Uit Haarlems Gemeenteraad. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 12 SEPTEMBER 1929 (Zitting van Woensdagmiddag 11 September) Naar aanleiding van de ingekomen stuk ken werd zoo lang gedebatteerd, dat de „revue" zoo laat gehouden werd, dat wij daarvan geen mededeeling in onze courant van Woensdag konden doen. De heer Keesen bracht Het Burgerlijk Armbestuur ter sprake. Er is zoo deelde hij mede door het Burgerlijk Armbestuur aangedron gen om ook spoedig te voorzien in de vaca- ture-Traanberg. Spreker heeft intusschen vernomen, dat de meerderheid van B. en W. met die benoeming wil wachten tot de raad beslist heeft over het voorstel der S. D. A. P. Inzake de reorganisatie van het Burgerlijk Armbestuur. Het is evenwel te voorzien, dat het nog wel eenige maanden zal duren voor de raad beslissen zal over bedoeld voorstel. Misschien wordt het wel voorjaar. Nu is het wel kalm bij het Armbestuur, maar de win ter staat voor de deur en dan komt er weer drukte. Het is niet gewenscht, dat één lid weer twee wijken moet behandelen. Wethouder Mr. HeerkensTh ij ss en verdedigde de meening van de minderheid van B. en W. De heer Keesen heeft bij vorige vacatures heel hard gewerkt als lid van het Armbestuur. Het is niet opnieuw van hem of van een ander lid te eischen. Daarom is voor ziening in de vacature gewenscht. De voorzitter verdedigde de meening van de meerderheid van B. en W. Het is niet noodig, dat het Burgerlijk Armbestuur lang wacht met het praeadvies op het voorstel der S. D. A. P. De zaak kan wel bespoedigd wor den. De heer Reinalda achtte het niet ge wenscht om nu In bedoelde vacature te voor zien. Het verluidt, dat het de bedoeling is om in deze vacature een raadslid te benoe men. Als nu de raad later tot reorganisatie beslist in den geest van de S. D. A. P., dan kost dat aan de gemeente geld. Met eenigen goeden wil kan men aan het Burgerlijk Armbestuur het werk wel zoo ver- deelen dat de ondersteunden van het bestaan van die vacature geen nadeel behoeven te ondervinden. De heer Baas pleitte voor voorziening der vacature. Dit zal ook in het belang van de ondersteunden zijn. Een voorstel van den heer Keesen om de benoeming in de volgende vergadering aan de orde te stellen, werd verworpen met 19 te gen 16 stemmen. Voor stemden de heeren Boodenburg, Klein, Heerkens Thijssen, Mie- zérus, Baas, de Braai, Bijvoet, Loerakker, van de Kamp, Castricum, van Kessel, van Liemt, Keesen, Visser, Wolff en Klein Schip horst. Verbetering Pijlslaan. B. en W. stelden voor van W. Houtkooper het perceel Pijlslaan 127 aan te koopen voor 12000. De heer Van Liemt vond den prijs veel te hoog. 10.000 zou meer dan voldoende zijn. Mr. G e r r i t s z, wethouder van Openbare Werken, geloofde wel, dat de gemeente wat te veel betaalt, maar het is een belang van de gemeente, dat de aankoop doorgaat, an ders kan een voorgenomen verkeersverbete- ring niet uitgevoerd worden. De heer Va n Liemt betoogde, dat de eigenaar er zelf belang bij heeft, dat het huis gesloopt wordt. De gemeente moet zich niet laten beheerschen door angst. De eigenaar zal het huis ook wel voor 10.000 geven. Er kunnen kapitalen door de gemeente verdiend worden, als op het goede moment geweigerd wordt een te hoogen prijs te betalen. De heer M i e z r u s onderstreepte het betoog van den heer Van Liemt. Wethouder Mr. G e r r i t s z verklaarde, dat de gemeente herhaaldelijk weigert om te koopen als de