sanatogen HAARLEM'S DAGBLAD BUITENLANDSCH OVERZICHT DE LAAKBARE HOUDING VAN JAPAN. DE JAPANStHE PERS ENTHOUSIAST OMDAT MOSKOU DE BEMIDDELING AFWEES. LA- GEMENGD NIEUWS muziek. CHINA'S DOODE LEIDER. Nieuwe Kracht SCHEEPVAARTBERICHTEN WOENSDAG 24 JULI 1929 DERDE BLAD Het zou feitelijk gepasseerd zijn bij de bemiddelingspogingen. Optimisme in Washington dat Wel eens in pessimisme zou kunnen omslaan. T BELANGRIJKSTE NIEUWS. In Washington ziet men den toestand zeer optimistisch in op grond van het feit, dat zoowel China als Rusland hebben verklaard, dat zij het Kellogg Pact wenschen na te le- 1 ven. Wat beteekent echter een dergelijke ver klaring als Moskou pertinent verklaart, dat het iedere verdere onderhandeling afhanke lijk stelt van het ongedaan maken van de in beslagneming van den Oosterspoorweg, en als China mededeelt dat alles mogelijk is, be halve de teruggave van dien spoorweg? Washington acht het mogelijk dat China desniettemin Rusland's eisch inwilligt. Het conflict zou dan verder opgelost kunnen wor den door het vroegere Russische personeel in Mandsjoerije, door ander Russisch personeel te vervangen. Deze oplossing ziet er echter wel wat heel eenvoudig uit. En er zullen heel wat nota's gewisseld moeten worden voor dat de V. S. met behulp der andere mogendheden dit bereikt zullen hebben. Gisteren zinspeelden wij op het feit dat Japan zich niet gaarne beknibbeld ziet op zijn invloed in Mandsjoerije. Thans blijkt met zekerheid dat de Japansche regeering in derdaad gepiqueerd is omdat het grootste deel van het initiatief der bemiddelingspo gingen niet aan haar is overgelaten. Deze omstandigheid dwingt Japan tot een gere serveerde houding. Japan vindt althans dat het zoo moet zijn. Dit ontbreekt er nog maar aan. 't Is nog niet erg genoeg dat twee naties die een half werelddeel omvatten, zich door den waanzinnigen oorlogspsychose laten be vangen: de diplomaten van de belangheb bende en bemiddelende staten dienen zelfs als het ergste dreigt de diplomatieke be leefdheid in acht te nemen en wee hen, als daar inbreuk op gemaakt wordt. Japan voelt zich gepasseerd. Niet de V. S. doch Japan heeft wat te verliezen in Noord-Mandsjoerije. Waarom liet men dan de bemiddeling niet over aan Japan? Aldus redeneeren de schran dere diplomaten in Tokio. Zij vragen niet of het belang van de heele wereld op spel stond en het dus noodzakelijk maakte, dat de groote mogendheden, vertegenwoordigers van het Kellogg-pact, gezamenlijk hun invloed deden gelden. Neen. De groote mogendheden •hadden zich beleefdelijk tot Japan moeten wenden met het verzoek of de Japansche regeering al haar invloed zou willen aanwen den om een conflict tusschen Rusland en China te voorkomen. Inmiddels gaat men aan de Mandsjoerijsche grens rustig door, met zch voor ite bereiden op een eventuee- len strijd. Maar conform den gang van zaken slaat de Japansche regeering thans een anderen toon aan. Haar optimisme is nu omgeslagen in pessimisme. (Even verklaarbaar is het dat men in Washington, waar het initiatief tot de bemiddelingspogingen genomen werd, zoo buitengewoon optimistisch is). Een telegram van Vaz Dias meldt: In toonaangevende kringen te Tokio wordt de toekomst van het conflict tusschen China en Rusland donker ingezien. Bovendien wor den vooral de economische gevolgen van de stagnatie op den Oosterspoorweg onder de oogen gezien. Wanneer het niet mag geluk ken het spoorwegbedrijf in zeer korten tijd weer op te vatten, zijn volgens Japansche op vattingen de schadelijke gevolgen niet te overzien. Overigens blijkt wel dat wij het hier ten. aanzien van de Japansche ontstemming bij het rechte eind hebben als men leest, dat de geheele Japansche pers enthousiast is over het feit, dat Moskou de bemiddeling van de