BUITENLANDSCH OVERZICHT
ËC^TZ
Van Bergen en Menschen.
NIEUW OOSTENRIJKSCH KABINET.
OOK HAINISCH WEER AAN HET BEWIND.
INGEZONDEN
CLIXCB^
HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 27 SEPTEMBER 1929
DERDE BLAD
Poolsch toeristenland.
Schober bondskanselier en Buitenland'
sche Zaken.
Critieke toestand in China.
Een Zondag in Zakopane,
door Dr. FELIX RUTTEN.
m.
Polen, dit land dat niet meer bestond en
plotseling herrees, kreeg bij zijn hernieuwd
aanzijn twee dingen mee, die het beschouwen
mocht als een geschenk der goden: een
strook zeestrand en een berglandschap.
Dit was zoo nieuw en zoo wondervol voor
de menschen der vlakte, dat ze rijk zijn met
dit geschenk als koningen. En begrijpelijk is
de kinderlijke vreugde van hen, die u mee-
sleepen daarheen.
Want Polen wil „vlakte" zeggen, in het
Slavisch poloi. En alleen maar aan een groene
uitgestrektheid dachten we tot nc£ toe, wan
neer we den naam van het land uitspraken.
Zoo ligt het langs beide oevers van de
Weichsel, zijn heilige rivier. Groen van
korenveld en aardappelland, zonder rimpe
ling, zonder welving, eindeloos, tot waar de
blauwe hemel er zich over neerbuigt. Water
is er schaarsch; soms een somp, of een plas-
Soms ook een zandig stuk onbebouwd terrein,
waar dennen samen scholen tot boschjes en
de berk ze gezelschap houdt. In strakke lij
ning loopen rechte wegen door deze einde
loosheid, onregelmatig met boomen bezoomd,
met peppels, met wilgen. Boomen staan ook
in het land, in rijen en groepjes, langs wegen
die onzichtbaar zijn of naast verborgen plas
sen. Maar schaars, en schraal. Want ont
gonnen moet, wat ontginbaar is. Voor niets
anders is er plaats. Zelfs voor geen dorpen.
Waar zijn de dorpen van dit land, de bouwers
dezer akkers? De zeldzame dorpen liggen ver
van den weg. Zoo nu en dan duiken daar
naast wat huizen op, die meest maar hutten
zijn, van planken saamgevoegd, en wit met
kalk bestreken, onder laag gedrukte daken
van oud-donker riet.
Geen beken ook. Heel zelden een kleine
windmolen, die niets heeft van de statigheid
der windmolens van Holland. Langs den weg
staan armoedige kruisen, als hooge staken in
het veld geplant, en vaak kapelletjes, die
oorspronkelijk gemetselde voetstukken waren
van een beeld of crucifix, maar van lieverlee
plaats gaven aan nissen, waarin nu beeldjes
en prenten pronken. Dorre bloemen liggen
er bij, tusschen de tralies geschoven, die de
Madonna beveiligen.. Naast de Moeder had
het Poolsche volk altijd een bijzondere voor
liefde voor „den weenenden Christus", zoo
als Hij bedrukt en droevig er neerzit op de
spotbank, naakt met de doornenkroon.
In Mei is dit land een deinende zee van
gelig graan en groene veldvruchten; in den
herfst is het droef van verlatenheid, grauw
en gerooid. Hoe troosteloos moet het 's win
ners zijn.
Maar ook nu, zelfs bij den prSchtigen
zonneschijn onder een lucht zonder wolken,
Is het niet blij, niet opwekkend. De wegen
zijn slecht en weergaloos stoffig. Gordijnen
van stof hangen er minuten lang overheen,
waarbij de auto zijn vaart vertragen moet,
uit vrees voor aanrijding. Troepjes snate
rende ganzen, ook koeien, maar vooral veel
kleine boerenwagentjes en lichte sjeezen
brengen er afwisseling. Door het veld niet
alleen, maar ook binnen den ring der huizen
van nederzettingen en gehuchten, loopen de
paarden vrij rond, statig en dartel. Eerst na
tientallen en tientallen van kilometers beurt
ieen kerktoren uit de verte zijn spits
Maar nu liggen er dan, nog maar amper
tien jaren, binnen de grenzen van Polen ook
werkelijk bergen. Zakopane werd een toover-
jtvoord.
