BUITENLANDSCH OVERZICHT ËC^TZ Van Bergen en Menschen. NIEUW OOSTENRIJKSCH KABINET. OOK HAINISCH WEER AAN HET BEWIND. INGEZONDEN CLIXCB^ HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 27 SEPTEMBER 1929 DERDE BLAD Poolsch toeristenland. Schober bondskanselier en Buitenland' sche Zaken. Critieke toestand in China. Een Zondag in Zakopane, door Dr. FELIX RUTTEN. m. Polen, dit land dat niet meer bestond en plotseling herrees, kreeg bij zijn hernieuwd aanzijn twee dingen mee, die het beschouwen mocht als een geschenk der goden: een strook zeestrand en een berglandschap. Dit was zoo nieuw en zoo wondervol voor de menschen der vlakte, dat ze rijk zijn met dit geschenk als koningen. En begrijpelijk is de kinderlijke vreugde van hen, die u mee- sleepen daarheen. Want Polen wil „vlakte" zeggen, in het Slavisch poloi. En alleen maar aan een groene uitgestrektheid dachten we tot nc£ toe, wan neer we den naam van het land uitspraken. Zoo ligt het langs beide oevers van de Weichsel, zijn heilige rivier. Groen van korenveld en aardappelland, zonder rimpe ling, zonder welving, eindeloos, tot waar de blauwe hemel er zich over neerbuigt. Water is er schaarsch; soms een somp, of een plas- Soms ook een zandig stuk onbebouwd terrein, waar dennen samen scholen tot boschjes en de berk ze gezelschap houdt. In strakke lij ning loopen rechte wegen door deze einde loosheid, onregelmatig met boomen bezoomd, met peppels, met wilgen. Boomen staan ook in het land, in rijen en groepjes, langs wegen die onzichtbaar zijn of naast verborgen plas sen. Maar schaars, en schraal. Want ont gonnen moet, wat ontginbaar is. Voor niets anders is er plaats. Zelfs voor geen dorpen. Waar zijn de dorpen van dit land, de bouwers dezer akkers? De zeldzame dorpen liggen ver van den weg. Zoo nu en dan duiken daar naast wat huizen op, die meest maar hutten zijn, van planken saamgevoegd, en wit met kalk bestreken, onder laag gedrukte daken van oud-donker riet. Geen beken ook. Heel zelden een kleine windmolen, die niets heeft van de statigheid der windmolens van Holland. Langs den weg staan armoedige kruisen, als hooge staken in het veld geplant, en vaak kapelletjes, die oorspronkelijk gemetselde voetstukken waren van een beeld of crucifix, maar van lieverlee plaats gaven aan nissen, waarin nu beeldjes en prenten pronken. Dorre bloemen liggen er bij, tusschen de tralies geschoven, die de Madonna beveiligen.. Naast de Moeder had het Poolsche volk altijd een bijzondere voor liefde voor „den weenenden Christus", zoo als Hij bedrukt en droevig er neerzit op de spotbank, naakt met de doornenkroon. In Mei is dit land een deinende zee van gelig graan en groene veldvruchten; in den herfst is het droef van verlatenheid, grauw en gerooid. Hoe troosteloos moet het 's win ners zijn. Maar ook nu, zelfs bij den prSchtigen zonneschijn onder een lucht zonder wolken, Is het niet blij, niet opwekkend. De wegen zijn slecht en weergaloos stoffig. Gordijnen van stof hangen er minuten lang overheen, waarbij de auto zijn vaart vertragen moet, uit vrees voor aanrijding. Troepjes snate rende ganzen, ook koeien, maar vooral veel kleine boerenwagentjes en lichte sjeezen brengen er afwisseling. Door het veld niet alleen, maar ook binnen den ring der huizen van nederzettingen en gehuchten, loopen de paarden vrij rond, statig en dartel. Eerst na tientallen en tientallen van kilometers beurt ieen kerktoren uit de verte zijn spits Maar nu liggen er dan, nog maar amper tien jaren, binnen de grenzen van Polen ook werkelijk bergen. Zakopane werd een toover- jtvoord. Wat is Zakopane? Een stadje, pas nog een dorp, nu een toe ristoord van 18.000 inwoners, een skistation en het Davos der Karpathen, waar van 40 tot 60.000 badgasten jaarlijks samenstroomen. Van Poznan of van Warschau gaat 't eerst tot Krakow. Neem dan den trein naar verder. Het is dan wel een zit