belanghebbenden te veel geld eischen. Maar er moet ook wel eens later door de gemeente meer geld betaald worden als te lang gewacht wordt met aankoopen. Geroep: Wanneer is dat gebleken? Mr. Gerritsz: In de Jansstraat. Tenslotte werd het voorstel van B. en W. aangenomen met 22 tegen 12 stemmen. Aankoop grond. ^p voorstel van B. en W. werd besloten tot ckoop van 19623 M2. grond (tegen 1.20 tiM2.) ten W. van den Rijksstraatweg en brl. van de Delft, en 111.072 M2. grond ten nasi den Vergierdeweg tegen 1 per M2. nieuatste grond is eigendom van het St. wat gx's Gasthuis en bestemd voor de zen ddgemeene begraafplaats, zer lie: Van Liemt vond den prijs van warmte, M2. voor den grond aan den Ver- echte wi-e duur. Verder zou bü er in de schen-svergadering niets van zeggen. Toch is heer van Liemt stemden nog 9 sends tadsleden tegen dezen grondaan- de in den b warm» Men hersto Watertoren. twee* van' aanleiding van het voorstel van B. De gronden bij den „..i een regeling met de gemeente Bloe- tfdaa! te treffen omtrent de bebouwing de gronden nabij den Haarlemschen wa toren en het overdragen aan Bloemendaal i het erfpachtsrecht dat Haarlem op een 0 deelte van den Zeeweg heeft, vroeg de heer Groenendaal dit voorstel eerst in de commissie voor de Waterleiding te brengen. M r. H e e r k e o s Th ij s s e n: Daar is het indertijd geweest. De heer Groenendaal: Ik kan het mij niet herinneren. De heer Keesen: Ik ben ook lid der com missie maar ik weet het mij ook niet te her inneren. Verder vroeg spreker inlichtingen over het gevaar dat kan ontstaan voor de waterleiding doordat Bloemendaal daar een opslagplaats en een asphaltfabriek gaat. ma ken voor Openbare Werken. Kunnen er door deze overeenkomst geen nieuwe moeilijkhe den tusschen beide gemeenten rijzen? Wethouder Mr. Heerkens Thijssen verklaarde, dat er maatregelen genomen worden tegen overlast voor de waterleiding. Als er moeilijkheden mochten komen dan zal de directeur van het Prov. Waterleidingbe drijf als arbiter optreden. Technici zeggen, dat de asphaltfabriek geen bezwaar behoeft te zijn. De heer Groenendaal: Haarlem geeft (Vervolg) aan Bloemendaal 6300 M2. grond en krijgt slechts 1600 M2. Mr. Heerkens Thijssen: Men kan het niet op een weegschaal afwegen, maar met de belangen van Haarlem is voldoende rekening gehouden. De heer Van de Kamp: Ik ben voor aanhouding. De huizen die Bloemendaal in die omgeving gaat bouwen, moeten een afvoer voor het riool hebben en die zal den grond opnieuw verontreinigen. Mr. Heerkens Thijssen: Dat wordt te bar, de bedoelde huizen staan hon derden meters van onze prise d'eau af. Tenslotte werd het voorstel van B. en W. zonder stemming aangenomen. Kleine voorstellen. Zonder stemming of discussie werden de volgende voorstellen aangenomen: Goedkeuring van de balans van de woning bouwvereniging „Rosenhaghe". Besluit om de wegbedekking van de we gen tusschen de Marnixstraat en de Delft te laten bestaan uit klinkers. 272 M2. grond aan de Kempstraat te ver- koopen aan M. Nederkoorn. 352 M2. grond aan den Verspronckweg te verkoopen aan H. J. van Leeuwen. Te bepalen, dat de rijksregeling zal gelden voor de bezoldiging van directeuren, onder wijzend personeel en bedienend personeel van de Gem. Avondschool voor handels onderwijs. 