Wat is Zakopane?
Een stadje, pas nog een dorp, nu een toe
ristoord van 18.000 inwoners, een skistation
en het Davos der Karpathen, waar van 40 tot
60.000 badgasten jaarlijks samenstroomen.
Van Poznan of van Warschau gaat 't eerst
tot Krakow. Neem dan den trein naar verder.
Het is dan wel een zit van vijf uur in een
bergtreintje, maar dit loopt ten minste over
Ijzeren lijnen. Iets anders is een zit in een
autobus. Dan is Zakopane óók nog drie uur
van Cracou verwijderd. Maar dit zijn drie
martel-uren. De wegen, stoffig en slecht,
hobbelig en hopeloos slingerend, uitgehold en
uitgesleten, wanneer niet met.keien als kazen
belegd. Neem den trein!
Maar de rijweg is schilderachtig, vooral op
Zondag. Tot hoog in het gebergte omplant
met wilgen, ofschoon er geen water is. Ook
leidt hij door meerdere dorpen. Ook zijn er
enkele mooie vergezichten. Maar die weg
blijft voeren door heuvelland. Zakopane zelf
ligt nog maar aan den voet der hooge berg
muren.
Op Zondag is die weg, met name in den
voormiddag, vol volk. Uit het omliggende zijn
de menschen ter stad gegaan. De vrouwen
komen er vandaan, blootsvoets, een doek om
het hoofd en een sjaal om de schouders, ter
wijl zij hun voorraden voor de week mee
dragen in groote witlinnen zakken, die zij,
onder den last gebogen, op den rug dragen.
Velen gaan blootsvoets. Bij de slechte wegen
moet dit gemakkelijker loopen zijn dan met
hooge hakken.
In het heuvelende groen van wei en veld
de blauwig-gekalkte hutten met de grauwe
rietdaken binnen kleine tuintjes. Geen gor
dijnen voor het raam, maar bloemen om den
drempel.
Verder komen de wagentjes van gevlochten
riet, de planken karren en stoffige sjeezen
in grooter aantal opdagen. Kerkgangers naar
een vér gelegen kerk. En dan, nog dichter
bij, de groepen van mannen en vrouwen, elk
afzonderlijk, ernstig en streng. De rokken wor
den kleuriger, schreeuwend bont; de sjaals,
de voorschoten en hoofddoeken, vormeif
brandende kleurenwemelingen binnen het
groen van den overlommerden weg. Schoenen
en kerkboek in de hand houdend, komen de
vrouwen haast alle blootsvoets aanstappen.
Alleen maar enkele onder de mannen dragen
den langen jas met de waaiende panden;
maar op den bok der rijtuigjes, mannen
en jongens, de leeren jasjes zonder mouwen,
met bont afgezet en de muts van pelswerk.
Wij zwenken voorbij aan een dier oude,
houten kerkjes, zoo kenschetsend voor het
land, door de bevolking vroeger zelf getim
merd, omgeven door een open gaanderij net
breed-neerhangend dak. Binnen een bescher
mend muurtje omringen haar oude eiken.
En plotseling rijzen de bergen, de toppen
der Tatra-groep uit de midden-Beskiden,
blank besneeuwd, als een groote witte kam,
boven de blauwe en groene koppen der heu
vels van het voorgebergte. Tusschen dé wol
ken door, die donzig neerstreken op hun spit
sen, beschijnt ze de zon met haar strakke
stralen. Fonkelend lichten hun wanden op,
als zilveren schilden; fonkelend diepen er
nissen-en kloven open tusschen hun ver
schuivende helmen en spitsen. Het glinste
rend hooggebergte vol verscheurdheden cn
verbrijzelingen, fantastiseeren in den tuin der
wolken tot beelden van kristal en sneeuw
gestold.
