Uit Haarlems Gemeenteraad.
HAARLEM'S DAGBLAD
DONDERDAG 12 SEPTEMBER 1929
(Zitting van Woensdagmiddag 11 September)
Naar aanleiding van de ingekomen stuk
ken werd zoo lang gedebatteerd, dat de
„revue" zoo laat gehouden werd, dat wij
daarvan geen mededeeling in onze courant
van Woensdag konden doen.
De heer Keesen bracht
Het Burgerlijk
Armbestuur
ter sprake. Er is zoo deelde hij mede
door het Burgerlijk Armbestuur aangedron
gen om ook spoedig te voorzien in de vaca-
ture-Traanberg. Spreker heeft intusschen
vernomen, dat de meerderheid van B. en W.
met die benoeming wil wachten tot de raad
beslist heeft over het voorstel der S. D. A. P.
Inzake de reorganisatie van het Burgerlijk
Armbestuur. Het is evenwel te voorzien, dat
het nog wel eenige maanden zal duren voor
de raad beslissen zal over bedoeld voorstel.
Misschien wordt het wel voorjaar. Nu is het
wel kalm bij het Armbestuur, maar de win
ter staat voor de deur en dan komt er weer
drukte. Het is niet gewenscht, dat één lid
weer twee wijken moet behandelen.
Wethouder Mr. HeerkensTh ij ss en
verdedigde de meening van de minderheid
van B. en W. De heer Keesen heeft bij vorige
vacatures heel hard gewerkt als lid van het
Armbestuur. Het is niet opnieuw van hem of
van een ander lid te eischen. Daarom is voor
ziening in de vacature gewenscht.
De voorzitter verdedigde de meening
van de meerderheid van B. en W. Het is niet
noodig, dat het Burgerlijk Armbestuur lang
wacht met het praeadvies op het voorstel der
S. D. A. P. De zaak kan wel bespoedigd wor
den.
De heer Reinalda achtte het niet ge
wenscht om nu In bedoelde vacature te voor
zien. Het verluidt, dat het de bedoeling is
om in deze vacature een raadslid te benoe
men. Als nu de raad later tot reorganisatie
beslist in den geest van de S. D. A. P., dan
kost dat aan de gemeente geld.
Met eenigen goeden wil kan men aan het
Burgerlijk Armbestuur het werk wel zoo ver-
deelen dat de ondersteunden van het bestaan
van die vacature geen nadeel behoeven te
ondervinden.
De heer Baas pleitte voor voorziening
der vacature. Dit zal ook in het belang van
de ondersteunden zijn.
Een voorstel van den heer Keesen om de
benoeming in de volgende vergadering aan
de orde te stellen, werd verworpen met 19 te
gen 16 stemmen. Voor stemden de heeren
Boodenburg, Klein, Heerkens Thijssen, Mie-
zérus, Baas, de Braai, Bijvoet, Loerakker,
van de Kamp, Castricum, van Kessel, van
Liemt, Keesen, Visser, Wolff en Klein Schip
horst.
Verbetering Pijlslaan.
B. en W. stelden voor van W. Houtkooper
het perceel Pijlslaan 127 aan te koopen voor
12000.
De heer Van Liemt vond den prijs veel
te hoog. 10.000 zou meer dan voldoende zijn.
Mr. G e r r i t s z, wethouder van Openbare
Werken, geloofde wel, dat de gemeente wat
te veel betaalt, maar het is een belang van
de gemeente, dat de aankoop doorgaat, an
ders kan een voorgenomen verkeersverbete-
ring niet uitgevoerd worden.
De heer Va n Liemt betoogde, dat de
eigenaar er zelf belang bij heeft, dat het huis
gesloopt wordt. De gemeente moet zich niet
laten beheerschen door angst. De eigenaar
zal het huis ook wel voor 10.000 geven. Er
kunnen kapitalen door de gemeente verdiend
worden, als op het goede moment geweigerd
wordt een te hoogen prijs te betalen.
De heer M i e z r u s onderstreepte het
betoog van den heer Van Liemt.
