Cadum Zeep 25* H. D.-VERTELLINGEN "m J. Lottgering De Roode Vingerafdruk HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 16 SEPTEMBER 1929 (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.) De Maharadja en de Danseres door H. LINDT. Als dfe taxi-chauffeur een klein beetje meer haast gemaakt had, zouden wij onzen trein nog net -hebben kunnen halen, Crawson Of wij daar al om treuren, de volgende*r trein komt toch geen minuut eerder amice. Het verstandigste doen we daarom maar, eenvoudig te berusten en in de wachtkamer het een of ander te gebruiken. Alles bij el kaar duurt dit gedwongen wachten overigens niet meer dan ongeveer twintig minuten. Wij hadden het slechter kunnen treffen! In de wachtkamer van het Charing Cross Station vonden de beide mannen nog een tweetal stoelen vrij in een der hoeken, van waar ze eenerzijds op hun gemak het drukke gewoel van gaande en komende reizigers aan de tafeltjes en voor de buffetten konden overzien, terwijl zij anderzijds door de groote ramen een blik konden werpen op de per rons, waar steeds nieuwe, overvolle treinen een enormen menschenstroom aan het Londensche verkeer toevoegden. De beide vrienden sloegen eenigen tijd zwijgend de geweldige menschmassa gade. Toen stootte Crawson zijn metgezel plotse ling met den elleboog aan. Als je die danseres bedoelt, dan heb ik wel eens van haar gehoord. Daar staat zij, links van het buffet, een niet meer zoo heel jonge schoone, in een bruin geruite mantel met dito bont. En?.... Het is waar, Je was in de laatste jaren niet meer in Londen, anders zou je me niet zoo vragend aankijken, nu je haar naam hoort noemen, want er is zeker geen Londe- naar, of hij kan je haarfijn het avontuur vertellen van Kathleen Allison en den Ma haradja van Dsjaipur. Waarschijnlijk zul je Je nog herinneren dat Kathleen destijds als danseres deel uit maakte van de Thatterton-Follies. Daar is ze ook nu weer aan verbonden en haar manager maakt, voor een niet gering deel juist, dank zij haar algemeen beleend gewor den escapade, uitstekende zaken, zij het dan ook, dat haar faam eenigermate gelijkt op die van Don Quichotie. Als ik het wèl heb, is het nu juist twee-en- een-half jaar geleden, dat de Maharadja van Dsjaipur een bezoek aan Engeland bracht. Het ging eigenlijk incognito, maar het hoo- ge bezoek was niettemin van den aanvang af een publiek geheim. Deze Indische vorst bezocht tijdens zijn verblijf in Londen tal- looze oorden des vermaaks en in het bijzonder schenen revues en daarmede op één lijn staande vormen van lichtere kunst hem te interesseeren. Bovenal werd hij echter ge boeid door de lieftallige danseresjes van de Thatterton-Follies en na een vijftal bezoeken van Zijne Hoogheid was het al spoedig duidelijk, wie de speciale voorkeur genoot. Kathleen Allison, wier huwelijk met den margarine-fabrikant Humphrey Sales volgens de loopende geruchten toenmaals slochts een kwestie van enkele weken was, liet haar minnaar voor wat hij was en wijdde voor taan alle aandacht aan de Maharadja. Deze 'beloonde haar van zijn kant rijkelijk met de prachtigste bloemstukken en de kostbaarste juweelen. Hoe wonderlijk en ongelooflijk het ook schijnen mag: die twee waren werke lijk verliefd op elkaar geworden, en het ging zóó ver, dat de Maharadja, toen het einde lijk tijd werd om naar zijn tropische rijk terug te keeren, plannen beraamde om cle blanke beheerscheres van zijn hart mede te nemen, zoo mogelijk als zijn vrouw. Dit was intusschen nog niet zoo'n een voudige zaak. Zeker niet minder dan Euro- pcesche vorsten was deze Maharadja ver strikt in de regelen dei' hof-étiquette en overigens had hij rekening te houden niet de geaardheid van zijn onderdanen, die zeker in hoogen mate verontwaardigd zou den zijn geweest, wanneer hun gebieder zoo onverwachts