29.800 beschikbaar te stellen voor het maken van een transformatorenhuisje voor het G. E. B. in het perceel Botermarkt 4. Een wijziging te brengen in het reglement voor de beroepskeuze. Benoemingen. Tot leden der Schouwburgcommissie wer den herbenoemd de heeren J. M. C. Hoog, J. Joosten en M. A. Reinalda. Tot tijdelijk leeraren aan het Gem. Ly ceum de heeren Mr. F. v. d. Goot (staatsin richting), J. L. Vleming (handelswetenschap pen), G. Comello (Engelsch), Dr. G. Lubbers (staathuishoudkunde). Aan den heer H. Marwitz zullen eenige lessen worden opge dragen in de aardrijkskunde tijdens het ver lof van den heer E. W. Herrema. Na dien termijn c31 Dec.) willen B. en W. den heer Marwitz nog 3 lesuren opdragen die niet door een der definitieve leeraren gegeven kunnen worden. In de vaste raadscommissies werden benoemd: I. De Commissie tot het ontwerpen en her zien van verordeningen tegen wier overtre ding straf is bedreigd (art, 166 Gemeente wet) de heeren: Mr. M. Slingenberg, G. Wolzak Hzn., Mr. Dr. F. A. Bijvoet en J. A. Scholl. II. De Commissie van bijstand in het be heer der Gemeente-financiën: de heeren: V. Loosjes, J. Ph. H. Castricum, J. Joosten en G. Wolzak Hzn. III. De Commissie van bijstand in het be heer der Openbare Werken: de heeren: J. Mizerus, W. J. B. van Liemt, H. J. L. Klein Schiphorst, M. A. Reinalda en H. Heidstra. IV. De Commissie van bijstand in het be heer der Gemeentebedrijven: de heeren A. G. Boes, M, de Braai, W. J. B. van Liemt, J. Visser, J. Joosten, M. H. Groe nendaal, F. Keesen en J. de Breuk Lzn. V. De Commissie van bijstand in het be heer en het onderhoud van den Hout en de Plantsoenen: de heeren: W. J. B. van Liemt en H. de Vos. VI. De Commissie van bijstand voor ar- beids- en pensioenzaken: de heeren: A. G. Boes, J. Joosten en A. J. Loerakker. <In de vacature-Loosjes werd be noemd de heer L. de Breuk). VII. De Commissie van bijstand vooi open bare gezondheid: G. Adrian, W. Koppen, M. L. A. Klein en M. de Braai. VIII. De commissie voor de bezwaarschrif ten tegen aanslagen in het vergunnings recht: de heeren Mr. J. N. J. E. Heexkens Thijssen, voorzitter, A. G. Boes en W. A. J. v. d. Kamp. leden. Plaatsvervangende leden: M. L. A. Klein, V. Loosjes, F. Keesen en H. J. M. Bartels. Met deze benoemingen en het trekken der afdeelingen was meer dan een uur gemoeid. Ingekomen stukken. Ingekomen was een verzoekschrift van J. L. de Vries om een onderzoek te doen instel len naar de verpachting der standplaatsen voor fotografen in den Hout. De heeren Peper en Joosten drongen aan op een volledig onderzoek en rapport- aan den raad. B. M. Brans en anderen verzoeken aan den raad om spoedig over te gaan tot asphaltee- ring van een gedeelte van de Kleverlaan, het welk gelegen is tusschen de Delft en de spoor- baan. Het kerkbestuur van de R.-K. Parochie van den H. Joannes den Dooper vraagt aan de gemeente om beschikbaarstelling van gelden voorvhet inrichten van een lokaal in het woonwagenkamp, welk lokaal bestemd is voor het geven van lager onderwijs. De Nieuwe Houtbrug. Er was ingekomen een verzoek van enkele raadsleden om de plannen voor de nieuwe Hout-brug voor de raadsleden ter inzage te leggen en in de volgende raadsvergadering gelegenheid te geven daarover opmerkingen te maken. De wethouder van Openbare Werken Mr. J. Gerritsz zegde dit toe. De heer Reinalda zei. dat al jaren ge leden door den raad tot den bouw besloten is. Er is beweerd, dat het ontwerp veel te eenvoudig is. Maar die op merking is er heelemaal naast- Er is een eenvoudig maar ook een mooi ontwerp ge maakt. Onze technische dienst inzake