Weer dalen, weer verdwijnen ln groene
schemeringen van omlooverde dorpen en
boschjes en dreven: en de streek begint, waar
de eigenlijke bergbewoners thuis zijn, trotsch
op hun vrijheid, daar zij nooit voor iemand
onderdeden, fier op hun verleden als op hun
mooie drachten, op hun oude hoerenkunst
ook, van weefsels, borduursels en huizenbouw,
waar het jonge Polen der artisten een nieuwe
inspiratie zocht.
Dicht op elkaar gedrongen staan hun
huizen hier, woning en stallen, schuurtjes en
wagenhuizen, uit zware planken saamge
voegd met een versierd portaal van kunstig
versneden hout en versierde geveltoppen.
Over alles lommert het oud geboomte; aan
den einder, maar nu dicht bij, karbonkelt het
gebergte in den zonneschijn.
De kerkdienst is ten einde. De bevolking
vult nu de wegen. De boer brengt zijn vrouw
en dochters in de oude kales of den gevloch
ten wagen naar huis terug. En het is of we
droomen.
Ieder wagentje is als een mand vol bloe
men; elke dier vrouwen is een wandelende
tuin. Het rood, het groen, het geel van al die
rijke rokken en gedrapeerde sjaals vlamt met
iets onwerkelijks, met iets van een feestelijke
opzettelijkheid, alsof het niet echt was. Al
maar gebloemde doeken in kleurige bontheid,
ook zijden doeken, franjige foulards, in
lachende verscheidenheid, in kleurige weme
ling, in telkejis andere samenstelling. Bloe
men, louter bloemen. Het is een gesprankel
van tonen en kleur akkoorden, waarbij het
heele landschap wordt tot muziek- Een ba-
chanaal van juichende kleur. De metamor
phose van een tuin, waarin alle bloemen tot
menschen werden.
Maar het mooist zijn de mannen. Nauw
sluitend zit hun de wit-wollen broek om het
been, die beneden wijder wordt bij den voet,
waar een roosje kleurt of een kleurig kwastje.
Het bovengedeelte is met bonte borduursels
belegd, wier motieven ontleend zijn aan de
oude botervormen, boeketten gestyleerd tot
ruiten, bladeren of vogels, zonder tal. Met
borduursels bestikt is het witte hemd, dat
bolt uit het lederen jak met de bontranden.
Maar sierlijker, zwieriger is het los om de
schouders geslagen jasje van witte wol, weer
eveneens geborduurd en saamgehouden onder
de kin met een strik van fladderende, roode
of blauwe linten. Een klein zwart hoedje past
daarbij, om den bol gesierd met een ris van
porceleinen kralen of schelpjes.
Het is een ongeloofelij ke symphonie van
stiksels en sieraden: en toch blijft ze man
nelijk, die ongemeen rijke, schitterende
kleedij. En 'k laat mij vervoeren door den
zwier van deze, zooals ik verblind werd door
de kleurigheid der andere.
Dan rijden wij naar het eigenlijk gebergte
toe, nog een uur per auto verder. Wij stijgen
boven de vallei uit, die daar geheel in groen
gepenseeld ligt* aan den voet van de stape
ling der heuvels, waarachter de trotsche
bergen steil omhoog reizen, wit en stil.
De Tatra-groep vormt eeh gedeelte der
Karpathen, maar zij is als een op zich zelf-
staand geheel, van de nabije Beskiden-groe-
pen door breede hoogvlakten gescheiden. Van
de 600 km2 harer oppervlakte, behooren er
160 aan Polen, de rest aan Tschechoslovakije,
waar ook de hoogste bergtop verrijst, de Gar-
luch, ter hoogte van 2663 M. De voornaamste
top binnen de Poolsche grens ls de Rysy, die
2503 meter haalt.
