OP HET BINNENHOF.
BIOGRAPHIEEN IN
EEN NOTEDOP
Wedden dat hot u gaat zooals mij. Br zijn
telkens van die momenten, dat je even zou
willen ingrijpen, als je merkt dat ze d'r tegen
aan zingen of er finaal uit zijn. Zoo nu weer
met de conferentie. Ik heb al 'n dag of drie
'n zekere vrees dat het mis zal gaan en dan
kunnen mij m'n kennissen ergeren, die rustig
op de Witte 'n broodje en 'n kop koffie ver
slaan, eens op hun horloge kijken en dan op
staan met een: „Kom lui, we gaan weer
regeeren".
Wij hebben er helaas bitter weinig mee te
maken, zal men zeggen, en toen onze minis
ter van Buiten land sche Zaken tegen Snowdcn
bij de opening zeide, dat Nederland aan den
kant bleef staan, hoeft deze pittige, maar
ietwat ondeugende Brit dan ook heel laco
niek geantwoord: Dat is 'n felicitatie waard!
Hij had ook onhoffelijk kunnen zijn en zeg
gen: Wij zuilen confereeren bij u en zonder
u. Zooals ze ons het vroeger al eens in de
ruif hebben gestoken. En daar was wel 'n
kleine kans op geweest, want Snowden is
permanent geladen, in de eerste plaats met
cijfers maar.... ook met antwoorden, die
heel erg ad rem zijn. Hij is erg outspoken,
neemt geen blaadje voor den mond. Zelfs
geen hand, zooals wij fatsoenlijke Hagenaars
dat van de Trammaatschappij geleerd heb
ben te doen.
En die recht door zee gaande Lichtelijk
onhebbelijke, steeds 'n sympathi-ek-getempe-
reerde dosis beschaafde beschoftheid Ln zijn
wijze van argumenteeren in het vuur bren
gende Snowdcn, heeft niet den vlindervleu-
geligen donzen toon, dien men bij confe
renties van groote staatslieden gemeenlijk
bezigt. Dat liet mij maar niet los, het ver
ontrustte mij.
Ik krijg 's avonds op eens 'n inval; ik
denk, ik zal er 's met hem gaan pra
ten.
Ik heb het avondblad (dat vrouw Groen,
met wie ik samenlees, altijd op de derde tree
van de trap legt onder het schoteltje van m'n
glas karnemelk) nog even doorgelezen en
ben er den volgenden dag op uit gegaan.
Daar was 's Maandags trouwens ai heel wat
gebeurd. Kan heeft „de" portefeuille plech
tig ofschoon dat wel niet al te best ge
lukt zal zijn aan den nu permanent dóór
excelleerenden oud-collega Ruys overge
dragen en is weer in z'n nederige secretaris
kamer binnengestapt, het zelfde ruime tocht -
rijke vertrek, hetwelk wij, Nederlandsche
natie, nacht en dag voor hem hebben open
gehouden; toen hebben negen afdeelingschefs
ieder 'n vaas met theerozen voor zich uit
dragend den nieuwen minister in optocht 'n
bezoek gebracht en toen hebben ze, hoor ik
weer gelegenheid gekregen om met Kan op
nieuw kennis te maken.
Enfin, ik wou eens zien of ik het Binnen
hof niet in kon, maar daar stond zoo dik-
veel politie te voet en te paard voor, dat
had ik al gezien, over de hoofden van de
menschenhaag, die sterk pro-Briandgezind
lis en daar uren lang staat te wippen en te
biggen, in de hoop 'n glimpje vtan hem te
zien of 'n knevelhaar machtig te worden.
Dus geen gekke dingen doen, niet met 'n
auto het zwaar versterkte Binnenhof bin
nenstormen, denk ik. En toen kreeg ik wéér
een idee Ik denk: ze kennen de nieuwe be
wind slui tóch nog niet en ik neem het
Maandagochtendblad weer even ter hand,
bestudeer de Gesammteindruck en ga mijn
Smidsslop uit en het dorp in, naar Feld in
de Keizerstraat en nog 'n andere goede zaak,
koop er 'n complete uitrusting, wat erg ge
makkelijk was, want ons nieuwe stel heeft
precies hetzelfde pakean-deftig op de foto:
omgeslagen puntboordje, stemmig slipdasje,
effen zwarte jas met dofzijden revers, zwaar
gezoolde zwarte schoenen, tevreden uiterlijk
ietwat te hoogen hoogen hoed en facultatieve
paraplu.