den bruggenbouw doet goed werk. Nu moet men de zaak niet ophouden. Opmerkingn over prutsteekeningen moet men niet maken De heer Klein Schiphorst: Dat woord is zoo niet gebruikt De heer R e i n a ld aik heb het woord ge hoord De heer Klein Schiphorst: in een andere beteekenis als u nu uitlegt De heer van Liemt merkte op. dat de tcekeningen voor de nieuwe brug bij de leden van de «Commissie voor Openbare Werken gecirculeerd hebben. Toen is er over gede batteerd in de commissie. Er zijn in die com missie-vergaderingen opmerkingen gemaakt, maar de directeur van Openbare Werken zei zonder meer: „Zoo is het goed, ik verander er niets meer aan". Als het zoo gaat, wordt het moeilijk om werk in een commissie te doen. Er is in de commissie gezegd: de brug komt op een belangrijk punt in de stad te staan, dus directeur maakt een monumentale brug, kijk niet op een paar duizend gulden". Het is niet juist wat de heer Reinalda zegt, dat het ontwerp dat nu -aanhangig is. het zelfde Is als eenige jaren geleden door den raad is gezien. Nu de raad de teekening ge zien heeft, mag de raad toch wel zeggen: „wij vinden deze oplossing wat te mager, wij willen een ontwerp dat wat monumentaler is." De directeur heeft zich kleineerend uitge laten over het werk der commissie-raadsle den. Gelukkig dat niet alle directeuren zoo'n standpunt innemen, dat de brug een mislukking is, dan is Hol land in last. De heer Visser: als het verleende crediet te laag is, dan moet het verhoogd worden. Heemstede heeft eenige nieuwe bruggen gebouwd, die kunstzinniger opgevat zijn dan te Haarlem. Haarlem's Dagblad heeft in 1923 een ont werp gepubliceerd van de brug dat heel wat monumentaler is, dan nu voorgesteld is. De brug is nu zoo eenvoudig mogelijk, men zal er kunnen overloopen en er niet afvallen. De onderbouw zal wel ongewijzigd kunnen blij ven, alleen de bovenbouw zal veranderd en monumentaler opgevat moeten worden. De heer Joosten wilde niet spreken over het kunstzinnige van de brug, omdat hij er geen verstand van heeft. Er is evenwel ver keerd gehandeld door de leden der commissie van Openbare Werken. De directeur zit in de commissie alleen als adviseur. De leden hebben zich nfet te storen aan de houding van den directeur, zij hebben te adviseeren aan B. en W. Wethouder Mr. Gerritsz merkte op, dat de heeren Klein Schiphorst, van Liemt en Miezerus vexzocht hebben de teekeningen ter inzage te leggen. Daartegen hebbexi B. en W. geen bezwaren. De voorbereiding van den brugbouw wordt evenwel door B. en W. niet opgehouden. B. en W. hebben op verzoek van de commissie van Opexibare Werken aan den directeur gevraagd of dit ontwerp wat de details betreft niet verfraaid kon worden, op eenige duizenden guldens behoefde niet gezien te worden. Het gaat niet aan, om aan den ontwerper der bx-uggen bepaalde aanwijzingen te gevexi: zoo en zoo moet je doen. Men moet den man zijn werk laten doen, of men moet hem er af nemen. Monumentale bruggen zijn moge lijk over breede rivieren, maar hier is het een stadsgracht. Er is gezegd het is de toe gang tot de stad, maar dat was het vroeger, nu niet meer. De heer Klein Schiphorst zei, dat toen hij eenige weken geleden Mr. Gerritsz ontmoette en zei: „ik vind dit niet de brug, die wij daar moeten hebben", de heer Ger ritsz geantwoord had; „Jongen geef mij de hand". De heer Gerritsz: zoo is het niet! De heer Klein Schiphorst: ik had den raad de teekeningen willen