hand heeft gewezen. De bladen, voor zoover deze in nauwe be trekking tot de Japansche regeering staan, schrijven, dat dit conflict slechts de volkeren in het Verre Oosten aangaat, en dat het in grijpen van eenige andere groote mogendheid niet in het belang van den wereldvrede kan zijn. De Japansche regeering verklaart, dat het ingrijpen van Frankrijk en Amerika de politieke situatie nog meer verscherpt heeft, aangezien daardoor de betrekkingen tusschen China en Rusland nog slechter zijn gewor den. De Japansche regeering heeft de Nanking- regeering medegedeeld, dat zij het beter acht, het afsluiten van het vriendschapsverdrag vocrloopig uit te stellen, tot het conflict is bijgelegd. Een Japansch-Chineesch vriend schapsverdrag kan slechts afgesloten worden, wanneer de verschillende politieke en econo mische vraagstukken door het afsluiten van een handelsverdrag en een regeling betref fende de nederzettingen geregeld zijn. Als wij ons niet zeer bedriegen zal het op timisme in Washington ook wel zeer spoedig omslaan in pessimisme. De meening van het „Verre Oosten" geeft er alle aanleiding toe. Overiges blijkt nog uit geen enkel bericht dat één van de beide partijen aan de Mand sjoerijsche grens, ook maar één kleinen maat regel genomen heeft om werkelijk tot een oplossing te geraken. Integendeel. De meeste telegrammen spreken van toenemende bewa pening. hoewel men zeer voorzichtig moet zijn met het aanvaarden dezer berichten. De Duitsche communistische Rothe Fahne publi ceert een mededeeling, die wij onder alle voorbehoud citeeren, volgens dewelke het meer dan negenduizend ton metende stoom schip „Falke" van den Nord Deutschen Lloyd met een zeer groote lading geweren en ma chinegeweren en munitie aan boord de ha ven Gdingen heeft verlaten met bestemming naar China. Telegrafen Union verneemt daar entegen van de directie van den Nord Deut schen Lloyd, dat de „Falke" een der kleinste schepen van deze maatschappij is en slechts 997 ton meet. Dit schip zou voorts 20 Juli jl. van Hamburg naar Londen zijn vertrokken, zoodat het onmogelijk op 19 Juli Gdingen ver laten zou kunnen hebben. Het schip wordt volgens de directie uitsluitend gebruikt voor het verkeer tusschen Hamburg en Lon den. ZWITSERLAND ZOU THANS DE BESTE KANS HEBBEN. BRUSSEL, 23 Juli. De Belgische regeering heeft geenerlei verzoek ontvangen met be trekking tot het eventueel te Brussel doen bijeenkomen van de internationale confe rentie. Bij een onderhoud, dat Briand Zater dag j.l. te Parijs had met den Britschen gezant, stelde de Fransche minister Brussel voor als plaats van bijeenkomst der confe rentie, doch de Duitschers hebben dit denk beeld van de hand gewezen en er is van Brussel dan ook in dit verband geen sprake meer. Parijs, Londen en Berlijn wisselen thans van gedachten over de keuze van de plaats waar vergaderd zal worden. Er is nog niets besloten, doch het schijnt, dat Zwitserland de meeste stemmen op zich zal vereeni- gen. GEHEIM MUNITIEDEPOT IN BULGARIJE ONTPLOFT. VELE SLACHTOFFERS EN GROOTE SCHADE. De overige berichten brengen geen nieuws. Merkwaardig is het echter dat Japan voorloo- pig weigert met China een vriendschapsver drag te sluiten, cn dat een Sovjetvertegen woordiger naar Londen is vertrokken voor be sprekingen om de betrekkingen met Groot- Brittannië hersteld te krijgen. Dowgalefski, Russisch gezant in Parijs zal naar Londen vertrekken. Die plotselinge spoed is wel heel verdacht. Te meer als men in aanmerking neemt dat Moskou vóór het conflict met China verklaarde, dat het op de Engelsche voorstellen niet in kon gaan. Geen uitstel van de Volken bondsconferentie. GENèVE, 23 Juli. (V. D.) Het door de Ame- rikaansche bladen gepubliceerde bericht om trent een stap van Briand ter verkrijging van