BEURSKRONIEK.
FLITSEN
VICTORIA-WATER
BIOSCOOP
FEUILLETON
De Roode Vingerafdruk
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 24 AUGUSTUS 1929
De vaste grondtoon ter beurze. Voortgezette
activiteit in handel en industrie. Vooruitzichten.
De opgaande lijn. De beurs.
Amsterdam, 22 Augustus.
De opmerkelijke ononderbroken en nog
steeds stijgende activiteit van handel en
Industrie, in vele gevallen niet in het minst
beïnvloed door de traditioneel® zomerslapte,
welke voor den vasten grondtoon ter beurze
aansprakelijk moet worden geacht, blijkt
opnieuw uit de jongste gegevens betreffen
de de handelsbeweging. De invoer steeg in
Juli tot 241 Millioen (Juni 230 mill., Juli
v. j. 211), de uitvoer tot 170 mill. (Juni 165,
Juli v. j. 161 mill.), terwijl de Invoer in de
eerste 7 maanden van dit jaar 1566 mill,
(v. j. 1555) en de uitvoer 1131 (v. j. 1094)
bedroegen.
Deze opgaande lijn in de conjunctuur is
in overeenstemming met den algemeenen
toestand van reconstructie en economische
wederopbouw in Europa. Bovendien zijn de
vooruitzichten voor gerulmen tijd nog in
stijgende lijn, terwijl er geen enkele reden
is aan te wijzen, waarom de bloei, eenmaal
tot z.g. toppunt gekomen, geen blijvende zal
zijn. Temeer, daar door de vervolmaking van
de financieele apparatuur, ter financiering
van handel en industrie, een zekei"e stabili
teit gewaarborgd is, aangezien eventueele
atokkingen in den afzet gemakkelijk geab
sorbeerd kunnen worden.
Juist de voortduur van de opgaande be
weging in de conjunctuur wordt aanneme
lijk door de omstandigheid, dat Europa zich
nog' niet geheel van de gevolgen van den
oorlog hersteld heeft.. In de'periode gelegen
tusschen de aanvaarding van het Dawesplan
en de bijeenkomst van de commissie van
experts te Parijs, heeft men opmerkelïjken
vooruitgang kunnen' constateeren. Dc Euro-
peesche oorlogvoerende landen hadden eerst
de meest dringende en voor de hand liggen
de problemen van herstel der verwoeste ge
bieden en der economische apparatuur op te
lossen. Vervolgens was alle aandacht noodig
voor herstel van de industrie. Een van de
ernstigste vraagstukken was de stabilisatie
der diverse valuta's. Na dit reusachtige werk,
dat een enorme inspanning van alle krach
ten eischte, en waarbij verschillende landen
clen gouden standaard aannamen en met
een industrie, die weer tot produceeren be
kwaam was, kwam het volgende vraagstuk
aan de orde: de herovering der tijdens den
oorlog verloren gegane buitenlandsche
markten. Daarnaast en tot zekere hoogte
verwant ermee was de kwestie der Duitsche
schadeloosstellingsbetalingen. De tot stand
koming van het mildere Youngplan, dat in
overeenstemming was met Duitschland's
werkelijke draagkracht, leidde tot een verder
optimisme. Aangezien bij aanvaarding hier
van een einde zou gemaakt worden aan de
onzekerheid betreffende Duitschland's na
komen van zijn verplichtingen en de eco
nomische terugslag, die veroorzaakt zou
worden, indien er een kink in den kabel
zou komen door een insolvent-verklarmg
van Duitschland onder de lasten van het
Dawesplan. Hoe ook de resultaten van de
huidige Haagsche conferentie mogen uitval
len, men kan ervan opaan, dat men het
Youngplan, ten minste wat de verlaging der
Duitsche betalingen aangaat, niet zal laten
schipbreuk lijden. Heel Europa en Amerika
hebben het grootste belang erbij, dat het
erdoor komt.
Behalve de Inschrijving op heden op 50
millioen schatkistpapier is er van de emissie
markt nog weinig nieuws. Ter beurze werden
geïntroduceerd cert, van 10 gew. aaijdeelen
z. n. w. Standard Brands Incorp. tegen 39yZ
dollar per aand.