geven, om als er later critiek zou komen, den raad te kun nen zeggen: jelui hebben het zelf zoo ge wild. Ik heb van pruts-teekeningen gespro ken, omdat het teekeningen waren op 1/100. waren. De heer Van Liemt was het niet eens met de meening, dat met het voorbereiden de werk verder gegaan kan worden. Er mag niets meer aan de brug ge daan worden voor de raad de details meer aan de brug zal verfraaien. De heer Joosten heeft zoo vervolgde de heer van Liemt critiek geoefend over spreker's houding. Maar als de heer Joosten het niet eens is met de besluiten van de com missie voor de lichtfabrieken inzake prijzen, komt hij ook niet met voorstellen in den raad De heer Joosten: maar ik kom niet klagen over de houding van een directeur. De heer V a n L i e m t: ik ben overtuigd, dat B. en W. zullen trachten er voor te zorgen, dat de brug zoo fraai mogelijk wordt uitgevoerd, maar ik heb niet datzelfde ver- trouwen in de menschen van Openbare Werken die het besluit moeten uitvoeren. De heer Reinalda: de raad heeft met zijn 39 dames en heeren in het geheel geen verstand van de kunst-details van eexi brug. De raad kan en mag alleen spreken over de vraag hoe breed een brug moet zijn. Niet hoe het ijzer van de brug leuning gekruld moet worden. De heer Van Liemt: radiatoren! De heer Reinalda: Wij hebben een directeur van Openbare Werken, wij moeten hem respecteeren, of wij moeten hem ont slaan. Het is misschien niet tactisch van een directeur als hij zegt „ik negeer de cri tiek, zóó is het ontwerp goed en ik verander er niets aan", maar voor zoo'n opvatting heb ik respect, het bewijst, dat de directeur overtuigd Is, dat hij goed werk geleverd heeft. Wij hebben eigenlijk al een Inbreuk ge maakt op de compositie door aan den direc teur van Openbare Werken te verzoeken details te verfraaien, maar verder wil ik ook niet gaan. De heer Visser: in Breda wordt een brug gebouwd en onze Haarlemsche beeldhouwer Theo van Reyn zal de brug verfraaien. Geroep: die zal misschien ook de Hout- brug met beeldhouwwerk versieren De heer Visser: ik heb alleen blokken graniet op de teekening gezien, we moeten maar afwachten hoe het wordt. Mr. Gerritsz: juist, u moet afwach ten! Wat wil de heer Visser nu verder doen? De heer Visser: aan den directeur op dracht geven een nieuw ontwerp van den bovenbouw te maken. Mr. Gerritsz: nu ziet u eens hoe dwaas dit debat gevoerd wordt. Men kan een kun stenaar geen dwang opleggen. Het is door dit debat duidelijk geworden, dat de commissie leden ontstemd zijn, door het antwoord van den directeur, dat- hij het ontwerp niet wil veranderen. De directeur van Openbare Werken heeft gezegd, dat de blokken graniet behakt worden door een kunstenaar en dat die ook zeggenschap zal hebben over vorm. Ook de brugleuning zal anders worden dan op de teekening is aangegeven. Het gaat niet i aan, om critiek te leveren op een directeur, zooals nu gedaan is op den heer Dximont. Ik heb ook wel critiek op den directeur, maar het is ongepast om op de levensavond van iemand opmerkingen te maken als nu ge daan is. De heer Dumont heeft gx-oote ver diensten voor de gemeente gehad, zooveel dat ik mij thans gedrongen gevoel voor hem op de bres te staan. De Voorzitter: ik sluit de discussies, maar hoe moeten wij nu doen met het voor stel Klein Schiphorst? De heer Klein Schiphorst: De teeke ningen ter inzagen leggen. Is er een raadslid dat dan een voorstel wil doen, dan kan hij het