Wij rijden naar het middelste stuk der
Tatra-groep. waar de diepe insnijdingen oer
dalen, de bruisende watervallen bij het smel
ten van de sneeuw, de mooiste der honderd
zestig meren, die de heele groep der bergen
omsluit, de wilde rotspartijen en overhan
gende bergklompen, de steile spitsen en
gladgeschaafde wanden boven het veelgetop-
te dennenwoud, heel de hooglands-heerlijk
heid voor het oogenblik reeds gesluierd in de
spinsels van de eerste sneeuw, aan de weid-
sche pracht der Alpen herinnert. Het grootste
dezer bergmeren, hoog in 't gebergte gehan
gen, het „groote Poolsche meer", meet 35
H.A.; het diepste ls het „Zwarte meer", van
geringe oppervlakte. Wij rijden naar het
mooiste van alle, dat dien wonderen naam
draagt van Morskie Oko, het oog der zee.
Door bosschen en almaar bosschen jaagt
de weg, kleine onbeduidende, onsappige den-
nenbosschen, de karige vacht van een bodem
zonder weligheid en wilden plantengroei. Wij
schieten rakelings voorbij aan de Tschecho-
slovaaksche grens met haar wit-rooden tol-
richel en haar wachtposten. En reeds spoken
de berggestalten boven het groen der den
nen uit in hun zilveren glans. Zij duiken uit
de diepte op en wijken weer en maken dan
voor anderen plaats, al naar de weg blijft
kronkelen. Wij naderen het geheim der
binnenste bergwereld, waar de sterkste en
stoutste der geweldige bergreuzen de wacht
betrekken. Aldoor verspringen en verschui
ven zij, hun pralende facetten naar het
licht gewend, zoo torenhoog, zoo hemelter
gend. Als een klein zwart krieldingetje dringt
de auto vooruit op den slingerweg, wel sluw
gekrast op den harden bodem tusschen de
schrale bosschen. En eindelijk zigzagt hij be
dachtzaam, doelbewust omhoog. De berg
massa staat in roerloos wachten. De toppen
lichten met een vreemden gloed. Het is ais
daalden zij, in een zacht verzinken- Dan sta
ren we tegen niets meer dan rots in grillige
stapeling, tot deze splijt, zich gewonnen
geeft, den schoot opent: daar rust het meer,
grijs-blauw, dat verderop verdonkert, en
zilverig fronst onder den wind.
Een ijzige stilte heerscht er om de ver
scheurde wanden, die het blikkerend water
gevangen houden. Spreek nu, spreek, en laat
uw geheim varen. Wij hebben u veroverd en
houden u met onze blixken vast. Openbaar
uw mysterie
Niet dan zwijgen. Raadselachtig als te
voren blijft de spiegel fronzen en blinken.
Lacht het meer om onzen armen hoogmoed,
om onzen machteloozen trots?
En straks gaan we weer weg vandaar, in
het besef onzer nietige menschelijke klein
heid, ons van een schennis bewust. Wij
staarden vorschend in het „Oog der zee", én
zagen er niets dan ons eigen kleine zelf en
de kalme glimlach van het eeuwig mysterie.
Sfinxachtig schouwden de witte gestalten
der bergen op ons, van uit den extatischen
droom hunner ongerepte schoonheid
Maar met een juichende blijheid zag 'k de
blijde menschen teriig, de mooie, bonte men
schen van Zakopane, de levende menschen
en het warm-kloppende leven.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie
zich niet verantwoordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niei
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet terug
gegeven.
DE GEM. CONCERTZAAL.
Plaatsbespreken geen
probleem?
NOG MEER COMMENTAAR.
Geachte Redactie,
Gaarne wilde ik eenige opmerkingen ma
ken op het commentaar dat de heer Deinum
Dir. Gemeentelijke Concertzaal geeft betref
fende den voorverkoop (plaatsbespreking)
van de revue „Wonder boven Wonder".
Zou het te verwonderen zijn dat ook dit
jaar evenals vorige jaren ongeregeldheden
zouden plaats vinden bij de opvoering van
deze revue.