een uitstellen van de plenaire vergadering van den Volkenbond tot October, wordt door het secretariaat voorloopig nog niet beves tigd. Men zegt integendeel, dat de plenaire vergadering van den V. B. volgens voor schrift op den eersten Maandag van Sep tember van elk jaar dient te beginnen. Een verandering van de bepalingen zou slechts kunnen geschieden door een meerderheidsbe sluit van de plenaire vergadering. Bovendien is de termijn voor een uitstellen tot October te klein, daar eenige regeeringen, zooals Australië, Nieuw-Zeeland en de Zuid-Ameri- kaansche staten hun delegaties reeds naar Genève hebben doen vertrekken. Graham over de Engelsche mijnindustrie. LONDEN, 23 Juli (VD.) Grahom, de voor zitter van den „Board of Trade" bracht he den in het Lagerhuis rapport uit over de voornemens van de regeering inzake de mijnindustrie. Als resultaat van besprekin gen, gehouden met de mijnwerkersfederatie en de mijneigenaren, zouden wetgevende voorstellen worden ingediend betreffende de werkuren en ander factoren in de mijnindus trie, tijdens de herfstzitting. In de daaraan voorafgaande maanden zou de regeering ge regeld beraadslagen met de federatie over de termen dezer wetten. In politie kringen verzekert men, dat de regeering van plan is terug te keeren tot de zevenurige werkdag in de mijnen en wel langs geleidelijken weg. Het voornemen is de zeven en een half-uri- gen werkdag weer in te voeren tegen het einde van dit jaar en den zevenurigen werk dag te bereiken omstreeks den tijd waarop de achturenwet afloopt, d.i. in 1931. Grahom kondigde tevens aan, dat een on derzoek zou worden ingesteld naar den ka- toenhandel door een subcommissie van het „Comittee of Civil Research". In de subcom missie zouden zitting nemen twee ministers, een leidende persoonlijkheid uit de katoen handelswereld, een vakvereenigingsleider en een accountant. Ulitz staat terecht. Omstreeks half tien des morgens is te Kattowitz onder zeer groote belangstelling het proces tegen Otto Ulitz, den leider van den Duitschen Volksbond in Ópper-Silezië, be gonnen. Beklaagde wordt ervan beschuldigd soldaten van het opkomen van hun militaire plichten te hebben afgehouden. Voorzitter van de rechtbank is ar. Herlinger, vice-pre sident van de districts-rechtbank. Twee majoors van het Poolsche leger fungeerden als militaire deskundigen Na het voorlezen van de acte van beschul diging, kreeg beklaagde Ulitz het woord. Toen hij eerst wilde spreken over de zware ver antwoordelijkheid, welke op de rechtbank rust, viel dr. Herlinger hem in de rede en verklaarde, dat bij zich slechts mocht uiten over de acte van beschuldiging. Ulitz bestreed de hem ten laste gelegde feiten in vollen omvang. In de acte van beschuldiging zit ten, volgens beklaagde, een groot aantal fouten. EEN ZONDERLING PROCES EN EEN ZWARE BOETE. De correspondent der N.R.C. te Brussel meldt: Door de rechtbank van Koophandel is uit spraak gedaan in een zonderlinge rechtzaak. Het gold een proces, begonnen door mevr. G. Giroux, eigenaresse van den bekenden kunsthandel, tegen den Brusselschen an tiquair Wouters, die in Maart j.l. een veiling bij Giroux overhoop zette door te roepen, dat al de onder de hamer gebrachte schilderijen valsch waren. Er werden vier zittingen aan deze zaak gewijd. De verdedigers van den heer Wouters pleitten, dat hij spontaan had gehandeld zonder het inzicht te hebben gehad den aan legger schade te berokkenen, maar de recht bank was de meening toegedaan, dat con- currentiegeest hem tot het plegen van zijn daad had gedreven Een verzoek om deskundig onderzoek van de geveilde schilderijen werd, als strijdig met de wet, afgewezen en de rechtbank veroordeelde den antiquair dan ook tot het betalen van 10.000 francs schadever goeding, van de proceskosten en van ae kosten der plaatsing van het vonnis in ver scheidene Belgische cn vreemde couranten. ATHENE, 23 Juli- Berichten uit Bulgarije zeggen, dat te Soerlievo in een geheime mu nitieopslagplaats bij ongeluk brand °ntst?nd, waardoor het geheele depot dat oa. 3000 granaten bevatte, in de lucht vloog- Vele personen zijn gedood of gewond en de mate- rieele schade is zeer groot. CONCERT OP HET FEESTTERREIN TE HEEMSTEDE. Een muziekkorps en een Zfre" ditmaal de gasten van „Sint Michael Excel sior, het Hcemsteedsch la°far.'