een blanke koningin aan hen had voorgesteld. De Maharadja van Dsjaipur, hoe verliefd ook, was een verstandig man, die INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. begreep, dat deze moeilijkheden zwaar wogen. Omdat hij echter evenmin van plan was, de uitverkorene zijns harten voorgoed vaar wel te zeggen, sprak hij met haar af, dat zij voorloopig nog in Engeland zou achterblij ven, terwijl hij naar zijn land terugreisde om daar alles in orde te maken voor haar ontvangst. Daar het echter wel eenigen tijd vorderen zou om een blanke vrouw, als zijn gemalin nog wel, bij het hof en bij zijn volk te doen aanvaarden, iets, wat noodzakelijk met wetswijziging en krasse maatregelen ge paard moest gaan, bepaalde hij, dat hij haar na een vol jaar zou komen halen, of wan neer hem dat onverhoopt onmogelijk mocht blijken, dat hij haar bericht zou sturen om zich aan boord van een mailboot naar En- gelsch Indië in te schepen. Tot zoo lang, mijn geurige bloem, aldus ongeveer fluisterde de bruine vorst op tee- deren toon de kinderlijk verliefde Kathleen Allison bij hun afscheid in het oor, zullen onze harten zich moeten voeden met de en kele gedachte aan de verre beminde Slechts zeer ongaarne zal ik de zoetvloeiende woorden van uw roode lippen missen. Beloof mij daarom dit ééne: dat, telkenmale wan neer in uw hart het verlangen opwelt, woor den van genegenheid tot mij te spreken, ge deze woorden aan het papier zult toevertrou wen en ze aan mij opzenden in mijn eenzaam vorstenverblijf te Dsjaipur. Wanneer ik ze dan lees, zal het mij zijn of uw liefde van verre naar mij toegedragen wordt door de zachte bries die over de eeuwige wouden van Hindostan strijkt Kathleen beloofde dat gaarne en de Maha radja voer naar zijn vaderland, terwijl zijn blanke geliefde het schip met haar kleine zakdoekje nawuifde. Reeds op weg naar haar kamers voelde Kathleen Allison zóóveel lieve woordjes in haar boezem opkomen, dat ze maar dadelijk een even eenvoudig als practisch besluit nam en een advertentie in de krant plaatste voor een steno-typiste Sindsdien dacht ze eenvou dig hard-op en een vaardige hand zorgde er voor, dat alles stipt werd genoteerd. De ge liefde van den Maharadja kreeg er op den duur waarlijk plezier in en met het toene men van de routine (die men immers even goed krijgt in het zeggen van lieve woordjes als in welk ambacht ook) zwelde de stroom van zoete naampjes meer en meer. Wat zal menn Maharadja vannDsjalpur dat alles heerlijk vinden, als hij het leest! dacht zij. De liefde scherpt het vernuft en zoo vond Kathleen telkens weer nieuwe dingen om den Oosterschen minnaar aangenaam te zijn. Zij liet de opgenomen stenogrammen zorgvuldig uitwerken en netjes typen op prima folio- papier. instede van deze vellen terstond op de post te doen, zamelde zij ze eenigen tijd op, waarna zij ze naar den besten boekbin der van Londen bracht, dié ze in een keuri- gen linnen band samenbond en verwerkte tot een enorm boekdeel, goud op snee en van een volgnummer in goud-opdruk voor zien. De rekening van den binder betaalde zij, evenals het salaris van haar steno-ty piste, voorloopig met een deel der juweelen, die de Maharadja haar geschonken had. La ter zou hij haar immers alles rijkelijk ver goeden! De Maharadja van zijn kant wachtte on geveer een half jaar vergeefs op bericht van zijn blanke bruid. Toen ontving hij van de scheepvaatmaatschappij bericht, dat er een zware kist voor hem aangekomen was. De vrachtbrief vermeldde als inhoud: ..boekwer ken" en hoewel de vorst van Dsjaipur zich niet kon herinneren, eenige lectuur besteld te hebben, betaalde hij, zij het met bloedend hart, de hooge vrachtkosten, die Kathleen niet had kunnen voldoen, omdat zij al haar sieraden reeds lang verkocht had en zelfs te kort kwam om den binder