De interest op de afgest. obligaties Roe-
meensche staatsleeningen, per I Juli 1929
verschenen, is op basis van 40 pCt. in goud
betaalbaar gesteld.
De stemming ter beurze was in de achter
ons liggende overzichtsperiode tamelijk vast
te noemen, in het bijzonder voor eenige af-
deelingen, als oliewaarden en industrieelen.
die op verschillende dagen In het centrum
der belangstelling stonden. Een opgewekte
tendenz had de overhand en er hadden dik
wijls belangrijke omzetten plaats. Banken
bewogen zich per saldo om het niveau van
vorigen keer.
In de industrieele afdeeling is de belang
stelling voor Philips den laatsten tijd sterk
Ingekrompen. De stijging van het koerspeil
tot over de 900 zal hier natuurlijk wel debet
aan zijn. Men kan den indruk niet ontgaan
dat dit peil te geforceerd is bereikt en niet
In verhouding staat tot de normale grond
slagen, waarop men uit rendabiliteitsoverwe-
gingen enz. het niveau van een bepaald pa
pier taxeert.
Kunstzijdewaarden waren flauw, met
weinig belangstelling en eenig aanbod waar
door de koersen afbrokkelden. Margarine
Unies en Calvé Delft zetten de opwaartsche
beweging voort met belangrijke omzetten
bij een vaste stemming. Ook van Berkel's Pa
tent stonden weer in het brandpunt der be
langstelling, bij oploopende koersen, o.m. op
geruchten omtrent bijschrijving op de aan-
deelen tot een nominale waarde van 1000.
Sedert enkele dagen valt weer een aan
zienlijke affaire in oliewaarden te memoree-
ren, waarbij Koninklijke de leiding hadden
en die dientengevolge weer tot boven de 400
konden monteeren. Er ontwikkelde zich be
langrijke kooplust. Andere oliewaarden, ook
de Amerikaansche, kregen hun deel van de
opgewekte stemming in den oliehoek.
Mijnen verdeeld, met goede belangstelling
tot oploopende koersen in Boetons en Algem.
Exploratie, welke laatste een interimdivi
dend van 5 pCt. annonceerde.
Rubbers aanvankelijk gedrukt op toene
ming der voorraden, werd later vaster van
toon op de verbetering van den prijs van het
product. De handel bleef zeer gering zoodat
men ten slotte weinig verschillen met het
vorige peil constateeren kon.
Scheepvaarten stil met slechts fractionee-
le verschillen van geenerlei beteekenis.
Suikers met weinig affaire en een looroe
tendenz, zoodat men hier dikwijls een paar
punten onder vorig niveau afkwam.
In tabakken ging evenmin iets van betee
kenis om, en men was hier dus geneigd wat
af te brokkelen, behalve voor die fondsen,
die, zooals Oostkusten, belang bij de rubber
hebben en die de laatste dagen wat vaster
lagen.
BEURSMAN.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
Xs. 's ffttH
„Napoleon" van Abel Gance.
Dank zij de vooruitstrevendheid van de
directie van „Palace" kan ook Haarlem de
vertooning genieten van Abel Gance's mees
terwerk „Napoleon".
Bij vorige gelegenheden (toen „Napoleon"
in Amsterdam draaide) hebben wij reeds de
noodlge aandacht aan dit formidabele werk
gewijd. Weliswaar is de projectie op het zoo
genaamde triple écran (een drieluik van
schermen) hier niet mogelijk, doch de ver
vaardigers hebben een copie geleverd, waar
voor slechts één projectiescherm noodig is,
een copie overigens, die voor het origineel niet
onder doet. Zij behandelt Napoleon's ge
schiedenis, in groote trekken, van het oogen-
blik van zijn romantische vlucht van Cor
sica, tot de groote Italiaansche veldtocht.