?korfPJ,tp,i^ weer wijd den omtrek rond zijn feestelijke klanken, het mannenkoor St. Benedictus zong intieme liederen en zoo wisselden belde vereenigingen elkaar af en gaven elck wat wils. Men zou zeggen, dat de twee concert- gevers in goede conditie waren. Excelsior speelde met beschaafden klank en in dit op zicht behoefde men voor het eene stuk geen voorkeur te hebben boven het andere. Over de waarde der composities zullen we ons kruit niet verschieten. Want het is ook waar, dat de technische eischen een1 bepaalde grens niet mogen te boven gaan. De componist Belleflamme doet dit zeker niet, en t is mis- schien daarom, dat men zijn stukken aan hoort met een gevoel van bevrediging; is het dan niet om den inhoud, dan toch zeker om de beschaafde wijze, waarop zij worden uit gevoerd. Het klonk zuiver. Toch geloof ik dat het genot, een stuk als „Val de l'Ambleve of een ouverture van Labole te hooren, nog een goed eind zou worden verhoogd, zoo de fi guren, de noten in onderverdeeling, duidelijker werden gearticuleerd. Het goed volgehouden staccato verhoogt vooral bij een fanfarekorps de duidelijkheid van het notenbeeld, en dat in dit opzicht ook onze allerbeste korpsen nog wel eens te kort schieten, zagen we Zón dag 1.1. op den eerewedstrijd, bij het twee maal uitvoeren van Popy's Suite oriëntale. Maar nu Excelsior alreeds een zeer te waar- deeren klankverhouding heeft, lijkt het mij op den weg te liggen, zoo Reinier van 't Hoff verder alles aanwendt van zijn mannen te verkrijgen een nog meer gepérfectionneerden toonaanzet. Als het aanstonds voor de tweede afdeeling zich gaat voorbereiden, zal een in deze richting gedreven studie nog tot ver rassingen kunnen leiden. Wij hopen Excel sior ook daar met evenveel succes te zien slagen als in de afd-, waarin het zich Zondag j.l. zoo mooi onderscheidde. Excelsior's partner, het R.K. Mannenkoor St. Benedictus, kwam met een plaatsvervan ger als dirigent. Niet de heer C. M. Germers, maar zijn collega P. C. Rooyakkers leidde het koor. Tegen het nadeel dat dit rempla ceer en onvoorbereid was, stond het voordeel dat wij hieraan meteen dankten een verster king van het koor, zoodat er evenwicht was in de klankverhoudingen. Op één ding mocht ik een aanmerking maken, n.l. op de keuze der uit te voeren stukken. Die „Woudzang" nu van Engelberg is al heel erg aftandsch; zóó erg, dat, als 't op een gezellig onderonsje werd uitgevoerd, de vraag „kennen jullie niks anders?" nog niet zoo misplaatst zou wezen. En dan dat lieve stuk „Ritters Abschied". De juffrouw die deze muziek op haar geweten heeft, bracht althans nog variatie aan in de maat. Wat doet men nu sinds menschenheugenls in Haarlem en een goed eind daarbuiten? De driekwartsmaat van wat men hier gemeen lijk het refrein noemt, wordt doodleuk ge nomen als vierkwartsmaat. Ik krijg bij dit rührselige „fahr wohl, fahr wohl, mein treues Lieb" de gewaarwording alsof Johanna Kin kel (ten grave gedaald 1858) zich telken male zelve in het water „verdoet" en bij een der laatste maten, die in stee van vier er vijf tellen krijgt, ten afscheid nog een extra keer met de hand wuift. Edoch Jo hanna Kinkel zal niet sterven, zoolang er nog mannenkwartetten en -koren zijn. Maar