Wethouder Mr. G e r r i t s z verklaarde, dat
de gemeente herhaaldelijk weigert om te
koopen als de belanghebbenden te veel geld
eischen. Maar er moet ook wel eens later
door de gemeente meer geld betaald worden
als te lang gewacht wordt met aankoopen.
Geroep: Wanneer is dat gebleken?
Mr. Gerritsz: In de Jansstraat.
Tenslotte werd het voorstel van B. en W.
aangenomen met 22 tegen 12 stemmen.
Aankoop grond.
^p voorstel van B. en W. werd besloten tot
ckoop van 19623 M2. grond (tegen 1.20
tiM2.) ten W. van den Rijksstraatweg en
brl. van de Delft, en 111.072 M2. grond ten
nasi den Vergierdeweg tegen 1 per M2.
nieuatste grond is eigendom van het St.
wat gx's Gasthuis en bestemd voor de
zen ddgemeene begraafplaats,
zer lie: Van Liemt vond den prijs van
warmte, M2. voor den grond aan den Ver-
echte wi-e duur. Verder zou bü er in de
schen-svergadering niets van zeggen.
Toch is heer van Liemt stemden nog 9
sends tadsleden tegen dezen grondaan-
de in
den b
warm»
Men
hersto Watertoren.
twee*
van' aanleiding van het voorstel van B.
De gronden bij den
„..i een regeling met de gemeente Bloe-
tfdaa! te treffen omtrent de bebouwing
de gronden nabij den Haarlemschen wa
toren en het overdragen aan Bloemendaal
i het erfpachtsrecht dat Haarlem op een
0 deelte van den Zeeweg heeft, vroeg de heer
Groenendaal dit voorstel eerst in de
commissie voor de Waterleiding te brengen.
M r. H e e r k e o s Th ij s s e n: Daar is
het indertijd geweest.
De heer Groenendaal: Ik kan het
mij niet herinneren.
De heer Keesen: Ik ben ook lid der com
missie maar ik weet het mij ook niet te her
inneren. Verder vroeg spreker inlichtingen
over het gevaar dat kan ontstaan voor de
waterleiding doordat Bloemendaal daar een
opslagplaats en een asphaltfabriek gaat. ma
ken voor Openbare Werken. Kunnen er door
deze overeenkomst geen nieuwe moeilijkhe
den tusschen beide gemeenten rijzen?
Wethouder Mr. Heerkens Thijssen
verklaarde, dat er maatregelen genomen
worden tegen overlast voor de waterleiding.
Als er moeilijkheden mochten komen dan zal
de directeur van het Prov. Waterleidingbe
drijf als arbiter optreden.
Technici zeggen, dat de asphaltfabriek
geen bezwaar behoeft te zijn.
De heer Groenendaal: Haarlem geeft
(Vervolg)
aan Bloemendaal 6300 M2. grond en krijgt
slechts 1600 M2.
Mr. Heerkens Thijssen: Men kan
het niet op een weegschaal afwegen, maar
met de belangen van Haarlem is voldoende
rekening gehouden.
De heer Van de Kamp: Ik ben
voor aanhouding. De huizen die Bloemendaal
in die omgeving gaat bouwen, moeten een
afvoer voor het riool hebben en die zal den
grond opnieuw verontreinigen.
Mr. Heerkens Thijssen: Dat
wordt te bar, de bedoelde huizen staan hon
derden meters van onze prise d'eau af.
Tenslotte werd het voorstel van B. en W.
zonder stemming aangenomen.
Kleine voorstellen.
Zonder stemming of discussie werden de
volgende voorstellen aangenomen:
Goedkeuring van de balans van de woning
bouwvereniging „Rosenhaghe".
Besluit om de wegbedekking van de we
gen tusschen de Marnixstraat en de Delft
te laten bestaan uit klinkers.
272 M2. grond aan de Kempstraat te ver-
koopen aan M. Nederkoorn.
352 M2. grond aan den Verspronckweg te
verkoopen aan H. J. van Leeuwen.
Te bepalen, dat de rijksregeling zal gelden
voor de bezoldiging van directeuren, onder
wijzend personeel en bedienend personeel
van de Gem. Avondschool voor handels
onderwijs.