Gance heeft in Napoleon het genie en de
held gezien die Frankrijk redde van destructie
en anarchie, en er het land de glorie voor
terug gaf. Om het hoofd van den Corsicaan
glanst een nimbus, en zijn geest straalt een
fluïdum uit, waaraan niemand in zijn om
geving zich weet te onttrekken. Albert Dieur
donné's creatie, is hevig doertrild door deze
sfeer. Hij is een Napoleon, niet alleen uiter
lijk, doch door zijn prachtige beheerschte en
verheven spel ook innerlijk. Om hem heen
zien wij een indrukwekkenden Danton, een
geraffmeerden Robespierre,een hartstochtelij
ken Marat, en van Abel Gance een bijna
perverse, doch toch heroïke Saint Just.
De regie der massa, welke in deze film van
het allergrootste gewicht is, is ongeëvenaard.
Hierin toont Gance zich een groot zooniet
één der grootste regisseurs van dezen tijd.
Waarlijk, kolommen zouden er over deze film
vol te schrijven zijn. Wij moeten onzen lof
echter in enkele regels druks comprimeeren.
Het is jammer dat wij niet de authentieke
„Napoleon" vertoond kunnen zien. Men mist
hier en daar wel het grooter schermopper-
vlak, doch dit resultaat is toch ook wel zoo
voortreffelijk, dat men zich reeds gelukkig
mag prijzen als men dit voortreffelijke staal
1 van moderne- filmkunst heeft kunnen aan
schouwen.
Terloops bedenke men welke reusachtige
perspectieven hier voor ons liggen, dank zij
de geluidsfilm. Men stelle zich slechts het
zingen van de „Marseillaise" voor, door de
honderden die in extase aan de voeten van
Danton zich verdrongen. Een koor onder
leiding van den bekenden zanger Jan Hensen
neemt nu deze taak over. Wij zijn vol lof
voor de prestatie van Hensen en de overige
zangeressen en zangers, doch meenen hier
toch te moeten vaststellen, dat dergelijke
koorzang niet een indruk vermag te wekken,
welke evenredig is met het vertoonde. Het
orgel zou ons inziens betere diensten bewij
zen, als men tenminste van muzikale bege
leiding geen afstand wil doen. Want bij een
waarlijk goede film, is de beste begeleiding
de stilte. Doch wat is er op tegen, het
koor door het orgel te doen begeleiden?
STANDAARD-THEATER.
„Nick van het Wereld
nieuws" en „Dank u", twee
voortreffelijke films.
Juist had de klucht in 2 afdeelingen „Ge
vaarlijk Spel", aanleiding gegeven tot het
diepste pessimisme ten aanzien van de
fabrikatie van kluchtig filmwerk. Juist was
alle geloof in werkelijk humoristischen zin
bij de Amerikanen zoo finaal bij ons ver
dwenen als de lach uit de bioscoop. Toen
kwam het eerste hoofdnummer het tegen
deel bewijzen. Want deze Fox-film „Nick
van het Wereldnieuws" bleek zoo amusant,
zoo onderhoudend te zijn als wij helaas veel
te weinig zien. „Nick Wereldnieuws" is film
reporter. Hij filmt op wolkenkrabbers en
lager bij den grond, maar altijd doet hij hel
met een oolijke snuit, dat dezen acteur Nick
Stuart zoo goed staat. En altijd doet hij het
als er kans is, dat het gezichtje van Sally
Phipps er ook op komt. Dat is overigens
maar heel toevallig, want eigenlijk is het om
haar papa te doen. De zekere mijnheer A.
K. Wellington, die millionnair is en de eigen
aardigheid heeft om niet geportretteerd te
willen worden, omdat zijn vader's baard
eens in de brand is gevlogen vanwege het
Blitz-pulver.
Natuurlijk wordt de waardevolle heer toch
gekiekt, maar niet dan nadat de filmrepor
ter op interessante wijze zijn primeur ver
diend heeft. Behalve in de voldoening daar
over laat de belooning zich zeer gecompri
meerd samenvatten in het medaillon, waar
mee alle films, althans alle Amerikaansche
eindigen.
Een zeer bijzondere film is ook het tweede
hoofdnummer „Dank u" een geestige en
rake teekening van kleinen dorpsgeest.
De dominee, -de sympathieke hoofdfiguur
in deze film, is voortreffelijk gespeeld door
George O'Brien, Jacqueline Logan is zijn
aardig nichtje.