Vervolgens heb ik Van der Lugt Melsert
om 'n goed adres gevraagd, heb me 'n beetje
laten bijschminken, wat netter, wat stem
miger, ietwatnu ja, hoe zal ik dat nu
netjes zeggenKortom, toen ik mijn
Smidsslop uitging, in m'n linkerhand één
donker gekleurde garen handschoen (dr.
Hofstede de Groot heeft heel Europa en
Amerika wel bereisd met één handschoen,
zoaals hij me heeft toevertrouwd), toen werd
ik al hier en daar gegroet en gingen zelfs
Scheveningers voor me het trottoir af, wat
ze niet gauw doen.
Ik kreeg bij 't Mauritshuis even 'n be
nauwd oogenblikje. Zou het lukken? Maar
toen denk ik: nu of nooit, zette 'n erg
strak, deftig, beetje benepen gezicht, nam
m'n portefeuille onder m'n arm en ging
rechts en links groetend door de menigte
heen, de politie te paard salueerde, ik tikte
even aan m'n hoogen hoed, ging steeds
heelemaal Rechts houdend (je moet met je
tijd meegaan, waar of niet?) het Binnen
hof in en verzocht om Snowden te spreken.
Die v/as natuurlijk dadelijk bereid en ik
denk: nu maar brutaalweg er op los, dat
doet hij ook!
„Topping!" zeg ik, „dat u thuis bent. How
do you do?"
„Very well", zegt hij, „thank you".
,And you like the Hague?"
„Darlingest place", zegt hij.
„Good egg", zeg ik weer gemoedelijk en
min of meer als 'n bedankje voor zijn ap
preciatie van onze mooie stad. Het is maar
de kwestie, hoe je je houdt bij zoo'n gelegen
heid.
En toen hij met een „pray be seated"
me 'n stoel had aangewezen, ben ik zoo ge
zel! igweg aan 't praten geraakt. Ik zeg:
„Look here,, niet dat ik er iets mee te maken
heb, maar ik kom u toch even complimen
teeren met uw wijze van debatteeren".
Ramsay McDonald heeft me 'n tele
grammetje gestuurd, hij zegt óók: fight for
your colours, red, white and blue
„Just as your forefathers told ye to do",
val ik neuriënd in.
„Quite right, old thing", zegt hU, geeft
me 'n knipoogje.
„You like dogs", zeggen ze. .,1s that so?"
vraag ik glimlachend. „Ik houd ook van
honden".
„I do, mij old bird. I do", zegt hij weer,
ook vriendelijk kijkend. Het ijs was ge
broken!
„Nu" zeg ik, „dan kunnen we praten. Ik
zal 't niet te lang maken, want ik heb het
toevallig nogal druk en we zitten hier niet
om vliegen te vangen, ik kan hier bovendien
niet voor de rest van m'n leven in Den Haag
blijven, ik moet weer vóór donker naar
Scheveniiingen", lanceer ik met één oog dicht.
„Ripping", zegt hij. „Time is money!"
„Right ho!" herneem ik, „en daar gaat het
nu juist om. 't Gaat om de centen. Mag ik
even?"
„Zeker", zegt hij, „ik heb als t ware op u
gewacht, vertel eens wat u
„Nu dan", zeg ik. „Lloyd George heeft het
óók ,al gezegd, maar ik zeg ook, het is precies
als in voetbal. Keep on worrying, blijf d'r
op zitten. Jullie hebben al heel wat voor de
vriendjes betaald, maar ik zou zeggen leg het
er 'n beetje dik op".
„Quite right", zegt hij, „daar had ik niet
zoo dadelijk aan gedacht. Dank voor de
tip".
„Enzeg ik, „overvraag desnoods ':i
klein beetje. Het is precies als wanneer je
bij 'n antiquair komt. Hij vraagt 'n eindje
boven den prijs, je lacht, hij slaat een stevig
stuk of, je haalt je schouders op. Dan komt
z'n laatste bod. Dan schud je je hoofd en
je gaat de deur uit. Vervolgens komt ie je
wel terugroepen, je doet er nog zeven stuivers
bij en je hebt je bullen onder je arm!"
