BINNENLAND H. D.-VERTELUNGEN HAARLEM'S DAGBLAD Als dorre bladeren ritselen op plaatsen met „schitterend uitzicht" en „prachtig natuur schoon" de zwarte papiertjes van filmpaks, vloeren van gebouwen die met een of twee sterretjes in Baedeker aanbevolen worden zijn niet meer onbegaanbaar door af gesab beld kauwgum, de klerk op een reisbureau heeft eindelijk tijd om eens een sigaret op te steken. Het is September, de toeristen zijn huistoe gegaan met klompen en Volendam- mer pakjes en ik mag nu de schoone geschie denis vertellen van de Twaalf Amerikanen, die thans weer rustig candij snoepen, en de leuze „make more money" als van ouds weer getrouw zijn. Het waren mr. John Smith en mr. William Smith, dus Smith I en Smith II, mr. John son, mr. Williams, de wederhelften dezer vier heeren, voorts mr. Vanöijke, miss Mary Step, miss Euridice Patterson en ten slot-te mr. Salomon Cohen, denkt u er om: uit San Francisco. De heer Smith I droeg een té wijd pak en een nog wijdere gekreukelde, gele regenjas die open hing op Amerikaansche wijze, een deukhoed en een Baedeker. De vijf andere heeren waren evenzoo opgetuigd, met dit verschil dat mr. Cohen een groote geruite pet op had. Miss Mary Step. de jongste van het gezel schap, droeg een licht japonnetje en een po- locap op d'r jongenskop, haar chaperonne miss Euridice Patterson was geëmballeerd in kleedingstukken uit de tweede helft der vo rige eeuw en de vier andere dames waren gehuld in vormlooze japonnen en mantels, terwijl ze geweldige tasschen torsten bene vens kodaks van 't formaat 13 bij 18. „One gulden, chhhulden! dzjie, joe, el, die, ie, en is hundred cent sie, ie, en, tie". Ze stonden naast hun sightseeïngcar en luisterden geïnteresseerd naar de financieel- technische onthullingen van den heer Jan sen, hun gids, over het Hollandsche geld. De groote auto gonsde langs het Damrak en de heer Jansen, die zijn Engelsch sprak met een Amsterdamsch accent, waardoor het sterk op Amerikaansch geleek, vertelde over Berlag's beurs en dicteerde dat er twee-hon- derd-vier-en-twintig-duizend. zeven-hon- een-en-veertig steenen voor waren gebruikt, hetgeen de dames en heeren dadelijk op schreven, wijl het niet in de Baedeker stond. De tocht, die volgens een speciaal pro gramma gemaakt zou worden, bracht het ge zelschap vervolgens naar de Bijenkorf. Min achtend keken ze om zich heen. „Moet je Wanamaker zien", smaalde mrs. Smith I te gen mrs. Smith H. Men wandelde door de verschillende afdeelingen, kocht per persoon twee dozijn briefkaarten, en mrs. Johnson verloor haar hart aan de lunchroom, zoodat. toen de heer Jansen op straat zijn volgelin gen telde, er een ontbrak. Intusschen was mrs. Johnson met een taartje in de hand de anderen gaan zoeken. Ze rende trap op, trap af, van de eene afdeeling naar de andere. De heer Jansen zocht haar natuurlijk overal waar ze niet was, of waar ze juist was ge weest. Ten einde raad ging hij weer naar buiten. Mr. Johnson, die zich geneerde, bromde iets van dat ze wel weer terecht zou komen. En de auto reed door, met elf Amerikanen. Om spoedig weer te stoppen op 't Rokin. Bij het pontje. Men begaf zich aan boord en begon de reis naar den overkant, waar men aan land stapte. Men genoot een sensatie, grooter dan het overvaren van den Oceaan, men kodak te, ving de terugreis aan, betaalde hooge passageprijzen en wilde weer in den auto stappen, toen mr. Vandijke zioh