van vijf uur in een bergtreintje, maar dit loopt ten minste over Ijzeren lijnen. Iets anders is een zit in een autobus. Dan is Zakopane óók nog drie uur van Cracou verwijderd. Maar dit zijn drie martel-uren. De wegen, stoffig en slecht, hobbelig en hopeloos slingerend, uitgehold en uitgesleten, wanneer niet met.keien als kazen belegd. Neem den trein! Maar de rijweg is schilderachtig, vooral op Zondag. Tot hoog in het gebergte omplant met wilgen, ofschoon er geen water is. Ook leidt hij door meerdere dorpen. Ook zijn er enkele mooie vergezichten. Maar die weg blijft voeren door heuvelland. Zakopane zelf ligt nog maar aan den voet der hooge berg muren. Op Zondag is die weg, met name in den voormiddag, vol volk. Uit het omliggende zijn de menschen ter stad gegaan. De vrouwen komen er vandaan, blootsvoets, een doek om het hoofd en een sjaal om de schouders, ter wijl zij hun voorraden voor de week mee dragen in groote witlinnen zakken, die zij, onder den last gebogen, op den rug dragen. Velen gaan blootsvoets. Bij de slechte wegen moet dit gemakkelijker loopen zijn dan met hooge hakken. In het heuvelende groen van wei en veld de blauwig-gekalkte hutten met de grauwe rietdaken binnen kleine tuintjes. Geen gor dijnen voor het raam, maar bloemen om den drempel. Verder komen de wagentjes van gevlochten riet, de planken karren en stoffige sjeezen in grooter aantal opdagen. Kerkgangers naar een vér gelegen kerk. En dan, nog dichter bij, de groepen van mannen en vrouwen, elk afzonderlijk, ernstig en streng. De rokken wor den kleuriger, schreeuwend bont; de sjaals, de voorschoten en hoofddoeken, vormeif brandende kleurenwemelingen binnen het groen van den overlommerden weg. Schoenen en kerkboek in de hand houdend, komen de vrouwen haast alle blootsvoets aanstappen. Alleen maar enkele onder de mannen dragen den langen jas met de waaiende panden; maar op den bok der rijtuigjes, mannen en jongens, de leeren jasjes zonder mouwen, met bont afgezet en de muts van pelswerk. Wij zwenken voorbij aan een dier oude, houten kerkjes, zoo kenschetsend voor het land, door de bevolking vroeger zelf getim merd, omgeven door een open gaanderij net breed-neerhangend dak. Binnen een bescher mend muurtje omringen haar oude eiken. En plotseling rijzen de bergen, de toppen der Tatra-groep uit de midden-Beskiden, blank besneeuwd, als een groote witte kam, boven de blauwe en groene koppen der heu vels van het voorgebergte. Tusschen dé wol ken door, die donzig neerstreken op hun spit sen, beschijnt ze de zon met haar strakke stralen. Fonkelend lichten hun wanden op, als zilveren schilden; fonkelend diepen er nissen-en kloven open tusschen hun ver schuivende helmen en spitsen. Het glinste rend hooggebergte vol verscheurdheden cn verbrijzelingen, fantastiseeren in den tuin der wolken tot beelden van kristal en sneeuw gestold. Weer dalen, weer verdwijnen ln groene schemeringen van omlooverde dorpen en boschjes en dreven: en de streek begint, waar de eigenlijke bergbewoners thuis zijn, trotsch op hun vrijheid, daar zij nooit voor iemand onderdeden, fier op hun verleden als op hun mooie drachten, op hun oude hoerenkunst ook, van weefsels, borduursels en huizenbouw, waar het jonge Polen der artisten een nieuwe inspiratie zocht. Dicht op elkaar gedrongen staan hun huizen hier, woning en stallen, schuurtjes en wagenhuizen, uit zware planken saamge voegd met een versierd portaal van kunstig versneden hout en versierde geveltoppen. Over alles lommert het oud geboomte; aan den einder, maar nu dicht bij, karbonkelt het gebergte in den zonneschijn. De kerkdienst is ten einde. De bevolking vult nu de wegen. De boer brengt zijn vrouw en dochters in de oude kales of den gevloch ten wagen naar huis terug. En het is of we droomen. Ieder wagentje is als een mand vol bloe men; elke dier vrouwen is een wandelende tuin. Het rood, het