„What do you mean?" vraagt hij.
Ik zeg: ,,Laat ze stil foeteren over je
manier van spreken, call a cow a cow, noem
de dingen bij den naam, dat schrikt ze op.
Dan krabbelen ze vanzelf bij, geloof mij
maar". En ik stond op, nam vriendelijk af
scheid van den sportleven ouden heer.
„Play the game!" zeg ik nog. „I want to pop
off. Toodle-oo!"
„Bye bye, old man", zegt hij hartelijk
en ik ga weer door de menigte terug, die
eerbiedig groetend, 'n breede vore van mij
openliet.
PIM PERNEL.
Een vreemdsoortige visch heeft een hard,
scherp en mesvormig verlengstuk aan den
staart.
Dit moet ongetwijfeld een gemak zijn voor
het geval de visch een dozijn oesters tegen
komt.
Een groote boot joeg onlangs een enorme
golf op het strand te X. Men zegt dat tal
van jongedames, die zich in badcostuum aan
het strand bevonden, ternauwernood aan
een bad ontkwamen.
Directeur: Maar de Bruin, Je hebt deze
maand nu al drie keer om salarisverhooging
gevraagd".
Klerk: Inderdaad meneer, maar mn vrouw
heeft het geld hard noodig.
Directeur: Mug lk misschien weten waar
voor?
Klerk: U wel meneer maar ik niet.
Kan je kleine broertje a! praten?
Dat is niet noodig. HU schreeuwt. En als
le schreeuwt dan krygt ie alles wat ie noo
dig heeft.
„Een slaapje dat 500 gulden kost" stond
boven een courantenbericht betreffende een
inbraak, gepleegd, terwijl de nachtwaker
sliep.
Dat is nog niets vergeleken bij dien man
die op een verkooping al knikkebollend in
slaap viel. Toen hü ontwaakte bleek het, dat
hU voor 7000 meubelen had gekocht.
..Dus een bandiet heeft je van alles be
roofd? Ik dacht dat Je een revolver had!"
„Ja. maar die heeft hij gelukkig niet ge
vonden."
Professor X. heeft op noodlottige wijze
den dood gvonden. Hij vloog naar Parijs,
het toestel verongelukte en de geleerde
moest gebruik maken van de parachute.
Maar hij opende het valscherm niet, omdat
het niet regende.
Klefn meisje: „Laten we vader en moeder
spelen."
Klein jongetje: „Nee, laten we voetbal
match spelen. Dan hoeven we niet zoo'n le-
yen te maken."
WEERVOORSPELLINGEN
LANGEN AFSTAND.
OP
Volgens den beroemden Poolreiziger, Sir
Hubert Wilkins, zal het binnen eenige
weinige jaren mogelijk zijn het weer zeven
jaren van te voren te voorspellen. Hij be
weert dat door studie van de stroomingen
in de lucht en van andere weersomstandig
heden zoowel aan de Noord- als aan de
Zuidpool, weervoorspellingen „op langen af
stand" mogelijk zullen worden.
Maar dit is niet geheel nieuw: ln deze rich
ting zijn al eenige merkwaardige dingen ge
daan. Buchan, de beroemde meteoroloog,
heeft in de vorige eeuw ontdekt, dat in
zekere perioden het weer elk jaar tajzonder
koud zou wordan. HU had den moed zijn
gevolgtrekkingen te publiceeren en zy blekeïi
iverwonderhjk juist te zyn.
Andere onderzoekers, die de theorie aan
hangen dat de weerstoestanden een neiging
hebben met geregelde tusschenruimten na
een bepaald aantal jaren terug te keeren,
hebben ook eenige merkwaardige voorspel
lingen gedaan en zy zijn door de gebeurte
nissen in het gelyk gesteld-
Het zal den lezer genoegen doen te hooren
dat deze zelfde deskundigen thans een heele
serie van mooie zomers voorspellen!
GROOTE SCHOONMAAK VAN
KLOKKEN.
Op 't oogenblik is het de tyd waarop alle
klokken van het Paleis van Westminster
(beter bekend als de Parlementsgebouwen)
In Londen een grooten schoonmaak onder
gaan. Dit is niet zoo'n kleinigheid daar er in
de ..Houses of Parliament" ongeveer 500
klokken van verschillende soort aanwezig
zyn.