29.800 beschikbaar te stellen voor het
maken van een transformatorenhuisje voor
het G. E. B. in het perceel Botermarkt 4.
Een wijziging te brengen in het reglement
voor de beroepskeuze.
Benoemingen.
Tot leden der Schouwburgcommissie wer
den herbenoemd de heeren J. M. C. Hoog, J.
Joosten en M. A. Reinalda.
Tot tijdelijk leeraren aan het Gem. Ly
ceum de heeren Mr. F. v. d. Goot (staatsin
richting), J. L. Vleming (handelswetenschap
pen), G. Comello (Engelsch), Dr. G. Lubbers
(staathuishoudkunde). Aan den heer H.
Marwitz zullen eenige lessen worden opge
dragen in de aardrijkskunde tijdens het ver
lof van den heer E. W. Herrema. Na dien
termijn c31 Dec.) willen B. en W. den heer
Marwitz nog 3 lesuren opdragen die niet
door een der definitieve leeraren gegeven
kunnen worden.
In de vaste raadscommissies werden
benoemd:
I. De Commissie tot het ontwerpen en her
zien van verordeningen tegen wier overtre
ding straf is bedreigd (art, 166 Gemeente
wet)
de heeren: Mr. M. Slingenberg, G. Wolzak
Hzn., Mr. Dr. F. A. Bijvoet en J. A. Scholl.
II. De Commissie van bijstand in het be
heer der Gemeente-financiën:
de heeren: V. Loosjes, J. Ph. H. Castricum,
J. Joosten en G. Wolzak Hzn.
III. De Commissie van bijstand in het be
heer der Openbare Werken: de heeren: J.
Mizerus, W. J. B. van Liemt, H. J. L. Klein
Schiphorst, M. A. Reinalda en H. Heidstra.
IV. De Commissie van bijstand in het be
heer der Gemeentebedrijven:
de heeren A. G. Boes, M, de Braai, W. J. B.
van Liemt, J. Visser, J. Joosten, M. H. Groe
nendaal, F. Keesen en J. de Breuk Lzn.
V. De Commissie van bijstand in het be
heer en het onderhoud van den Hout en de
Plantsoenen:
de heeren: W. J. B. van Liemt en H. de Vos.
VI. De Commissie van bijstand voor ar-
beids- en pensioenzaken:
de heeren: A. G. Boes, J. Joosten en A. J.
Loerakker. <In de vacature-Loosjes werd be
noemd de heer L. de Breuk).
VII. De Commissie van bijstand vooi open
bare gezondheid:
G. Adrian, W. Koppen, M. L. A. Klein en M.
de Braai.
VIII. De commissie voor de bezwaarschrif
ten tegen aanslagen in het vergunnings
recht: de heeren Mr. J. N. J. E. Heexkens
Thijssen, voorzitter, A. G. Boes en W. A. J. v.
d. Kamp. leden. Plaatsvervangende leden: M.
L. A. Klein, V. Loosjes, F. Keesen en H. J. M.
Bartels.
Met deze benoemingen en het trekken der
afdeelingen was meer dan een uur gemoeid.
Ingekomen stukken.
Ingekomen was een verzoekschrift van J.
L. de Vries om een onderzoek te doen instel
len naar de verpachting der standplaatsen
voor fotografen in den Hout.
De heeren Peper en Joosten drongen
aan op een volledig onderzoek en rapport-
aan den raad.
B. M. Brans en anderen verzoeken aan den
raad om spoedig over te gaan tot asphaltee-
ring van een gedeelte van de Kleverlaan, het
welk gelegen is tusschen de Delft en de spoor-
baan.
Het kerkbestuur van de R.-K. Parochie van
den H. Joannes den Dooper vraagt aan de
gemeente om beschikbaarstelling van gelden
voorvhet inrichten van een lokaal in het
woonwagenkamp, welk lokaal bestemd is voor
het geven van lager onderwijs.
De Nieuwe Houtbrug.
Er was ingekomen een verzoek van enkele
raadsleden om de plannen voor de nieuwe
Hout-brug voor de raadsleden ter inzage te
leggen en in de volgende raadsvergadering
gelegenheid te geven daarover opmerkingen
te maken.