Het Wereldnieuws vertoont de reis van
Hoover, het Duitsche reisje gaat dezen keer
naar Berlijn.
Wij mogen het gebodene ditmaal voortref
felijk noemen.
LUXOR-THEATER.
Estella Taylor in ..Lady Raffles"
cn een goed circusdrama „Achter
het Clownsmasker".
Deze week weer twee hoofdnummers in dit
theater die er wezen mogen. Iedere week
krijgen we nummers, van een ander genre.
Het publiek toonde Vrijdagavond reeds zijn
groote belangstelling en het kan niet anders
of het heeft genoten. Want, nietwaar, een
goede detective-film-en dan een nummer over
een circus, dat pakt altijd.
Nadat we een bezoek aan de oude Hanse-
stad Lübeck gebracht hebben, worden we ont
haald op een leuke 2-acter „Als Jan v. d.
Heijden dat geweten had". Het is een dol
nummer, maar er wordt hartelijk om ge
lachen en daar is het toch maar om te doen.
Vóór de pauze draait dan nog: „Lady
Raffles". De naam brengt ons allerlei in de
gedachten van den mannelijken Raffles, den
gentleman-boef.
De vertolkster van de hoofdrol is een dame
en wel Estella Taylor, bekend o.a. als de
vrouw van Jack Dempsey. Het geheel is een
zeer aantrekkelijk nummer, waarin we de
hoofdrol-vertolkster eerst zien als inbreek-
ster, achtervolgd door twee detectiven, dan
zien we haar als dienstbode, later als de
verloofde van Warren Blake Het is haar te
doen zich een prachtcollier toe te eigenen.
Ze is echter niet de eenige die dat sieraad in
bezit wil hebben. Ook eenige rijke lieden
azen er op. De .ontknooping komt aan het
slot en is heel anders dan de meeste bezoe
kers wel zullen gedacht hebben. Een nummer
heel goed van spel, prachtige aankleeding en
schitterende toiletten voor de dames.
Na de pauze draait dan: „Achter het
Clownsmasker". Het is een geschiedenis uit
het leven van schittering en schijn. Dorothy
Revier vervult hier de dubbelrol van moeder
en dochter. Dit is de vrouw waarvoor Albert
Wells (William V. Mong) de gevangenis in
gaat, onder beschuldiging haar gedood te
hebben, hun kleine dochtertje achterlatende
onder de zorg van een artiste in het circus.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1477 MOEDER'S BESPIEGELINGEN
Moeder is met de
andere ouders uit-
genoodigd om de
uitreiking van de
schooldiploma's bij te
wonen
werpt een critischen
blik op de kleeren
van de andere meis
jes
voelt zich opgelucht
bij het besef dat
geen barer aardiger
gekleed is dan haar
eigen dochter
ziet Mïentje tegen
haar lachen en
glimlacht terug
ontdekt dat Mientje wordt sentimenteel en dan is zij Mientje de gevoelscrisis wordt
eigenlijk tegen een
vriendin lachte die
achter moeder zit
bij de gedachte dat
Mientje nu wel gauw
zal trouwen
afgeleid door den
wensoh dat ze de
mouwen van Mien
tje's jurk wat wijder
had geknipt
fronst de wenkbrau
wen als zij ziet dat
Mientje haar eene
been over het andere
heeft geslagen Ze
heeft toch duizend
maal....
tracht Mientje's
aandaoht te trekken
doch slaagt hierin
niet
zucht van verlich
ting als Mientje
weer gaat verzitten
concludeert dat haar
dochter het knapste
meisje van de school
is (net als alle an
dere moeders).