Onder het personeel leeft de overtuiging,
dat het juiste aantal van al deze klokken
nooit bekend is geweest en ook nooit bekend
zal worden. Veel pogingen zijn gedaan om
tot het Juiste aantal te geraken, maar nooit
hebben de totalen precies „geklopt".
De schoonmaak van de groote torenklok
„Big Ben" eischt ontzettend veel werk. Het
schoonmaken van één der vier wyzerplatcn
eischt een dag werk. Vroeger waren voor het
opwinden van dit geweldige uurwerk twee
man noodig. die geregeld drie middagen per
week zich met dezen arbeid onledig hielden.
Nu gaat dit opwinden langs electrischen weg;
het kost nu iedere week maar 20 minuten.
In dien tyd haalt een electrïsche motor het
2 1/2 ton wegende gewicht 160 voet omhoog.
Vele beroemde klokken in Buckingham
Palace en Windsor Castle, de koninklyke
verblijven in en bU Londen, krygen om
dezen rijd ook een beurt.
DE SCHNEIDER CUP.
Wie was Schneider?,
DE ENGELSCHE MACHINE
(Van onzen Londenschen correspondent)
De Britsche ploeg, die op 7 September moet
beproeven den Schneiderbeker, door Brit-
tanje in 1927 boven de wateren van Venetië
gewonnen, te behouden, is met de machines
gestationneerd te Calshot, aan de Solent,
tegenover het eiland Wight, waar dit jaar de
vermaarde wedstrUd zal plaats hebben. De
wedstrijd voor den Schneiderbeker is een
kamp van snelle watervliegtuigen, die be
halve groote snelheid ook zeewaardigheid
moeten hebben. En de gebeurtenis begint al-
rijd met proeven voor zulke zeewaardigheid.
Ze werd Jaren geleden ingesteld door den
Franschman Schneider, toen het byzonder
belang van de luchtvaart nog niet zoo sterk
naar voren was gekomen en toen vliegen
nog een hachelyke sport was, die werd be
oefend door eerzuchtige en moedige pioniers.
De wedstrUd om dezen beker was toen nog
een particuliere sportgebeurtenis. Dat is hy
nu niet meer. De kosten, aan deelname ver
bonden, zijn zoo hoog dat een particulier
persoon ze niet kan dragen. Er is ook een
belangrijk economisch element in dezen wed
strijd gekomen. De overwinning is een on
schatbare reclame voor de vliegtuigindustrie
van het land. dat de zege heeft behaald.
Daarom is de Schneiderbeker geleidelyk een
trophee geworden, die door naties in plaats
van door personen wordt begeerd. De voorbe
reiding is een officieele taak, die wordt on
dernomen door de militaire of maritieme
vliegdiensten der verschillende landen. Het
is een internationale sportgebeurtenis ge
worden waarin landen of hun regeeringen
de deelnemers zijn. Men zegt dat de kosten,
aan mededinging verbonden, dit jaar in
Brittanje de twee millioen pond nabykomen.
Daarover is men wat ontsteld. En aangezien
het levensgevaar by de groote snelheden
(meer dan 500 K.M. per uur) ook steeds groo-
ter wordt, hoort men hier reeds vragen om
afschaffing van dezen wedstrUd. Deze raad
zal zeker in den wind worden geslagen. Na
tionaal aanzien .gebiedt dat men voortgaat
den overwinnaar zUn kleinood te betwisten,
vr -.aam maar energiek. De Britten zijn
reeus eenige dagen met de vooroefeningen
voor den machtigen strijd bezig. Hun machi
nes zyn in uiterlyk en type gelyk aan die
van verleden jaar. Het zijn „supermarine'
eendekkers met twee dry vers en voorzien
van ongewoon lichte, tevens ongewoon sterke
motoren. Zeer veel komt natuurlijk op den
motor aan. In den bouw der toestellen is het
beginsel, luchtweerstand op te heffen, nu
wel tot het uiterste toegepast. Dit geeft de
machines byzonder fraaie lynen. Verhoo
ging van snelheid kan nu alleen nog wor
den bereikt door per pond gewicht een steeds
grooter aantal paardenkrachten in den mo
tor te stoppen. Dat wordt een zaak van
nauwkeurige berekening. Door middel van
compressors of „blazers" wordt de spanning
