Nieuwenhuis ook niet, maar hij deed
voorstellen, die de menschen hem voor gek
deden verslijten, maar die nu intusschen
alle verwezenlijkt zijn.
De sociaal-democraten echter deden belof
ten, die zij niet nakwamen. En juist de strijd
voor het parlementarisme heeft het revolu
tionair sentiment bij de arbeiders verdoofd.
Spr. concludeerde dat de ketenen van de ar
beiders ondanks alle democratie steeds
zwaarder zijn geworden. Daarom trachten
wij alles af te breken, dat in het belang van
de kapitalistische maatschappij is. Ook deze
spreker gaf middelen aan tot sabotage van
de stemplicht.
De heer Van Bilderbeek sloot de vergade
ring. De heer R. Jansen had haar opgeluis
terd met harmonicamuziek. „Oome Keeje"
uit Amsterdam, die muzikale medewerking
zou verleenen, was echter niet verschenen.
225-JARIG BESTAAN DER FIRMA JOH.
ENSCHEDE EN ZONEN.
Verleden jaar vestigden wij er de aan
dacht op, dat de firma Joh. Enschedé en Zo
nen 225 jaar bestond.
Er is toen een commissie uit het personeel
benoemd om een huldeblijk aan te bieden.
De keuze viel op een gebeeldhouwde zand-
steenen vaas op een gemetseld voetstuk.
Omdat de tuin waarin dit monument ge
plaatst moest worden nog niet gemoderni
seerd was, werd de plaatsing nog uitgesteld.
Vrijdag is door de commissie dit hulde
blijk aan de firma overgedragen. Namens de
commissie is daarbij het woord gevoerd door
den heer B. J. Witholt.
N.V. EXPLOITATIE MIJ. TWUNDERS-
LAAN II.
De St. Crt. bevat de statuten der N.V. Ex
ploitatie Maatschappij Twijnderslaan II te
Haarlem.
Het doel der vennootschap is het bou
wen van huizen en andere gebouwen, het
koopen, verkoopen en in exploitatie brengen
van bouwgronden, het verkrijgen, vervreem
den, verhuren en administreeren van on
roerende zaken en verder het verrichten
van alles, wat in den ruimsten zin met het
een en ander in verband staat.
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt
10.000, verdeeld in 20 aandeelcn van 500.
Oprichters zijn de heeren H. van der Pol,
bouwkundige te Heemstede en D. van der
Leest, handelaar in bouwmaterialen, te
Haarlem.
De Eerste Kamer vindt 't heelemaal niet
erg om met den waarschijnlijk op 10 Juli
demissionalren minister-president het wets
ontwerp tot regeling van de financieele
verhouding tusschen Rijk en Gemeenten op
dien dag te behandelen. Demissionair, fn
den gewonen zin des woords, in den poli-
tieken zin des woords doen kan dit inter
mezzo-kabinet ook niet zijn betoogde de
heer Colijn. En minister de Geer heeft er
niet in het minste bezwaar tegen, ook wan
neer hü demissionair zal geworden zijn, het
ontwerp te bespreken. In het minste niet
hij zeide tot aan het overdragen der porte
feuilles op eiken werkdag, op elk uur van
het etmaal het ontwerp te villen verdedi
gen. De heer Wibaut interrumpeerde; ..Maar
toch liefst op het daggedeelte van het et
maal".
Op 10 Juli dus wordt het veel omstreden
ontwerp behandeld.
De heer Slingenberg mengde zich als rap
porteur nog in het korte debat tot regeling
van werkzaamheden hij wilde geen be
zwaar maken tegen ht uitstel van eind Juni
naar begin Juli maar men merkte 't duide
lijk: hoe eerder de wet in het Staatsblad
staat, hoe liever 't hem is.
De begrooting voor het Zufderzeefonds
voor 1929 en de suppletoire begrooting voor
1928 hebben de groote tegenvallers bekend
gemaakt, die de Zuiderzeewerken zijn gaan
opleveren. De ramingen zijn overschreden
en belangrijk. Hoewel dergelijke verrassin
gen voor de toekomst nog niet zeker zijn.
Deze overschrijding had enkele jaren ge
leden de heer Verkouteren voorspeld, min
der op grond van technische kennis, dan
wel op grond van zwaartillendheid. Het was
dus niet anders dan te begrijpen, dat de
heer Verkouteren weer stevig in de geschie
denis is gaan grasduinen. dat hij Mozes
Gustaaf, Adolf en Alexander de Groote op
het tooneel bracht, en dat allemaal om te
betoogen, dat groote mannen, groote fouten
maken. Sommige ruiters zijn voor hun
paard te groot was een niet onaardige
beeldspraak. Hij vilde maar zeggen, dat Dr
Lely ongetwijfeld een groot man is geweest
maar dat bij zijn plannen meer dwarskij
kers hadden moeten staan. Mr. Verkoute-
DE AANVAL OP WILLEMSTAD.