De wethouder van Openbare Werken Mr.
J. Gerritsz zegde dit toe.
De heer Reinalda zei. dat al jaren ge
leden door den raad tot den bouw besloten
is. Er is beweerd, dat het ontwerp
veel te eenvoudig is. Maar die op
merking is er heelemaal naast- Er is een
eenvoudig maar ook een mooi ontwerp ge
maakt. Onze technische dienst inzake den
bruggenbouw doet goed werk. Nu moet men
de zaak niet ophouden. Opmerkingn over
prutsteekeningen moet men niet maken
De heer Klein Schiphorst: Dat
woord is zoo niet gebruikt
De heer R e i n a ld aik heb het woord ge
hoord
De heer Klein Schiphorst: in een
andere beteekenis als u nu uitlegt
De heer van Liemt merkte op. dat de
tcekeningen voor de nieuwe brug bij de leden
van de «Commissie voor Openbare Werken
gecirculeerd hebben. Toen is er over gede
batteerd in de commissie. Er zijn in die com
missie-vergaderingen opmerkingen gemaakt,
maar de directeur van Openbare Werken zei
zonder meer: „Zoo is het goed, ik verander er
niets meer aan". Als het zoo gaat, wordt het
moeilijk om werk in een commissie te doen.
Er is in de commissie gezegd: de brug komt
op een belangrijk punt in de stad te staan,
dus directeur maakt een monumentale brug,
kijk niet op een paar duizend gulden".
Het is niet juist wat de heer Reinalda zegt,
dat het ontwerp dat nu -aanhangig is. het
zelfde Is als eenige jaren geleden door den
raad is gezien. Nu de raad de teekening ge
zien heeft, mag de raad toch wel zeggen:
„wij vinden deze oplossing wat te mager, wij
willen een ontwerp dat wat monumentaler
is."
De directeur heeft zich kleineerend uitge
laten over het werk der commissie-raadsle
den. Gelukkig dat niet alle directeuren zoo'n
standpunt innemen,
dat de brug een mislukking is, dan is Hol
land in last.
De heer Visser: als het verleende crediet
te laag is, dan moet het verhoogd worden.
Heemstede heeft eenige nieuwe bruggen
gebouwd, die kunstzinniger opgevat zijn dan
te Haarlem.
Haarlem's Dagblad heeft in 1923 een ont
werp gepubliceerd van de brug dat heel wat
monumentaler is, dan nu voorgesteld is. De
brug is nu zoo eenvoudig mogelijk, men zal
er kunnen overloopen en er niet afvallen. De
onderbouw zal wel ongewijzigd kunnen blij
ven, alleen de bovenbouw zal veranderd en
monumentaler opgevat moeten worden.
De heer Joosten wilde niet spreken over
het kunstzinnige van de brug, omdat hij er
geen verstand van heeft. Er is evenwel ver
keerd gehandeld door de leden der commissie
van Openbare Werken. De directeur zit in
de commissie alleen als adviseur. De leden
hebben zich nfet te storen aan de houding
van den directeur, zij hebben te adviseeren
aan B. en W.
Wethouder Mr. Gerritsz merkte op, dat
de heeren Klein Schiphorst, van Liemt en
Miezerus vexzocht hebben de teekeningen ter
inzage te leggen. Daartegen hebbexi B. en W.
geen bezwaren. De voorbereiding van den
brugbouw wordt evenwel door B. en W. niet
opgehouden. B. en W. hebben op verzoek van
de commissie van Opexibare Werken aan
den directeur gevraagd of dit ontwerp wat
de details betreft niet verfraaid kon worden,
op eenige duizenden guldens behoefde niet
gezien te worden.
Het gaat niet aan, om aan den ontwerper
der bx-uggen bepaalde aanwijzingen te gevexi:
zoo en zoo moet je doen. Men moet den man
zijn werk laten doen, of men moet hem er
af nemen. Monumentale bruggen zijn moge
lijk over breede rivieren, maar hier is het
een stadsgracht. Er is gezegd het is de toe
gang tot de stad, maar dat was het vroeger,
nu niet meer.