her innerde, dat hij nog van de Hollanders af stamde, en deswege besloot nog een reis met het typisch Hollandsche vaartuig te maken. Men wachtte geduldig. Mr. Vandijke trok zijn overjas uit, begon zelf het pontje over •te trekken en weer terug, en nog eens, en nog eens. Hij glom van vreugde en van transpi reren, riep tegen den heer Jansen, dat ze wel verder konden gaan, hij blééf. En de auto reed door, met tien Amerika nen. (Men heeft mij verteld, datmr. Vandijke spoedig weer in Holland terugkomt, om te trachten ergens kapitein van een pontje te Worden) Op het Muntplein werd de reis weer on derbroken, op speciaal verzoek van mr. Smith n, die plotseling een onweerstaanbare neiging voelde opkomen, om den verkeers agent bij zijn stopbord af te lossen. Hij waag de zijn leven door verkeerd over te steken, verwachtte dat de agent Engelsch zou ken nen en begon een verhaal op te zetten over „bij ons in New York", terwijl het verkeer in 't honderd ging loopen. De agent maakte zich kwaad, toen mr. Smith II naar de kruk van het stopbord greep. Mr. Smith II, die er altijd prat op ging, dat hij een echte Yankee was, een vrij burger uit de States, liet zich niet terzij zetten, en hoewel de heer Jansen nog tusschenbeide trachtte te komen ontstond een boksmatch met het resultaat dat mr. Smith H vijf minuten later op het politie bureau stond en hevig zocht naar zijn pas die nergens te vinden was. Mrs. Smith. II huilde bittere tranen. En de auto reed door met negen Amerika nen. Om een minuut later te stoppen in de Vijzelstraat, daar Mrs. Schmidt II na een onderzoekingstocht door haar tasch het paspoort van haren man had ge vonden. Ze stond rechtop in den auto, zoende van vreugde het portret van Mr. Smith IT, sprong uit den auto en draafde met blijdschap in 't hart terug naar haar echtgenoot die zeker al op water en brood in een kille cel zat, waar de ratten reidan sen uitvoerden en de spinnen over zijn body marcheerden. En de auto reed door, met acht Ameri kanen. Salomon Cohen wisseld* nijdige blikken miss Euridice Patterson omdat hij glim lachjes had gezonden naar miss Step. Mr. en Mrs. Williams zaten dicht bij elkaar, ze waren nog maar pas drie jaar getrouwd en maakten hun huwelijksreis. Mi'. Johnson verheugde zich in de afwezigheid zijner echtgenoote, en speelde voor rivaal van Sa lomon Cohen, met het gevolg, dat miss Euridice zoo kwaad werd, dat ze op de Prinsengracht opeens haar ouderwetsche kieedij bijeen pakte, opstond en hem ge lastte onmiddellijk uit te stappen, daar ze anders alles aan mrs. Johnson zou vertel len. En mr. Johnson, die den huiselïjken vrede zeer lief had en totaal niet hield van langdurige vredesconferenties met zijn we WOENSDAG 4 SEPTEMBER 1929 derhelft, bloosde, stapte uit, keerde zich om en begon een eenzamen zwerftocht langs de Prinsengracht. Do auto reed door, met zeven Amerikanen. Men arriveerde tenslotte voor het Rijks museum. Alles liep goed van stapel. Het groepje draafde op De Nachtwacht af, men zette zich neder op een der banken waar mr. Smith I spoedig zoo onder den indruk was van de schoonheid van het kunstwerk, dat zijn snurken door de zaal daverde. Diep verontwaardigd gaf zijn echtgenoote het sein tot vertrek, ze verbood den heer Jansen haar man te wekken uit zijn studie en zeil de de zaal uit. Men ging zalen en gangen door, maakte aanteekeningen, vroeg onophoudelijk naar de waarde der schilderijen in