(Nadruk verboden.)1
Twintig jaar later is het circus nog grooter
geworden en de attractie is Fanchon, de
dochter van Wells, die nog steeds in de ge
vangenis verblijft. Er zal ook een voorstel
ling in die gevangenis worden gegeven en
de oude Wells is ingelicht dat hij dan zijn
dochter zal zien. Wat we dan te zien krijgen
is een mooi spel van den ouden man. Alle
middelen neemt hij te baat om het meisje
te zien, zonder zich echter aan haar bekend
te maken. Hij ontvlucht uit de gevangenis
en verkleedt zich als clown. Hij bemerkt dat
zijn vroegere mede-directeur nog steeds een
schurk is. Als hij zich later bekend maakt
aan dien Colton. laat hij een leeuw op hem
los, met het gevolg dat de directeur ver
scheurd wordt. De olifanten zijn losgebroken
en met opoffering van zyn eigen leven, redt
hij zijn dochter.- Zonder zich aan haar bekend
te hebben gemaakt sterft hij. Een sympathie
ke film die uitstekend voldoet.
Het programma verdient een druk bezoek.
REMBRANDT THEATER.
Maria Paudler in „Blind Geluk".
Zoo ooit, dan toont Maria Paudler zich hier
in de film „Blind Geluk" de ras-artiste.
Behalve haar sprekende, knappe gezichtje en
aardig figuurtje heeft haar tooneelspeelkunst
haar de plaats .in de filmwereld gegeven,
welke zij er inneemt. In „Blind Geluk" weet
ze op de geestigste wijze haar talent te ont
plooien. De ontwikkeling van eerzuchtig
fabrieksarbeidstertje tot filmster en tot wat
ze zich in het hoofd had gesteld, nml. de
vrouw van den fabrikant, weet ze zoo leven
dig, guitig en vermakelijk uit te beelden, dat
wij, toeschouwers, voortdurend geamuseerd
toekijken. We voelen haar plezier, haar angst,
haar verlangen, haar voor-de-gek-houderij,
ja elke gemoedsgesteldheid van haar mee,
of we het zelf ondergaan.
Het gegeven en de ontwikkeling van „Blind
Geluk" bieden alle mogelijkheden voor een
goede film, waarvan een dankbaar gebruik
is gemaakt.
Ongetwijfeld hoort „Blind Geluk" met
Maria Paudler en Fritz Kampers in de hoofd
rollen tot de beste films, die veel en onschul
dig vermaak geven, ook al door het vlotte
spel van alle medespelenden.
Het is een genoegen Paul Collin weer eens
met zijn mede-artisten te hooren. De mooie
beschaafde zang, met de artistieke muzikale
begeleiding oogst in Rembrandt altijd veel
succes. Het is een genoegen op zich zelf om
naar hun mooie vloeiende Fransche uit
spraak te luisteren.
Van de rest van het belangrijke program
ma willen we nog even speciaal de aandacht
vestigen op de interessante natuuropname
der Ufa „Een tocht door de Batakeilanden".
Een programma dat van A tot Z warme
aanbeveling verdient.
DE RAADSZITTING VAN
WOENSDAG A.S.
ALLEEN 20 HAMERSTUKKEN.
Woensdagmiddag vergadert de gemeente
raad.
Er is, in verband met de vacantie van ver
schillende wethouders, in geen 4 weken ver
gaderd.
De verwachting was, dat er een lange agen
da met veel „zware" voorstellen zou komen,
in de aankondiging der vergadering was door
den voorzitter al medegedeeld, dat de ver
gadering „zoo noodig" 's avonds zou worden
voortgezet.
Nu blijkt de agenda evenwel samengesteld
uit 20 zoogenaamde „hamerstukken".
Onvoorziene omstandigheden buitengeslo
ten kan deze agenda in een kwartier afge
handeld worden.
Misschien hebben evenwel verschillende
leden iets op hun hart voor de rondvraag,
want het is een veel voorkomend verschijnsel,
dat Haarlemsche raadsvergaderingen die
een „tamme" agenda hebben, meestal toch
nog lang duren.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct». PER REGEL.
bij geregeld gebruik
OBERIAHHSTEIM
digestie bevorderend
Uit het Duitsch van
MATTHIAS BLANK.
6)
Zoo, zei Bobbic nadenkend, toen zij uitge
sproken was, dus hij was het d'ie u op de
hoogte gebracht heeft v,an wat, ik in mijn
dronken geluksgevoel gedaan heb? Dus hij
vertelde het zoo, dat het een wilde, onbe
suisde spelerslichtzinnigheld werd! Toen
moest u mij wel opgeven, want de schaduw
van uw vader en uw broer viel tusschen u
en mij
Begrijpt u nu, dat niets mijn besluit had
doen kunnen veranderen!