De heer Klein Schiphorst zei, dat
toen hij eenige weken geleden Mr. Gerritsz
ontmoette en zei: „ik vind dit niet de brug,
die wij daar moeten hebben", de heer Ger
ritsz geantwoord had; „Jongen geef mij de
hand".
De heer Gerritsz: zoo is het niet!
De heer Klein Schiphorst: ik had
den raad de teekeningen willen geven, om als
er later critiek zou komen, den raad te kun
nen zeggen: jelui hebben het zelf zoo ge
wild. Ik heb van pruts-teekeningen gespro
ken, omdat het teekeningen waren op 1/100.
waren.
De heer Van Liemt was het niet eens
met de meening, dat met het voorbereiden
de werk verder gegaan kan worden. Er
mag niets meer aan de brug ge
daan worden voor de raad de details
meer aan de brug zal verfraaien.
De heer Joosten heeft zoo vervolgde de
heer van Liemt critiek geoefend over
spreker's houding. Maar als de heer Joosten
het niet eens is met de besluiten van de com
missie voor de lichtfabrieken inzake prijzen,
komt hij ook niet met voorstellen in den
raad
De heer Joosten: maar ik kom niet
klagen over de houding van een directeur.
De heer V a n L i e m t: ik ben overtuigd,
dat B. en W. zullen trachten er voor te
zorgen, dat de brug zoo fraai mogelijk wordt
uitgevoerd, maar ik heb niet datzelfde ver-
trouwen in de menschen van Openbare
Werken die het besluit moeten uitvoeren.
De heer Reinalda: de raad heeft met
zijn 39 dames en heeren in het geheel geen
verstand van de kunst-details van eexi brug.
De raad kan en mag alleen
spreken over de vraag hoe breed een brug
moet zijn. Niet hoe het ijzer van de brug
leuning gekruld moet worden.
De heer Van Liemt: radiatoren!
De heer Reinalda: Wij hebben een
directeur van Openbare Werken, wij moeten
hem respecteeren, of wij moeten hem ont
slaan. Het is misschien niet tactisch van
een directeur als hij zegt „ik negeer de cri
tiek, zóó is het ontwerp goed en ik verander
er niets aan", maar voor zoo'n opvatting
heb ik respect, het bewijst, dat de directeur
overtuigd Is, dat hij goed werk geleverd
heeft.
Wij hebben eigenlijk al een Inbreuk ge
maakt op de compositie door aan den direc
teur van Openbare Werken te verzoeken
details te verfraaien, maar verder wil ik ook
niet gaan.
De heer Visser: in Breda wordt een brug
gebouwd en onze Haarlemsche beeldhouwer
Theo van Reyn zal de brug verfraaien.
Geroep: die zal misschien ook de Hout-
brug met beeldhouwwerk versieren
De heer Visser: ik heb alleen blokken
graniet op de teekening gezien, we moeten
maar afwachten hoe het wordt.
Mr. Gerritsz: juist, u moet afwach
ten!
Wat wil de heer Visser nu verder doen?
De heer Visser: aan den directeur op
dracht geven een nieuw ontwerp van den
bovenbouw te maken.
Mr. Gerritsz: nu ziet u eens hoe dwaas
dit debat gevoerd wordt. Men kan een kun
stenaar geen dwang opleggen. Het is door dit
debat duidelijk geworden, dat de commissie
leden ontstemd zijn, door het antwoord van
den directeur, dat- hij het ontwerp niet wil
veranderen. De directeur van Openbare
Werken heeft gezegd, dat de blokken graniet
behakt worden door een kunstenaar en dat
die ook zeggenschap zal hebben over vorm.
Ook de brugleuning zal anders worden dan
op de teekening is aangegeven. Het gaat niet i
aan, om critiek te leveren op een directeur,
zooals nu gedaan is op den heer Dximont.
Ik heb ook wel critiek op den directeur, maar
het is ongepast om op de levensavond van
iemand opmerkingen te maken als nu ge
daan is. De heer Dumont heeft gx-oote ver
diensten voor de gemeente gehad, zooveel
dat ik mij thans gedrongen gevoel voor hem
op de bres te staan.
De Voorzitter: ik sluit de discussies,
maar hoe moeten wij nu doen met het voor
stel Klein Schiphorst?