tevreden te stel len. Het einde der geschiedenis is met weini ge woorden verteld. Op zekeren dag bracht de post aan de in spanning wachtende Kathleen Allison een brief, afkomstig uit Engelsch-Indië en voor zien van een groot lak met het zegel van den Maharadja van Dsjaipur. Ze scheurde de en veloppe haastig stuk en las: „Geurige Bloem. Ik heb de kist ontvangen met de zeven dikke folio-deelen, welke alle woorden van genegenhed bevatten, die in de afgeloopen maanden voor mij over uw lippen gekomen zijn. Ik beken het: Uw woorden rijkdom doet mij verslagen staan. De volzin nen van onze Oostersche vrouwen zijn schaarsch als regen in dewoestijn en wellicht daardoor juist verkwikken zij zoo. Ik vrees, dat ik aan den overstelpenden stroom van liefdesuitingen, welke gij dagelijks vloeien laat, niet gemakkelijk zou kunnen wennen. Ik zou er in ten gronde gaan of ze volslagen on opgemerkt moeten laten. Daarom, geliefde, hoezeer het mij aan het hart gaat u voor al tijd vaarwel te zeggen, het moet. Ik hoop en vertrouw, dat zich nog eenmaal op uw weg een man zal voordoen, die meer dan ik uw woordenrijkdom naar waarde schatten kan. Als steeds uw Maharadja van Dsjaipur". Het was een weinig ondoordacht van Kathleen Allison, dat ze ook na het lezen van dezen brief haar gedachten in het bij zijn van haar steno-typiste wederom hard op tot uiting bracht, want deze kon thans het uitgewerkte stenogram voor een zacht prijsje verkoopen aan een der grootste Londensche dagbladen, zulks als compensatie voor haar achterstallige salaris. Maar Kathleen Allison is sindsdien een van de meest zwijgzame vrouwen geworden die je in Engeland vinden kunt. HET CONFLICT IN HET ZAANSCHE HOUTBEDRIJF. OVEREENSTEMMING BEREIKT. Van vier tot acht uur hebben Zaterdag in de „Industrieele Club" te Amsterdam de voortgezette besprekingen tusschen de bij het conflict in het Zaansche houtbedrijf be trokken partijen geduurd, meldt het Hbld. Opnieuw vier uren van wikken en wegen, van gezamenlijk confer eeren, afgewisseld met nader overleg der werkgevers en -ne mers afzonderlijk in eigen kring. En 't is inderdaad ten slotte gelukt de on derhandelingen over het gevreesde doode punt heen te helpen. De wederzij dsche be sturen zijn tot overeenstemming gekomen en de besturen der arbeiders-organisaties zouden heeden, Maandag, het resultaat der onderhandelingen aan de ledenvergaderin gen voorleggen. Bij de besprekingen is van den kant der werknemers het voorbehoud gemaakt, dat opheffing der staking slechts mogelijk is, in dien ook het conflict tusschen de werkge versorganisaties en de scheeps- en boot- werkersvereeniging „Eensgezindheid" tot op lossing komt, terwijl de werkgevers hun toe zeggingen slechts gestand kunnen doen in dien uiterlijk op Maandag 30 September het werk is hervat. EEN VERDACHTE OVER DE GRENS GEZET. Opheldering gevraagd aan den minister. Naar de Tel. verneemt, wordt door de Jus titie te Hengelo (O.) een vervolging inge steld tegen den Duitscher, die op den lOen Augustus den heer M. P. uit Goor, zonder eenige aanleiding eenige messteken heeft taegebracht waardoor een slagader in het dijbeen werd doorgesneden. De dader is toen bijna onmiddellijk door de Hengelosche politie over de grens gezet. De heer P., die, na een verblijf van vier we ken in het ziekenhuis, nog steeds onder ge neeskundige behandeling is, is nl. gedag vaard om op 3 October a.s. als getuige voor den politierechter in Almelo te verschijnen. Den verdachte, die nu niet meer te achter halen is, is eenvoudige mishandeling ten laste gelegd. De ontevredenheid over het feit, dat men den Duitscher zonder meer over de grens heeft geleid, waardoor tevens het slachtof fer de gelegenheid is ontnomen, zich civiele partij te stellen, is zóó groot, dat thans een door vele Twentenaren onderteekend