Deze ongeregeldheden kunnen niet anders
dan ten laste gebracht worden van de Direc
tie van de Gem. Concertzaal, die zooals blijkt
met den kaartverkoop belast is.
Dat aan deze misstanden ook dit jaar nog
geen einde is gemaakt doet het vermoeden
wekken dat de opnieuw gevolgde methode
gebruikt werd om deze ongeregeldheden in
de hand te werken.
De wijze waarop de plaatsbespreking zou
moeten geschieden is niet- een probleem,
doch wordt toegepast bij alle Schouwbur
gen, eveneens bij voorstellingen waarvoor
groote belangstelling bestaat b.v. volksvoor
stellingen in den Stadsschouwburg.
Het is onmogelijk de voorverkoop van der
gelijke revuevoorstellingen te verbieden,
want als de verkoop vóór de voorstelling zou
plaats vinden dan mocht des avonds vijf uur
wei reeds met den verkoop begonnen worden.
Het is wel gewenscht dat het Gemeente
bestuur, hoewel haar invloed van niet al te
groote beteekenis kan zijn, omdat het ge-
heele bedienende personeel buiten Gemeen
tedienst staat, hier eens afdoende ingrijpt
omdat gebleken is dat in het Concertgebouw
wel weer eigenaardige praktijken wor
den uitgeoefend.
Het ware te wenschen geweest dat bij de
algeheele vernieuwing der gebouwen de re
organisatie van het beheer tevens ter hand
was genomen.
Hoogachtend,
N. N.
De heer Deinum, dien wij inzage gaven van
dit ingezonden stuk, achtte het, na zijn ant
woord op vorige ingezonden stukken over
den voorverkoop in de Gemeentelijke Concert
zaal, niet noodig hier nog iets op te ant
woorden.
Red.
„EEN VRIJE MORGEN VOOR 'T
WINKELPERSONEEL".
Mijnheer de Redacteur,
Naar aanleiding van het artikel in uw blad
van 24 dezer „Een vrije morgen voor het win
kelpersoneel" wil ik er uw aandacht op ves
tigen dat gezamenlijk sluiten niet ten vcor-
deele van den winkelier is, daar juist op den
„vrijen morgen" aan het personeel gelegen
heid wordt geboden zijn inkoopen te doen.
Hoogachtend,
VAN EEDEN.
ALWEER DE AUTO'S.
HET HOBBELIGE FIETSPAD.
Santpoort 25 Sept. 1929.
Nog eens: de veel gesmade autorijders.
Onder dezen tragischen titel trof ik in uw
blad ingezonden stukken aan van de hand
van resp. de heeren Sprenger en de Wreede,
welke stukken mij naar de pen deden grijpen.
Als autobestuurder kan ik over 't geheel
genomen de daar geuite klachten onder
schrijven.
Maar als wielrijder moet ik toch tegen en
kele beweringen opkomen, en wel voorna
melijk tegen de passage bij den heer de W.
over den Schotcrwcg.
Inderdaad, de Schoterweg is breed genoeg,
maar is het niet een beetje te veel gezegd
om de wielrijders te veroordeelen het hobbe
lige, naast het asphalt gelegen, deel van den
weg, (dat bovendien dikwijls als standplaats
fungeert voor allerlei groentenwagens en
broodkarren), te gebruiken?
Is deze harde eisch van den heer de Wreede
niet in strijd met het streven om aan wiel
rijders zoo veel mogelijk goede rijwielpaden
te verschaffen?
En is des heeren de W. opmerking dat „aan
weerszijden van den weg flink gezorgd is
voor de wielrijders", niet een tikje euphemis-
tisch?
Terecht schrijft de heer de W. dat het soms
gevaarlijk is op bedoelde wegen, vooral als
wielrijders koppig naast elkaar (soms wel
drie of vier!) blijven rijden, maar hij vergeet
dat de hobbelige straat-steenen (hobbelig in
vergelijking met het gladde asfalt) in Haar
lem-Noord (gelukkig) nog geen officieele
fietspaden zijn en dat dus. zoolang een desbe
treffende verordening nog niet bestaat, de
wielrijders gerechtigd zijn om van den weg,
d.i. het asfalt, mits de verkeersregels in acht
nemende, gebruik te maken.