groen, het geel van al die rijke rokken en gedrapeerde sjaals vlamt met iets onwerkelijks, met iets van een feestelijke opzettelijkheid, alsof het niet echt was. Al maar gebloemde doeken in kleurige bontheid, ook zijden doeken, franjige foulards, in lachende verscheidenheid, in kleurige weme ling, in telkejis andere samenstelling. Bloe men, louter bloemen. Het is een gesprankel van tonen en kleur akkoorden, waarbij het heele landschap wordt tot muziek- Een ba- chanaal van juichende kleur. De metamor phose van een tuin, waarin alle bloemen tot menschen werden. Maar het mooist zijn de mannen. Nauw sluitend zit hun de wit-wollen broek om het been, die beneden wijder wordt bij den voet, waar een roosje kleurt of een kleurig kwastje. Het bovengedeelte is met bonte borduursels belegd, wier motieven ontleend zijn aan de oude botervormen, boeketten gestyleerd tot ruiten, bladeren of vogels, zonder tal. Met borduursels bestikt is het witte hemd, dat bolt uit het lederen jak met de bontranden. Maar sierlijker, zwieriger is het los om de schouders geslagen jasje van witte wol, weer eveneens geborduurd en saamgehouden onder de kin met een strik van fladderende, roode of blauwe linten. Een klein zwart hoedje past daarbij, om den bol gesierd met een ris van porceleinen kralen of schelpjes. Het is een ongeloofelij ke symphonie van stiksels en sieraden: en toch blijft ze man nelijk, die ongemeen rijke, schitterende kleedij. En 'k laat mij vervoeren door den zwier van deze, zooals ik verblind werd door de kleurigheid der andere. Dan rijden wij naar het eigenlijk gebergte toe, nog een uur per auto verder. Wij stijgen boven de vallei uit, die daar geheel in groen gepenseeld ligt* aan den voet van de stape ling der heuvels, waarachter de trotsche bergen steil omhoog reizen, wit en stil. De Tatra-groep vormt eeh gedeelte der Karpathen, maar zij is als een op zich zelf- staand geheel, van de nabije Beskiden-groe- pen door breede hoogvlakten gescheiden. Van de 600 km2 harer oppervlakte, behooren er 160 aan Polen, de rest aan Tschechoslovakije, waar ook de hoogste bergtop verrijst, de Gar- luch, ter hoogte van 2663 M. De voornaamste top binnen de Poolsche grens ls de Rysy, die 2503 meter haalt. Wij rijden naar het middelste stuk der Tatra-groep. waar de diepe insnijdingen oer dalen, de bruisende watervallen bij het smel ten van de sneeuw, de mooiste der honderd zestig meren, die de heele groep der bergen omsluit, de wilde rotspartijen en overhan gende bergklompen, de steile spitsen en gladgeschaafde wanden boven het veelgetop- te dennenwoud, heel de hooglands-heerlijk heid voor het oogenblik reeds gesluierd in de spinsels van de eerste sneeuw, aan de weid- sche pracht der Alpen herinnert. Het grootste dezer bergmeren, hoog in 't gebergte gehan gen, het „groote Poolsche meer", meet 35 H.A.; het diepste ls het „Zwarte meer", van geringe oppervlakte. Wij rijden naar het mooiste van alle, dat dien wonderen naam draagt van Morskie Oko, het oog der zee. Door bosschen en almaar bosschen jaagt de weg, kleine onbeduidende, onsappige den- nenbosschen, de karige vacht van een bodem zonder weligheid en wilden plantengroei. Wij schieten rakelings voorbij aan de Tschecho- slovaaksche grens met haar wit-rooden tol- richel en haar wachtposten. En reeds spoken de berggestalten boven het groen der den nen uit in hun zilveren glans. Zij duiken uit de diepte op en wijken weer en maken dan voor anderen plaats, al naar de weg blijft kronkelen. Wij naderen het geheim der binnenste bergwereld, waar de sterkste en stoutste der geweldige bergreuzen de wacht betrekken. Aldoor verspringen en verschui ven zij, hun pralende facetten naar het licht gewend, zoo torenhoog, zoo hemelter gend. Als een klein zwart krieldingetje dringt de auto vooruit op den slingerweg, wel sluw gekrast op den harden bodem tusschen de schrale bosschen. En