in de cylinders (in verband met den lichten
bouw toch reeds tot diéht bij de veiligheids
marge opgevoerd) verhoogd. De vraag wordt
dan hoe lang zulk een krachtsmachine de
spanning kan verdragen. Ze wordt dan een
ééndags-machine, bij wijze van spreken. In
werkelijkheid zullen de motoren, die stx-aks
de watervliegtuigen boven de Solent voort
zullen jagen, slechts luttele uren kunnen le
ven. Het nieuwste Britsche Schneider-beker-
toestel is de „Supermarine S6V. Het is dit
jaar speciaal gebouwd onder leiding van de
afdeeling voor Technische Ontwikkeling van
het ministerie voor Luchtvaart. Het ver
schilt in zooverre van het toestel, dat in 1927
d'.n beker won, dat het geheel var. metaal is
en wat grooter van afmetingen. Dit laatste
werd gebiedend omdat de motor wat zwaar
der is, en ook van een ander fabrikaat, hoewel
de bekende Napier-motoren in andere toe
stellen ook meedoen. Een nieuwigheid in de
S6 Is dat de brandstof is opgeborgen in de
dryvers, die voorts ook de olie-bevatten. Het
lastig vraagstuk van het koelhouden der mo
toren is opgelost door de koelers of radiato
ren aan te brengen in de vleugels. Het nor
male vermogen van den nieuwen motor, die
door Rolls Royce is gemaakt, is 830 P.K. Maar
die kracht wordt door toepassing van com
pressors en andere geheime middelen (ook de
samenstelling van de brandstof spreekt hier
een woordje mee) aanzienlijk verhoogd.. Het
is al zeker dat Frankrijk ook ditmaal niet in
den wedstryd uitkomt. En het deelnemen van
Amerika wordt minder en minder zeker.
Waarschijnlyk zal het dus weer tusschen de
twee groote rivalen Engeland en Italië gaan.
Italiaansche toestellen zUn reeds voor oefe
ningen aan de Solent aangekomen.
HET ROSENTHAL-PORSELEIN.
De leidende persoonlUkheid van de Duit-
sche porselein-industrie Dr. Philipp Rosen
thal, viert einde Augustus, het vUftigjarig
jubileum van zyn fabriek. Daarmede wordt
een tijdperk van een halve eeuw afgesloten,
van de moderne ontwikkeling van de Duit-
sche, zoowel als van de internationale por
seleinindustrie.
Wat Rosenthal heeft gewrocht is een im
posant bewijs hoe ook in het industrieele le
ven van onze dagen, tenslotte een groote
persoonlykheid triomfeert. De geheele we
reld weet, wie Philipp Rosenthal is, want
wie kent niet het Rosenthal-porselein?
Maar hoe hU, in den loop der vyft-ig jaren
geworden is een der grootste leiders der
Duitsche nyverheid, dat is van een betoo-
verende aantrekkelykheid voor allen, die aan
de macht en de noodzakelUkheid van de
persoonlykheid, zoowel in het geestesleven,
als in dat van de industrie gelooven.
De loopbaan van Philipp Rosenthal Is
Amerikaansch. Hij heeft zich een weg ge
baand als een Rockefeller, een Edison, een
C'arnegie, een Ford. ZUn geboorteplaats is de
kleine Duitsche stad Werl in Westfalen. Hier
kwam Philipp Rosenthal den 6den Maart
1855 ter wereld.
Als jongen van zeventien jaar, gaat hy
naar Amerika, Hy wordt hier achtereenvol
gens loopjongen, cowboy, liftjongen, dan, na
eenige jaren reeds leider van een porselein,
glas en speelgoedafdeling van een groot
handelshuis. Na een verbluf van zeven jaar
in Amerika, keert hij. op verzoek van zyn
ouders, terug dat was in 1897 en begint in
Selb, een klein atelier voor porseleinschil
deren, eerst met een enkelen werkman. Drie
jaar na de stichting werkt zyn inrichting
reeds met 60 man. Had hy vroeger het witte
porselein om te beschilderen, ergens anders
gekocht, in 1891 richt hU zelf een eigen
porseleinfabriek op. en nu is zijn fabriek
een der grootste en voornaamste der wereld,
waar duizenden arbeiders werk vinden. Als
74-jarige man staat hij nog aan het hoofd
van de zaak. Hy is sedert 1916 de leider van
de belanghebbenden by de Leipziger Messe.