Anders staat de zaak er voor. wanneer wel
fietspaden aanwezig zijn, zooals bijv. van
„Oud-Schoten" naar Santpoort.
Inderdaad ware het te wenschen, dat de
politie daar strenger toezicht hield op het
gebruik maken van het officieele rijwielpad.
Met dank voor de verleende plaats.
Hoogachtend,
L. F. d. G.
De publieke opinie
IS, dat Haarlem's Dagblad hef
grootste, het eerste en het pret
tigste Familieblad in Haarlem
tn Omstreken Ll
T BELANGRIJKSTE NIEUWS.
De Nat. Oostenrijksche Raad heeft Donderdag
te 18 u. het nieuwe kabinet samengesteld. Op
grond van besluiten van de hoofdcommissie
werd een nieuwe lijst van ministers aan den
Nationalen Raad voorgelegd, die eenigszins
afwijkt van de reeds gepubliceerde. Zeer op
vallend is de benoeming van den vroegeren
Bondspresident Hainisch tot minister van
Handel.
Het ministerie voor Sociale Welvaart zal
aan den vroegeren rector van de Weensche
Universiteit-, den doctor in de theologie Prof.
Dr. Innitzer worden opgedragen. Het minis
terie van onderwijs zal door Prof. Eiselsberg
worden waargenomen, die eerst Donderdag
avond uit Boekarest in Weenen wordt terug
verwacht.
Voor minister van Financiën is nog nie
mand aangewezen. De portefeuille zal voor-
loopig worden aanvaard door Bondskanselier
Schober.
Het nieuwe ministerie is verder als volgt,
samengesteld:
Schober. Kanselier, minister van Buitenland-
sche Zaken, en voorlooplg van Financiën.
Vaugoin, Vice-Kanselier en Minister van
Eerediensten.
Schumy: Minister van Binnenlandsche Za
ken.
Slama: Minister van Justitie.
Hainisch: Minister van Handel.
Het ministerie van onderwijs blijft voor-
loopig onbezet en zal later door Eiselsberg
worden vervuld.
Dr. Innitzér: Minister van Sociale Wel
vaart.
Foedermayer: Minister van Landbouw.
De r'egeeringsverklaring zal eerst in de zit
ting van den Nationalen Raad van Vrijdag
worden afgelegd.
Bondskanselier Schober heeft behalve het
ministerie van financiën voorloopig ook dat
van onderwijs op zich genomen. Het schijnt
in de bedoeling te liggen de onderwijsport-e-
feuille aan prof. Eiselsberg over te dragen. Als
candidaat voor het ministerie van financiën
komt de bekende econoom prof. Redlich, die
reeds dezelfde functie in het laatste keizer
lijke kabinet vervulde, ernstig in aanmerking.
Nadat Schober een bespreking met den
vertrouwensman der Heimwehren Rintelcn
had gevoerd, welke echter zonder resultaat
bleef, is bepaald, dat de Heimwehren noch
direct, noch indirect in de regeering zitting
zullen nemen.
De verhouding van de regeering-Schober
tot de Heimwehren zal vermoedelijk vandaag
om 11 uur in den Nationalen Raad kenbaar
gemaakt worden.
Tsjang Kai Sjek heeft in diverse redevoe
ringen getracht den indruk naar buiten te
vestigen, dat hij in staat zal zijn den toe
stand volkomen te beheerschen. Dat deze op
vatting wat al te optimistisch is, mag wel
worden aangenomen intusschen. Vele van
zijn oorspronkelijke medestanders toch, in
zijn onmiddellijke omgeving hebben van deze
gelegenheid gebruik gemaakt om Tsjang Kai
Sjek aan te vallen. Op deze manier zal men
waarschijnlijk trachten zich van een heer-
scher te ontdoen, die het winstgevende spel
letje van oorlog en roof en vluchtige roem,
tijdelijk onmogelijk heeft gemaakt.