Zeker. Maar daarna?
Ze haalde haar schouders op; haar blik
scheen geboeid aan het uitzicht voor haar;
haar stem klonk zachter, maar er was een
spottende klank in.
Daarna! O. Consul-Generaal Langen -
bach is een correct man, die met alles te
koop loopt wat hij doet, b.v. als hij geld
voor weldadige doeleinden geeft of zooiets;
hij zal nooit aan iets beginnen zonder zich
van te voren af te vragen: „Wat zullen de
anderen er van zeggen?". Noodt zal hij iets
ondoordachts doen. dat hem nadeel zou kun
nen betrokkenen. Altijd wikt en weegt hij het
voor en tegen w,at hij gaat ondernemen. Hij
zorgt er ook altijd voor dat hij een kring
toeschouwers om zich heen heeft. Een on
voorzichtigheid zal hij nooit begaan en al
zijn handelingen zijn met vooruit-ziend over
leg berekend. Daarin heeft hij.-me niet teleur
gesteld.
Het was stil.
Na een poos zei Bobbie langzaam:
Kitty! Het geluk heb je niet gevonden,
je hebt verdriet!
Ik heb alles aan mijzelf te wijten, ik
wil er niet verder over spreken, ik heb je
het antwoord gegeven, dat ik vroeger niet
geven kon; meer mag je niet verlangen.
Maar ik zou je toch graag gelukkig
zien. Kitty, begrijp je niet dat alles gemak
kelijker 'te dragen is als men weet, dat de
ander het geluk tenminste gevonden heeft?
Ik heb gekregen wat ik verlangd heb:
ik heb mijn leven aan een man gegeven die
op end' op correct is
Maar het geluk?
Toen stond ze op; ze keerde zich om en ook
Bobble kwam overeind:
Ik heb je geantwoord wat ik .antwoorden
moest; daar had je recht op en bovendien
zul je mij nu niet haten. Meer heb ik je
niet te zeggen.
Je bent niet gelukkig! Anders zou je
het wel zeggen.
Het is immers geluk, als men krijgt wat
men verlangt. Laten we er niet verder over
sp.reken; wat gebeurd is, ligt ,al zoo ver achter
ons. Als we elkaar weer ontmoeten, laten
we elkaar dan rustig begroeten, als twee
menschen die elkaar hoogachten of mede
lijden met elkaar hebben, net zooals je
wilt.
Neen! Daarmee ben ik niet tevreden.
Je hebt verdriet, dat kan ik niet verdra
gen!
Wat wil je dan?
Het veranderen.
Ze schudde langzaam het hoofd.
Het is te laat. Ik heb beloofd, dat ik
hem trouw zou zijn al kon ik hem geen liefde
geven. Die trouw moet ik bewaren tot....
Tot?
Tot hij haaT niet meer zou verlangen
of tot de dood mij vrij maakt.
Toen gaf hij haar een hand.
Hij liet haar gaan; hij ging weer zitten
en zijn heldere, grijsblauwe oogen volg
den de verdwijnende gestalte tot deze aan
zijn blik onttrokken was.
Zijn handen lagen gebald op zijn knieën;
de smalle lippen waren saamgeknepen, de
wenkbrauwen omhoog getrokken.
Nu had hij de waarheid gehoord. Kon hij
haar nu nog veroordeelen? Hij voelde diep
medelijden met de vrouw, voor wie de liefde
nooit in hem gestorven was.
Hij moest blijven. Hij dacht er nu niet
meer aan weg te gaan, hij moest altijd hier
zijn. Ze was ongelukkig en het uur kon aan
breken waarin zij hulp noodig had.
Als hij geweten had dat zij gelukkig was
geworden, dan zou niets hem hebben kunnen
verleiden om te blijven, dan zou hij verweg
zijn gegaan, ergens waar een nieuwe ont
moeting niet mogelijk was. Maar nu zij
ongelukkig was, nu dwong het noodlot hem
om altijd in haar nabijheid te blijven.
HOOFDSTUK VI.