DE JAVANEN
EEN „GROEIEND" VOLK
Uit „The Races of Java", de jongste pu
blicatie van het Indisch Comité voor Weten
schappelijke Onderzoekingen, waarvoor de
gegevens werden bewerkt door het Ant-hro-
pologisch Laboratorium te Bandoeng, leeren
we de Javanen kennen als een groeiend volk.
Het is algemeen bekend, dat de bevolking
van ons eiland sterk aangroeit. Maar dat ze
ook groeit en in lengte toeneemt was tot nu
toe onbekend. Door vergelyküig van de be-
bevolking van het platteland van Priangan
met onder Westersch toezicht gevoede Soen-
daneezen, o.a. volwassen leerlingen der in
ternaten te Bandoeng, is gebleken, dat de
laatsten belangrijk langer zijn geworden. In
hun eigen omgeving zou dit hoogtwaarschyn-
lijk niet het geval zijn geweest.
Door verhooging van de volkswelvaart is in
Europa de laatste halve eeuw de lichaams
lengte belangrUk toegenomen. Ook hier te
lande is door tal van regeeringsmaatregelen
de welvaart zeer vermeerderd. Dit is vooral
merkbaar in de nabyheid der spoorwegen en
andere groote wegen. Dc-ch ook in het diepe
binnenland dringt die gunstige invloed door.
Doordat meer voedsel beschikbaar wordt,
maar vooral doordat het beter bereid en op
vaste rijden genuttigd wordt, verbetert de
voedingstoestand. Langzaam maar zeker
dringt kennis der hygiëne door. De meisjes
trouwen niet allen meer zoo vroeg, dat de
groei plotseling wordt stopgezet door te
vroegtijdige zwangerschap. Door al die Wes-
tersche invloeden in de Oostersche maat
schappij zullen de Javanen over 25 jaar zoo
lang blyken te zyn geworden als een deel
der bewoners van Zuid-Europa, Om te be-
wUzen, dat de maatregelen der Regeering
gunstig hebben gewerkt, behoeft het huidige
onderzoek dan slechts herhaald te worden.
Doch ook op andere wyze toont „The Races
of Java" ons een groei, die al lang vóór onze
tijdrekening is begonnen. Zeestroomingen en
regelmatige winden vergemakkelijkten de ver
plaatsing van de primitieve volken in Zuid-
Oost-Azië en omgeving ten zeerste. Vooral de
Zuid-Oost Passaat oefende belangrijken in
vloed uit op deze natuurvolken. Van de oud
ste tyden af werd door deze winden en
stroomingen menschenmateriaal' naar het
vruchtbare Java gevoerd. Zelfs uit West-
Azië kwamen er hier. De afgesloten dalen der
Preanger bevatten nog elementen die 'n dui
delijk Zuid-Europeesch type vertoonen. Maar
vooral Dravida's uit Voor-Indië, Negerach-
tigen uit Achter-Indië, de Filippynen en Me-
lanesië, Mongoolschen uit Oost-Azië en
Australoïden uit het zesde werelddeel lieten
zich hier op de vleugels van den wind heen
dry ven. Daardoor werd het eiland het eerst
bevolkt en wordt de bevolking op het huidige
oogenblik nog steeds vermengd en veran
derd. Wel is de functie der winden en stroo
mingen tlians grootendeels door de machine
overgenomen, die allerlei heterogene elemen
ten aanvoert. Ook in dezen geen stilstand
maar groei!
Een bekend Oostenrijksch beeldhouwster,
iemand die zeer fijn waarneemt, merkte op,
dat op ieder Javaansch gezicht, hoe „brani"
de persoon zich ook moge voordoen, de vrees
ligt: Uit ieder Chineesch gezicht daarente
gen spreekt de sluwheid, meende ze.
Men moge het hier al niet geheel mee eens
zijn, zeker is het, dat niettegenstaande de zoo
uiteenloopende afkomst, toch op alle Ja-
vaansche gezichten min of meer hetzelfde
stempel is gedrukt. Tlians kunnen Dravida's,
Negrito's, Australoiden en Aïno's alleen door
het geoefende oog van den vakman gemak
kelijker worden onderscheiden. Het Mon-
goolsche t-ype overweegt daartoe te zeer.