WIE LEIDT HET ONDERBZOEK?
Door 't Alg. Handelsblad wordt de vraag
gesteld wie de zaak van den aanval op Wil
lemstad onderzoekt.
Het blad schrijft o.a.:
Alles wat wij vernemen tot verklaring van
het gebeurde wordt ons medegedeeld op
gezag van den gouverneur, die zich daarbij
zal moeten laten voorlichten door de politie
van Curasao.
Dat is niet zonder bedenking, omdat zoo
wel het beleid van dien gouverneur, als de
vraag of de militaire politie wel voldoende
ingelicht was over hetgeen op Curacao kon
worden voorbereid, in het geding zijn.
Wat ons als voorlichting wordt geboden
zijn inlichtingen uit deze bron en uitslui
tend uit die bron.
Kan daarmede worden volstaan? Ziedaar
wat wij betwijfelen. Had niet, liefst reeds
dadelijk met de „Kortenaer", maar althans
zoo spoedig mogelijk een commissaris, of
een commissie van onderzoek naar Curasao
moeten zijn gezonden?
De commandant der troepen zal waar
schijnlijk wel op grond van art. 95 van het
Militair Strafrecht zich moeten verantwoor
den, om te doen uitkomen, dat niet aan zijn
schuld te wijten is, wat er thans is geschied
Dat is pijnlijk, maar als hij vrij uit gaat
ligt daarin dan ook een volkomen rehabili
tatie opgesloten. Aan zijn beleid niet aan
zijn persoonlijken moed wordt hier en
daar getwijfeld.
Het is de vraag of dat wel billijk is.
De militaire politie is nog lang niet op
sterkte en om in een internationaal centrum
als Curasao samenzweringen en complotten
te kunnen voorkomen, zal een dergelijke
politie althans het papiamentsch en het
Spaansch moeten beheerschen, of beschik
ken over recherche-ambtenaren, die deze
talen kennen en zich op de hoogte kunnen
houden van wat er zich afspeelt onder de
misdadige en woelige elementen in deze
havenstad.
Dat de militaire politie die eerst kort op
Curasao is daartoe in staat zou zijn, staat
allesbehalve vast.
Maar de gouverneur? Voor hem persoon
lijk moet het evenzeer als voor Nederland
alleen maar aangenaam zijn als hij niet zelf
min of meer als rechter in eigen zaak moet
optreden.
Daarom willen wij uit. een ons toegezon
den artikel van iemand, die den toestand ter
plaatse kent de vraag overbrengen, of men
over deze zaak ooit alom aanvaarde, volle
dige inlichtingen zal kunnen krijgen indien
men de heele aangelegenheid niet laat on
derzoeken door een kleine commissie van
gezaghebbende personen.
Natuurlijk zou een der Kamers van de
Staten-Generaal gebruik kunnen maken van
het haar door art. 96 der Grondwet gewaar
borgde recht van enquête, maar dat brengt
ons in dit geval niet. veel verder, omdat
art. 23 van de wet, die de uitoefening van
dit recht regelt, voorschrijft, dat ook dan
inlichtingen moeten worden ingewonnen
door de tusschenkomst der betrokken kolo
niale regeering.
Inmiddels zelfs dat ware beter dan wat wij
thans zien geschieden, omdat de parlemen
taire commissie van onderzoek dan de vra
gen kan formuleeren, waarop een antwoord
wordt verwacht.
De regeering, die Curasao zonder de mid
delen van preventieven aard liet, waarom
door den Kolonialen Raad laatstelijk 8 Aug
1928 is gevraagd, is zelf bij deze zaak be
trokken. Door de wijze, waarop zij den gou
verneur in den afgeloopen winter de vraag
stelde, of de „Kortenaer" kon worden ge
mist, werd het bevestigende antwoord ge
suggereerd.
Ook haar zou dus een onderzoek door
derden welkom moeten zijn.
ren wilde, hoe eer hoe beter, met de Zulder-
zeedrooglegging eindigen, wijl hij bang was,
dat niet de Zuiderzee, maar de schatkist zou
drooggelegd worden. De historicus van dc
Eerste Kamer de Senatoren genoten weer
elk voor twee van zijn uitvallen bleef de
eenige tegenstemmer.
De andere Senatoren zullen met den mi
nister en den heer Wibaut niet. de verant-
woordlijklieid op zich hebben willen nemen
voor een stopzetten van het groote en groot-
sche werk. Het heeft daartoe te veel econo
mische beteekenis zei Dr. Wibaut. die het
nu niet zoo erg vind, wanneer dc kostprijs
van den grond de waarde zou tc boven
gaan.
Toch moge het van den minister gewaar
deerd worden, waaneer hij elke. op succei
uitzicht gevende maatregel van bezuiniging,
en van efficient werken, toepast. Want,
moet de Zuiderzeedrooglegglng nadeel bren
gen, het maakt toch nog een groot onder
scheid. hoe groot het nadeel eindelijk zal
blijken te zijn.