De heer Klein Schiphorst: De teeke
ningen ter inzagen leggen. Is er een raadslid
dat dan een voorstel wil doen, dan kan hij
het indienen. Ik doe geen voorstel
Daartoe werd besloten.
Vragen.
Ingekomen was een vraag van den heer
W. J. B. van Liemt omtrent de uitvoering
van het besluit tot reorganisatie van het
Nieuwe Kerksplein.
Verder-een vraag omtrent het treffen van
maatregelen tegen te snel rijdende motor
en autobestuurders.
De heer Peper had inzake de wijze van
rijden van autobussen in de Damstraat een
vraag irjgezonden.
Die vragen zullen in de volgende zitting
door B. en W. beantwoord worden.
Te 5.30 uur ging de raad over in geheime
zitting.
DE SCHEEPSRAMP OP DE WESTER-SCHELDE.
In twee minuten verdween de „Estella" onder de
oppervlakte.
ZESTIEN MANNEN OMGEKOMEN. GEEN NEDERLANDERS ONDER DE
SLACHTOFFERS.
Gisteren meldden wij reeds, dat het Bel
gische stoomschip „Estella" op de Wester-
Schelde na een aanvaring is gezonken, waar
bij verscheidene menschen, waarschijnlijk
16 om het leven kwamen.
In de N.R.C. lezen wij nog het volgende:
Het was ongeveer half 2 in den nacht van
Dinsdag op Woexxsdag, toen het Belgische
stoomschip „Estella", afkomstig uit Antwer
pen en geladen met stukgoed, met bestem
ming naar Londen, de Walsoorden passeer
de.
Juist in den draai van de vaargeul Antwer
pen naar Noordzee werd de „Estella" door
de Duitsche houtboot Herwin aangevaren,
Onmiddellijk nadat de „Estella" in de flank
was aangevaren verdween deze boot in de
diepte en binnen twee minuten was de boot
van de waterspiegel verdwenen. De reden,
dat zooveel opvarenden zijn verdronken,
moet gezocht worden in het feit, dat de
geheele bemanning in de kooien lag te
slapen.
Het personeel, dat belast was met het be-
stixren van het schip, trachtte zich nog te
redden, doch slechts twee personen konden
een veilig heenkomen vinden in een sloep,
die door het Duitsche schip „Herwin" was
uitgezet. Tot half zeven hedenmoi-gen heeft
het Duitsche stoomschip ter plaatse alle
mogelijke moeite gedaan om nog te redden
wat te redden was.
In het dorp Walsoorden waar de verslagen
heid onder de bevolking zeer groot is, verne-
xnen wij, dat hedennacht, toen het ongeluk
plaats greep, velen uit hun nachtrust wer
den gewekt door angstige hulpsignalen. Oxx-
geveer half 7 kwamen van verschillende
zijden booten opdagen om bij het schip te
dreggen. Ter plaatse wax*en het stoomschip
de Noordzee, gestationneerd te Vlissingen,
van de Mij. L. Smit exi Co's Internationale
Sleepdienst te Rotterdam, het stoomschip de
Goliath, kapitein During, dat gecharteerd was
door Smit Bergingsbedrijf te Wemeldinge.
Het douanevaartuig was ter plaatse aan
wezig om toezicht te houden. Om ongeveer
half 2 gisterenmiddag gelukte het de Noord
zee alsmede het stoomschip de Rijksbeton H
de juiste plaats te bepalen, alwaar het schip
was gezonken.
Hoe de aanvaring plaats had.
Uit zee kwam het Duitsche stoomschip
Herwin de Westerschelde opvaren, op weg
naar Antwerpen met een lading hout. Het
schip maakte veel slagzij en lag zeer diep.
Met slechts geringe vaax-t liep het tegen den
krachtigen ebstroom op, dicht onder den
zuiawal. Even voor Walsoorden maakt de
rivier een bocht, westelijk van deze plaats
steekt een steenen krib loodrecht op den wal
in het water uit. In het verlengde van de krib
ligt aan de overzijde van het vaarwater een
licht-boeid. De vaargeul loopt precies tusschen
krib en boei door.