hoe zit dat? Wordt hier de dirigent gediri geerd door de zangers? Zal er nooit eens een opstaan, die de partituur geeft zooals ze is? Wij zullen hem hartelijk begroeten. Het stuk van Beethoven uit op. 81 b, dat wij meestal niet anders hooren dan met ondergeschoven tekst (Die Vesped) werd nogal haastig en, bijgevolg vrij slordig af gezongen. Anders kon men met eenigen goe den wil nog Beethoven's intentie er uit hoo ren. Met het geslacht „zanger" kan ik soms waarlijk meelij hebben. Het wil zingen, doch weet niet, wat. Zoo komt het dat men dan maar weer A. Giesen te hulp roept. Waaraan is nu de keuze van zulk een menu te wijten? Aan den wansmaak van den dirigent, aan de ongeschiktheid der zangers, of (wat even erg is) aan sleur? Men moet dan echter niet verwonderd zijn, als de genoodigden beleefd afwijzen met een „Dank U, lk zal niet ge bruiken." Al is de litteratuur voor een klein mannen koor niet overrijk, er is met goeden wil nog wel iets behoorlijks bijeen te krijgen, en men mag verwachten dat „St. Benedictus" daar voor eenige moeite mag aanwenden. G. J. KALT. De hijzetting van Soen Yat-sen. DE WAARDE VAN EEN IDEE. (Bijzondere correspondentie.) Gedurende den zegetocht van de Koeomin- tang in de afgeloopen drie jaren, tijdens de interne partijconflicten, gedurende de ge vechten van de verschillende generaals on derling, was de werkelijke leider van het nieuwe China, degene, op wien allen en ieder individueel zich beriepen, een doode. Of nu de legers door Tsjang Kai-shek of Feng Yu-hsiang, door Tang of Li werden aange voerd, de politiek door Wang of Hu werd gestuurd, steeds heette het: in naam van wijlen dr. Soen Yat-sen. Dat dr. Soen de nieuwe nationale held kon worden, valt uit de wetten, die den roem in Europa bepalen, moeilijk te verklaren. Soen heeft feitelijk niets bereikt en steeds pech gehad- Voor de revolutie heeft hij in zijn jeugd gestreden; toen de omwenteling werkelijk kwam ston den andere lieden op den voorgrond en als eerste Chineesche president heeft dr. Soen zich slechts een jaar lang staande kunnen houden. Dan heeft hij in Canton een modern bestuur ingericht en telkens weer offensie ven tegen het Noorden aangekondigd en ze een paar maal ook, maar vergeefs, uitge voerd. Eerst nadat hij gestorven was, kwam de zaak op gang. Zijn opvolgers, in de eerste plaats Tsjang Kai-shek, hebben den over weldigend snellen hereenigingsvfeldtocht voor de Koeomintang gevoerd, waarvan Soen altijd slechts had gedroomd. De held van deze groote successen werd evenwel degeen, die de zaak steeds verkeerd had aangepakt, die in werkelijkheid eigenlijk alleen de lit teraire voorbereidende werkzaamheden heeft gedaan. De Chineezen schijnen nog steeds het litteraire volk te zijn. Blijkbaar vinden zij de conceptie van een politiek denkbeeld grooter dan de daad- Maar nog een ander motief speelt bij de vereering van Soen Yat- sen in China een rol. Deze vereering is, wij willen niets zeggen van de Russen, maar ten tijde van den Russischen invloed in China begonnen, toen de Chineezen voor het eerst de massapropaganda leerden. Destijds is het him ook duidelijk geworden, dat de nieuwe beweging een held noodig had en dat in ver band met den onderlingen naijver van de levenden, deze held een overledene moest zijn. Dus bleef volgens de geschiedenis der revo lutie alleen Dr. Soen over, die een groot na tionaal denkbeeld te berde had gebracht, maar het nooit had kunnen uitvoeren. Toen de Koeomintang nog niet verder was gekomen dan de beide Zuid-Chineesche pro vincies, dus meer dan drie jaren geleden, had zij reeds het plan opgevat, aan het einde van een destijds nog zuiver denkbeeldigen zege tocht door China den leider in Nanking "bij te zetten en zij had met een verrassende toewijding