eindelijk zigzagt hij be dachtzaam, doelbewust omhoog. De berg massa staat in roerloos wachten. De toppen lichten met een vreemden gloed. Het is ais daalden zij, in een zacht verzinken- Dan sta ren we tegen niets meer dan rots in grillige stapeling, tot deze splijt, zich gewonnen geeft, den schoot opent: daar rust het meer, grijs-blauw, dat verderop verdonkert, en zilverig fronst onder den wind. Een ijzige stilte heerscht er om de ver scheurde wanden, die het blikkerend water gevangen houden. Spreek nu, spreek, en laat uw geheim varen. Wij hebben u veroverd en houden u met onze blixken vast. Openbaar uw mysterie Niet dan zwijgen. Raadselachtig als te voren blijft de spiegel fronzen en blinken. Lacht het meer om onzen armen hoogmoed, om onzen machteloozen trots? En straks gaan we weer weg vandaar, in het besef onzer nietige menschelijke klein heid, ons van een schennis bewust. Wij staarden vorschend in het „Oog der zee", én zagen er niets dan ons eigen kleine zelf en de kalme glimlach van het eeuwig mysterie. Sfinxachtig schouwden de witte gestalten der bergen op ons, van uit den extatischen droom hunner ongerepte schoonheid Maar met een juichende blijheid zag 'k de blijde menschen teriig, de mooie, bonte men schen van Zakopane, de levende menschen en het warm-kloppende leven. Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie zich niet verantwoordelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of niei geplaatst, wordt de kopij den inzender niet terug gegeven. DE GEM. CONCERTZAAL. Plaatsbespreken geen probleem? NOG MEER COMMENTAAR. Geachte Redactie, Gaarne wilde ik eenige opmerkingen ma ken op het commentaar dat de heer Deinum Dir. Gemeentelijke Concertzaal geeft betref fende den voorverkoop (plaatsbespreking) van de revue „Wonder boven Wonder". Zou het te verwonderen zijn dat ook dit jaar evenals vorige jaren ongeregeldheden zouden plaats vinden bij de opvoering van deze revue. Deze ongeregeldheden kunnen niet anders dan ten laste gebracht worden van de Direc tie van de Gem. Concertzaal, die zooals blijkt met den kaartverkoop belast is. Dat aan deze misstanden ook dit jaar nog geen einde is gemaakt doet het vermoeden wekken dat de opnieuw gevolgde methode gebruikt werd om deze ongeregeldheden in de hand te werken. De wijze waarop de plaatsbespreking zou moeten geschieden is niet- een probleem, doch wordt toegepast bij alle Schouwbur gen, eveneens bij voorstellingen waarvoor groote belangstelling bestaat b.v. volksvoor stellingen in den Stadsschouwburg. Het is onmogelijk de voorverkoop van der gelijke revuevoorstellingen te verbieden, want als de verkoop vóór de voorstelling zou plaats vinden dan mocht des avonds vijf uur wei reeds met den verkoop begonnen worden. Het is wel gewenscht dat het Gemeente bestuur, hoewel haar invloed van niet al te groote beteekenis kan zijn, omdat het ge- heele bedienende personeel buiten Gemeen tedienst staat, hier eens afdoende ingrijpt omdat gebleken is dat in het Concertgebouw wel weer eigenaardige praktijken wor den uitgeoefend. Het ware te wenschen geweest dat bij de algeheele vernieuwing der gebouwen de re organisatie van het beheer tevens ter hand was genomen. Hoogachtend, N. N. De heer Deinum, dien wij inzage gaven van dit ingezonden stuk, achtte het, na zijn ant woord op vorige ingezonden stukken over den voorverkoop in de Gemeentelijke Concert zaal, niet noodig hier nog iets op te ant woorden. Red. „EEN VRIJE MORGEN VOOR 'T WINKELPERSONEEL". Mijnheer de Redacteur, Naar aanleiding van het artikel in uw blad van 24 dezer „Een vrije morgen voor het win kelpersoneel" wil ik er uw aandacht op ves tigen dat gezamenlijk sluiten niet ten vcor- deele van den winkelier is, daar juist op den „vrijen morgen" aan het personeel gelegen heid wordt geboden zijn inkoopen te doen. Hoogachtend, VAN EEDEN. ALWEER DE AUTO'S. HET HOBBELIGE