indienen. Ik doe geen voorstel Daartoe werd besloten. Vragen. Ingekomen was een vraag van den heer W. J. B. van Liemt omtrent de uitvoering van het besluit tot reorganisatie van het Nieuwe Kerksplein. Verder-een vraag omtrent het treffen van maatregelen tegen te snel rijdende motor en autobestuurders. De heer Peper had inzake de wijze van rijden van autobussen in de Damstraat een vraag irjgezonden. Die vragen zullen in de volgende zitting door B. en W. beantwoord worden. Te 5.30 uur ging de raad over in geheime zitting. DE SCHEEPSRAMP OP DE WESTER-SCHELDE. In twee minuten verdween de „Estella" onder de oppervlakte. ZESTIEN MANNEN OMGEKOMEN. GEEN NEDERLANDERS ONDER DE SLACHTOFFERS. Gisteren meldden wij reeds, dat het Bel gische stoomschip „Estella" op de Wester- Schelde na een aanvaring is gezonken, waar bij verscheidene menschen, waarschijnlijk 16 om het leven kwamen. In de N.R.C. lezen wij nog het volgende: Het was ongeveer half 2 in den nacht van Dinsdag op Woexxsdag, toen het Belgische stoomschip „Estella", afkomstig uit Antwer pen en geladen met stukgoed, met bestem ming naar Londen, de Walsoorden passeer de. Juist in den draai van de vaargeul Antwer pen naar Noordzee werd de „Estella" door de Duitsche houtboot Herwin aangevaren, Onmiddellijk nadat de „Estella" in de flank was aangevaren verdween deze boot in de diepte en binnen twee minuten was de boot van de waterspiegel verdwenen. De reden, dat zooveel opvarenden zijn verdronken, moet gezocht worden in het feit, dat de geheele bemanning in de kooien lag te slapen. Het personeel, dat belast was met het be- stixren van het schip, trachtte zich nog te redden, doch slechts twee personen konden een veilig heenkomen vinden in een sloep, die door het Duitsche schip „Herwin" was uitgezet. Tot half zeven hedenmoi-gen heeft het Duitsche stoomschip ter plaatse alle mogelijke moeite gedaan om nog te redden wat te redden was. In het dorp Walsoorden waar de verslagen heid onder de bevolking zeer groot is, verne- xnen wij, dat hedennacht, toen het ongeluk plaats greep, velen uit hun nachtrust wer den gewekt door angstige hulpsignalen. Oxx- geveer half 7 kwamen van verschillende zijden booten opdagen om bij het schip te dreggen. Ter plaatse wax*en het stoomschip de Noordzee, gestationneerd te Vlissingen, van de Mij. L. Smit exi Co's Internationale Sleepdienst te Rotterdam, het stoomschip de Goliath, kapitein During, dat gecharteerd was door Smit Bergingsbedrijf te Wemeldinge. Het douanevaartuig was ter plaatse aan wezig om toezicht te houden. Om ongeveer half 2 gisterenmiddag gelukte het de Noord zee alsmede het stoomschip de Rijksbeton H de juiste plaats te bepalen, alwaar het schip was gezonken. Hoe de aanvaring plaats had. Uit zee kwam het Duitsche stoomschip Herwin de Westerschelde opvaren, op weg naar Antwerpen met een lading hout. Het schip maakte veel slagzij en lag zeer diep. Met slechts geringe vaax-t liep het tegen den krachtigen ebstroom op, dicht onder den zuiawal. Even voor Walsoorden maakt de rivier een bocht, westelijk van deze plaats steekt een steenen krib loodrecht op den wal in het water uit. In het verlengde van de krib ligt aan de overzijde van het vaarwater een licht-boeid. De vaargeul loopt precies tusschen krib en boei door. Het water was gelijk wij reeds meldden van ebbe, zoodat een vrij stex-ke stroom op den Oostkant van de krib stond. Het water loopt om de krib heen en daardoor ontstaat