Minister Donner Is in zijn intermezzo-Ja
ren op rozen gegaan. Voor het laatst tijdens
het huidige ministerie verkeerde hij in het
Parlement het werd een gelukkige dag
voor hem, van alle kanten hulde en gcluk-
wenschen. En oogenblikkelijk voegen we
hierbij: het was alles verdiend.
Critiek hoorde Mr. Donner niet.
Dank en eer bracht Mr. Heerkens Thijs-
sen hem voor zijn drie strafstelsel-ontwer
pen. Mr. Slingenberg had waardeering voor
het prompte, waarmee de bewindsman ge
komen was, met een novelle voor de beslo
ten N.V. op de wet op de Naaml. Vennoot
schappen. En de heer v. d. Hoeven sprak
van een monument, dat de minister zich
had opgericht in de harten van vele pleeg
ouders, met zijn wijzigingen in de bepalin
gen omtrent de ouderlijke macht en de
voogdij, een monument „duurzamer dan
metaal".
Ook de drie ontwerpen, die de bezoldi-
gingsverhooging regelen voor de leden van
den Raad van State en van de rechterlijke
macht zijn z.h.st. aangenomen geworden.
INTIMUS,
BOSCH- EN HEIDEBRANDEN.1
NU AL VOOR 300.000 SCHADE.
Bosch- en heidebranden waren in de
droge Meimaand bijna aan de orde van den
dag. Groote uitgestrektheden zijn vernield;
hoe groot de daarbij aangerichte schade is
geweest, kon niet dadelijk worden meege
deeld. Zelfs op dit oogenblik heeft de Ned.
Heidemaatschappij, die de directie voert van
de Onderlinge Boschverzekeringsmij., nog
geen volledige opgave van alle branden. Zoo
ver den administrateur, den heer Maaswin
kel. thans bekend is, werd rond 4300 HA
bosch cn heide door het vuur verwoest, wat
een schadebedrag van 300.000 beteckent,
In het eerste halfjaar van 1928 verbrandden
ongeveer 1700 HA. cn bedroeg dc schade
68.000.
Het vuur heeft dus ln het voorjaar van
dit jaar onze bosschen en helden wel zeer
zwaar geteisterd.
Een aansporing te meer voor veldarbel-
ders, kampeerders en vacantiegangers ora
toch voooral zeer voorzichtig te zijn met
rooken en het stoken van vuurtjes, zoo
merkt 't Handelsblad op.
SCHIETOEFENINGEN DOOR
JONGE MEISJES
BEZWAREN VAN HET EERSTE-
KAMERLID HERMANS.
Het Eerste-Kamerlid Hermans heeft aan'
den minister van Defensie de volgende vra
gen gesteld:
Heeft de Minister kennis genomen van
het feit, dat men aan de jongste schietoefe
ningen van den vrijwilligen landstorm tc
Amsterdam, jonge meisjes heeft laten deel
nemen en haar laten schieten op een schijf,
die een mensch levensgroot voorstelt, va*
welk ergerlijk schouwspel in een der dag
bladen een foto is opgenomen?
Zoo Ja, is de Mifnster niet van oordeel,
dat het meer dan ergerlijk is, dat men jon
ge meisjes, bijna nog op den kinderleeftijd,
aan deze schietoefeningen heeft doen deel
nemen?
En zoo dit het geval ls, wil de Minister
dan het daarheen leiden, dat zulke weerzin
wekkende feiten niet meer zullen plaats
hebben?
DE ONTPLOFFING AAN DE
HEMBRUG.
DE OORZAAK NOG ONBEKEND
Omtrent de ontploffing bij het Staatsbe
drijf der Artillerie-Inrichtingen aan de
Hembrug, deelt de directie mede, dat de toe
stand van den gewonden arbeider, den te
Amsterdam woonachtigen F. T. van Voorst,
zich aanvankelijk ernstiger liet aanzien dan
inderdaad het geval is. Zijn toestand kan nu
bevredigend worden geacht.
Waaraan de ontploffing moet worden ge
weten. kan nog niet worden vastgesteld, daar
het onderzoek nog niet is geëidlgd..
De gebouwen, waarin de sas wordt bereid,
staan geheel afgescheiden van de overige
fabrieksgebouwen en zijn onderling geschei
den door wallen. De bereiding van de sas ge
schiedt zonder dat daarbij arbeiders aanwe
zig behoeven te zijn. Slechts twee personen,
die met dit werk vertrouwd zijn, komen,
indien de bereiding dit vordert, in het ge
bouw. Op het oogenblik van dc ontploffing
hadden zy juist het gebouwtje verlaten. Dc
arbeider Van Voorst, die reeds het verst weg
was, werd door dc rondvliegende glasscher
ven gewond, terwijl de andere arbeidor, die
nog zich dicht bij het gebouw bovond,
geen letsel kreeg.