reeds in die dagen een prijsvraag uitgeschreven voor het aanleggen van een graf in de purperen bergen. Een jonge Chi neesche bouwmeester, die een plan vrijwel in oud-Chineeschen stijl had ingezonden, had den eersten prijs gekregen. Velen, bijna allen, hebben destijds gespot. In Nanking had de Koeomintang toen in het geheel nog niets te zeggen. Thans, nu de gebeurtenissen zich met een onheilspellende nauwkeurigheid hebben voorgedaan, doet het ontwerp van deze plannen bijna aan als een profetie. Misschien is toch nog de werkelijke over winnaar van deze nieuwe beweging de over leden leider, die als generaal van den geest al voor zijn dood had gezegevierd en den over levenden opvolgers alleen de uitvoering van zijn laatsten wil had overgelaten, gelijk het officieele Koeomintangdogma leert. Een jaar na het uitschrijven van de prijs vraag was de Koeomintang in Nanking. Er volgde nog een jaar van binnenlandsche twisten en tenslotte hét laatste jaar der consolldeering. gedurende hetwelk in Nan king de begraafplaats werd gemaakt en de plechtigheden voor de bijzetting voorbereid. De groeve van Soen Yat-sen is thans als .iet ware het centrum van China geworden en de plek, die Nanking werkelijk tot een hoofd stad begint te maken. Het graf maakt op ieder, die het ziet een overweldigenden in druk. Een complex trappen leidt de purperen bergen op, waar de voorhal van het mauso leum en de eenvoudige koepel van het eigen lijke graf staan. Deze groote trap. die niet naar een geweldig bouwwerk, doch al.een naar twee kleine hallen leidt, is liet impo sante van den aanleg. De hallen zelf zijn van Chineeschen eenvoud en hun pracht is sober. Een pronkstuk van Chineesch mozaïekwerk is de zoldering van de voorhal, die een witte zon met lichtgevende stralen op een blauwen achtergrond vertoont. Deze zoldering reflec teert het licht, dat alleen door een smalle strook glas onder de dakvorst invalt. De voorhal en de aansluitende eigenlijke graf koepel liggen derhalve den geheelen dag in een plechtige schemering. De staatsbegrafenis van Soen Yat-sen werd voortdurend uitgesteld. Ten deele eischten de bouwwerken uitstel, ten deele deed de noodlottige Chineesche politiek de vroeger vastgestelde begrafenissen niet gun stig schijnen. Ook op 1 Juni van dit jaar was een nieuwe burgeroorlog in aantocht en als feest wegens de hereeniging van China scheen de dag verkeerd gekozen. Men zag derhalve in den rouwstoet vele belangrijke Chineezen niet; Feng Yu-hsiang, die stellig ook een revolutionnaire generaal is, ontbrak bij voorbeeld, omdat hij juist bezig was, een oorlog tegen Nanking voor te bereiden. Maar desondanks was de bijzetting van Soen Yat- sen toch niet de plechtigheid van een kleine, thans in Nanking heerschende groep. Dertig duizend mensclien waren naar Nanking ge togen, men zag er inderdaad het nieuwe China bijeen. Zoo werd de staatsbegrafenis, hoewel zij te Nanking plaats vond ln de schaduw van een dreigenden burgeroorlog, toch een werkelijk nationale gebeurtenis. De Chineezen hebben het met gelaten vanzelf sprekendheid opgenomen; dat ook de Peking- sche diplomaten daarvoor voltallig naar Nanking zijn gekomen. Deze deelneming van het diplomatieke corps is echter in het geheel geen onverschillige vanzelfsprekendheid. Zij toont in ieder geval aan, dat de officieelo politiek der mogendheden het nieuwe China au serieux neemt en dat de mogendheden de goden van de nieuwe Chineesche nationale beweging thans hun respect niet meer weige ren. De bijzetting zelf vond in Nanking volgens oud-Chineesche gebruiken en zonder eenigo concessie aan Europeesche levensgewoonten plaats. De rouwstoet zou zich bij zonsopgang in beweging zetten. Daarom verzamelden zich de deelnemers in de eerste beide uren na middernacht