re quest aan den minister van Justitie is gezon den met het verzoek in deze quaestie een nader onderzoek te willen instellen. HET ONGELUK IN DE OETZTALER BERGEN. De lijken der twee Amsterdam mers gevonden. Zaterdagmiddag heeft een expeditie in de nabijheid van den top van den Weiss- kügel de lijken ontdekt van de beide Am- sterdamsche toeristen, de heeren Hemmes en Van Essen. Gebleken is, dat de beide onge lukkige toeristen tengevolge van een steen storting om het leven zijn gekomen. De ramp moet bij het passeeren van een steil gedeelte van den weg zijn geschied. De lij ken der twee omgekomenen vertoonen zoo danige verwondingen, dat men mag aanne men, dat de dood onmiddellijk is ingetreden, aldus seint men uit Inssbrück aan de Tel. STAKING AAN DE ZINKWIT- FABRIEK TE MAASTRICHT. Ernstige relletjes. Zaterdagmiddag zouden de werkwilligen, ongeveer 140 man, die drie weken lang de zinkwitfabriek te Maastricht niet hadden verlaten, naar huis gaan. Wegens de te ver wachten relletjes was een verbod tot samen scholing door den burgemeester uitgevaar digd. Het politiecorps, ten getale van 80 man, was gemobiliseerd en over de stad ver spreid. Toen in Wijk het publiek opdrong zij de door politie begeleide werkwilligen en er werd geroepen en met projectielen uit de vensters werd geworpen, sloeg de politie er met den gummistok op in en werden er flin ke klappen uitgedeeld. In de Maastrichter Crusstraat kwamen er verscheidene onder den voet en loste de politie eenige schoten in de lucht. Het bleef den geheelen middag rumoerig. Van nu af zullen de werkwilligen eiken dag naar huis gaan, aldus het Hbld.. Dr. ZIMMERMAN NAAR MEXICO Dr. A. R. Zimmerman, oud-burgemeester van Rotterdam en gewezen hooge commissa ris van den Volkenbond voor Oostenrijk, zal 18 dezer te Le Havre aan boord van de Isle de France scheep gaan naar New York. Hij zal zich vandaar per trein begeven naar Mexico-City, alwaar hij de vergaderingen der Anglo-Mexican Claimscommission zal presideeren. ORGELCONCERT IN DE KLOPPERSINGEL KERK. De blinde organist van de Ger. Kerk te Kampen, de heer H. J. Kruithof, hoopt a.s. Woensdagavond in de Kloppersingelkerk een orgelconcert te geven, dat hij zal afwis selen met zang en het lezen van een meditatie in blindenschrift. We herinneren er aan, dat deze bekende organist ook in 1921, 1923 en 1925 in Haarlem een concert heeft gegeven en dat die uitvoeringen niet alleen een groot succes hadden, maar ook een diepen indruk maakten. Ook nu staat den muziekliefhebbers die voornemens zijn om Woensdagavond naar dit kerkgebouw te gaan, iets schoons te wachten. Drie liederen zullen door hem ge zongen worden met zelfbegeleiding daarvan op het orgel, waaronder een eigen compositie op woorden van den 130sten Psalm (onbe rijmd) en een 3-tal orgelnummers met één, eigen koraal-improvisatie over Psalm 25. Gaarne wekken wij onze lezers op, dit concert bij te wonen. Zij bereiken daarmee een tweeledig doel: ten eerste verschaffen zij zichzelf daarmee een rijk kunstgenot en ten tweede steunen zij daarmee dezen blin den kunstenaar, die ook op deze wijze ge deeltelijk in het onderhoud van hem en zijn gezin moet voorzien. Laat hem, die niets van de heerlijkheid der natuur kan zien, maar er toch zoo van houdt, met een dankbaar hart naar Kampen terugkeeren. ORGELBESPELING in de Groote of St. Bavokerk te Haarlem, op Dinsdag 17 September 1929, 's avonds van 8 1/49 1/4 uur, door den heer George Ro bert. Programma: 1. Canzona, A. Gabriëli (15101586). 2. Praeludium et Fuga e kl. t., J. S. Bach (1685—1750). 3. Pour la Toussaint, G. Dupont. a. Fugue, b. Choral, A. Honegger. 