FIETSPAD. Santpoort 25 Sept. 1929. Nog eens: de veel gesmade autorijders. Onder dezen tragischen titel trof ik in uw blad ingezonden stukken aan van de hand van resp. de heeren Sprenger en de Wreede, welke stukken mij naar de pen deden grijpen. Als autobestuurder kan ik over 't geheel genomen de daar geuite klachten onder schrijven. Maar als wielrijder moet ik toch tegen en kele beweringen opkomen, en wel voorna melijk tegen de passage bij den heer de W. over den Schotcrwcg. Inderdaad, de Schoterweg is breed genoeg, maar is het niet een beetje te veel gezegd om de wielrijders te veroordeelen het hobbe lige, naast het asphalt gelegen, deel van den weg, (dat bovendien dikwijls als standplaats fungeert voor allerlei groentenwagens en broodkarren), te gebruiken? Is deze harde eisch van den heer de Wreede niet in strijd met het streven om aan wiel rijders zoo veel mogelijk goede rijwielpaden te verschaffen? En is des heeren de W. opmerking dat „aan weerszijden van den weg flink gezorgd is voor de wielrijders", niet een tikje euphemis- tisch? Terecht schrijft de heer de W. dat het soms gevaarlijk is op bedoelde wegen, vooral als wielrijders koppig naast elkaar (soms wel drie of vier!) blijven rijden, maar hij vergeet dat de hobbelige straat-steenen (hobbelig in vergelijking met het gladde asfalt) in Haar lem-Noord (gelukkig) nog geen officieele fietspaden zijn en dat dus. zoolang een desbe treffende verordening nog niet bestaat, de wielrijders gerechtigd zijn om van den weg, d.i. het asfalt, mits de verkeersregels in acht nemende, gebruik te maken. Anders staat de zaak er voor. wanneer wel fietspaden aanwezig zijn, zooals bijv. van „Oud-Schoten" naar Santpoort. Inderdaad ware het te wenschen, dat de politie daar strenger toezicht hield op het gebruik maken van het officieele rijwielpad. Met dank voor de verleende plaats. Hoogachtend, L. F. d. G. De publieke opinie IS, dat Haarlem's Dagblad hef grootste, het eerste en het pret tigste Familieblad in Haarlem tn Omstreken Ll T BELANGRIJKSTE NIEUWS. De Nat. Oostenrijksche Raad heeft Donderdag te 18 u. het nieuwe kabinet samengesteld. Op grond van besluiten van de hoofdcommissie werd een nieuwe lijst van ministers aan den Nationalen Raad voorgelegd, die eenigszins afwijkt van de reeds gepubliceerde. Zeer op vallend is de benoeming van den vroegeren Bondspresident Hainisch tot minister van Handel. Het ministerie voor Sociale Welvaart zal aan den vroegeren rector van de Weensche Universiteit-, den doctor in de theologie Prof. Dr. Innitzer worden opgedragen. Het minis terie van onderwijs zal door Prof. Eiselsberg worden waargenomen, die eerst Donderdag avond uit Boekarest in Weenen wordt terug verwacht. Voor minister van Financiën is nog nie mand aangewezen. De portefeuille zal voor- loopig worden aanvaard door Bondskanselier Schober. Het nieuwe ministerie is verder als volgt, samengesteld: Schober. Kanselier, minister van Buitenland- sche Zaken, en voorlooplg van Financiën. Vaugoin, Vice-Kanselier en Minister van Eerediensten. Schumy: Minister van Binnenlandsche Za ken. Slama: Minister van Justitie. Hainisch: Minister van Handel. Het ministerie van onderwijs blijft voor- loopig onbezet en zal later door Eiselsberg worden vervuld. Dr. Innitzér: Minister van Sociale Wel vaart. Foedermayer: Minister van Landbouw. De r'egeeringsverklaring zal eerst in de zit ting van den Nationalen Raad van Vrijdag worden afgelegd. Bondskanselier Schober heeft behalve het ministerie van financiën voorloopig ook dat van onderwijs op zich genomen. Het schijnt in de bedoeling te liggen de onderwijsport-e- feuille aan prof. Eiselsberg over te dragen. Als candidaat voor het ministerie van financiën komt de bekende econoom prof. Redlich, die reeds dezelfde functie in het laatste keizer lijke kabinet vervulde, ernstig in aanmerking. Nadat Schober een bespreking met