dollars. Plots begon buiten een draaiorgel te spelen. Miss Mary Step slaakte een kreet van vreugde, monsterde den parketvloer, wierp tasch en Kodak opzij, juichte „You can charleston here!" en slingerde d'r dunne beenen om en langs elkaar, danste wild en vlug en bleef dansen. De heer Jansen vroeg haar mee te gaan, ze vertikte het, charlestonde door. Miss Euridice Patterson zeeg neer op een bank, verbood, verbood, 't hielp niets. Even na den auto ging het orgel weg. En de auto reed door, met vier Ameri kanen. Spoedig daarop met drie, want mrs. Smith I kreeg zoo'n heimwee naar d'r man, dat ze uitsteeg om hem op te gaan zoeken. De auto kwam in Amsterdam-West, stopte even voor het Stadion. Nu moet ge weten, dat mr. Williams een rasecht sportsman is zoo een die abonnementen heeft voor alle wedstrijden in New-York en het was dus be grijpelijk dat hij den heer Jansen verzocht, den tocht te mogen onderbreken voor een be zoek aan het Stadion. De heer Jansen vond het best, wilde probeeren of het ging, maar mr. Salomon Cohen stond er op, dat de tocht voortgezet zou worden. Hij had er zijn dol lars voor betaald en wilde pertinent Amster dam zien. Er werd een minnelijke schikking getrof fen. En de auto reed door, met één Amerikaan, met mr. Salomon Cohen uit San Francisco, want mrs. Williams vergezelde als pas drie jaar getrouwd vrouwtje haar man natuurlijk. En mr. Salomon Cohen voerde op zijn dooie eentje de aapjes in Artis, tufte langs singels en straten, liet zich fotografeeren. 's Avonds noteerde hijWaar voor m'n geld gehad. Amsterdam gezien. San Francisco is beter. Gisteren kreeg ik een brief van hem uit San Francisco. Hij vroeg me 'n paar adressen van importeurs van augurken en Californisch fruit. En schreef, dat zijn clandisie er hard op vooruitgegaan is, sedert hij een foto van hem. mr. Salomon Cohen uit San Francisco, op zijn eentje in een sight-seeing-car voor het Paleis op den Dam tusschen zijn kisten met augurken en fruit heeft gehangen. ALASTRIM IN ROTTERDAM. Het weekoverzicht. De Rotterdamsche gemeentelijke genees kundige dienst meldt: In het tijdvak van 27 Augustus tot en met 2 September heeft de gemeentelijke genees kundige dienst 18 nieuwe gevallen van alastrim in Rotterdam vastgesteld (tegen 20 in de daaraan voorafgaande periode van 20 tot en met 26 Augustus). Hiervan waren er 2 in reeds tevoren besmette gezinnen, ter- wijl er 16 in 14 tevoren niet besmette gezin nen voorkwamen. Volgens mdedeeling van den geneesheer directeur van het ziekenhuis aan den Cool- singel hebben in deze periode 1 lid van het personeel en 2 patiënten in dit ziekenhuis alastrim gekregen, en de geneesheer-direc teur van het ziekenhuis aan den Bergweg gaf 7 gevallen onder het personeel aan. In bovengenoemde periode is één patiënt aan alastrim overleden, zoodat het aantal sterfgevallen thans 5, n.l. een man, een vrouw en 3 kinderen, bedraagt van wie 2 kinderen bovendien een andere ernstige ziekte hadden, ENCEPHALITIS IN ROTTERDAM. REEDS 9 GEVALLEN? De N. R. C. schrijft: Het was ons ter oore gekomen, dat sedert de laatste opgave het aantal encephalitis-gevallen na vaccinatie in Rotterdam op het oogenblik negen bedraagt. Wij hebben den waarnemenden directeur van den gemeentelijken geneeskundigen dienst naar de juistheid van dit bericht ge vraagd. Dr. H. L. W. van Beuningen van Helsdingen antwoordde ons, dat hij het juis te aantal niet kon opgeven, omdat