5. Tweede Sonate, F. Borowski. Allegro, An dante, Allegro con spirito. GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN' Terug te bekomen bij: Kennel Fauna, bruin hondje, gebracht door Eerhart, Papen- torenvest 35, geel herdershondje, gebracht door v. Hees, Duvenvoordestraat 20, Bur. v. Politie, Smedestraat, hondenhalsband, pen ning, kinderschoen, Dijkers, Ripperdapark 7 kinderhoedje, Hoogenes, Nagtzaamplein 15, Duitsche herdershond, de Wieiers, garage Tempeliersstraat 54, witte herdershond, v. Santen, Stoofsteeg 6, grijze kat, Droog, v. Oosten de Bruijnstraat 61, kettinkje, Kennel Fauna, grijze kat, gebracht door Peper,, Hof- dij kplein 28, grijs katje, gebr. door bewoners Brouwerskade 77, de Wilde, A. L. Dyserinck- straat 66, notitieboekje met duimstok, Jon ker, Voorzorgstraat 6, onderstel van wieg, Keppel, Schreveliusstraat 48, onderdeel v. vliegende Holl., Busweiler, Vergierdeweg 2, kinderpakje, Schilpzand, Ged. Voldersgracht 27, portemonnaie met inhoud, de Bruin, Z. Polderstraat 15, portemonnaie met inhoud, v. d. Vecht, Karei van Manderstraat 29, rij- wielbelastingmerk, Keijzer, Spaarnwoude- straat 114, idem. v. 't Vlie, Gen. Joubert- straat 43, idem, Snoek, Leidscheplein 56, haarspeld, Krug, Julianapark 54, sleutels, Spithoven, Gr Heiligland 34, kindertaschje met inhoud. Timmers, Delftkade 2, tasch met inhoud. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. Verven Stoomen Stoppage Hoeden vormen Groote Houtstraat 5a ■MMMR '•.L. 1 (Onderstaande berichten zijn reeds 'n een deel van de vorige oplaag opgenomen). HET KERKSPLEIN. VERANDERDE PLANTSOENAANLEG Op de begrooting van 1929 is een bedrag van f 6000 uitgetrokken voor een reorganisatie van het Kerksplein. Nu is de situatie zoo dat de helft van het plein als plantsoen is aangelegd, terwijl de kerk geheel door bestrating ingesloten wordt, Het is nu de bedoeling het plantsoen zooi aan te leggen, dat de kerk daardoor wordt omgeven. Rondom langs de huizen blijft een rijweg open. Een klinkerpad zal toegang geven tot de kerk. Verwacht wordt dat het plein door dezen nieuwen aanleg een intiem karakter zal krijgen, dat zich geheel zal aansluiten bij de mooie oude kerk en de typische oude huisjes in de omgeving. Maarhet is nu al midden September en er is nog niets gedaan om uitvoering te geven aan dit plan. Daarom heeft het raadslid de heer W. J. B. van Liemt een schriftelijke vraag bij B. en W. ingezonden hoe het met de voorbereiding van deze reorganisatie staat. TUINBOUWSCHOOL VOOR DE BLOEMBOLLENCULTUUR. Bij het op 10 en 11 September gehouden toelatingsexamen aan de Rijkstuinbouw school voor de Bloembollenteelt te Lisse slaag den oa. B. Korsten, Heemstede, W. Montagne Lisse, H. A. Poen, Haarlem, D. F. Ruyter, Bloemendaal. Toegelaten tot de tweede klasse werd tevens W. Tensen, Nieuw Vennep. Na afgelegd herexamen werden nog tot de tweede klasse bevorderd D. H. Philippo, Heemstede, G. v. d. Zaal, Lisse. Tot de derde klasse werd na afgelegd hor examen bevorderd G. Verdegaal, Aerden- hout. NAZORG-VERLOTING. De Verbandscommissie Nazorg organiseert ditmaal een groote verloting ten bate van d( Nazorgfondsen voor hulpbehoevende zwak zinnigen, blinden en lichamelijk gebrekkigen. De hoofdprijzen zijn aangekocht en geëta leerd bij de fa. v. Liemt, Gr. Houtstraat, Haarlemsche Werkinrichting, Donkere Spaar* ne 34 en J. H. Korstjens, Gen. Cronjéstraa) 82. De trekking heeft zoo spoedig mogelijk en in ieder geval nog dit jaar plaats. Gezien het sympathieke doel wekken wij gaarne op om een of meer loten prijs 25 cent te koopen. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. is een zuiverende verfrisschende zeep.die nieuw leven aan de huid èeeft Een hard stuk zeep.dat tot het laatste vliesje éebruikt fcan worden FEUILLETON 24) Maar de vermoorde kan toch geen vin gerafdruk met zijn eigen bloed hebben ge- Hij kan het even voor zijn dood gedaan hebben! De vraag die ik mij namelijk tel kens stel is deze: kan Langenbach's haat te gen Bobbie zoo intens zijn geweest dat hij zichzelf gedaan heeft cn alles zoo voorbereid dat- Bobbie voor de schuldige moet worden gehouden? Dus je wilt zeggen: bestaat er zoo n he vige haat. die zelfs voor een zelfmoord niet terugschrikt als een vijand daar door ver nietigd kan worden? Juist. Dat zou aan een psychiater gevraagd moeten worden Als jouw theorie juist was, eou de doode alles van te voren in finesses moeten hebben voorbereid, de duimafdruk met zijn eigen bloed, het nemen van den vingerafdruk bij Heinecke. de samenkomst met Bobbic. het wegsturen van zijn secreta ris en den portier.... en dan een zelfmoord met de vooropgezette bedoeling om een an der er voor te laten opdraaien, om het maar eens platweg te zeggen? Zoo had ik het me voorgesteld, maar verder kom ik niet. Maar dat zou toch wel het toppunt van geraffineerden haat zijn! Toen sloeg de officier van justitie met de hand op tafel. Maar dat is onmogelijk! Want het wapen is met. gevonden. De dood moet direct zijn ingetreden. Een zelfmoorde naar kan toch het wapen niet wegstoppen Uit het Duitse li van MATTHIAS BLANK. nadat hij gestorven is. Neen, deze verklaring houdt geen steek. Dat heb ik mezelf ook al voorgehouden. Begrijp je nu dat ik de hulp van een ander er bij noodig heb? De officier van justitie keek peinzend voor zich en zei nadenkend: Als dus Langenbach de vervalsching heeft gemaakt en zelfmoord buitengesloten is Toen kwam Else haastig op hem toe 2n greep hem opgewonden bij den. arm: Ernstdan blijft er nog maar een mogelijkheid over. Wat dan? Zij begon te fluisteren, toen zij hem haar vermoeden meedeelde en toen Friesen gehoord had wat ze veronderstelde, riep hij opgewonden: Elsedat is een heel stoute theorie; hoehoe moet dat bewezen worden en wiewie was dan die ander, de derde? HOOFDSTUK XXIII. De heer Menzel, advocaat, en notaris, was een kleine oude man met dun, sneeuwwit haar, waardoor hier en daar de kale schedel zichtbaar was; op zijn lange, magere hals zat een naar verhouding klein hoofd. Met de handen op den rug en het boven lichaam naar voren gebogen, stond de nota ris voor een van zijn assistenten, een jonge man met rood haar. Hebt u alles klaar? Ja meneer. Dan kunt u de dame laten binnenkomen. De notaris belde en een oogenblik later werd mevrouw Langenbach in de werkkamer gelaten. Bent u de echtgenoote van wijlen Con sul-Generaal Langenbach? wendde de nota ris zich tot haar. Ze knikte. Zijn er ook nog andere familieleden en verwanten verschenen? Neen meneer Menzel, zoover ik weet had mijn man geen familie. Ik heb een oproeping in de kranten ge plaatst met betrekking tot de opening van het testament, maar er heeft zich niemand aangemeld, dus dat klopt met uw verklaring, zei de notaris. Dan moet Ik u mededeelen mevrouw, dat de overledene een geheim, ver zegeld testament bij mij heeft gedeponeerd; hier is het! Wilt u zich er van overtuigen dat de zegels onbeschadigd zijn en kennis nemen van de akte, waarin uw echtgenoot ten over staan van mij en getuigen verklaard heeft, dat hij zijn testament bij mij heeft gedepo neerd. De notaris overhandigde haar de acte en de gesloten enveloppe en mevrouw Langen bach bekeek vluchtig het stuk en de zegels. Dit stuk werd mij persoonlijk door Con sul-Generaal Langenbach gegeven, nadat hij zich voldoende gelegitimeerd had. Ik kende hm trouwens persoonlijk. Het was op 16 April van dit jaar. evenals u uit de akte ziet, ver klaarde de notaris. Zestien April! Dat was dus vier dagen voor zijn dood en twee dagen na den avond bij Heinecke, dacht. Kitty, dus zoo kort voor zijn dood had hij een nieuw testament ge maakt. Kitty Langenbach voldeed afwezig aan de vereischte wettelijke formaliteiten, beant woordde de haar gestelde vragen en onder- teekende enkele stukken. In uw aanwezigheid en met uw