voor den kop van den steenen dam nog wel eens een sterke dwarsstroom. Algemeen neemt men nu aan, dat de Herwin door dezen dwars stroom is gegx-epen en naar bakboord is om gezet. En door de omstandigheid dat het schip maar weirxig vaart liep en door het feit dat het veel slagzij maakte, heeft het niet dadelijk naar het roer geluisterd. Het wilde zooals dat in scheepstermen heet, niet omkomen, m.a.w., het schip ging op stuur boordroer bakboord uit en raakte meer en meer dwars in het vaarwater.. Op het oogenblik waarop dit gebeurde voer de Estella juist langs den lichtboei, dus aan de Nooi'dzijde van het vaarwater. Nog voor dat men de Herwin kon stoppexx, liep het schip recht met den steven op de Estella in. Deze werd aan bakboox-d midscheeps ter hoogte van de machinekamer getroffen. Er ontstond een groot gat waardoor het water naar binnen stroomde. Aan boord van de Herwin hoorde men het machinekamerperso- neel om hulp roepen, maar tezelfder tijd zag men de Estella snel zinken. Al spoedig had het water het dek bereikt, het steeg snel langs het dekhuis, golfde over de brug, de stuurhxit en de sloepen.... toen sloot, de wa terspiegel zich weerer. De Schelde had de Es tella verzwolgen. Het dx-ama was binnen twee minuten tijds voltrokken. De Herwin had slechts geringe schade aan den voorsteven. Aan boord van dit vaartuig heerschte uit den aard der zaak een geweldige opwinding. Vol spanning zocht men den donkeren wa terspiegel af of men ook nog een spoor van de opvarenden van het ongelukkige schip zou kunnen vinden. Het schijnt, dat men aan boord van de Estella nog kans heeft gezien een S.O.S.-sein éénmaal uit te zenden, maar voor het overige is alles zóó snel te werk ge gaan, dat men niets heeft kunnen doen om liet veege lijf te redden. 30 Meter onder water. De stuurman van de sleepboot „Goliath" vertelde nog aan de N. R. Ct. Een tijdje na ons arriveerde de Noordzee van L. Smit en Co's internationalen sleep- 1 dienst, welke zeesleeper te Vlissingen is ge stationneerd. Ook aan boord van dit schip werd de dreg uitgeworpen en daar had men meer succes, want de dreg bleef in den loop van den dag haken en weldra bleek dat men het wrak te pakken had. In overleg met den dienst van den Rijkswaterstaat zijn wij toen boven die plek gaan liggen met het wrak- teeken in top, ter waarschuwing van de scheepvaart. Hinderlijk voor de scheepvaart ligt het wrak echter niet, want er staat zoo'n stuk water boven, dat men er met een groote schuit bij laag water nog glansrijk overheen kan varen zonder kans te loopen, vast te ra ken. Het wrak ligt namelijk 30 meter onder water. Tegen den avond konden wij inrukken. Op de plek waar de Estella in de diepte is verdwe nen, is nu een groene gasbosi gelegd, opdat men weet waar het schip precies ligt met het ook op eventueele berging. Of men 't schip er wel uiit zal kunnen krijgen is nog een groote vraag; het ligt zoo bar diep. Maar ia elk geval kan een duiker afdalen om de lij ken, die zeker nog aan boord zijn, te bergen, 16 man omgekomen. Gered zijn: de eerste machinist De Gr ij zei uit Antwerpen en de Estlandsche matroos Resculin. Loods Peters, kapitein Matthews, stuurman Meybaum, en dertien anderen, Estlanders, Polen, Russen en Belgen zijn ver dronken. Het verhaal van den machinist. Een verslaggever van de N. R. Ct. had té Antwerpen een oxiderhoud met den geredden eersten machinist De Grijze. Wij waren, aldus de Grijze, omstreeks