den vertrouwensman der Heimwehren Rintelcn had gevoerd, welke echter zonder resultaat bleef, is bepaald, dat de Heimwehren noch direct, noch indirect in de regeering zitting zullen nemen. De verhouding van de regeering-Schober tot de Heimwehren zal vermoedelijk vandaag om 11 uur in den Nationalen Raad kenbaar gemaakt worden. Tsjang Kai Sjek heeft in diverse redevoe ringen getracht den indruk naar buiten te vestigen, dat hij in staat zal zijn den toe stand volkomen te beheerschen. Dat deze op vatting wat al te optimistisch is, mag wel worden aangenomen intusschen. Vele van zijn oorspronkelijke medestanders toch, in zijn onmiddellijke omgeving hebben van deze gelegenheid gebruik gemaakt om Tsjang Kai Sjek aan te vallen. Op deze manier zal men waarschijnlijk trachten zich van een heer- scher te ontdoen, die het winstgevende spel letje van oorlog en roof en vluchtige roem, tijdelijk onmogelijk heeft gemaakt. Uit Peking wordt nog bericht, dat ook de opperbevelhebber der Chineesche troepen in de provincie Guadoen, generaal Soen Ten Ljin in verzet is gekomen tegen de Chinee sche regeering. De generaal is twee maanden geleden als opperbevelhebber der Chineesche troepen naar deze provincie gezonden om daar de opstandige beweging tegen Tsjang Kai Sjek te bestrijden. General Soen Ten Ljin heeft zich thans aangesloten bij de op standelingen. Donderdagmorgen is het in het gebouw van de staatsbank te Kanton tot botsingen gekomen tusschen Chineesche burgers en de politie. De burgers hadden het gebouw van de bank bestormd en eischten dat hun bankbiljetten ingewisseld zouden worden voor zilver en goud, hetgeen door de bank gewei gerd werd. De Chineesche politie moest te gen de burgers optreden en van de wapenen gebruik maken. Hierbij werden eenige per sonen gedood en gewond. De bank staat op het oogenblik onder scherpe militaire bewa king. De geschiedenis heeft het geleerd dat der gelijke gebeurtenissen in China, overeenkomst vertoonen met een lawine. In haar val sleept zij alles mee, en de vernielende massa wordt steeds grooter. De Chineesche generaals wikken en wegen zoolang totdat zij zeker weten bij welke partij zij zich dienen aan te sluiten. Nu de kansen voor Tsjang Kai Sjek veel van hun waarde hebben verloren leidt het geen twijfel of de Chineesche generalissimi zullen overzwem men naarde andere mesthoop. In dat opzicht vertoonen zij veel overeenkomst met vliegen. L. A. Tsjang Kai Sjek's opinie Onder voorzitterschap van Tsjang Kai Sjek werd een buitengewone zitting van het uit voerend comité der Kwomintang geopend, waaraan door het geheele Chineesche ka binet, alsmede door de leiders der Kwomin tang en de vertegenwoordigers van het leger werd deelgenomen. Slechts de generaals Feng en Jen Si-sjan ontbraken, onder me- dedseling dat zij ziek zijn. Tsjang Kai Sjek bracht uitcaerig rapport uit over den binnen en buitenlandschen toestand van China. Vol gens hem zijn de jongste binnenlandsche onlusten in China te herleiden tot de zucht tot avonturen van zekere generaals, die uit deze moeilijke positie van het land geld wil len slaan en een burgeroorlog in scène trachten te zetten. Tsjang Kai Sjek her haalde bij deze gelegenheid zijn overtuiging, dat de onlusten in Hoepel en Kansoe dooi- een groote mogendheid gesteund worden. Vol gens een telgram uit Japan is thans weer een nieuwe opstand tegen de Chineesche legeering uitgebroken. De opstandelingen staan onder bevel van een jong generaal, Li genaamd, dezelfde die in het begin van dit jaar der. opstand der Mohammedanen tegen de Nanking-regeering leidde. De NankLng- re-geering heeft met kracht de bestrijding der oproerlingen ter hand genomen. Waarom Woldemaras aftrad. De nieuwe Litausche premier Tubelis heeft naar het- W. B. meldt aan persvertegenwoor digers verklaard, dat de regeering wetsont werpen zal Indienen ter hervorming der ver kiezing