toestem ming verbreek ik de zegels, daar er na den dood van den erflater geen opposities zijn gedaan, zei de notaris plechtig. Hij ging zit ten en sneed de zegels van de stevige enve loppe los. Toen haalde hij er met zijn magere han den een vel papier uit te voorschijn dat hij langzaam gladstreek. Hij hield het mevrouw Langenbach voor en zei: Hier is de onderteekening; herkent u die als de handteekening van uw man? Zeker! Daarop schraapte de notaris zijn keel en begon met zijn oude, dunne stem te lezen: „In het volle bezit van mijn verstand en na rijp beraad, beroep ik alle vroeger-gemaakte beschikkingen en bepaal dat ik bij mijn over lijden mijn geheele vermogen, dat aan den voet hiervan gespecificeerd is en uit hypothe ken, onroerende goederen en geldswaardige papieren bestaat, zal komen aan mijn twee lingbroeder, Theobald Langenbach. Deze tweelingbroeder ging achttien jaar geleden naar Australië, het laatste bericht van hem kreeg ik uit Santa Ferranti. Hij werd evenals ik, den zesden October 1885 in Neuenfeld aan de Werra geboren. Deze gegevens zullen wel voldoende zijn om hem op te sporen. Mijn echtgenoote Kitty von Feltlin zal slechts haar wettelijk aandeel krijgen; dit is groot genoeg om haar behoorlijk te kunnen doen leven; ik heb in den loop der jaren zooveel voor de fa milie Feltlin gedaan, dat ik mij verplicht voel om mijn tweelingbroer, die zonder een cent de wereld is ingetrokken, de rest te verma ken. Door zijn geboorteacte en de opvallen de gelijkenis met mij, zal hij zich wel kun nen legitimeeren. Ingeval mijn tweelingbroer niet meer in leven is en eventueele nakome lingen van hem ontbreken, dan valt mijn ver mogen aan de stad, die er mee kan handelen zooals zij verkiest. RICHARD LaNGENBACH." Met de grootste verbazing had Kitty ge luisterd; ze was niet zoozeer verrast dat zij onterfd was, ook niet dat haar man haar in zijn testament neg Het voelen hoeveel hij voor haar familie gedaan had, maar door de mededeeling omtrent dien tweelingbroer. Met geen woord had hij ooit met haar over dezen gesproken; hij had haar trouwens nooit bijzonderheden over zijn jeugd verteld. En nu ineens werd er melding van hem ge maakt en vier dagen voor zijn dood scheen Richard Langenbach nog aan hem gedacht te hebben. Met dit probleem hield Kitty's geest zicli voortdurend bezig, terwijl de notaris voorlas hoe het vermogen belegd w^is; alle hypothe ken waren nauwkeurig aangegeven evenals de aandeelen in allerlei ondernemingen, de obligdties en de onroerende goederen. Dus het totale bedrag van het nagelaten vermogen is een millioen vijfhonderd twee en dertig duizend mark. Hebt u alles begrepen, mevrouw? Zeker meneer Menzel. Dus u ontvangt uw wettelijk erfdeel. Dat heb ik gehoord. Hebt u ook eenig idee waar die twee lingbroer te vinden kan zijn? Absoluut niet! Ik hoor nu voor het eerst van zijn bestaan Mijn overleden man heeft nooit over hem gesproken. Dan zullen we onze onderzoekingen in Australië, Santa Ferrantin moeten beginnen en tot hij gevonden is of zijn dood is vastge steld, moet ik het vermogen beheeren. Kitty moest nog verschillende stukken tee kenen en toen alle formaliteiten waren ver vuld, verliet ze diep in gedachten het nota riskantoor. Dus hij had haar alleen maar haar wette lijk erfdeel nagelaten! Zij voelde dat niet als iets vreemds, na hun koel-zakelijke verhou ding van de laatste jaren; wat zij vreemd vond was dat hij dit testament vrijwel direct na den avond bij Martin Heinecke gemaakt had. Zou hij toen iets van haar gesprek met Bobbie von Matrei gemerkt hebben, of iets geweten hebben van hun ontmoeting op den Ziegelberg? Er. waar kwam die tweelingbroer zoo opeens vandaan? Waarom had hij haar nooit over hem. gesproken? (Wordt vervolgd.).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 6