Doch ook de invloed der omgeving is dui
delijk te bemerken. Dit wordt in het jongste
boek o.m. door het ontstaan van het ver
schil tusschen Soendaneezen. Midden-Ja va
nen en Madcereezen aangetoond.
Sterk spreekt dit uit een onderzoek der
bergbevolking aan weerszijden der Tji Laki
in den Zuid-Preanger. Wanneer de kam
pongs door gemakke.lyke wegen verbonden
zyn, is er groote overeenkomst tusschen deze
menschengroepjes op te merken. Wanneer
daarentegen terreinscheidingen als ravijnen
gebergten of oerwoud den samenhang ver
breken, valt sterk verschil tusschen de be
volking der afzonderlyke kampongs op. Dit
kan alleen hieruit verklaard worden, dat de
omgeving deze menschen door selectie ver
andert. In dit afgesloten dal plaatst ze deze
in n ander dal andere elementen op den
voorgrond. Het is een proces van eeuwen
maar de werking ervan is duidelUk te be
speuren.
Uit „The Races of Java" leeren we de Ja
vanen daarom in de eerste plaats kennen als
een groeiend volk. Wanneer men eenmaal op
hUit-T6^ -Ijnv 15 opmer'czaarn gemaakt,
blykt het in hooge mate belangwekkend.
EEN MOOIE GIFT.
Dr. Scholl van Chicago, de welbekende
voetspecialist, heeft 100.000 dollars geschon
ken aan het Illinois Instituut voor pedicure
en voetchirurgi te Chicago, welke gift zal
worden aangewend voor een nieuw school
gebouw, waarvan de kosten op 200.000 dol
lars worden geschat.
Het Illinois Instituut is het grootste van
dien aard in de geheele wereld en zijn leer
lingen vindt men in alle deelen van de we
reld. Verbonden met dit instituut staat de
beroemde kliniek, waar tegenwoordig meer
dan 20.000 personen geregeld him voeten la
ten behandelen. Sinds de oprichting van de
school, nu zeventien jaar geleden, heeft de
inrichting zich zoo uitgebreid, dat ondanks
haar vier groote gebouwen in het centrum
van Chicago, geen voldoende ruimte is, voor
het opnemen van studenten, zoodat besloten
werd een nieuw gebouw op te richten.
JOHAN VAN OLDENBARNEVELDX
1547—1619
Na een succesrijke loopbaan van vele jaren,
beging de winkeldief de eerste foutHij stop
te een aambeeld in zijn overhemd!
/■(Life),
Johan van Oldenbarneveldt was gesproten
uit een adellUken stam, welke nog voor de 15e
eeuw by Nieuwkerk op de Veluwe de ridder
hofstede Oldenbarneveld bewoonde. Hy was
geboren te Amersfoort 14 September 1547. Na
het elementaire onderwys te hebben genoten
legde de jonge Van Oldenbarneveldt zich toe
op de rechtsgeleerdheid, welke hij studeerde
aan verscheidene hoogescholen, zoowel hier
te lande als in Duitschland en FrankrUk. Als
doctor in de rechten keerde hU in het va
derland weer, waar hy zich waarschijnlijk
aanvankelijk te Delft gevestigd heeft. Tot
advocaat der Staten voor het Hof van Hol
land benoemd, gaf hU reeds spoedig blUken
van gematigdheid en rechtvaardigheid. De
Rotterdamsche overheid benoemde den
eveneens reeds van veel scherpzinnigheid en
kennis blijk gevenden man tot pensionaris
van die stad. Aan zijn voor uitziend en blik is
het te danken, dat als tegenwicht tegen Lei
cester's macht prins Maurits tot buitenge
woon stadhouder en kapitein-generaal en
admiraal van Holland en Zeeland benoemd
werd. Toen mr. Paulus Buys afstand gedaan
had als advocaat van Holland viel aller keuze
op Oldenbarneveldt, die den titel van Raads
pensionaris kreeg. 8 Maart 1586 legde hy den
ambtseed af. Hij nam weldra openlUk stel
ling tegen Leicester, wien hU zijn fouten on
der het oog bracht. Omdat Oldenbarneveldt
niet de medewerking vond, waarop hij gere
kend had, bood hy reeds spoedig zyft ontslag
aan, men wist hem echter te bewegen dit in
te trekken. Oldenbarneveldt ontdekte de be
doelingen van Leicester, de overdracht van
het land aan Spanje, wist in de Staten vol
doende tegenkanting daartegen te wekken
en haalde zich daarmee de haat van den
landvoogd op den hals. Deze laatste ging zelfs
zoover, een aanslag op Oldenbarneveldt en
Maurits te beramen, de raadpensionaris zelf
wist dien te verU delen. Na Leicester's ver
trek verzoende ook diens aanhang zich met
den raadpensionaris, die voor zyn belangrU-
ke diensten algemeene achting en dankbaar
heid ondervond. In 1598 maakte hij deel uit
van een gezantschap naar het hof van den
Franschen Koning Hendrik IV en naar Eli
sabeth om hun te bewegen tot volharden in
den oorlog.