de eind- diagnose wordt gesteld in het ziekenhuis aan den Bergweg. Geheel onmogelijk achtte hij het evenwel niet, dat op de zoovele vac cinaties een dergelijk aantal encephalitis- gevallen zich voordoen. Hij merkte er even wel bij op. dat vele malen menschen zich ongerust maken, als na de inenting de pa tiënten ziekteverschijnselen vertoonen. Na tuurlijk is dat dan lang niet altijd encepha litis. Zoodra de verschijnselen er maar even op wijzen, worden de patiënten naar het zie kenhui saan den Bergweg gebracht voor onderzoek. Dr. Van Beuningen van Hels- ding verwees ons daarom naar dr. J. Hek man. directeur vfm dit ziekenhuis. Deze ant woordde ons op onze vraag, of het juist is, dat zich hier ter stede in totaal negen ge vallen van encephalitis postvaccinalis heb ben voorgedaan, dat hij ons niet het juiste aantal kon meedeelen. Wij kunnen hier nog bij aanfeekenen, dat ons ook ter oore is gekomen, dat het aan tal sterfgevallen in totaal drie zou bedragen. DE AMSTERDAMSCHE WETHOUDERSCRISIS. Een motie der A. R. fractie. Door de leden der Anti-Revolutionaire Raadsfractie te Amsterdam, de heeren J. Douwes Jr., G. Baas Kzn., en R. H. Woltjer, is de volgende motie bij den Raad de«r ge meente Amsterdam ingediend: ,.De Raad; Gehoord de ontslag-neming van den heer Ter Haar als wethouder, zulks op grond dat B. én W. niet hadden mogen besluiten, den Raad mede te deelen, dat zij na rijp beraad en op grond van zeer dringende redenen het niet verantwoord achten, voor te stellen, de bij de Begrooting voor 1929 in uitzicht ge stelde verlaging in het electriciteitstarief in te voeren; van oordeel, dat ten onrechte op het colle ge een blaam is geworpen, als zou het zich hier hebben schuldig gemaakt aan woord breuk; van oordeel, dat B. en W., nu zij de in voering der hiervoor bedoelde verlaging niet verantwoord achten, veeleer hun plicht zou den hebben verzaakt, indien zij haar toch zonder meer hadden blijven bevorderen en den Raad geen tijdige mededeeling hadden gedaan van hun gewijzigd inzicht; spreekt als zijn meening uit, dat er geen aanleiding is, het ten deze door B. en W. ge voerde beleid af te keuren en betreurt het derhalve, dat de heer Ter Haar op de door hem aangegeven reden zijn ontslag gegrond heeft." De bedoeling der Anti-Revolutionaire Raadsfractie is duidelijk, schrijft het Hbld., zij wil „schoonschip" maken om den weg te effenen voor een algemeen overleg voor het samenstellen van een dagelijksch gemeente bestuur, steunende op een krachtige meer derheid in den Raad. Want deze fractie weet zeer goed dat haar motie wordt verworpen. Zoo'n beslissing beteekent een afkeuren van het beleid van het college op dat bepaalde punt, dit zal daaruit de consequentie moeten trekken. Nu een dergelijke motie is gesteld, wordt de oplossing der crisis bespoedigd. Dit schijnt ook de bedoeling van de voorstellers te zijn, aldus het blad. KARDINAAL VAN ROSSUM IN AMSTERDAM. DE KARDINAALSMIS. Vandaag was het de groote dag der huldi ging van Kardinaal van Rossum. In de och tenduren werd een plechtige Kardinaalsmis gehouden in de St. Willebrordus-kerk te Am sterdam. Daarvoor was de hooge geestelijk heid van ons land naar de hoofdstad ge komen. De internuntius Mgr. Schioppa was reeds den vorigen dag gekomen en had zijn intrek genomen bij de paters Jezuiten aan de Hob- bemakade. De aartsbisschop van Utrecht, Mgr. H. v. d. Weteringh en de bisschop