Uit Peking wordt nog bericht, dat ook de
opperbevelhebber der Chineesche troepen
in de provincie Guadoen, generaal Soen Ten
Ljin in verzet is gekomen tegen de Chinee
sche regeering. De generaal is twee maanden
geleden als opperbevelhebber der Chineesche
troepen naar deze provincie gezonden om
daar de opstandige beweging tegen Tsjang
Kai Sjek te bestrijden. General Soen Ten
Ljin heeft zich thans aangesloten bij de op
standelingen.
Donderdagmorgen is het in het gebouw
van de staatsbank te Kanton tot botsingen
gekomen tusschen Chineesche burgers en de
politie. De burgers hadden het gebouw van
de bank bestormd en eischten dat hun
bankbiljetten ingewisseld zouden worden voor
zilver en goud, hetgeen door de bank gewei
gerd werd. De Chineesche politie moest te
gen de burgers optreden en van de wapenen
gebruik maken. Hierbij werden eenige per
sonen gedood en gewond. De bank staat op
het oogenblik onder scherpe militaire bewa
king.
De geschiedenis heeft het geleerd dat der
gelijke gebeurtenissen in China, overeenkomst
vertoonen met een lawine. In haar val sleept
zij alles mee, en de vernielende massa wordt
steeds grooter.
De Chineesche generaals wikken en wegen
zoolang totdat zij zeker weten bij welke partij
zij zich dienen aan te sluiten. Nu de kansen
voor Tsjang Kai Sjek veel van hun waarde
hebben verloren leidt het geen twijfel of de
Chineesche generalissimi zullen overzwem
men naarde andere mesthoop. In dat
opzicht vertoonen zij veel overeenkomst met
vliegen.
L. A.
Tsjang Kai Sjek's opinie
Onder voorzitterschap van Tsjang Kai Sjek
werd een buitengewone zitting van het uit
voerend comité der Kwomintang geopend,
waaraan door het geheele Chineesche ka
binet, alsmede door de leiders der Kwomin
tang en de vertegenwoordigers van het leger
werd deelgenomen. Slechts de generaals
Feng en Jen Si-sjan ontbraken, onder me-
dedseling dat zij ziek zijn. Tsjang Kai Sjek
bracht uitcaerig rapport uit over den binnen
en buitenlandschen toestand van China. Vol
gens hem zijn de jongste binnenlandsche
onlusten in China te herleiden tot de zucht
tot avonturen van zekere generaals, die uit
deze moeilijke positie van het land geld wil
len slaan en een burgeroorlog in scène
trachten te zetten. Tsjang Kai Sjek her
haalde bij deze gelegenheid zijn overtuiging,
dat de onlusten in Hoepel en Kansoe dooi-
een groote mogendheid gesteund worden. Vol
gens een telgram uit Japan is thans weer
een nieuwe opstand tegen de Chineesche
legeering uitgebroken. De opstandelingen
staan onder bevel van een jong generaal, Li
genaamd, dezelfde die in het begin van dit
jaar der. opstand der Mohammedanen tegen
de Nanking-regeering leidde. De NankLng-
re-geering heeft met kracht de bestrijding der
oproerlingen ter hand genomen.
Waarom Woldemaras aftrad.
De nieuwe Litausche premier Tubelis heeft
naar het- W. B. meldt aan persvertegenwoor
digers verklaard, dat de regeering wetsont
werpen zal Indienen ter hervorming der ver
kiezing van het parlement cn van den presi
dent. Zij zal streven naar een geleidelijke li
quidatie van den staat van beleg en de pers-
censuur. De buitenlandsche politiek zal de
zelfde blijven en zich om de Wilna-quaestie
als middelpunt oriënteeren.