Van korten tyd daarna dateert het begin
van het onzalig geschil tusschen Maurits en
den raadpensionaris, waarvan men de juiste
redenen slechts gist. Waarschijnlyk vreesde
Oldenbarneveldt Maurits' macht. In 1607
deed de Spaansche Koning vredesvoorstellen,
die Oldenbarneveldt heilzaam voorkwamen,
Maurits, misschien belust op krijgsmansroem
bleef voor den oorlog.
Het sluiten van het twaalfjarig bestand in
1609 was Oldenbarneveldt's werk, maar be
zorgde hem van de zUde der Mauritsgezinde
partij een bittere haat, die reeds om zyn
dood door beulshanden riep. Uit het aanne
men van een geschenk van Hendrik IV door
Oldenbarneveldt concludeerde men tevens
hoogverraad. Oldenbarneveldt vroeg nu zyn
ontslag, maar werd wederom tot aanblijven
bewogen. Aan de bemiddeling van den Fran
schen gezant Jeannin in de geschillen met
Maurits dankt hij veel. Ook de kerkelUke
onaangenaamheden waren voor den raad
pensionaris, die in tegenstelling met den
stadhouder tot de Remonstranten overhelde
een bron van verdriet. Door een groot deel
van het volk gewantrouwd vroeg hU ander
maal ontslag doch zwichtte opnieuw voor
den aandrang der Staten van Holland om te
blijven. De troost van een gerust geweten,
zei hy, verhief hem boven de beschuldigin
gen. Een schriftelijke apologie, waarin hy"
zijn trouw aan het Huis van Nassau betuigde
mocht hem niet baten.
29 Augustus 1618 werd hU ten hove ontbo
den en gevangen genomen, gelijk met Hoo-
gerbeets en Hugo de Groot, pensionarissen
van Leiden en Rotterdam. De gunst van be
zoek te mogen ontvangen werd hem zelfs ge
weigerd.
Het eerste verhoor duurde twintig dagen.
De Staten-Generaal benoemden een recht
bank van 24 personen, waarin twee, die nog
kort geleden door Maurits tot ridder verhe
ven waren. Oldenbarneveldt werd voorname-
lyk ten laste gelegd de opperheerschappU
over de Nederlanden aan Hendrik IV te heb
ben willen overdragen. Gezegd werd, dat de
Kerk en Staat sinds jaren door de baatzuch
tige oogmerken van staatslieden in gevaar
waren gebracht.
13 Mei 1619 werd het doodvonnis uitge
sproken met verbeurdverklaring zUner goe
deren, ondanks de bemiddelingspogingen van
de Fransche gezanten, ondanks beden en
verzoekschriften van vrienden en familie.
Een verzoek om nogmaals gehoord te wor
den, was niet ingewilligd. Hij vroeg den prins
vergiffenis, zoo hy dezen beleedigd mocht
hebben, een verzoek om gratie wilde hy ech
ter niet doen. Een uur na het uitspreken van
het vonnis werd dit op het schavot vol
trokken. ,,'s Vrydom's stut en Hollands Va
der" die „Holland had gedragen onder 't
hart", zooals Vondel zegt, was toen men hem
op zoo gruwelyke en smadeUjke wyze ter
dood bracht 71 jaar en 7 maanden. Hy was
gehuwd met Maria van Utrecht, die hoog
bejaard zyn vreeselyk lot moest beleven.
Zyn beide zoons, de hecren Van Groeneveld
en Stoutenburg hebben later uit wraak een
aanslag op prins Maurits gepleegd, die mis
lukte.