van Roermond, Mgr. L. J. A. H. Schrijnen waren samen per auto gearriveerd en afgestapt bij den deken van Amsterdam op het Begijnhof. Daar kwamen ook aan de bisschop van 's Hertogenbosch, Mgr. A, F. Diepen, die met den trein van 9.36 aan hét Weesperpoort-sta- tion was aangekomen, en de bisschop van Breda, Mgr. A. P. W. Hopmans, die met den trein van 9.46 uur aan het Centraal-station was aangekomen. Deze kerkprelaten werden bij him aankomst in de stad ontvangen door eenige leden van de Commissie van Ont vangst. De bisschop van Haarlem was bij deze plechtigheid niet aanwezig. Hij had zijn af wezigheid reeds gisteren medegedeeld, omdat hij ter bedevaart is naar Kevelaar. De vier bisschoppen begaven zich daarna, vergezeld van den Deken, Mgr. Dr. Van Noort, naar de pastorie van de kerk aan den Amsteldijk. Vandaar begaven zij zich met drie kamerheeren van den Paus en den offi- cieelen vertegenwoordiger van de souvereine orde van Malta, H. Baron van Lamsweerde naar den hoofdingang van het kerkgebouw om den Kardinaal te ontvangen. Na de ont vangst schreed deze hooge priesterschaar door het geheel gevulde en met bloemen ver- sirede kerkgebouw naar het Altaar. Aan het einde van den dienst werd Zijne Eminentie weer uitgeleide gedaan door de bisschoppen. Later vertrokken ook de bis schoppen. Zij begaven zich wederom naar de pastorie op het Begijnhof, om vandaar te ongeveer half een naar de Joh. Vermeer straat te gaan, waar zij de lunch gebruik ten met den Kardinaal. MAN UIT ANGST GESTOKEN Een jonge boerenknecht van ongeveer zestien jaar, werkzaam te Sprundel (N.-B.) moest, wanneer hij zijn ouders te Hoeven ging opzoeken, steeds voorbij het huis van zekeren Van Z. komen, die den jongen al tijd treiterde en bedreigde. Zondagmorgen bij het ter kerke gaan, toen Van Z. hem weer bedreigde, heeft de jongen, waarschijnlijk uit angst, zijn zakmes getrokken en den man daarmee een steek in de borst toegebracht. Deze steek kwam zoo ongelukkig aan, dat de getroffene naar het ziekenhuis te Bx-eda moest worden over gebracht. De jongen is aangehouden. WASSEN AAR'S NIEUWE BURGEMEESTER Feestelijke intocht van den heer J. J. M. Wiegman. De nieuwe burgemeester van Wassenaar, de heer J. J. M. Wiegman uit Heemskerk is Dinsdagmiddag feestelijk zijn gemeente bin nengehaald, meldt het Hbld. Aan den Ouden Deyl werd hij met zijn echtgenoote opgewacht door een comité. Ver volgens ving een enorme stoet auto's een rit door een groot deel der gemeente aan, waar bij de nieuwe burgemeester gelegenheid had, de fraaie versieringen in oogenschouw te ne men. Op verschillende plaatsen in het dorp werden bloemen aangeboden. In de met bloemen en palmen versiea-de raadszaal hadden zich ihtuschen velen ver zameld. o.a. de twee wethouders, de gemeen te-secretaris en de pastoor uit Heemskerk, de oude standplaats van den heer Wiegman, de burgemeester van Beverwijk, jhr. Strick van Linschoten, de voltallige raad van Was senaar en verschillende ambtenaren dier ge meente. Nadat de nieuwe functionaris de raadszaal was binnengeleid, riep de loco-burgemeester, de heer J. M. Drop, hem hartelijk welkom toe. om hem vervolgens den ambtsketen om te hangen. TROF. DR. H. R. WOLTJER NAAR INDIë. De Tel meldt, dat prof. dr. H. R. Woltjer lector in de natuurkunde aan de Leidsche Universiteit, begin December naar Neder- landsch-Indië vertrekt, ten einde ter be schikking te worden gesteld van den