in het hoofdkwartier van de partij, waar het lijk was neergezet. Om vier uur in den ochtend zette de stoet van dertigduizend menschen zich geleidelijk m beweging, om onder de hooger en hooger stijgende zon den twee mijlen langen weg naar de begraafplaats af te leggen. Daar in de voorhal van de groeve vond maar een zeer korte ceremonie plaats. Het testament van Dr. Soen werd voorgelezen en door de luid sprekers ook aan de menigte op het voor plein voor dc groote trap medegedeeld. Toen was het precies twaalf uur, middag, en 101 kanonschoten verkondigden, dat Soen Yat- sen was bijgezet.... (Nadruk verboden.). INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cti. p«r regel. Dr. Julius Neumann, privaat do cent voor obstelrie en gynaecologie a/d. Universiteit tè Weencn, schreef „Vrouwen nemen Sanatogen gaarne cq de mededeelingen over spoedige ver betering van den algemeenen toestand en toename van eetlust Waren som wijlen buitengewoon verrassend." "\Vanneer gij U slap of lusteloos gevoelt, volg dan den raad van dezen bekenden vrouwenarts: Sterk Uw lichaam met tiet Zenuwsterkend Voedsel Vanaf f I,- per bus bij alle apolh. en dpjg. Aagtekerk 23 van Rotterdam naar Im- mingham. Arendskerk 23 te Fremantle van Rotter dam. Aagtekerk 23 van Rotterdam. Almkerk p. 22 Gibraltar, Rotterdam naar Australië. Blitar 22 v. Port Said, Rotterdam naar Ba tavia. Binnendijk 21 v.m. te Boston van Rotter dam. Bovenkerk 22 n.m .te Bombay van Rotter dam. Batoe 23 v. Suez, Amsterdam naar Batavia. Bali 23 van Calcutta. Baralt 21 van Cristobal naar Buenaven tura. Barneveld 22 te Valparaiso van Amster dam Calypso 21 te New York van West-Indic. Gaasterdijk 21 v.m. te San Francisco v. Antwerpen. Gorontalo 22 te Marseille, Rotterdam naar Batavia. Garoet 22 v. Alexandria, Batavia naar Rot terdam. Heemskerk 21 van Zanzibar, Belra naar Rotterdam. Heemskerk 22 te Tanga, Beira naar Rotterdam. Indrapoera 28 te Marseille verwacht, Bata via naar Rotterdam. Jagersfontein 23 van Amsterdam naar Zuid- en Oost-Afrika. Kota Inten p. 23 Finisterre, Batavia naar Rotterdam. Kota Radja p. 22 Finisterre, Rotterdam n. Batavia. Kieldrecht 22 van Algiers, Rangoon naar Rotterdam. Kennemerland p. 22 Las Palmas, B. Ayres n. Amsterdam. Lochmonar 20 v. Vancouver naar Rotter dam. Moena 23 van Amsterdam naar Hamburg. Meerkerk p. 22 Gibraltar, Rotterdam naar Calcutta. Melampus 23 van Padang, Amsterdam n. Batavia. Manoeran 23 van Port Said, Batavia naar Amsterdam. Montferland p. 22 middernacht Ouessant, Amsterdam naar Buenos Ayres. Noorderdijk p. 22 de Aanren, Rotterdam n. Pacifickust. Nieuw Holland 22 te Brisbane v. Melbourne vertrok naar Bclawan Deli. Oldekerk 23 te Port Said, Amsterdam naar Japan. Oranla 22 13 uur van Lissabon, Amster dam naar Buenos Ayres. Oberon 25 v.m. te Duinkerken verwacht, St. Thomas naar Amsterdam. Pollux 22 te Antwerpen van Savannah. Reggestroom p. 22 Las Palmas. W. Afrika naar Rotterdam. Radja p. 22 Pcrim, Amsterdam naar Ba tavia. Riddererk 23 te Suez, Bombay naar Rot terdam. Sembilan 22 van Marseille, Batavia naar Amsterdam. Sumatra 20 te Dakar, Amsterdam naar Z. Afrika. Springfontein 22 v. East London naar Dur ban. Samarinda p. 23 Perim, New York naar Java. Tjerimai 23 te Sabang, Rotterdam naar Batavia. Tjimanoek 22 van Sjanghai naar Keclung Tjisaroea 22 van Sjanghai naar Amoy. Vechtdijk 23 te Madras van Rotterdam. Zosma 22 van Port Said, Japan naar Rot-» terdam. Zeelandia 20 te Buenos Ayres van Amster dam. Bondowoso 21 van Rangoon. Scekaboemi 23 te Batavia van Rotterdam. Tapanoeli 19 te New York van Batavia. Edam 23, 9 uur v. Boulogne, New Orleans naar Rotterdam, wordt 20 uur voor den Wa terweg verwacht. Veendijk 23 te Bombay van Rotterdam,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 9