Het aftreden van Woldemaras is volgens
•Tubelis een gevolg van meeningsverschillen
met de ministers. Het ging om de vraag, of
de ministers bij hun medewerking aan de
regeerings-aangelegenhedcn een gelijken
rang hadden als de minister-president, dan
wel of zij aan den premier ondergeschikt
waren. De staatspresident had de quaestle
opgelost ten gunste van het beginsel der
gelijkheid in rang.
Stopzetting van Engelsche
staalfabrieken.
31000 getroffenen.
Naar uit Newport gemeld wordt, heeft de
directie van de ijzer- en staalfabrieken al
daar medegedeeld, dat alle arbeiders en be
ambten Zaterdag ontslagen moeten worden.
Hierdoor worden ongeveer drie tot vier dui
zend personen getroffen. Het stopzetten van
het bedrijf is het gevolg van den scherpen
concurrentiestrijd, die gedurende de laatste
zes weken door de sterke prijsvermindering
der buitenlandsche maatschappijen is ont
staan. Indien niet spoedig tegenmaatregelen
worden genomen, zal het aantal werkloozen
in dit gebied tot 20.000 stijgen.
Moskou protesteert weer eens.
Het volkscommissariaat voor Buitenland
sche Zaken heeft aan den Duitschen gezant
een verklaring overhandigd, met verzoek deze
aan de regeeringen te Nanking en Moekden
door te zenden, waarin geklaagd wordt over
„aanhoudende systematische invallen van
Chineesche troepenafdeelingen en benden
Witte Russen in gebieden van de Sovjet-
Unie". De nota constateert, dat in de laatste
veertien dagen 28 van dergelijke invallen
hebben plaats gehad, en beweert, dat een
Chineesch commando de benden Toengroe-
zen steunt, die de vreedzame Russische be
volking uitplunderen. Na te hebben gezegd,
dat de regeering te Nanking geen enkele der
in de Russische nota's van 19 Augustus en
9 September genoemde invallen heeft gede
menteerd, verklaart de nota, dat de Chinee
sche regeeringen geen maatregelen hebben
genomen om een eind te maken aan de acti
viteit van afdcellngen Witte Russen, die door
Chineesche autoriteiten zijn geformuleerd en
gesteund worden. De Sovjetregeering stelt de
regeeringen te Moekden cn Nanking verant
woordelijk voor alle gevolgen die zullen voort
vloeien uit een door haar geschapen, althans
getolereerde situatie.
De militaire autoriteiten der Sovjet-Unie,
zoo besluit de nota, zijn gedwongen, ter be
strijding van genoemde invallen alle nood
zakelijke maatregelen te treffen.
Habib Oellah vermoord?,
Een nlet-bevestigd bericht meldt, dat Bac-
chal Sakao, „de zoon van den waterdrager",
die onder den naam van Habib Oellah den
troon van Afghanistan had bestegen, te Ka
boel zou zijn vermoord.
DE HATRY-AFFAIRE.
Het bestuur van de Londensche Beurs gaf
toestemming tot hervatting der affaire in
gewone en preferente aandeelen Drapery
Trust. Settlement Day is voor de fondsen,
waarin op het oogenblik de handel verboden
is. uitgesteld tot 24 October a.s. omdat an
ders het risico voor de koopers, die deze
fondsen op levering zouden koopen, te groot
zou worden.
20.000 MK. VERDUISTERD.
Bij een onverwachte contróle der Stads-
spaarkas te Krueznach heeft men den kassier
betrapt op een verduistering van 20.000 Mk.
De kassier, die kort nadat het onderzoek be
gon, onder een of ander voorwendsel het
kantoor verliet, was onvindbaar doch werd,
toen hij des nachts huiswaarts keerde, door
de politie gearresteerd.
MACDONALD IN LINCOLN'S
KAMER.
De „New-York American" meldt, dat de
Britsche premier Macdonald. de kamer zal
bewonen vanAbraham Lincoln gedurende zijn
verblijf op het Witte Huis.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Ct». per regel.
Ft geuren smaak t
iw
sje.
30NVANPEKELA.1
ONING CN. 1