van het parlement cn van den presi dent. Zij zal streven naar een geleidelijke li quidatie van den staat van beleg en de pers- censuur. De buitenlandsche politiek zal de zelfde blijven en zich om de Wilna-quaestie als middelpunt oriënteeren. Het aftreden van Woldemaras is volgens •Tubelis een gevolg van meeningsverschillen met de ministers. Het ging om de vraag, of de ministers bij hun medewerking aan de regeerings-aangelegenhedcn een gelijken rang hadden als de minister-president, dan wel of zij aan den premier ondergeschikt waren. De staatspresident had de quaestle opgelost ten gunste van het beginsel der gelijkheid in rang. Stopzetting van Engelsche staalfabrieken. 31000 getroffenen. Naar uit Newport gemeld wordt, heeft de directie van de ijzer- en staalfabrieken al daar medegedeeld, dat alle arbeiders en be ambten Zaterdag ontslagen moeten worden. Hierdoor worden ongeveer drie tot vier dui zend personen getroffen. Het stopzetten van het bedrijf is het gevolg van den scherpen concurrentiestrijd, die gedurende de laatste zes weken door de sterke prijsvermindering der buitenlandsche maatschappijen is ont staan. Indien niet spoedig tegenmaatregelen worden genomen, zal het aantal werkloozen in dit gebied tot 20.000 stijgen. Moskou protesteert weer eens. Het volkscommissariaat voor Buitenland sche Zaken heeft aan den Duitschen gezant een verklaring overhandigd, met verzoek deze aan de regeeringen te Nanking en Moekden door te zenden, waarin geklaagd wordt over „aanhoudende systematische invallen van Chineesche troepenafdeelingen en benden Witte Russen in gebieden van de Sovjet- Unie". De nota constateert, dat in de laatste veertien dagen 28 van dergelijke invallen hebben plaats gehad, en beweert, dat een Chineesch commando de benden Toengroe- zen steunt, die de vreedzame Russische be volking uitplunderen. Na te hebben gezegd, dat de regeering te Nanking geen enkele der in de Russische nota's van 19 Augustus en 9 September genoemde invallen heeft gede menteerd, verklaart de nota, dat de Chinee sche regeeringen geen maatregelen hebben genomen om een eind te maken aan de acti viteit van afdcellngen Witte Russen, die door Chineesche autoriteiten zijn geformuleerd en gesteund worden. De Sovjetregeering stelt de regeeringen te Moekden cn Nanking verant woordelijk voor alle gevolgen die zullen voort vloeien uit een door haar geschapen, althans getolereerde situatie. De militaire autoriteiten der Sovjet-Unie, zoo besluit de nota, zijn gedwongen, ter be strijding van genoemde invallen alle nood zakelijke maatregelen te treffen. Habib Oellah vermoord?, Een nlet-bevestigd bericht meldt, dat Bac- chal Sakao, „de zoon van den waterdrager", die onder den naam van Habib Oellah den troon van Afghanistan had bestegen, te Ka boel zou zijn vermoord. DE HATRY-AFFAIRE. Het bestuur van de Londensche Beurs gaf toestemming tot hervatting der affaire in gewone en preferente aandeelen Drapery Trust. Settlement Day is voor de fondsen, waarin op het oogenblik de handel verboden is. uitgesteld tot 24 October a.s. omdat an ders het risico voor de koopers, die deze fondsen op levering zouden koopen, te groot zou worden. 20.000 MK. VERDUISTERD. Bij een onverwachte contróle der Stads- spaarkas te Krueznach heeft men den kassier betrapt op een verduistering van 20.000 Mk. De kassier, die kort nadat het onderzoek be gon, onder een of ander voorwendsel het kantoor verliet, was onvindbaar doch werd, toen hij des nachts huiswaarts keerde, door de politie gearresteerd. MACDONALD IN LINCOLN'S KAMER. De „New-York American" meldt, dat de Britsche premier Macdonald. de kamer zal bewonen vanAbraham Lincoln gedurende zijn verblijf op het Witte Huis. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct». per regel. Ft geuren smaak t iw sje. 30NVANPEKELA.1 ONING CN. 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 9