Het water was gelijk wij reeds meldden van
ebbe, zoodat een vrij stex-ke stroom op den
Oostkant van de krib stond. Het water loopt
om de krib heen en daardoor ontstaat voor
den kop van den steenen dam nog wel eens
een sterke dwarsstroom. Algemeen neemt
men nu aan, dat de Herwin door dezen dwars
stroom is gegx-epen en naar bakboord is om
gezet. En door de omstandigheid dat het
schip maar weirxig vaart liep en door het
feit dat het veel slagzij maakte, heeft het
niet dadelijk naar het roer geluisterd. Het
wilde zooals dat in scheepstermen heet, niet
omkomen, m.a.w., het schip ging op stuur
boordroer bakboord uit en raakte meer en
meer dwars in het vaarwater..
Op het oogenblik waarop dit gebeurde voer
de Estella juist langs den lichtboei, dus aan
de Nooi'dzijde van het vaarwater. Nog voor
dat men de Herwin kon stoppexx, liep het
schip recht met den steven op de Estella in.
Deze werd aan bakboox-d midscheeps ter
hoogte van de machinekamer getroffen. Er
ontstond een groot gat waardoor het water
naar binnen stroomde. Aan boord van de
Herwin hoorde men het machinekamerperso-
neel om hulp roepen, maar tezelfder tijd zag
men de Estella snel zinken. Al spoedig had
het water het dek bereikt, het steeg snel
langs het dekhuis, golfde over de brug, de
stuurhxit en de sloepen.... toen sloot, de wa
terspiegel zich weerer. De Schelde had de Es
tella verzwolgen. Het dx-ama was binnen twee
minuten tijds voltrokken.
De Herwin had slechts geringe schade aan
den voorsteven.
Aan boord van dit vaartuig heerschte uit
den aard der zaak een geweldige opwinding.
Vol spanning zocht men den donkeren wa
terspiegel af of men ook nog een spoor van
de opvarenden van het ongelukkige schip zou
kunnen vinden. Het schijnt, dat men aan
boord van de Estella nog kans heeft gezien
een S.O.S.-sein éénmaal uit te zenden, maar
voor het overige is alles zóó snel te werk ge
gaan, dat men niets heeft kunnen doen om
liet veege lijf te redden.
30 Meter onder water.
De stuurman van de sleepboot „Goliath"
vertelde nog aan de N. R. Ct.
Een tijdje na ons arriveerde de Noordzee
van L. Smit en Co's internationalen sleep-
1 dienst, welke zeesleeper te Vlissingen is ge
stationneerd. Ook aan boord van dit schip
werd de dreg uitgeworpen en daar had men
meer succes, want de dreg bleef in den loop
van den dag haken en weldra bleek dat men
het wrak te pakken had. In overleg met den
dienst van den Rijkswaterstaat zijn wij toen
boven die plek gaan liggen met het wrak-
teeken in top, ter waarschuwing van de
scheepvaart. Hinderlijk voor de scheepvaart
ligt het wrak echter niet, want er staat zoo'n
stuk water boven, dat men er met een groote
schuit bij laag water nog glansrijk overheen
kan varen zonder kans te loopen, vast te ra
ken. Het wrak ligt namelijk 30 meter onder
water.
Tegen den avond konden wij inrukken. Op de
plek waar de Estella in de diepte is verdwe
nen, is nu een groene gasbosi gelegd, opdat
men weet waar het schip precies ligt met het
ook op eventueele berging. Of men 't schip
er wel uiit zal kunnen krijgen is nog een
groote vraag; het ligt zoo bar diep. Maar ia
elk geval kan een duiker afdalen om de lij
ken, die zeker nog aan boord zijn, te bergen,
16 man omgekomen.
Gered zijn: de eerste machinist De Gr ij zei
uit Antwerpen en de Estlandsche matroos
Resculin. Loods Peters, kapitein Matthews,
stuurman Meybaum, en dertien anderen,
Estlanders, Polen, Russen en Belgen zijn ver
dronken.
Het verhaal van den machinist.
Een verslaggever van de N. R. Ct. had té
Antwerpen een oxiderhoud met den geredden
eersten machinist De Grijze.