half elf uit Antwerpexi vertrokken. De Estella was een kleine stukgoederenboot, die regelmatig op Londen vaax-t. Om twaalf uur was ik af gelost en ging op de sofa in mijn hut wat rust nemen. Een half uur later werd ik echter plotseling' gewekt door een geweldigexi slag. Ik was van de sofa gevallen en lag op den grond. Op hetzelfde oogenblik werd er door den tweeden machixiist, die met een matroos de wacht had," hard op de deur gebonsd. „Kom gauw we hebben een aanvai'ing". Ik liep nog slaapdronken naar de machineka mer en langs de trap naar beneden. Werkte de machine nog?. Neen, die lag gestopt. Was het water dan al binnengedrongen?, Het ging alles zoo in een oogenblik. Terwijl ik naar beneden liep klotste ineens het water, dat langs de ti-appen naar bene den stroomde, tegen mij aan. Ik greep een ijzeren staaf, zag nog hoe het voox-schip naar boven wipte. De Estella brak blijkbaar in tweeën, maar toen werd ik al onder lxet wa ter bedolven. Mijn, vrouw, mijn kinderen, schreeuwde ik. Toen kwam het over me: nu is het gedaan. Nog een paar slokken, dan :s het afgeloopen. Ik moest de staaf loslaten en werd meegetrokken, trapte en sloeg en voelde plotseling, dat ik door de zuiging en het terugdringen van het water door het schouwluik heen weer naar boven werd ge perst. Plotseling was ik weer boven water. Toen ben ik gaan zwemmen voor mijn leven. Ik zag een st-uk hout en greep nie daaraan vast. Er werd geseind met lichten en sirenen loeiden. Met een ander stuk hout ben ik op het water gaan staan om de aandacht te trekken. Hoe lang hebt u in het water gelegen? Ik weet het niet; naar mijn schatting drie kwartier, maar het kan best korter ge weest zijn ook. U is gei'ed door de Kxnxisschans? Neen, eerst door een roeiboot van de In- dra, maar die heeft me weer overgegeven aan de Kruisschans. Het beroerdste was, al dus de zeeman, terwijl hij treurig voor zich uittuurde, dat al mijn kameraden weg waren op die eene na. Hebt u niemand meer gezien? Ze moeten allen in hun hutten zijn ver dronken, behalve de tweede machinist, die misschien overboord gesprongen is en niet kon zwemmen. Hij hee,ft me geroepen en is zelf omgekomen; dat is wel het wreedste van alles. En hoe was u er zelf aan toe? Ik had zeker twee emmers brak water binnen, dus dat hoéft u niet te vragen. Maar op de Kx-uisschans waren ze braaf; kleeren, cognac en alles hebben zij mij gegeven. Hadt u al eens een aanvaring gehad? Verleden jaar nog met de Estella. En eerder was ik ook al in gevaar gew-eest. Wat geen wonder is als je negen-en-twintig jaar hebt gevaren. Heeft de roerganger den loods niet verstaan? Het Belgische blad „de Nieuwe Gazet", schrijft o.a.: een eerste onderzoek werd reeds ingesteld, waaruit bleek, dat- de bepalingen van het reglement op de aanwerving niet stipt werden opgevolgd. Op het oogenblik van de aanvaring werd het roer gehouden door een Estlandschen matroos, die alleen zijn moedertaal machtig is. En de Volksgazet merkt op, dat er wel wet ten bestaan, maar deze meerendeels niet wor den toegepast. Artikel 19 van de wet op de arbeidsovereenkomst wegens scheepsdienst zegt in paragraaf 3: Niemand wordt tot aan monstering toegelaten zoo hij niet bewijst een van de landstalen of het Engelsch vol doende te verstaan. De kapitein onderzoekt op zijn verantwoordelijkheid of de zeelieden, welke hij aanneemt, aan deze voox-waarden voldoen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 14