Ben je klaar?
Consul-Generaal Langenbach stond bij de
deur en streek zijn handschoenen over zijn
handen glad, zijn glad-geschoren gezicht had
een minder blozende kleur dan anders en
zijn mondhoeken waren wat omlaag getrok
ken. Hoe kalm hij dat ook vroeg, hoe weinig
zijn tooneelspelersmasker ook liet blijken.
Kitty kon toch aan de onzekere uitdrukking
in zijn oogen merken, dat hij innerlijk op
gewonden was. Voor vreemden mocht zijn
emotieloos gezicht ondoorgrondelijk zijn, voor
Kitty was het dat niet.
Ja! Maar je weet wel, dat ik vanavond
liever thuis had willen blijven.
We konden deze invitatie immers niet
weigeren! Ik weet wel, dat je niet graag bij
Martin Heinecke komt.
Ik ben klaar. Je zet toch altijd je zin
door, zonder rekening te houden met mij.
Ik hoop overigens, dat je je ontstem
ming niet te duidelijk laat blijken.
Kitty gaf geen antwoord, knikte tegen haar
kamenier en liep toen vlug naar de deur.
Haar man deed een paar stapen achteruit,
liet haar voorgaan en kwam toen aan haar
linkerkant loopen.
Ik heb den auto al laten voorkomen. We
zullen al wel niet meer tot de eerste gasten
behooren.
Ik heb een boodschap gestuurd naar je
werkkamer, maar je had de deur gesloten.
Ik wilde niet gestoord worden.
Had je bezoek?
Ik had te werken.
Zijn antwoord klonk hard en snijdend als
om verdere vragen tegen te houden.
Kitty kende dien toon en zweeg; ze was
ook niet van plan geweest meer te vragen;
zij wist, dat hij haar toch niets zou vertellen,
als hij vond, dat zij er niets mee te maken
had. Haar invloed op hem had niet veel te
beteekenen; daarom ging zij vandaag ook
met hem mee, ofschoon zij de uitnoodiging
zeer tegen haar zin had aangenomen.
Beneden in de hall van de villa stond een
bediende en meer op den achtergrond de par
ticuliere secretaris van Richard Langenbach,
die stomverbaasd in de gang bleef staan, die
naar de werkkamer van zijn meester voerde.
Hij was blijkbaar op weg daarheen, maar hij
bleef nu als aan den grond genageld staan.
De bediende liep naar buiten, trok het por
tier van den auto open en hielp zijn meesteres
en zijn meester bij het instappen.
De auto tufte weg.
Toen de bediende weer in de vestibule te
rug was, kwam de secretaris vlug op hem
toe.
Is meneer daar net van boven gekomen?
Ja, uit de kamers van mevrouw.
Vergis je je niet?
Neen! Ik zag ze zelf beneden komen.
Is hij dan zoo straks niet uitgegaan?
Neen.
Toen zei de secretaris fluisterend, op een
toon, alsof hij met zichzelf aan het overleg
gen was:
Maar hij had ook niet vóór mij terug
kunnen zijn.
De bediende hoorde de woorden en vroeg:
Waarom? Ik heb toch zelf gezien, dat
hij naar boven is gegaan naar de kamers
van mevrouw.
En ik kan zweren, dat ik hem nog geen
vijf minuten geleden op straat ontmoette en
hij scheen uit den achteruitgang in den tuin
te komen.
Dan moet u zich toch beslist vergist
hebben.
Hij moet het geweest zijn; het was zijn
gestalte, zijn gezicht, die eigenaardig wie
gende gang, als van iemand die gevaren
heeft.
Hebt u hem dan niet gegroet of aan
gesproken?
Neen! Hij scheen vreeselijke haast te
hebben en hij maakte den indruk alsof hij
niet gezien of gestoord wilde worden. Hij
had een jekker aan en een grijsgroene vil
ten hoed op.
Viltenhoed? Neen, dan was hij het niet.
Vast en zeker niet, want ik ken zijn garde
robe toch op mijn duimpje; meneer heeft
nog nooit een grijsgroenen viltenhoed beze
ten.
V 'Gyordt vervolgd.).