gou verneur-generaal, om te worden benoemd tot hoogleeraar in de natuurkunde aan de hoogeschool te Bandoeng. Het ls een bekend feit, dat de vrouwen te' in onze stad in aantal van de mannen win- "T Juni 1929 waren hier ingeschreven 55.402 mannen tegen 60.898 vrouwen. Dus ongeveer 11 mannen, 12 vrouwen. Trouwens in ons geheele land zijn meer vrouwen dan mannen, hoewel de verhou ding voor de mannen globaal niet zoo on gunstig (of gunstig?) is als te Haarlem. Op 31 December 1927 waren er in ons land 3.787.913 mannen en 3.838.025 vrouwen. Het eigenaardige is wel, dat er meer jongens dan meisjes geboren worden. Volgens de statistieken van de laatste tientallen van jaren zelfs 105 jongens tegen 100 meisjes. (In 1927 zelfs 106 jongens tegen 100 meisjes). Over deze schijnbare tegenstrijdigheid hadden wij een onderhoud met den bekwa men chef van den Burgerlijken Stand, den heer W. Fehres Jr.. die onmiddellijk met sta tistische gegevens kwam aandragen. Daaruit blijkt, dat de vrouwen altijd in ons land in de meerderheid zijn geweest. Vroeger zelfs nog meer dan tegenwoordig! De gegevens loopen tot 1830. Toen waren er 1.278.046 mannen tegen 1.335.441 vrouwen, of 1045 vrouwen op de 1000 mannen. Het op merkelijke is, dat sindsdien do mannen be zig zijn om den achterstand in te halen. De verhoudingen toch waren: 1830 1045 vrouwen op 1000 mannen 1849 1040 1000 1869 1029 1000 1889 1024 1000 1909 1021 1000 1920 1013 1000 1927 1013 1000 Verder kunnen de mannen het blijkbaar niet brengen. Sedert 1920 schommelt het ge tal althans tusschen de 1013 en 1018. Nu hebben wij allereerst de vraag: hoe komt het dat er minder mannen dan vrou wen zijn, terwijl er toch veel meer jongens dan meisjes geboren worden? De verklaring moet gezocht worde-n in het feit, dat er veel meer jongens dan meisjes sterven. Er stierven van de kinderen beneden het Jaar: 1924 op 100 jongens 74 meisjes 1925 100 72 1926 100 74 1927 100 72 Er is heel weinig schommeling in deze cijfers. Toen in 1880 1000 kinderen geboren wer den, waren daaronder 512 jongens en 488 meisjes. De zuigelingensterfte was in dien tijd 19 per 100 in het eerste levensjaar, zoodat van de 1000 kinderen er reeds 190 overleden. De sterfte van de jongens stond tegenover die der meisjes als 4 tegen 3, zoodat in dat eerste jaar stierven 103 jongens en 87 meisjes. In het eerste jaar was dus het overschot aan jongens door geboorte door de meerdere sterfte al gedaald van 24 tot 8. Ook in de verdere eerste levensjaren ster ven nog meer jongens dan meisjes, vandaar dat de meerderheid der jongens geleidelijk in een minderheid der mannen wordt om gezet. VERGIFTIGINGS VERSCHIJNSELEN. NA HET ETEN VAN TAARTJES. Na het eten van mokkataartjes hebben zich bij een bewoonster der Albert Cuypstraat te Amsterdam en haar verpleegster vergifti gingsverschijnselen voorgedaan, meldt de N. R. C. De patiënten maken het redelijk wel. Nog ten huize van de patiënten aanwezige taartjes, het braaksel en taartjes bij den le verancier zijn in beslag genomen voor onder zoek. SOLDAAT ERNSTIG MET EEN BAJONET GEWOND. ONGELUK BIJ MILITAIRE OEFENINGEN BIJ BLARICUM. Gisteren hield een veertigtal mariniers onder leiding van een sergeant-majoor ti railleurs-oefeningen op de heide bij het kin dersanatorium Hoog-Blaricum. Bij een aan val met de bajonet werd door een ongeluk de milicien Vis uit Amsterdam zeer ernstig door een bajonet in den buik