Wij waren, aldus de Grijze, omstreeks half
elf uit Antwerpexi vertrokken. De Estella was
een kleine stukgoederenboot, die regelmatig
op Londen vaax-t. Om twaalf uur was ik af
gelost en ging op de sofa in mijn hut wat
rust nemen. Een half uur later werd ik echter
plotseling' gewekt door een geweldigexi slag.
Ik was van de sofa gevallen en lag op den
grond. Op hetzelfde oogenblik werd er door
den tweeden machixiist, die met een matroos
de wacht had," hard op de deur gebonsd.
„Kom gauw we hebben een aanvai'ing". Ik
liep nog slaapdronken naar de machineka
mer en langs de trap naar beneden.
Werkte de machine nog?.
Neen, die lag gestopt.
Was het water dan al binnengedrongen?,
Het ging alles zoo in een oogenblik.
Terwijl ik naar beneden liep klotste ineens
het water, dat langs de ti-appen naar bene
den stroomde, tegen mij aan. Ik greep een
ijzeren staaf, zag nog hoe het voox-schip naar
boven wipte. De Estella brak blijkbaar in
tweeën, maar toen werd ik al onder lxet wa
ter bedolven. Mijn, vrouw, mijn kinderen,
schreeuwde ik. Toen kwam het over me: nu
is het gedaan. Nog een paar slokken, dan :s
het afgeloopen. Ik moest de staaf loslaten
en werd meegetrokken, trapte en sloeg en
voelde plotseling, dat ik door de zuiging en
het terugdringen van het water door het
schouwluik heen weer naar boven werd ge
perst. Plotseling was ik weer boven water.
Toen ben ik gaan zwemmen voor mijn leven.
Ik zag een st-uk hout en greep nie daaraan
vast. Er werd geseind met lichten en sirenen
loeiden. Met een ander stuk hout ben ik op
het water gaan staan om de aandacht te
trekken.
Hoe lang hebt u in het water gelegen?
Ik weet het niet; naar mijn schatting
drie kwartier, maar het kan best korter ge
weest zijn ook.
U is gei'ed door de Kxnxisschans?
Neen, eerst door een roeiboot van de In-
dra, maar die heeft me weer overgegeven
aan de Kruisschans. Het beroerdste was, al
dus de zeeman, terwijl hij treurig voor zich
uittuurde, dat al mijn kameraden weg waren
op die eene na.
Hebt u niemand meer gezien?
Ze moeten allen in hun hutten zijn ver
dronken, behalve de tweede machinist, die
misschien overboord gesprongen is en niet
kon zwemmen. Hij hee,ft me geroepen en is
zelf omgekomen; dat is wel het wreedste van
alles.
En hoe was u er zelf aan toe?
Ik had zeker twee emmers brak water
binnen, dus dat hoéft u niet te vragen. Maar
op de Kx-uisschans waren ze braaf; kleeren,
cognac en alles hebben zij mij gegeven.
Hadt u al eens een aanvaring gehad?
Verleden jaar nog met de Estella. En
eerder was ik ook al in gevaar gew-eest. Wat
geen wonder is als je negen-en-twintig jaar
hebt gevaren.
Heeft de roerganger den loods niet
verstaan?
Het Belgische blad „de Nieuwe Gazet",
schrijft o.a.: een eerste onderzoek werd reeds
ingesteld, waaruit bleek, dat- de bepalingen
van het reglement op de aanwerving niet
stipt werden opgevolgd. Op het oogenblik van
de aanvaring werd het roer gehouden door
een Estlandschen matroos, die alleen zijn
moedertaal machtig is.
En de Volksgazet merkt op, dat er wel wet
ten bestaan, maar deze meerendeels niet wor
den toegepast. Artikel 19 van de wet op de
arbeidsovereenkomst wegens scheepsdienst
zegt in paragraaf 3: Niemand wordt tot aan
monstering toegelaten zoo hij niet bewijst
een van de landstalen of het Engelsch vol
doende te verstaan. De kapitein onderzoekt
op zijn verantwoordelijkheid of de zeelieden,
welke hij aanneemt, aan deze voox-waarden
voldoen.