gewond. Daar bij de oefeningen geen hospitaal-soldaat aanwezig was. werd assistentie ingeroepen van den dokter van het sanatorium en deze verleende de eerste hulp en liet don gewonde overbrengen naaT de Majella-stichting te Bussum. waar onmiddellijk operatief moest worden ingegrepen. Zijn toestand was gis terenavond redelijk wel. Doordat de zuigelingen-sterfte in den laao- sten tijd is verminderd, wordt ook geleide lijk de achterstand van de mannen wat min der. Eigenaardig is dat aan kinkhoest gemid deld meer meisjes dan Jongens sterven (in 1911—1920 2773 jongens tegen 2988 meisjes). Voor de doctoren een belangx^ijk terrein van studie waaraan is toe te schrijven, dat in het eerste levensjaar meer Jongens dan meisjes sterven. De zuigelingen-sterfte in het algemeen is den laatsten tijd belangrijk verminderd. cijfers zijn:. 1880—1884 1909 1885—1889 17.47 1889—1894 16.61 1895—1899 15.36 1900—1904 14.12 1905—1909 11.88 1910—1914 10.34 19151919 8.71 1920—1923 6.83 1927 5.87 De sterfte in het algemeen is trouwens in ons land in de laatste eeuw zeer sterk ver minderd. Dit blijkt ook duidelijk uit dc gra fische voorstelling die wij hieronder afdruk ken. De sterfte op 1000 inwoners die in het tijd vak 18401849 26.56 was, is nu: 1924: 9.80, 1925: 9.79, 1926: 9.82 en 1927: 10.24. Dus de sterfte is in die 75 jaar tot ongeveer een derde verminderd. Het eigenaardige is nu, dat die verminde ring van de sterfte meer aan de mannelijke dan aan de vrouwelijke bevolking ten goede is gekomen. In 18401849 stierven er 2568 vrouwen te gen 2774 mannen. Voor 1927 waren de cijfers 1017 vrouwen en 1032 mannen. Gemiddeld sterven er thans dus bijna evenveel vrouwen als mannen, terwijl 75 jaar geleden 27 man- tegen 25 vrouwen overleden. Dit is ongetwijfeld voor een belangrijk ge deelte toe te schrijven aan de hygiënische voorzorgen die op fabrieken en werkplaatsen getroffen worden, waardoor het pei-centage ongelukken en beroepsziekten, waaraan na tuurlijk meer mannen dan vrouwen bloot staan, verminderd is. Op de statistiek van sterfte en geboorte Is te zien, dat in de jaren van groote sterfte steeds een bepaalde oorzaak is aan te geven. Zoo na 1870 de pokken-epidemie. Verder vindt men jaren van cholera, griep, enz. De vermeerdering der bevolking in ons land is zoo goed als geheel het gevolg van geboorte-overschotten boven sterfte, omdat ons land gemiddeld meer door vertrek van personen uit ons land verliest dan het aan nieuwe bewoners door vestiging wint. Sedert 1 Januari 1840 toen de bevolking 8.860.559 zielen bedroeg, zijn in ons land tot 1920 4.300.648 kinderen meer geboren dan er personen gestorven zijn, zoodat, indien geen vestiging of vertrek had plaats gehad, de volkstelling van 1920 een bevolking zou heb ben moeten aanwijzen van 7.161.207, terwijl er slechts 6.865.314 geteld zijn. Hieruit volgt, dat ons land gemiddeld door meer vertrek dan vestiging uit vreemde landen 295.893 personen heeft verloren, dat is gemiddeld 3650 per Jaar. Statistiek van geboorte en sterfte op 10.000 inwoners sinds 1840. De onderste (de dikke) lijn het aantal aantal geboorten. (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.) De Twaalf Amerikanen d o o r C. G. B. ER WORDEN 105 JONGENS TEGEN 100 MEISJES GEBOREN En toch zijn er veel meer vrouwen dan mannen. ONZE CHEF VAN DEN BURGERLIJKEN STAND VERTELT HOE DAT KOMT.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 11